KLEINE COURANT
't Vliegend Blaadje
voor Helder, Texel en Wlertngen.
De gemeente Helder en omgeving.
No. 3015
Woensdag 8 Januari 1902.
30ste Jaargang,
BureauSpoorstraat.
Telefoonri0. 59.
BureauSpoorstraat.
Telefoonn0. 59.
Atjonnomont
p. 3maanden binnen de gemeente 50 Ct., m. Zondagabl. 87*/i Ct-
id. franco per post 75 id. f 1.20.
id. voor het Buitenland f 1.25, id. f2.00.
Afzonderlijke nommers 2 Cent.
VERSCHIJNT DINSDAG- EN VRIJDAGMIDDAG.
Uitgevers: BERKHOUT Co., te Helder.
Bureau i Spoorstraat.
AavertentLên
van 1 tot 5 regels....25 Cent.
Elke regel meer5»
Groote letters en Vignetten worden naar plaatsruimte berekend.
Advertentiën moeten uiterlijk des DINSDAGS- en VRIJDAOSMORGENS vóór 10 uur aan het Bureau bezorgd zijn.
Uit de Oude Doos (1807-1812).
(Vervolg on Slot).
De Burg, geboorteplaats van de beroemde
dichteresse der 17de eeuw Maria Tessel-
schade Visser heeft in zijne nabijheid eenen
voortreft el ij ke Pat van zoet water, dienende
tot gerief der zeelieden. Het Schild, met zijne
zeer goede reede, wordt meestal door Lootsen
bewoond, d e, ten dienste der zeevaart aan
bepaalde ordonnantiën zyn verbonden, waar
van één artikel o. a. hen verpligt, om ieder
afzonder! yk elke maand voorts gezamen
lijk elk vierendeels jaars en telkens na
eenen storm de gronden te peilen en de tonnen
natezien, die hier en daar voor diepten en
ondiepten zijn uitgelegd, doch tegenwoordig
bij den zeeoorlog worden ingetrokken. Zonder
ling is ook alhier de gewoonte der Nacht-
- wakers of Klapperlieden, zoo als zü genoemd
worden, om niet slechts het uur, maar ook
de windrigting overluid des nachts aantekon-
digen.
Gelijk alle dorpen van dit eiland, heteene
meer dan het andere, zich beroemen op eenige
overblijfselen van hooge oudheid, en wel van
den tijd der Romeinen onder Drusus, wiens
-soldaten zich alhier schijnen te hebben ont-
scheept, zoo is dit bijzonder het geval met het
kleine Dorp Waal, alwaar, nu ruim 30 jaar
geleden, een aantal metalen voorwerpen van
onder den grond zijn opgedolven, waarvan
men nog het een en ander vertoont. Een me
talen Ketel voert in zjjn binnenholte het merk
met kleine letters vMutatio F», en twee me-
talen Lepels, in elkander sluitende, houden
aan beide einden waarschijnlijk het merk van
den maker: ,Adraxius F."
Het dorp Eierland, in den jare 1629 door
eenen oieuwgelegden Zanddijk aan dit eiland
verbonden, heeft zijnen naam van de duizende
eyeren, welke de Zeevogels, vooral de Meeu
wen, des zomers alhier leggen en uitbroeden,
waarvan er ook zeer velen versch gegeten en
voor den handel worden verzonden. Ook valt
hier in het duin veel Konijn. Een hooge kaap
levert een uitmuntend ver zeegezigt.
De Texelaars bestaan, gelijk het voorgaande
ligtelijk doet gissen, voornamelijk uit Lootsen,
die inderdaad uitmunten door hunne naanw-
keurige kennis der gronden en ondiepten en
bij hunne onverschrokken moed meermalen de
geduchte zeekasteelen in het nijpeDSte gevaar
behouden in de moeielijke haven binnenvoer
den. Ook wonen alhier een aantal Visschers
van onderscheiden aard, zoowel die zich met
hunne pinken op het vangen van versche
visch toeleggen, als ook in het najaar op de
Kabeljauw-vangstwordende alsdan deze visch
gezouten, in tonnen gekuipt, en onder den
naam van Labberdaan of Zouten Visch ver
kocht en genuttigd. Sommigen echter meenen
aan den Abberdaan (waarschijnlijk afkomstig
van de Schotsche stad Aberdeen) van Maas-
landsluis de voorkeur te moeten geven. An
deren wederom varen op Noorwegen, om al
daar den Rond- of Klooatervisch te halen,
die alsdan gedroogd, onder den naam van
Stokvisch verkocht, en in het algemeen by de
Hollanders voor eene bijzondere lekkerij ge
houden wordt. Eindelijk wonen hier een aan
tal schippers, die voormaals ter koopvaardij
pleegden te varen, en thans van hunne vorige
winsten uitermate sober leven.
By den terugtogt over den Helder doen wy
een zonderlinge toer op eenen zandweg, waar
van ik my door de gedurende wendingen, regts
en links, naauwelyks eenig denkbeeld konde
vormen, ware het niet dat onze Voerman zich
op zyne veeljarige ervaring beroepen en ons
het gevaar had ontvouwd, dat alhier op het
Koegras het gansche jaar door aanwezig is
door de menigvuldige overstroomingen, en het
welzand, welk laatste zoo geweldig woelt, dat
het mensch en vee en rytuig by een onvoor-
ztgtig stilstaan medesleept, zonder dat het oog
van dit gevaar iets het minste bespeurt. Een
geheel Dorp, wil men, zonde op deze wyze
aldaar zyn bedolven, en nog wijst men de
plaats, alwaar een zoo genoemd Kerkhof voor
handen is. De naam van Kwel- of Kwelder-
Duin zelf schijnt dit te bevestigen. Een soort
gelijke ontdekking deed men over eenige jaren
in het naby gelegen Eiland Wieriogen, aldus
genoemd naar het Wier of de zee-plant, welke
zoo uitmuntend dient tot bescherming der aan
gelegde klei- en steendijken, en bevattende in
zijuen omtrek van bijna 5 uren gaans, nog
5 onderscheidene dorpen. De opgraving van
een aantal gave eiken-kisten, alleen met hou
ten pennen genageld, bewijst eene afscheuring
van het vaste land, welligt reeds in de 13de
of 14de eeuw, door storm en hooge vloeden
veroorzaakt. De afbeelding van een Varken
boven de Kerkdeur op het dorp Stroe geeft
't niet onwaarschijnlijk vermoeden, dat aldaar
voormaals een Heidensche Tempel heeft gestaan,
en de zarksteenen in de kerk met hunne wa
penen on oen weg van Duifsteen van 1| tot
4 voeten onder den grond, ter lengte van
bykans een half uur, geven den oudheidkenner
ruime stof tot gissing, wegens de aanzienlijke
werken, door de Romeinen in den aanvang
onzer jaartelling alhier in den omtrek by
menigte aangelegde
Het Boekwerk, 3 doelen, waaruit het boven
staande verhaal ,Uit de Oade Doos" is ge
nomen, en waarin ook over geheel Nederland
de merkwaardige bijzonderheden, uit die jaren,
worden medegedeeld, is bij de uitgevers van
dit blad te koop voor f 2.—.
Uit het Buitenland.
In het familieleven is de eerste dag des
jaars een door velen gewaardeerde dag. Men
ontvangt dan bezoeken, waarbij de bezoekers
in den regel het niet laten ontbreken aan
betuigingen van waardeering en toegenegen
heid, waarvan hunne goede wenschen getui
genis afleggen. Vaak wordt in den familie-
of vriendenkring bij gelegenheid van den
jaarsovergang de overtuiging gekweekt of
versterkt van bestaande welwillende, vriend
schappelijke gezindheid en toegenegenheid.
Zeer dikwijls is het aangenaam, zulks by de
intrede van een nieuwen tijdkring op te
merken. Iets dergelijks openbaart zich ook
ieder jaar op politiek gebied. Op den nieuw
jaarsdag toonen ook de heereu, die over
landen en volken het bewind voeren, elkan
der wederkeerig hunne goede gezindheid, in
zooverre zy althans hunne vriendschappelijke
verhouding willen ten toon spreiden. Op den
jongsten Nieuwjaarsdag liet de verstandhou
ding tusschen de -machtigen in Europa niets
te wenschen. Telegrammen, de fraaiste betui
gingen behelzende, werden onderling gewisseld,
en zelfs de ministers der onderscheidene landen
bleven niet ia gebreke, om elkander de beste
gevoelens te openbaren. De vertegenwoordigers
der mogendheden aan vreemde hoven, natuur-
lyk van hoogerhand daartoe gemachtigd, bleven
niet achter, om op de Nieuwjaars receptie de
fraaiste betuigingen van vriendschap te ont
boezemen, en de beste wenschen voor eene
heilryke toekomst nit te drukken. Tusschen
de hoven van Engeland en Duitschland werd
de Nieuwjaarsgroet nog belangrijker gemaakt
door de toezegging, dat de Engelsche troons-
opvolger de Prins van Wales op 27
dezer den verjaardag van Keizer Wilhelm
een bezoek aan het hof te Berlijn zal
afleggen, ten einde zijn vader te vertegen
woordigen. Op politiek gebied werd, behalve
de oorlogstijdingen nit Zuid-Airika, geen
enkele wanklank vernomen, en haast zou men
het vermoeden uitspreken, dat we aardig op
weg zyn, om de vervulling aaderby te komen
van de aloude en bekende profecy jEr zal
eens vrede op aarde wonen.»
Tegen den tyd, dat in den loop dezer maand
de opening der zittingen van het Engelsche
Parlement zal plaats hebben, schijnen de nieuws
bladen daar te lande steeds scherper toon aan-
teslaan tegenover het ministerie, dat zyn houding
ten aanzien van den Zuid-Afrikaanschen oorlog
niet verkiest te wyzigen. Een dier bladen be
sprak dezer dagen o.a. den tegenwoordigen
toestand in de Kaapkolonie, en merkte daarbij
op, dat het zaad van krankzinnigheid, 't walk
door Lord Milner, den vertegenwoordiger der
Engelsche regeering, zoo roekeloos wordt uit
gezaaid, niet anders dan onheil kan voort
brengen. Vele en heftige beschuldigingen
worden aan de tegenwoordige regeering in
Engeland en aan haar vertegenwoordiger in
Zuid-Afrika voor de voeten geworpen. Het
blad zou wenschen, dat een van de eerste din
gen, die het Parlement bij zyn heropening in
deze maand in behandeling nam, de toestand
mocht zijn in de Kaapkolonie, en van den
daar afgekondigden staat van beleg. Verder
wordt door bedoeld blad in 't bijzonder ge
wezen op de vervolgingen en vonnissen, waar
door vaak onschuldige mannen worden ter
dood gebracht, en uit al de gevallen van dien
aard leidt het af, dat de toestand zeer ernstig
is. Is het waar, vraagt het blad, dat kinderen
gedwongen worden de wapenen optenemen,
en dat Kaffers gewapend worden Hoeveel
onderdanen des Konings zijn reeds in de
Kaapkolonie terecht gesteld 't Parlement
en heel de natie moeten nu eindelijk wetmi,
wat 'daarginds wordt afgespeeld achter tfet
zwarte voorhang, dat de Krijgswet boet.
Eu het blad eindigt dan volgenderwijze
(Sedert de staat van beleg in die kolonie is
afgekoodigd, weet niemand ook maar het ge
ringste van wat er plaats grypt. Niemand mag
er zyn meening uiten, zelfs niet in particuliere
brieven, indien hy niet het gevaar wil loopon,
voor den militairen rechter gebracht en naar
de gevangenis geleid te worden, wegens het
toevertrouwen aan het papier van een wellicht
wat dubbelzinnige opmerking over den oorlogs
toestand".
Rusland staat in het buitenland bekend als
achteraankomende bij de overige Staten van
Europa, wat betreft de mate van beschaving
en ontwikkeling zijner bevolking. Een ver
rassend blijk, dat men daar, in dat achterlijk
land, toch ook den weg van vooruitgang be
gint inteslaan, werd dezer dagen geleverd.
Een voornaam edelman Stakhovitch ge
naamd had in den verloopen zomer, toen
hij, als vertegenwoordiger van den adel, eene
vergadering der Synode van de Russische
Staatskerk in de provincie Orel bywoonde,
den moed, voor testellen, om aan den Keizer,
het hoofd der Kerk, het verzoek te richten
tot afschaffing der bepaling, die 't verlaten der
Staatskerk met verbanning naar Siberië bedreigt.
Dit voorstel werd vreemd is 't niet in de
Synodale vergadering, wier leden grootendeels
tot de meest orthodoxe richting behooren, met
groote verwondering en tegenzin ontvangen.
Doch de voorsteller had er het noodige ter
verdediging by te vertellen. Hy wierp de be
schuldiging verre van zich, dat hy de Kerk
afbreuk wilde doen en het Ryk aan het wan
kelen dacht te brengen. Hy verzekerde, zelf
een getrouw aanhanger der Staatskerk te zijn,
doch bij het doen van zijn voorstel het oog
te vestigen op de landen van West-Europa,
waar overal vrijheid van godsdienst bestaat,
en op de omstandigheid, dat Rusland thans
voor die vryheid wel ryp is. De heer Stak
hovitch wees er op, dat de belijdenis, tot die
Kerk te behooren, slechts waarde heeft, wan
neer zij uit volle overtuiging geschiedt en geen
schynbelydenis is, die ontstaat door vrees
voor de akelige verbanning naar Siberië. Re
volutionair klonk deze taal, doch by nader
inzien werd de meerderheid overtuigd van de
deugdelijkheid van het voorstel, dat ten slotte
ook aangenomen werd. De zaak werd pubiek
en aanvankelijk was 't oordeel over het alge
meen verre van gunstig. Doch nu dezer dagen
genoemde edelman op eervolle wyze toch her
benoemd is tot adel-maarschalk, blijkt het op
overtuigende wijze, dat de denkbeelden van
den nieuweren tyd zich ook in het achterlijke
Rusland beginnen baan te breken.
NIEUWSTIJDINGEN!.
HELDER, 7 Jannari 1902.
Bg het te Utrecht gehouden examen
tot het verkrijgen van het diploma der
Maatschappij tot bevordering der Toon
kunst voor zangonderwijs op de bewaar-
en lagere scholen is o. a. geslaagd mej.
C. C. Visser, van hier.
De tooneelgroep »Vondel" gaf Zondag
11. in >Tivoli" voor een goed bezette zaal
een uitvoering. Opgevoerd werd het drama
Richard More". De spelers, die het stuk
goed hadden bestudeerd, werden door het
publiek met de grootste aandacht gevolgd
en onderscheidene malen toegejuicht. In
de pauzen gaf het jonge muziekkorps
Wilhelmina" eenige muzieknummers ten
beste. Dit korps was voor drie maanden
opgericht door het Comité in de Nieuwstad,
dat zich ten doel stelt telken jare den
verjaardag onzer Koningin te vieren. Het
bestaat uit ruim 20 knapen van 12 tot
15 jaar, onder directie van den heer K.
J. van Roon. De eerste proeven, die dit
korps in het openbaar gaf, droegen de
blijken van ijverige studie en goede leiding
en waarvan in de toekomst wel iets goeds
is te verwachten. Het geheel verschafte
den bezoekers een aangenamen avond.
Bg den wedstrijd voor oorspronkelijke
humoristische voordrachten te Tilburg zijn
van de 71 inzenders 10 bekroond. Tot de
bekroonden behooren de heeren W. Mets
Tz. en Henri ter Hall.
Zooals bekend is Hr. Ms. pantser-
dekschip Koningin-Regentes" Vrijdag aan
de Marinewerf te Amsterdam in dienst
gesteld. Zaterdagochtend werd de geheele
état-major van dit oorlogsschip door den
directeur der Marinewerf, den schout-bij
nacht P. Zegers Veeckens, op zijn bureau
ontvangen en werden door dezen vlag
officier aan den commandant van het
oorlogsschip overhandigd twee portretten
van Hare Majesteit de Koningin-Moeder,
om die aan boord een plaats te geven.
Internationaal seinboek.
Aangezien het gebleken is, dat een aan
tal schepen, onder verschillende vlag va
rende, op 1 Januari 1902 nog niet voor
zien zijn van de nieuwe editie 1901
van het Internationaal seinboek ten
dienste van alle natiën, is besloten, dat
ook na 31 December 1901, en wel tot 30
Juni 1902, bg het wisselen van seinen
met de seinstations langs de Nederland-
sche kust, nog van de oude editie van
het seinboek mag worden gebruik ge
maakt.
Vermits echter verschillende belangrijke
seinen met 2 vlaggen gedaan, volgens het
oude seinboek eene andere beteekenis heb
ben dan volgens het nieuwe (editie 1901),
worden gezagvoerders van schepen die na
31 December 1901 met de stations langs
de Nederlandsche kust seinen wisselen,
volgens het nieuwe seinboek uitgenoodigd,
daarvan te doen blijken door het hijschen
van het bijzondere sein, vermeld op bladz.
XII van dat seinboek, te weten de on
derscheidingswimpel, waarvan het uiteinde
benedenwaarts aan dezelfde vlaggelijn is
vastgemaakt, met daarboven een zwarte
bal of daarop gelijkend voorwerp.
Ondeugdelijk.
Vrijdagmiddag werd aan het Maasstati
on te Rotterdam op een drietal sleepers
wagens een partij kisten en kistjes met
krenten, rozijnen en vijgen opgeladen.
Eenige kisten werden defect en een agent
van politie, die daardoor in staat was deze
waren meer van nabij te bezien, trof het
dat zij er zoo onoogelijk uitzagen. Door
hem werd daarom de hulp van een keur
meester van voedingsmiddelen ingeroepen
en deze achtte de geheele partij, omvattende
300 kisten en kistjes, tot een gezamenlijk
gewicht van 7000 kilogram, ondeugdelijk
voor de consumptie.
Vrgdag verschenen voor de recht
bank te Amsterdam de twee postbeambten,
die zich meester maakten van den inhoud
van een uit Pretoria aan het adres van
den heer Kampfraath te Amsterdam ver
zonden brief, en de opbrengst verteerden.
De brief hield in een cheque groot 2 pond
sterling en een wissel van 5 pond st. De
twee postbeambten begaven zich met een
vrouw naar Nijmegen, en wisselden de stuk
ken in bg de Centrale Bank voor Nijverheid
en Landbouw beide beambten maakten
zich daarbg schuldig aan 't plaatsen eener
valsche handteekening. Te Nijmegen werden
zij gearresteerd.
Beiden bekenden schuld de hoofdaan
legger zeide, dat de bewuste brief in Afri
ka door een censor was geopend en weder
gebrekkig was gesloten, zoodat hg in de
verzoeking geraakte, te zien wat de brief
inhield.
Tegen den een werd 3 jaar, tegen den
ander 2 jaar gevangenisstraf geëischt.
De postcommies Wouters, die het be-
stellerspersoneel controleert, verklaarde,
dat in den laatsten tijd zeer vele brieven
bestemd voor de bewoners der Sartphati-
straat, waar ook de heer Kampfraath woont,
waren weggeraakt, en dat over 't algemeen
onaangeteekende brieven, waaraan van
buiten te bemerken is dat zij geldswaarde
bevatten, te Amsterdam inderdaad niet
veilig zjjn.
Een ingezetene te Big ham kocht
dezer dagen een haas tegen 25 cent per
pond. Het beestje werd geslacht, en wat
bleek toen Achter in de lichaamsholte
was het dier opgevuld met bijna een pond
tin en lood.
Men meldt uit Oosterhout van 2 dezer
In verband met den Donderdag gepleegden
doodslag kwam Vrijdagmiddag de justitie
uit Breda om een onderzoek in te stellen.
Door een groote en woelige menschenmas-
sa achtervolgd, werd de vermoedelijke dader
in een rijtuig, geëscorteerd door de ma
rechaussee te paard, door de gemeente
geleid naar het gasthuis ter confrontatie
met het lijk van den verslagene, en daarna
naar de plaats van het misdrijf gebracht.
Daarna is hg geboeid naar Breda gebracht
om aldaar in het huis van bewaring te
worden opgenomen. Hij heeft ee* volledige
bekentenis afgelegd.
Volgens een bericht in het »D. v. Nbr."
zou de dader nog al ernstig mishandeld
zijn door de bevolking.
Een flink meisje.
Sedert eenigen tijd is de Haarlemmer
weg „het terrein voor allerlei insluipers,
die het hoofdzakelijk voorzien hebben op
vee, meestal kippen, eenden, konijnen enz.
Een dochter van een der bewoners van
dien weg hoorden eenige dagen geleden op
het terrein ongewenschte bezoekers loopen.
Met haar vader, reeds hoog bejaard,
stelde zij een onderzoek in, maar blijkbaar
hadden de insluipers zich verborgen. Plot
seling zag zij, terwijl de vader aan de
achterzijde van de buitenplaats zocht, een
man tegenover zich een geweer vellende,
dat zg ongeladen medegenomen had riep
zij»terug of ik dood je".
De onwelkome bezoeker had geene an
dere keuze dan in een sloot te springen,
gevolgd door nog twee individuen die blijk
baar evenmin met goede bedoelingen zich
verborgen hadden.
Toen de dochter naar haren vader wilde
gaan, zag zg plotseling weêr een man op
haar afkomenhet was de veldwachter,
torsende een grooten zak gevnld met kip
pen, die op verschillende plaatsen gesto
len en door de drie dieven waren achter
gelaten.
Het onderzoek naar de gedwongen
zwemmers leverde geen resultaat op, maar
vooreerst zullen zg hier zeker geen bezoek
brengen.
Een veldwachter vermoord.
Vrijdagnacht is onder Nieuwe Tonge de
rijksveldwachter Dubbel door stroopers
doodgeschoten. De justitie uit Rotterdam
is daarheen vertrokken.
Nader seint men ons:
De officier van justitie te Rotterdam
vertrok hedenmiddag in gezelschap van
den rechter-commi8sari8 en den griffier
naar Sommelsdijk, op ontvangst van een
telegram, dat de aldaar gestationeerde
rijksveldwachter Ari dubbel hedennacht op
zijn ronde onder Nieuwe Tonge door stroo
pers is doodgeschoten. Dubbel was op sur
veillance uitgegaan met den jachtopziener
Hendrik Zaayer. Ter genoemder plaatse
werd hun aandacht getrokken door zooge
naamde baklichten, bij de stroopers in ge
bruik om het wild te verschalken. Zg gin
gen er onmiddellijk heen, waarop dadelijk
het licht verdween en Dubbel een schot
hagel in den volle borst ontving, datjhem
spoedig een lgk deed zgu.JDe dadersjzgn
niet herkend.
De Oorlog in Zuid-Afrika.
De correspondent van Reuter te Stan-
derton seint nog over het »ongeluk" met
het 14de bereden infanterie in het district
Ermelo. De mannen, die heevea door
zochten" werden weggelokt door eenige
Boeren, die zich snel uit de voeten maak
ten, om weldra, ten getale van 500, on
der Britz, terug te komen, en kapitein
Cook te overrompelen. Eenige weinige
Engelschen hielden later nog op een kopje
stand, tot ook zij overmand werden. Aan
Engelsche zijde werden 5 officieren ge
wond (van wie er drie overleden zijn) en
5 man gedood en 30 gewond. Vijf Boeren
sneuvelden en velen werden gekwetst. De
gevangen Engelschen werden spoedig los
gelaten.
De Boeren, zegt de correspondent, wa
ren niet alleen in khaki, maar droegen
ook de knoopen en onderscheidingsteeke
nen der Engelsche uniformen.
De correspondent van de Standard" te
Pretoria erkent in een brief van 6 Decem
ber, dat in 1901 »elk gevecht van belang
door de Boeren uitgelokt" is, al meent hg
te mogen zeggen, dat die gevechten, alls
op een of twee uitzonderingen na in het
voordeel der Engelschen geëindigd zjjn.
De correspondent twijfelt-geen oogenbük,
dat de Engelschen het winnen zullen
deze vullen hun verliezen makkelgk aan,
de Boeren kunnen dat niet. Maar het zal
langzaam gaan, aangezien de Engelschen
>hen niet kunnen bevechten (of niet willen)
gelgk zg het den Engelschen doen."
In de Daily News" schrijft iemand dat
hg gehoord heeft van het plan der Engel
sche regeering om generaal «Cronjé levens
lang op St. Helena gevangen te houden.
Hg kan het niet gelooven. »Nooit zal",
meent hg, Engeland zich vernederen tot
zoo'n lage en minne wraakneming op een
man, dien Lord Methuen zelfs genoemd
heeft »een van de dapperste en edelmoe
digste vijanden die ik ooit ontmoet heb."
Ons dunkt, dat als Engeland Cronjé naar
Transvaal terug laat keeren, het uit nood
zaak zal wezen, en niet eer.
Aan een brief van Yeoman uit Lindley
van 16 November, medegedeeld door de
>Kidderminister Shuttle and Worcester
Mercury", ontleent de >N. R. C." het
volgende
Het is een zware tgdwij hebben al
25 schermutselingen gehad hier in de
buurt, en 15 man zijn gewond, ook 2 van
onze zwarte verkenners. Het is maar heen
en weer trekken, eiken dag minsten 40
K.M., en soms twee of drie nachteigke
tochten in de week". En dan vervolgt hg
»Gg vraagt mij hoe lang de oorlog zal
duren Ik hoop, dat ik hter niet behoef
rEHJILIjETOM".
De doode Millionnair,
18)
Juist zoo, oude, antwoordde haar man
ik l>en precies een zeef. Maar een zeef laat*
alleen de kleine dingen door, de groote bly ven
er in, juist als by my. Nu en dan vertel ik
je wel eens iets, maar volstrekt niet alles
wat ik weet.
Zyne vrouw ging van de tafel, zette een
paar stoelen op hunne plaats en droeg de
borden en schotels naar de keuken. Gusta
was gaarne nog wat blyven zitten om Wil
helm te knnnen aankijken, maar hare tante
beaam haar spoedig de gelegenheid.
Maak dat je te bed komt, anders slaap
je morgen weer een gat in den dag. Hoor je I
Wat Gnsta gaarne geantwoord zou heb
ben, bewaarde zij maar totdat zy veilig
in haar slaapkamertje was en de deur daar
van gegrendeld had, waarna zy nog een lap
ophing, zoodat hare tante geen licht door de
reet kon zien. Het meisje had namelykaltyd
een paar eindjes kaars in voorraad om nog
een romannetje te lezen, als de overige be
woners van het huis reeds een gezonden
alaap genoten.
Zoodra Wilhelm met zyn vader alleen was
schoof hy zyn stoel wat dichter by en kwam
nu met het geheim voor den dag. Over den
gevonden brief wilde hy het [oordeel vernemen
van zyn vader, die by al zijn ouderwetschen
eenvoud toch een gezond verstand en eene
groote mate van slimheid bezat.
Hy reikte zijn vader den brief en deze las
hem met aandacht door.
Hm, zeide hy eindelijk, het best zou
wezen, geloof ik, dat je dien brief in handeu
van de politie gaf.
Maar het is een particuliere brief, aan
een bepaald persoon gericht. Zou ik niet beter
doen met den persoon op te zoeken en hem
zyn eigendom terug te geven?
Daarmee zou hy zeker het best gediend zyn.
En hy zou my ook wel ruim beloonen
voor de moeite die ik deed om hem te vinden.
Dat geloof ik ook tenminste als zyne
middelen hem dat veroorlooren. Maar hoe
zul je dien James Walter kunnen vinden
zoo zonder adres
In het adresboek staat hy niet dat
heb ik al nagezien. Er zijn genoeg Walters,
maar niet één met dezen Engelschen voornaam.
Dan is hy ook geen handelsman maar
iemand van verdacht allooi dat valt uit
den brief ook wel op te maken. Vindt je dat
ook niet.
En toch is dat niet zoo. Het toeval is
my reeds te hulp gekomen. Ik ging van
middag een glas bier drinken, kocht een krant
om naar den uitslag der wedrennen te zien,
en warempel, daar zie ik zyn naam voor
myne oogen.
Dat is toevallig I
Wilhelm Kobitz stond op, haalde een
krant uit zyn oveijas en reikte die aan zyn
vader over.
Daar, lees maar.
De oude koetsier ging met de krant wat
dichter by de lamp en las luid:
De heer James Walter, de Zaidafri-
kaansche millionnair, heeft in het hotel B.
drie kamers gehuurd en zal dezer dagen te
Berlyn aankomen.
Millionnair! Wat zeg je daar pan vader
En hij is hierWat denk je met den
brief te doen?
Ik ben van plan zoo spoedig mogelyk
naar het hotel te gaan en hem laten weten
dat ik een brief kom brengen, dien hy in een
rytuig heeft verloren. Ik wed dat hij me dade
lijk laat binnenkomen, want dezen brief
zal hy wel aanstonds gemist hebben.
En als het nu eens niet de heer is die
in je rytuig heeft gereden
Dat. is moeilyk te gelooven. Maar in
ieder geval zal hy toch den brief willen heb-
hebben, waarop zijn saam voorkomt en die
hem in een kwaad licht stelt. Maardaar
gaat de huisdeur
Wilhelm keek door de deur en zag Heinz
Werling binnentreden en de trap opgaan.
Is dat onze huurder vroeg hy zoodra
hy de deur weer gesloten had. Wat ziet hy
er net uit.
Had u hem nog nivt gezien?
Voor zoover ik weet, neen. Het is
vreemdZoo fijn in de kleeren en toch een
dakkamertje bewonen
Ik zou wel eens willen weten, waarvan hy
leeft. Ik zal eens naar hem uitkyken in de
deftige wijken.
HOOFDSTUK XII.
Het was 's morgens twee uur, toen Richard
Hartmann op den hoek eoner straat afscheid
nam van een bleeken jongen man met licht
blonden knevel kort gesneden, rossig haar.
Hier wil ik u goeden nacht zeggen,
sprak Richard.
Neen, verduiveld, neen I antwoordde zijn
vriend met [dikke tong. Ge gaat mee in het
,hol»,
Dank u, neenIk ben er geen
lid van.
Dat hindert niemendal. Ik ben er lid
van en breng u mee als gast. Kom maar mee,
ge zult er een menigte nette lui vinden.
Terwyl Richard nog aarzelde, nam de ander
zyn arm en geleidde hem naar een huis aan
het einde der straat. Daar stiet hy een deur
open en zy Btapten naar binnen. In een klein
voorvertrek werden zy begroet dooreen kort,
dik man in uniform, met een gezicht als een
bulhond, mat broeden neus en een litteeken
over de rechterwang. By den glimlach waar
mee hy de nieuwe gasten vereerde, zag men
dat hy geen tanden meer voor in den mood had.
Goedenavond, heeren, sprak hy en
maakte daarbjj het militair saluut.
Zoo, Zielke, ben je weer in orde? vroeg
graaf Ahlers.
Ja, mynheer antwoordde de man
met een grijnslach, ik ben alweer een week
hier. De jonge heer heeft zich best gehouden,
hy heeft myne doktersrekening betaald en
bovendien gaf hij my nog een goudstuk. Myn
patroon heeft mij het volle loon ook uitbe
taald, dus ben ik er niet slecht bij gevaren.
Graaf Ahlers antwoordde slechts met een
knikje en wenkte Richard om met hem de
zaal van de club binnen te treden.
Dat is de oude Zielke, de bekende
sterke man. Iu zyn tijd was hij een knappe
flinke kerel, met wiens kracht niet viel te
spotten. Maar hy werd te zwaarlijvig, het
ging verkeerd met hem, en toen hebben wy
hem hier aangesteld als huisbewaarder.
De schram op zyn rechterwang achijnt
echter nog van jongen datum te wezen.
Die heett hij kort geleden hier opge-
loopen van een lid onzer clubBonno Wilki-
ner, een goeden kerel, maar vreeselyk on
voorzichtig. Hy vertoonde ons een aardig
kunststukjehij wierp namelyk met cham-
pagnekurken naar een hoed, die op een pa-
rapluie was gezetjuist kwam toen die arme
oude Zielke in den weg en kreeg een kurk
tegen de wang. Dat speet Wilkiner natuur
lijk heel erg, en hy heeft hst op vorstelijke
manier goedgemaakt. Maar kom bu mee en
laat oas een glas wyn drinken, myn keel is
zoo droog als kurk.
De twee heeren traden eene zaal binnen,
aan het einde waarvan een buffet stond. De
meeste aanwezigen waren jonge heeren in
gezelschapskleerenslechts oenize oudere le
den maakten hierop eeue uitzondering.
Graaf Ahlers bemerkte dadelyk wel, dat
zyn vriend, met wien hij een paar dagen ge
leden aan de speeltafel doir Schirnau kennis
had gemaakt, in dezen kring nog geheel
vreemd was. Hy maakte Richard daarom
vooreerst met de voornaamste leden der club
bekend. Van onderscheid maken wegens ver
schil in maatschappelijke positie was hier
heelemaal geen sprake. Er waren geleerden
onder en ook toeneelspelers, letterkundigen,
dagbladredacteurs, en geldschieters, terwyl er
ook vele adelijke jongelieden waren, die
het met genoegen zagen als anderen hnn ge
lag betaalden. In het bijzonder maakten de
sportmannen veel werk van deze jeugdige
edellieden, wel wetende dat zij daardoor la
ter ruimschoots vergoeding zouden krygen.
Een paar leden van de club voerden stryd
tegen de geldschieters, doch alleen omdat zy
zelf geen crediet meer by die heeren hadden
en in het nauw werden gebracht om hen tot
betaling te dwingen.
Graaf Ahlers was hier blijkbaar een ge
vierd man. Bijna iedereen richtte eenige
vriendelijke woorden tot hem en de een na
den ander vroeg, wanneer hy de reis naar
Amerika zou aanvaarden.
Dat zal nu wel spoedig gebeuren, ant
woordde hij. Ik wacht nog alleen op iemand,
die my zal vergezellen. Hollenberg zei me,
dat hy een geschikt man kent. De vorige week
zou ik by hem aau huis kennis gemaakt hebben
met dien heer, doch Hollenberg moest op reis,
zoodat ik hem pas morgenavond zal te ziem
krygen.
- Hoe zult ge het met Goldstein maken
vroeg een jongmensch, die met een glas cham
pagne in de hand op den graaf en Hartmann
toetrad. Zult ge vóór uw vertrek de zaken
met hem regelen
Neen, ik heb den ouden schurk de
polls van myne levensverzekering gegeven,
daarmee was hy zeer tevreden, en toen heeft
hij my in kennis gebracht met een anderen
schurk, die my op een eenvoudige schuldbe
kentenis een paar duizend mark heeft voor
geschoten.
In uw positie moost ge toch gemakke
lijk geld künneu opnemen Ik bogryp het
niet met uwe mooie vooruitzichten.
Maar ik begrijp het wel, myn waarde,
antwoordde graaf Ahlers. Myn vader is een
vrek, zooals er moeielQk een tweede te
vinden zal z$n, en hy schijnt zoo oud te
zullen worden Methnsalem. Dat weten de
Bchurken, en daarom laten zy hunne dienstee
zoo duur betalen. Maar binnen een jaar zal
alles iu orde zyn. Ik ga nu op reit em myne
geldzaken weer wat op de been te helpen.
Officieel ben ik reeds op weg. Ik kocht ea
heb myne woning verlaten, myne paarden ver-
gedurende deze laatste dagen houd ik ver
blijf by mijn vader.
Hartman was moede en slecht gemutst, want
hy had dien avond meer aan de speeltafel
verloren dan hij kon betalen. Hy was op het
pnnt om van zijn nieuwen vriend afscheid te
nemen, toen hij den naam Goldstein hoorde
noemen en bleeft
(Wordt vervolgd).