KLEINE COURANT
't Vliegend Blaadje
voor HelderTexel en Wieringenm
No 3024
Zaterdag 8 Februari 1902.
.IBPgWW
30ste Jaargang.
BureauSpoorstraat.
Telefoom,°. 59.
Bureau Spoorstraat
Telefoonn». 59.
AToormemont
p. 3maanden binnen de gemeente 50 Ct., m. Zondagabl. 871/, Ct-
id. franco per post 75 id. f 1.20.
id. Toor het Buitenland f 1.25, id. f 2.00.
Afzonderlijke nommers 2 Cent.
VERSCHIJNT DINSDAG- EN VRIJDAGMIDDAG.
Uitgevers: BERKHOUT Co., te Helder.
Bureau i Spoorstraat.
Aclvortentlön
van 1 tot 5 regela 25 Cent.
Elke regel meer5
Groote letters en Vignetten worden naar plaatsruimte berekend.
Advertentiën moeten uiterlijk des DINSDAGS- en VRIJDAGSMORGENS vóór 10 uur aan het Bureau bezorgd zijn.
KALENDER DER WEEK.
FEBRUARI, Sprokkelmaand, 28 dagen.
Opkomst der Zon 7 u. 32 m.
Onderg. 4 u. 58 m.
Zondag 9
Maandag 10
Dinsdag II
Woensdag 12
Donderdag 18
Vrjjdag 14
Zaterdag 15 E. Kwart.
lilt hel Buitenland.
Sedert jl. Dinsdagavond is de briefwisseling,
die tusscben de regeoring van Nederland en
die van Engeland heeft plaats gehad, geen
Seheim meer. In hoofdzaak bevat de inhoud
er gewisselde stukken het volgendeDe
Nederlandsche Nota houdt in een verzoek om
vrijgeleide voor het Boeren-driemanschap, om
naar Zuid-Alrika te gaan, en daar samen-
sprekingen te houden met do Boeren-generaals
en de beide regeeringen, ten einde na terug
keer in Europa vredesonderhandelingen te
kunnen aanknoopen. Het antwoord, daarop
van de Engelsche regeoring ontvangen, bevat
de mededeeling, dat het gevraagde onnoodig
wordt geacht, daar de vredesonderhandelingen
kunnen gevoerd worden in Zuid-Afrika tus
scben de* Engelschen opperbevelhebber en de
Presidenten Steyn en Schalk Burger. Het
antwoord van Engeland is niet anders dan
van die zjjde kon worden verwacht. De
Engelsche regeering, die indortjjd de tusschen-
komst van de regeering der Vereenigdo Sta
ten vaa Noord-Amerika hooghartig afwees,
weigert nu ook de bemiddeling van Nederland
te aanvaarden. Of men evenwel met de aan
neming van het Nederlandsche voorstel ee-
nigszins verder zou zjjn gekomen, valt zeer
te betwijfelen. Wel verlangt men in Engeland
sterk naar het herstel des vredes, maar do
regeering daar bljjft ongeschokt haar eisch
handhavenonvoorwaardelijke overgave. Zjj
gaat voort met do gruwelen te doen bedrij
ven, die eene verzoening op den duur on-
mogoljjk maken, en do gelegenheid opende
tot bespreking, zou bjj volharding in den
gestelden eisch onmogelijk gevolg gehad
hebben.
Terecht vraagt men zich dan ook afwat
zou een toestemmend antwoord aan het Haag-
sche kabinet gebaat hebben 't Ophouden
der onmonschelijke behandeling van vrouwen
en kindoren, de gestrengheid jegens de men-
•chen, die men met den naam van .rebellen"
betitelt, zouden moeten ophouden en eon for-
meele wapenstilstand zou direct moeten aan
vangen. En zulk eene wyziging is haast
niet denkbaar. Goed bedoeld was zeker de
poging, die door het Nederlandsche kabinet
werd aangewend, doch zelfs bij toestemming
door Engeland, zou zij vruchteloos zijn ge
bleken. Had bij de Engelsche regeering de
gedachte post gsvat, dat redelijke voorwaar
den, waardig den heldenmoed door do dap
pere strijders voor vrijheid en onafhankelijk
heid betoond, dan zou al veel eorder kans
hebben bestaan, dat aan het moorddadig
bedryf op het oorlogsterroin een eind* ware
gekomen. Heel natuurlijk werd algemeen
met zeer groote belangstelling do publiceoring
dar gevoerde correspondentie tegemoet gezien,
en de kennismaking geeft thans veel stof tot
bespreking. De vraag ligt nu voor de hand
Wat zal het einde zjjn Engeland zal, dit
is te verwachten op den ingeslagen weg
voortgaan, en tot nog toe bemerkt mon niet,
dat de Boeren den moed laten zinken. Wan
neer do Kapenaars voortgaan, zich tegen
Engeland's dwangmaatregelen te verzetten,
dan bljjft de strjjd op een uitgestrekt gebied
voortgaan, en wat de Engelschen meenen te
bereiken een duurzamen vrede in Zuid-
Afrika wordt dan hoe langs hoe meer
een droombeeld. Verzoening tusschen de
beide rassen Hollanders en Engelschen
is zoo goed als onmogeljjk na een zoo langen
■tryd, met zooveel verbittering gevoerd, door
zooveel wreedheden gekenmerkt.
Een berichtgever van de Londensche geld
markt schreef in 't begin dezer week, toen de
correspondentie tusschen do Nederlandsche re
geering en die van Engeland nog werd ge
heim gehouden, o. a. het volgende, dat ook
na de openbaarmaking der stukken nog -wel
aandacht verdient«Voor hot fantsoen steekt
men ter Beurzo weliswaar den draak met de
bemoeiingen van den Nedorlandschen eersten
minister, on men doet het voorkomen of En
geland voel te slim is, om zich door verkapte
Booren-vrioadon te laten verschalken. Maar
dat vrooljjk gefluit in de donkere laan mis
leidt niemand, en kan nooit het feit bedekken,
dat men hier in Engeland reikhalzend uitziet
naar het kleine roode schijntje, dat misschien
het dagen van den vrede is. Inzonderheid op
de Effectenbeurs hier hoopt men op herstel
des vredes, en wel zoo spoedig mogeljjk. Men
is or zich van bewust, dat de vrede goede,
voordeeligo zaken zal brengen, of althans men
troost zich met redeneeringon in dien geest,
en men twjjfelt er volstrekt niet aan, dat het
voortduren van den oorlog het tegonovor ge
stelde zal beteekonen. En naarmate 31 Maart
nader rokt ds dag waarop de Engelsche
minister der schatkist zjjne begrooting voor
19023 moet indienen do uiterste termjjn,
waarop nieuwe belastingen moeten worden
afgekondigd en nieuwe leeringen aangekon
digd wordt men steeds minder gemoede
lijk. Men vreest ongunstige gevolgen. Maar
niet alleen de mannen der Londenscho geld
markt zien bjj voortzetting van den oorlog en
bjj verhooging der belastingen de toekomst
donker in geheel de Engelsche natio zal,
als de belastingen aanmerkelijk worden op
gedreven, het rampspoedige van den toestand
toch wel inzien, 't Is te hopen, dat do onder
vinding, die men eerlang zal opdoen, als men
in de beurs wordt getroffen, er toe zal leiden,
dat het Engelsche volk eindelijk zal begrijpen,
hoezeer het door zjjne regeerders wordt mis
leid.
I Elr IVKTIJ DlE.V
HELDER, 7 Februari 1902.
Atjeh.
Bljjkens uit Indië ontvangen telegrafi
sche berichten zjjn sedert de jongste mede-
deelingen dienaangaande, in de sStuats-
courant" van 4 Januari 1902 bij de
krijgsverrichtingen in Atjeh en onderhoorig-
heden gesneuveld de kapitein der infanterie
G. J. A. Webbgewond de kapitein G.
Nijpels en de le-luiienant Ch. A. F. Beem,
beiden van het wapen der infanterieen
voorts nog gewond de sergeanten J. Rein-
ders, J. C. Heynen, G. J. W. Kok en E.
P. van Booven; de korporaal H. W. Waan-
ders en de fuseliers J. Vreeven, H. Ver-
meire en H. W. van den Bosch.
Eerste Kamer.
Jl. Maandag en Dinsdag zette de Kamer
hare werkzaamheid de behandeling der
begrootings-ontwerpen voort. De be
grooting voor Hoofdstuk IX (Waterstaat
Handel en Nijverheid) gaf aanleiding tot 't
bespreken van eenige locale belangen, en
inzonderheid van de verlegging van den
Maasmond in Noordbrabant, een onderwerp,
blijkens de gehouden redevoeringen en de
daarbij geuite wenschen, voor deze pro
vincie van vepl belang.
De behandeling volgde van de begroo
tingen voor de West-Indische koloniën
Suriname en Cura^ao en ten slotte
van Hoofdstuk X (Koloniën, waarvan, ten
gevolge der ongesteldheid van den minister
Van Asch van Wjjck, de minister van
Oorlog de verdediging, voor zooveel noodig,
had op zich genomen. Alle hoofdstukken
der staatsbegrooting werden zonder hoof
delijke stemming aangenomen. Na afdoe
ning ging de Kamer tot nadere bjjeen-
roeping uiteen.
Uit IJmuiden zendt men ons het vol
gende
Een kleine held.
Bjj den aanvang van den oorlog tusschen En
geland en Transvaal, drong een der zonen
van een welgeeteldo Hollandsche familie te
Pretoria, er bjj zjjn ouders op aan, ook ten
strijde te mogen gaan. Do vader weigerde
echter beslist hierin zijn toestemming te geven,
zich beroepende op zijn jeugdigen leeftijd van
nauwelijks 15 jaren. Onze kleine held bleef
echter voortdurend aandringen en nam reeds
in stilte deel aan schietoefeningen, die destjjds
te Pretoria gehouden werden. Op zekeren dag
toen een trein goroed stond om een transport
burgers naar de grenzen te vervoeren, trachtte
hij hierin plaats te nemon, doch werd tot zjjn
grooten spjjt, door den stationschef (een vriend
zjjns vaders) opgemerkt, die ons maatje onder
toezicht naar het onderljjk huis terug liet
brengen. By zjjn thuiskomst ontving hjj hier
over een ernstige vermaning. Het zou echter
weinig baten, zelfs het smoeken van zjjn moe
der scheen hier niet de minste invloed te heb
ben. Trots do voorzorgsmaatregelen, die de
ouders genomen hadden, gelukte het hem toch
om eenige weken daarna mot een transport
burgers naar de grenzen vervoerd tc worden.
Om niet gemakkelijk herkend te worden, had
hjj eenige zjjner kleedingstukken verruild met
boerenkleeding. Nauwelijks was ons ventje
eonige weken ton strjjde of hjj geraakto bjj
Ladysmith ernstig aan zjjn been gewond en
word hjj in oen zeer zwakken toestand met
moer gewonden naar Pretoria vervoerd. De
hlydschap van de ouders bjj het weerzien van
hun kind was onbeschrijfelijk. Na verloop van
eenige maanden was hjj weder op de been
en besloten de ouders in overleg met den huis
dokter hem r.aar een kustplaats te zendon in
de nabijheid van Kaapstad, ten einde daar
zjjn verloren krachten weder te herwinnen en
tegelijkertijd om hem zoo7«el mogelijk van
het gevechtsterrein geisoleerd te houden. De
Boeren drongen echter voortdurend moor de
Kaapkolonie binnen, on zoo gebeurde het eenige
maanden daarna, dat in bedoeld zeeplaatsje
de krijgswet door de Engelschen werd afge
kondigd. De inwoners mochten van toen af
's avoads na 9 uur niet buiten de grens der
gemeente komen. Op zekeren avond werd ons
ventjo na bepaalden tjjd buiion do plaats door
een schildwacht aangehouden on opgebracht.
Don volgonden dag moest hij voor don krijgs
raad vorschynen ton cindo zich te komen ver
antwoorden. Inplaats nu met betraande oogen.
vergiffenis te vragen, wat van oen jongen van
zyn jaren te verwachten was, stond hjj daar
zonder eenige vrees, als een ware held voor
do gesnorb<arde officioren. Met geestdrift en
kracht verdedigde hij hier het goed recht van
de Boeren en ontzag zich niet de Engelsche
te laken, die op zolk een schandelijke wjjze
van hun macht misbruik maakt. In zjjn jeug
dige onbezonnenheid gaf hjj tevens te kennon,
dat het zjjn plan geweest was zich bjj de Boe
ren aan te sluiton. Mon achtte dit ventje te
gevaarlijk en na verloop van eenige dagen
word onze dappere kleine held te Kaapstad
ingescheept om als gevangene naar de Ber
muda eilanden te worden gezonden, waar hjj
thans nog vertoeft.
Te Nijmegen heeft zekere weduwe
S., een zonderling, woonachtig in een ach
terbuurt, het ljjk van haar op Maaudag
vóór acht dagen overleden man tot ver
leden Zaterdagmiddag verborgen weten te
houden, toen zjj een straatveger vroeg om
een kist.
De politie, door hem gewaarschuwd,
kreeg Zaterdag geen toegang tot de woning
doen begraven wilde de vrouw haar man
niet.
Eerst Zondagochtend, toen zjj een gees
telijke uitliet, wist de politie binnen te
komen. De vrouw werd op het hoofdbu
reau van politie gebracht en daar gehouden
tot het ljjk gekist en begraven was.
Uit Ondshoorn meldt men
Maandagavond is aan boord van de
stoomboot >Volharding Vil" aan de dek-
knecht P. de Br. een vreeaelyke wonde
toegebracht, door een gewezen marinier,
die boos was op de Br., omdat deze wat
gekheid had gemaakt met zjjn meisje. Om
zjjne woede daarover te koelen, stak de
gewezen marinier de Br. met een mes
tusschen de ribben. De gewonde verkeert
in levensgevaarde dader zit in voorloo-
pige hechtenis.
Burgemeester en politieagent.
Zondagmiddag wandelde 'jen heer en da
me langs de Heerengracht bij de Vijzel
straat te Amsterdam, toen zjj door een be
delaar lastig werd gevallen, zoodat een
agent van politie genoodzaakt was den
uian te verwijderen en te doen arresteeren
door een collega. Daar de agent moest we
ten of een strafbaar feit was gepleegd,
sprak hjj den heer aan en vroeg hem of
de man gebedeld of gedreigd had. Het ant
woord luidde bevestigend, hjj was erg hin
derlijk geweest.
Mag ik dan verzoeken uw juisten
naam als 't u blieft vroeg de agent, ter-
wijl hjj zjjn zakboekje en potlood te voor-
schjjn haalde.
Waarom?
Omdat u zal verzocht worden als
getuige te dienen, mjjnheer, was het ant
woord.
Een korte pauze en toen antwoordde de
heer glimlachend:
Kom dan morgen maar even op het
stadhuis, ik ben de burgemeester.
Tableau
De agent, eerst wat in de war, stak
zyn boekje op, salueerde en vervolgde zjjn
ronde.
Den volgenden dag bleek het, dat de
bedelaar met een bedreiging was wegge
zonden op last van den burgemeester en
de agent kreeg een complimentje voor zyn
correcte houding.
Lachende erfgenamen.
Te Utrecht overleed een reeds bejaard
heer, omtrent wien niet veel meer bekend
is, dan dat hg indertjjd met beurtschippe
ren een aardig duitje moet hebben ver
diend. Dit laatste werd echter door som
migen weieens in twjjfel getrokken, door
dien de man zeer sober leefde, zich sik
genot ontzegde, zelfs schamel gekleed ging
en zjjn middagmaal geregeld in een volks
gaarkeuken gebruikte. Thaus, nu de man
dood is, komt het geld echter uit alle
hoeken en gaten voor den dag, zoodat
telkens bjj de erfgenamen de vrees weder
boven komt of er soms nog niet meer is
verstopt, dat r.og niet werd gevonden. Tot
heden werden reeds gevonden een doos,
inhoudende 1500 gouden tientjes, eenige
sigarenkistjes gevuld met rjjksdaalders en
guldens, grootendeels zwart van ouderdom
in een hoofdkussen verborgen ruim f 800
in en onder het bed, in kasten, ja zelfs
achter het behaDg verschillende groote en
kleine bedragen, en nog steeds is men aan
het zoeken naar meer.
Daar de man alleen op een paar ka
mertjes woonde en bjjna geen bezoek ont
ving, was zjjn bestaan feitelyk maar aan
enkelen bekend.
By gebreke van een testament komt de
nalatenschap waartoe, zooals reeds ge
bleken is, ook nog eenige goed verhuurde
huizen behooren aan neven en nichten
die den ouden man wellicht nimmer heb
ben gezien.
Hoe groot de nalatenschap zal zjjn, is
nog niet bekend, doch dat deze heel wat
zal bedragen is wel zeker.
Moord te Bussum.
Dinsdag nacht had te Bussum een moord
plaats. De 16-jarige Mina de Leeuw uit
Laren was bjj de familie Speller te Bussam
om op de zaak, een logement, en 2 klein*
kinderen te passen, daar de eigenaar en
zyn vrouw op bezoek naar Laren waren
gegaan. Zekere v. Zomeren, die eveneens
op de zaak had gepast, ging te 12 uur
heen, terwjjl de moordenaar, J. Heysteeg,
te elf uur gearriveerd was Deze was kost
ganger Tan Speller. Toen H. alleen met de
kindereu en de verslagene was, viel hjj
plotseling het meisje van achteren aan en
sneed haar den nekspier door, met het ge
volg dat zjj onmiddelljjk dood was. Alles
gebeurde in tegenwoordigheid der kindereu.
Een van hen moet den moordenaar nog
met een stuk hout geslagen hebben.
De moordenaar begaf zich daarna naar
de politie en gaf zich zelf aan. Hjj werd,
nadat onderzoek was gedaan in het hnis,
in arrest gesteld. Den geheelen dag ver
dringt zich een groote menigte voor het
politiebureau, die niet erg zacht voor
den moordenaar is gestemd.
's Nachts omstreeks half óun hebben
voorbjjgangers de kinderen hooren schreeu
wen. Het oudste wjjst v. d. Hysteeg als
de dader aan, en voor zooveel men uit
het voorloopig verhoor kon opmaken, moet
sexueele drift flen verdachte tot het af-
schuweljjk misdrjjf hebben geleid.
Buitenlandschs berichten.
Ongeluk in de sneeuw.
Van het 200 man sterke detachement
infanterie, dat de vorige week in Japan
in een sneeuwstorm is verongelukt, zjjn 4
officieren en 7 minderen levend terugge
vonden. 40 Ijjken zyn ontdekt De bevel
voerende officier werd levend aangetroffen,
doch hjj was aan den grond vastgevroren
met de dekens, welke soldaten over hem
hadden geworpen.
Vreemdsoortig drama.
Twee huurkoetsiers te Londen, die zwa
gers waren en bljjkbaar genoeg hadden
van het voeren van de zweep, stegen Za
terdag van hun bok en gingen eerst een
apotheek, laler een bierhuis binnen. Na
dat zjj twee glazen bier hadden besteld,
goten zjj in het bier een vergif, dat zjj
broederljjk hadden verdeeld.
Proostriepen zjj elkaar toe en
dronken hun glas in één teug leeg.
De aanwezigen dachten aan een grap,
maar de beide mannen zakten onmiddellyk
ineen en stierven voor zjj in het zieken
huis waren gebracht.
Van Barnum en Bailey,
Het beroemde circus zal een paar ver
maarde medewerkers verliezen het dub
bele nummer, de twee aan elkaar gegroeide
zusters Kadica Doodica. Radica is ernstig
ziek, maar Doodica kan, volgens de doc
toren, behouden bljjven, door het mem
braam weg te nemen, dat de beide zusters
vereenigt. Zjj zyn naar eeu Parjjsch hos
pitaal gebracht en over een paar dagen
zal de operatie plaats vinden.
Bjj Gratz is de locomotief van een
Soederentrein gesprongen. De machinist,
e stoker, een conducteur en een bewa
ker van goederen zjjn gedood. Als oor
zaak van de ramp wordt opgegeven dat
men verzuimd had den ketel tydig van
water te vooAien.
Verduistering.
Te Marseille zyn eenige ambtenaren bjj
de invoerrechten gevangen genomen, ouder
de verdenking van schromelijke verduiste
ringen te hebben gepleegd, met verval-
sching tevens van openbare geschriften.
Voor zoover tot dusver bekend is bedragen
de verduisteringen ongeveer 400,000 francs.
Uitnoodiging van Amerika aan Kruger.
W A8HINGTON, 4 Febr. Door Cochran
is heden in het Huis van Afgevaardigden
een motie ingediend, waarbij president
Kruger wordt uitgenoodigd de Ver. Staten
te bezoeken wanneer het hom gelegen
komt als gast van het land, en waarbjj
tevens een krediet van ten hoogste 25.000
dollars wordt verleend tot bestryding van
de kosten zjjner ontvangst.
Een dergeljjke motie zal in den Senaat
worden voorgesteld.
Gemeenteraad van Wieringen.
Vergadering van 4 Februari 1902.
Voorzitter de Burgemeester.
De Voorzitter opent de vergadoring, d* no
tulen worden voorgelozon en vastgesteld.
Ingekomen stukken
1. Brief van den heer Inspecteur der Post»
ryen on Telegrafie to Amsterdam, betreffend*
het doortrekken der telephoon naar het dorp
den Oever. Wordt besloten om de gewenseht#
inlichtingen to verschaffen.
2. Brief van hoeren Gedeputeerde Statoa.
berichtende dat de gemeente voor dan tjjd
van 3 jaren vrystelling is verleend van do
verplichting tot bet govon van onderricht hl
de vrjjo- en ordooofeningen.
3. Procesverbaal van kasopname bjj d*o
gemeente-ontvanger, waaruit bljjkt, dat over
eenkomstig de boekhouding is in kas bovondea
1 993.86*.
4. Verzoek van J. W. Rietvink te Anno
Paulowna, om afschrjjving van hoofdelykoo
omslag wegens vertrek uit de gomoente. Toe
gestaan.
5. Voorstel van B. W. tot het bouw*a
van een lokaal aan de school te Hippolytns-
hoef, wegons vermeerdering van het aantal
schoolgaande kinderen.
De Raad hecht daar zjjne goedkeuring aao
en besluit dat het opmaken van be*tek
teekoning cal worden opgedragen aan den heer
R. Dekker te Anna Paulowna.
6. Verzoek van don heer J. Mottert om
eervol ontslag als gemeente-ontvanger en vaa
den hoer M. Mostert om als zoodanig te wor
den bonoemd.
De Raad verleent den heer J. Mostert eer
vol ontslag, ingaande 1 April aanstaande *a
benoemt uit eene aangeboden voordracht vaa
2 personen, met algemeone stemmen de* heer
M. Mostert.
7. Voorstel om do landerjjen en wegen d*r
gemeente den 22 Februari aanslaando weder
voor een jaar in het openbaar te verpacht**.
Aangenomen.
Na do gewone rondvraag werd eenigen
gesloten vergadering gehouden en nadat d*
vergadering weder geopend was, het kohier
van don hoofdeljjken omslag vastgesteld o»
f 5295.
Waarna de vergadering door den VoorziU**
erd gesloten.
Da Oarlog in Zuid-Afrika
Maandag is te Londen een opgave ver*
schenen van de troepen en paarden, di*
van 1 Januari 1900 tot 31 December 1901,
dus iu twee jaren tjjds, naar Zuid-Afrik*
zyn scheep gegaan. Het aantal officier**
is 10,426, minderen 217,273, paardsé
242,311.
LONDEN, 4 Febr. Een telegram vaq
lord Kitchener van gisteren uit Pretori*
meldt het volgende: Sedert 27 Jaooari
werden 29 Boeren gedood, 25 gewond,
142 gevangen genomen, terwjjl 48 ziek
overgaven94 geweren, 2270 patronen,
260 paarden, 33 wagens, 3250 stulu ve*
werden buitgemaakt.
In de Kaapkolonie bevindt zich een klein
commando in de Bamboeaberg; een ander
onder Louis Wesaels, is werkzaam geweesi
in het Cradokdistrict, waar den Isten Febr.
een voorraadtrein werd aangehouden ea
gedeeltelijk veroverd.
In het westen is een voortwaartache be
weging gemaakt op Fraserbnrg in Calvinia.
In het noordoosten van de Oranje-Rivier
kolonie zyn vier colonnes druk bezig ge
weest met het verspreiden der commando's.
Bejjers trok naar het oosten van Pieters
burg.
Gevecht tegen De la Rey.
LONDEN, 5 Febr. Kitchener seint uii
Pretoria
Kekewich rapporteert dat een strgdmacht
onder majoor Leader 7 man van De 1*
Rey's commando heeft gedood en 131 ge
vangen genomen. Onder de gevangenen
zyn commandant Sarei Alberta, landdrost
Potgieter, veldkornet Jan Dupleams. Onze
verliezen zjjn gering, geen enkele dood*.
rUUILLETON".
De doode Millionnair,
JS)
Dat is zoo. Mjjnheer Werling gaat alle
avonden uit en blijft hjj thuis, dat hindert
niet. Hjj heeft nooit iets noodig en dan heett
hjj ook een eigen sleutel. Goed ik ga moeik
mag wol iets hebben om mjjn zinnen te ver
zetten.
Je hebt geljjk. Ik vorwacht jo precies
zeven uur daarginder aan den hoek dan
ziet mjjn vader jsjoiet. Als hjj dan later je
tante spreekt, kan hjj je niet verraden..
Vóórj juffrouw Kobitz dien avond nitging,
gaf; zjj'&an^Gusta strenge voorschriften om
trent het werk dat zjj nog te doen had, en
hoe zjj op het huis moest passen.
Vjjf minuten nadat zjj hare tante aan don
hook der straat in eon omnibus had zien
stappen, ging Gnsta in haar kamertje, trok
hare Zondagscho kleeren aan, bestreek de
leeljjke plokken van hare laarsjes met zwar
ten inkt, en maakte zich gereed om uit te
gaan. Toen zjj reeds beneden aan de huisdeur
stond, gebeurde er iets, dat een oogenblik
haar bloed deed stilstaan.
Zjj hoorde iemand de trap afkomen dat
kon alleen mjjnheer Werling zijn. Maar deze
■prak nooit met haar oom of tante, dit stelde
haar eenigszins gerust.
Neem me niet kwaljjk, begon hjj heel
beleefd, ik ga van avond niet uit, want ik heb
iets te schryven en daarom zon ik gaarne
wat licht hebben.
Gewillig stapte Gnsta vlug naar de keuken
om een lamp te halen en onder het loopen
kwam or oen gedachte bij haar op; zjj wilde
mjjnheer Werliug in haar vortrouwon nemen.
Ik ga uit, zeide zjj, maar oom en tante
mogen or niets van vernemen. U zult me toch
niot verraden, wol
O neen, antwoordde hjj lachend. Heb
daarover maar geen zorg.
En ik geloof wel niet, dat het ge
beuren zal maar als er iemand aanschelt
wil u dan eens aan de deur kjjken
Wel zeker, met pleizier, antwoordde Wer
ling. en in zjjn zak grjjpend, zeide hjjAls
go uitgaat, koopt dan hiervoor wat moois.
Daarbjj liet hjj een mark in huro hand
gljjden en vóór zjj genoeg van hare verwon
dering bekomen was om hom te kunnen be
danken, was hjj weder in zjjn kamer ver
dwenen.
Een half nnr later stond JamesjWalter
voor het huis no. 192 in de Rjichenberger-
straat en schelde zacht aan. Hjj wachtte, maar
hoorde geen beweging in hot hnis. Voor de
tweede maal trok hjj aan de schel iets
harder daar hoorde hjj vootstappen nade-
rou het volgend oogenblik ging de deur open.
Woont hior iemand, die den naam
Verder kwam hjj niet,
Heinz Werling zeibad de denr geopend
en staarde hem met grooto oogen aan Heinz
zag zjjn evenbeeld van deetjjds, toen hjj glad
geschoren uit het tuchthuis was ontslagen.
Slechts ééa op de geheele wereld kon zoo
■prekend op hem geljjken. Een weinig voor
over buigend, koek hjj scherp in de oogen
van den man, die daar bevend voor hem stond.
Eindeljjk stond de ontslagen gevangene
tegenover zjjn broeder, die schande cn ellende
over zjjn hoofd had gebracht.
HOOFDSTUK XXII.
Toen de knecht van den jongen graaf dien
morgen om tien uur bjj zjja hoor aanklopte
on geen antwoord kreeg, trad hjj zondor ge-
druisch binnen om de kleeren voor zjjn heer
gereed te leggen.
De kamer was ledig dit verwonderde hem,
want hjj wist, dat de graaf voornemens was
dien dag naar de wedrennen te gaaD. Doch
in de onderstelling, dat zjjn heer in een hotel
of bjj een vriend was bljjron overnachten, of
dat hjj den nacht aan de speeltafel had door
gebracht, dacht de knecht niet verder daar
over na.
Even onbezorgd was do o*de graaf, dio
zich over niots meer verwonderde van wat
zjjn zoon deedde oude heer had reeds zoo
veel angst uitgestaan om het zonderling ge
drag van zjjn zoon, dat hjj met vreugde het
plan begroette, dat de jonkman de halve wereld
wilde rondreizen. Dat zou zjjne gezondhoid
ook goeddoen. De lucht van hot Rotsgebergte
zou beter voor hem zjjn dan de omgeving
waarin hjj nn dageljjks verkeerde.
De oude heer had een hevigen twist gehad
met zjjn zoon, toen deze in aohulden was ge
raakt an zjjn vader om redding nit de* nood
kwam verzoeken. Eindeljjk had de oudo graaf
er ln toegestemd die aohulden ie betaleu, maar
hij had hem de stellige verzekering gegoven
dat hjj Let nooit moer zoo doen.
De jonge graaf had dit niet in ernst op
genomen na eenigen tjjd kwam hjj weer met
een verzoek bjj zijn vader, doch dezo weigerde
nu standvastig. Daarom wendde de jonge
vorkwister zich tot do geldschieters, dio hem
een som gelds leenden, in overeenstemming
mot het krediet dat zjj hem waard achtten.
Bjj het atwiselend geluk op de renbaan kwam
bjj spoedig opnieaw in geldverlegenheid, en
toan bracht Hollenberg hem in kennis met
Goldatein. Deze brave man leende hem e«n
betrekkeijjkc kleine som, maar ontving de
polis van oene levensverzekering ter waarde
van vierhonderd duizend mark als borgstel
ling en onderpand. Plotseling kwam toon bjj
den jongen graaf hat denkbeeld op, dat ver
andering van lucht in menig opzicht goed
voor hem zou wezen, en vormde hjj hel plan
voor eene reis naar Amerika, waarover hjj
reeds meermalen mot Hollenberg had gesproken
voordat deze hem in kenais bracht met Heinz
Werliog.
Na het middagmaal zette do ondo graaf
zich op zjjn gemak in zjjn armstoel en nam
do krant in handen. Hjj zat nog niet lang
te lezen, toen de knecht kwam zeggen, dat
iemand den jongen graaf wunschte te sproken.
Welnu, waarom kom jo mij met die
boodschap lastig vallen vroeg de oude heer
ontevreden.
De jonge heer is er niet, en toen ik
dit aan den man zei, verlangde hjj n to
sproken. Ik geloof, dat hjj iel* heeft af te
govon, antwoordde de knecht, on ziende dat
zjjn hoor nog aarzelde, voegde hjj er bjjDe
man zegt, dat het een gewichtige zaak botreft
hjj moet iemand spreken.
Nu, vraag hom dan zjjn naam en
en wat hjj wil. Ver moede ljjk een bedel-
partjj of eun schuldeischer van Botho mom
pelde hjj, toen de knecht weg was.
Weldra kwam de knecht terug met de
boodschap, dat de man een stillen lommerd
hield en iomand van de familie wenschte te
spreken betreffende een voorwerp, dat dezen
morgen bjj hem was beleeod geworden.
Laat hem binnenkomen.
De vreemde trad met veel verontschuldi
gingen binneo, zeide dat hjj Scbwarze heette
en geld leende tegen onderpand. Dezen mor
gen had zjjn bediende van een net gekleed
heer een gouden horloge met ketting als pand
aangonomon toen hjj zelf omstreeks tien uur
in den winkel kwam, had zjjn bediende hom
dadeljjk hat horloge als een bjjtondorheid
lateo zien. Bljjkens bet inschrift, dat de
horlogekast aan de binnenzijde droeg, was dit
uurwerk indertijd als geschenk vereerd aan
een man, die later onder zeer aangrjjpend*
omstandigheden tordood was gebracht wegons
het vermoorden van een vrouw.
De onde graaf werd ongeduldig.
Besta man, wat hsb ik nu uittestaan
met beleond* horloges of ter dood gebrachte
moordenaars
Meer dan n denkt. Laat mjj slechts
gelegenheid om mjj nader te verklaren, dan
zult ge begrjjpen, om welke reden ik hier gs-
komon bon. Zoodra ik bet horloge zag vroeg
ik mjjn bediende, wat de vreemde heer had
gezegd. Ook vroeg ik hem, of bjj geen nadere
bjjzonderheden had gevraagd, zoodra hjj het
inschrift zag. Daarop antwoorddo mjjn be
diende, dat de heer hem had verteldhjj
had het horloge lang geleden als curiositeit
gekocht, en daar hjj op het oogenblik in geld
verlegenheid was, wilde hjj or een voorschot
op hebben.
Welnu, dan had hjj het toch gekocht?
Dan is jnisl hot onmogeljjke. Heel toe
vallig ken ik de geschiedenis van dat horloge;
een kennis van mjj kocht het toen de nalaten
schap der vermoorde vrouw werd verkocht.
En nog geen twee maanden geleden vertelde
hjj mj), dat oen voornaam Geljjk heer, dio
belang stelde in de geschiedenis aan het hor
loge verbonden, dit van hem gekocht en ge
zegd had het voortaan altjjd to willen dragsn.
Nog altjjd bcgrjjp ik niet, wat die ge
schiedenis mjj aangaat. Wie was de jonge
edelman, die het horloge kocht?
Dat was uw zoon, mjjnheer de graaf.
Zoo Dat wist ik niet, antwoordde de
ondo heer, de schouders op halende. En meent
ge nu, dat dit horloge aan mjjn zoon ontstole*
ii Bjj een wedron Of op straat Dit is wel
mogeljjk.
Dit was ook mjjn eerste gedachte, e*
daarom kwam ik dadeljjk hier, om zeker te
weten, of de jonge heer het horloge misschien
nit eigen vrjjen wil uit handen heeft gegoven,
▼oordat ik naar do politie ga om aangifte te
doen.
Juist zoo, dat begrjjp ik; maar mjj*
zoon is niot thnis en ik zelf kan sr u
niets van zoggen. Maar wacht een oogen
blik Wellicht woot zjjn knecht er iota va*.
Deze herkende oogenblikkeljjk het horloge
als eigendom van zjjn heer.
Wanneer heb je het do laatste maal ge
zien? vroeg de graaf.
Gisteravondik gaf het mjjnheer aog.
Weet je dat zeker
Heel zekerik nam het va* de kaptafel
en stak het in mQnheer's vestzak.
En heeft hjj er dezen morgon niets vaa
gezsgd, dat hjj het horloge verloren had.
Ik heb mjjnheer niot weder gezien ;h|j
is sedert gisleravoud nog niet thuis gekomen.
Scbwarze keek den ouden graaf esas aaa.
Ik wil u volstrekt nis* ongerust maksa,
zeide hjj, maar uw toon moei stellig bestol**
zjjn en daar hjj sedert gisteravond niet
thnis geweest is
Zoudt ge denken, dat hem oen ongelig
is overkomen
Hut komt mjj althans vreemd voor
wanneer ik in uwe plaats was, zon ik te*
minste dadeljjk de politie waarschuwen.
(Wordt vervolgd.)