WatM het^voorstul van den heer do^Ven be-
trelt^dit^kan hy niet steunen en aohl het
beter, daggelden voor een^nieuw Ziekenhuis
in j een volgende leeuing opgenomen worden.
Het plan tot verbetoring kan dan eerst over
wogen worden, want het ingezonden plan
kan zyn goedkeuring niet wegdragen. Hy
acht de plaats, waar dit gebouw staat, geheel
verkeerd. De heer de Ven zal hierop niet
verder ingaan, maar moet toch opmerken,
wanneer men een nieuw Ziekenhuis op een
andere plaats wil stichten de kosten ontzag
gelijk veel hooger zullen zyn. Hy heelt even
wel geen bezwaar zyn voorstel terug te nemen.
De hoer Korvor brengt in bet midden,
dat hy niet zoo voetstoots al do genoemde
werken^wil uitvoeren zonder een grondig on
derzoek door den Raad. Tegen de uitgetrokken
som vaa 112000 tot verbetering van 't Hel-
dersche kanaal heelt hy geen bezwaar, maar
wel tegeu de wyze hoe die goldon bestoed
zullen worden. Uitmaling acht hy niet ge
schikt. lu de derde plaats vraagt hy op
welke wyze 11. en W. de leening denkeu
te sluiteu, by openbare inschrijving ol by de
gemoente-credietbank.
De Voorzitter en de heer Van Neck
geven ten opzichte van dit laatste puut de
verzekering, dat zy later met oen voorstel
zullen komen nadat men onderzocht heeft
welke wyze het voordeeligst voor do gemeente
is. Do heer Korver dringt er nogmaals op
aan, dat de plannen van uitvoering van olk
onderdeel nader den liaad ter beoordeel ing
zullen aangebodeu werden, waarop de heer
Over de Linden aanmerkt dat allo opgegeven
werken door de leden verlangd werden.
De heer de Ven zou hot bejammeren, wanneer
f 12000 werd uitgegeven voor de uitmaling
van het kanaalby acht dit geen afdoend
middel, zooals B. W. dit voorstellen. Hy
wil duu post wol behouden, maar onder be
paling, dat men later vuststelt, h o e de
verbetering zal geschieden. Do hoer Kor
ver spreekt in gulyken geest en op diens
voorstel wordt dan ook hul woord uitmaling
veranderd in verbetering. Volgens zyu
moening moet een Commissie do zaak onder
zoeken en rapport uitbrengen, waarna men
een bepaald besluit kan nemen. Het is
den Voorzitter niet duidclyk wat zoudanige
commissie moet verrichton, want do verschil
lende plannen zyn grondig onderzocht, rypoiyk
overwogen en het resultaat was, dat zy ot
niet duugdelyk of te duur waren. Du heer
Over de Linden acht het plan van uilmaling
een goed plan en vindt f 1200J voor het
nemen /an een proei niet te duur, omdat de
undere planneu evenmin zekerhoid geven.
Na uog eenige bespreking, waarby do Voor
zitter de verzekering geelt niet tot de uit
voering der werken te zullen overgaan, aleer
de Raad is geboord, wordt met algemeene stem
men tot bet aangaan van een geldlcening,
groot i 260.000, besloten.
Directeur Gasfabriek.
De Voorzitter deelt mede, dat cr twee
voorstellen zyn ingekomen, betredende de
aanstelling van een directeur voor do gas-
iabriek. Het eerste, onderteekend door da
lieeren Van Breda, Dito, Zander, Kuiper, do
Ven, Krynen, Bevenhysen en Van Twisk,
behelst hot voorstel om B. en W. te mach
tigen sollicitanten op te roepen voor do be
trekking van directeur der gasfabriek tegen
een jaarwedde van f1400 met genot van
vrye woning, vuur en licht. Het tweede
voorstel, gedaan door de heereu Korver, Terra,
Jaring en Vun Wingerden, bcoft tot strekking
den directeur der waterleiding tydclyk voor
een jaar van at het tydsiip van de overname
der gasfabriek met de directie to belasten
tegen een belooning van f 1000. Over
deze beide voorstellen bobben langdurige be
sprekingen plaats. De beer Van Breda
verdedigt het voorstel van hem en de 7
audere ledon. Hy doet uitkomen, dat het
genoemde traktement als aanvangssalaris moet
beschoawd worden en men tot dit cyfer is
gekomen, omdat in do vorige zitting eenige
leden tegen het voorstel van B. en W. heb
ben gestemd, omdat zy een salaris van f 2000
te hoog vonden. By nadere overweging hebben
de voorstellers evenwel besloten hun voorstel
te wyzigen en bet salaris te brengen op
i 1800. Zy zyn in du gegeven omstandig
heden tegen het voorstel, om de gasfabriek
en waterleiding onder ddn directie te brengen
dit zouden zy niot zyn, wanuoer beide inrich
tingen te gelyk overgenomen werden, dan
kon men iemand aanstellen die van de gaa-
fabrikalie een studie bad gemaakt en wat
bet technisch gedeelte aangaat goed op de
hoogte was. De beer Laieber is geen gaa-
fabrikant en niet in staat de gasfabriek alhier
populair te maken. In bet belang der gemeeute
en der bnrgory hebben zy hel voorstel inge
diend. De neer Korver meent dat het niet
uoodig ie zulk een geleerd directeur aan te
stellen. Hy heeft onder eenvoudige menschon
wel bekwame, practische lieden aange
troffen, die zelfs uitvindingen hebben gedaan,
Het door hem en de drie andere leden
ingediend voorstel beoogt dan ook niets
anders dun bot jaar te benutten tot het ver-
krygen van een bekwaam persoonen het
zelfde wat in andere gemeenten geschiedt, om
de waterleiding en gasfabriek onder één
directie to brengen, kan ook zeker bier niot
anders dan goed werken. Daarom kan oen
jaar proeityd zeer nuttig zyu en hy wyst er
uog op, dat de heeren Van Spall, Zwaanswyk
en Kemp volstrekt geen technische personen
waren, die beide vakken toch goed beheerden.
De koor Kramer was vau don beginne af
voor voreeniging, maar is van meening ver
anderd sinds hum uit inf'ormatiën van 14 ge
meenten van ons land, waar gasfabriek en
waterleiding onder éën bestuur zyn, is
gebleken, dat allen directeurs van gasfabrieken
zyn en de waterleiding als byzuak beboeren.
De hoer de Ven betoogt, dat wy hier
noodzakelyk een technisch en praktisch man
als directeur uoodig hebben, die goed op de
hoogte is van de gaslabricatie en van de
by producten, die verkregen kunnen worden.
Do beer Jaring meent, dat de leden van
den Raad niot voldoende op de hoogte zyn
van de gasfubricatie en zy daarom niet juist
de zaak kunnen beoordeeien of een éen- of
tweehoofdig bestuur bot boste is, en daarom
is hy voor oon proefjaar. Sinds do laatste
zitting is men niet veel wijzer geworden,
waarom hjj het wenschelyk acht, dat de Raad
zich door een deskundige laat voorlichten en
doet in dien geest een voorBtel.
De heer Staalman beweert, dat het argu
ment van de heeren Van Breda c. s. om mot
hun voorstel tegemoet te komen aan de be-
zAaren van sommigen, die tegen het voorstel
van f2000 salaris stemden, omdat het te hoog
was, nu geheel is vervallen, want een verschil
vun f 200 beteekont niets. Hy voor zich kac
met geen der voorstellen meegaan, omdat hy
niet voldoende op do hoogte is en ondersteunt
het voorstul van dun hoer Jaring om zich
door een deskundige te lutun voorlichten. Zoo
iemand kan dun leden duidelyk maken, wat
zy hebben gekocht, wat de capaciteit der
fabriek is, welk systeem er gevolgd wordt en
welke verbeteringen aangebracht moeten
worden. Is dit geschied, dun kan de Raad
beoordeeien, wie het meest geschikt is om
aan het hoofd der fabriek te staaneen
wetenschappelijk man, iemand, die reeds op
een kleine fabriek werkzaam is of de directeur
der waterleiding. De heer Van Breda zegt,
dat hot^cyfer f 1800 niet uit de lucht is ge
grepen en beschouwd moet worden als een aan-
vangsalaris en klimmen kan tot f 2500. In
elk geval acht hy het noodzakelyk, dat een
gasdireoteur benoemd wordt. Een advies van
een deskundige kan z. i. tot niets leiden en
hy blyft dus zyn voorstel bandhaven. De
heer Staalman meent, dat de onnoozele onder
teekenaars van het voorstel, dio uit oen zui
nigheidsoogpunt geteekend hebben, na deze
toolichting wel bekeerd zullen zyn. De heer
Jaring licht zyn voorstel nog nader toe en
betoogt, dat hy hot gedaan heeft om met meer
gegevens gewapend te zyn by het nemen
eener beslissing. By aanneming daarvan
blyven de beide andere voorstellen nog be
staan. De heer Over de Linden ontraadt
den leden nn nogmaals advies in te winnen.
B. en W. hebben van den taxateur der ge
meeute inlichtingen verkregen, die aanried
een afzonderlijken directeur voor de gasfabriek
aan te stellen. Ook van 14 gemeenten zyn
informaliën ingewonnen, waarvan 13 perti
nent aanraden iemand te benoemen, die met
de gasfubricatie op de hoogte is. De hoer
de Ven ziet ook het nut niot in nogmaals
een deskundige te raadplegen. Hy weet zonder
die voorlichting wel, dat een bekwaam man
aangesteld moet worden en ontzegt den direc
teur der waterleiding de bekwaamheden om
de noodige verbeteringen aan to brengen.
Do heer Korver meent, dat de leden niet de
minste voorlichting hebben gehad om de zaak
te beoordeeien, waarom hy bet voorstel-Jaring
steunt. Nog verschillende leden voeren het
woord. De beor Van Neck acht het vragen
van nader advies overbodig en beweert, dat
tot goede exploitatie der gasfabriek een in
alle opzichten goed directenr een eerste ver-
eisebte is.
De heeren Zander en Dito verdedigen hun
houding in deze zaak en meeuen aldus te
bandelen in 't belang der gemeente. Ten slotte
gaat men over tot stemming. Hel eerst wordt
gestemd over bet voorstel der hoeren Breda
c.s., om een Directeur aan to stellen tegen
een aanvangssalaris vun f 1800. Tien leden
verklaren zich er voor en tien legen, zoodat
de stemmen staken. Tegen stemden de heeren
Terra, Verfaille, Breet, Jaring, Hartsinck,
Korver, Viejou, van Ede, van Wingerden en
Staalman. Daarna wordt gestemd over het
voorstel van den heer Jaring, waarby ver
langd wordt voorlichting van een deskuudige
over de vraag of er een éën- of tweehoofdige
directie van gas- en waterleiding gewenscht
is en over andere zaken daarmede in verband
staande. Dit wordt met 10 tegen 8 stemmen
aangenomen. Tegen stemden de heeren Zander,
Over de Linden, Sevenhuysen, van Twiak,
Dito, van Breda, de Ven en Kuiper, torwyl
de heeren van Neck en Kramer buiten stem
ming bleven.
Na deze beslissing vraagt de heer Jaring
of B. W. oon voordracht willen geven,
waaruit een deskundige benoemd kan worden,
waarop de Voorzitter antwoordt dat zoodanige
aanbeveling, na het gebeurde, van ben niet
is te verwachten. Alsnu wordt bepaald, dat
deze zaak in een binnenkort te houden huis
houdelijke vergadering nader geregeld zal
worden.
Benoemlngsn.
De Voorzitter deelt mede, d&t de benoeming
van den hr. M. Koolhaas, als leeruur in de wis
kunde aan de Zeevaartschool, niet goedgekeurd
is, omdat do bonoemde niet de vereischte
acte bezit. Vervolgens worden benoemd tot
leeraren aan de Zeevaartschool voor stoom
werktuigkunde en scheepbouw de heer Jhr.
M. Rappard, alhier, met 14 stommen en voor
wiskunde do heer T. C. W. van Mierlo, te
Rotterdam, met 11 stemmen.
Rondvraag.
De hoer Staalman vraagt of de Voorzitter
het door B. A W. ingediende plan tot ver
betering van het Helderache kanaal deze zit
ting niet in behandeling wil nemen, waarop
deze antwoordt, dat de Raad een volledig
onderzoek van allo plannen wenschto. Na
eenige overwegingen besluit men dit onder
werp in de volgende vergadering te behan
delen.
Nog informeert do heer Staalman of het
oind-rapport van den heer Halbertsma, omtrent
de plannen van de Waterleiding, nog niet is
ingekomen en nadat hy van Jen Voorzitter
een ontkennend antwoord heeft gekregen, zegt
hy, om den heer Halbertsma tot eenigen
spoed aan to sporen, de reeds vroeger door
hem medegedeelde motie aan den Raad
voor te stellen, aldns luidende
De Raad der gemeente Helder, ge-
,hoord den Voorzitter omtrent den stand
«van het door don ingenieur Halbortsma
uit to brengen rapport in zake de Wa
terleiding, overwegende, dat meer
,dan voldoende tyd is gegeven ter over-
legging van dit rapport, overwegende
voorts dat verdere vertraging de ver- j
«eischic uitbreiding der Waterleiding
«tegenhoudt, verzoekt den heer Hal-
«bertsma alsnog binnen 14 dagen eind
rapport nit te brengen, onder inzending
•zyner goheele vordering ten laste der
gemeente en gaat ovor tot de orde van
,deu dag."
De heer de Ven vindt het ook hoogst
onaangenaam, dal de beer Halbertsma zoo
lang laat wachten en vraagt welke weg er
nog openstaat, indiea de motie aangenomen
wordt en de heer Halbertsma nog niet aan 't
verzoek voldoet. De heer Staalman zegt,
dat nu op beleefde wyze de beer Halbertsma
tot spoed verzocht wordt, en indien hy toch
nog in gebreke blyft, de Raad overwegen
moet, wat hem te doen staat. Men zou dan
by exploit hem kunnen doen weten, dat do
gemeente de opdracht intrekt. In «tem
ming gebracht wordt de motie met algemeene
stemmen aangenomen. De heer Van Neck
onthield zich.
Do heer Hartsinck vestigt de aandacht van
den voorzitter op den vuilen toestand van een
atukjo grond aan den Parallelweg by de school
en de heer Van Wingerden op de bestrating
van do Achter-Zuidstruat. De Voorzitter
zegt beide heeren een onderzoek toe.
De heer Breet vraagt of er al eenige uit
voering is gegeven aan het besluit tot aan
stelling van meerdere politieagenten, waarop
de Voorzitter ontkennend antwoordt, hetgeen
de heer Staalman aanleiding geeft to vragen
of hot in do bedoeling van don Bnrgermeester
ligt in 't geheel daaraan geen uitvoering te
geven. De Voorzitter zegt dit nog niet te kun
nen zeggen, omdat by met de Hooge Regee
ring daarvoor in correspondentie is.
Do heer Jaring brongt nog in het midden,
dat het wonschelyk is om de wyk verdeeling
in hel Koegras voor de geneesheeren nader
te bepalen, omdat de tegenwoordige dikwyls
aanleiding geeft tot onaangenaamheden. TevenB
dringt hy er op aan ton gerievo der bewoners
van Koegras, dat een geneeskundige met de
vaccinatie belast ook in dit gedeelte van de
gemeente 1 nur zitting hield. Hy meent nu
eoQ nieuwe gemeente-geneeshoor aangesteld
moet worden deze aangelegenheid gevoegelijk
kan geregeld worden. De Voorzitter zal
deze zaak in overweging nemen.
Niomand meer het woord verlangende, wordt
de vergadering gesloten.