KLEINE COURANT 't Vliegend Blaadje Bontwerken SI KICOLAAS De vrouw van ieo Spion. voor Heldor, Texel, Wieringen en Anna Paulowna. De Directie der Broodfabriek „DE VOLHARDING" a Nergens goedkooper en solider LANGESTRAAT 64. KANAALWEG 148-149. Winterstoffen eigengemaakte WINTER BLOUSES. S. A. KANNEWASSER. Stille armoede. Tegen hoesten, kinkhoest enz. No. 3208. Zaterdag 14 November 1903. 31ste Jaargang. BureauSpoorstraat. Telefoonn». 59. Bureau: Spoorstraat Telefoonn0. 59. TWEEDE BLAD. Vervolg der berichten, Eenige werklieden, die Maandaga vond te Weeep een schip met steenkolen gelost hadden, gingen in de herberg van F. aldaar eenige borrels drinken Zekere Ter L. werd, daar hg naar den zin der anderen niet genoeg dronk, op den grond gelegd en hem toen eene hoeveelheid je never in den mond gegoten, die hg tegen zgn wil moest opdrinken. Hem werd zoo veel toegediend, dat hg in bewusteloozen toestand naar huis moe9t worden gebracht, waar men hem den volgenden morgen dood te bed heeft gevonden. (Td.) De politie te Vlissingan heeft pro- ces-verbaal opgemaakt tegen twee vrouwen, die io den nacht van 5 op 6 dezer een persoon in haar woning hebben gelokt. De persoon werd ongesteld en verkeerde in bewusteloozen toestand, waarna de vrou wen bem van een gedeelte van zgn geld hebben beroofd, den man in bewusteloozen toestand latende liggen. Eerst twee dagen later is de man daar gevonden, nog steeds bewusteloos. By het comité tot ondersteuning van de nagelaten betrekking der verongelukte Arnemuidsche visschers is in het geheel ingekomen f 22.302. Het drama in het Grand Théatre" te Amsterdam, in den avond van 7 Mei 1. 1. gedurende de vertooning van »Een berucht proces" na de pauze afgespeeld, en waarin de 26jarige sigarenwinkelier Alb. Joh. van Ingen en mej. M. J. J. Anjelier, gescheiden huis vrouw van C. N. Schmidt de hoofdpersonen waren, werd heden voor het Gerechtshof te Amsterdam in hooger beroep behandeld. Waar deze zaak nog betrekkelgk zoo kort geleden 17 Sept. j. 1. voor de 4de Kamer der Rechtbank alhier diende en we toen van de hoofdpunten in dit proces vrg omstandig verslag gaven, mogen we de bijzonderheden als bekend veronderstel len. Wel verre van die dus hier wederom te gaau oprakelen, meenen we thans te kunnen volstaan met de herinnering, dat Van Ingen twee schoten uit een met scherpe patronen geladen revolver loste op mej. Anjelier, die hem, volgens zgn advo caat, »eerst zijn geld ontleend, hem ver volgens in zorgen gelaten, gegriefd en ten slotte verstooten" had. De aan mej. Anje lier toegebrachte wonden waren betrekkelgk spoedig genezen, een der kogels kon niet verwijderd worden, de kaak kon zg on 17 Sept. 1.1. nog slecht bewegen. Het O. M. eischte tegen den beklaagde, die het opzet om te dooden ontkende, wegens poging tot moord 8 jaren gevangenisstraf, doch de Rechtbank veroordeelde hem tot 2 jaren. De bekl. had in het vonnis berust, doch het O.M. had appèl aangeteekend. Nadat twee getuigen waren gehoord, nam de advocaat-generaal mr. Pleyte een requisitoir strekkende tot veroordeeling van den beklaagde tot (3 jaren gevange nisstraf. Spr. nam aan, dat Van Ingen met voorbedachten rade heeft gehandeld. Mr. Frikkers trad als verdediger op. Ernstig ongeluk. Bg de hoogovens van Providence te Marchienne-du-Pont is Maandag een ernstig ongeluk gebeurd. De gesmolten stof, in een dier ovens opgehoopt, heeft plotseling brand veroorzaakt, waardoor zes arbeiders om bet leven kwamen en talrgke anderen ernstig gewond naar het hospitaal werden vervoerd. Een zonderling beslag. Te Mantua is de vorige week, het merk waardig geval voorgekomen, dat gerechte lijk beslag is gelegd op een gedenkteeken, nog wel een dat niet onthuld was. De Gemeenteraad had namelgk besloten op een der pleinen in de zuilengang van het paleis der Gonzaga's een marmeren steen te| doen aanbrengen ui't de namen der burgers die ruim een halve eeuw geleden den opstaud tegen Oostenrjjk hadden moe ten boeten m> t den dood of langdurige gevangenisstraf. Oader deze namen was ook die van een der oprichters van het revolutionair comité van 1850, wien later geen haar werd gekrenkt, zoodat men hem voor een verrader" aanzag. Die verden king is nog niet vergeten, zóó weinig zelfs, dat de afstammelingen van werkelijke slachtoffers bn den Gemeenteraad opkwa men tegen het vermelden vau zgn naam- Aan dit verzet werd echter geen gevolg gegeven omdat geen bewijs voor het be weerd verraai geleverd wa«. Nn kwamen de afgewezenen in verzet tegen het gebruik van de ramen hunner eigen vaders of groot vaders, en de Rechtbank machtigde hen het te beletten. Zoo gebeurde het, dat op den dag vóórdat de onthulling zou plaats hebben, een deurwaarder beslag legde op het gedenkteeken en ten bewyzs daarvan de schutting verzegelde. InRezonden. M. de R. Men kan in den laatsten tijd in verschil lende vaktijdschriften, en ook wel in die, welke onder hunne rubrieken er eene van kunstbeschouwingen of een verwant aan deze hebben ingelascht, veel lezen over en vaak zien van een tak van njjverheid die mon gebruikskunst noemt. Een hooge vlucht heeft deze tak de laat ste jaren genomen en het is dikwyls de moeite waard om de voortbrengselen meer van nabij te leeren kennen. Iemand die iets voelt voor deze beweging, zal er zich zeker over verheugen, dat we ook in onze plaats zoo nu en dan wat kan nen opm rken. Een streven om de reeds zooveel jaren bestaande artikelen trachten te vervangen door andere, die minstens even practisch, maar die in het gebruik ook door hun vor men beter zullen voldoen, verdient alleszins aanmoediging. Ik wil ii hier wijzen op een ameublement hetwelk in het magazijn van de firma Klop per sinds eenige dagen is geëtaleerd. Van dat ameublement wil ik niet zeggen dat alle onderdeelen mij bevallen (bij anderen zal dat iiitu8schen wel hot geval zijn), doch om het feit dat dit werk in onze ge meente werd vervaardigd, én omdat het een zekere oorspronkelijkheid in het geheel zoo wel als in detail verraadt, is het mijns in ziens do moeite waard hioraan even onze aandacht te wijden. Ik twijfel niet of velen zullen met mij wenschen, dat onze andero firma's dat voor beeld volgen en allen zullen streven om te doen zien, dat men ook in onze plaats zich voorzien kan van die artikelen, waarvan men anders allicht geneigd is te denken, dat men die alleen van bniten kan bekomen. M. de II-, wellicht vindt u in boven staande iets wat u aanleiding geeft om met meerdere van onze stadgenooten die wen schen te doen helpen vervullen. Hoogachtend, Uw dn., J. KUCIJS VOOKBKROE. Mijnheer de Redacteur liet laatste ingezonden stuk van het be stuur der Bakkersgezellen vereeniging van geeft de Directie der Broodfabriek «De Volharding» aanleiding voor een wederant woord nogmaals gastvrijheid in Uw blad in te roepen. De Directie wenscht zich daarbij te bepa len tot het volgende, teneinde het publiek de werkelijke bedoelingen met haar ad verten tie duidelyk te maken, ingeval dit nog noodig mocht zijn. Zij hoopt daardoor tevens de strekking ervan meer genade te doen vinden in de oogen van haar tegenstanders. Zy begint dan met hier voorop te stellen, dat ze in haar advertentie niets beweerd heeft, dat den toets der waarheid niet kan doorstaan. Op verdraaiingen dus vau haar bedoelingen met die advertentie en op dergelijke ver dachtmakingen van den arbeiderstoestand in haar fabriek a's in het stuk van genoemd bestuur te lezen zijn acht ze het voorals nog overbodig nader in te gaan. Het is haar duidelyk «lat die verdraaiingen en verdacht makingen voortkomendeels uit leugenachtige inlichtingen van personen, die o zoo graag «1e directie in haar zaak zouden willen bcnadcclen, deels ook uil het verlangen van de leden en van het bestuur der Gezellen- vereenigjng toch vooral deze zeldzame gelo- heid te benutten om met een werken naar buiten van hun vereeniging een begin te maken teneinde de inderdaad slechte Helder sche bakkersgezellen-toestanden tot betere veranderd te krijgen. Waar de Direc tie in haar stukje het publiek verwijst naar haar gezellen is dit met geen enkel ander doel gebeurd dan om daarmee te getuigen, dat het Bestuur der Bakkersgezellen-vereeni ging zich geheel onnoodig (en zelfs tegen den wensch in van haar gezellen is het geschied) met haar zaken heeft bemoeid. Om die reden ook heeft de Directie de vragen van genoemd Bestuur niet zakelyk willen beantwoorden, wal zy ook nu gaarne overlaat aan het Be stuur als het daar lust toe gevoelt. Niets maakt het noodzalkelyk dat de ware toe stand op de fabriek behoeft verzwegen te worden. Pe Directie is werkelyk niet bevreesd voor openbaarmaking daarvan, door wien ook. Indien do wijze, waarop deze geschiedt, naar haar idee, niet het juiste licht op de kwestie laat vallen, behoudt ze zich natuurlyk het recht voor die bekendmaking ook nog eens van haar kant te beschouwen. Voor alles nu erkent ze hier evenwel nog guarne en dit heeft ze ook reeds, weliswaar indirect, in haar gewraakte advertentie gedaan, datde arbeidstoesstand in haar fabriek nog voor véél verbetering vatbaar is. Immers volgens dezelfde advertentie is het, by beduidend grooter worden van den omzet harer fabriek, haar stellig voornemen de belangen der gezellen te blijven bevorderen door voortdurend verbetering aan te brengen in hun positie. Het publiek bekend te maken met haar ernstig streven in die richting om telkens zooveel iloenlijk de arbeidsvoorwaarden ha rer gezellen te verbeteren is het doel der Directie geweest met het stellen en plaatsen van bewuste advertentie. Haar goed reebt daartoe kan door niemand betwist worden. In die adrertentie heeft de Directie in geen enkel opzicht de loftrompet willen ste ken (zeker niet om die lof zelf) over de aan haar fabriek heerschenden arbeiderstoestand. Wel meent ze hior nog te kunnen zeggen, en dit weten alle Helderscho gezellen zelf ook wel, dat die toestand - al is deze nog lang niet, zooals hij zijn moet en zooals de Directie het zelf wenscht in haar fabriek do beste genoemd kan worilen vergeleken bij andere werktoe9tanden in het bakkersbedrijf hier ter plaatse. Misschicu zullen daarom vele plaatsge- nooten het wel met de Directie eens zyn, «lat haar wel iets meer toekomt dan den magoron lof, die verkondigd is den 10 dozer in de .Voorpost" door den Helderschen cor respondent van dat blad en die haar mede aanleiding gat' de advertentie te plaatsen. Zeker de arbeiderstoestand in .de Vol harding1 i3 op zich zelf beschouwd nog altyd niet rooskleurig; het tegendeel heeft de Directio ook nooit beweerd. Maar ieder onpartijdig lezer zal wel willen erkennen, dat men bij de regeling vun zyn hedryf rekening heeft te houden met veler- lei omstandigheden o. a. voornamelijk ook met stedelijke toestanden. Hier in dei} Helder is onder «le brood- leveranciers gedurende de laats'e twaalf jaren de concurrentie zeer groot, bet brood is hier goe«lkooper dan in eenige andere stad in ons land en bovendien zijn de meelpry- zen den laatsten tijd gestegen. Evenmin als iemand anders bezit de Direc tie het vermogen ijzer met handen te breken. Ilaar zaakbelang eischt allereerst een zóódanig beheer der fabriek, dat steeds een behoorlijke financieele uitkomst verkregen wordt, een uitkomst n.1., die haar in slaat stelt éénmaal ingevoerde verbeteringen op den duur to knnnen handhaven. In de gegeven omstandigheden kan het onmogelijke zeker niet van «le Directie ver wacht worden. Trots alle verdachtmakende pogingen mag wöl verwacht worden, dat het publiek zijn vertrouwen zal blijven schenken aan het tot nog toe met daden gotoond streven dor Directie om den arbeidstoestand in haar fabriek zoo goed mogelyk te doen zyn en aan haar belofte dezen toestand zoo uitstekend mogelyk te doen worden, indien de gemaakte winst dor fabriek het maar even toelaat. Met vriendelijken dank voor de plaatsing De Directie van .De Volharding." Zie ook het ingezonden stuk voorkomende in dit blad en in dat van 't Dagblad van Zaterdag 14 Nov. is, naar aanleiding van eene bewering, geuit in >De Voorpost* over bakkers-toestanden te Helder, biermede zoo vrjj de aau- dacht te vestigen op het volgende. De bewering in dat verslag komt hierop n«er dat alleen in de grootste bakkerg hier ter stede en dat ia volgens sckrgver van genoemd artikel >De Volharding* de toestand >betrekkelgk gunstig* kan genoemd worden, altjjd voor zoover plaatselijk den toestand van bet belrgf is, waar 't betreft werktijd en loonen der gezellen, 'tïs waar, de toestand van het bedryf is hier ter plaatse minder gunstig dan in grooterc steden, maar 't is misschien niet overbodig, om misvatting te voorkomen, en alleen daarom wil de Directie er ev«u bet licht op doen vallen dit te verklaren het is ook waar, dat zg (hier voor zichzelf sprekend) er steed» ernstig naar gestreefd heeft, telkens verbetering aan 'e brengen in de positie der gezellen en dat zg dit getoond heeft, zoowel door geleidelijke verkorting der werktyden als door bg tusschenpoozen verhooging der loonen. Sedert de oprichting der fabriek bedraagt de loonsverhooging 25 pet. Eigen inz*cbt heeft haar tot die verbetering aangespoord en ook voor de toekomst zal het een vurige wensch van de Directie blgven, een zoo gunstig mogelgke positie voor haar gezellen te scheppen. Zg meent er van overtuigd te kunnen zgn, dat haar in dit opzicht noch van den kant van haar personeel, noch van den kant van het publiek grondig iets valt te verwgten, want steeds zgn door haar, voor zoover de gemaakte winst der fabriek het maar even toeliet, zoowel de belangen der broodverbruikers als die der broodvervaardigers zooveel mogelyk behartigd. Telkens zal, bg beduidend grooter worden van den omzet, ds fabriek meer winst maken en 't is het stellige voornemen der Directie, een groot deel dier meerdere winst te blgven aanwenden, niet alleen in het belang dor broodkoopers door een hooger procent uit te keeren (nu reeds 10 pet., aauvankelgk 7 pet.) maar ook in het belang der gezelleu, door voortdurende verbetering hunner positie. Door brood van >De Volharding* te betrekken, zal men niets kunnen verliezen (alleen de Directie is verantwoordelijk voor mogelgke verliezen der fabriek) Wel zal m«n op den duur veel winnen door het bekomen van eerste kwaliteit brood tegen buitengewoon matige prjjzen. Iedere afnemer Bteunt bovendien de Directie in baar pogen om de arbeidsvoorwaarden der gezellen zoo uitstekend ^mogelijk te maken. Het brood van »DE VOLHARDING* staat onder scheikundige controle van de Heeren A. C. ROEM en G. 8MEETS. Aanbevelend, De Dirsctie van „Db Volharding". ie S a a a a dan in de voor CosluiiiiiH, Mantels. Kinderjurken, in aroote keu/.e. Lama's, Flanellets, Baaien, Bevers, flanellen, Molton, in verschillende prijzen en soorten. Speciaal adres voor uitsluitend Groote keuze, ook op maat. Zie de uitstallingen. Aanbevelend, ONTVANGEN een ruime keuze in de nieuwete Dames- en Heeren-Cadeaoi. Alsmede een groote collectie KINDER-SPEELGOEDfREN. Lege prijzen. A. KORFF Azn. Wie staat ons hg om eene fatpoenljjke wtduwe, door zwakte en slecht ge zicht niet in staat, door handenarbeid in haar onderhoud te voorzien, met 4 kinderen (2 jongens van 13 en 7 en 2 meisjes van 9 en 5 jaar), die aan alles gebrek hebben, aan eon bestaan te helpen, waardoor ze in staat gesteld worde, om in haar onderhoud te voorzien. Elke. gift zoowel in geld als in kleeding- slukken etc. etc. zal in dankbaarheid worden aangenomen door'. Mevr. BEECKMAN, Weststraat 43. Mevr. DRIJVER, Kanaalweg 77. NliiiifNlofci'ij, Ten kantore van den Collecteur Th M KEIJSER Kanaal»» .g 64, zijn voor d« 374ste Trakking, wederom alle soorten van LOTEN en gcderlten van Loten verkrijgbaar. feirop Rhoeal (Koude Hoestsiroop) is het beste geneesmiddel tegen hoesten, heeschheid en verkoudheid. Helpt spoedig zelfs in de m^est hardnekkige gevallen en maakt den «Igm gncd los. Voor kindereu is deze siroop zeer heilzaam in gevallen van kinkhoest en borstbenauwdheid. I)e smaak is zeer aangenaam. Prgs per flacon f 1.overal verkrggbaar in de Drogistwinkels. Te Oen Helder bij J. BAARENS, Spoorstraat. Engro» bij firma BOOM, te Arnhem. Als AGENT der Zeeuwsche Spaarkas Ver. „F0RTUNA" voer Helder Is aange steld de Heer J. v. d. WIJK, vi.%m\<JMTn vvrn» Deze onderneming werkt met groot suc ces door geheel Nederland, en stelt ieder in de gelegenheid, door een kleine weke- lijksche contributie, alle degelijke artikelen in zijn bezit te krijgen. Attesten zoowei van agenten als van de leden der soliditeit van onze onderneming worden op aanvraag fr. toegezonden. Overal solide agenten. Directeur, C0RNS. DE JONGE, Vli8singen. IKf/ILLfiTOV 11.) Jinka begon hardop te lachen. «Die moet au eenmaal met u leven en voor haar toont ge u anders dan voor my, maar alle gekheid ierxyde, Mysliwetz, waren het geen betere, vreedzamere dagen in uw huishonden, v«5«5r ge zoo vaak de Poolsche Leeuw bezocht .Alles begrypt ge, juffrouw, alleen dat niet. Het is de plicht van iederen Pool, om er het zijne toe by te dragen, teneinde het Poolsche vaderland weder op te richten. Leas maar eens, wat daaromtrent de «Prawda* zegt.' Hy haalde eene vu:le, verkreukelde courant uit den zak en hield haar die voor. Met oen gebaar van walging week zij daarvoor terug, een paar malen had haar oom het werk een griftig broddelwerk genoemd, alleen geschikt om den klassenhaat en den revolu tionairen geest uan te wakkeren. Wat daarin staat, Mysliwetz, weet ik wel is waar niot en ik wil het ook niet weten,' riep zy uit. .Maar dat weet ik wel, dat ik door enkele personen hier in huis er nu en «lan al eens over heb hooren klagen, dat ge uw taak niet meer zoo nauwgezet verricht als vroeger. Wanneer dit den eigenaar van het huis, graaf Dombrowski ter oore komt, zou het er wel eens leel^k voor u knnnen uitzien en al uwe vrienden uit de .Poolsche Leeuw' zouden met hen allen niet in staat yn n te helpen.' .Graaf Dombrowski,- stoof hij op en t ok toornig aan zyn stoppeligen baard. .Dat is er ook zoo een, wien het onverschillig is of Russen dan wel Duitschers ons den voet op den nek zetten, als hij maar zijn geld binnen krijgt. Maar ook dat wordt anders, het konink rijk wordt hersteld ook zonder hem.» .Maar. Mysliwetz, zelfs wanneer het wordt hersteldarme menschen en zulken, die werken moeten, zullen er «laarom toch zijn.' Zeker juffrouw, alleen zullen het wellicht anderen zijn dan wy, die den arbeid ver richten,' antwoordde hij met «mmi sluw lachje. «Wie medegewerkt heeft aan de herstelling van het koninkrijk zal in gouden koetsen rondrijden. Qf gelooft dat niet Dan hadt ge maar eens moeten hooren. hoe prachtig de nieuwe heer eergistor daarover sprak. «De nieuwe heer?" vroeg zij nieuwsgierig. Wien bedoelt ge daarmede?' Hy keek haar schuw aan .eigenlijk zoude ik liet u niet mogen zeggen, maar ik weet, dat gij een armen duivel niet in ongelegen heid zult brengen en dat ge kunt zwygen. Ik meen daarmede iemand, dio tot «lo groote lui behoort, maar met ons g«*voelt, die nu eens hierheen, dun weder daarheen reist, om de menschen op de hoogte te brengen en hun te zeggen, hoe zy het aan te pakken hebben, een, die eergister nog in «lo .Poolsche Leeuw' was.» Hoe «iet er hy dan wel uit?' «Ja, dat kan ik niet precies zeggen, het was zoo rookerig in de .Leeuw» en ik stond zoover vun hem af. Ik zag alleen zyne verwar«le zwarte haren, zyn grooten baard en hoorde zyne stem, ach een stem, vol en diep, precies als een kerkklok. Hy zeide tegen ons, dat we^veral. op alle plaatsen ons best moesten doen, dat moesten werken door overreding, desnoods door schrik aan to jagen. Hy vroeg ook of nog niemand 'van ons ooit van van ja, hoe heet het ook al weer van dy dy dynamiet bad gehoord.* Dynamiet*, herhaalde Jinka en deinsde van den man terug. «O foei, Mysliwetz, o, foei. Het roekelooste en lafste middel, dat er bestaat. Ge weet niet eens, over wat ge spreekt, indien ge het wist, dan zou ik geen woord verder aan u verspillen en het zelfs tuyn plicht achten, om heden nog graaf Dom browski voor n te laten waarschuwen*,zeide zy onvervaard. .Wie u daar immer weer over spreekt, zeg dien, dat hij een laffe sluipmoordenaar is en gaat voor hem uit den weg, beloof mij dit Mysliwetz.' Maar wat maakt ge u warm, juffrouw,* antwoordde hij, verwonderd over de uitwer king zijner woorden. >Dat kan ik echter inet alle pleizier beloven, van moord wil ik nie mendal weten.' Hoe heet de ellendeling, die u zulke voor stellen doet riep zij in stee«ls toenemende opgewondenheid. «Juffrouw namen noem ik niet. En do lieele zaak was ook maar een grap,' liet hy er listig pinkoogend op volgen. Op dit oogenblik hoorde men het gerinkel van schellen. De slede, in plaats van binnen te komen, hield echter voor de poort stil, vaste schreden naderden de woning van den corcierge. Conciërge, waar.hangt die lummel, die luilak van een conciërge nu weer uit.' Mysliwetz had te veel voordrachten aange hoord over men8chenrechten om dit zoo maar voor zoete koek aan t« nemen. Vol waardigheid kwam hy te voorschyn met zijn schop over den arm, terwyl Jinka na-r een der heeetergroepen sloop, waarmede de bin nenplaats gedeeltelyk was beplant, ten einde, don bewoners de illusie van een tnin te geven alhoewel ontbladerd gaven de met sneeuw bedekte takken toch nog altyd eenige dekking. De conciërge is daar, waar hy behoort, by z(Jn werk,' zeide S^sliwolx trotsch, ter wijl hij te voorschyn kwam. Kulgatechew want niemand anders was het, keek «le binnenplaats rond In elk ge val heeft de conciërge zich by dien arbeid niet doodgewerkt,' lachte hy spottend. Alzoo rlytige arbeider, die zyn werk zoo goed verricht, dat ik onlangs op de binnen plaats byna omver werd geworpen, kunt gij een boodschap onthouden Als ze duidelyk wordt gegeven, dan wel,» antwoordde Mysliwetz kortaf. •Let dan op, wat ik je zeg, anders doe ik myn beklag bij den huisheer,* hernam Kul- Stachew. -Uit voorzichtigheid heb ik heden (slede niet de binnenplaats laten inryden. Wanneer de koetsier my vau avond komt halen, meld het my dan by professor Len to wska, begrepen?- Mysliwetz zag hem gvruirnen tijd na en toen eerst raapte hy het geld op. .Een kort aangebonden sinjeur!' merkte hy op, «en niot een van de vriendelykstcn. Maar die stem waar kan ik dio stem al ceaa meer hebben gehoord?' .Zoker hier op de binnenplaat*, laatst, toen hy bijna omgeworpen werd,* lachte Jinka, die nn uit hare schuilplaats te voorschyn trad. nik kan my zoo verbeelden, hoe hy toen heeft aangegaan. Doch wees verstandig en braaf, Mysliwetz en beloof me, dat jo myne vermaningen niet in den wind zult slaan, doe je dat?' Hu re stem klonk z«4ó zacht, haar blik was zóó vriendelijk, dat de de man wel van steen had moeten zijn, om aan haar weerstand te bieden. Boosaardig was hy niet, alleen maar onwetend, lichtzinnig en vatbaar voor ver leiding; die hem eohter van zyne goede zijd6 wist aan te pakken, kon veel met hem uit richten. Wel kostte het nog veel woorden om hem van gedachten te «ioen veranderen en van hem de belofte te verkrygen, om in 't vervolg de .Leeuw to vermijden, het energieke .kleine juftie" was echter voor die taak ten volle berekend. Miildelcrwyl was juffrouw Mysliwetz teruggekeerd. Jinka drukte haar op het gemoed om maar wat toegevend heid met haren man to gebruiken cn zyne gebreken met gednld te verdragen, daarop liefkoosde zjj de kinderen en verliet het kleine vertrek. De ontmoeting met Kulgatschew had haar onaungenaam aangedaan het ruwe, gebie«iende optreden van den man had bij haar een pyn- lijken indruk achtergelaten. Van dien aard was dus de meester, dien Felicia zich zelve had gegeven, ter wille van wion zij met Adalbért had gebroken. Zy kon niet nalaten er eene soort voldoening over te gevoelen, dat hare vooroordcclcn juist waren gebloken, gelijk vastberaden karakters meestal, was |zij eigenzinnig, de kleine Jinka, en toch deed het haar in haar hart bitter wee, dat hare speelgenoote, zij, die zy als een zuster be schouwde, geen goede keus ge«laan zou hebben. In gedachten verzonken keerde zij stil en ernstig in de woning van baren oom terug. HOOFDSTUK VII. Als in eene andere wereld verplaatst ge voelde Jinka z«ch, toen zy d« woonkamer botrad. De ouders, vroeger zoo ernstig «n peinzend, toonden vroolyke gezichten, de ruwe |Kul- gatschew van zoo even was in een beminne lijk man veranderd, wiens oogen |met dc uitdrukking van «le hartstochtelykste liefde op de schoone bruid neerzagen, wiens inond haar «le zoetste vleitaal toefluisterde. En zy zelve do kalme Felicia, met haar koel ternghondend wezen was een schepsel geworden, 't welk de vr«;ugde uit de oogen straalde, cn dat in jubelende verrukking over haar eigen geluk een warmte van gevoel jegens allen, die haar omgaven, san den dag legde, welke de duidclykste maatstaf was den ernst der liefde, die dezen Zy sprong op cn snelde naar Jinka toe. .Waar heb je toch zoo lang gezeten, on deugend nest!' riep zy terwyl zy haar om helsde, «ik heb je goedig vriendelijk gezichtje al lang gemist. Wensch me nu eens gauw geluk, -my «n dien daar.* Zy wees op Kul gatschew. Een broeder meer, Jinka. «Een broeder, dien je zeer lief moet hebben.' «Aan do hand, waarmede zy Jinka had aangevat, schitterde een kostbare verlovings ring, een armband van diamanten en saflierea omsloot haar polsgewricht. Dc bruidegom had geen tyd verloren laten gaan om zijn bruid te tooien, de bi k van verrekking, waarmede hij haar beschouwde, bewees, dat hy zich bevond in dat stadium, waarin een minnende gaarne zon, maan on sterren van den hemel wil halen, om er eon diadeem voor bet hoofd der geliefde van te maken, waarin hij geen harer wenschen oavcrvald zou willen laten. Daarom dan ook deed Kulgatschew al zijn best, om Jinka, waarvan hy tot dusver niet de minste notitie had genomen, met oogen aan to zien. (Wordt vervolgd.)

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Vliegend blaadje : nieuws- en advertentiebode voor Den Helder | 1903 | | pagina 1