igjl
KLEINE COURANT
't Vliegend Blaadje
WAARSCHUWING.
voor Helder, Texel, Wieringen en Anna Paulowna
No. 3601.
Woensdag 21 Angnstus 1907.
35ste Jaargang.
VERSCHIJNT DINSDAG- EN VRIJDAGMIDDAG.
Uitgevers: BERKHOUT Co., te HELDER.
Bureaux: Spoorstraat en Koningstraat.
Uit het Buitenland.
Nieuwsberichten.
HILDEGARD.
Bureau: Spoorstraat.
Telef. 59.
Bureau: Konlngstr. 29.
lntorc.-Telef. 50.
Abonnement
Vliegend Blaadje p. 8 m. 50 ct., fr. p."post 75 et., Buitenl. f 1.25
h L Zondagsblad37' 45 0.75
g Modeblad 55 80 0.90
fMurik. Bloemlezing» >»60> 85 >0.90
Voor 't Buitenland bg vooruitbetaling.
Advertontlön
van 1 tot 4 regels25 Gent.
Elke regel meer6
Bewgs-exemplaar21/,
Vignetten en groote letters worden naar plaatsruimte berekend.
Advertentiën moeten uiterlijk des DINSDAGS- en VRIJDAGSHORGENS vóór 10 uur aan de Bureaux bezorgd zijn.
Projectielen, Scherven, Ban
den, looden Kogels, enz., af
komstig van de Schietoefeningen der Ar
tillerie, welke gevonden worden op de
Zandplaat Onrust of op de Texelache
kust, of die uit zee worden opgevischt,
zgn 's Rijks eigendom. Hg, die zich deze
voorwerpen toeeigent, is derhalve strafbaar
volgens de wet.
Het oprapen en vervoeren van geladen,
niet gesprongen projectielen, is levens
gevaarlijk, ook voor de omgeving van hem,
die zulks verricht.
De Commandeerende-Officier
van het 4e Regiment Veating-
Artillerie
T. C. DE BORDES.
De toestand in Marokko begint zeer drei
gend te worden. ReedE maakte Reuter er mel
ding van, dat een koerier in Casablanca aan
kwam, waar hjj namens de Kabylen aan ge
neraal Drude mededeelde, dat de Franschen,
zoo ij} zich niet onmiddeUijk overgaven, in
de pan zouden worden gehakt. Deze bedrei
ging verkrijgt te meer beteekenis, waar de
•tam der Kabylen bekend staat als uitermate
woest en voor niets terugdeinzende, zelfs niet
voor den dood.
Generaal Drado heeft een batterij artillerie
van stukken van 75 m.M. ter zijner beschik-
kiog. die thans te pas zullen komeD. Want
het is geen handjevol Marokkanon, dat zich
dan tegen hem gaat keeren. Honderd duizend
Marokkanen kunnen opstaan, als de Heilige
oorlog tot uitbarsting komt, en deze zullen
als één man, razend van godsdienstijver en
teugeloozen moed in tallooze horden naar de
kust stroomen om de Fransohen aan te val
len en tot bet uiterste strijden tegen het
Fransohe gezag.
De vorigs week kwamen heele troepen
arme, uitgemergelde Joden weder naar Casa
blanca, die verhaalden van ongehoorde feiten,
die in het vijandelijk kamp waren voorgeval
len, van de martelingen, die zij hadden door
staan, honger, dorst, pijnigingen en de mis
handelingen hunner vrouwen en dochters on
der de oogen harer vaders en broeders. Aan
zienlijke Joden, kalde en rabbijnen, waren
met niels anders bekleed, dan met een touw,
dat om hun nek hing. Aan enkelen was, bij
wijze van gunstbetoon, toegestaan zich te
dekken met een zak om in het Marokkaan-
sche kamp het beschimmelde en vuile brood
te gaan bedelen, dat de Mooren niet meer
lustten. Slechts enkele rijke handelaars wer
den beter behandeld, niet uit menschenliefde,
maar om den losprijs, dien men voor hen
verwachtte, te'kunnen maken.
Aan de hooggeroemde eenstemmigheid ten
opzichte van Marokko tusschen Franschen en
Spanjaaarden, schijnt wel het een en ander
te haperen, want de Spanjaarden weigeren
te voldoen aan het bevel van den Franschen
generaal Drude om de stellingen ten zuiden
van de stad in te nemen. De Spaansche be
velvoerende majoor beweert, dat hem is ge
last binnen Casablanca te blijven, als zijnde
dit overeenkomstig de Acte van Algeciras.
De toestand wordt op deze wgze al inge
wikkelder en heeft reeds aanleiding gegeven
tot besprekingen tusschen den Franschen
minister van boitenlandache zaken en den
Spaansohen minister-president.
In de afgeloopen week hebben twee ont
moetingen van vorstelijke jersonen plaats ge-
had. Een te Wilhelmshöhe tusschen den Duit-
■chen Keizer en den Engelsche Koning, en
een te Ischl tusschen Keizer Franz Jozef en
Koning Edward. In volkomen tegenstelling
I «n toch elkander aanvullend stonden de beide
ontmoetingen.
Op Wilhelmshöhe groot militair vertoon,
een reuzentroepenmacht, eore-compagnie, mu
ziekkorpsen, vaandels, alles officieel en groot
tenue in Ischl geen vertoon, goen eore
compagnie, geen muziek, alles eenvoudig, klein
tenue. En toch heeft de laatste even groote
staatkundige betoekenÏB als de eerste.
Het ondorhoud tnsschen de vorsten en tus
schen hunne ministers liep voornamelijk over
de Macedonische en de Marokkaansche quaestie
en na bespreking kwam men tot geheele over
eenstemming. De Engelsche minister Sir Car-
les Hardinge verklaarde aan den redacteur
van het «Neue Wiener Tageblatt" dat de
groote mogendheden tot volkomen overeen
stemming zijn gekomen en Engeland met blijd
schap daarop kan wijzen.
Zoo is dan alles ,pays en vree, en boter
tot den boöm."
De staking onder de telegraafbeambten in
Noord-Amerika neemt steeds grooter omvang.
Het is opmerkelijk hoe gehoorzaam men is
aan het gegeven bevol der organisatie. Men
zag oude ambtenaren, die in het besef dat zjj
door het verlaten van hnn plaatsen rechten
opgaven in langdurigen dienst door nauwge
zetheid en vlijt verkregen, met tranen in de
oogen hun bureaux verlaten. Hoewel tegen
hun eigen zin lieten zjj het werk in den steek,
enkel uit soUdariteit. Deze staking berokkent
onnoemelijk veel nadeel aan den handel, ter
wijl de dagbladen verstoken zijn van nieuws.
Nog dagelijks neemt het aantal stakers toe.
President Roosenvelt, die aangezocht was, in
deze zaak als bemiddelaar op te treden, heeft
geweigerd.
De Japanners stuiten bjj het inpalmen van
Korea op grooter tegenstand dan zij vermoe
delijk verwachtten. Thans wordt weder ge
meld van het eiland Kanghwha, iat het Ko-
reaansch garnizoen aldaar de Japanners, die
het wilden ontwapenen, met geweerschoten
heeft ontvangen en een tiental hunner heeft
d en een groot aantal gewond. Eerst
de Japanners versterking hadden ge-
konden zy, na een hevig gevecht, zich
meester maken van de forten en kazernen.
Ook moet een hevig oproer uitgebroken
zijnen de provincie Kyong. Maar al die zwakke
en op zich zelf staande pogingen van de Ko-
reauen om hnnne wegstervende onafhankelijk
heid te behouden, zullen wel vruchteloos blij
ken, Japan hondt het land met ijzeren
omkneld en zal het wel niet wee:
Uit Mexico wordt bericht, dat aldaar in
regeeringskringen de meening heerscht, dat
binnen i dagen Midden-Amerika weder het
tooneel van een oorlog zal zjjn. Men denkt,
dat Guatemala een inval zal doen in Nicara
gua en dat Guatemala en Salvador vereenigd
zullen optrekken tegen Hondnras en Nicaragua.
ren greep
t loslatod.
Holder, 20 Aug. 1907.
VERGADERING
van den Raad der Gemeente Helder,
op Donderdag, den 22 Augustus 1907, des
avonds ten 7£ uur.
Onderwerpen ter behandeling:
1. Onderzoek geloofsbriovon van het nieuw
benoemde lid, den heer Feenders.
2. Ingekomen stnkken en mededeeUngen.
S. Suppletoir Schoolgeldkohier, dienst 1907.
4. Voorloopige vaststelling gemeenterekoning
1906.
5. Wijziging Reglement Zeevaartschool.
6. Wijziging Bouwverordening.
7. Verordening Commissie voor Gasfabriek
en Waterleiding.
8. Reclames.
De militaire attaché bg het Fran-
eche gezantschap, luitenant-kolonel Sie-
ben, en de Kapitein ter zee der Fransche
marine Lacare, gedelegeerde ter 2e Vre
desconferentie, alsook de capitaine de fré-
gate der Braziliaansche Marine Tancredo
Bnrlamaqni de Mourra, mede gedelegeerde
der 2e Vredesconferentie, brachten Zater
dag een bezoek aan Helder tot het bezich
tigen van eenige maritieme inrichtingen
en oorlogsschepen.
Celebes.
De correspondent der N. R. Ct. te
Batavia seint:
Een afdeeling maréchauasée, onder kapi
tein F. E. Heyligers, is het gebied der
Bergtomori binnengerukt ter bestraffing
van den verradelgken overval der patrouille
van luitenants Matthes en Kies.
Tolikoli(?) en Tolasi werden getuchtigd
en leden zware verliezen, Veel goederen
van de vermoorden werden teruggevonden, j
Den 14en dezer is die afd. maréchaussées,
vereenigd met de brigade te Malili gelegerd,
naar Lintoe opgerukt om Mohale Maroendoe,
het hoofd der Bergtomori, te bestraffen.
Gesneuveld en gewond.
Bg krijgsverrichtingen op Celebes (To-
mori) gesneuveld de le-luit. H. W. Matthes,
de 2e-luit. R. E. Kies, de sergeant E. W.
Rewiersma, de fuseliers J. Bonte, A.
Munster, J. H. Goossens, J. W. van Loenen,
Th. A. Otte, M. Deykers, P. W. Berben,
M. Lem.
Op Ceram niet levensgevaarlijk gewond
de le-luit. C. Onvlee, allen van deinfan-
torie Indisch leger.
Naar »Het Volk" meldt is er bg het
hoofdbestuur van den Bond van Neder-
landsche Marine-matrozen het volgende
antwoord van den nieuwen minister van
marine, op drie rekesten van den Bond in
gekomen
De minister van marine, beschikkende
op de reqnesten van het H. B. van den
A. B. v. N. M. N.
I. van 26 April jl., houdende verzoek,
van uitzending naar de tropen van sche
pelingen, beneden den leeftgd van 18 jaar
te voorkomen
II. van 5 Mei jl. houdende verzoek tot
voorloopige handhaving van het recht van
ontslag op verzoek van schepelingen
III. van 17 Juli jl., houdende verzoek
om verbetering in de bestaande traktemen
ten in overweging te nemen
brengt ter kennis van voornoemd hoofd
bestuur
le dat er, wat betreft de uitzending van
jeugdige schepelingen naar de koloniëD,
reeds geruimen tgd naar gestreefd wordt,
den leeftgd van eerste uitzending zooveel
mogelgk op te voerendat evenwel ia
deze aangelegenheid geen enkele toezeg
ging kan worden gedaan, waardoor de vrij
heid van handelen ten deze zon worden
beperkt en zulks ook, omdat behalve
met den leeftgd der nit te zenden sche
pelingen nog moet worden rekening
gehonden met de omstandigheid, dat het
personeel der vloot in de koloniën zooveel
mogelgk voltallig behoort te worden ge
houden
2e dat het snb II genoemde verzoek niet
voor inwilliging vatbaar is
8e dat op het vraagstuk der bezoldiging
van het geheele personeel der zeemacht
steeds zgne volle aandacht blgft gevestigd
en dat, wanner te eeuigor tgd herziening
der soldg-regeling door hem wenschelgk of
noodig mocht worden geacht, hg niet zal
nalaten, om zoodanige maatregelen te tref
fen als dat verdere verbetering der gelde
lijke positie van het marine-personeel kun
nen leiden.
Een geheimzinnig geval houdt de
recherche te Amsterdam weder bezig. Ee
nige dagen geleden zond de heer O. van
den Amsteldgk aldaar een pakje, inhouden
de f 800 aan bankbiljetten, aan den heer
S., lid van den Amaterdamschen gemeen
teraad. De kruier, die met de bezorging
belastrwas, kwam met de boodschap bg
zgn patroon terng, dat hg het pakje op
onverklaarbare wijze verloren had, ver
moedelijk op de Weteringschans. Intus-
schen meldde zich Vrijdag iemand bjj de
politie aan, die mededeelde een pakje ge
vonden te hebben,dat geheel beantwoordde
aan het vermiste en waarop ook het adres
van den heer S. was opgeschreven. De
vinder zou, volgens zgne mededeelingen,
geen tgd hebben gehad het pakje persoon
lijk bg den heer S. te bezorgen en had
het daarom aan een hem onbekenden jongen,
die daar toevallig passeerde, overgegeven
met het verzoek het pakje aan het opge
geven adres te bezorgen. De jongen heeft
het pakje niet bezorgd en het groote raad
sel, hetwelk de recherche thans heeft op
te lossen, is ditBestaat de onbekende
jongen al of niet? Zoo hg inderdaad be
staat, waar bleef hjj met de bankbiljetten,
en zoo hg eventueel slechts in de verbeel
ding van den eerlgken vindei bestaat, in
wiens bezit bevinden de bankbiljetten zich
dan
Van het goede te veel.
Een wielrijder, die in den avond van
Soest naar Eemnes zonder licht reed, trof
het al zeer ongelukkig. Hg werd driemaal
bekeurd en daar hg tweemaal een valschen
naam opgaf, zal hg waarschgulgk voor
vjjf misdrjjven terecht moeten staan.
Het automobielongeluk in den Haag.
Men meldt uit den Haag:
Omtrent het zeer droevige ongeval, dat
tengevolge van een aanrjjding door een
automobiel aan het Kanaal plaata greep
en waaraan eene bewoonster van den
Pompstationsweg, mevr. M., geb. B., het
slachtoffer werd, wordt nog het volgende
vernomen
Mevr. M. stapte met hare schoonmoeder
nabjj de Atjehstraat uit de electrische tram.
Bljjkbaar heeft zjj den aankomenden
antomobiel, door welken zjj is overreden
en gedood, zien aankomen. Althans hare
schoonmoeder heeft verklaard dat hare
schoondochter haar nog bg het oversteken
van de straat door het nitroepen van
Moeder, moeder, een autogewaar
schuwd heeft. Op die waarschuwing is
de onde dame vlug naar het trottoir
gesneld, maar toch is ook zjj nog door
den auto aangereden en door den schok
tegen den grond geslingerd. Opstaande
miste zjj hare schoondochter, die bljjkbaar
was big ven staan. Alleen zag de oude
dame op eenige passen afstands een lichaam
op de straat liggen. Dit bleek te zgn het
lgk van hare dochter, want mevr. M, was
door de inwendige kneuzingen tengevolge
van de overrgding, zoo goed als op slag
overleden. Het ljjk van de ongelukkige
dame werd naar het in de nabjjheid staande
tramhuisje gedragen, en vandaar, nadat
dr. J. A. Rajjs den dood geconstateerd
had, per raderbaar naar de woning aan
den Pompstationsweg vervoerd.
Wat het toch reeds zoo hoogst treurige
ougeval nog droeviger maakt is zeer zeker
wel het feit dat mevr. M., die vjjf kinderen
nalaat, waarvan het oudste 9 jaren en het
jongste slechts eenige maanden telt, jnist
op dien dag jarig was.
Het autemobielverkeer.
»Het Vaderland" geeft naar aanleiding
van het ongeluk, dat Donderdagavond aan
het Kanaal in Den Haag plaats had, eenige
beschouwingen over het automobielverkeer.
Het blad schrijft onder meer:
Zal het werkeljjk aanwezige anto-gevaar
bedwongen worden, dan kan niet het op
leggen van geldboeten hiertoe het middel
zgn. Bezitters van automobielen betalen
en dat is van hnn standpunt ook eigenlijk
heel begrgpelgk hun dwaas snelheids
genot gaarne met hooge, zjj het herhaalde
geldboeten. Wie zich de weelde van een
auto veroorlooven kan, ziet niet op wat
guldens voor zgn beboeten chaffenr. Dat
is zonder bezwaar op den post onderhouds
kosten" te boeken.
Maar anders zou het worden indien de
rechterljjke macht véél meer dan tot na
gebruik zou maken van haar recht om in
vele gevallen ook enkel tot hechtenis te
veroordeelen. Dat wordt ook door den
rgkste gevoeld. Wjj weten op dit oogenblik
niet zgn naam en zetel, maar gezegend
de kantonrechter, wiens vonnis tegen een
anto-woesteling onlangs onverbiddelijk
hechtenis loidde 1
In het algemeen is onze grief, dat
in de steden vooral te zwak en vergoe
lijkend tegen het anto-verkeer wordt op
getreden. Dienstmeisjes mogen op vele
aren van den dag geen matje nitkloppen,
wat een puik verbod is; maar wel moet
gedold worden, dat auto's en dat is
alleen bg groote snelheid het geval
het schadelijkste straatvuil doen opwolken
en ook, dat zjj de walgeljjkste stanken in
lange pluimen uitpuffen.
De Staatsspoorstoomtram moet langs de
Koningskade stapvoets" rijden, deWest-
landsche stoomtram een eind lang met
een wachter vóór de machine, voor elk
kruispunt met de stoomtram moeten onze
tramconducteurs vooruitloopen en de Hol-
landsche Stoomtram kreeg nog onlangs
bavel om langzaam te rijden langs eenige
druk begane punten maar de auto
vliegt bg dag en avond overal in de vaart,
die haar believen zal. Dat is inderdaad
een »schreenwend onrecht" en een groot
gevaar.
Het anto-verkeer in onze stad heeft te
gehoorzamen aan den wettelgken maatstaf
vrjjheid en veiligheid van het verkeer.
Willen de automobilisten niet gehoorzamen,
zjj zullen er toe gedwongen moeten wor
den. De letter der wet is afdoende, haar
toepassing in geenen deele.
Indien het zoo doorgaat, dan zal
meent het blad de thans geldende
milde wet, die voldoende kan zgn, nood
zakelijk moeten plaats maken voor een
onverbiddellgk gestrenge.
Goede vangst.
Door de aanhouding van de drie inbre
kers Woensdagnacht op het Nassanplein
te 's-Gravenhage, heeft de politie, dank
zjj de oplettendheid en het tactvol optre
den van den politieagent Teuben, de hand
gelegd op drie gevaarlijke sinjeurs, die
reeds meermalen met de gevangenis ken
nis maakten.
Teuben, geposteerd op het Alexander-
plein, zag tegen middernacht het drietal
den kant opgaan van de tuinzjjde van de
huizen aan het Nassauplein. Van boom tot
boom volgde hjj de drie mannen, die hjj
daarop één voor één over een tuinmuur
zag klauteren. Behoedzaam naderbjj geko
men, klauteide jnist een der overklimmers
weer uit den tuin, wanthet drietal
had hun gereedschap, »breekgzers en groene
zeep", in het Alexandersveld laten liggen.
De agent greep den inbreker en door mid
del van zgn signaalhoorn wist hg assis
tentie van kameraden te krjjgen. De twee
andere inbrekers die zich in den tuin be
vonden, klauterden, onraad vermoedende,
over hekken en muren in een tuin van
een verderop aan het Nassauplein gelegen
perceel. Daar werden ook zjj, verscholen
zittende achter groen, opgespoord door po
litiebeambten.
Naar Buitenl
Wanneer men bjjna iederen avond als ha
nen en kippen in de Spoorstraat onafgebro
ken kan profiteeren van straatgenot, wan
neer men des Zondags als veroordeelden van
de eene brug tot de andere moet slenteren,
wanneer men voor de «ooveelste maal naar
Huisduinen wandelt of wordt vervoerd, dan,
ja dan wordt een afwisseling als met vreugde
begroet.
Naar buiten", dit is de uitkomst in het
eentonige, geestdoodonde van onze omgeving.
Zjj, die niet al te ruim zjjn gezegend met
het benoodigde voor eene luxe uitgave, wach
ten als met spanning op het oogenblik dat de
veelkleurige biljetten van de H. IJ. S. M.
verschijnen, waardoor de aankondiging van
goedkoope treinen geschiedt.
Nauweljjks hangen de biljetten, of de amb
tenaren achter het locet hebben (afleiding"
om inlichtingen te geven aan publiek,
h niet eiken dag iaat vervoeren door
het roUend materiëel. Als door roofvogels
worden de kaartjes weggepikt een aan
moedigend verschijnsel voor de betrokken
maatschappij, om dergeljjke treinen elk jaar
te doen herhalen, desnoods te vermeerderen.
De igoedkoope" naar Rotterdam is een van
ouds bekende welke inwoner dezer gemeente
zal dien trein niet kennen f Hg is oen trouwe
vriend van Helder en Rotterdam door hem
worden wjj eens in het jaar uitgenoodigd om
familie, vrienden, enz. te ontmoeten, of om
uit belangstelling de tweede koopstad van onB
land te aanschouwen.
Of zoo'n reisje de moeite waardig is Wjj
zonden niet gaarne het tegendeel aanvoeren.
Al komt men daar als een doolhof-beioeker,
vreemd, op geluk af dus, dan kan men geen
spjjt gevoelen van den afgelegen rit. Mach-
tig, grootsch «yn daar de werken, die handel
en nijverheid biedende scheepvaart daar
doet onze haven als een lgder aan tubercu
lose in den geest komen en de aantrekkelijke
punten van Rotterdam Wjj zullen ze niet
verraden I Hjj, die nog eens ddir mocht ko-
zal ze in ruime mate vinden,
toewei de trein naar Apeldoorn nog maar
een paar levensjaren telt, durven wjj dezen
tgoedkoope" een respectvollen leeftijd verze
keren. De kaartjes voor deze gelegenheid drei
gen nimmer ondbakken to worden op de
plaats-bureauxzjj worden aU verslonden door
het publiek, en vooral de tweedaagsche. Geen
wonder, een reisje naar Apeldoorn is aanbe
velenswaardig het groote dorp is een bezoek
waardzjjn omgeving is natuurlijk de groot
ste aantrekkelijkheid een vriend van de na-
tnnr vindt daar alles. Wjj, bewoners van het
ponen- en pietermannenland, vinden daar dat
gene, wat wjj jammerlijk missen het hoogste
natuurgenot. Hoe heerljjk, hoe lief is de om
geving van Apeldoorn, doch ook machtig is
de indruk, dien men daar verkrjjgt van de
uitgestrekte bosschen, waar de natuur de
grootste eerbied vraagt. Moeten wjj ons niet
schamen, indien het menscheljjk gevoel daar
koud voor bljjft Aangrijpend schoon is dóér
de omgeving, die men met kennis en over
leg kan uitbreidenvan daar kan men ons
z.g. kaasland doorkruisen, als men wil, tot
Arnhem, Nijmegen, enz., het mooiste gedeelte
van Nederland.
Naar buiten", hoe aangenaam is het in
het leven; hoe genotvol is zoo'n uitstapje,al
is het slechts een of twee dagen. Wjj wensch-
ten dat meerderen met ons konden profitee
ren van het reizen, al ia het dan ook met
een (goedkoope", die maar eens in het jaar
rjjdt.
Vóór men in den trein een plaatsje heeft
veroverd, kan men reeds een oogenblik ge
nieten van de vrooljjke gezichten, die, soms
zelden, in een station komenop menig ge
laat kan men dezen" dat de dagelgksche tor-
voor een poosje opgehouden hebben te
in het vooruitzicht om zioh te kun-
gen vooi
nen ontspannen, is de stemming opwekkend.
Oud en jong, vaak als haring in den ton, we
ten elkander te amuseeren fcjjdena de .zitting"
in den spoorwagen, een «zitting", die aan
aangewezen stations telkens afwisseling on
dergaat door vermeerdering of vermindering
van publiekals een schadepost voor de rei
zigers, wordt dat kort oponthoud met (pres
to" ingehaald. Voort gaat het steeds; met
ontzettende krachtsontwikkeling weet de ma
chine de reeks van wagens over de rails voort
te brengende snelheid is duizelingwekkend,
doch de prettige stemming onder de reizigers
weet te voorkomen, dat hier nauwkenrig op
gelet wordt en dat is maar goed ook I
Voort gaat het steeds, het doel is(naar -
V. R.
FEUILLETON.
16)
Haar oom was de eerste, die Martha be
groette. Hjj haalde haar af van de landing
plaats, stapte met haar in een rjjtuig en bracht
haar naar zjjne woning in de wjjk Black
Tower, waar sjj voortaan haar tehnis zou
hebben.
De vensters in de kamers gelijkvloers wa
ren voorzien van zware jjzeren tralies
daar waren het kantoor en de magazijnen
voor koopwaren. Mr. Wight dreef een zeer
nitgebreiden uitvoerhandel in koloniale wa
ren, en was te Madras bekend als een ver
mogend man. De bovenverdieping van het
huis bevatte de woonvertrekken en de ont-
vangsalons; hier bracht hjj zjjne nicht.
Met de woorden: (Lieve vronw, hier breng
I ik je Martha Brockdorf," opende hjj de denr
van een ruim vertrek, waar een aangename
koelte heereobte. Een tameljjk corpulente da
me en een jong meisje, beiden in het wit
gekleed, stonden op en gingen Martha tege
moet. Doch de begroeting was niet zoo warm
en harteljjk als Martha gehoopt hadhet
was meer beleefde nieuwsgierigheid, die op
het gelaat der beide dames te lezen was.
Die lange zeereis is je zeker niet meege
vallen vroeg Edith, en zonder het antwoord
af te wachtén, voegde hare moeder er bg
Je znlt wel vermoeid zjjn en behoefte
hebben aan verfrisschingkom maar mee,
dan zal ik je naar je kamer brengen.
Onderzoekend lieten de beide dameB het
oog op Martha's slanke gestalte en lief ge
laat ruBten. Dat zjj zoo bevallig zon wezen,
hadden zjj stellig niet gedacht, en daardoor
werden de gevoelens jegens de nienwe huis-
genoote er niet vrienderljjker op.
Edith's voorkomen was niet bjjzonder in-
imend, maar als zjj naast Martha stond,
kwam dit nog veel meer aan den dag dan
anders. Hare moeder had dit dadeljjk op
gemerkt zjj Dam zich voor, Martha oen
ondergeschikte plaats in haar hnis aan te
wjjzen, totdat voor haar dochter een ge
schikte vrjjer was komen opdagen. Martha's
diepe rouw was een goede reden om haar
voorloopig thuis te laten, wanneer mevrouw
Wight met Edith bezoeken afiegde of feeBt-
partjjen ging bjjwonen.
Martha zon zich hier zeer ongelukkig ge
voeld hebben als de tienjarige Mary, de
jongste dochter des huizes, haar niet met on
gekunstelde hartelijkheid was tegemoet geko
men. Zoo had zjj toch een menscheljjk wezen,
dat haar liefhad en waarvoor zjj ook liefde
gevoelde. Zooveel mogelgk bracht zjj haar
tgd door met de kleine blondgelokte Mary,
hielp haar aan haar schoolwerk, onderrichtte
haar in de Duitsche taal en in de vrouwe
lijke handwerken, nam deel aan hare spelen
en stelde belang in alles, waar Mary belang
in stelde, zooals Edith, haar eigen znster,
nooit gedaan had.
Het was tante Wight recht aangenaam,,
dat de kleine Mary op deze wjjze gezelschap
en toezicht had, terwjjl zjj zelf met hare
oudste dochter bet drnkke leven der hoogere
kringen meeleefde. Zjj beschouwde dit mee
leven als haar moederplicht en zuchtte me
nigmaal over het ofler dat zjj daarmede bracht
in den grond der zaak was zjj echter bigde,
dat zg in de salons kon schitteren in plaats
van thuis te zitten tegenover haar echtgenoot,
die gaarne rookte en veel in de couranten
verdiept zat.
Er waren verscheidene weken verloopen.
Martha had haar reisgenoot Ednard Römer
niet weer gezien. Zjj begon reeds to gelooven,
dat hjj haar vergeten hadzeer onverwacht
zon zjj hem terugzien.
Het was een heote dag geweost. Niemand
had zich buiten zjjne woning gewaagd die
daartoe door zjjn beroep niet gedwongen waa.
Toen de avond viel, verzocht de kleine
Mary, dat Martha met haar een wandeling
zou doen naar een naburig palmboschje.
Wjj moeten toch een beetje friasche
lucht scheppn, anders drogen we heelemaal
uit, zeide het kind. En Darling moet ook
Ml
Hot hondje met lang haar, zoo zacht als
zjjde, werd geroepen. Mary deed het eeu
blauw lint om den hals en vrooljjk stapte
hot kleine gezelschap naar buiten.
Het palmboschje was spoedig bereikt. Mary
en Darling liepen een bonten vlinder na,
daarbjj ontmoetten zjj een jongen Hindoe, die
een langen stok in de hand droeg, waarmee
hjj onder het fiaiten van een deuntje aan
houdend in de lucht rondzwaaide.
Stellig boschouwde Darling dit als eene
uitdaginghjj vloog blaffend op den Hindoe
aan, en hoe de beide meisjes ook riepen, hot
hielp niemendal. Eer zjj het konden verhin
deren, had Darling zjjne scherpe tanden in
het bloote been van den jongen gezet.
Daar zwaaide de stok door de lncht on
trof Darling op den kop. Stuiptrekkend viel
hot hondje stervend neer.
Mary knielde bjj haar lieveling neder,
terwjjl de jonge Hindoe met een grjjnslach
zeide
Dat beest is onschadeljjk gemaakt; het
zal niemand meer bijten I
Vreeselgk verbitterd keek Mary hem aan
en met vlammende oogen riep zjj
Weet jo, wat jjj bent Je bent een af
schuwelijk monsch, een gruwelijk monster!
Oho! wil je mjj nog schelden op don
koop toe, jjj kleine lachte de bruine ben-
si. Wacht ik zal jon ook je deel geven.
Weer hief hjj den stok op, doch Martha
breidde beschermend hare armen boven Mary
nit. Het kind werd niet geraakt, de hevige
slag trof haar op den arm en do hand.
Op hetzelfde oogenblik, dat Martha een
smartkreet liet hooren, werd de jonge Hindoe
door een paar sterke armen aangepakt en
tegen den grond geslingerd.
Martha zag... Eduard Romer voor zich
urn.
O, wat een gelnk dat n komt, stamelde
Martha.
Zjjt ge erg verwond vroeg hjj bezorgd,
terwijl hjj hare hand greep.
Ook Mary drukte zich tegen haar aan
al schreiende kuste zjj haar op hand
arm.
Het is zoo erg niet, antwoordde zjj
glimlachend.
De roode striem zwol echter snel op
daarom stelde Ednard voor dat sjj zou mee
gaan naar eene bron, die daar dicht in de
buurt was. Hier maakto hjj een witten doek
flink nat en wikkelde dien om dopjjnljjke
plek.
De jonge Hindoe, die zoo onzacht op den
grond was neergekomen, had zich intusschen
nit de voeten gemaakt.
Romer, Martha en Mary met haar doode
hondje in den arm keerden nn langs den
kort sten weg naar de stad terng.
Ik zon n gaarne goed en wel aan uwe
bloedverwanten overgeven, juffrouw Martha,
sprak do jonkman, toen zjj de woning van
Mr. Wight naderden en Martha meende af
scheid te moeten nemen.
- Hé ja, zei Mary, komt u mee naar
binnen. Ik zal alles aan papa vertellen dan
zal hjj u zeker bedanken, omdat ge ons in
den nood hebt bijgestaan
Op deze wjjze deed Eduard Römer zgn
intredo bjj de familie Wight.
Nadat Mary in levendige kleuren had ver
teld, wat er zoo pas was gebeurd, werd hem
de meest mogelijke vriendschap betoond. Hjj
eest dien avond bjj de familie bljjven door
brengen, en bjj het afscheid nemen moest hjj
beloven, dat hg spoedig zjjn bezoek zou her
halen.
Sedert dien avond was Ednard Romer een
trouw bezoeker der familie Wight, die gaarne
werd ontvangeD. Toen de beer des huizes
had vernomen dat de jonge Römer voorne
mens was zich voor goed te Madras als
koopman te veBtigen, en dat
kapitaal daartoe bezat,
ling in den jonkman sterk toe. Hjj
lange, ernstige gesprekken met hem over
handelszaken, en gaf hem goeden raad, hiertoe
in staat gesteld door kennis van den handel
in het algemeen en van dien te MadraB in
het bjjzonder. Hiermede had Mr. Wight
echter zgne baatzuchtige bedoelingen. Als
ervaren koopman was hjj gewoon, bjj
zjjn eigen voordeel in het oog te honden
hjj sprak het niet uit, maar bg zich zeiven
dacht hjjt Als de jonge Römer inderdaad
do flinke man is, waarvoor ik hem houd, dan
zal hg door zgn kapitaal weldra 'n voorname
i positie in de handelswereld innemen. Gedeel
telijk zal hjj die positie ook aan mjj te dan
ken hebben en niets zou natuurlijker wezen
dan dat hjj mjjn ondste dochter of, wil hj
wat langer wachten, mjjn jongste zjjn hand
t hjj het noodige
i zjjn belangstel-
aanbiedt. Dan heb ik goed voor mjjn kinderen
gezorgd en hjj komt ook niet bedrogen uit,
want mjjn dochters krjjgen een mooien bruids
schat meo.
Ziedaar de koopmansgedaohten van Mr.
Wight. Dat behalve zjjn beide dochter ook
Martha in huis woonde, en dat dit meisjo
door haar bevalligheid en door haar bescheiden
honding wel in staat was om op den jonkman
indruk te maken daaraan dacht de man
heelemaal niet.
In zjjn oordeel over de menschen was een
onbemiddeld meisje eene nulzjj had niets
te beduiden, ja sjj bleef geheel buiten be
schouwing.
De dames der familie Wigth zagen den
jongen Römer gaarne. Ofschoon hjj met de
les niet omging op de luchthartige manier,
zooale hjj als Karei Brinken met zooveel
;ea had gedaan, maakte nn zjjn onberis
pelijk nette houding een even gunstigen in
druk ja, men vond den zwaarmoedigen blik
van zjjn donkerblauwe oogen zeer interessant.
AU ik in div donkerblauwe oogen zie,
moet ik altjjd aan een diepe, ondoorgronde
lijke zee denken, zeide miss Edith op zekeren
dag, en daarop antwoordde hare moeder
Ik geloof dat op den bodem daarvan
een schat van konnis en van liefde is ver
borgen; een oppervlakkig menach is Mr.
Römer zeker niet.
Martba zei niets, wanneer er op die ma
nier over hem werd gesproken. Ook wanneer
hjj in het gezelschap was en alle anderen in
druk gesprok waren, zat zjj meestal ewggend
over haar werk gebogen. Een liohtrood kleurde
dan wel hare wangen als zjj opkeek en be
merkte, hoe zgn oog onderzoekend op haar
had gerost, hoe zjjn blik vragend de hare
kruiste. Wat mocht hjj haar wel te vragen
hebben (Wordt vervolgd.)