KLEINE COURANT
't Vliegend Blaedje
voor HeiderJexeÊ, Wieringem mm Anna Paulowna
No. 3638.
Zaterdag 28 December 1907.
35ste Jaargang.
VERSCHIJNT DINSDAG- EN VRIJDAGMIDDAG.
Uitgevers: BERKHOUT Co., te HELDER.
Bureaux: Spoorstraat en Koningstraat
Nieuwjaarsgroet.
Uit het Buitenland.
Nieuwsberichten.
De ieis van de torpedobooten „Draak",
Krokodil" en „Zeeslang" naar O-Indië
PHTJILLHTOIsr.
Geld of Liefde.
Bureau: Spoorstraat.
Telef 59.
Bureau: Konlngstr. 29.
Intere.-Telef. 50.
Abonnement
Vliegend Blaadje p. 3 m. 50 ct., fr. p. post 75 ot., Buitenl. f 1.25
a- Zondagsblad37'45 »0.75
Modeblad 55 80 0.90
fMnzik. Bloemlezing» »»60» 85» >0.90
Voor 't Buitenland bjj vooruitbetaling.
Advertentiën moeten uiterlijk des DINSDAGS- en VRIJDAGSMORGENS vóór 10 uur aan de Bureaux bezorgd zijn
AdvertentlSn
van 1 tot 4 regels .25 Cent.
Elke regel meer6
Be wjj a-exemplaar. 21/,
Vignetten en groote letters worden naar plaats ruimte berekend.
Aan onze abocné's buiten'de
wordt beleefd ver
zocht 't verschuldigde abonnementsgeld
Vliegend Blaadje en Zondagsblad, 4e kwar
taal 1907, te willen overmaken per
Postwissel of in postzegels vóór 5
Januari, zullende anders daarover met
5 cents verhooging per post worden beschikt.
PostwisteU voor dat doel behoeven
slechts met ten zegel van 21/, Ct. beplakt
te worden
Aan onze abonné's in het Bul-
tenland wordt beleefd vorzocht
't verschuldigde abonnementsgeld te willen
overmaken.
DE UITGEVERS.
0nz« leurt, die met 1 Januari e.t. aan
Familie, Vpienden of Begun
stiger. In onze Courant een
Welkomstgroet
willen platteen, worden beleefd ultge-
noodlgd hunne opgaven aan ona Bureau
SPOORSTRAAT tijdig in te
zenden.
DE UITGEVERS.
"V oor de noodlijdende bevolking ten gevolgo
van mislukking van de oogst, zal de Russische
Regeering bjj de Doema nog rnim 7 millioen
roebel aanvragen. De Doema nam een motie
aan waarin de hoop werd uitgesproken dat
de regeering in de noodlijdende streken don
verkoop van alcohol sou beperken.
De toenemende drankzucht is een ge raar
ook voor Rusland. Dat heeft de volksver
tegenwoordiging goed ingezien en daarom
heeft zjj eene commissie benoemd ter bestrij
ding der drankzucht, die tevens zal zoeken
naar een nieuwe wijze van belastingheffing
op den brandewijnverkoop.
In de Doema gaat het kalm toebelang
rijke onderwerpen zjjn trouwens op 't oogen-
blik niet aan de orde. Of 't zoo kalm blijven
zal is een andere vraag. De commissie voor
landsverdediging wil do gevraagde credieten
voor den aanbouw van nieuwe schepen niet
toestaan vóór de regeering met een behoorlijk
vloptprogram voor don dag komt. Hot schijnt
dat men aan 't ministerie van marine ook
geep vast plan voor aanbouw heeft tenzij
bet ministerie dat alrataategeheim beschouwt.
Rusland is nog in zijn jongste parlementair
levensjaar.
In Petersburg zyn een aantal revolution-
nairen in hechtenis genomen. Zjj hadden een
plan gesmeed om den Rijksraad, die zyn zit
tingen houdt in het adelspaleia, in de lucht
te laten vliegen.
De persoon die met de uitvoering van dit
plan belast was, had een journalistenkaart in
zyn beziti op naam van een medewerker van
een radicaal blad. jHet personeel van dit blad
werdkort daarop gearresteerdNader is ech
ter gebleken dat de kaart nagemaakt was en
de gearresteerde dagWadaehrjjvers zyn weer
op vryfr voeten gesteld.
De Belg Eduard Joris, jndwrtjjd.in Torkye
ter dood veroordeeld- wegens medeplichtigheid
aan een aanslag op Let-leven van den sultan,
doch. aan wiena aohnld alom. getwyield werd,
is ten lan,gen leste door den sultan begena
digd en in vjyheidgesteld. De Belgische
regeering had bjj den sultan herhaalde malen
op zyn invrijheidstelling aangedrongen en tal
van comité4» -en -vereenigingen-haddon haar
daarin gesteund .ook in :ops land.
Te Konstant-inopel is een brigade gevormd
die sterk -genoeg geacht wordt om de benden,
die in 'i Macedonische zoo driest optreden, te
gaan vervólgen. Zy zal staan onder bevel vaD
generaal Ghalib?pacha.
De gezamenlijke gezanten te Konstantinopel
stelden den tekst der nota vast betredende
de verlenging der mandaten van hen, die
met den hervormingsarbeid in Macedonië be
last zyn. De nota werd aan de Por te over
handigd.
Te Djedda werden aan boord van een
Engelsch schip, dat Mekkagangers uit Yambo
meevoerde vier gevallen van cholera gecon
stateerd. Te Yambo kwamen 19 gevallen
van cholera voor, waarvan 10 met doodelyken
afloop.
Tusschen den shah van Perzië en zyn par
lement is het tot eene overeenkomst gekomon
maar rnstig is het in het land nog heelemaal
niet.
Koning Leopold van België vertoeft te
Brussel. Hjj was van plan te vertrekken, doch
de minister-president schijnt hem duidelijk te
hebben gemaakt, dat zyn tegenwoordigheid
noodig was voor het voeren van onderhande
lingen. Men hoopt dat de Koning de onmo
gelijkheid zal inzien om de Congo-acte, zooals
hy die heeft voorgesteld, te handhaven. In
de commissie van zeventien tot onderzoek
zal oud-minister Beem&ert voorstellen het in
gediende ontwerp in te trokken en den koning
av-Dnemelyker voorwaarden te vragen. Zooals
het ontwerp thans Inidt wordt het stellig ver
worpen daar de gehiele linkerzijde en een
deel der rechterzjjdo verklaard heeft te znllen
tegenstemmen. Of koning Leopold geneigd zal
zijn tot concessies is een groote vraag. Hy is
in geen enkel opzicht erg toegeeflyk uitge
vallen I
In het Fransche leger hoort men .den laat*
sten tjjd van ernstige dingen.
Parjjsche bladen beweren in stryd met een
tegenspraak van 1iet Fransche departement
van oorlog, dat by de jongste legeroefeningen
in den omtrek van Porpignan vele soldaten
met scherp hebben geschoten, in plaats van
met losse patronen. Enkele kogels kwamon
gevaarlijk dicht in de nabijheid der officieren
eon officierspaard werd licht gewond. Er werd
dadelijk ophonden met vuren geblazen, waar
na een onderzoek werd ingesteld dat leidde
tot inhechtenisneming van 24 man van het
koloniale regiment.
Omtrent den brand in de arsenalen te
Tonlon bericht Reuter, dat hy aangestoken
ia door een kwaadwillige, die Dinsdagavond
na een hevige worsteling in hechtenis werd
genomen.
Te Hyères kwamen ongeregeldheden voor
naar aanleiding van de in hechtenis neming
eener vrouw. Troepen stakers vernielden
de ruiten in het bureau van politie en de
burgermeeaterwoDing.
De onderprefect requireerdo]troepen, die nn
het politiebnrean, het raadhnis en de banken
bewaken. Een agent en een gedarme werden
door steenworpen gewond.
In den Senaat werd by de behandeling
van de begrooting voor buitenlandache zaken
de Marokko-xaak ter sprake gebracht. Een
der afgevaardigden beschuldigde de regeering
dat zy het publiek slecht had ingelicht en
vaische voorspiegelingen had gedaan omtrent
eene zoogenaamde overeenkomst met Spanje.
Minister Pichon protesteerde heftig tegen
deze aantygingen.
Omtrent het niet zenden van de cavallerio
naar het binnenland verklaarde hy voorts
dat generaal Drude daaromtrent volle vryheid
van handelen had. Minister Pichon vond
aanleiding tot afleggen van eene verklaring.
Voor de behartiging van de FraDBche be
langen in Algiers merkt hy op, heeft Frank
rijk de goedkeuring van Europa niet doo-
dig; de regeering wil Marokko niet verove
ren; in Casablanca trad Frankryk op als
mandataris van Europa. De MarokkaaDSche
quaestie zal heel wat tyd eiBchen, alvorens
zy opgelost is. Do minister gaf verder een
overzicht van de verdragen met Spanje, Japan,
Ethiopië en Siam, ,Laat ons", zoo zeido hij,
«getrouw blyven aan het verbond met Rus
land, dat ons zoo dienstig is, laat ons de
goede en gelukkige verstandhouding met
Engeland bevorderen, de betrekkingen met
Italië versterken en steeds handelen in het
belang van den vrede, dan kunnen wjj de
toekomst met vertrouwen te gemoet gaan".
Texel, 25' December.
Naar oud gebruik gaan de meeste der
bier tehuisbeboorende tjalkschepen opleg
gen van Kerstmis tot Vrouwendag. Dat
i i gewoonljjk de rusttijd voor de schippers.
De meeste vaartuigen worden dan grooten-
deels afgetuigd en krjjgen bovendien een
extra schoonmaakbeurt.
De bjjhaven biedt voor de in rnst vast-
gemeerde vaartuigen een veilige plek aan,
om tot 't weer in gebroik stellen, in roetige
rost te kannen doorbrengen.
Bjj bet graven in een tuin, vond een
onzer ingezetenen eene uitmuntend be
waard gebleven bronzen medaille ter grootte
van een rijksdaalder.
Aan de eene zjjde staat met duideljjk
ieesbare letters: Georgius III D:G Rex,
als rondscbrift om 't borstbeeld van George
III. Aan de keerzjjde ziet men een Nep-
tunusbeeld met drietand, omgeven van het
randschrift „Brittannia 1797".
Het overvaren van een blazer.
De bemanning van het stoomschip Ant
werpen" heeft tegenover de Zaandamscbe
politie alle schold aan de overvaring tan
den blazer nabjj Texel ontkend. De Ant
werpen" heeft zelf vastgezeten, terwjjl van
den blazer geen Doodseinen waren gegeven.
Da verklaring, die de kapitein van 't
Zweedsche stoomschip Antwerpen" te
Zaandam aflegde, namelijk dat hg van het
ongeluk van den blazer Terschelling 5"
niets heeft gezien, is door hem in de oflS-
cieele scheepsverklaring wees sproken, door
te zeggen, dat hg den blazer op den En-
gelschen hoek heeft zien vergaan. Hoe dit
te rjjmen Dit muisje kan nog wel een
staartje hebben. De meening heerscht hier
beslist, dat de blazer overstoomd is.
Loosdainen. 23 Dec. Aan de kust
wordt hier tegenwoordig zeer veel bot ge
vangen met baken en lange snoeren. Voor
aas gebruikt men een- soort schelpdier dat
maar op enkele tg len op het strand voor
komt. Man heeft bemerkt dat de aanwe
zigheid van die schelpdieren samengaat
met de aanwezigheid van groote scharen
bot.
Een noodlottige vergissing.
Door een treurige vergissing heeft een
student te Delft, candidaat eleetrotechniech
ingenieur, in plaats vau bromkali subli
maat ingenomen.
Na hevig Ijjden is de ongelukkige over
leden.
- Het schjjnt nu vast te staan, dat de
Culliman-diamant teJ2;Amsterdam zal ge
slepen worden. Want, volgens Londensche
bladen, is men bezig het bedrag van ter
zekering en premie vast te stellen, waa -
bjj de rei3 van Londen naar Amsterdam
en terng inbegrepen zal zjjn. De diamant
zou voor de bewerking twee jaar wegblij
ven.
De inktwerper.
De beruchte »inktwerper" is Zondag
avond bjj den ingang van het Concertge
bouw te Amsterdam weder bezig geweest.
Een vgfial slachtoffers zjjn gemaakt. Twee
dames deden aangifte bjj de politie dat
haar japonnen door den gehoimzinnigen
enveldader geheel waren bedorven. Niet
het minste spoor heeft men van den be-
drjjver kannen vinden.
Onder den trein.
Maandagmorgen is op het stationsterrein
te Utrecht C. S. de heer J. Maas, wo
nende te Bunnik, onder een raDgeerend
treindeel geraakt en gedood.
Schipper Rijkers.
De heer Ch. Boissevain schrijft in de
rubriek «Van Dag tot Dag", het volgende:
In het „Handelsblad" van Maandagavond
las ik het volgende
Redding van schipbreukelingen.
Door de redding van de bemanning van
het stoomschip „Ninian Paton'' te Nieuwe-
diep op 3 December j.1., bedraagt het totaal
der, sinds de oprichting, met de reddings
middelen van de N.- en Z.-HoUandsche Red
dingsmaatschappij geredde schipbreukelingen
4224.
Van het s.s. Ninian Paton" werden on
der moeilijke omstandigheden 37 personen
gered.
Dit scheen my een heerlijk bericht in ons
blad, twee dagen voor Kerstmis, en aan het
einde van het jaar, waarin de mannen van
onze reddingsbooten zich ook aan den Hoek
van Holland onderscheiden hebben.
Daarom ging ik aan het inwinnen van
kennis omtrent wat daar in de wilde win-
terzee, die om het Noorderhoofd van Hol
land spookt, gebeurd is.
Het was een zeer eenvoudig, sober ver
haal, dat ik hoorde.
Hij, die het my vertelde, vond al dien
heldenmoed en die doodsverachting zoo vol
strekt natuurlijk en vanzelf sprekend.
„Daarvoor zijn wy nu eenmaal!" zeide de
oude zeeman, zijn pijp uitschuddend en uit
kijkend over zee, wat of het weer beloofde
of dreigde.
.Het was op den derde van de maand,
vlak voor Sinterklaas het begon net
zoowat dag te worden toen rappor
teerde de kustwacht: „In de Noorderhaaks-
gronden een stoomschip vastgeloopen".
„De wind was Zuid-Zuidwesthet was
vrij goed weer.de windkracht was 4.
maar er was slecht zicht en de barometer
daalde en bleef dalen.
Om half acht vertrokken de stoombooten
naar de strandingsplaats. Van den vuurtoren
kwam het bericht, dat er reeds eenige vlet-
terlieden en visscherbooten bij het stoom
schip langszijde waren. Daarom werd ge
oordeeld dat het niet noodig was de red
dingboot uit te laten gaan.
.Maar langzamerhand nam het weer hard
toe. In den namiddag werd van den vuur
toren geseind: .de gemeenschap met het
schip is verbroken." Wind en zee waren zoo
toegenomen, dat de vletterlieden en visschers
het niet in zee by het schip konden uithou
den en zeil maakten naar de haven.
.Toen werd dadelijk de reddingboot aan
het Nieuwediep klaargemaakt.een van de
sleepbooten ging naar binnen om de boot te
halen en om halfdrie stoomde de .Cycloop"
met haar naar de strandingplaats.
„Ze vonden het schip midden tusschen de
droge ruggen van de Noorder Haaksgronden,
zoowat N.N.O. van den Keizersbult. Er liep
een zeer moeilijke, hooge en onregelmatigo
zee. De golven sloegen zwaar over het schip.
De reddingboot ging nu pogen al die men-
schen op het brekende schip te redden. Er
waren er zoo veel, omdat er negentien man
Heldersehe vletterlieden aan boord waren.
Die waren er 's morgens in de vroegte ge
komen, toen weer en gelegenheid nog goed
waren om een eerlyk stuivertje te verdienen.
Maar nu waren ze gevangen!"
.En hoe de redding ging
.Ja, dat moet je nou eigenlyk aan den
schipper vragen. Bedaardheid en zeeman
schap zal ik maar zeggenJa, er dient heel
wat overleg toe om tusscheu zulke stortzeeën
door zooveel menschen van een wrak af ie
halen. Maar schipper Rijkers deed het niet
vooi den eersten keer, weet je! Hij heeftin
drie tochten de menschen gered en door het
woeste water naar de sleepboot gebracht.
De twee laatste tochten hadden in den don
ker plaats en storm en zee waren nijdiger
geworden, en het was een hel van water.
„Mynheer, om acht uur waren zo met de
sleepboot in de haven. Alles in orde, hoor.
Geen man of geen vrouw letsel bekomen.
Nat.dat was alles.
.En toen ze het wrak verlieten, was dit
vol water. 'tWas een verloren schip!"
„Ja, maar hoeveel menschen hebben
jelui gered in die drie tochten?"
„O, dat vergat ik zoo waar. Ze heb
ben in de reddingboot in die drie tochten
van het schip gehaald 16 man equipage,
twee hofmeesteressen, flinke vrouwen, die
zich goed hielden, en 19 man Heldersehe
vletterlieden".
„En de schipper van de reddingboot
„Wel, datfs Th. Rijkers.die heeft
er al zoo veel gered!"
Schipper Rijkers, je geeft ons een geluk
kige Kerstmis
Over de reis van Sabang naar Singapore
schryft de correspondent van de .Telegraaf",
(aan boord van de „Draak") onder meer het
volgende
't Was ruim 10 jaar geleden, dat ik voor
het laatst te Sabang ben geweest, 'tls in
dien tijd veel vooruitgegaan. Was het in die
dagen slechts een gedwongen kolenstation
voor ons, met genoegen zagen we, dat, be
halve onze eigen passagiers- en vrachtsche
pen, ook buitenlandache hier hun kolen- en
watervoorraad komen aanvullen. Wat is het
eiland Poeloe-Weh dan ook prachtig gelegen
als laatste station vóór den Indischen Oceaan.
Thans verheffen er zich ook kantoren van
de Sabang-maatschappij, de KoninklijkePaket-
vaart, een behoorlijk postkantoor, de noodige
toko's en een vrij goed ingericht hotel, 't Is
alles wel kleinscheeps, maar wjj, Hollanders,
zijn nu eenmaal niet zoo voortvarend. Doch
afgezien van den vooruitgang als havenplaats,
waarover reeds genoeg geschreven is, en die
dus vrij algemeen bekend mag worden ver
ondersteld, heb ik weer genoten van de
prachtige natuur op dit eiland. Welk een
weelderige plantengroei! "Na zooveel jaren
heb ik weer een wandeling gedaan naar het
schoone bergmeer .Anak laoet" (kind van
de zee) en heb ook nu weer me verlustigd
in de majestueuse pracht. Vooral nu, nu alles
heerlijk groen is en opgefrischt door een
mild morgenrpgentje.
Kyk! die vroolyke aapjc8 vlug van tak
op tak springen in die hooge boomenze
vermaken zich terdege zoo in de vrye natuur.
En welk een indrukwekkende stilte in dit
vroege morgenuur, de eigenaardige muziék
der verschillende insecten alleen hoorbaar.
Ik dweep niet met onze Oost als woonplaats,
't is er my te warm, 't leven is er mij te
eentonig, maar de natuur is er eenig, heeft
met kwistige hand lustwaranden gewrocht.
Wat doet het inmiddels prettig aan, zich
na deze reis weer te bevinden te midden
van landgenooten, de moedertaal te hooren,
Hollandsche zeden en gewoonten te zien,
zoowel goede als kwade.
Den Hen dezer kwam het s.s. „Oranje"
hier van de maatschappij „Nederland", op
reis naar patria. Slechts weinig passagiers
zijn aan boord. Om dezen tijd repatrieert
men niet graag; 'tis in December zoo koud
en guur in ons landje, de overgang is te
groot. Toch had ik dolgraag direct „rechtsom
keert" willen maken met dien mooicn mail-
stoomer. Vrome wenschDrie lange, lange
jaren moeten we hier blijven. Nu we een
maal hier zyn, treedt dat besef meer en meer
op den voorgrond. Maar komaan! daar nu
niet meer over, 'tis al genoeg. Die eerste
kennismaking met de muskieten, met de
altijd kakelende en vechtende kippen, met
de warmte, met al wat we in de Oost min.
der aangenaam vinden, is natuurlyk oorzaak,
dat we thans dubbel de lange scheiding ge
voelen. Enfin, dat alles zal wel weer wen
nen, en dus, vooruit maar weer; laten we
gauw verder gaan, naar het eindstation, naar
Soerabaja.
De „Oranje" heeft onze mail meegenomen,
de eerste brieven uit de Oost; vele znllen
er nog volgen in die 3 jaren. Laten we nu
afscheid nemen van Sabang, we zuUen er
nog wel eens terugkeeren.
12 Nov. Hedenmorgen te 10 uur verlaten
j met prachtig weer de haven, 't Was een
bittere teleurstelling voor ons, dat er nu
heelemaal geen oorlogsscheepje hierheen was
gezonden, ten einde ons te verwelkomen,
ten einde ons eon en ander mede te deelen
over de vlootbewegingen in Indië, van onze,
vermoedelijk reeds bekende, plaatsingen. Geon
al of teeken.
De zee is spiegelglad, en nu onze vaart
bepaald wordt op 13 mijlen, schieten we als
slanke meenwen door onze Indische wateren,
't Is hard aanpeuteren voor de mennekes op
de stookplaats, maar ze doen hun best, ze
verlangen naar de plaats van bestemming,
't Is alles bekend terrein, waar we nu varen,
voor velen tenminste. Ik denk terug aan de
brandwachtjes langs Sumatra's kust, 'snachts
van 12 tot 6 uur soms, loerende op prauwen,
die niet kwamen. Pedir-Punt, Segli, Merdoe,
we snellen er voorbjj. Hoe geheel anders
vroeger op onze oude flotille-vaartuigen. Als
wo dan 5 mijl liepen, hadden we allo zeilen
bij en stond ieder verbaasd, dat het zoo
hard ging.
De Goudberg, eerst achter een wolkenfloors
verborgen, steekt zijn kop er boven nitook
dezen ouden bekende een groet. Hè, wat
snijden de bootjes er nn lekker door! 'tis
ook zoo'n prachtige zee. Hare bewoners zijn
ook vroolyk gestemd en laten zich in groote
verscheidenheid aan ons zien. Een dikke zee
paling komt lui-kronkelend boven, voorbij
weer; dan een klein zeeschildpadje, dat zich
dartel aan de oppervlakte vertoont, en dan....
wat is dat? 't Ljjkt wel een soort rog, met
de groote lobben uitgespreid, stellig een meter
breed. Wat een typisch monster. Log zwemt
hy voorby of liever laat zich wentelen, in
vadzig beweeg van lomp lichaam. Lust tot
slapen gevoel ik in 't geheel niet in deze
prachtige middaguren. Vóór op het pleohtje
geniet ik van 't magnifieke weertje en kijk
naar de andere bootjes; we geven elkander
seinen, groeten, mimiek van „hoe mooi het
wel is". De zon heeft gelukkig niet veel
kracht, verborgen als ze is achter witte wol
ken. Haar anders zoo warme stralen zyn nu
draaglijk, en er waait een frisch briesje,
's Avonds neemt de maan, haar taak over
en maakt gedurende een groot gedeelte van
den nacht het varen tot een gezellig tochtje.
Te 9.50 u. zijn we dwars van Diamant-
punt; de koers wordt veranderd, nu moer
naar 't zuidoosten. Het lichtschijnsel van Edi
komt ook nog op 15 myl afstand in 't zicht.
Gedurende den verderen nacht blyft de alge-
meene toestand vrijwel geljjk -en zyn we dus
bijzonder tevreden.
13 Nov. Lekker weertje. Wel vertoonen
zich dreigende regenwolken aan de Malakka-
kust, doch voorloopig ontloopen we ze, maar
in den loop van den dag naderen ze al meer
en meer. Te 8 uur begint het te druppelen,
tc regenen, te hoozen! Brr! wat een nattig
heid! Do wind scharrelt nu ook maar zoó'n
beetje, dan uit dezen, dan uit genen hoek,
tot hy eindelijk met flinke kracht achterin
komt, zoodat we hem zelfs met onze vaart
niet „doodloopen". De zee vertoont nu ook
golven met witte kuiven die ona nog geen
kwaad doen. Moesten we andersom, dan zou
het er leelijker uitzien en zouden we gauw
vaart moeten verminderen.
Die N. W.-wind zweept intussclien de zee
leelyk op en het duurt niet lang of er staan
weer heele „bonken" water; meermalen maalt
de schroef weer „ins Freie hinein". De vaart
is op 11 mijl gebracht. Hoor eens, mevrouw
Insulinde! da's nu heelemaal niet lief van je.
Gisteren was ik in extase over het mooie
pakje, dat je te onzer verwelkoming had
aangetrokken, maar vandaag begin ik te
gelooven, dat je het met meneer Neptunus
op een accoordje hebt gegooid en er, net als
hy, voor zorg draagt, het ons den laatsten
dag van een reisje steeds zoo onaangenaam
mogelijk te maken. Regen, nu ja! 't is er de
tyd voor, maar zulk hondenweer in dit ge
deelte van de straat van Malakka, neen hoor,
da's lang niet aardig. Is dat nu soms alleen,
omdat we nog een buitenlandsche haven zul
len aandoen Dat moet toch wel, want anders
zou het weer een stukje worden van een dag
of vijf, en 'tis nu al genoeg geweest. Wel
bedaart de wind een weinig in den loop van
den dag, maar de zee blyft erg onrnstig. Te
meisje met gefronst voorhoofd na. Hy zag,
hoe ze ook de trap naar de bovenverdieping
opsnelde, en hoorde, hoe sy luid: .Marie
Hanna 1" riep, terwjjl zy de deur van Han-
na's kamer opende. Toen wendde hy zich
brommend tot de dienaars, die jjlings naderbjj
waren gekomen, en gaf hun de noodige bevelen.
En nanwelyks was hy hiermede gereed, of
hy moest zich haaasten om de beide broeders
te ontvangen, wier rjjtuig jnist voor het hnis
stil hield.
HOOFDSTUK XVII.
jen n, als den oudsten broeder, wilde
ik de zaak het eerst bekend maken. Het zou
my zeer aag enaam zyn, lieve vriend, wanneer
ge my even gaarne in uwe familie opnaamt,
al» ik er gaarne lid van wor8.
Mg dunkt, daaraan behoeft ge niet te
twjjfelen", antwoordde M^x, terwjjl hjj de
hand van zyn toekomstigen zwager harteljjk
drukte.
•Hoe wy beide met elkaar staan, weten
we. Onze vriendschap kan door de nieuwe
familiebetrekking nauweljjks meer vergroot
worden. Hoe bljj ben ik met dit bericht! Ik
hoop ja ik ben or van overtuigd, dat het
oen gelukkig huwelijk zal worden".
De beide mannen stonden tegenover elkaar
in Kaiser's sohrjjfvertrek, waarheen dezo zjjnen
gast had gevoerd. Er waren slechts weinige
woorden tusschen hen gewisseld, maar zjj
kendon elkaar genoeg, om de waarde en de
oprechtheid daarvan te kunnen waardeeren.
Na elkander nog eenmaal de hand te hebben
gedrukt, hielden zjj do zaak afgedaan en gingen
tot iets anders over.
„Het zal u verheugen te hooren, dat uw
vermoeden gegrond was", zei Max. „Niet alle
arbeiders der fabriek hebben zich aan den
26)
•Wat mjjne bedoeling was I Ik wilde hem
toonen, hoe hoog ik hem acht, hoe hjj geheel
voldoet aan de voorstelling, die ik mjj van
hem heb gemaakt. Als zuster wilde ik hem
tegemoet komen
»Nu heb ik genoeg van deze verwarde
historie", riep Kaiser iu uitbarstenden toorn.
Alz zuster I Heeft men ooit iets dergeljjkB
gehoord? Houdt ge mjj voor den gek? Ik
geloof, dat een van ons het verstand heeft
verloren, maar het doet wjj pleiner, dat ik
hot niet ben".
„Mjjnheer Kaiser!" riep Paula.
•Of houdt gjj het misschien voor verstandig,
e«*»t lang en breed te spreken over uw voor-
nem*G om te-trouwen, en dan
Hjj brak plotseling af en zag den atraat-
•Mooi, daar hebben mjj 't al. Daar komen
zjj reeds", riep hjj verdrietig, „en ik heb
vrouw Horig nog niet eens gezegd, dat ik
gasten verwacht".
Wien verwacht ge? Wie komt?" vroeg
Paula haastig. 6
„De beide Reinbarda natuurljjk 1 Kunnen
die dan ontbjjten daar in het leege nest?"
<Waarom hebt ge mjj niet eerder gesegd,
dat ze door^ u waren nitgenoodigd vroeg
aula, terwjjl zjj haastig d* stoep opsprong.
Kaizer antwoordde niet. Maar hjj zag h9t
nachteljjken aanval schuldig gemaakt. De beter
gezinden zjjn teruggebleven en hebben mjj
reeds hnn leedwezen over het voorval betuigd.
Ik hoop, mjj met hen te knnnen verstaan".
«Dat verheugt mjj dat verheugt mjj in
derdaad ten zeerste. De schrik van dezen naoht
en de zware gevolgen daarvan zullen hen
tot bezinning brengen. En alz gjj, bosto vriend,
daaruit nu pok nog de leer trekt, om in 't
vervolg het goede, dat gjj ongetwjjfeld op 't
oog hebt, mot wat mindor militaire kortheid
in te voeren iets moer rekening hondt met
do hier te lande gebruikelijke gemoedeljjkheid,
dan twjjfel ik er niet aan, dat er een duur
zame vrede tot stand komt, tot zegen van de
fabriek, en van allen, die er belang bjj hebben".
Max glimlachte.
„Misschien vind ik nog een beter middel,
om de lui ervan te overtuigen, dat hun wel-
zjjn mjj aan het hart ligt, trots de door n
veroordeelde barschheid van mjjn uiterljjk
voorkomen. Ik heb goede berichten ontvangen
in plaats van den verloren omzet in het westen
opent zich voor mjjn fabrikaat eene markt
in Duitschland. Ik heb do daarop betrekking
hebbende brieven voor u meegenomen wilt
gjj ze eens inzien
„Ik felioitoer n, ik feliciteer u van harte",
zei Kaiser, toen hjj de brieven weer samen
vouwde en ze zjjnen gast overreikte. „Dat
zjjn werkeljjk goede berichten. Er behoort
juist niet vool scherpzinnigheid toe, om u te
voorspellen, dat ge binnen weinige jaren oen
welgesteld man zult zjjn".
„Ik ben nog niet uitgepraat", antwoordde
Max. «Ik heb bovendien het vooruitzicht, de
leverantie voor het legercorps in onze provincie
te ontvangen, ook andere belangrijke bestel
lingen zjjn mjj toegezegd kortomik beu thans
werkeljjk niet te optimistisch, wanneer ik hoop,
dat de moeiljjke tjjden nu achter mjj liggen".
„Ik behoef u wel niet te verzekeren, dat
mjj dit verheugt, alsof het mjj zelf betrof",
zei Kaiser.
•En" vervolgde Max glimlachend, «daar
ik nu eindeljjk een vrjj man ben, die opge
houden heeft een slaaf der tjjdsomstandigheden
te zjjn, en die aan den wensch van zijn hart
mag voldoen, zoo zal mjjne eerste vrjje daad
het welzjjn mjjner arbeiders gelden. Zoodra
het werk in de fabriek wenr begint, zal ik
hnn uit vrjjen wil de verhooging geven, die
ik hun vroeger heb mieten weigeren. Daar
de nieuwe machine» mjj vrjj wat arbeidskracht
besparen en de inkomsten thans rjjker znllen
vlooien, kan ik hef doen, zonder mjjne credi
teuren te benadeelen".
«Dat ge correct en rechtschapen handelt,
heb ik nooit betwjjfpld, beste vriend", zei
Kaiser harteljjk. „D >ch niet alleen op dit
oogenblik, reeds dezen nacht hebt ge mjj ook
het bowjjs geleverd, dat ge een humaan mensch
zjjt, met een hart in de borst. Dat heeft mjjne
achting voor u nog verhoogd. Toen ik u
heden met zooveel zorg de gewonden zag be
handelen, heb ik mjj zei ren beloofd, u
mijn leven lang als een dierbaar vriend te
oeren. Ik verzoek u, mjj dikwjjls gelegenheid
te geven om u deze vriendschap te bewjjzen.
Dat treft goed", antwoordde Max, want
hier sta ik voor u met eene bede op de lippen,
van welks verhooring mjjn geluk afhangt".
De bewogen toon, waarop hjj deze woorden
sprak en de verhoogde kleur van zjjn gelaat
deden Kaiser vermoeden van welken aard
het verzoek zou zjjn, dat zjjn vriend hem
had te doenook herinnerde hjj zich misschien
geljjktjjdig het stormachtig tooneel, dat hjj
straks met Paula had gehad. Hjj gevoelde
zich schuldig aan een kleine indiscretie tegen
over Max, want hjj had aanduidingen gemaakt
ea wenken gegeven waartoe hjj niet geautori
seerd was. Hjj had Max voorgespiegeld, dat
het slechts aan hem lag, de rjjke erfgename
te huwen, dat hjj slechts de hand behoefde
uit te strekken. Met schrik werd hjj thans
de mapiljjko positie bewust, waarin hjj zich
zelve had gebracht.
„Mjjn lieve jongen", zei hjj, terwjjl hjj met
beide handen afweringen maakte, „laat u
radengeef die zaak op I Gjj zorgt het best
voor uw geluk, wanneer ge u die gedachte
K.he.l uit het hoofd zet".
„Dat kan u geen ernBt zjjn. Gjj zelf hebt
mjj zoo pas het bowjjs geleverd
«Maar, ik bid u, dat is immers een geheel
andero zaak", viel Kaiser hem in de rede.
•Gy wilt toch geene vergel jjking maken tusschen
haar en Marie Wanneer er sprake was van
eene tweede Marie, dan was nv> wensch vol
komen gerechtvaardigd maar
„Pardon 1" zei Max glimlachend, «mjjn
wensch tis in ieder geval gerechtvaardigd.
Gesteld, dat de uitverkorene van mjjn hart
aan znjjnen smaak evenzeer voldoet, als Marie
aan den uwe 1 Hebt gjj misschien een ander
op het oog zou ik te laat komen
„O neen, volstrekt nietzei Kaiser, terwjjl
hjj zjjue beide handen op Max schouders
logde en hem doordringend aanzag. «Mjj per-
soonljjk zou het zeer aangenaam zjjn. Maar
laat u raden, mjju jongen: er komt niets van.
Denk er niet vei der aan!"
«Gy zult mjj niet kwaljjk nemen, dat ik
aan dit vreemd verlangen niet voldoe", zei
Max ernstiger dan tevoren. „Mag ik aannemen,
dat ik nwe toestemming heb, om mjjne zaak
persoonljjk te bepleiten bjj de jonge dame?"
Daar hebben we weer den ouden Prui-
sisohen stjjfkok, die zicb niet laat raden of
leiden. Het zal n zpjjten, mjjn raad niet
gevolgd te hebben".
«Ik verzoek dringend om uwe toestemming,
beste vriend".
•Ga dan heen, als ge niet anders wilt
Maar ik waarschuw u, pas op uwe oogen 1"
Max, die zich reeds naar de deur had ge
wend, bleef staan en zag den spreker met
een verwonderden glimlach aan.
•Ge behoeft niet zoo ongeloovig te kjjken
ik spreek bjj ondervinding. Reeds bjj de
eenvoudigste toespeling op onze wenschen en
verwachtingen, maakte ze mjj straks eene scène,
waarvan mjj de ooren nog tuiten',.
«Van wie «preekt ge eigenlek, beste heer
vroeg Max verwonderd.
«Nn, van de uitverkorene uws harten
noemdet ge haar niet zoo Maak u geen illu
sie, mjjn jongen, van die zaak wordt niets
en men kan u er slechte gelnk mee wenschen,
dat het zoo is. Daar heeft ze mjj straks een
onzin uitgekraamd, waarvan iemand de haren
te berge rjjsen. „Zusterljjke liefde* gevoelt
ze voor u hebt ge ooit zoo'n dwaaeheid
gehoord Zusterljjke liefde 1"
Bjj deze woorden van Kaiser scheen er
eindeljjk licht te komen in de duisternis,
waarin Max tot dusverre tevergeefs maar een
uitweg had rondgetast. Hjj brak uit in een
lnid, harteljjk lachen, terwjjl Kaiser hem half
verdrietig, half verwonderd aanstaarde. Eer
hjj echter eene verklaring kon geven, werd
er zacht geklopt, en Marie's aardig, blozend
gelaat verscheen in de opening der deur.
„Binnen maar, binnen maar!" riep Kaiser,
die zjjne ergernis dadeljjk vergat toen hjj haar
zag «Maar wat brengt ge ons daar?"
(Slot volgt).