KLEINE COURANT 't Vliegend Blaadje voor Helder, Texel, Wieringen en Anne Paulowna No. 3694. Zaterdag 18 Juli 1908 86ste Jaargang. VERSCHIJNT DINSDAG- EN VRIJDAGMIDDAG. UitgeversBERKHOUT Co., te HELDER. Bureaux: Spoorstraat eu Koningstraat. Uit het Buitenland. Nieuwsberichten. Na de Kermis. Het Geheim van den int Rojal. Bureau: Spoorstraat. Telef, 59 Bureau: Konlngstr. 29. Intere.-Telef. 50. Abonnement Vliegend Blaadje p. 3 m. 50 et., fr. p.'post 75Jet., Buitenl. f 1.25 1 Zondagsblad37* 45 0.75 Modeblad 55 80 0.90 Maait.Bloemlezing» 60 85/:» >0.90 Voor 't Buitenland bg vooruitbetaling. Advertentlftn van 1 tot 4 regel*25 Cent. Elke regel meer6 Bewfis-exemplaar2l/s Vignetten en groote letters worden naar plaatsroimte berekend. Advertentiën moeten uiterlijk des DINSDAGS- en VRIJDAGSMORGENS vóór 10 uur aan de Bureaux bezorgd zijn. Met meerderen of minderen luister wordt in Vlaamsch-België jaarlfiks den herdenkdag van den Gulden-Sporenslag, in 1302 bfi Kortrfik geleverd, herdacht.'t Is een Vlaamsoh ieeet bij uitnemendheid, waarbfi herdacht wordt het feit dat door dien slag belet werd dat Vlaanderen aan een? vreemde mogendheid verviel. Vol trots wfist de Vlaming U te Brugge het gedenkteeken voor Breydel en de Coninck herinnering aan de groote helden uit dien strijd. En telken jare is de herdenking van den Gulden-Sporenslag aanleiding tot het honden van betoogingen voor do rechten van het Vlaamsch in België. Men wil volkomen gelijkstelling van het Vlaamsch met het Fransch. 't Is een betooging waaraan alle Vlaamschgezinden van elke party meedoen. Met het vooruitaicht op de mogelijkheid van de overname van de Congo door België hebben de Vlamingen te Antwerpen dit jaar eene motie aangenomen waarin gjj eischen en verlangen: 1. Dat in geval Congo wordt overgenomen het Nederlandsch er op gelijken voet met Fransch worde gesteld 2. Dat door de aanneming van het wets voorstel Coremans, de kloof, die tnsschen hoogere en lagere standen in Vlaanderen bestaat, zooveel mogelijk verkleind worde 3. Dat door de vervlaamsching van de Hoogeschool te Gent voor het Vlaamsche volk de mogelijkheid eener hoogere opleiding in en door sijne taal worde opengesteld. Volhouden, jongens, 't is nw recht I De Belgische minister van den arbeid heeft in eene vergadering van Katholieken te Bergen meegedeeld dat hij aich beaig hield metle. eene hersieDing van de wet op de arbeiders- pensioenen, teneinde te gemoet te komen aan genite grieven en aan een grooter aantal ouden van dagen pensioenen te kunnen toe kennen 2e. eene betere organisatie van iuduslrie- en arbeidsraden, teneinde zooveel mogelijk een einde te maken aan de conflicten tuseoben kapitaal en arbeid3e. eene reorganisatie der scheidsrechterlijke raden 4e. zekere wijzigingen in de wet op de Zondagsrust5e. uitwerking van een wet op de mijnwerkers-pensioenen. Het einde van de langdurige besprekingen in de Portugeesche Kamer over de civiele lijst (het inkomen) van het Koninklijk Huis is geweest, dat deze ten bedrage van 365 contois ia aangenomen. In het Hoogerhuia (senaat of le kamer) gaf do vaststelling der lijst aanleiding tot heftige tooneelen. Twee leden maakten het zoo heftig dat zij elkaar tot een dnel uitdaagden. Dat zijn ook argnmenlen waarmee men strijdt, naar 't schijnt. Een der afgevaardigden noemde het geven van voorschotten aan den koning zooals gebenrd was, diefstal. De minister protesteerde heftig tegen deze uitlating. De zitting moest geschorst worden. President Faillières heeft een heel pro gramma af te werken op zfin reis naar het Noorden. Zaterdag vertrekt hij van Duinker ken op het slagschip »Vérité", begeleid door een pantserkruiser en een drietal torpedojagers. Don 22sten zal hij te Kopenhagen zijn, den 24sten te Stockholm, den 27sten te Reval, waar hg aan boord gaat van het jacht van den Czaar. Van 81 Juli tot den 2en Augus tus zal bij Christiania bezoeken. Overal gala diners eu ontvangst door de respectieve staats hoofden. In Fransch-Congo gaat het minder goed. Een afdeel ing soldaten, uitgezonden om be lasting te ineen, werd vermoord. Een colonne van 300 Senegaleezen is uitgezonden om de bevolking tot onderwerping te brengen. Uit Marokko als altgd tegenstrijdige berich ten. Dank zfi het geld, dat sultan Abd-el-Azis u i t «gn schatkist nam en waarover de groote bladen nog altgd disputeeren hoe het er in gekomen is is hg met ajjn leger kunnen oprukken. Moulay Hafid moet versteld gestaan hebben van dezen durf. Men zegt dat zijn moed hem al een beetje in de schoenen gezonken is. Eerst de eene sultan veld win nend, dan weer de andere, 't kan nog lang daren zoo. De Porte heeft ook weer eenB in den sak getast. In Monastir en Resna sloegen de sol daten tot mnitery over en riepen de consti tutie uit. Een hooggeplaatst officier werd ver moord. De aanleidende oorzaak was het niet uitbetalen der soldij. Toen de Porte 60000 Turksche ponden had geleend en de soldaten daarmee betaald, was de mniterg echter niet nit. De soldaten wilden ook hervormingen en wilden behooren tot de Jong-Turksche partg. De Sultan benoemde een nienwon bevelheb ber, die daarop plotseling ziek werd, wat ook overkwam aan een anderen, in zfin plaats aangewezen. Niemand schijnt er op gesteld te zgn zich in Macedonië op te offeren aan de Bulgaarsche bonden of aan de Jong-Turksche beweging, 't Baantje is te hachelijk en te ondankbaar. Met de hervormingsplannen, die miBBchien rust zullen brongen, schiet het ook niet op. 't Heet nu, dat Rusland zal voor stellen een gouverneur voor 7 jaar met uit gebreide volmacht en het besteden der inkom sten van Mecedonië aan de plaatselijke be hoeften. 't Laatste zal nog 't minste naar den zin van den Snltan te Konstantinopel zgn. Helder, 17 Jali. Mejuffrouw B. H. Giltjes, alhier, heeft te Utrecht met gunstig gevolg exa men afgelegd als apothekers-bediende. De Rijksmiddelen. Wees het overzicht van de Rijksmiddelen in de laatste maanden op een teruggang der inkomsten, zoodat het totale bedrag over de eerste vfif maanden van 1908 reeds meer dan een millioen gulden lager was dan dat ovor hetzelfde tijdvak van 1907, thans schijnt er gelukkig een einde te zijn gekomen aan deze depressie, tvnminste do maand Juni bracht dit jaar ruim f121,000 meer op dan verleden jaar. Hiermudo is wel niet het bedrag dat wy bg 1907 ten achter waren aangezuiverd, doch het verschil is in ieder geval weer terug gebracht tot f 895,000. Men vatte echter het feit vooralsnog niet al te optimistisch op. Immers, de oorzaken van dezen omkeer ten goede nagaand, zien wg, dat deze voor het grootste gedeelte te danken is aan een zeer hooge stijging der steeds wisselvallige successierechten. De meer constante middelen brachten voor het meeren- deel ook in de vorige maand nog vrij veol minder op dan verleden jaar. De verschillende rubrieken over de maand Juni vergelijkende zien wg dat in de vorige maand meer werd ontvangen dan in Juni 1907 op de grondbelasting f 210,000, het per- s.meol f122,000, vermogenbelasting £11,000, op het accijns op gedistilleerd f 53,000, op bieren on azfinen f 3000, op geslacht] f 50 10, op successierechten f 399,000, domeinen f 7000 en postergen f 48,000. Daartegenover staat oen mindere opbrengst in de besproken maand van dit jaar, verge leken met Juni 1907, op de bedrijfsbelasting van f 34,000, op de invoerrechten van f 48,000, op den snikeraccfins van f 356,000, wfinaccyns f 28,000, zoutaccijns f 21,000, op de zegelrech ten f 32,000, registratierechten f 82,000 hypo theekrochten f 8000, op de rgkstelegrafen f 1500, Staatsloterij f 83,000, jacht- en visscheryakten f 5000 en loodsgelden f 33,000. In het eerste halfjaar van 1908 werd op de volgende middelen meer ontvangen dan in hetzelfde tijdperk van verleden jaar: grond belasting f 154,000 personeel f 123,000, suc cessierechten £1,142,000, posterijen f 122,000. In die zes maanden brachten dit jaar minder op de bedrijfsbelasting f 233,000, vermogens belasting f123,000, bet mgnrecht f12,000, invoerrechten f 339,000, suikeraccgns f 189,000, wgnaccgns f 64,000, accijns op het gedistilleerd f 279,000, soutaccgns f 57,000, biereo eu azgnen f 54,000, geslacht f 85.000, de gonden en zil veren werken f 27,000, zegelrechten f 154,000, registratierechten f 161,000, hypotheekrechten f 10,000, domeinen f 408,000, rgkstelegrafen £31,000, de Staatsloterij f82,000, jacht- en visschergakten f 4000 en loodsgelden f 128,000. De geheele opbrengst tot 1 Juli 1908 was f 75.894.858.87' tegen f 76.790.028,15' in het eerste halfjaar van 1907. Jeukpoederwerpers. Er loopeu jongens in Amsterdam rond die er aardigheid in schijnen te heb ben, wandelaars metjeukpoeder te werpen. Zaterdagavond althans hebben een paar damesin de Damstraat dit ondervonden. Terwjjl zg rustig liepen te wandelen werd een harer, een ongeveer 20-jarig meisje, door een opgeschoten jongen met derge lijke stof in 't gelaat geworpen, zoo dat zg, dol van de jeuk, zich naar de apotheek »De Eenhoorn1' heeft begeven, om zich te laten behandelen. Doordat het meisje er vlug bg was, zal zg geen nadeelige gevol gen van deze baldadigheid ondervinden, maar naar wg hoorden, kunnen de gevolgen, vooral wanneer men er mee door blgft loopen, soms zeer onaangenaam zgn. Het Haarl. Dgbl. spreekt tegen, dat te Oudewater de vrouw van Jut is ver moord. Deze leeft nog gezond en wel to Haarlem. Op bevel van den officier van justitie te Utrecht, wordt door de politie te Barne- veld streng ondorzocht of het in brand ge raken van het 13-jarig dochtertje van den ploegbaas v. d. B. aldaar, ook aan nalatig heid der ouders moet worden toegeschreven. Het arme bind, inmiddels reed3 overleden, werd nameljjk door haar moeder gedwon gen, 's avonds te half twaalf, toen de'ouders reeds te bed waren,-nog kousen te stoppen, bg welk werkje de brandende petroleum lamp over haar lichaam gevallen is. Inbraak. Woensdagnacht is ingebroken in het ka -toor der Handelsvennootschap voorheen Muller en Co., Poelestraat te Groningen. Vermist wordt ongeveer f 2500 aan bank papier en specie. De kantoren en maga zijnen waren onbewoond. De daders zgn onbekend. Men schrijft uit Neuzen aan de Middb. Crt. De schipper alhier, die wegens gemoeds bezwaren weigert het aan de Rjjbsverze keringsbank wegens premie voor de onge vallenwet verschuldigde te betalen, omdat hg verzekering in strgd acht mat de ordinantiën Gods, en wiens inboedel het vorig jaar werd verkocht tot het verschul digde bedrag er was, zag Zaterdag de mannen der wet weer versebguen, om zjjn inboedel te veilen. Het ging als het vorig jaar. Enkele godsdienstige boeken werden geveild, nadat 2 stoelen waren verkocht, en hiervoor bood een van elders gekomen vriend zooveel als 't verschuldigde bedrag, benevens ruim f45 wegens kosten. Als de uclupper, wat te vermoeden is, steeds bg zgne meening blgft, kan dat jaarlgks voor hem een dnur grapje zgn. Van een dienstmeisje, een burgemeester en een gemeenteraad. Men schrgft aan de >Telegraaf" De gemeente-ontvanger van Krabb^ndgbe (Zuid-Boveland) had den laatsten tgd een aantal zgner dorpsgenooten aanstoot gege ven door zgn particulier leven. O.m. nam men hem kwalijk den vriendschappelgken omgang mét zgn dienstbode, met wie hg soms wandel- en fietstochtjes maakte. Hem was daarom de vorige wtek door het ge meentebestuur een schrgven gezonden, waarin hg met ontslag werd bedreigd, in dien hg in het vervolg niet een drietal nauwkeurig in dit schrgven omschreven voorwaarden nakwam. De derde dezer voorwaarden bevatte den eisch, zgu dienst bode to ontslaan. De gemeente-ontvanger verklaarde zich bereid, twee der voorwaar den na te komen, doch hg weigerde zgn dienstbode, die, naar hg schreef, hem tronw en eerlgk dient, weg te zenden. Door den burgemeester werd daarom Zaterdag in een voltallige raadsvergadering hst voorstel gedaan, den gemeente-ontvan ger ontslag te verleenen. Na langdurende, in het openbaar gehou den, discussie, waarbfi door den burge meester minder vleiende dingen over het dienstmeisje werden gezegd, werd het voor stel van den Voorzitter van den Raad met algemeene stemmen verworpen, zoodat én gemeente-ontvanger én dienstmeisje in hun respectieve betrekkingen big ven. De Westminster Gazette bevat een g-:elgk verhaal van haar Kaapstadschen correspondent. Te Durban zou men den 22en Juni toonen wat de brandweer ver mag. Een huis werd opgezet en met pe troleum begoten, en drie kinderen twee jongens van 9 en 7, de kinderen van een hoofdman van de brandweer, en een jon gen van 8, de eenige zoon van een spuit gast werden er in gebrachtdie zouden volgens de regelen der kunst gered wor den. Door een misverstand werd het ge bouw even te vroeg in brand gestoken. En de drie kinderen zgn erbfi omgekomen Twee sprongen er uit het raam en werden door den val gedood, het derde verbrandde. De luchtreis van Zeppelin. De groote 24-nnrs tocht van Zeppelin is gestaakt. In Constanz heerschte groote opwinding. Om twaalf uur waren de torens, daken, straten en pleinen dicht bezet. Om twee nur ging het luchtschip de hoogte in, ofschoon de opsfcfiging eerst om 4 nur werd verwacht. 40 000 toeschouwers en tul van schoolkinderen jubelden den lucht reiziger toe. Het was prachtig weer. Aldus luidt een telegram van 2 nur 10 minuten Een telegram van 3 uur 50 minuten zegt Graaf Zeppelin kwam weer terngengiug in cirkels boven de stad". Een telegram van 4 uur 8 min. luidt >Om 4 uur werd het luchtschip weder i:i zgn hal geborgen". Een Reutertelogram meldt dat door het breken van een onder deel van de machine de reis moest worden onderbroken. Maar de heer Zeppelin hoopte w-'er te kannen opstggen. Een nietig voorval dus. Maar dat toont hoe avontuurlijk vooralsnog een oorlog met luchtballons zou zgn. Of zou het gebroken schroefje eea voor wendsel zgn Te Manheim en in andere steden had de bevolking zich al klaar gemaakt om Zeppelin een schitterende ontvangst te be reiden. Dat beeft echter niet mogen zgn Berlgu, 15 Juli. Naar het >Berliner Tageblatt" uit Friedrichshafen verneemt, vindt de lange tocht van Zeppelin heden avond te zeven uur plaats. ZeBtien personen onder wie drie militairen, nemen er aan ihsel. Majoor Sperling en kapitein Jena '/gn aangewezen als commandanten der beide luchtschepen. Friedriphshafen, 15 Jali. Zeppelin zat lieden niet opstjjgeu. De ballon is te elf uur bg het naar buiten brengen uit de bal aan het Btnur beschadigd. HOE WAGENBEWONERS LEVEN, door P. N. v. R. (Vervolg.) Nauwelijks liad ik hot kamp der kermis reizigers bereikt, of uit den eersten wagon kwam juist een reeds bejaarde vrouw met een door de zon verbrand gelaat, donkere oogen en glad-vettig zwart haar, dat als twee gordijntjes op haar gerimpeld voorhoofd zicht baar was. Haar beide buitensporig groote, grove handen hielden krampachtig een braad pan vast, waaruit een onaangenaam warme speklucht opwalmde. Op hot gras ter ver koeling geplaatst, werd de inhoud door middel van een onzindelijk stukje hout herhaaldelijk gekeerd en vervolgens rondgedeeld aan een paar mannen, eenige vrouwen en een zestal kinderen. De pan met het overgebleven vet verhuisde onder den wagen, waarna een smulpartij begon. Dikke boterhammen met een flinke hoeveelheid boter verdwenen op gulzige wijze in de groote en kleine monden, die onafgebroken in beweging waren, lompo stukken spek, bruin-zwart gebraden, volgden en met een groote kop koffie werd het maal in de open lucht besloten. Een der mannen nam een pruim zware tabak uit een geelkoperen doos, kauwde daarop eenige malen cn zeide met diepe stem »'t Is vandaag weer belgegaan langs de Btraat. Me pooten zijn lam van 't draaien de eene mop volgt de ander, maar vangen ze houwen allemaal de deur vast en as d'r geen winkels waren, die altijd wat geven, dan kon je verrvan gebrek. De winkels betalen voor alle burgers, begrijp je en daar steunen ze maar op. Je mag nog liever een harmonica hebben en een wijf die kan zingen en liedjes verkoopec, dan loop je bg die lui achterin en in ieder geval trek je veel meer de aandachtDaar hei-je nou de wandluis, die kleine wandluis met z'n harmonica, hij kruipt in alle café's en verdient dan geld als waterMaar spelen dat-ie kan 't is een liefhebberijje moet 'm hooren werken met z'n bassen, 't is pre cies een kerkorgel." In de nabijheid van oen anderen wagen zaten eenige mannen te dobbelen. Kaarten werden handig geschud en rondgedeeld hoopjes zilvergeld lagen op een bordje, dat in het midden van hun kring stond. Een groote, zware kerel met lange knevels en hoogrood gelaat scheen gelukkig en ge durig te wiunen. Zjjn oogen schitterden van voldoening als kwartjes en dubbeltjes hem toekwamen. Nog één guldentje en ik ben bankroet*, riep een der spelers. f/Jjj bankroet?.... Dat lieg je mottige; je kadt zooeven nog tien pop in je vessiezak'. Lieg ik hetLieg ik hetDoen nog er is je smoel open en ik steek je aan 't mes. lamstraal. Het ia mijn laatste gulden hierzoo, voel me zakken maar „Ik' schei or uit», riep de groote man, de gelukkige speler. f't Kan zoo wel, ik win twaalf gulden en twintig cent.» ,Wat?I Wou je er nou uitscheien, ge- moone hufter Nou dat je ons geld binnen hobt Als je niet meer speelt, dan zal je trakteeren, dan geef je een paar kan.» «Goed, ik spring er in." (Naar de open staande deur van den wagen): .Vrouw, is er nog wat in de llesch Kijk er is gauw Niks meer Dan motje even halen. Hier hei-je een achterwiel». De aangesproken vrouw heeft twee groote flesschen uit den wagen gehaald en gaat, blootshoofd, met een vuil rood jak cn oen glimmenden zwarten rok, beide slordig aan het corpulente lichaam, op stap; twee kinderen, een meisje en een jongen, zonder hoofddeksel en op blooto voeten, dragen ieder een fleBch en laten zich trekken aan een gescheurde strook van den rok. Het jongetje heeft een akelig zeer hoofd, een onkenbuar gezicht door aangegroeid vuilde voeten en beenen zjjn bruin-zwart, schjjnen gehard om over steenen en oneffenheden voort te gaan. Het meisje, schuivende met de bloote voeten door het losse grint, heeft slechts een hemd en een miniatuur vrouweujakje aan. ,Loop een beetje vlugger, dan kan je je strot ook eens smeren, vrouw", roept de groote man het drietal na, dat in de richting Binnenhaven voortgaat. „Dan mot ik ook 'n borrel hebben, moeder* zegt het kliorachtige ventje, terwijl hij de ledige flesch even naar den mond brengt. Vader, v-a-d-e-r kryg ik dan ook oen spatje vraagt een tienjarige jongen, met lange broek en knoopenloos vestje aau het vermagerde lichaam. «Hoor je dat, Jean, die jongen vraagt een borrelLus jij dat goedje ook al, kleine bl iOf-ie ze lust? Probeer 't eens met 'm. Hij zuipt vandaag of morgen nog meer dan ik zelfEn-ie weet op z'n duimpje hoe dat goedje heet. Zeg er is, m'n jongen, m'n liefje, hoe noem jfi dat vocht wat je moeder haalt Dat heet.... een prop, een lik, een hap, een drop, een piereverschrikker, een druppie, een neutje, een BravoDat is een jongen, dat is nog er is een kerelGa zoo maar door en je vaar zal plezier van je hebben", zegt een oude m&u, die, met een z.g. oliepijp in den mond heel gemoedelijk had staan luisteren. 't Is intusachen laat geworden, zoodat ik besluit om weldra het terrein te verlaten, doch niet vóór ik persoonlijk gezien heb hoe dat verwilderd, onbeschaafd volkje den oumis- baren slaap geniet." In de wagens schijnt men een begin te maken met het ontkleeden van kinderen. Hier en daar komen ze geheel naakt te voorschyn, loopen en springen nog eenige malen over het grasveld, om ten slotte onder de wagens, op een harde, onzindelijke matras te kruipen, gedekt door eenige groote zakken, een stuk zeil of een hoop vodden, die zooeven nog als kleedingstukken waren uitgetrokken. Een jonge vrouw is bezig om een zestal kinderen, geheel naakt, in een zak te helpen kruipende op handen en voeten verdwijnen de kleintjes door de opening, die zoo wijd mogelijk wordt gespannen. ,Je leit op m'n pens sallemander gaan van me af, want ik stik» gilt het uit den zak. Als jullie je smoel niet dicht houwt, dan sleep ik den zak in het kanaal versta je En als jij je kop niet houwt, Bertus, dan ram ik je plat hoor.» De zakopening wordt dichtgedraaid, de kinderstemmen zwijgen, en slechts beschut door den onderkant van den wagen slapen (I) zes kinderen, rust zoekende op een kaal, koud grasveld, na een dag van gedwongen komediespelbedelen om geld voor vader en moeder, die een gering voordeel hebben van de ellendige schepsels, op reeds jeugdi gen leeftijd gekweekt om in de toekomst een zwervend leven door te brengen. Nadat nog eenige kinderen in een nabij- staande hooiberg zijn gedrongen, daar ge heel bedolven als beesten moeten slapen, volgen nog een aantal kinderen de zakkuur, die daar straks mijn verbazing, myn afschuw, mijn modelijden had gewekt. Ik zie nog hoe meisjes en jongens van rijpen leeftijd op matrassen, zakken of lompen, zonder de geringste schaamte, zich te slapen Welk een diep treurig, beestachtige toestand onder den blooten hemel in een beschaafd land, waar wetten schijnen te ontbreken, die kunnen gelden om te voorkomen, om tegen te gaan, dat zooveel jeugdige levens door ouderlijken dwang moeteD lijden. Door onvermijdelijke omstandigheden aan een leerplichtwet onttrokken, groeien zy op zonder onderwijs, zonder noodzakelijke tucht, zonder kennis van datgene, wat hen tot be schaafde menschen zou kunnen vormen. Alleen in het slechte, onreine, onzedelijke zien zy hun jaren vermeerderen en eenmaal op lateren leeftyd kunnen deze verwilderde menschen terugzien op een afgelegden levens baan, welke zoo in 't oog loopend verschilt met die, waarop wjj ons thuis gevoelen de maatschappelijke samenleving, waar orde en plicht worden gehandhaafd. De petroleumlampen, de lantaarns, al het licht is haast gebluscht in de wagens, waarin alleen de vaders en moeders, de ouden en oudsten, alsook vele zuigelingen, zoo aanstonds in den slaap zuUen overgaan. Hier en ginds nog een stem, een vloek, een verwenBching, een zucht eu het woelig tooneel van daar straks heeft opge houden. Slechts do honden onder en bij de wagens geven bij tusschenpoozen blijken dat er levende wezens zijn, dat er eigendommen staan, die bewaakt moeten worden. De trouwe dieren op den dag soms jammerlijk mishan deld, zyn stellig de laatste die een beurt krygen om te rusten. (Wordt vervolgd). FEUILLETON. 18) Eindelyk kwam men weer op den moordenaar. tVÏMcher Joost had immers een dochtertje achtergelaten, niet waar Wat is er van dat kind geworden?" vroeg een der boeren, die niet zooveel van de geschiedenis wist als de anderen. >Dat moet je aan Marie vragen", antwoordde RochnB met een zywaartschen blik op de keukendeur, waar do kleine ronde gestalte der waardin zichtbaar werd. tDie weet het wel. Zy praat er liefst niet over, want zy is de zuster van Joost's vrouw. Maar de geschie denis is genoeg bekend. Een bnnrvronw, vrouw Rickes heeft het arme wicht by zich geno men tot een dag na de vlucht van Joost. Toen kwam Marie en nam het kind mee om het naar bloedverwanten te brengen, die diep in den HonsrUck woonden. En dat was goed, want daar wm de misdaad niet bekend ge worden als het meisje eenmaal volwassen zou zfin, zon zy in de afgelegen Btreek niet in opspraak komen. Die voorzichtigheid bleek later onnoodig; het arme wicht is daar al spoedig gestorven, en dat was maar het beste". Ondertusschen hoorde men bniten een ge zang en gejubel, dat steeds sterker werd en naderbfi scheen te komen. Ouden en jongen kwamen van de bergen terug en weldra sou een stroom van bezoekers de herberg wel vullen. Hnbert was niet meer in een Btemming om naar vroolyk gesnap te luisteren of er aan deal te nemen. Hfi stond dus op en wilde naar zyn kamer vragen. By den uitgang van het vertrek herkende hy Grates. Gaarne zon hy hem gesproken hebben over hot gehoorde, maar ziende, dat de onde man sliep, ging hy verder en liet zich door de waardin zyn ka mers op de bovenverdieping aanwfizen. Den volgenden morgen was Hans Gorgel al vroeg by de hand, en bfi het eerste hanen gekraai verliet hy het huis om den tocht naar Beorenhof te ondernemen. Hy had nog niet lang geloopen, toen hy Grates aantrof, die zich aanbood om hem als gids te dienen. Hans Gorgel maakte gaarne gebruik van dit aanbod en weldra waren zy in een belangwekkend gesprek gewikkeld, torwfil zy langs heuvel en bosch voortstapten. Zy hadden het over den kapitein Von Beuren en zyn oppasser Wenz, die op zoo geheimzinnige wfize het laven verloor. VIJFTIENDE HOOFDSTUK. Dencelfden Zondagochtend, waarop het slot Benrenhof zulk een ongewoon bezoek te wach ten atond, zat de heer Von Beuren in gedach ten verzonken by zyn schrijftafel. Hy had zich als eigenlyke woonruimten de beide ka mers in den zfivleugel gekozen, waar ook de vroegere bezitter gewoond had die vertrek ken waren het eenvoudigst ingericht. Sedert den nacht, waarin de stoutmoedige vreemdeling zoo overwacht in zyn afzondering was doorgedrongen, had zich een oDrost van hem meester gemaakt, die hy tevergeefs trachtte te overwinnen. Twintig jaren lang had hy zich heer en meester gevoeld Die onde ge beurtenissen zonden wel vergeten zynwie kon nu nog iets met hem uit te staan hebben Zoo dacht byen toch Toch vooldo hy zich ongewoon angstig en ongerust. By de onverwachte verschoning van den vreemdeling was nog een andere omstandig heid gekomen, die hem opwond. Terwyl hy vroeger meest alleen in zyn slot en in den tnin had rondgewandeld en nooit naarAmmi had gevraagd, al kreeg hy haar een geheelen dag niet te zien, had hy gisteren meermalen naar haar gevraagd, steeds ongednldiger naar haar verlangd. Zyn dienaar Nickel had eerst ontwfikend geantwoord, toen echter een vruch- telooze poging gedaan om het meisje in den grooten tuin op te zoeken. Ten laatste kreeg hy van zyn steeds heftiger wordenden heer de opdracht, haar ook buiten te gaan zoeken en haar zoo spoedig mogelfik by hem te breDgen. Nickel was dos heengegaan en de slotheer wachtte; uur na unr verliep zonder dat de uitgezonden dieuaar terugkeerde. Dat Ammi zonder afin toestemming het slot ver laten had, maakto hem woedenddoch zyn vloeken en verwenschen veranderden niets in den toestand. Het bleef stil om hem heen. Voor het eerst in vele jaren voelde hy de eenzaamheid als een zwaren last op hem drnkken. Toen het eindelfik avond werd, zonder dat Ammi terugkeerde, werd hfi stil. Met gebogen hoofd en wankelende schreden ging hy naar zyn slaapvertrek. Eindelfik hoorde hy het openen en slniten van deuren, gevolgd door lichte voetstappen in de gangen de wegloopster was weer thnis. Nogmaals kwam zfin toorn op, maar het was nu te laat morgen zou hfi Ammi tot rede brengen en nu eenigssins gerustge steld, omdat hfi nn niet het eenige levende wezen in het groote gebouw was, poogde hfi' to gaan slapen. Tevergeefs I De slaap, waaraan zfin lichaam groote behoefte had, ontvluchtte hem on ter wyl hfi rusteloos in zfin bed woelde, kwam hem voor het eerst sedert vele jaren «fin vroeger leven in schrille kleuren voor den geest. Wat had hfi op het spel gezet en wat had hfi bereikt? Voor geen miBdaad was hfi teruggedeinsd en door een waarlfik duivelsch geluk begun- etigd, meende hfi aan het doel zfiner zondige i wenschen te zyn gekomen eD nu moest hfi ervaren, dat plotseling het geheele gebonw van zfin gedroomd geluk ineenstortte door zfin eigen schuld, zfin eigen zwakheid. En hfi had zoo lang gemeend, dat hfi tegen alles gewapend wasl Hfi Btiet een hoonlach uit I Hfi zag zich weer aan het begin van zfin loopbaan als Heer von BenrenNickel, dien hfi geheel vertrouwd achtte, had hfi zonder lang bezin nen het beheer van het kasteel en alles over gegeven. Goed voorzien van geld was hfi te paard gestegen en de wfide wereld ingereden om in eene of andere groote stad eens goed van het leven te genieten. Trotsch en vol stonten overmoed had hfi Benrenhof verlaten, maar na eenige maanden was hfi teruggekeerd, verouderd, knorrig en naar lichaam en geest verouderd. Naar Weenen, de groote keizer stad, was hfi gegaan, en daar al aardig op weg geraakt om den naam Von Benren in aanzien te brengen in de levonslustige en verkwistende kringen der edellieden. Plotse ling had er toen iets plaats, dat hem met geweld, als met een fizeren vuist, weer terug- slingerde in het niet, in een eeuwige, pfin- Ifike verlatenheid. Maarschalk Maurits van Saksen, de ver overaar van Maastricht, was na het slniten van den vrede met verscheidene zfiner offi cieren weer in Weenen aaugekomen. Hfi hoorde van het verblfif van zfin vroegeren kapitein Von Benren, en eenige heeren van zfin gevolg hadden zich naar zfin woniBg be geven om den vroegeren kameraad te begroe ten en voor den volgenden dag nit te noodigen in het kwartier van den maarschalk. Hfi was evenwel niet thuis, maar kwam spoedig te hooren welk gevaar hfi door een gelukkig toeval was ontloopen. Een panische schrik overviel hem, en toen de officieren den volgenden dag terugkwamen was de heer Von Benren verdwenen. Onder voorwendsel van dringende zaken had hfi Weenen nog denzelfden nacht verlaten. Wat hem in Weenen overkwam, kon hem overal gebeuren, dacht hfi, toen hfi den groo ten weg afdraafde. Naar Müacben wilde hfi, om daar terug te vinden, vrat hfi in Weenen moest achterlaten. Hoe dichter hy echter bfi München kwam, hoe meer hfi vreesde voor eene ontmoeting met ondo krijgsmakkers en hfi reed verder. Hfi durfde niet eens door de stad, maar zocht langs zfiwegen Augsburg te bereiken. In deze groote handelsstad kon hfi ook volop genietenmaar plotseling viel het hem in, dat een van zfin vroegere kameraden een Augtborger was, dien hfi daar gemakkelfik kon ontmoeten. Verder moest hfi 1 Steeds verder 1 Alsof hfi werd voortgedreven door een on zichtbare macht, vervolgde hfi zfin reis, steeds somberder gestemd. Eindelfik vermeed hfi zelfs iedere stad, ieder groot dorp; en langs omwegen kwem hfi na vele moeilfikheden weer aan de Moezel en op het slot Benren hof. Nickel sohrok, toen hfi plotseling zfin heer zoo veranderd terugzaghfi werd bang voor den somberen man met den boezen, onheil- spellenden blik. De slotheer lette echter aan- vankelfik geheel niet op zfin dienaar. Hfi dacht slechts aan zichselven, en verheugde zich, omdat hfi nu in veiligheid was. In zfin eigen bnis kwam hfi weer op zfin gemak, bemerkte Nickel, die zfin angst voor den gebieder nu ook voelde verminderen. Weldra kwam er meer leven op het slot. Nickel moest metselaars horen, en de mnur om den tnin en het park werd aanmerkelfik verhoogd en iedere uitgang vernauwd tot een poortje, hoog en breed genoeg om één man door te laten. Door deze vestingachtige in metseling van zfin gebied en een paar reus achtige honden, die hfi door Nickel liet koo- pen, geloofde hfi beveiligd te sfin tegen alle indringers. De geestelfike van het naburige dorp was intnsschen gestorven en door een jongeren ambtsbroeder opgevolgd. Naar dezen zond de heer Von Benren zfin dienaar Nickel met een groot pakket acten, betrekking hebbende op zfine landerfien, en met een brief, waarin hfi den geeatelfiken heer het beatnnr van zfine landgoederen opdroeg. Kort daarna kreeg Nickel de opdraoht, Marie, de waardin nit het Zeltinger gerechts huis, naar Benrenhof te ontbieden. Marie kwam en had een lang onderhond met den slotheer, waarna zfi naar huis terugkeerde, zonder dat de verwonderde dienaar iets aan gaande het doel van haar bezoek had kunnen te weten komen. Eenige weken later verscheen een vreemde boerin met een klein kind voor de slotpoort en verlangde den heer Von Benren te spre ken. Tot groote verbazing van Nickel liet zfin heer de vreemdelinge niet alleen binnenkomen, maar haar ook een kamer aanwfizen, met de mededeeling, dat de vronw met het kind voor taan in het slot zon wonen. (Wordt vervolgd).

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Vliegend blaadje : nieuws- en advertentiebode voor Den Helder | 1908 | | pagina 1