KLEINE COURANT 't Vliegend Blaadje Ons Zondagsblad. voor Helder9 Texel, Wioringen en Anna Paulowna Verbroken Zegels. No. 3840. Woensdag 1 December 1909. 37ste Jaargang. 't Vliegend Blaadje p. 3;m. 50 ct., fr. p. post 75 et, buitenland f 1.25 Pre- Zondagsblad 37J i 45 i f0.75 mién J Modeblad »»»55»»»»65> f0.90 (Voor het buitenland bij vooruitbetaling.) Advertentiën van 1 tot 4 regels 25 cent. Elko regel meer6 Bewjjs-exemplaar2j Vignetten en groote letters worden naar plaatsruimte berekend. Verschijnt Dinsdag- en Vrijdagmiddag. Uitgevers i BERKHOUT Co., te Heider. Bureauxi Spoorstraat en Koningstraat. Intero.-Telefoon 50. No. 52, einde van den jaargang van het Geïllustreerd Zondagsblad, zal op 3 Dee. aan de geabonneerden worden gezonden. De kwitantie, groot 37cent, ter voldoening van de nummers 40 - 62, zal 6 December worden aangeboden. 12 December begint de nieuwe Jaar gang met No. 1 en bestaat nu de gelegen heid voor nieuwe inteekenaren. DE UITGEVERS. Uit het Buitenland. Bij de voortgezette behandeling der leger- wet in de Belgische Kamer is een amende ment aangenomen bepalende, dat twee jaren na het in werking treden dezer wet de actieve <üensttigd zal worden verminderd tot 15 maand voor de infanterie, 21 maand voor de bereden artillerie en den trein en 24 maand voor de cavalerie. Voortaan sal kennis van het Vlaamsch ge- ëischt worden van allo adspirant-gegradueor- den, officieren en militaire geneesheeren. Niets meer dan bill|jk natuurlijk in een land waar meer dan de helft der bevolking Vlaamsch spreekt en bijna de helft niots anders verstaat. Het Engelsche Hoogerhuis schiet slecht op met de behandeling dor begrooting. Meenden wij de vorige maal dat wij in 't zelfde num mer den uitslag der stemming nog zouden kunnen mededeelcn, nu hoet het weer, dat die stemming heden (Dinsdag) vallen zal. En intusschen wordt in de bladen druk geschre ven, kolommen vol over het waarsch|jnl|jk lot der begrooting, het recht der lords om een begrooting te verwerpen, het eventueel tusschenbeide komen des Konings, de moge lijke ontbinding der Kamer en de gevolgen van dien. 't Laatst is niet het minst voor name. 't Kon wel eens het leven kosten aan 't heele Hoogerhuis, een instelling waarvan de leden niet door het volk gekozen z|jn en die dus uit den t|jd is, naar het oordeel van vele Engelschen. Sedert de verwerping der Home-rule wet voor Ierland is er niet zoo veel belangstelling geweest voor de zittingen vau het Hoogerhuis eIb thans. De tribunes zjjn telkens overvol ook de buitenlandscbe diplomaten komen trouw luisteren. Betreffende de Iersohe Landwet is een overeenkomst tot stand gekomen tuBschen het Hoogerhuis en het Lagerhuis. De regee ring deed enkele concessies aan de lords en deze gaven weer toe op enkele andere pun ten. De wet zal thans aan den koning worden voorgelegd. Spanje zal in Marokko den strijd zoo lang voortzetten tot het doel bereikt is. Aldus verklaarde minister-president Moret in een onderhoud aan eenige journalisten. De koning van Portugal is na z|jn harte lijke ontvangst in Engeland op weg naar Spanje. Naar aanleiding van deze reis, verklaarde de minister, dat in broederlijke toenadering en de handelsbetrekkingen tusschen beide landen een belangrijke schrede voorwaarts is gedaan. Al hetgeen de PortngeeBche mi nister van baitenlandsche zaken to dezer heeft gezegd, is jnist, ,maar," voegde de minister daaraan toe, «de onderhandelingen over een commerciëele overeenkomst zullen niet be ginnen, voordat koning Manuel naar Lissabon is teruggekeerd." De bijeenroeping der Cortes zal waarschijn lijk geschieden tegen half December. Aan den leider der uiterat-Cataleenseho groep heeft minister Moret meegedeeld dat de afgebroken debatten over de gebeurtenissen in Barcelona en den veldtocht dan zullen worden voortgezet. Nog wordt nit Madrid gemeld, dal men daar in officieële en militaire kringen den krach- tigen toon, welke door Frankr|jk tegenover Moulay Hafid wordt aangeslagen bij de lee- ningsonderhandelingen, luid toejuicht. Het wordt meer dan t|jd geacht, dat den sultan aan het verstand wordt gebracht, dat z|jn politiek van uitvlnchten en uitstellen gevaar lijk is eu aanleiding kan geven tot ernBtige verwikkelingen. Nu de Finsche Landdag het ontwerp treffende de b|jdrage aan Rusland heeft ver worpen is men in Rusland bezig een regeering voor Finland voor te bereiden die algeheel verlies vanFirilands zelfstandigheid beteekent. Wat baten protesten, Rusland heeft de macht om het te doen. En artikel zes der Russische grondwet, dat aan Finland autonomie voor schrijft, wordt dan gewoon bniten werking gesteld. De R|jksdoema is begonnen met de behan deling van een ontwerp op de onaantastbaar heid van personon, ingediend door het Ministe rie van BinnenlaDdsche Zaken. Zeven-en tachtig leden hebben zich als sprekers laten inschrijven. Koning Ferdinand van Bulgarije brengt aan Peter van Servië een bezoek. Men ziet in de ontmoeting der beide vorsten een eersten stap naar een Bulgaarscb-Serviscbe overeen komst. De redevoeringen in de Bulgaarsche So- branja gehouden door twee ministers, hebben een onderwerp van bespreking uitgemaakt in de Turkscbe Kamer. Minister Rifaat pacha deelde daaromtrent mede dat de redevoerin gen zoo die z|jn gehouden aanmerkelijk ver schillen van den tekst, doch dat hierin van geen inmenging in Turksche zaken sprake was. De betrekkingen met Bulgarije noemde h|j sedert eenigen tjjd bevredigend. De Kamer nam met deze verklaring genoegen. Aan de bladen te Weenen wordt uit Kreta bericht, dat de Kretensers hebben besloten bjj de eerstvolgende verkiezingen afgevaar digden te zenden naar de Griekscbe Kamer, ten einde op deze wijze een beslissing over de toekomst van hun eiland uit te lokken. Mochten z|j werkelijk aan dit voornemen gevolg geven, dan zouden daardoor begrijpe lijkerwijze zeer ernstige verwikkelingen kun nen ontstaan, die ook voor Kreta wel eens ongewenschte gevolgen zouden kunnen hebben. Dit zal het kalme gedeelto van de bevolking echter wel inzien en het is dus te verwachten, dat z|j zich tot zulk een gevaarlijke daad niet zal laten verlokken. Nieuwsberichten. HELDER, 30 November. Draadlooze telegraphie. Door het pantserschip .Hertog Hendrik", dat Dinsdag van hier naar Oost-Indië is ver trokken, werden Zaterdagnacht per draadlooze telegrafie telegrammen gewisseld methetRjjks- radio-lelegraafstation te Scheveningen, terwijl het schip dwars van kaap Finisterre was. Dit mag voor het walstatoin en nog meer voor het scheepsstation als een succes beschouwd wor den. De afstand is ongeveer 1500 K.M. Keuring vóór het huwelijk I In het Regeerïng8antwoord betreffende de Justitiebegrooting wordt medegedeeld Het denkbeeld eener wettelijke regeling, waarb|j voor het aangaan van een huwel|jk waarborgen van gezondheid door partijen moeten worden afgegeven, zoodat zonder zoo danige waarborgon het huwel|jk niet kan worden voltrokken, verdient naar de meening van den nlinister geen aanbeveling. Doodstraf 1 Minister Nelissen verklaart, dat van hem geen voorstelleQ tot wederinvoering der dood straf zijn te verwachten, daar de noodzake lijkheid hem nog niet is gebleken. Oneerlijke concurrentie Een bepaalde toezeggiug om een straf be paling tegen oneerlijke concurrentie te zullen voorstellen, kan de Minister van Justitie thaDS niet geven, nu een uitbreiding van het begrip «onrechtmatige daad" in art. 1401 Burgerl. Wetboek in voorbereiding is. Het stranden van de „Ida" bij IJmuiden. Het Seeamt te Hamburg behandelde 24 Nov. het stranden van den Duitschen gaffel schoener .Ida", kapt. Bachmann, te IJmuiden. De in 1894 gebouwde, 134 netto reg. tons groote schoener, eigendom er reeders Blu- menthal en Böse en Altona, bevond zich op reis van Sölvesborg naar Rotterdam met granietsteen, toen b|j 9 Nov. tusschen IJmui den en Wijkzee strandde en nog niet afge bracht kon worden. De vier opvarenden wer den gered en te IJmuiden geland. Het wrak en de lading z|jn publiek verkocht voor 3630 gulden. Het casco vau de .Ida" was voor 22.500 mark verzekerd, terwijl de kapitein een tiende der verzekering zelf te dragen had. Kapitein Bachmann verklaardelk voer twee jaren op de .Ida". B|j Friedrichsort had ik ditmaal een klein ongeluk. Het schip raakte daar aan den grond, doch kwam spoe dig weer vlot zonder schade bekomen te hebben. De bemanning bestond uit een vollen matroos, een lichtmatroos, een jongen en mij. Op de bemerking van den voorzitter, dat volgens de grootte van het schip een stuur man mot schipporspatent kleine vaart aan boord moest zijn, antwoordde getuige, dat hjj gedacht had wel met een vollen matroos te kunnen volstaan, daar een stuurman met patent voor het kleine schip to duur kwam, aangezien de vrachten zoo slecht waren. Verder verklaarde getuige Ik was bij het stormweer van daags te voren gedurende 24 uur niet ter kooi geweest zoodat ik te twaalf uur de wacht aau den matroos overgaf en mjj ter ruste legdo. Hij riep m|j togen 2 uur 's morgens, toen hjj 't vuur van IJmuiden op zeven mijl afstand peilde. Toen ik op dek Ijlde, gaf ik bevel van land af te sturen, doch daar de wind naar 't westen omliep, liet ik het anker vallen. In de hoop de open zee weer te bereiken, liet ik het anker weer hijscheu en draaide naar zee toe, toen het schip kort daarop strandde. Op de noodseinen verscheeu een sleepboot, welke het echter niet gelukte het schip weer vlot te maken. De «Ida" had een diepgang van acht voet opeven kiel. Ik schrjjf de stranding toe aan stroomverplaatsing. De voorIJmuiden liggende brulboei heb ik niet gehoord. Op bet gezegde van den voorzitter, dat de een tjjdlang gestuurde koers Z. t. W. direct naar land voerde, gaf getuige te kennen, dat h|j dicht onder do kust hield om beter te kunnen landen en een loods te krijgen. Het Terscbollinger vuurschip kwam tegen 12 uur 's nachts in 't gezichtom dezen tijd was de lucht helder. Loodssignalen zjjn reeds om 8 uur 's avonds gegeven, maar er is geen loode gekomen. De volle matrooB Gramke, die niet ver- sohenen is, heeft te Rotterdam verklaard, dat hjj de wacht had en toen hjj do bran ding boorde, den kapitein geroepen heeft. De kapitein was erg vermoeid en was daarom te kooi gegaan, doch onmiddellijk opgestaan toen hjj werd geroepen. Het Seeamt deed de volgende uitspraak .De stranding en het daaropgevolgde totaal verlies van den gaffelschoener .Ida" is ver oorzaakt door verkeerde navigatie van den schipper Bachmann, wien de bevoegdheid tot het uitoefenen van het schippersbedrjjf wordt ontnomen. Er moet op gewezen worden, dat het schip geen stuurman aan boord had, hoewel de wet zulks vereischte." Door den trein overreden. Te Heiloo is Vrjjdag een vierjarig knaapje, zoontje van den heer P. Hartog, dat den spoorweg nabjj do Hondsbosschelaan wilde oversteken, door don sneltrein, welke omstreeks half vier van Alkmaar vertrekt, aangegrepen en onmiddellijk gedood. (Alkra. Ct.) Haring in overvloed Op de Zuiderzee wordt tegenwoordig, na don hoogen vloed van 13 November, zoo veel haring gevangen, als om dezen tijd bjjna nooit het geval is geweestdoor vele visschers 14 h 20 tal. De prjjs,- welke in den regel f 10 A f 14 is, is daardoor thans reeds gedaald tot 14 per tal (200 stuks). Door een scheutje petroleum. Vrjjdagmiddag is een dienstbode aan het Engelbrccht van Nassauplein te Breda bij het aanmaken der kachel in brand geraakt. Het was weer de oude geschiedenis; de dienstbode wilde de kachel gauw met een schentje petroleum aanmakende vlam spoot onder uit de kachel, greep de rokken der dienstbode en zette haar in brand. De familie was afwezig, niemand kon de ongelukkige dienstbode hulp bieden. Zoo vloog ze gillend de straat op, terwjjl al haar kleeren in brand stonden. Een werkman, die er bezig was, gooide de ongelukkige een jas over het lichaam; verscheidene anderen schoten toe en rukten haar do brandende kleeron van het lijf. Zelfs het corBet moest weggerukt worden, dat stond voor oon deel reeds in brund. Men bogrjjpt hoe deerlijk de ongelukkige is gewond. Een noodlottige reis van twee Duitsche luchtschippers. Weder heeft de luchtscheepvaart twee menschenlevens gekost. Het zulleD niet de eerste zjjn en ook niet de laatBte. De lacht moge veroverd zjjn, men beheerscht haar nog lang niet, en de gevaren zijn nog vele. Een luchtvaartuig is nog een gebrekkig ding en een kleinigheid kan den dood der lucht- schippers veroorzaken. Ditmaal is het onge luk geschied met een vrijen ballon, waarmede n ufstandstocht werd ondernomen. Uit Fiume kwam het bericht, dat bjj Kra- schilza aan de Hongaarscho kust een ballon door een storm werd overvallen en mot de luchtreizigers verongelukte. Een vrouwtje, dat daar hout sprokkelde, vond in een kloof vau het Karstgebergte een nog levenden man, met wonden aun hoofd en ipmp. Ter wijl ze hulp haalde overleed de man. Visite kaartjes toonden aan, dat do verongelukte Hugo Francke heette en architect te Frank fort a.M. was. Men vond voorts op de helling verscheidene voorwerpen en papieren. Deze sporen volgend ontdekte men nabij den top van den berg in een drie Meter diepe kloof een tweede Tijk, waarvan do oogen met een zwarten doek waren bedekt, en dat vreese- lijk verminkt was. Men kon vaststellen, dat de verongelukte dr. Willem Brenckmann heette en dokter was te Charlottenbnrg. Aa- derhalven K.M. verder vond men het schuitje vau een luchtballon. Dr. Brenckmann, een der bekendste en voorzichtigste van de BerljjnBche luchtschip pers, was vau plau geweest, het in 1902 door den graaf de la Vaulx gemaakte record van 1900 K.M. (van Parjjs tot diep in Rus land; te verbeteren. Hij kreeg de beschikking over deu ballon Kol mar van de KolmarBcho vereeniging voor de luchtscheepvaart, die reeds tal van reizen had gemaakt od hem voor dit doel zeer geschikt scheen. Dr. Brenckmann heeft herhaalde malen een afstandstocht volbracht. Zoo reisde hjj eens van Berljjn naar Zweden door do lucht, en een anderen keer naar de Rnssische grens, waar hij bet, in de bladen uitvoerig bespro ken, incident met grenskozakken had, die op zijn ballon schoten. Dr. Brenckmann was in internationale luchtscheepvaartkringen zeer bekend en hoog geacht. Hjj won dit jaar in den internationalen wedstrijd to Keulen den eersten prijs. Brenckmann was officier, studeerde in schei kunde en promoveerde als dokter in de filosofie. Daarna studeerde hij met goed succes voor ingenieur, vervolgens legde hij zich toe op op medische studie, en behaalde voor eenige maanden den doctoralen graad. Hij was den laatsten t|jd werkzaam aU ad- sistent aan de kliniek voor ooglijders. De architect Francke was evenals dr. Brenckmann ongehuwd. Francke was voor 10.000 Mk. verzekerd tegen ongevallen. Dat de ballon gesprongen is wordt onaan nemelijk geaebt. Eer meent men te mogen aanuemen, dat hij tegon de rotsen is stuk geslagen. Het feit, dat dr. Brenckmann met een zwarten doek voor de oogen werd gevonden geeft tot allerlei veronderstellingen aanlei ding. Misschien is dr. Brenckmann het eerst geBtorven en heeft zijn metgezel hem den doek om de oogen gebonden. Misschien echter wilde Brenckmann den dood van z|jn met gezel niet aanschouwen, of heeft h|j zich ten doode gew|jd. Voor zijn vereeniging is z|jn dood een onoverkomelijk veriies. Een vergissing van de gezworenen te Dijon heeft een zekeren Couriou, colporteur te Beanme, die een met selaar door messteken had vermoord, van don dood gered. De jury beantwoordde nl. de vraag of er meessteken waren toegebracht ontken nend, terw|jl op de vraag, of die messteken den dood ten gevolge hadden gehad, een be vestigend antwoord volgde. De advocaat-generaal verzocht daarop de gezworenen opnieuw naar hnnne kamer te gaan om de besprekingen te hervatten, do verdediger echter kwam daartegen op, zood&t de beschuldigo werd vrijgesproken. OE WEEK. 27 November. Van de afgeloopen parlementaire week wil ik slechts een paar punten aanstippen; in de herinnering terugroepen. Het geredekavel over de heteekenis van Christelijke rechts beginselen", het meer of minder groote gevaar van de anti-these, als boosaardig-rommonde kracht, die (gel|jk do heer Goeman BorgesiiiB, en na hem do heer Troelstra betoogden, gescheiden houdt wat eigenlijk en feiteljjk van nature bij elkaar behoort... Heeft de lezer nog bijzondere lust om er zich in te verdiepen Ik durf 't haast betwijfelen. Toen Donderdag-middag 25 November, te circa halfv|jf ure, president Van Bylandt den hamer liet vallen, waren de Algemeene Beschouwingen nog niet afgeloopen Do misnoegd-wanhopige trek op het vrien delijke gelaat van zachte lijnen dezes leiders is begrijpelijk. Hjj heeft niet de macht, dc kracht, om dezen banjir van sprceklusrigheid tegon te honden; onderwerpt zich aan het onverm|jdel|jko Een paar punten uit het veeldaagsch, toch zoo onvruchtbaar debat. 't Was Maandag-middag In de zaal der Tweede Kamer de wat grauwe, wat-vale .atmospheer" van een ver gadering, waar zoo-pas iets is uitgestreden, dat de aandacht op z'n heftigst spande. Uit gestreden Over «het Lintje Dat was, ook toén, juist de vraag t Was Maumlag-middug. Hier en daar een lid Leêgo banken Het aspect van eeno zitting, als eene, waar, over onbenullige din gen menschen zonder groote beteekenis plicht matig iets zullen zeggen, dat toch in de BHandelingen," in de bladen, komt; waar niemand dus naar behoeft te luisteren. Een schelle keelstem. De heer Van de Velde, hetman der anti-revolutionairen na den nog steeds toch-officiëelen leider, zegt van een papiertje eenige zinnen op radden toon, met Indisch rollende en ratelende r's op. Onwankelbaar vertrouwen in dr. Kuyper, wiens .erkentenis van schuld geëerd wordtUit. Na een minuut of wat Na .het klaroengeschal van den wapen heraut" Toen was hjj er weer. De kleine, ineen gedrongen man, die de vorige week zjjn .peccavi" had gezegd... Dr. Kuyper. Nu niet over ,het Lintje". Neon, doodgewoon sprekend aks politiek man, over de StaatsbegrootingAls ware er heelemaal niets gebeurd Men zegt wel audaces fortuna juvat Wie waagt, die wintMaar 't kkn ook wel misloopen Het Bchot, door hoe ervaren hand ook gemikt, raakt niet altjjd de roos 1Gelijk hier nu. Dr. Kuyper sprak zjjne eerste «politieke rede" na Juni 1909, en 't blééf leêg, koud-leög, in de Kamer. De Rechtsche banken waren dun bezaaid. Aan den Linkerkant discussieerden mr. Drucker en mr. Tydcmuu allergezelligst Alsof daar een zeggen we een Bogaerdt zjjn voortrellelijk bedoelde, maar zoo lijme rige speech stond op te drennen 't Was weemoedtoekkend. Ja, daar was dr. Kuyper aan het woord. Bespiegelend over de christelijke beginselen... Over het begin sel van God's Souvereiniteit, als bron van alle gezag Vragend, wat dit Kabinet voor herziening der Grondwet wil geven.Eene, misschien, die Groen naar den zin zou wezen Groen, die de Constitutie vau 1848 niet „lustte", dewjjl juist daaraan ontbrak wat aan het anti-revolutionair beginsel onschci l- baar verknocht is en wegviel, toen men bjjv. het sacramenteele in de woorden .bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden" ont kende Gelijk in 1887, toen het amende ment-De Geer werd verworpen Dr. Kuyper's rede had ietB haastig-voor- bereids; miste daardoor ook de kracht, de kleur van anders. Hjj liet even de «demo cratische tint'' als men wil van de anti-revolutionaire vlag belichten, toen hjj er op aandrong om de verhooging der invoer rechten dan toch te bewaren voor de sociale hervormingen. Over het algemeen? was 't mat. Was 't weemoedwekkeodGaf 't herade ming, toen dc heer Knyper weer kon ver trekken. Iets als het hartverscheurend schouw spel was 't van een Caroso, die zjjn stem verloren heeft en toch lauweren wil gaan oogsten Van een predikant, die prop-volle kerkén steeds trok, en nu door plots- omgeslageu voorkeur, hoe en waardoor dan ook voor stoelen en banken preekt Wie het tragische in deze dingen niet ge voelt, is houd ik vol kil van harte. Laten we zooveel als we van den koBte- lijkeu nationaleu tijd meenen te kunnen missen (of verknoeien) dan besteden aan het geredekavel over de vraag, die uren in beslag nam I of een Kabinet al dan niet verantwoording heeft te geven, aan de Kamer voor daden van een voorgaand ministerie. Laten we liefst voor debatingsclnbs en tydschrift-artikelen reserveeren de vraag, door mr. Van Idsinga geponeerd (en door mr. De Beaufort gesteund) of 't niet beter is om de «lintjes" voortaan maar af te schaffen. Te bewaren voor de buitenlandscbe gezanten, zei de scherpzinnige, maar soms wat exotische afgevaardigde uit Bodegraven nog. Dit laatste zal hjj, bjj nader inzien, wel wenschen terug te nemen, dunkt me toch zoo. Maar over »het lintje" zelf zwjjge men nu toch ten leste, voordat nader bewijsmate riaal is geordend, 't Krjjgt toch iets weer zinwekkends, dat hakken, dat hameren op het hoofd van den ouden Kanaalstrater. «Treurig 1" zegt de heer Van Doorn, en wanneer men den lugubren klank hoort komen, op graftoon, van de bloedelooze lippen op het smal-bleeke, scherp-geteekendo gelaat des afgevaardigden, die zoo excellent-deferent, zoo l>oflel|jk kan zijn, en toch zóó vinnig, zóó bjjtendscherp, dan denkt men onwille keurig aun den bedienaar van Ijjkstoet, die aan de verwanten vraagt: «Wie wonscht den overledene nog eens te zien Met een «pose" van droefheid, dat ge heusch Dat ge waarachtig In trouwe, laten wij nu voorloopig ook na den dag van 26 Nov., waarover straks meer over «het lintje" zwjjgen. Do heer Drucker heeft volkomen geljjkEr zjjn ge wichtiger, belangrijker, dringender zakeu aan de orde dan de vraag, of een ond-minister zich in de vingers heeft gesneden Laten we nu praotisch zjjn, als deze af gevaardigde. En edelmoedig... Ik had dit reeds geschreven vóórdat de heer De Savornin Lohman Vrjjdag j.1., in tweede instantie, over «de zaak" had gesproken. En ook n& die belangrijke, voor dr. Knyper, zoo treurige verklaring van den invloedrijken en algemeeo geachten, vertrouwden leider der chr.-historische!), houd ik vollaten w|j over ,1'affaire" zwjjgen totdat hetzij dr. Kuyper zelf of eene commissie (Raad van Eer) het meerdere licht" heeft ontstoken, door don heer Lohman gevraagd. Die eisch naar verdere opheldering van .duistere punten", 'die nog overbleven, is de groote gebeurtenis van 26 November jj. Daarmee is de eenheid, waarmee de Rechterzjjde dr. Kuyper op zjjn woord ver klaarde te golooven en hem haar ongeschokt vertrouwen te bljjven sohenken, verbroken. Daarmee is de oud-premier van 1901 tegen over het onafwendbaar alternatief gesteld om óf aan 's heeren Lohman s eisch gehoor te geven, ofhet is niet gemakkelijk in te vullen wat hier moet volgen 1 Gevorderd wordt dat de oud-miniBter zich zuivere van den blaam, dat hjj, willens en wetens, in relatie stond en bleef staan met een centrum van corruptie" gevormd door Mej. Westmejjer en hare vrienden. Eene parlemen taire enquête wenscht de heer Lohman niet, want hjj neemt niet aan dat er een strafbaar feit is gepleegd en acht bovendien zulke eene enquête tegenover een afgetreden minis ter niet op hare plaats, Maar opheldering eischt hjj met nadrukwacht hjj van den heer Kuyper. Hoe de zaak in dit stadinm getreden, zal loopen, is op dit moment niet te zeggen. Met groote spanning wordt de komen de Maandag-zitting verbeid I Moeieljjk zal men zich een algemeen be- grootings-debat kunnen herinneren, dat zóó soeperig, langdradig was als 't huidige, en tevens zóó, in den grond der zaak aarts-onbeduidend. Niemand kan, in goede trouw, volhouden, dat na mr. Heemskerk's urenlange rede van Woensdag j.1. eenig sterveling tenaan- zien van wat dan •Christelijke rechtsbegin selen* heeft te beduiden, oenig hoi!vast in handen kreeg. Een Christeljjk Kabinet, niet een •conservatief Kabinet van zaken* wil dit ministerie zjjn Het «cachet* moge dan wezen hoe en wat men wil, dat het handele Daarin heeft de heer Drucker toch bjjv. g«lgk De gemeenten, althans vele, zjjn nood lijdend. Wat zegt nu mr. Heemskerk, de premier - Meneeren, daar ligt een ontwerp. Begint met dit af te doen. Kunt-ge vroeg mr. Drukker inmid dels geen voorzieningen treffen Op zoo'n moment strijkt de premier met zijn lenige, blanke hand over den grijsblon den krullebol, glimlacht geheimzinnig-ge- noegljjk - Mysterie O, er zjjn wel aardige, ook pikante mo menten geweest. De heeren Van Doorn en Van Vliet raakten bjjna slaags. Over het ophitsen van politieke hartstochten Wie het ergst was geweest van de twee in do periode, als-wanueer ook onze pers immers voor niets staat...' Er was gesproken ge worden over «liberale jeneverneuzen...* Weet ik al wat meer Daar stonden in het Parlement de bleeke unie-liberaal Van Doorn met den FEUILLETON. 35) Hjj had gedaan, wat hjj volgens mjjne overtuiging niet zonder mjjne uitdrukkelijke toestemming gerechtigd was te doen. Jjj kent het ongeluk van mijn eerste huweljjk slechts uit datgene, wat ik je vroeger vluchtig heb aangeduid, want ik wilde het vergeten. Uit de bijliggende akte, die ik bewaard heb, opdat ten minste een van de familie na mjjn dood van den trenrigen inhoud kennis zou nemen, komt g|j alles nader te wetendat mjjn eerste vrouw vier jaren na de geboorte van Klaus mjj lichtzinnig verlaten heeft en dat, nadat ik gerechtelijk van haar geschei den was z|j ook op hare beurt door haar tweeden echtgenoot na weinige jaren verla ten werd en verdwenen isdat ik verder hem, mijn vroegeren vriend, later eens op een reis als reizend avonturier ontmoet heb, nadat hij ook zjjn kind aan de genade vun vreemde lieden had overgelatendat einde lijk je ziet, wat het noodlot al niet uit richt I uit de bjjliggende akte zie je, wat ik Klaus t|jdens mjln ziekte door zjjn eigen zinnigheid niet kon zeggen, daar er mjj de tjjd toe ontbrak, en nu schrjjf ik het neer met bloedend hart Laura Wandel is de dochter van zjjn lichtzinnige moeder. Heins Wandel was haar tweede echtgenoot." Een gil in de donkere voorkamer deed hen van schrik opvliegenontsteld staarden zjj naar de open deur. Robert nam de lamp en voor hen lag een gesluierde vrouw met uitgestrekte armen bewusteloos op het tapijt. Laura! riep Fransje uit. Zjj knielde bjj de bewustelooze neder, die gedurende het voorlezen stil teruggekeerd was en onbemerkt tegen den deurpost ge leund had. Welk een noodlot 1 Die beklagingwaar- dige. Ook tante Polda was nader gekomen. Robert liet haar aan de zorg der dames over, ging in de nu donkere huiskamer terug en keek uit het veuster naar de woning, dio bij de fabriek stond en waarin de stilte van het graf heerschte. Dat heeft Klaus nu ook op zjjn geweten, tenminste als hjj er een geweten op nahoudt. Nog dezen avond zoek ik mijn kameraden op, om het hun te vertellen. Geen minuut langer mag de smet op mjj rusten. Hjj keek nog eens in de kamer. Men had de deur van de voorkamer gesloten. Hjj stak ongeduldig een kaars aan om den schat op de tafel te bewaken; weldra keerde tante Polda zeer opgewonden terug en deelde hem mee, dat de ongelukkige met behulp van de meid op een bed was gelegd en onge twjjfeld wel weer zon bjjkomen. Zij pakte haastig maar zorgvuldig de papieren bij elkaar, om ze weer in de brandkast te sluiten. Het doet inij leed om haar, maar ik kan het niet helpen. Robert greep zijn vilten hoed en wilde juist, naar buiten gaan, toen er haastig iemand de mat verlichte kamer binnen trad. Is Laura hier? Hjj herkende de Btem van zijn broeder die hem met woeste blikken aankeek. Robert trad achteruit, om op een afstand te blijven van den man, dien hij in het ge heel niet had verwacht, maar die hem in de gemoedsstemming van dit oogenblik juist te rechtertjjd kwam. Sedert wanneer hub je haar hier te zoeken riep hjj met van toorn fonkelende oogen. Wat heb jjj hier te zoeken? Je wilt zeker nog eens van me hooren, dat je een ellendige, eindeljjk ontmaskerde booswicht, een dief bent, tegen wien zich de band van mijn armen vader aanklagend uit het graf opheft 1 Het hoofd fier in deu nek, in het bewust zijn van zjjn onschuld en van zijn zegepraal, stond hjj voor hem. Waar iB Laura? donderde Klaus hem toe, op hem toetredend en de hand uitstekende naar zjjn broeder. Men heeft haar zien bin nengaan. Robert sloeg zjjne band neer en ging nog een schrede achteruit. Hjj zag Klaus in een toestand, die hem gebood aan de verdediging van zjjn eigen leven te denken. Daar is de deur 1 Wjj spreken elkander nader voor de crimlneele rechtbank, niet hier op do plaats waar je onzen vader vermoord hebtGa weg Hjj trok zjjn revolver, die hjj in de laat ste weken steeds bjj zich droeg, uit ziju borstzak. Onnoozele knaap, wien niets anders is overgebleven dan dat ellendige ding daar 1 Richt bet op je zelf! Het is de laatste wel daad, die je je zelf kunt bewjjzen. Om 's hemels wil 1 klonk uit de geopende deur een vrouwenstem. Tante Polda stond op den drempel mot een door schrik verwrongen ljjkkleurig ge laat, do handen sineekend opgeheven. Zjj had in het schemerdonker slechts de beide schadnwen op den wand gezien en herkende Klaus nn. Ik zoek Laura f Zjj is hierriep deze luid, op haar toetredend. Ja, ja 1 Zij ging voor hem achteruit. Ik wil baar zien. Om 's hemels wil, ontzie het arme kind 1 smeekte zjj sidderend. Zjj is in zulk een toe stand, dat wij de meid ijlings naar den dok ter moesten staren. Wanneer de ongelukkige u zag, zou dat haar dood zjjn. Heb mede lijden met haar! Klaas klemde do tanden op elkaar. Zjjn aanblik, baar doodDat maakte hem diep beschaamd, hem, haar echtgenoot; dat ont hulde hier in huis volkomen, in welke ver houding h|j tot haar stond, en verbitterde hem ook tegelijk tegen haar, die door hare vlucht het ongeluk van zjjn huweljjk open baar maakte. Een oogenblik overlegde hjj zonder een besluit te kunnen nemen. Hjj kon zjjn mede lijden voor haar niet onderdrukken. Goed, zeide hjj eindeljjk, ik ga! Ik heb hierover nog wat te doen. U belooft me bericht te zenden, wanneer ze weer bijkomt Van harte gaarne 1 riep Polda verlicht. Wanneer het maar niet erger wordt! Ook dan moet u mjj laten roepen. Slechts onder deze voorwaarde ga ik hier vandaan. Alles wat je begeert 1 Klaus ging heen zouder verder iets te zeg gen. De gedachte, dat Laura werkelijk in gevaar kon zijn verteederde hem. Hjj haar verliezen, die hij heden eerst geloofde onaf scheidelijk aan zich geketend te hebben Ik moet ook weg, tante I Ik kan hier niet helpen en mjjn kameraden moeten van avond nog hooren Robert was weg, eer zij het kon verhin deren. Robert, ga hem uit den weg I riep zjjn tante hem na. Hjj hoorde haar niet meer. In de huisdeur gaf #en telegraafbeambte hem een telegram over. Zjjn gehecle gezicht klaarde op, toen hij onder de gaslantaarn las lk kom tegen tien-uur vanavond. Wacht op mjj. Moot jullie vandaag nog spreken. Breug goed nieuws Otto." Sedert het begin van zijn huweljjk had Klaus in zjjn argwaan alle omslagen van brieven en biljetten, die aan Laura geadres seerd waren en hem in handen vielen, met een griffelachtig, klein instrument, door in steken onder de slniting en het oprollen ervan geopend, waartoe hem ook wel de punt van een pennehouder voldoende was. Als hij hare correspondentie gelezen had, sloot hjj den brief weer, door de gom voorzichtig te be vochtigen. Hjj had er veel in gevonden, wat zjjn wan trouwen opwekte, lichtvaardige, onbedachte nitingen van hare vriendinnen van den schouw burg, het gewag maken van namen, waarvan de voorletters slechts genoemd werden, en wat verder in de correspondentie van jonge vrouwen, in het bijzonder ook van meisjes kan voorkomen. En juist de verdenking, die Laura ten slotte oök opvatte, had haar aan gespoord, een vertrouwden dienaar in dienst te nemen. Die verdenking was ook niet ge schikt geweest om het vertrouwen tusschen de beide echtgenooten beter te maken. Toen hij nu op zekeren avond ongelukki gerwijs juist t|jdens de afwezigheid van Laura uit het kantoor kwam en ten tweeden male den onden man ontmoette, die aan Jean zoo dringend naar mevrouw had gevraagd, trad hjj naderbij. De oude man, in armoedige kleeding, nam zjjn hoed voor hem af en Klaus bemerkte, dat hjj een grjjze pruik droeg. Als kwam hjj om een aalmoes en als had hij in den brief zjjn nood geklaagd wat niet zelden ge beurde, verzocht hjj dien vooral aan mevrouw te overhandigen, en wilde zich na een diepe buiging verwijderen. Klaus meende het eerste oogenblik eeu aan lager wal goraakten man te herkennen de pruik wekte echter zjjne verdenking op. Om tjjd te hebben hem beter op te nemen, zocht hjj naar een geldstuk en reikte hem dat over, waarbjj zjjn half gesloten oogen echter plotseling flikkerden. Hij beloofde bereidwillig den brief over te geven, snelde naar zjjn kantoor en opende het couvert. Daarbij ging er iets in hem om, dat hem sterk opwond. Geen twjjfel meer, hjj is het, ik herkende hem I riep hjj steeds weer maar besluiteloos als h|j was, gaf hjj den brief, weer zorg vuldig gesloten, eerst den volgenden morgen toen hjj dien avond weer een woordenwisse ling met Lanra had. Dus heden om acht uurl lk zal er bjj zjjn: ik ben zeker van mjjn zaak 1 riep hjj met een lach vol leedvermaak, toen hjj haar verlaten bad. Naar den samenhang ben ik echter nieuwsgierigIn ieder geval doe ik een goed werk. (Wordt vervolgd.)

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Vliegend blaadje : nieuws- en advertentiebode voor Den Helder | 1909 | | pagina 1