KLEINE COURANT
't Vliegend Blaadje
voor HelderTexelWleringen en Anna Paulownam
Mo 3985
Woensdag 19 April 191L
39ste Jaargang.
't Vliegend Blaadje p. 3 m. 50 ct., fr. p. post 75 ct., buitenland f 1.25
Pre- Zondagsblad 37* 45 10.75
raiën J Modeblad 55 65 f0.90
(Voor het buitenland bij vooruitbetaling.)
Advertentiën van 1 tot 5 regels 30 cent.
Elke regel meer6
Bewijs-exemplaar2J
Vignetten en groote letters worden naar plaatsruimte berekend.
Intero.-
Telefoon 50.
Verschijnt Dinsdag- en Vrijdagmiddag.
Uitgever s C. DE BOER Jr. (v./h. BERKHOUT 4 Co.), Helder.
Bureaus i Spoorstraat en Koningstraat.
UIT HET BUITEHLAHD.
De toestand in het champagne-gebied is,
dank zy het optreden van de talryke leger
macht, die naar het tooneel van den opstand
gezonden is, voorloopig verbeterd. Trouwens
10000 man troepen, het grootste deel bereden,
beteekent nog al wat. Daarby beschikken de
troepen over 2 aëroplanes voor het onder
houden van de verbindingen en het nagaan
der bewegingen van de wynboeren, (het ter
rein is bergachtig).
De regeering komt wel wat laat met hare
maatregelenvan slapheid is zy in den laatsten
tijd niet vry te pleitenzy ontziet te velen.
De voorzitter van de handelaren in champagne,
heeft aan den voorzitter van den ministerraad
een brief geschreven, waarin by zegt, dat
niets iB geschied om de revolutionnaire be
weging, die lang van te voren was voorbereid
te beperken od om gebeurtenissen, die ver
wacht werden, te voorkomen. De aangerichte
materieële schade is enorm. Op ongehoorde
wyze is er overal vernield uit lust om te
vernielen en geplunderd, 't laatste ook
naar het schynt om er wat van te halen.
Dronken boeren liepen met de zakken vol
kostbaarheden, als tafelzilver, enz., geroofd
by de plundering der kantoren en villa's.
Ondervraagd halen de boeren de schouders
op, vreemde anarchisten hebben er de
hand in gehad verklaren zij Maar al is
de regeering meester van den toestand door
de kracht der wapenen, haar overwicht
te handhaven zal zoo gemakkelijk niet gaan
do belangen van Aube, druischon lijnrecht
in tegen die van het engere champagne-district.
Elk toegeven aan de eene zyde wordt door
de andere zyde als inbreuk op de rechten
opgevat. De toestand is bovendien moeilyk,
doordat verscheidene bestuurslichamen er het
byltje by neergelegd hebben. Senateurs en
deputes reizen de districten af om de gemoede
ren te kalmeeren. Betoogingen en gewelddaden
komen intusschen nog voortdurend voor.
President Faillierès zal op zyn reis naar
Tunis door een Italiaansch eskader begroet
worden. De kamer besloot gelukwenschon aan
Italië aan te bieden mot zyn jubileum-feesten.
De senaat keurde een post goed, tot het zen
den vaneen buitengewone missie om de geluk-
wenschen te gaan overbrengen.
In Marokko blyft de toestand verward.
Moelay Haliil heeft een 600 bereden man
schappen uit het binnenland in dienst genomen.
Hy begon met ze uitstekend te betalen, wat
de animo nog vermeerderde. Maar aan ge
ordende toestanden schynen die luidjes nog
niet gewoon. Zoodra zy binnen de muren van
Fez waren, gaven zy afdoende bewysen van
hunne dapperheid door onmiddellyk enkele
winkels cn een karavaan te plunderen. Ook
gezellig voor de inwoners der stad
De Turken slaan geducht in op de opstande
lingen in Albanië, die zij door hun overmacht
er onder hopen te krygen. Reuter meldt dat
kolonel Riza den opstandelingen by het dorp
Metnet en op de omliggende hoogteD saamge
trokken, een zware nederlaag heef c toegebracht.
De opstandelingen verloren drie aanvoerders
en duizend man dooden en hebben zich terug
getrokken naar het noorden. De verliezen dei
Turken waren gering. In Montenegro zyn de
By mpathiëon sterk voor de opstandelingen de
Montenegrynen hebben deernis met de Al-
baneezen die door de Porte met beloften
worden gepaaid, maar niots daadwerkelijks
verkrijgen. Men meent zelfs dat Montenegrynen
streden in de gelederen der Albaneezen.
Daartegen protesteerde Turkye in Cettinje
niet zonder succes. De regeering heeft om
hare verplichte neutraliteit te bewaren, strenge
maatregelen genomen. Maar als de geest der
bevolking anders gezind is I
Over Wladiwostok en St. Potersburg komen
vreeselyke berichten over hongersnood in
China. In de provincie Kiansoe eten de
menschen boomschors en wortels. De verschrik
kingen van den hongersnood zyn veel erger
dMn die van den oorlog en de pest. De sterfte
neemt ontzettend toe od de bevolking vlucht
naar andere provinciën. Tegenover do roover
benden wordt met do grootste gestrengheid
opgetreden. De pest is oorzaak, dat in zaken
ongekende slapte heerscht.
Opstand in M-xico met voortdurend ge
vechten tusschen regeeringstroepen en opstan
delingen, met afwisselend geluk. De govechten
hebben plaats op de grens, zoodat de kogels
soms op Amerikaansch gobied vallen. Daarin
heeft de Unie aanleiding gevonden te wi
schuwen, dat zooiets niet meer gebeuren mag.
Zy heeft trouwens reeds een groote troepen-
>t in de nabyheid. Nu heeft er slechts
ongelukkig (gelukkig) toeval plaats te
»rypen en interventie van de Vereen;gde
Staten wordt daar noodzakelijk. Zuiver Ameri
kaansch geredeneerd.
FEUILLETON.
Het Stadsmeisje.
82)
De gasten werden met groote vriendelijk
heid in de pastorie verwelkomd. Do dominee
ontving hen nu. Fedor hield zich afgezonderd.
De kerk werd vol, het gezang van de ge
meente ruischte door het landelyk godshuis.
Alle gemoederen waren bewogen door de
gedachte, dat Fedor, dien zy onder hen hadden
zien opgroeien, nu zoover was, dat hy her
Gods woord kon verkondigen. In blyde ver
wachting keken allen naar den kansel. De
jonge hulpprediker liep in zyn plechtig gewaad
in de sacristie heen en weer. Zjju ziel ver
keerde in een heerlyke verheven stemming. Hy
had al meer gepredikt. De oude domineo,
dien hy ter zyde stond, liet het preeken gaarne
Han hem over, en verrichtte alleen de ambts
handelingen. Den heimelijken wensch, eenmaal
in zyn geboorteplaats te kunnen prediken, eD
den kansel van zyn vader te mogen bestygen,
had hy nooit durven uitspreken, want papa
was nog flink genoeg en vervulde nog steeds
met een bly gemoed zyn ambt. Nu had zyn
vader echter zyn wensch voorkomen en daar
door het hart van zyn zoon met een gevoel
van geluk en dankbaarheid vervuld.
Van dit gevoel uitgaande, wilde hy nu een
preek houden over de verhouding van do
ouders tot hun kinderen en die van de kinderen
tot hun ouders.
Nadat hy de aandachtig luisterende gemeen
te het evangelie van den Zondag had voor-
li I EU WSBERICHTEM.
HELDER, 18 April.
De Dageraad.
Vrydagavond vergaderde de Afd. Helder
van bovengenoemde Vereeniging in .Casino'1,
in 't openbaar, waar als spreker optrad de
heer H. Schutjes, Redacteur van het weekblad
»De Dageraad". Als onderwerp was aange
kondigd: .Waarom Atheïst?"
De heer Tuk, president der Afd. Helder
opende de byeenkomst, heette de aanwezigen
hartelijk welkom en betreurde de slechte
opkomst van het publiek. H(j schreef deze
toe aan het verzetten der vergadering van
Donderdag op Vrydag, noodig geworden, wyl
ook de Nieuw-Malthusianisten op Donderdag
een openbare vergadering hadden uitgeschre
ven en deze twee bijeenkomsten, op één avond
vallende, elkander allicht af breuk zouden doen.
Hy had nu zoo gehoopt, dat deze Goede
Vrydag ook voor hen een goede Vrydag zou
blyken te zyn, n.L voor de propaganda, doch
gezien de geriDge opkomst, zou dit wel wat
te wenschen overlaten. Het bestuur van de
Afd. Helder had deze vergadering mot dit
onderwerp nuttig en noodig geacht, wyl er
twee stroomingen in den Bond van Vrydenkers
vallen op te merken, n.1. de agnotische en
atheïstische, en nu hebben we den heer
Schutjes bereid gevonden, het laatstgenoemde
standpunt voor ons uiteen te zetten.
Deze, het woord bekomen hebbende, houdt
een, niet zeer populaire, integendeel hier en
daar van diep wysgeerig inzicht getuigende
lezing, waarin by de in den loop der tyden
zich voltrokken hebbende evolutioneering
wereldvoorstelling en wereldbeschouwing
tst. Hy vlecht hiertusschen in een scherpe
bybelcritiekgeeft menige harde noot te
kraken aan het naam-Christendom en bespreekt
en bestrijdt de bewyzen, die men vroeger en
thans voor Gods bestaan heeft aangevoerd.
Met name staat hy langen tyd stil by het
teleonthologisch of doelmatigheidsbewys" en
dit wel aan de hand van een geBchrilt van
Dr. Dennert, getiteld: .Is God dood?" Hy
komt tot de conclusie, dat dank zy de enorme
vooruitgang op elk terrein de wetenschap
zoo op natuur- als op philosoflsch gebied
de consequente denker tot het atheïsme moet
komen. Niet, dat de wetenschap omtrent de
vraag van Gods bestaan een definitieve op
lossing geeft, maar juist omdat zy nietB bewyst,
noch vóór noch tégen dat bestaan, mag men
zich by het agnoticisme niet houden als zijnde
een negatie, doch moet men tot een daad,
tot het atheïime durven komen, zy het dan
ook onder veel atryd en veel leed. Met een
vorige oproep aan het volk om zich vry te
maken van de boeien des geestes, waarin
het al te laog is gekluisterd gehouden, eindigt
•preker zyn van veel Btudie getuigende lezing.
Van de gelegenheid tot debat of het stellen
van vragen wordt door een viertal personen
gebruik gemaakt, nl. door de heeren Peters,
Witsenburg, Van Maanen en Van den Bo-
gaerde, wier opmerkingen den spreker ge
legenheid gaf, op een en ander nog wat
dieper in te gaan of to verduidelijken.
Onder dankzegging aan spreker en debaters
sloot de Voorzitter hierop de byeenkomst,
opwekkende den volgenden winter de verga
deringen weer trouw te willen bezoeken.
IJmuiden, 17 April.
De heer W. Maarleveld heeft in Engeland
m stoomtrawler »Exmouth" uit Bristol aan
gekocht.
Door de firma Wed. S. I. Groen is, als
directrice van de nieuw op te richten ysfa-
briek .Groenland", by het gemeentebestuur
vergunning aangevraagd tot het in bedryf
stellen van een ijsfabriek, stoomsmedery en
taandery.
Dezer dagen kwamen hier twee stoom
schepen binnen, die met 82 decimeter diep
gang door het Noord zeekan aal konden op
varen. Het eeno stoomschip, .Iran" genaamd,
was met ryst beladen, voor Zaandam be
stemd en moet eerst een gedeelte lossen ii
het Noordzeekanaal. Het andere stoomschip,
Maartensdijk", kon rechtstreeks naar Am
sterdam doorstoomen.
Het Hoofdbestuur van den Provincialen
Bond van Harmonie- en Fanfarecorpsen heeft
gelezen en na een gezang den kansel had
bestegen, koos hy tot tekst do vermaning
van den apostel Paulus aan de Ephezers:
„Kinderen, weest gehoorzaam aan uw ouders
in den Heer, want dat is recht. Eert uwen
vader en uwe moeder, dit is het eerste
gebod, met een belofte: opdat het u wel ga,
en gy lang leeft op aarde. En gy, Vaders,
verwekt uw kinderen niet tot toorn; voedt
hen op in de tocht en vermaning des Heeren."
Hoeveel kon er over deze gulden woorden
gezegd worden, om de gemeente op to wekken
en te stichten 1 Met ware geestdrift behandelde
de jonge geestelijke dan ook zijn onderwerp.
By zyn woorden vielen flikkerende vonken
in twee zielen, kwamen gebeurtenissen in
hun gedachten op, die aan hun geweten
knaagden en hen aanspoorden tot een naarstig
onderzoek van zichzelven.
Het waren de zielen van den rechtschapen
Dietrich Krnse en zyn kleindochter Marie.
Beiden gevoelden zich by deze aangehaalde
woorden niot zonder schuld.
De oude man, die levenslang getracht
had recht en plicht tot richtsnoer te nemen,
had na den brief van zyn overleden kind
de wonde in zyn gemoed smartelyk voelen
branden, die Dora's vlucht hem had toe
gebracht.
De zachtere gevoolens, die hy eerst had
onderdrukt, kwamen in de uren van kalmer
nadenken dikwyls weer by hem op, maar
nog nooit was zjjn geweten zoo wakker
geschud als nu by de woorden: „Gy Vaders,
verwekt uw kinderen niet tot toorn," en nn
begon zelis het berouw in hem te knagen.
Ja, hy was hardvochtig geweest, hy had
Dora's lot naar zyn zin willen schikken.
Maar zy sooht haar gelnk op andere wegen,
ijj had het in de armen van dien vreemde
tot leden in de feestcommissie voor het aan
staande concours op 26 Juni en 3 Juli uit-
»enoodigd de heeren H. Slegtkamp, J. J.
Inaap en A. M. Roggeband. Deze heeren
hebben de benoeming aangenomen.
Door het bestuur van de Visscheryschool
zal met 1 Mei weer een cursus voor schip
pers en stuurlieden worden geopend.
Het overreden kind.
Eerst Zaterdag is de identiteit gebleken
in den 10-jarigen jongen, die Donderdag
morgen op de Rozengracht te AmBterdam door
een automobiel werd doodgereden. Het kind
heette v. M. en woonde in de Quellynstraat.
Hy zou eenige dagen van de Paaschvacantie
doorbrengen by een familielid in de Clerq-
straat en had met zyn vader afgesproken,
dat hy daar reeds Donderdag zou blyven,
wanneer hy niet van zich liet hooren. Onder
weg naar de de Clerqstraat heeft de jongen
den dood gevonden. De vader dacht, dat zyn
kind by bovenbedoeld familielid was aange
komen, waar het echter nog niet verwacht
werd. Zoo is het mogelyk geweest, dat het
slachtoffer niet eerder herkend is.
De aanranding in de Scheveningsche
Boschjes.
De »N. Ct." schrijft nu
Omtrent de aanranding welke Woensdag
middag in de Scheveningsche Boschjes, achter
de Promenade moet hebben plaats gehad, is nog
niets anders bekend geworden. De oproeping
van den commissaris van politie te Sehevenin-
gen, had tot dusver geen resultaat; er heeft
zich nog goen dame aangemeld, die door
ee individuen, als heeren gekleed, van haar
taschje zou zyn beroofd, dat haar later door
een te hulp komend jongmensch weder werd
teruggegeven.
Het jonge mensch, een leerling van de
H. B. S. aan de Stadhouderslaan, studeerend
voor zyn eindexamen, heeft voor de politie
zyn lezing van het voorgevallene gehand
haafd en heeft, nadat hem or nadrukkelijk
op gewezen was, welke straf er staat op het
doen van een valsche aanklacht, zyn afge
legde verklaring onderteekend. Echter weet
men niet, welke agent het jongemensch ten
slotte ter zyde gestaan zou hebben en daarna
een der aanranders zou hebben gearresteerd
en er is ook met een dergelyke arrestant
aan een der politiebureaux gebracht. Het
jongemensch is met tal van agenten, in de
eersto plaats met die in de Boschjos dienst
doende, geconfontreerd, doch herkende in
geen hunner den agent, die den aanrander
arresteerde.
Het joDgemensch verklaarde voorts niet
te weten wie de dame was, die hy te hulp
kwam; dat in dezen mevr. R. v. N. genoemd
werd, berustte naar hy mededeelde op een
vergissing.
Deze zaak is dus wel geheimzinnig; en
eenig licht erin zal alleen gebracht kunnen
worden door de dame, die aldus aangerand
werdmen hoopt nu natuurlyk, dat zy gevolg
zal geven aan de oproeping der politie om
zich zoo spoedig mogelyk aan een der politie-
bureau'B bekend te maken.
Een eigenaardig verbod.
Ia de gemeente Losser verbiedt de instructie
den onderwyzers, tydens do schooltijden kl>
pon of schoenen met yzer beslagen te dragen,
iom gedruisch by 't onderwijs te voorkomen."
Inbraak.
Een zeer brutale diefstal is op klaarlich
ten dag Zondag te Rotterdam gepleegd. Aan
de Hoogstraat 196 bevindt zich een juwe
lierswinkel van den heer J. Sanders: die om
één nur zyn woning verliet. Om 4 uur terug-
koerende, bleken uit de winkelkast gestolen
gouden horloges, 100 gouden heerenrin-
gen en dameBringen, broches en andere sie
raden, bezet met diamanten en ju'weelen, ter
waarde van circa f 9000. By onderzoek is
gebleken, dat de dieven het onbewoonde pand
Hoogstraat 194 zijn ingegaan en daar in den
kelder een gat te hebben gemaakt in den
muur die naar het juwelierffpand voerde. Op
hun gemak hebben zy vervolgens den dief
stal gepleegd, die des te brutaler is, wyl de
rolluiken voor het winkelraam niet waren
neergelaten, zoodat dus byna onder het oog
der talryke passanten het leeghalen van de
kast moet hebben plaats gehad.
Een groot schip.
Arme IJ muider sluis! Pas vergroot
een toekomstoog en toch waarschynlyk nu
al niet meer voldoende. Er zal niet anders
op zitten dan 't eens te probeeren met hot
plan van den Delftschen hoogleeraar Huet:
i open zee voor Amsterdam!
Wie rekent nu ook op gevaarten, waarbij
de kolossus Nieuw-Amsterdam", van de
Holland - Amerika-Lyn, maar een kind is
In geenen deele. Het schip is... 268 meter!
Van de kiel tot het bovenste dek heeft
het schip elf verdiepingen; vaart het op de
stormachtigste zeeën en komen er „huizen-
i" golven, dan zyn er nog verdiepingen
ig vanwaar men dat spel der golven
rustig kan aaozien, want zoo hoog komen
ze tooh niet, en het schip met zyn 50.000
ton inhoud vaart er rustig over heen.
Zulk eeu schip, waarover natuurlyk nog
veel meer te vertellen zou zyn, wordt thans
op de werf «Vulcan", te Hamburg gebouwd,
ior de Hamburg—Amerika-Lyn. Hbl.
Aanvaring „Brighton"-„Pr8U8$en."
Het Seeamt te Hamburg behandelde voor
eenige dagen de veel besproken aanvaring
van de Engelsche turbinepostboot .Brighton*
met het Hamburgsche vyfmaatechip .Preus
sen* op 6 Nov. 1.1. in het Engelsch Kanaal,
waardoor de •Proussen» ontredderd werd,
op het strand geraakte en ten slotte als
wrak moest opgegeven worden.
Het Seeamt sprak 't volgend oordeel nit
De schuld voor de aanvaring, die den
volledigen ondergang der „PreuBsen" ten
gevolge had, ligt alleen aan de navigatie
van hot stoomschip Brighton", daar dit niet
intjjda voor do .PreuBsen" was uitgeweken
en ook in 't laatste oogenblik nog had ge
poogd den boeg der .Preussen,, te kruisen.
De eigenaren der .Brighton" werden door
de rechtbank te Hamburg veroordeeld, aan
de reedery van de .PrenSBen* een som van
3 millioen mark to betalen.
Inmiddels was deze zaak ook door het
Admiraliteitshof te Londen in behandeling
genomen.
Ofschoon de verdedigers van de «Brighton"
aannamen, dat de schold der aanvaring al
leen te wyten was aan dit stoomschip, meenden
zy niets anders verschuldigd te zyn, dan de
der avery, door do botsing veroorzaakt
;b de kosten van het geheele verlies,
wyl dit alleen moest toegeschreven worden
an het toedoen van den gezagvoerder der
Preussen", die het schip, naar hun meening,
onnoodig op het droge heeft gezet.
Thans heeft het Admiraliteitshof uitspraak
ling gevonden. Het leven, dat voor haar
lag, moest zy alleen in lief en leed dragen.
Zou zij dan niet van God het recht gekregen
hebben om haar eigen weg te volgen, al
wilde haar vader een anderen weg kiezen?
Hy dacht nu, dat hy alles weer goed kon
maken aan haar kind, en dat troostte hem.
Hy keek naar het meisje. Zy zat
mot vochtige oogen en droogde stil haar
tranen af. Zy trok zich dus ook de ver
maning van den apostel aan! Z\j was geen
gehoorzaam kind geweest, toen zy haar vader
heimelyk had verlaten. Zoo leed zy evenals
hy, hy gevoelde zich dubbel zoo na aan
haar verwant, en een teederheid kwam in
zyn hart, zooals hy nanwelyks ooit voor
een van zyn kinderen had gekoesterd.
Het laatste gezang was ten einde
daarmee ook de dienst afgeloopen.
Dominee Kruse ging naar zyn zoon in de
sacristie. Hier omhelsde hy1 Fedor bewogen
en sprak: ,Ik dank den Heer, dat hy mij
zulk eeu zoon gegeven heeft. Blyf op dezen
goeden weg, de zegen van uw ouderB begeleide
u tot in lengte van dagen."
By den terugkeer Daar de pastorie liep
tante Rika gearmd met Marie. Ach, wat
heeft Fedor mooi gepreekt! Hy heeft jouw
hart ook weten te treflen! Ja, ja, op zulk
een man mag zyn vrouw wel trotsch zyn!"
De kleine Anna, het dochtertje van den
dominee, was thuisgebleven om het gebraad
te begieten en voor do gasten alles klaar
te maken, want dat kon men niet aan de
meid alleen overlaten.
Spoedig gingen de bloedverwanten in een
kring om de tafel zitten en lieten zich het
eten goed smaken.
Grootvader klonk met Fedor en meende,
dat het iemand, die vader en moeder zoo
herhaald. Het schynt wel dat zoolang de
soldaten blijven, nergens nienwe ongeregeld
heden meer te vreezen zyn.
In de plaatsen, zonder troepen, laait hier
en daar de woede nog op, wordt de boel in
brand gestoken, en de wyn vernield.
Nadat de rechter het geval dnidelyk uit-
ngezet had, zeide hy ongeveer't volgende:
Ik heb niot te maken of hot verlies van
't schip een onmiddellyk gevolg van de aan
varing is. Ik heb daarvoor den raad der .Elder
Brethren" ingeroepen, daar dit geval slechts
door zeekundigen goed beoordeeld worden
kan. Zy waren van oordeel, dat de kapitein
der „Preussen" ten volle correct handelde in
de poging, Dover als noodhaven te bereiken
om daar te blyven tot de storm bedaarde.
Zoodra het schip zyn anker verloor, kon het
niet meer met zekerheid door het Kanaal
gevoerd, noch daar vastgehouden worden.
Ik ben daarom van meening, dat de uitkomst
onder deze omstandigheden het natuurlijk
gevolg der aanvaring was en dat deze
onmiddellijke oorzaak van liet verlies van
het schip is.
Ik maak de eigenaars van de .Brighton"
verantwoordelijk voor het totaal verlies.
Deze uitspraak zal in zeevaartkringen zeker
Bt belangstelling worden vernomen.
Zooals men weet, behoorde de •Brighton"
toe aan .London Brighton and South Coast
Railway Company-, te Londen en was de
■Preussen" het eigendom van de bekende
firma F. Luoisz te Hamborg.
Raadhuis afgebrand.
Brussel, 17 April. Het prachtige raadhuis
te Schaerbeek, de voorstad van Brussel, is
hedenavond in de asch golegd.
Volgens een gerucht zou de brand aan
kwaadwilligheid toegeschreven moeten wor
den.
Veel kunstschatten, schilderyen en gobe
lins zyn vernield.
De schade wordt geraamd op twee mil
lioen.
De opstand In Frankrijk.
Onder den druk van de geweldige troe
penmacht, die de regeering sinds Donderdag
in het oproerige Marno-departement bijeen
gebracht heeft, is thans de opstand tot staan
gekomen. De enkele feiten, die Zaterdag nog
zyn voorgevallen, beperken zich tot verder
afgelegen gedeelten der provincie, waar niet
zooveel troepen aanwezig waren; men heeft
de uoodige maatregelen genomeo, de noodige
kurassier» en dragonders er heen gestuurd,
de relletjes hebben zich Zondag niet meer
trouw eerde, wel moest gaan op aarde, naar
de woorden van do Heilige Schrift.
Toen het middagmaal geëindigd was,
zochten allen de schaduwrijke plaatsjes in
den tuin op, want de warmte was drukkend,
Fedor en Liesbet ontmoetten elkaar
een afgelegen prieeltje.
Hier is het koel," zeide hy verheugd,
kom hier Lieze, hier kunnen wy wat praten.
Zy ging naast hem op de bank zitten en
keek hem schuchter aan. «O Fedor, hoe
heb je myn hart getroffen met alles, wat je
hebt gezegd!"
.Maar je bent toch een goed kind?"
.Nu, dat is slechts half waar. Ik doe
dikwijls met tegenzin, wat ik doen moet."
.Je doet toch wel je best, om gehoor
zaam te zyn
.Van nu af wil ik nog meer myn best
doen. Ik dacht vroeger dikwyls, wat ver
beeldt Fedor zich wel, maar nu ik weet,
dat je een goed dominee en zoo vroom
bent, wil ik je goede raadgevingen wel
een goed voornemen, blyf daar
by, Liesbet!' Hy reikte haar hartelijk de
hand.
.Dikwyls kan ik ook uit eigen beweging
verstandig doen," zeide zy, terwyl zy sterk
kleurde. Zy haalde den brief van Arthur
Ohlke voor den dag en gaf hem aan baar
noef in handen.
Fedor las hot briefje vluchtig over, een
wolk van hevigen toorn verduisterde daarby
zyn goedig gezicht. .Wat een onbeschofte
meisjesjager! Met de zweep moet men hem
bedienen. Jo bent er toch niet geweest
Hy greep haar pols en keek haar met
fonkelende oogen aan.
.Wanneer ik het gedaan had, zou ik je
DE WEEK.
16 April.
Op .slappe dagen'wanneer er aan de Baars,
op de kantoren, in de wereld der nieuws-
jagery weinig omgaat; wanneer de juffrouwen
der telefoon uren van zalige kalmte doorleven,
zoodat zy U werkelijk op beminnelijke wyze
gaan te-woord staan; in zulke tyden kan
men eerst bemerken, hoe de zaken- èn andere
menschen van onzen tyd gewoon zyn aan
het jagende en gejaagde, rustelooze, zenuw-
slytende bestaan VooreeD Yankee-zaken
man zou eene dergelyke periode doodend
kunnen worden; de reactie, de terugslag, is
tè kras. Zooals een alcoholist, plots tot ge
heelonthouding gedwongen door hot schrille
contrast kan geschokt worden, dat de over
werkte hartspieren en de verkalkende bloed
vaten 't niet kunnen bolwerken; zooals een
slachtoffer van 't morfine-spuitje door het
plotseling missen van den prikkel tot razernij
van lichaamspijn en geestesverwarring kitn
worden gebracht, zóó is ook, voor Yankee
zakenman, het tot rast komen van den
motor", die hem in bedrijvigheid, in gestage
onrust, in altyd blyvende spanning houdt,
onduldbaarDe ongelukkige heeft een
telefoon op z'n bedtafeltje en wanneer hy
zich voor een kwartiertje neerzet om iets te
verorberen Schoteltje van menu, dat snel-
snel kan worden opgepeuzeld Dan heeft
hy telefoon-toestel naast z'n bord staan
Rrrtl Ze staan nu een kwart lager. Ver-
koopen? Nóg niet? Eventjes wachten? All
right. Over vijf minuten roep ik U op
Twee hapjes van 't schoteltje
Rrrtl Mr. Smit wil U dringend spreken.
Over de zaak van... O, weet U 't wel?
Mr. Smith heeft precies tien minuten tyd
Komt U dadelyk? All right I"
Servet op zy gegooid. Hoed gegrepen.
Restaurant uitgestormdHet „schoteltje*
is byna onaangeroerd gebleven. Nevermind!
Zaken-doen. De arme business-man" leeft
van, dryft op z'n zenuwen De onrast is
hem eene behoefte. Hy kku er niet meer
buiten. Zoodra hy uil 't geroezemoes, geren
en vliegend jagen; uit de spanning komt...
Zoodra z'n nerven poging kunnen wanen om
zich te óntspannen Dan gevoelt hy eerst
recht, hoe zy gesleten, verzwakt zyn. Dan
komt de ellende van het .katterig-zyn", van
de ontnuchtering, het leege, het zieke, het
ontwrichte, 't zwakke, zoekende, tastende
En hy haast zich, rampzalige zaken-man,
om effecten-lysten te grypen, telegrammen te
verzenden, de telefoon te laten tjingelen, een
op 't getouw te zetten Iets te wagen,
aanval te ondernemen, waar veel mee
;emoeid is. Een kapitaal te riskeeren
iet angstzweet breekt hem üit bij de gedachte
van mislukking. Met bonzend hart verbeidt
hy 't eerste telegram, dat nü zal aankomen
Met sidderende, ijskoude vingers scheurt hy
het papier open De spanning wordt nóg
erger. Het algefolterde hart zwoegt, zwoegt
om 't te kunnen volhouden. De verkwik
kende, natuurlyke slaap, ontvlucht hem
Nevor mind! Een paar poeiertjes, een slok
broom-oplossing Een prik van de morfine-
spuit desnoods Tegen den ochtend ver-
•i»kt hö in eene doffe, loodzware sluimering.
Rrrtl tjingelt de telefoon op het nachttafeltje.
Goed berichtDe zaak staat patent. Maar
et direct gehandeld, iogegrepen Geen
Ie te verliezen. Uit het bed. 't Afge
martelde lichaam gedwongen om voort te
ploeterenEr is geen keuze meer. De
rust, de stilstand, de herademing, de kalmte
dat ware zeer zeker de doodt
Hy moét voort, do rampzalige zaken
man. Totdat, een jaar of wat, vóórdat hij
de vyf kruisjes bereikt heeft, het raderwerk
finaal is versleten; de motor" onbruikbaar
is geworden; de gedwongen raat, waaruit
geen ontwaken is, hem zal verlossen van de
marteling
Zóó ver is 't althans te onzent nog niet
gekomen by de meesteD.
Maar toch goven de .slappe dagen", b. v.
van Paasch-kentering, eigenaardige beelden
en tafereelen te zien. Wie ook geobserveerd
heeft het genoegelyk-gemoedelyke, kalme be
staan van den echten buitenmanden bewo
ner van doodsch-voortsnfiend landstadje,
hy zal het contrast eerst recht en scherp
kunnen gevoelen tusschen dezo gelukkige,
beDydenswaardige menschen en den groot
stedeling, die in den maalstroom van zaken-
drukte on amusements-najagery is vervallen.
De buitenman, de kleinstedeling, zy
vervelen zich nooit. Dat klinkt uitermate
vreemd, en toch is 't de pure waarheid.
Integendeel, zy komen tyd. tekort. Ik
verpand er U myn woord onderDat komt,
wyl hun lichaam frisoh en ongehavend, hun
zenuwleven ongeschokt, niet onverprikkold
is... Ze hebben plezierige rost, gemoedelyke
belangstelling voor kleinigheden. De bloemen,
die zy te verzorgen; de beesten, die zy te
voederen hebben; hun liefhebberen in moes
tuin, serre, en zoo meer; het by houden van
administratie, hun boeken; het voeren van
correspondentie, al is die nog zoo onbenullig
en pietluttig. Ze geven er zich aan, als gold
't dingen van groot belang. Zy nemen «ioh
den tyd voor hunne dagelyksche wandeling
en als het weer te slecht is, dan hervatten
zy de gestaakte partij-schaak of spelen oen
hondertje met de domino-steenen. En dan
verrichten ze ook dit met grooten ernst.
Ze overpeinzen gemeentelijke belangen
en gaan over zwaarwichtige kwestiën als hot
verplaatsen van een lantaarn of 't goven van
een paar tientjes gratificatie aan den jubi
leerenden gemeente-veldwachter met de
collega's discussiën honden... Ook zyn or
Raads-vacaturen, die, nu en dan, beroering
teweeg brengen. Wanneer men daar nog
by-rekent den tyd, noodig om de .lectuur
van den dag" by te houden; zelfs wanneor
het Analytisch Verslag er buiten moet vallen...
Voorts: de onontwijkbare noodzakolykhoid
om moeder do vrouw aan te hooren in hare
bespiegelingen over geruchten en wat dies
meer zij... Tjonge, dan krygt ge een totaal
van bezigheden en tydsvulling, soms te
machtig voor de uren, van 'a ochtend» zes
of zeven tot 's avonds halfelf, dewelke
een buitenman onder normale omstandigheden
beschikbaar heeft...
Wy, rnstelooze stadsmuizen, hebben van
dit alles geen benul.
Wy weten geen raad met „slappe dagen",
wy dwalen dan met landerig gelaat en on
bevredigd hart door het stam-café, waar wy
anders de handels- en zaken-kennissen vinden,
in opgewekt discours van haastig onder
handelen...
Thuis vinden wy de dames in lichtelyk
ongenietelyk humenr vanwege het saaie,
doodacbe, vervelende der dageD, welke
moeten doorleefd-
Buiten schynt nu inderdaad een soort van
April-zonnetje. l^faar zoo gy, er door ver
lokt, uitgaat in een soort van lente-plunje,
dan ontwaart gy binnen 't kwartier, dat „'t
weer mis is": in uw neus kriebelt 't, in uw
keel is iets aan het schroeven, over uw rug
schynt een koud waterstraaltje te biggelen...
Ge hebt 't beet! Verkouden als oen snip...
Gij voolt weemoed in u opkomen over het
niet meer te veranderen, diep-treurige feit,
dat gy niet een dertig jaar later geboren zjjt
dan, eilacy, hot goval was...
In uwe jonge dagen waren er geen pad
vinders, nauwelijks hadt ge met «enigen
ernst aan gymnastiek doende jongens... Ik
weet wel dat er op sportgebied eene malle
overdrijving wordt aangetroffen, die, in haar
soort nog gevaarlijker is dan de verwaar-
loozing des lichaams nit myn vroege jeugd...
Zeker, daar zyn markante staaltjes, eiken
dag doB jaars, van te zien...
Maar erkennen moeten w\j, om do vyf
krnisjeB des levens" zwevenden; die in be-
driegelyk voorjaars-weer om een haverklap
verkouden zyn; die, een «buikje* beginnen
te krygen of 't reeds bezitten; die geen trap
kannen beklimmen zonder dat we hygen,
puffen, blazen, als een afgejakkerd paard,
waar nog eens de zweep over gestriemd
werd; wy, aan hart-vervetting en slagador-
verkalking lydende menschen uit de vyfliger
en zestiger jaren van de vorige eeuw...
Dat hierin de jonge, nieuwe tyd veel goeds
heeft gebracht. De verzorging van hot
lichaam is iets geworden, waar men tóón
geen flauw besef van had...
De sport ze moge nóg-xooveel kwaads
op d'r geweten hebbeD, en dat hééft ze stellig!
verdient toch óók warme hulde voor het
goede dat ze bracht. Op (slappe dagen*
als wanneer zaken- en amusements-menschen
zich zoo wanhopig vervelen, dan weten de
sportlui raad...
En zonder afgunst, maar toch met weemoed
over eigen te-kort, denk ik aan het gestaalde,
gespierde geslacht van niet aan „buikjos"
en kortademigheid lydenden, dat op Psschen
1931... laten we zeggen... Tot do lieden
zal behooren die dkn „bergafwaarts" beginnen
te tygen... Mr. Amtomio.
den brief zeker niet gegeven hebben," ant
woordde zy, terwyl een lachje om haar
lippen speelde en vele kuiltjes te voorschyn
lokte.
Hy kwam weer tot zichzelf, scheurde
den brief in tweeën en wierp de stukken in
haar schoot. „Wissel geen woord meer met
dien onbeschaamde! Beloof het mijl"
„Ik zie hem heelemaal niet. Maar als
wy elkander op den dansvloer aantreffen,
kan ik ray tooh niet stom houdeD."
In Fedors gemoed kookte en bruiste het.
Wat was die Lieze toch onbeschermd en in
gevaar. Hy huiverde by de gedachte dat
zy aan de uitnoodiging van den losbandigen
makker had kunnen gevolg geven. Hoe zou
hy haar genoeg kunnen waarschuwen, en
haar voor alle dreigende gevaren behoeden.
Zy had wol een Bteun noodig, dit zwakke
onbezonnen schepsel.
Na de koffie werd aan de thuisreis gedacht.
Het dreigende onweer kon losbreken en
dan was het beter thuis te zyn. Een der
rijtuigen was dadelyk na den kerkdienst
naar huis teruggekeerd. De jongere leden
van het gezelschap wilden te voet gaan, de
oudere ryden.
De zon stok, ofschoon het reeds zes uur
was, kryschend vlogen de zwaluwen laag
by den grond, de hemel was donker blauw,
de wolk aan den rand van den horizon
schoof witte wolkjes voor zich uit. Aan
koren, aan struiken en boomen was nergens
eenige beweging te bespeuren.
Eerst gingen de jongelui gezamenlijk,
maar Lotte zeide onderweg tot haar jongeren
broeder: «Laten wy flink aanloopen, ik heb
myn goede japon aan." Zy nam den zoom
van haar rok om haar middel, en liep naast
haar broeder vlug voort.
Toen Marie bezorgd naar den hemel keek,
stelde Hendrik haar gerust, het zou nog wol
een tydje duren voor het onweer losbarstte.
Hy matigde zelfs zijn gang, sprak drukker
dan anders van de pastorie en hoe heerlyk
het was, als de bloedverwanten aan elkaar
gehecht waren. Zoo babbelende kwamen zy
aan den zoom van het woud. BZio eens,
Marie, daar is nog een struik vol met
frambozen."
„Ja, die zien er aardig rood uit." Zy
sprong over de sloot naar de vruchten ou
smulde er van.
,Wy tullen door het pynboomonbosch
gaan," zei hy, dat loopt slechts weinig om,
en do schaduw kan men wel gebruiken."
Een nanwelyks zichtbaar pad, meest ge
bruikt door houlsprok keiaars en bessen-
zoekers, leidde over don bruinen vloer van
afgevallen dennennaalden naar het kreupel
hout. Hendrik verklaarde, dat hy hier in
het rond ieder plekje kende als zyn eigen
zaken; by ging vooraan om haar den weg
te wyzen.
De lucht was hier iets koeler, maar zwaar
en vochtig warm. De eenzaamheid in het
woud werd steeds grooter. Terzijde in hel
kreupelhout waren met mos begroeide boom
stronken, waarop paddestoelen groeideD.
Gestorven, afgebroken dennen staken hunno
kale takken naar boven, verrotte takken,
rottende dennenappels, knoestige wortels
overal in het rond slechts bier on daar
licht mos en groene klaverzuring.
Weldra kwam Hendrik by een weg van
naast elkaar gelegde boomstammen voor
houtvrachten en nu kon by naast haar blyven
loopen. Door het dennenbosch kwamen zij
tenlaatste by een bosch van loofboomen.
(Wordt vervolgd).