KLEINE COURANT
't Vliegend Blaadje
voor Holdor, Toxol, Wloringon on Anna Paulownam
No. 3993
Woensdag 17 Hei 1911.
89a.
't Vliegend Blaadje p. 3 m. 50 ct., Ir. p. post 75 et, buitenland 11.35
Pre- Zondagsblad i 37$ 45 f 0.75
miëu J Modeblad »»»55»»»»65» f 0.00
(Voor het buitenland bij vooruitbetaling.)
Advertenties van 1 tot 5 regelt 90 cent.
Elke regel meer6
Bewjjs-exemplaar 2$
Vignetten en groote lettert worden naar plaatsruimte berekend.
Intero.-
Telefoon SO.
Verschijnt Dinsdag- en Vrijdagmiddag.
Uitgeven C. DE BOER Jr. (»./h. BERKHOUT t Co), Helder.
Bureauxi Spoorstraat en Koningstraat.
UIT HET BUITEHLAHD.
Zoo ia dan president Faillières weer goed
en wel thuis en kan hy nadenken over de
feeateljjke gestemdheid der Brusselaars en
uitrusten van de vermoeienissen van 't feest
vieren. De bladen vergeljjken nog eens de
ontvangst van Faillières met die van keizer
Wilhelmde eerste droeg het stempel van
uitgelaten vriendeljjkhe:d, de laatste dien
van kalme waardigheid. Keizer Wilhelm
was de maehtige vertegenwoordiger van een
machtige natie, Faillières de vertegenwoor
diger van een grooten, goeden buur. Dag
bladschrijvers hebben van de gelegenheid
gebruik gemuakt om den rnedu reizenden
Franschen minister van Buitenlandsche Zaken
eens te interviewen. Cruppi zeide dat de
reis tengevolge zal hebben de belangrijke
en noodzakelijke ontwikkeling van de econo
mische betrekkingen der beide landen.
De jongste berichten omtrent den toestand
van koningin Elisabeth doen voorzien dat
sij spoedig hersteld zal zijn.
Tengevolge van de oppositie der gezamen
lijke linkerzyde tegen het ingediende Bel
gische Schoolwets-ontwerp is geen com
missie van rapporteurs kunnen gekozen wor
den. Het ontwerp zal nu onmiddellijk als
initiatief-ontwerp worden ingediend en dan
zal het spoedig in openbare behandeling
kunnen komen.
President Faillières zal zich al dadeljjk
weer in de zorgen voor Marokko kunnen
steken, want volgens de laatste berichten is
de toestand voor de ingeslotenen in Fez
nog steeds critiek. In den ministerraad van
Zaterdag deelde de minister van buitcnland-
sche zaken mee dat de consul te Fez bericht
had, dat 10.000 rebellen de stad hadden aan
gevallen, doch teruggeslagen werden. De ver
binding met het binnenland wordt met den
dag moeilijker. De sultan volhardt in den
wensch dat de Fransche troepen met de
Sjerefljnsche zullen samenwerken. De inland-
sche bevolking te Fez begroet de Franschen
met sympathie. De ministerraad heeft nog
eens bevestigd, dat aan generaal Moinier den
last was gegeven met de grootste haast naar
Fez ter ontzetting op te rukken. Een bezet
ting van Fez zou slechts zoolang duren als
de omstandigheden het noodzakelijk maakten.
Dezer dagen werd in een paar bladen
geschreven over een geheime Fransch-Spaan-
sche overeenkomst betreflende Marokko. Een
der bladen gaf zelfs de bepalingen ervan.
Het bericht wordt thans met nadruk tegen
gesproken.
Frankryk spoedt zich intusschen met de
afwerking van zyn vlootprogram. In plaats
van met Januari 1912 zullen thans de vyf
z/Dreadnoughts" met 1 Juli a. s. worden iu
dienst gesteld.
Heeft de minister kennis genomen van
de klacht van den kaïd Akka over de be
handeling der stammen door den sultan van
Marokko", vroeg de Iersche afgevaardigde
Dillon in het Engelsche Lagerhuis aan den
minister. #Ja", zei deze in zyn antwoord,
«de regeering is op de hoogte der misbrui
ken en tracht die to voorkomen, steeds heeft
zy haren invloed aangewend. Van eon Euro-
peesche interventie kan hier intusschen geen
sprake zyo; Engeland houdt zich aan de
bepalingen van het Engelsche-Fransche ver
drag van 1904".
De Porte wil eens laten zien dat zy eigen
lijk toch de baas is op Kreta. Zy besloot
eeu aantal kadi's (rechters) te zenden naar
het eiland, die dan uitspraak zouden doen
in de geschillen tusschen de Kretenser Muzel
mannen. Deze zouden daardoor aan de plaat
selijke rechtspleging onttrokken worden. De
christelyke bewoners van het eiland kanten
zich heftig tegen dit plan. De mogendheden
zullen de Porte wel duideljjk maken dat zy
als suzeroin benoemingen kan bekrachtigen
maar niet zelf op eigen houtje aan 't werk
moet gaan.
De Russische minister-president Stolypin
heeft geen zin om te voldoen aan de wensch
van de Doema,een vertegenwoordigende zemst-
▼oi in te voeren in de westelyke gouver
nementen. Een interpellatie werd aangekon
digd. Stolypin maakte geen haast hy had
den tyd. Een motie van wantrouwen in den
Ryksraad kreeg geen twee-derde mserderheid.
De Doema heeft nu echter met 202 tegen
82 stemmen een motie aangenomen die
luidt:
Dat de minister-president het besluit van
den ministerraad om de Zemstvoi in de zes
westelyke gouvernementen in te voeren, aan
de goodkeuring van den Tsaar hoeft onder
worpen, beschouwt de Ryksdoema als een
overtreding van art. 87 der Grondwet, dus
als een onwettige handeling, en zy acht de
verklaringen van minister-president daarom
trent onvoldoende."
Als deze motie aan den Czaar wordt ken
baar gemaakt - (in Rusland geschiedt dat
niet altyd) zal deze toch moeiljjk Stolypin
kunnen handhaven.
Doordat de Mexicaansche opstandelingen
Juarez tot hoofdstad verklaard hebben, ver
plaatst zich de stryd meer van de grenzen
al. Er is nu echter oneenigheid ontstaan onder
de rebellen. Hoewel men gelooft dat de tegen
woordige president zich niet zal kunnen hand
haven, zijn de opstandelingen waarschijnlijk
niet in staat een regeering te vormen die
krachtig genoeg zal kunnen optreden om het
land le regeeren. En dan Misschien is 't
woord aan de Vereenigde Staten.
HIEUWSBERICHTEH.
HELDER, 16 Hei.
Verbetering.
In de advertentie, in het vorig nummer,
van den hoer Bremer is door een vergissing
onzersyds de prjjs der eieren foutief vermeld.
Die pryzen moeten zijnHoenderpark-
eieren dagelyksch versch, 3 k 11 cent en 4
cent per stuk.
Burgerkring „Harmonie".
Zaterdagavond vierde Harmonie" in .Ti-
voli" een feestelijke vergadering. Dat het
•eizoen al wat gevorderd was, bleek wel
uit de opkomst, die niet zoo groot was, als
we dit van Harmonie" gewend zyn.
De president, de heer L. Hartsinck, heette
de aanwezigen van harte welkom en deelde
mee, dat er omtrent de vereeniging geen
bijzonderheden vielen mee te deelen. Hij
wenschte ze een genoeglijken avond toe en
noodigde ze uit, de bijeenkomst in te zetten
met het zingen van het «Vercenigingslied."
Hierna werd lang niet onverdienstelijk op
gevoerd een operette in één bedrjjf, getiteld
De verpande Krijgslieden". Muziek van
Gébé. Na do pauze nog eenige voordrachten,
voornamelijk door den heer Dhont, waarna
een gezellig bal de feestgenooten nog langen
tyd genoeglijk bij elkaar hield.
Ingezakt.
Zaterdagmorgen heeft by de glasfabriek
De Hoop" te Leerdam een vrij ernstig on
geluk plaats gehad. Een stelling met 300
arbeiders erop, die gefotografeerd zouden
wordeD, zakte in elkaar. Een 14-tal arbeiders
bekwam zeer ernstige kneuzingen. De overi
gen kwamen met eenige minder ernstige
verwondingen en den sohrik vry.
Het bezoek van President Fallléres.
Men meldt uit Parjjs, dat, behoudens na-
deje wijzingen, welke nog zouden kunnen
voortspruiten uit bezwaren in verband met
onvoldoende diepgang van het vaarwater,
het voornemen bestaat, het FranBche eskader,
dat in begin Juli den President der Fransche
Republiek, den heer Fallières, naar Amster
dam zal overbrengen, saam te stellen uit de
pantserschepen «Edgard Quinet" en »La
Marseillaise" benevens twee torpedobooten.
0e pest op Java.
Aan een brief van den heer P. C. Bos,
die op het oogenblik een tournee door Indië
maakt, 11 April uit Batavia verzonden aan
familie te Amsterdam, ontleenen wy het
volgende over de pest op Java:
Ik wilde u nog een enkel woord schryven
over de hier heerschende ziekten, daar ik
uit de telegrammen lees, dat men zich daarover
in Holland zeer ongerust maakt. Wellicht
wilt u dit stukje wel ter plaatsing aan het
fHandelsblad" aanbieden en kan het eenigs-
zins dienen, om de ongerustheid van familie
leden wat te verminderen
Als men in Europa hoort van pest of
cholera, dan is het beeld, dat men zich voor
oogen stelt, het volgendeEen epidemie,
rondwarend door het land met de snelheid
van den bliksem, menschen vellend links,
rechts, by duizenden, een stemming van
onheil in de lucht, vrienden 's avonds afscheid
van elkander nemend, immers, men kan
morgens dood zijn in één woord, men
kent geen ander beeld van de ziekte, dan
dat, waaronder ze zich vertoond heeft by de
groote catastrophen van Londen, Hamburg
etc. Hoe geheel anders hier. Op Java
komen doorloopend choleragevallen voor.
Vandaag 2 op Batavia, morgen 3, over
morgen geene, doch 4 op Soerabaya, enkele
meer op Solo, na de groote opeenhoping van
menschen, door de shatonfu-estea veroorzaakt,
dagen later op Soerabaya geene. En men
vraagt zich af: >Is dat nu.die verschrikke
lijke geesel der menschheid, waarmede wy
maar rustig in hutzelfde plaatsje samenwonen,'
geen andere voorzorgen nemend, dan die
voor zuiver drinkwater
Ik wilde, dat do geneesheeren eens uit
vonden, dat er eon verschil bestaat tusschen
de cholera-bacil in Europa en die in Indië,
of wel dat bacillen aan dezelfde invloeden
onderworpen zyn als menschen, en lui worden
in de tropen, siësta houden, mandiën, klimaat-
schieten; dat zou in ernst een groote
geruststelling zijn. En zoo ook de pest. De
pest is in het Malangsche; ze woedt daar
latent, dus onbestreden reeds eenige
weken. Hoeveel slachtoffers, zegt u? 5000?
Neen, 5 per dag, of 6 of 7, zoo ongeveer
als pleuris of diphterie in Holland, om
van tuberculose niet te spreken. Het is of
de ziekten hier by haar optreden haar snel
heid verliezen, alsof ze ons tijd willen laten,
de noodige voorzorgen te nemen, om een
epidemie te voorkomen.
,Nu de oorzaken Naar myn bescheiden
meening de gezondheids-, klimaats- en wonings
omstandigheden.
Het klimaat. In dit land, van overgroote
vruchtbaarheid, van zon en stroomend water,
hebben alle processen ik spreek niet van
rechtzaken vlug. intens en afdoend plaats.
Let op den groei by hot kind in de jeugd,
hoe een kind van 2 jaar er uit ziet, doet en
spreekt als één van vyf; hoe een Europeesch
meisje van 15 ontwikkeld is als een van
22 by ons. Let ook op het te vlugge ineen
schrompelen in den ouderdom.
Het is of de zon, die ontzaglyke zon,
leven brengt eu dood als by tooverslag; zyt
ge gezond by aankomst, ge zult welig tieren,
dik worden in korten tydzyt ge zwakkelyk,
onder deze temperaturen zult gy ontbonden",
ontleed" zyn in nog korter tyd. Hoe vaak
is het mjj niet gebeurd, dat ik, 's morgens
gezond en wel naar de stad gaande, om 11
of 12 uur thuis kwam met hoofdpyn, hevige
buikkramp, een paar graden koorts. Te bed
gegaan met geen ander geneesmiddel, dan
een zakdoek, met eau de cologne op den
buik en een anderen in den nek, transpi
reerde ik gemakkelijk en overvloedig en
ontwaakte om 5 of 6 uur dekker als kip"
om met smaak myn thee te gebruiken.
Waar men .bederf' of «vuil" aantreft,
daar worden snel ziektekiemen geboren, waar
voldoende weerstandsvermogen aanwezig is,
zjjn die ziektekiemen snel ten onder gebracht.
b. Gezondheids- en woningstoestanden. De
gezondheidstoestand is in het algemeen een
goede. De properheid op het lichaam
vaak 2 baden per dag nemen zoowel Euro
peanen als inlanders, wordt uit den aard
der zaak en eer in acht genomen, dan in
koudere streken, en draagt ontzaglijk by tot
beperking van ziekten.
De huizen der Europeanen staan op af
zonderlijke erven, aan alle zjjde open voor
zon en lucht, de huisjes der inlanders staan,
zelfs in de meer armoedige kampongs, vry ver
van elkaar af, en hebben natuurlyk geen bo
venverdieping. En dit is wel een zeer groote
factor, als men denkt aan de Europeesche ar
mere buurten en huurkazernes.
„De spreek nu niet eens van de afstanden.
Maar om een voorbeeld te noementusschen
Malang, en waar ik nu ben, ligt een afstand,
ongeveer gelyk aan die tusschen Amsterdam
en Sint Petersburgmen heeft daar zoo geen
idee van in Holland. Welnu, zoudt u nu zoo
ongerust zyn, als er in Rusland wat pestge-
vaUen voorkwamen Hblad.
Een minnaar uit de vierde dimensie.
Onze tyd heeft op het gebied van echt-
scheidingsprosessen al heel wat merkwaardigs
opgeleverd, maar bet allermerkwaardigste in
dit opzicht is toch, zonder eenigen twijfel, het
geval dat kort geleden voor het gerechtshof
te Manohester is behandeld. Voor het hof
verscheen, met somber gelaat, een zekere
men. Fowley, een jonge en elegante man,
die zyn bevallige echtgenoote van echtbreuk
beschuldigde. Wie de verstoorder van zyn
huiselyke rust en vreugd was, kon hy on-
mogelyk zeggen, hy wist alleen, dat hy
naar den voornaam Karei luisterde en dat
zyn trouwelooze echtgenoote hem in den
regel met Charley aansprak. Het geding
werd dus gevoerd tegen N.N. Ook de jonge
vrouw, die in tranen badende voor den
•rechter verscheen, weigerde eerst den naam
van haar minnaar te noemen en, of men
haar nu al aan het verstand trachtte te
brengen dat men toch den naam van den
medebeschuldigde moest weten en of de
advocaat van men. Fowley ook eischte, dat
men zyn woonplaats en zyn beroep zou
vaststellen, zy bleef hardnekkig weigeren.
Tenslotte echter mocht het den vereenden
krachten van den rechter en de advocaten
gelukken haar aan het praten te krijgen.
Op een vraag van den rechter, waar de
man, wien zy haar hart verpand had, dan
toch woonde, antwoordde zy na lang aarzelen,
dat hy nergens woonde en dat hy in het
geheel niet leefde. Deze verklaring
werd met algemeene verbazing ontvangen,
maar tenslotte verklaarde de jaloersche
echtgenoot, dat zyn vrouw onwaarheid moest
sproken, omdat hy zeker wist, dat zy, in de
voorafgegane week, iederen dag samenkomsten
met haar minnaar gehad had. Op de vraag
van den rechter, of dat zoo was, knikte de
vrouw heftig bewogen van ja. Men meende
met een krankzinnige te doen te hebben.
Houdt U van dien man meer dan van Uw
echtgenoot vroeg de advocaat van men.
Fowley eindelyk. ,Ik kan heel goed met
hem opschieten", was het antwoord .wan
neer hy versch ij n t." De rechter
bracht haar onder het oog, dat dit antwoord
niet klopte met haar verklaring van een
oogenblik tevoren, waarin zy gezegd had
dat haar minnaar in het geheel niet leefde.
Hoe kon hy dan verschijnen Maar zy
bleef met neergeslagen oogen bjj vrat zij
gezegd had.
De rechter drong er opnieuw op aan dat
zy zou zeggen, waar haar minnaar dan toch
woonde en hoe het mogelijk was, dat zy
met hem omging als hij niet in het land
van de levenden was. Het antwoord was
dat ze niet wist waar by op dat oogen
blik was. Maar waar komt hy dan vandaan?
vroeg de rechter verder. De trouwelooze
echtgenoote wees in antwoord hierop naar
den hemel. De rechters en de advocaten
begonnen er genoeg van te krijgen en men
besloot eon dokter te laten halen. Maar nu
werd mevrouw Fowloy ineens spraakzaam
en zy vertelde, dat baar geliefde uit de
vierde dimensie kwam. Zij vertelde dat zy,
's avonds, wanneer haar man naar de sociëteit
was, en zy alleen thuis zat, zonder kennissen
of vriendeD, die haar kwamen gezelschap
houden, zich eenzaam en ongelukkig gevoeld
had en daardoor tenslotte op de gedachte
gekomen aan spiristiscbe bijeenkomsten deel
te gaan nomen. Daar was haar Karei haar
voor het eerst verschenen. Hy had haar
door kloppen medegedeeld, dat hy in haar
de vrouw van zyn hart gevonden had, die
hy zyn leven lang vruchteloos gezocht had.
Evenals een minnaar van vleesch en bloed
had hij behoefte aan vertrouwelijke gesprek
ken onder vier oogen met zijn geliefde en
zoo kwam het dat mevrouw Fowley terwijl
haar man uit was, thuis avond aan avond
haar spiritistische séances hield, waarby ze
het genot smaakte met haar Karei te kun
nen spreken. Ze hadden elkander ook zoo
ontzettend veel hartsgeheimen te vertellen
en mevrouw Fowley schonk den geest het
vertrouwen, dat ze baar man niet had kun
nen geven. Overdag schreef zy minnebrieven
aan den geestelijken vriend. Deze brieven
had men. Fowley gevonden en zy hadden
hem aanleiding gegeven tot zijn aanklacht.
Het eind van het geval was, dat de aan
klager besloot zich niet te laten scheiden,
maar in het vervolg, in plaats, van naar
de sociëteit to gaan, thuis den stryd om het
hart van zyn vrouw met zyn geestelijken
medeminnaar aan te binden.
Een geheimzinnige ziekte.
De medische wetenschap staat nog telkens
tegenover vraagstukken, waarvoor zij geen
oplossing weet. Zoo is er op een eilandje
op de Engelsche kust kort geledon een be
smettelijke ziekte vastgesteld, over het ont
staan en het wezen waarvan, men tot nog
toe in het duister tast.
Dr. A. de Neuvide deeldt in de Revue
bizonderheden mede Over een andere geheim
zinnige kwaal, waarmee men zich in den
laatsten tyd heeft moeten bezighouden en
waartegen men nog evenmin een middel heeft
gevonden.
By een van de meest gezaghebbende ge
neeskundigen van Washington kwam op
zekeren dag een krachtig uitziende visscher
om raad. Hy had volgens zyn zeggen, in
het voorafgegaue jaar by zyn werk veel last
gehad van een pijnlijk gezwel aan de linker
schouder. Toen hij dit opengemaakt had was
er een ongeveer 2 c.M. lange platte, witte
worm uitgekropen. De man had het vreemd
gevonden maar er verder niet over nagedacht.
Een jaar later had hy op zyn borst vyf of
zes dergelijke gezwellen ontdekt, waaruit by
openprikken met een mes, dergelijke wormen
te voorschijn kwamen.
By het onderzoek van den man bleek hy
twee builen te hebbenéén links onderaan
de borst en de andere in de liesstreek en
beide gezwellen bleken een worm te bevatten.
Het dier scheen tot de familie der blaaswor-
men te behooren, maar was van een tot nog
toe onbekende soort.
De raadselachtige parasieten bleken, by
onderzoek door een bekende Amerikaansche
bacterioloog, wormen te zyn, die in het darm
kanaal leven en in Japan reeds eerder aange
troffen waren. Hoe zy in het lichaam van een
visscher, uit het binnenland van Amerika,
gekomen waren, bleef echter onopgehelderd.
Men vond ook nergens een vermelding van
het dier in de geneeskundige literatuur
en moest zich, omdat men geen middel tegen
het kwaad wiet, bepalen tot een nauwkeurige
waarneming van het vreemdsoortige ziekte
geval en lydelyk aanzien hoe de kwaal van
den visscher steeds verergerde. Hy kreeg
hevige pjjnen en stierf tenslotte in een aan
val van delirum tremens, wat geen verwonde
ring behoeft te wekken als men in aanmerking
neemt, dat de wormen de hersenen hadden
bereikt. By de opening van het ljjk onderzocht
men zorgvuldig den schedel en de hersenen,
de wormen hadden in deze gangen en gaten
geboord en het was onbegrijpelijk hoe de
mau het nog zéé lang had uitgehouden. By
onderzoek bleek de parasiet in kwestie geen
regelmatigen vorm te hobben.
In het afgeloopen jaar kwam er in Tokio
een ziektegeval voor, waarby de zelfde ver
schijnselen optraden. Op sommige plaatsen
van het lichaam van de patiënte vond men
in een kubieken centimeter van het weefsel
tot 1500 van deze wormen. Daarby kwam
men tot de ontdekking dat de lyders slechts
tijdelijk hun beulen herbergen. De larven
van de parasiet werd in de lichamen van
dieren gevonden, bijvoorbeeld in de tong van
een pas geslachten os, die er geen hinder
van ondervonden scheen te hebben,maar na
het slachten bleef de larve in het vleesch,
een mensch at ervan en de nog altyd levende,
verschrikkelijke vjjand ontwikelde zich in het
daarvoor gunstige menBchelyke lichaam.
Dit verschijnsel doet denken aan de trichinen,
die onschadelijk zyn voor varkens en pas
gevaarlijk worden, wanneer een mensch ze,
by het eten van varkensvleesch naar binnen
kry'gt. De Ijjderes uit Tokoi was 38 en de
Amerikaansche visscher 48 jaar, beiden zyn
aan de gevolgen van hun kwaal overleden.
Hun nakomelingen vertoonen geen sympto
men van de kwaal, maar het is misschien
voorbarig op grond daarvan tot de niet
besmettelijkheid te besluiten. Want evenmin
als men over de ziekte xelf iets weet, is bekend
na hoeveel tyd de besmetting zich doet gelden
cn al putten de Japansclie en Amerikaansche
geleerden zich ook uit in hypothesen, het is
hun tot nog toe niet gelukt het raadsel op
te lossen.
Een stad ontvolkt.
Welke vreeselijke gevolgen schijnbaar
nietige oorzaken dikwyls hebben kunnen,
blijkt weer esns uit de geschiedenis van de
stad Tupelo, in Mississipi. Tupelo was tot
voor kort een bloeiende vreedzame plaats,
maar in de laatste twee jaar is moer dan
do helft van zyn bevolking naar elders ver
trokken en het is nu- zyn endergang nabjj.
Hoe komt dat? Wat is de oorzaak van deze
schrikbarende ontvolking? De oorzaak
en hier wordt bevestigd wat wy zeiden
is een allerliefste lichte zomerjapon van de
vrouw van don burgemeester. Deze dame
kwam, uu drie jaar geleden, op een mooien
lente-dag aan het station van Tupelo. Zy
droeg de japon in kwestie. Daar was juist
een locomotief bezig rook en roet de lucht
in te blazen eh met de mooie japon was het
in minder dan geen tyd gedaan. Natuurlyk
liet de burgemeestersvrouw het daarby niet
ze stelde een eisch tot schadevergoeding
ie, en toen deze onbegrypelyker wjjze
afgewezen werd, wist haar echtgenoot
het in den gemeenteraad zoover te krygen,
dat er een verordening werd uitgevaardigd,
waarby strenge straffen werden gesteld op
het veroorzaken van rook, roet en vonken
binnen het gebied van de stad. Dat was
het begin van den ondergang. Want om
deze straffen te ontgaan moest do spoorweg
maatschappij, de welbekende Friscorailroad,
ten slotte haar station van Tupelo naar elders
verplaatsen. Al spoedig volgden ook de
administratiegebouwen en herstellings-werk-
plaatsen. En als gevolg daarvan verhuisden
weer Ulrjjke ambtenaren en werklieden, in
dienst van do maatschappij, naar de mooie
woningen, die de Friscorailroad in den
omtrek van het nieuwe station had laten
bouwen. Het middelyk gevolg daarvan was
het vertrek van bakkers, slagers, kruideniers,
schoen- en kleêrmakers en nog een menigte
andere neringdoenden en zoo komt het, dat
de bevolking van Tupelo op het oogenblik
tot op de helft verminderd is.
En er verhuizen steeds meer Tupeloers.
De burgemeestersvrouw heeft haar zin ge
kregen, en het aal wel niet lang moer duren
of Tupelo is van den aardbodem verdwenen.
Eene erfenis van 75 millioen.
Men schryft het volgende aan het „Hbl.
van Antwerpen"
Ten jare 1628, vluchtte zekere Jean Thiry,
Franschman van geboorte, uit zyn vaderland
en trad in dienst by een zekeren Athanaae
Tripaldy, Italiaanschen handeldryver in 't
groot, op zee en te lande; door zyn edel
karakter en goede diensten, werd hy de gun
steling zyns meesters; en deze liet hem by
zyn afsterven zyn gansche fortuin na, hetwelk
bestond uit verschillende handelsschepen, en
een som van 800,000 goudstukken, welke
door Athanase Tripaldy op de Staatsbank
van Venetië, ten jare 1621 geplaatst waren.
Dit bedrag van acht millioen werd, by
contract, als staatsschuld door den Doge
van Venetië aangenomen, en zou 8 rente
opbrengen.
Jean Thiry, welke ten jare 1676 stierf,
liet by testament het gansche bedrag, dat
als staatsschuld op de staatsbank van Venetië
berustte, met alle interesten aan sjjne twee
broeders of aan hun wettige nakomelingen.
Napoléon Bonaparte legde ten jare 1796 op
bevel van het Directoire, beslag op de Thi-
rysche erfenisvan dien tyd af is bet
kolossale fortuin 't welk thans door de
opgeloopen rente reeds meer dan 75 mil-
lioenen moet bedragen, in het bezit van den
Franschen Staat gebleven, ofschoon reeds
meerdere malen door de rechmatige erfgena
men pogingen in 't werk gesteld zyn, om in
het bezit van hunne millioenen te komen.
Dertig jaren geleden ongeveer was de
Fransche staat bereid het kapitaal, zonder
intresten, uit te betaleD, doch de familie
i Thiry weigerde zulksen naar bet schjjnt
moet nu de Fransche Staat door het Seine-
gerechtshof veroordeeld zyn, om het gansche
fortuin, benevens de opgeloopen renten uit
te betalen.
Van de twee broeders van den bovenge-
melden erflater, Jean Thiry, moet er een
naar Holland zyn overgestoken, de andere
broeder moet zich in de omstreken van Lokeren,
provincie Oost-Vlaanderen, gevestigd hebben
het is van dezen laatste, dat zich hier te
Antwerpen, evenals in de omstreken van
Lokeren, de erfgenamen moeten bevinden.
Een erfgenaam te Antwerpen wendt nu met
de medehulp zjjner mede-erfgenamen van
Antwerpen, Lokeren en Goes de noodige
Btappen aan, om in het bezit hunner recht
matige erfenis te komen; reeds zyn belang
ryke papieren ontdekt, welke bewyzen, dat
de bewuste familie wel dogelyk de ware erf
genamen zyn.
Een oproep in de dagbladen zal eerlang de
familie laten verwittigen, dat zy by een notaris
moeten komen, om hunne rechten te doen
gelden.
Of zy tevreden zullen zjjnl
Ouderdom!- en Invalidi.
teits-verzekering.
Het .Nieuws v. d. Dag" schryft:
De Regeering komt met dit wetsvoorstel
aan bescheiden wenBchen tegemoet, hoewel
to voorzien is dat zy, naar veler oordeel,
lang niet ver genoeg gaat.
De verwyzing naar de te herziene Tarief-
wet is ons een ernstig bezwaar.
Het staat toch als een paal boven water,
dat hoogere inkomende rechten in de eerste
ilosts een zwaarderen druk op de minder
jedeelden beteekenen, en zoo laat men die
minder bedeelden ten dsele met de eene
hand betalen wat z|j in de andere hand
weer toegestopt krygen I
Zulk een systeem deugt niet.
En het zit ook niet onverbrekelijk vast
aan dit wetsontwerp, dat zeer zeker niet zal
mogen dienen als een bruggetje om de Tarief-
wet er door te sleepen.
Participatie van den Staat moet en kon
gelyk reeds a|s overgangsmaatregel wordt
voorgesteld zeer wal behouden blyven,
ook zonder er dat kwade geld voor te be
stemmen.
De .R.-K. Gelderlander" schryft o.m.
Wat in het ontwerp op bezwaar zal stuiten,
is het vry hooge bedrag der premie, die van
de werklieden gevorderd wordt, namelijk al
10 ets. per week voor loonen beneden f 240,
dat is dus nog geen vyf gulden per week.
In den regel echter sullen degenen, die
zulk een laag loon trekken, aankomende
werklieden zyn, jongens van 16 jaar en wat
hooger, geen gehuwden, die voor een gezin
te zorgen hebben. En dezulken kunnon allicht
een dubbeltje van hun weekloon missen.
Wanneer men ziet, hoe menig dubbeltje
op minder nuttige wyze door de jonge werk
lui wordt besteed, hoeft men die premie nog
geen schrikbeeld te achten.
Zeker heeft de werkman zich een offertje
te getroosten, als de wet eenmaal in wer
king gaatmaar hjj bedenke, dat de patroon
er in elk geval evenveel moet byleggen on
dat de Staat bovendien gedurendo 75 jaar
een jaarlijksche toelage geeft, van 8$ mil
lioen.
En tegenover de betrekkelijk geringe pre
mie, die hij wekeljjks zal hebben af te zon
deren, staat het aangename vooruitzicht,
wanneer hy by ongeluk ongeschikt tot
werken mocht worden, een rente te zullen
ontvangen, evenredig met de gestorte premiën,
in verband met het aantal jaren, dat premie
betaald is. In elk geval is aan de huidige
bestaans-onzekerheid van den werkman een
einde gemaakthy hoeft niet meer met zorg
en kommer zyn ouden dag tegemoet te zien.
Hopen wy daarom, in het belang van den
wrerkman deze invaliditeits- en ouderdoms-
verzekering spoedig haar beslag krjjge.
Da Ziektewet I
•De
Het hoofdblad der R -Katholieken,
Tyd", sohrjjfi:
Met de Ziektewet, die in handen van een
commissie van voorbereiding gesteld is, dreigt
het een lange lijdensgeschiedenis te worden,
en toch dit staat vast moet haar af
doening voorafgaan aan de behandeling van
de invaliditeits- en ouderdoms verzekering,
welke in haar uitvoering van de Ziektewet
immers afhankelijk is.
Wanneer het met de sociale wetgeving
niet vlug genoeg mocht opschieten, zal het
in elk geval niet hieraan te wjjten zyn, dat
de Regeering er geen spoed achter zette,
maar mogelijk wel, de houding der lin
kerzijde dient afgewacht aan het droevig
gemis aan .overeenstemming in de hoofd
zaken", welke met betrekking tot de sociale
wetgeving by de Christelijke partyen en haar
persorganen te constateeren valt.
DE WEEK.
14 Mei.
Het Parlement is, in den loop der jaren,
al met velerlei dingen vergeleken. O.a. met
een jeugdig balsturig, ongezadeld paardje,
dat allerlei kapriolen maakt en welks nuk
ken, grillen onnaspeurlijk zynIk zou
willen spreken van eene capricieuse ouwe-
vryster, die haar best doet om in uitmiddel
puntige mallotigheid 't bakvischje to spelen...
In elk geval raakt ook degeen, die nog
durft zweren bij het «prestige" van ons
Lagerhuis, er gaandeweg den kluts by
kwytEn het zittinkje, waarmee de Tweede
Kamer in de afgeloopen week hare „werk
zaamheden hervatte", is al bijzonder geschikt
voor spotziek-aangelegde geesten om den
draak te steken met de hooge-vergadering...
Een kranige bol, die weet te voorspellen,
wanneer dan eindelijk de .groote dingen",
door de ministers Talma en Kolkman op 't
tapyt gebracht, in openbare behandeling
zullen komen. Ik heb dezer dagen op mjjne
manier een veteraan uit Parlements-kring
«geïntervieuwden ben er niet veel wjjzor
door geworden. De man bleek mjja pessi
misme ten aanzien van de toekomst, welke
zooeven-aangeduide gewichtige ontwerpen
wacht, volkomen te deelen.
„Het werkjaar 1911 is zoo ongeveer naar
de maan", zei ik, en veteraan vond 't niet
eens de moeite waard om op eene dergelijke
„waarheid gelijk eene koe" te reageoren.
Toen gingen wy samen aan 't uitrekenen.
In '18 het fameuse feest- en jubeljaar,
wanneer het „oog der gansche beschaaf Ie
wereld" zal gericht zyn op het plekje gronds,
waar Carnegie's stichting zal worden inge
wijd is 't op-den-kop-af een eeuw geleden,
dat Willem VI, die als Willem I het per
soonlijk bewind over de Vereenigde Neder
landen zou voeren, te Scheveningen voet
aan wal zette; wy zullen gaan kampen om
de vlag, nu nog van de tinne der regeorings-
veste wapperendIn dat allerkritiekato
jaar 1918 hebben we geen tyd, geen lust,
geen rust, geen oog, geen aandaoht voor
serieus Parlements-werk. Dan moeten de vele
hoogedelgestrengen, in den jare 1909 op
het kussen der eere gebracht en wier zeteltjes
zoo deerlyk-zwak en wankel staan, den-
boer-op om hun parlementair hoekje te
bergen
Dan is Z. M. de Kiezer heer en meester
in den lande. Arme Majesteit Kiezer 1
In het eersto van het viertal jaren, liggend
tussohen verkiezing en verkiezing, behoort
;ij tot de „quantité négligeable." Men scheept
J af met genadig handwuifje en minzaam
knikje. Hoogstens klopt men U joviaal op
den schouder. Meneer de Gedeputeerde, tot
wien gy U begeeft met een of ander ver
soek, maakt zich haastiglyk van U af
Sapristi, beste vriend, ik heb 't zoo druk
Straks club-vergaderingVan-avond con
ferentie met Excellentie DingesJe weet
wel, over die kwestie, waar jelui zooveel
belang by hebtNeem me niet kwaljjk,
amice. Ik heb geen seconde te verliezen.
Maar je kunt erop rekenen, hoorVèst
op rekenen Nu, adieu 1"
Majesteit Kiezer buigt nederig en voldaan...
Is zéér onder dea indruk van de toewijding,
waarmee meneer afgevaardigde de plichten,
aan z'n mandaat verknocht, vervult
De tyd schrydt voort. En naarmate het
allerkritiekste vierde jaar diohter-by komt,
wordt meneer het Kamerlid hartelijker,
jovialer, toeschietelijker. Nu zyn de schou
derklopjes en handwuifjes vervailgen door
«shake hands" van de innigste soort. Nit
krygt Majesteit Kiezer lange brieven ia
antwoord op vragen Totdat, in de weken,
onmiddellijk voorafgaand aan de Stembus
uitspraak, zyne macht, zyn aanzien ten top
stijgen
In zoo n jaar gebeurt er immers niots
zei veteraan, „of er wordt met electrische
spoed 't een on ander, waarmee men in do
verkiezings-speechen paradeeren wil, door
gejakkerd.
Rest dus 1912. Aan «den vooravond', van
het groote steekspel mogen geen ongelukken
gebeuren Eon Talma, over de Bakkerswet
struikelend; een Kolkman, genoodzaakt om
zyn Debietreoht in te slikken
Nu zwyg ik nog over Tarief- en Ziekte-
ontwerp Gelyk over zooveelmeer.'t
Ware immers het doodsklokje voor het reeds
zoo-gehavend, verzwakt ministerie-Heems
kerk Jan.
Weet-ge, ging veteraan voort, waar dit
Kabinet me nu zeer sterk aan doet denken
Kyk eens, jongen. Ik heb eens bijgewoond
zoo'n Spaansch stierengevecht. In de arona
werd gejaagd een jong, aardig, mooi beest.
De frissche levenslust schitterde in de groote,
donkeie oogen van don prachtig-gebouwden
stier. Waarachtig, ik had echt kassian met den
stumper Maar hjj was laf. Ellendig,
onbegrijpelijk laf. Hjj vertikte 't om zich to
laten kerven, 't Was of de sukkel begreep,
dat zyn hachje ermee gemoeid was. Hjj was
er niet toe te krygen om op den torero in te
stormen. Hjj weifelde Een siddering voor
hem door do leden. Het publiek werd razend.
Men hdatte 't beest, dat scheen te begrjjpen,
hoe die menschen smachtten naar zyn roode,
warme bloed Men schold den stier uit.
Men smeet naar hem met allerlei dingen.
't Moge zeer oneerbiedig klinken, maar 't is
de heilige waarheidin zulk eene positie, vind
ik, verkeert ons Kabinet nu. Het wachten is
op zyne daden, op zyn worstelen, zyn kampen.
De lansstooten heeft 't reeds herhaaldelijk en
met weinig betoon van •zelfrespect".Denk
maar eens aan de lydenshistorie van de
BakkerswetIontweken. Nu waar do
genadestoot dreigt te komen, is 't niet in de
arenate krygen. Een treurig schouwpel, amice!"
Tot het doen van een voorspelling, het geven
van eene «prognose" was veteraan niet te
krygen, hoeveel moeite ik er ook aan be
steedde!
Het in 1909 geboren Parlement is inder
daad zeer onnaspeurlijk en ondoorgrondelijk
in de motieven zyner overwegingen en be
sluiten. Waartoe de koortsige haast, waarmee
een ontwerp als dat op de onrechtmatige daad
naar voren wordt geschoven? Een jurist als
prof. Simons en een man van zooveel gezag
als jhr. Van Karnebeek, geven het advies
wacht ermeo, totdat zy, wier meening door
U behoort overwogen te worden, hun licht
hebben doen schjjnen. Niets of iemand dringt
U ia deze tot overhaasten... 't Is al vruchte
loos. De Kamer, het oor leenend aan mr.
Aalberse's advies, zet de zaak op «de
waschljjst", gelyk do nooit-zwjjgende heer
Ter Laan de «agenda' niet-onaardig noomdo...
Is 't er om te doen, straks, op den ver
maarden Zaterdag-middag in September,
de minister van Binuenlandsche Zaken de
aller-onvruchtbaarste zitting 1910—'II in
naam der Koningin sluitend, genoeg materiaal
zal hebben voor eene lange opsomming van
al wat de Binnenhof-heeren hebben «tot stand
gebracht"? Moet er zand gestrooid in de
oogon van Majesteit Kiezer?... Wat zal het
einde zjjn van al deze zonderlinge dingen?
Hebben degenen geljjk, die volhouden, dat
zoowel de coalitie-meerderheid als het zittend
Kabinet druk bezig zyn om te doen wat de
dwergen van het eiland Nippon «harakiri"
noemen?.
Nogmaals: wy leven in een zonderlingen
tyd. Zelfs de «oudste vossen" der politiekc-rij
raken er den tel bij kwjjtOp de welbe
kende vraag; zoovele jaren ontelbaar malen
herhaald«Wachter, wat is er van den nacht?"
blijft het antwoord nu uit
De politieke torenwachters kjjken en turen...
Ja, er zyn figuren, schimmen, gedaanten by
den horizont». Edoch, er is scherper licht
noodig om vast te stellen, wie zjj zyn... Wat
se straks zullen brengen
Mr. Axtonio.