KLEINE COURANT
't Vliegend Blaadje
voor Heldor, Texel, Wlerlngen en Anna Pauiowna
Zaterdag 1 Juli 1911
89ste Jaargang.
Eepele Blad.
No 40ff6
't Vliegend Blaadje p. 3 m. 50 ct., fr. p. post 75 ct., buitenland 14.25
Pre- f Zondagsblad 37| 45 f 0.75
miënModeblad 55 l>5 f0.00
(Voor het buitenland bij vooruitbetaling.)
Advertentie» van 1 tot 5 rogels 30 cent.
Elke regel meer(1
Bewijs-exemplaar29»
Vignetten en groote letters worden naar plaatsruimte berekend.
Intere.-
Telefoon 50.
Verschijnt Dinsdag- en Vrijdagmiddag.
Uitgever C. DE BOER Jr. (v./h. BERKHOUT fc Co.), Helder.
Bareauai Spoorstraat sn Koningstraat.
Aan onze abonné's buiten
de gemeente wordt beleefd
verzocht 't verschuldigde abonnements
geld Vliegend Blaadje, Zon
dageblad en Modeblad 2de kwar
taal 1911 te willen overmaken per
postwissel of aan postzegels vóór 5
JULI a.s., zullende anders daarover
met 5 cents verhooging per post worden
beschikt.
Postwissels voor dat doel behoeven
slecht met een zegel van 2cent be
plakt te worden.
Gemeenteraad van Helder.
Zitting van Dinsdag 27 Juni 1911.
Voorzitter: de heer Burgemeester.
Aanwezig waren de H.H. Van Neck, Over
de Linden, De Ven, De Geus, Penning, Bier
steker, Van der Ploeg, Krijnen, Verstegen,
Verfaille, Oortgijsen. Zander. Bok, Grnn-
wald, Hartendorf, Adriaanse, Terra en Van
Breda.
Afwezig de H.H. Hartsinck mot en Staal
man zonder kennisgeving; aanvankelijk ook
de heer Van den Berg.
De Voorzitter opent de vergadering. De
notulen der vorige zitting, dio ter lezfag
hebben gelegen, worden onveranderd goed
gekeurd.
Hierna doet de Voorzitter mededeeling van
de volgende
Ingekomen Stukken
I. Goedkeuring van het primitief kohier
van de plaatselijke directe belasting naar
het inkomen, van do kohieren van Bchool-
gcldhefiing der scholen No. 1 tot en met
No. 7b en van den FranBchen cursus.
Voor kennisgeving aangenomen.
II. Adres van de H.H. A. C. Roem, J.
G. Smeets en H. J. Rootlieb, apothekers
alhier, vernomen hebbende, dat er plannen
bestaan tot opheffing der gemeente-apotheek,
verzoekende in dat geval aan de in deze
gemeente gevestigde apothekers, die daar
voor in aanmerking komen, op te dragen
de levering van do geneesmiddelen^on ver-
bandstofien, benoodigd voor de gemeente en
het gemeente-ziekenhuis, te leveren tegen
het tarief, by levering dierzelfde middelen
voor rekening der Rijksverzekeringsbank.
III. Adres van het Bestuur derVereeni-
ging van Losse Werklieden -Onderling Be
lang", verzoekende het reeds vroeger aan
gevraagde wachtlokaal te doen stichten op
een plaats, welke door de autoriteiten als
gunstig is geoordeeld.
IV. Adres met Memorie van Toelichting
van het Bestuur der Woningvereeniging
.Lucht en Licht" te 's Gravenhage, verzoe
kende ingevolge 7 der Woningwet een
voorschot to mogen ontvangen ten bedrage
van f 47.000, zulks ter tegemoetkoming in
de door haar omschreven kosten tot het
bouwen van 27 arbeiderswoningen, op de
terreinen, kadastraal bekend gem. den Hel
der Sectie C No. 6710 tot en met 6715.
V. Adres van het Bestuur der Vereeni-
ging tot Stichting en Instandhouding van
Bewaarscholen, verzoekende, ook voor 1911,
de subsidie voor haar school aan de Visch-
markt toe te staan, overeenkomstig de voor
waarden vastgesteld in de Verordening van
13 Dec. 1910.
VI. Adres van de afd. Helder v. d. Bond
van Ned. Onderwijzers, verzoekende om school-
pantoffels te verstrekken, aan de kinderen,
die dit noodig hebben by het gymnastiek
onderwijs op de scholen.
De adressen IIVI worden in handen van
B. en W. gesteld om advies.
VII. Adres van de Heldersche Gemeente-
Werklieden-vereeniging, verzoekende het
daarheen te willen leiden, dat by de behan
deling van de Gemoente-begrooting voor 1912
de traetementen der gemeente-werklieden
worden verhoogd overeenkomstig de wenschen
in de Memorie van Toslichting vervat.
Dit adres zal by de begrooting worden
behandeld.
Vin. Adres met Memorie van Toelichting
van het Bestnnr der Heldersche Verhuurders
VereenigiDg «Samenwerking", verzoekende
om niet in te gaan op het adres der ver
eeniging voor Volkshuisvesting .Helder", om
een voorschot te verstrekken tot het bouwen
van woningen.
IX.. Procesverbaal van de opneming van
de boeken en kas vun den Gemeente-Ont
vanger. (In kas f 49351,11')
X. Verzoek wegens vertrek, om ontslag
als lid der Commissie van Toezicht op het
Midd. Onderwys, van den heer H. J. Albada.
Wordt verleend onder dankbetuiging voor
de bewezen diensten.
XI. Ontslagaanvrage.
Adres van den heer J. Kluin, met ingang
van 1 Sept. a.s. eervol ontslag verzoekende
uit zyn betrekking van Gemeente-Apotheker,
met advies van B. en W.
Hierin stollen B. en W. voor, in over
eenstemming met de Commissie van Toezicht
op het Geineent6-Ziekenhuis, het gevraagde
ontslag op de meest eervolle wyze te ver-
leenen, onder dankbetuiging voor de in die
betrekking aan de gemeente bewezen diensten.
Met algemeene stemmen aangenomen.
XII. Melkverordening
Advies van B. en W. op de circulaire van
de Gezondheidscommissie over de toepassing
van de verordening op den verkoop van melk.
In dit advies stellen B. en W. voor, met
het oog op de kosten van de door de Ge
zondheidscommissie gewensebte maatregelen,
niet op het voorstel dor commissie in te
gaan. Wanneer de door hen voorgestelde min
kostbare wyze van handelen blykt het kwaad,
door de commissie aangewezen, niet voldoende
te kunnen verhelpen, zal, volgens hen, het
oogenblik gekomen zyn, om aan den Raad
voorstellen te doen in den geest door de
Gezondheidscommissie bedoeld.
De heer Verfaille zegtNu B. en W.
de toezegging doen, dat mocht in de toekomst
blyken, dat verandering gewenscht is, zy dan
aan den Raad een desbetreffend voorstel
zullen doen, kan ik my met dit advies wel
vereenigen. Toch zou ik wel in overweging
willen geven, of de mogelijkheid ook bestaat,
om verandering te brengen in de wyze waarop,
of liever den tyd, waarop de monsters ter
controleering worden genomen. De uren toch,
waarin de monsters genomen worden, dat is
vóór 's morgens 9 uur en 's namiddags na
4 uur, vind ik ook niet de meest gewensebte,
omdat vaststaat, dat die monsters niet kunnen
genomen worden tusschen 9 en 12 uur
's morgens en tusschen 24 uur 's middags.
De Voorzitter antwoordt, dat hij geen
bezwaar ziet, de toezegging te doen, dat in
dien tyd wijziging zal worden aangebracht.
De heer Penning informeert of het niet
tot de competentie van den keurmeester be
hoort, en zoo niet, of deze dan gerechtigd is,
deze monsters op te vorderen.
De Voorzitter antwoordt, dat deze
er niet speciaal mee is belast, maar zeer
zeker als beëedigd politio-ambtenaar er too
gerechtigd is.
Hierop wordt het voorstel van B. en W.
met algemeene stemmen aangenomen.
XIII. Aanvrage om Subsidie.
Adres van den Ned. Bond voor Lichame
lijke Opvoeding, houdende verzoek om sub
sidie te verleenen voor het jaar 1911, ten
behoeve van een cursus tot vorming van
leiders(sters) in het openluchtspel, met advies
an B. eu W.
In dit advies stellen B. en W. voor, om
voorloopig afwijzend op het adres te beschik
ken, daar het niet geacht kan worden op don
weg dor gemeente te liggen, zonder nadere
gegevens aan allo dergelyke aanvragen voor
iinai cieëlon steun te voldoen.
In stemming gebracht, wordt dit advies
met algemeena stemmen aangenomen.
XIV.
Watertoren.
Voorstel om den watertoren met steen
beschermer te behandelen, met oen missive
van de Commissie voor Gas-en Waterleiding.
De Commissie, dio niet eenstemmig is in
haar oordeel omtrent de uit to voeren werk
zaamheden, geeft er diensvolgens de voor
keur aan, den geheelen Raad uitspraak te
laten doen.
Zy stelt wel voor, mocht tot de uitvoering
worden besloten, de werkzaamheden te do«-n
verrichten door een persoon, mot dergelijke
werkzaamheden bekend en door den leve
rancier van het preparaat daartoe aange
wezen.
Do heer Adriaanse zegt: Na het in
zien van de hierop botrekkelyke stukken,
wil ik eveu verklaren, niet voldoende ver
trouwen te stellen in de zaak om daarvoor
een uitgave te voteeren, die gevraagd wordt.
Als»ik bedenk, hoe de leverancier in zijn
brochure schrijft, al de werken uit te voeren
onder een garantie, die nog wel van 5 tot
10 jaar is verlengd, terwyl hij dit werk niet
onder garantie op zich durft nemeD, dan
moet ik verklareD, dat ik de zaak niet ver
trouw. Ik mis alle gegevens om hieraan myn
vertrouwen of mijn steun te geven.
De heer Oortgijsen zegtBy de ver
schillende stukken over deze zaak heb ik
tot myn spyt gemist een rapport van den
Directeur der Waterleiding.
Toch bad ik graag gezien, dat ook de
Directeur een rapport had uitgegeven. Deze
had allicht zyn licht kunnen ontsteken by
directeuren of gemeenten van andore water
torens. Het komt my voor, als de Directeur
dat onderzoek had ingesteld, by ons had
kunnen inlichten, hoe men dergelyk euvel
in andere plaatsen bestrijdt. Ik zou daarom
wenschen, dat den Directeur werd opgedragen,
een onderzoek daaromtrent in te stellen, 't
zy hier te lande of in het buitenland.
De heer D e V e n zegtIk wil den heer
Adriaanse even opmerken, dat de leveran
cier van den steenbeschermer wel garantie
aanvaardt by zyn uit te voeren werken, als
het de behandeling van droge torens aan
gaat. Hier echter, waar de steen reeds met
water is verzadigd, durft by die garantie
niet te geven. En dat is te begrypen. Daar
heeft hy nog geen ondervinding van. 't Blyft
voor hem ook een proef, of het middel ook
in dat geval helpt.
Nu mag het een dure proef heeten, als
we geen ander middel hebben, zullen we er
toe moeten overgaan, 't Zelfde geldt omtrent
wat de heer Oortgysen heeft opgemerkt.
Men heeft op dit gebied niet meer onder
vinding, daar het middel steeds hy droge
torens is toegepast. Daarom zal informaties
inwinnen by andere torens ons niet veel
verder brengen.
De heer Adriaanse zegt: Wat do
heer De Ven daar opmerkt, was nog bekend,
en was ook in 't rapport weergegeven. Maar
de omstandigheid, dat de fabrikant in zyn
brochure zyn middel zoo hoogelyk aanbeveelt
en toch hier de garantie niet aandurft, geeft
my wel wat te denken. Ik zou dit misschien
niet zeggen, als ik niet eenigszins dit mid
del proefondervindelijk had leoron kennen.
Doch ik heb er niet die resultaten van ge
zien, die er my waren voorgespiegeld.
En daarom, in do weigering het werk
onder garantie uit te voeren, ligt voor my
duidelijk uitgedrukt, dat de leverancier zelf
niet vertrouwt dat het middel zoo uitnemend
voldoet, als hy wil doen voorkomen. En dat
de toren niet meer droog is, lijkt my geen
verontschuldiging.
En daarom lijkt het mij niet verantwoord,
een uitgave van f1500.— te doen voor een
proef, van welke we niet do minste zekerheid
hebben, dat resultaat zal opleveren.
De Voorzitter vraagt den heer Adri
aanse, of hy dan wat betera aan de hand
kan doen of hij misschien een andere op
lossing weet.
De heer Adriaanse antwoordt, dat hy
zich daartoe niet gaarne leenen zou. Hy is
natuurlyk leek op dat gebied ën kau er niet
over oordeelendaarvoor moet
deskundigen te rade gaan.
by j De heer Biersteker zegt: Ik sta hier
net tusschen beide adviezen in. Ik kan my
r, t a a niet vereenigen met het idee van den heer
f Voorzitter «egt: t Zou OU nutuur- J QPanwaidJok m0[ d„ van den he„
"U°' V- de„ Berg. He. kom. mS .„eg .hi|d
.ii. voor, dat deze zaak onvoldoende is voorbe-
Maar we weteo absoluut met wat we in reid den
dere beter kannen doen. We ook me. DielHcta-Sehoofopriener, waarin m.niet
ITnpel PArantwnprn «fan foeon waa Ia I.Iah
'1 wordt gezegd. Ook kan ik geen enkel
verantwoord, don toren zoo te
staan. Als dus iemand iets aan de hand
kan doen, dat meer kans oplevert van goede
resultaten te geven, dan houden we ons
aanbevolen.
De heer Penning zegt: Ik heb hooren
zoggen, dat men het rapport van de Com
missie
dut
advies vinden ter zyner aanbeveling. Daarom
zal ik buiten stemming blyven, wyl er g<
voldoende gegevens zyn om een beslissing
te kunnen nemen,
De heer Penning z,egt: Ik had gemeend,
dat wij de vorige keer zoo'n prachtige op-
nut wn ae vorige Keer zoo n pracunge op-
meer negatief den po.,..of noemt en lo„illgvhadde„ g|vondeD, door «e^rach.
let men t vreemd v.ndl, de. de Commm... ui> d* ,oUioiuSttn le wacttón. Nu hell
kon komen. Een.- u H.t bjj die voordrecht niet ken
deel» vond men hel m de Commmme, met h"it)r be„liisi
den heer Adnaenee, een geveerijlke prooi; '„men omtrent de overplneteing. Mag ik
anderdeels be»f.e men d.t er t.,ch .et, di|1 acWo rii(1\,n
diende t. geselden. Zonden we noem*,en *rood dien,tregl.m«nt, ol i. het,
KfriJS we wel meer h(j Jnlijk dit mil,d„ welli<dw$
inlichtingen inwinnen, m dezen niet een raads- HC|lt v r j v
kunnen hebben. Deze kan allicht hetero
technische adviezen verkrygen, daar ik niot
weet, of de Dir. der Waterleiding nu wel
genoeg gezag heeft in technische kringen,
oin daar t
F heil van te verwachten. Dan
De Voorzitter antwoordDat
hem voor oen deel wel liggen, dat hy dit
niet wil ook. Aan zoo'n voordracht op
maken, is ontzettend veel werk verbjndeu,
komen we misschien tot oen bepaald resuméIk kan my voorstellen, dat hy geen lust
Niet onmogelijk is het, dat een zaak als beeft," om monnikenwerk te doeD. Dat kan
deze in technische tijdschriften is behandeld niemand hem kwalijk nemen,
of voor behandeling kan worden voorgedragen1
dan kan de gemeente daarmee allicht haar heer Penning zegtDaar kan ik
voordeel doen. 1 mee meegaan. Nu hooren wij hier niet veel
De Directeur der Waterleiding constateert dan d»\ .de he,er ,De Vries aan 't
't feit, en laat voor ons de oplossing over. P00" ean„k,«Be 8taBt" ,Ma« ,k
De Commissie, die natuurlyk ook maar uit I »r»g«n Hebben wy de zekerheid, dat
leeken bestaal, moest zeggen: wij weten het at,rak8 de, "ndidaten naar de opengevallen
ook niet. Maar om er niets aan te doen, PlRat8 ™ll®n komen nit gemeenten, die veel
gaat ook niet. 't Is een moeilyke kwestie, £roo'er *«D- Ik "tel1mo ni.et v°°'' dat een
welker oplossing wij niet op onze verant k?ofd van ,een >cho®1 Amsterdam naar
woording durfden nemen. De eenigste, die hie,r «d.. kom®n, «oH'Citeerenook op de
er althans meer van kan weten, ons geacht j andcre w,Jse zal he( 66,1 waaS ZÖD-
medelid, de beer Krynen, zal misschien zoo Qe Voorzitter zegt dat het niet waar
goed willen zijn, ons in te lichten omtrent ji4i (lat het moticf tot niet-overplaatsing zou
de beste wyze, die hij meent, dat aan het hsyn het aan hot hoofd van een kleine school
euvel paal en perk kan worden gesteld. aUan. Dere schoolopziener heeft de man
De heer Krynen zegt: Ik heb ook geen reed" °®ke?d ook *1» arrondissements-school-
onbepaald vertrouwen in die steenbescher- °P,I8aer" Bovendien moet men bedenken,
iner. Meer heil verwacht ik hiervan om den j dat h« er 8een belanK b« h®eh"
heelen toron te bepleisteren met een dnnno De heer Penning informeert, of hem
steensoort (verblend) of cement, die geen vroeger bij zijn benoeming niet te verstaan
water doorlaat. Doch ook ik zou bet t beste gegeven, later kans te hebben op een
achten, een vraag over deze aangolegcnheid plaatsing in den Helder,
te plaatsen in een technisch weekblad daarin
komt gewoonlyk wel een rubriek «Vraag en Voorzitter zegt: Dat kan u toch
Antwoord voor. Desnoods konden we dan wel nagaan. Wy kunnen toch niet tegen
van beide hier gehoorde voorstellen vragen, 'len man zeggen: Je kuut later wel sollici-
welk systeem de voorkeur verdient. teeren. Dat moet uit de praktyk blyken, of
lo geschiktheid daartoe bestaat. Bovendien
ürer deze kwestte voerea achtorveavol- de autoriteiten zich toch door zoo'n
gons mm of meer nitvoeng het woord de uitfat te veel binden.
HH. Van Neck, Bok, Verstegen en
Dc Ven; de eerste om te betoogen, dat De heer Penning zegt: De benoeming
hvt nu ja een proef i», maar dit is vaak ook tö Koegras wordt toch vaak als een loopje
met andere middelen het geval on by vindt voor een plaatsing naar den Helder aaugo-
de zom, met het oog op de belangrykheid merkt.
van liet geval, nn niet zoo buitengewoon v4 4 la ,.a
hooc. Ook ..«.btwt h(j er tegen, da. te. ."V v 0 1 an.woor.lt, da. d.<
than. het goede aehtoen ia en me. het in. menachen .elf .00gr.ctied
winnen v„ nog meerder, inlichtingen g... 'ni. h
hel geschikte jaargetijde jui.t roerbn. Oe Da. hang. yerba.end «el .1 vn ,00i n
heer Bok beloog, ni.v.wrig, dn. wil de in- b°°ld ■cb°l" no wd
apiliting T.n a.ennbe.ehermer iel. ni.werken, heot d„ bjj dil d
dan moe. het m,„».eo. door ren «rraren
hierde1 noodiakelijkheidn'et ™\T.n Z 'k
eind van de kwestie ia, dat bealoKn word. De heer De Geus .eg.Ha. mpfft mö,
aan de went van den heer Krijnen en van da[ de advio,.n omlrenl den heer De Vriee
den heer Penning gerelg te geven en een „p p.r»onljjke waarnemingen ijjn ge-
vr .ag omtrent de beste oplossing ten dezen beurd.
te stellen in een technisch week- of vakblad.
Te midden, of liever aan het eind vau t De V o o r z i 11 e r valt den heer De Geus
deze watertoren-discussie is de heer Van '11 r®d® met te zeggen, dat het niet aan-
d-c n Berg ter vergadering verschepen, i gRuti 200 l»ng» *yn neus weg te zeggen,
J~' de adviezen niet deskundig kannen
XV. Financiëele regeling dienst 1910.
Tot regeling van dien dien6t zyn door
genoemd worden.
De heer. De Geus gaat verder en zegt
B. en W. opgemaakt, een conceptbesluit voor °°k W®1 g°®n volle vryheid te hebben, om
een derdo suppletoire begrooting, een con- lot overplaatsing te adviseeren, maar zoover
copt-beslnit tot het doen van af- en over- WÜ 1 kunnen beoordeelen, moeten we toch
schryving, en een conceptbesluit tot het doen loegoven, dat by indertyd voor Kocgras is
van betalingen nit den post voor onvoorziene aanbevolen. Die school is ook grooter ge-
oitgaven.
Naar aanleiding van deze concept-beslui
ten, vragen de HH. Biersteker, Grun-
wald en Penning eenige ophelderingen
de eerste omtrent eenige posten voorkomende
op den staat van af- en overschryvfag, de
beide andere over eeDige posten voorkomende
op den staat van onvoorziene uitgaven. Ge
vraagd wordt voortaan eenige meerdere toe
lichting en verklaring te mogen ontvangen,
dio door den Voorzitter volgaarne worden
toegezegd.
Hierna worden deze concept-bosluiton met
algemeene stemmen goedgekeurd.
XVI. Adres Hoofd van School No. 1
te Koegra8.
Advies van B. en W. om niot over te
gaan tot overplaatsing van het Hoofd van
School No. 1 naar School No. 8, met nader
ingekomen schry ven van den Districts-School-
opziener.
Do heor Grunw&ld zegtIk ben door
het nader advies niet van meening veranderd.
Ik zal er op het oogenblik niet veel meer
van zeggen; in de vorige vergadering is er
genoeg over gesproken. Volgens myn mee
ning is de heer De Vries wel geschikt, om
overgeplaatst te worden naar school No. 3
en ik heb daarom de eer, voor te stellen,
aan zijn verzoek gevolg te geveD.
De heer Van den Berg zegt: Het
■pyt my, dat we op deze zaak nog eens terug
moeten komen. Ik adviseer tot niet over
plaatsen en geef ernstig in overweging het
advieB van B. en W. en van den Districts
schoolopziener te volgen. Het is een heel
andere zaak, aan het hoofd van een school
te staan als die t® Koegras of als die alhier.
Men kan geschikt zyn voor 't een en niet
geschikt voor 't ander, 't Kan heol best, dat
iemand te Koegras heel goed op z'n plaats
is; of hy daarom ook aan school No. 3 op
zyn plaats zou zijn is zeer te betwyfelen.
Als wij er toe overgingen om over te plaat
sen, dan is er geen redres mogelyk; dan
hebben wy hem hier waarachijnlyk tot zjjn
dood. Mocht het dan eens niet goed gaan,
dan zouden de Heeren het zich zeiven te
wyten hebben. Ik adviseer dus niet gunstig.
worden, zal in de toekomst nog grooter
worden. Als hy dus in den Helder niet
geschikt wordt geacht vanwege de grootte
van de school, zal dit woldra ook voor Koo
gras gelden. Bovendien moeten we maar
afwachten, wat er op een eventueele voor
dracht zal komen te staan.
De Voorzitter zegt, de verzekering
wol te kunnen geven, dat dit geen zorg hoeft
te baren. Afgaande op de namen der solli
citanten heeft de schoolopziener reeds te
kennen gegeven, dat er uitnemende krachten
onder de sollicitanten voorkomen.
De heer Hartendorf zegtAls ik een
enkele opmerking in deze zaak mag makeD,
dan wil ik oven meedeelen, dat ik my vol
komen met het advies van B. en W. en van
den heer Van den Berg kan vereenigingen.
Dil afwyzend advies is niet alleen gebaseerd
op de omstandigheid, dat do heer De Vrios
hoofd van een kleine school is, waarom hy
niet geschikt geacht wordt voor school no. 8.
>Vie dit beweert, heeft naar myn bescheiden
meening geeu konnis genomen van de stukkon.
Doch waarop ik nog wilde wyzen is dit.
Gebeurt straks de benoeming naar aanleiding
van een oproeping, dan krygen wij een advies
van de autoriteiten, waarin wordt gezegd, dat
de voorgedragen© wel geschikt ia, terwyl
hier een advies ligt, waarin niet gezegd wordt,
dat de persoon in kwestie geschikt is. Die
zaak staat volstrekt niet gelyk en de raad
zal veel meer verantwoordt zyn, als hy een
keus doet uit personen, die worden aaube-
volen, dan een overplaatsing te bewerk
stelligen, die op grond van de meening der
autoriteiten, niet in het belaDg van het
onderwys wordt geacht. Dit moet men dankt
me, wel in 't oog honden.
De heer Grunwald merkt nog opDe
heer Van den Berg merkt terecht op, dat
als wo de overplaatsing doen, wy met den
overgeplaatste zitten tot aan zyn dood. Dit
zal zeer zeker hieraan moeten worden toe
geschreven, dat Den Helder een goed salaris
geeft aan hoofden van scholen. Doch wanneer
wij de benoeming doen uit een voordracht,
en die kens mocht geen gelukkige zyn, dau
zitten we hier ook mee tot aan zyn dood.
Nu wordt er gezegdDe schoolopziener heeft
hem al gekend als arrondissements-scbool-
opziener. Zeker, en als soodanig heeft hy
hem ook aanbevolen voor Koegras. Nu heeft
by de gelegenheid gehad, hem 21/a jaar daar
als hoofd te Kocgras waar te nemen. Nu
kan ik my niet beet voorstellen, dat iemand
eon ander wel geschikt acht voor een school
als die te Koegras en ongeschikt voor een
als hier in Den Helder. Juist op het platte
land heeft men de beste onderwijskrachten
noodig, wyl er geen gelegenheid is, om er
nog beter onderwys op te doen bij special!
teiten, zooals men dat in een stad kan doen.
Op een dorp is het onderwys gewoonlyk
eindonderwyB. De school te Koegras heeft
5 leerkrachten thans; die zal zich nog wel
uitbreiden en dan zou hy ook voor Koegras
ongeschikt worden. Dat dreigen met het be
lang van 't onderwys heeft niet veel vat op
me. Ik geloof niet, dat dit hier in 't gedrang
komt.
De Voorsitter zegtAls u zoo praat,
sou ik denken, dat u geen kennis van de
Btukken draagt.
De heer Grunwald repliceert, dat hy
ze wel nit zyn hoofd kent.
De Voorzitter merkt nog opu scha
kelt zoo heel het advies van den Districts
schoolopziener uit. Het is toch geen schande
voor iemand, wanneer men tot hem zegt
u is prachtig op uw plaats in die school en
minder geschikt op een andere plaats.
Hierna wordt het voorstel van den heer
Grunwald, om alsnog tot overplaatsing over
te gaan, in stemming gebracht en met 11
stemmen tegen en 1 blanco (7 vóór) ver
worpen. De H.H. die voor stemden waren:
Terra, Zander, Do Geus, Bok, Grunwald,
Adriaanse en Van der Ploeg.
XVII Adres van de vereeniging Fröbel.
Voorstel tot het verleenen van subsidie
aan die vereoniging over het jaar 1911.
B. en W. stellen voor de subsidie te be
palen op f 210, zyude berekend volgens
f 1.per schoolgaand kind, dat op den len
Januari 1911 den leeftijd van 4 jaar of ouder
had bereikt.
De heer Adriaanse zegt even te wil
len mededeelen, dat hy tegen dit advies sal
stemmen, niet omdat hy tegen subsidiëerfag
is, doch op grond van de bestaande veror
dening, die z. i. geen toelage voor 1911 toe
laat. Hy zal daarom niet alleen tegen deze
subsidie stemmen, maar tegen al dergelyke,
dio van 't jaar nog zullen aangevraagd wor
den.
De heer Hartendorf merkt op, dat
hy 't zelfde zou kunnen zeggen, op precies
dezelfde gronden als de heer Adriaanse.
Alleen wil hy er nog by voegen dat hy met
verwondering hoeft kennis genomen van het
advies van B. en W. om dio subsidie, groot
f210 te verleenen. De vorige maal onder
vond het voorstel nog al tegenkanting van
do Bestuurstafelik had zoo den indruk ge
kregen, dat het in weinig goede aarde viel,
terwyl er nu van dien kant met het voor
stel wordt meegegaan.
De Voorzitter antwoordt, dat uit de
discussies toentertyd bleek, dat de geest van
den Raad was, om die subsidie to verleenen.
Het is dau noodelooze moeite zich daartegen
lauger te verzotten.#
De heer Hartendorf is het met die
houding Diet eens. Als het college meende,
dat de verleoning van de snbsidie tegen de
verordening indrnischt, die pas eenige maan
den geledon gemaakt is, dan had het zich
daaraan moeten honden dan hadden B. en
W. wat meer voet by stuk moeten honden
en niet zoo spoedig zwichten voor den aan
drang uit den Raad. Dat is naar myn mee
ning de houding van B. en W. in dezen.
De Voorzitter zegtAls u dan Wet
houder is, kan u zich daar naar gedragen.
De heer Hartendorf antwoordt, dat
dit wel nooit zal gebeuren, maar al is hy
dan geeu Wethouder en geen Burgemeester,
hy voor zich de vryheid zal nemen, telkens
als hy dit noodig oordeelt, B. en W. te her
inneren aan het standpunt, dat zy z. i. heb-
in te
De Voorzitter replioeert, dat hy hoopt,
dau nog langen tyd van de adviezen vhd
don heer Hartendorf te mogen profileeren.
Do heer Van Neck zegt, dat B. en W.
niet zyn gezwicht voor den aandrang nit
don Raad, doch eenvoudig een Raadsbesluit
uitvoeren. Ook de heer Van den Berg
is van die mcening. Door het advies van
B. en W. te verwerpen om geen snbsidie te
verleenen over dit jaar, heeft de Raad zich
uitgesproken, dat er wel subsidie zou wor
den verleend. De meening dus van den heer
Hartendorf, dat het voorstel naar B. en W.
geronvoieerd zou zyu om advies is een dwa
ling.
Hierna wordt het advies, om de subsidie
te verleenen over 1911 aangenomen, met de
ïmon van do heeren Adriaanse en Har
tendorf tegen.
XVIII. Adres van de Vereeniging voor
Volkshuisvesting „Helder."
Advies van B. en W. op het verzoek van
vau dio vereeniging om een voorschot voor
den houw van woningen.
In dit advies stellen B. en W. voor, in
overeenstemming met de adviezen van de
gezondheidscommissie en van den gemoente-
bonwmeester, voor de stichting van 88 wo
ningen op het terrein aan den Polderweg op
bepaalde voorwaarden een voorschot tot een
maximum bedrag van f 76.000 te verleenen
uit de gemeente-kas.
Over dit adres en het betreffende advies,
waa» -y ook het adres van de verhnurders-
vereeniging (Samenwerking" ter sprake kwam,
wordt lang en breed gediscussieerd.
De heer Adriaanse opent het debat
en wenscht mee te deelen, dat hy met by-
zondere ingenomenheid hoeft kennis genomen
van het advies, door B. en W. op bedoeld
adres uitgebracht. Ik breng gaarne een woord
van dank zogt hy aan B. en W. voor de
welwillendheid, waarmee zy dit advies hebben
ontvangen. Kennis nemende van den inhout)
van dat advies, vond ik daarin vry wel weer
gegeven, wat ook in den boezem der ver
eeniging heelt geleefd. Wordt er door B. en
W. opgemerkt, dat hot zeker wenschelyk
zou zyn geweest, de te stichten woningen
voor een lageren huurpry s te kunnen aanbieden,
dan wys ik er op, dat ook de vereeniging
door daden heeft gepoogd, aan die wensch
gehoor te geven, door 't indienen van ons
eerste plan, dat echter de goedkeurfag niet
kon verwerven. Bij het later ingediende ont
werp kon echter de hunrprys niet soo laag
gesteld worden als aanvankelyk wel wensche-
lijk werd geacht. Terecht deelen sy het in
zicht, dat alleen een dergelyke vermindering
zou kunnen boreikt worden door te kort doen
aan de soliditeit, de geriefelijkheid en uail
de te stellen hygiënische eischen dar te
stishten woningen. Doch een vereeniging, die
zich ten doel stelt verbetering van de
volkshuisvesting, mocht aan deze eischen
niet tornen, maar moet solide, zeer goed
ingerichte woningen afleveren. Met deze
weinige woorden wensch ik de discussie
omtrent dit belangryke punt in te leiden, om
zoo noodig er nog later nog op terug te
komen- Ik eindig dus nu in de hoop, dat do
Raad termen zal kunnen vinden, dit voorstel
te aanvaarden, om zoo te toonen, iets goeds
te willen doen in het belang van de ver
betering van de volkshuisvesting.
De heer Penning zegtToen ik de
stukken gelezen had en de plannen had in
gezien, die daarop betrekking hebben, kwam
de gedachte by my op, dat de huizen-ver-
linurders uit do vereeniging «Samenwerking"
misschien niet heelemaal ongelyk hadden en
het niet heelemaal overeenkomstig de be
doeling van de Woningwet is, wat hier gaat
geschieden; wanneer door de toepassing van
dezen wet woningen onbewoonbaar worden
verklaard, moeten de bewoners, wien dit lot
treft, natuurlyk toch een onderdak hebben.
Nu meende ik dat het de bedoeling was van
de Woningwet en ook van vereenigingen
als de onderhavige, om zulke menschen, dfa
door de maatregelen op grond van do wet
nit hun woningen verdreven, weer aan een
woning te helpen. Maar dan moeten ze ver-
krygbaar zyn tegen een prys, dat ook de
minst gegoede werkman zoo'n wonfag kan
betrekken. Of dit hier echter het geval is,
meen ik te moeten betwijfelen, gezien de
pryzen van de woningen. Dan komt het my
voor, dat er een kant van waarheid schuilt
in de bewering van de eigonbouwers, dat
hun een oneerlijke concurrentie wordt aan
gedaan. Zelfs als het waar is, dat deze huis
eigenaren, door den woningnood daartoe fa
staat gesteld, de hnnrpryzen hooger opdrij
ven, dan kan ik my nog niet indenken, dat
het de bedoeling van den Wetgever is ge
weest, door de Woningwet paal en perk te
stellen aan hun overdreven eischen. Daarom
blyf 'k Tan meening, dat deze woningen niet
beantwoorden aan de bedoeling van de V Woning
wet. Woningen mot 5 kamers, keuken en
bijkeuken, ik ben bang dat, dat voor de meest
gefortuneerden te royaal zal zyn. Zo znllen
teu goede komen aan hen, voor wie ze toch
eigenlijk niet zyn gesticht, aan sergeants,
onderofficieren etc., die voor een gerfagon prys
een geriefelijke woning zullen krygen. Nu
is dit op zich zelf niet af te keuren, maar
de minder bedeelden zullen er niet terecht
kunnen. Daarom nog eens, voorzien ze niet
in de nooden, door de Woningwet in't leven
geroepen on ik betwyfel, of op dezon grond
slag door de regeering geen bezwaar zal
worden gemaakt het voorschot te rerloenen.
Hy vraagt, of de Voorsitter daaromtrent
zekerheid kan geven.
De Voorsitter zegt: Zekerheid kan ik
niet geven, doch herhaaldelijk is reeds op
dezen en nog luoratiever grondslag voor
schot verleend.
De heer Penning zegt dat dit misschien
voor groote steden als Amsterdam enz. niet
wel anders kan, maar hy had verwacht, dat
men hier den menschen voor 25 stuivers of
daalder aan goede woning had geholpen.
Wanneer de menschen voor dat gold niet
onderdak kannen gebracht worden, zal men
het doel niet bereiken. Huizen van 1 2,25
of nog duurder zyn niet aangewezen voor
her, voor wie se eigenlijk gesticht zyn.
De heer Biersteker zegt: Aanvanke
lijk had ik dat beswaar ook. Eerlijk gezegd
viel het plan ook mjj eenigszins tegen. Met
verlangen had ik uitgezien naar 't werk van
deze vereeniging en ook sympathiseer ik
ten volle met het doel der vereeniging
Volkshuisvesting". Evenzeer is het waar,
dat hier niet voorzien is in de behoefte, die
het allergrootst is. De behoefte aan wonin
gen beneden de prys van f 2, is voorname
lijk groot. Ik noem expres die prys van f2,
omdat velen, die thans f 1,75 k f 2 verwe
nen, graag een dubbeltje meer zouden ver
wonen. Toch wordt er wel iets uit het oog
verloren, ook door mynheer Penning. De
ondervinding heeft in meerdere gemeenten
geleerd, dat er een opschuiving pleegt plaats
te grypen. Dat argoment is ook te vinden
fa het advies van B. en W. Hoewel 't dus
te bejammeren valt, dat de woningen niet
iets eenvoudiger worden ingericht, sou 't
tocli to betreuren syn, als alleen daarop die
aangevraagde leening niet sou kunnen wor
den toegestaan. Het zal toch zonder twjjfel
plaats grypen hier in de gemeente, dat men
schen, die graag wat beter wonen willen,
daardoor plaats maken voor hen, die meer
direct moeten geholpen worden. Ik heb ex
pres het rapport nog eens op nagelezen dat
verleden jaar is uitgebracht. En ik wil er
nog eens op wyzen dat op 28 Mei 1910 van
30 onbewoonde huisen er 4 waren f 1,25;
twee van f 1,50 en 3 van f 2. Negen wo
ningen dus van de prys van f 2 en daar
beneden. Hier wordt uitdrukkelijk door ge
constateerd, dat de woningnood groot is.
Eén vierde percent leeg staande buizen was
er slechte, waar de normale reserve 3 °/0
is. Derhalve is de behoefte aan woningon
zeer groot. We moeten dus eenigssins ver
trouwen hebben in het zoogenaamde op
schuivingeargument, zoodat ik geen vryheid
vind, om de gevraagde leening niet toe te
staan. Mocht in de toekomst werkelyk bly
ken, dat de hunrpryzen niet dalen, dan zal
het op den weg liggen van den Raad, ook
door aankoop van grond van gemeentewege,
daarin te voorzien. Met volle vry moedigheid
zon ik er dus, ook by myn medeleden, op