KLEINE COURANT
't Vliegend Blaadje
voor Ho!derP Texel, Wieringon en Anna Paulowna
Woensdag 29 Mei 1912.
Met de haringtrekkers
op het water,
No. 4101.
40ste Jaargang.
't Vliegend Blaadje p. 3 m. 50 ct, fr. p. post 75 ct., buitenland f 1.25
Pre- Zondagsblad37* 45 (0.75
miën J Modeblad i 65 75 (0.90
(Voor het buitenland bij vooruitbetaling.)
Advertentiën van 1 tot 5 regels (by vooruitbetaling) 30 cent.
Elke regel meer. 6
Be wijs-exemplaar2$ i
Vignetten en groote letters worden naar plaatsruimte berekend.
Intero.-
Talafoon BO.
UitgeverC. DE BOER Jr. (v./h. BERKHOUT 4 Co.), Halder.
Bvreauxi Spoorstraat an Koningstraat.
Agenda.
Dagelijks Bioscoop-Voorstellingen.
K a n a a 1 w e g.
31 Mei. Kerkconcert, ten voordeele van de Diaconie
derNed.Herv.Gemeente. Nieuwe Kerk,
8 uur.
UIT HET BUITEHLAHD.
Van een tneBchenkomat in den oorlog tns-
schen (Italië en Turkse, die toch al lang
genoeg gedunrd beeft, zal naar de jongste
berichten nu weer niet veel komen. Assim
Bey, de TurkBche minister van bnitenland-
Bclie zaken stond onlanga aan den corres
pondent van een Duitsch blad een onderhoud
toe, en verklaarde daarin dat hy zich uit
alle macht zal verzetten togen een eventueele
Europeesche conferentie, daar hy overtuigd
is, dat dozo conferentie zou uitloopen op
eene verdeeling van Turkye. De man kan
gelijk hebbenTurkye heeft al leergeld be
taald. Misschien zou men ook kunnen zeg
gen 't maakt het er naar.
Beuter soinde uit Saloniki dat daar be
richten ontvangen waren dat eene algcmeene
oproeping is verspreid onder de Albaneezen,
om voor de eiachen te stryden die in het
memorandum der leiders vervat zyn. Men
doet echter wel, dergelijke berichten onder
voorbehoud te aanvaarden. De bladen te
Konstantinopel publiceeren een telegrafisch
rapport van don (Turkschen) minister van
binnenlandsche zaken, waarin gezegd wordt
dat de geheele beweging zich beperkt tot
enkele plaatselijke incidenten, die niet in de
verste verte in staat zijn om de trouw der
Albaneezen aan het wankelen te brengen,
'n Goed vertrouwen is ook wat waard, zouden
we zeggenmaar toch ook uit 'n geheel
anderen hoek klinkt ook zoo'n klank. Oos
tenrijk zond graaf Berchtold naar Berlijn
'n diplomatieke zending natuurlijk.
En de Berlijnsche correspondent van do
„Neue Freie Pre6Be moldt nu aan zijn blad
dat het voornaamste onderwerp van do con
ferentie van graaf Berchtold met de Duitsche
staatslieden, de oorlog geweest is. Helaas
bestaat er weinig kans op toenadering, daar
Italië voorbarig de souvereiniteil over Tripolis
geproclameerd heeft. Vau een Tripolis con
ferentio is tusschen de regeeringeu nog geeu
sprake. Graaf Berchtold ziet het nut van
oen dergelijke conferentie niet in. Er behoeft
niet gevreesd te worden op het oogenblik,
dat de oorlog zich op den Balkan zal uit
breiden. Van oen entente tusschen Rusland
en Italië was Berchtold niets bekend.
Turkije gaat door met zyn uitzetting der
ItaiianoD.
De Porto deed den ambassades een nota
toekomen, waarin medegedeeld wordt, dat
de regeering besloot tot uitwijzing der Itali
anen, die in Turkije gevestigd zijn, met uit
zondering der geestelijken en weduwen, en
der werklieden en ondernemers vau de spoor-
wegwerken.
Is het bericht waar dat de (National Ztng."
verspreidt, dan gaat Italië 't nog eens op
'n andere manier probeeren. Hot wil de
Dardanelleu uit de lucht bombardeeren of,
't klinkt wat vreemd, 't zal trachten ze van
uit de lucht in de lucht te doen springen.
Het luchtschip ,L 1" wordt in Braccanio
klaargemaakt en zal dezer dagen vertrekken.
De bezetting vau het eiland Chios staat te
wachten. Van Rhodes werden tot biertoe 1289
gevangen naar Italië gebracht.
Zeer ernstige ongeregeldheden braken uit
te Buda-Pest. Er werden fabrieken in brand
gestoken, tramrails opgebroken en barricades
gebouwd. Slechts met de uiterste kracht
inspanning en lang nog niet overal
bleef de politio en de aanzienlijke troepen
macht het terrein moester. In de Kamer die
juist vergaderde deden enkele afgevaardigden
pogingen om de zittiDg te doen verdagen. De
president liet doorgaan. «Wij laten ons niet
intimideeren" zei hy", „al werden hier ook 50
afgevaardigden neergeschoten". De rust is
thans hersteld. Er werden volgens de politio
236 menschen gewond en zeer velen gearre
steerd. Van de laatste zullen er 67 vervolgd
worden. Er vielen verscheideae dooden.
De oorzaak tot die revolutie We geveD
de oflicieele verklaring die minister Lukacz
in antwoord op de interpellaties over de al
gemeens werkstaking in en voor de kamer
aflegde.
Het voorwendsel voor deze staking was
een weigering om een manifestatie inzake
kiesrecht te mogon organiseeren voor het
parlement. De politie gaf toestemming tot
hot houden van vele openbare vergaderingen
in gesloten lokalen, doch achtte 't ontoelaat
baar, dat een samenscholing van 50.000 op
gewonden menschen een preasie zou uitoefenen
op do volksvertegenwoordigers. De minister
verklaarde, dat hy niet kan gedoogen, dat
do meening verspr .-id wordt als zou de werk
staking het govolg zyn van de houding, door
de regeering aangenomen, tegenover de kies
wethervorming. Onlangs heeft hy nog ver
klaard, dat het kabinet besloten had deze
quaestie zoo spoedig mogelyk op te lossen,
natuurlyk op den grondslag van zyn over
tuiging. Het schynt echter, dat de socialistische
leiders de krachten van hun party eens op
de proof wilden stellen, ton einde weer eens
wat glans aan hun getaand prestige te geven.
De minister weet niet of hun dit gelukt is,
doch waarvan hy wel overtuigd is, is, dat
do vooruitgang van het land niet gebaat is
door deze onlusten, daar geen vriend van den
vooruitgang en van de democratische ont
wikkeling zich zal aansluiten by mannen die
hnn principes verkondigen door diefstallen,
moorden en brandstichtingen.
Het schynt absoluut noodzakelyk om de
verantwoordelijkheid te doen neerkomen op
die factoren zooder mandaat, die een onbe
perkte macht uitoefenen over duizenden
mannen, die de consequentie ondergaan van
het machtsmisbruik dezer volksmenners. Do
Kamer nam acte van'«mii isters verklaringen'
en juichte den minister lang eo geestdriftig toe.
In Londen is een staking uitgebroken onder
de transportarbeiders aan de haven. Wy deelon
elders in dit blad daaromtrent een en ander
Tot voorzitter der Fracsche Kamer is ge
kozen Paul Deschanel, die voor zoo'n baantje
geknipt is naar men zegt. En dat beteekont
iets, ook in Frankryk.
Van 18971901 bekleedde hy aleer het
ambt. Hy werd verdrongen door den radicalen
Bourgeois. Hy is de candidaat der democra
tische linkerzyde.
NIEUWSBERICHTEN.
HELDER, 28 Mei.
Aardbeien.
De tuinder is maar middelmatig tevreden
over den stand der aardbeien. Wel staan de
oude bedden er prachtig by en beloven
zonder byzondere tegenspoeden een cver-
vloodigen oogst, doch de nieuwe, die welke
verleden jaar zyn aangelegd, vallen tegen.
Zeer waarscbynlyk door de droogte van don
vorigen zomer zyn de jonge planten niet
behoorlyk aangeslagen en bloeien maar
matig.
De allervroegste hebben even geleden
van nachtvorsten, de latere echter niet meer.
Goed afgeloopen.
Een der vele by Urk werkzaam zynde
ansjovis-visschers, schipper R. Meester uit
Bunsohoten, is Vrydag overboord gevallen,
terwyl de knechts by het uitvieren der
netton vrij ver van hun schip verwyderd
geraakt wareD. Het gelukte den man met
n hand een dol van deD bolder te grypen,
waaraan hy moest blyven hangen, tot Urker
visschors met hun vlet kwamen aanroeien
om hem uit zyn benarde positie te redden.
Toen bemerkte MeeBter dat zyn geld
270 gulden aan bankpapier, geborgen in
een sigarenkoker wog was, vermoedelijk
in zee gevallen. Intusschen was de bottor
wat verdreven, doch met, de beide vletten
g men den omtrek ijverig door zoeken,
werkelijk werd de goed voorziene sigaren
koker na wat heen en weer roeien gevonden.
Uit de trein gevallen.
Naby het station Rozendaal is Zaterdag
avond uit een oaar Rotterdam vertrekkeoden
trein een kindje gevallen van een Russische
landverhuizerstamilie. De moeder sprong het
in haar angst na en werd zeer ernstig inwendig
gekneusd. Ook het kindje is verwond. Beiden
zijn per brancard naar het gasthuis te
Rozendaal overgebracht.
Wolkenkrabbers.
De correspondent van de //N. R. Crt." te
New-York meldt d.d. 15 dezer aan dat blad:
Te New-York verschoen onlangs het eerste
nummor van //The Sky s craper" een door
een Duitsch-Amerikaan, Bernhard Rioberg,
geredigeerd maandschrift, gewyd aan het
wolken-krabber leven. Wy ontloenen aan
dit eerste nummer de volgende bijzonder
heden De hoogste wolkenkrabber belooft de
thans in aanbouw zynde Woolworth-toren te
worden. Dit ruim 50 verdiepingen tellende
kantoorhuis zal een hoogte van 750 Eng.
voet boven den beganen grond bereiken; de
Metropolitau Life-torcn is 700 voet hoog, de
Singer-toren 612 voet, de hoogte van het
thans voltooid wordende stadhuis is 500 voet,
die van het zoo juist io gebruik genomen
kantoorgebouw dor Bankers Trust Co. 589
voet, het gebouw der City Iuvestment Co.
is 486 voet hoogen dat der New-York Timers
419 voet. Ter vergelijking dieno dat de
Eiffel-toren 984 voet hoog is en de toren
van den dom van Keulen 500 voet. Het
gebouw der Bankers Trust Co., waarvan recdB
sprake was, is ruim 30 verdiepingen hoog;
het staat op den hoek van Wall- en Nassau-
stroet, tegenover Broad-street. De top (van
toren kan men niet sprekeD, want feitelijk
zyn het torens op torens) heeft don vorm
een afgeknotte piramide, waaruit de cen
traio verwarming en electrisohe centrale haar
stoom afvoeren, hetgeen het gebouw hoog inde
lucht immer van een sierlijke pluim van witten
stoom voorziet. De hoogste verdieping in
dit huis is voor den heer J. Pierpont Morgan
gereserveerd, die van plan is daar, waar hy
de geheele benedenstad en de prachtige
New-YorkBche haven kan overzien, voor
zichzelf en zyn intiemste zakenvrienden oon
soort van //retraite" in te richtoo. Huurprijs
20.000 dollar per jaar. Een stuk gronds op
den hoek van Exchange Place en Broad
Street werd in 1822 voor 11.050 dollars ver
kocht, in 1847 werd het voor 80.000 dollars
verkocht, in 1899 voor 850.000 en in Juni
1900, te samen met enkele aangrenzende
perceelen, voor 4.000.000 dollars. Op deze
plaats word tegen een kostprijs van ten minste
even zooveel de twintig verdieping hooge
skyscraper, de Broad Exchange Building,
opgetrokken. Men kan zich van zoo'n ge
bouw •enig. denkbeeld vormen als men ver
neemt dat in dit Broad Exchange Building
38 beursfirma's, 57 bankon, makelaars e. d.,
93 advokaten en 14 accountants hun kantoren
hebben. Er zyn in dat gebouw ongeveer
1400 tot 1500 telefonen in gebruik cn het
aantal dageljjksche aansluitingen is 30.000.
Er worden eiken dag in dit Broad Exchange
gebouw ongeveer 20.000 brieven en post
stukken afgegeven. Liften schieten er om
hoog en omlaag; sommige zyn sneltrein-liften,
welke alleen de verdiepingen boven den 10de
bedienen, de andere zyn bommel-liften, wolke
de eerste tien verdiepingen bedienen. Op de
bovensto verdieping van het Broad Exchange
gebouw (alsmede van andere wolken-krabbers)
is een lunch-club, en een speciale lift brengt
de leden, zonder oponthoud onderweg, direct
naar de plaats van bestemming. In sommige
gebouwen gaan de liften tot onder den grond,
om passagiers voor den ondergrondschen
spoorweg uit te laten. De loop der liften
wordt door een of meerdere starters" ge
regeld, die het sein tot vertrek geven. Wan
neer een lift te lang //in de lucht blyft" kan
de starter den liftbediende per telefoon een
standje maken. In het Singer-gebouw is een
bord aangobracht waarop men den loop van
elke lift kun volgen; voor elke verdieping
welke de lift passeert ontgloeit n.1. een
electrisch lichtje op dat bord.
De wyzen waarop de loop van de liften
kan worden nagagaan, zoowol op don bega
nen grond als op de verschillende verdie
pingen zyn zeer verschillend, en meestal
hoogst vernuftig uitgedacht. Het spreekt
vanzelf dat in deze rouzengebouwen tal van
winkels zyn gevestigd^ de benedenhal van
sommige gelykt veel op een winkelgalerij.
Enkele dezer zaken brengen een huurprys
van 2000 pd. st. 's inaands op. Do .Sky
scraper" vertelt: Als regel zya deze winkels
als volgt verdeeldIn den //kelder" zyn
een café, een barbiers-zaak en een manicuur-
talon; in de hal is een sigarenwinkel, een
banketbakkerswinkel en de onvermijdelijke
soda- en roomys-,toonbank", voorts vindt gy
er een boekverkooper, een fruithandelaar,
een of meer telegraaf- en kabelkantoren,
telefooncelion, schoenpoets-gelegenheden, ook
wel bloemen-, heerenartikelen- oo bontzaken.
Over de verschillende verdiepingen vindt gy
schoenmakers, kleermakers, Turksche bad
inrichtingen, tandartsen, dokters, stenografen
en typewriters verspreid. In de kelders der
skycrapers bevinden zich soms reusachtige
veilighcidskluizen sommige dezer beschikken
over 60U0 ik 8000 loketien. Dut de brand-
vryheid dezer inrichtingen niets te wenschen
iaat, is by de verwoesting van het gebouw
dor Equitable gebleken. Een dezer beneden
stad-kluizen is de bewaarster van Rocke-
feller's effectenbezit. Omstreeks het begin
van elke maand wordt in een aan die kluis
grenzende kamer een groepje kantoorbedien
den opgesloten, dat gedurende enkele dagen
achtereen zich met het knippen van John
D.'s couponnetjes onledig houdt.
Wanneer men deze by zonder heden leest
of zich dag aan dag te midden van dat be
weeg in de New-Yorksche benedenstad be
vindt, kan men het moeilyk gelooven dat een
100 jaren geleden de straten daar aan een
Hollandsch buitendorp herinnerden. Men kan
zich het bijou niet voorstellen, dat, nog niet
zoo heel veel jaren geleden, op de plaats
waar thans een reuzenhuis de lucht in torent,
een Hollandsche kerk (inmiddels woliswaar
lot postkantoor ingericht) stond. Toch is het
zoo, terwyl het eveneens een historisch feit
is, de .Suyacraper' brengt de afbeeldingen
als overtuigend bewys, dat do drukke groote
stadsleven rumoerende Broad Street, eens een
stil grachtje is geweest. Het blad vertelt al.:
The Dutch called Broad street the «Heeren-
Gracht".
Chineesche staart
i indruk
Boorabaia verkeerde nog onder
van do Chineezeurelleljcs.
Op den broeden Aloon-Aloon, waar in
h,et middaguur meestal geon kussang voor-
by hotst en geen menschen te zien zyn, is
het nu druk. Links en rechts van don weg
zitten groepen Javanen, gehurkt by hun
eetkraampjesmet smakkende geluiden tus
schen twee hapjes ketan of kwee-kwee door,
bespreken ze de laatste gebeurtenissen m
het Chineesohe kamp, de brutaliteit Van die
Oraug Tjina.
Een enkele inlandsche politieagent loopt
heen en weer, nu en dan wantrouwig glurend
naar een paar staartlooze Macaoërs, «lie met
de Javaantjes prateu.
Aan het eind van den Aloon-Aloon by
den overweg komt een keurig spannetje aan,
kittigesoendaneeschepaardjeser voor; brutaal
aandachtvragend klinken zy met hun nydige
hoeven tegen het astalf. De Macaoërs kyken.
De paardjes, gemend door een gewonen
Javaanschen koetsier, trekken een bekend
rytuigje voort, keurig gelakt victoria'tje van
een ryken Chinees, een conservatieven baba
met een extra langen staart. Baba lennt lui
achterover, kykt met achtelooze goedkeuring
naar de oraug oppas, pryat in zich zelf het
Europeesch gouvernement dat de orde weet
te handhaven
Maar ineenB maken drie personen zich los
uit de groepen aan den kant, drie vooruit
strevende zouen uit het land der Ryzende
Zon, drie die huu staarten reeds offerden
s eerste teeken van vryzinnigheid.
De man in bet rytnig kykt angstig; zyn
koetsier houdt onwillekeurig in. Een Macaoër
grijpt de paarden beet, die plotseling stil
Btaan, nerveus trappelend over dit ongewone;
de twee andoren spreken den baba aan. Die
schndt zya hoofd, langzaam en beslist; de
anderen betuigen, gebaren met nadruk. De
dikke Chinees blykt onverzettelijk. Hy ant
woordt met meer, kykt onbewogen voor zich
uit met een air van „Praat maar toe."
Dan plotseling flikkert een scherp voorwerp
in de hand van ern der Macaoërs, hy buigt
zich achter den b»ba om, een scherpe klik
en met oon buiging biedt hy den te conser
vatieven landgenoot zyn afgeknipte staart aan.
De Macaoërs treden terug, roepen „Madjoe
koessir".
Voort gaat het weer. Baba kykt versuft
naar zyn staart, die hy in de hand houdt.
Hoe dat zoo ineens kon
Zoo ineens bekeerd
De oppassers komen daar aan, beduiden
de Macaoërs, dat ze nu liever weg moestee
gaan.
Maar inwendig hebben ze pret. C. G.
Ver van het volk af.
»Het Huisgezin" schryft:
,Iq de Zweedsche Eerste en Tweede Kamer
is de overleden schrijver Strindberg gehul
digd door de voorzitters der beide lichamen.
Stel u eens voor men kan het zich
voorstellen, maar het gebeurt toch niet
dat in ons parlement aaD overleden kunste
naars en geleerden openlyk hnlde werd ge
bracht.
Denk n eens, dat by het overlijden van
Israëls de voorzitter onzer Tweede Kamer
dezon grootmeester met waardeering had
herdacht.
Zou niet de opper-bode verbaasd deooren
gespitst en gedacht hebben: Wat'n nieuwe
modes. Ik kin dien meneer niet: hy is geen
minister geweest en heeft zelfs nooit in de
Eerste of Tweede Kamer gezeten 1"
Zonden niet de klerken aan de departe
menten de achtbare hoof den hebben geschud I
Eq zou niet al wat officieel of quasi-
officieel ia, gemeend hebben, dat een gewoon
„burger" zoo groote eer niet toekwam I
Wat staat er by ons te lande al wat
regeering of aan de regeering annex is ver
van het volk en van het beste wat in het
volk leeft af.
Het is natuurlyk pryselyk, dat een Kamer
lid dat overlydt of tot een anderen staat des
levens overgaat, in het parlement kameraad
schappelijke waardeering wordt gebracht,
maar de volksvertegenwoordiging son er
toch niet minder om wordeD, indien groote
gebeurtenissen builen haar engen kring, maar
die toch feitelijk niet buiten haar kring
liggen, in haar boezem weerklank
DE WEEK.
25 Mei.
Er zyn, in de jongste dagen, zuchten ont
vloden (durf ik wedden) aan teedere dames
boezems. Vrouwen, moeders, zusters, nichten,
vriendinnen (natuurlyk slechts iu den rein-
platooischen zin des woords), tantes, van
Kamerleden zullen diep en innig medolijden
hebben gevoeld met hun veelbeproefde, veel
geplaagde verwanten, vrienden, daarginds,
op het Haagsche Binnenhofeilacy, welk
een vooruitzichtwe zyn nu
lm wnnderschönen Monat Mai
Alt alle knospen springen
De lucht is vol zoete geuren. In onze
aderen stroomt het bloed met verdubbelde
vaart. Er zyn reeds-bed&agde levenslustigen,
die er over peinaeD, de komende woelige
Pinksterdrukte te ontwijken door een slip
pertje naar Paryschen of Brusselschen boule
vard. De plannen voor «omeruitstapjos zijn
reeds uitgebroed; liggen kant en klaar. In
gewone omstandigheden begint het Parlement
eens op z'n gemak uit te rekenen, hoe 'tnu
op de snelste en meest-practische manier
schóón-schip zal kunnen maken, zoodat de
lijst van „volbrachte werkzaamheden", door
den Premier op zekeren Zaterdagmiddag in
September voor te lezen, er niet al •te-schamel
zal uitzien maar thans 1
De ziekte-verzekering met haar twee-hon
derd en in-de-dertig amendementen, duurt
tot in Juli, allicht Augustus. Wy hebben
e zomervacantie op te offeren, riep de
r Duys nit, teneinde Rechts aan mate
riaal te helpen voor zyn propaganda in 1918!
Gansche lieve, zwoele, drukkende, mooie,
stralende zomerdagen, doorgebraoht met
het kalifateren, verhakstukken, verfomfaaien,
vau de lex-Talma, van welke zelfs hare
trouwste redders en „principieele vrienden"
zeggen, dat 't een wangedrocht, een misbak
sel van gemis aan beleid, aan ervaring, aan
verstandig inzicht op legislatief terrein moet
heeten.
In de lieve, zwoele zomermaanden: wel,
de hoeren zullen ze allergenoegelykst beste
den aan keuvelarjj over gezellige, opfris-
schende, geest en lichaam verkwikkende
ooderwerpen als de militaire rechtspleging
„Arme Klaas 1" zuchte een dame; vriendin
of verwante van eon Kamerlid, en zy pinkte
een traan weg. „Arme Klaas! Dat hondt-je
niet voll Daar bezwijk-jo vader 1... jy, die
toch-al zoo slecht tegen de warmte kunt.
Waarom niet naar goeie raad geluisterd en
voor het mandaat bedankt Ije krygt, na
al je sloven en wroeten en werken, toch
maar stvoor dankl't kost je nog je
.gezondheid, man!" En zy schreef een ver
troostend epistel naar den slaaf van plicht
en zware taak in den dienst van het „salus
publicum"
Onderwyl se telkens haar neosdoekje bracht
naar de van „kassian" schreiende oogen.
Ik heb, van mijn kant, óók papier en vul
pen opgevat. De teerder-schreiende het na
volgend epistel doen toekomen:
„Lieve mevronw l
My kwam ter oore dat gij u zoo ernstig
ongerust maakte over hetgeen nw waarden
en hooggeachten neef, het Kamerlid voor
te wachten staat in de eerstkomende
weken; zeggen we: tot misschien 20 of 27
Juli toe, met het oog op den berg van werk
zaamheden, waar de heeren (in het vooruit
zicht van den tegen 1913 in te halen oogst)
doorheen moeten zien te komen een tnn-
nel borend door de massa, tóórdat zy nog
een luttel brokje zomervacautie kunnen ge
nieten.
,Lieve mevrouw, ik acht het mjjn plicht
om u even gerust te stellen. Geloof my,
ik mag zeggen de heeren van het Binnen
hof, hunne „zeden en gewoonten", tamelijk
goed te kennen, geloof my, mevrouwtje,
er is geen aanleiding om u zoo doodeiyk,
zoo buitonsporig beaogst te makeD.
Wellicht beschouwt u myoe geruststelling
als uitvloeisel van zucht tot troosten en kal-
iren; iosteè van als vrucht van rijpe
ervaring. Daarom zal ik een tikje oplichten
van den sluier der geheimenis, over de zaken
des Parlements hangend.
Zie, mevrouw, op de tafel van den
voorzitter der Tweede Kamer ligt, vlak by
oen der commiezen-griffier, een stnk papier,
een lysthet is de presentielijst. Ieder lid,
de Kamer binnentredend, behoort zyn naam,
z'n signatuur, op de ljjst te plaatsen. Van
dat oogenblik af wordt hy geacht present
te zyo. Begrypt u me goed, mevrouwtje?...
ook al flaneert Z.H.K.G. aan het Scheve-
ningsche strand. Ook al savoureert hy een
„poesje"; ik bedoel natuurlyk, om elk mis
verstand te ontwijken, een kleintje koffie
met marasquin, of zoo, in de „Witte" of
waar ook al wandelt hy door bet be
koorlijk dartele zomer-Haagje de man, dé
gedeputeerde, de. machtige volgens de Grond
wet steeds het gansche Nederlandscho volk
vertegenwoordigend, wordt al-maar geacht
in de taal der Tweede Kamer present te
wezen. Te luisteren, in gespannen aandacht,
naar hetgeen daar over ziekte-ontwerp, spoor
wegbedrijf, militaire rechtspleging, auteurs
wet, u kunt vryelyk uit de agenda keos
nemen I wordt verhandeld, bespiegeld,
bepraat. Als het Kamerlid 's ochtends elf
uor toekent de wonderlyst, het prachtige,
het niet genoeg te prijzen tooverpapier, dan
is hy present; vóór en na de pauze; vóór
eu gedurende de avondzitting. Al dunrt die
ook totjuist: tot kinkslag twaalf uur.
Dkn rukt Kamer-bewaarder Van Bylevelt
blaadjes van de scheurkalenders. Dan is er
een nieuwe Kamer-dag geboren dka dient
meneer uw neef even de zaal binnen te tip
pelen. De kersversche presentielijst te toe-
kenen. En hij kan tot den volgenden avond-
spookuurdus volle vier-eu-twintig uren
wandelen, fietsen, autotaxen, baden, zwem
men, in zomer-hangmat luieren vult u
zelve maar in, mevrouw. H(j wordt ge
acht present te wezen.
Toen prof. Treub in de afgoloopen week
twee avonden vulde met zyn spoorweg-inter
pellatie, waren er tien, vervolgens twaalf of
ryftien heeren present. Never mind! Ze had
den geteekend. Waren tóch aanwezig
Is dat niet mooi? Is dat niet makkelijk?
De naarstige, landelijke abonné der „Hande
lingen' tiet by elke zitting, zyn afge
vaardigde onder hen, die al bytondor-vroeg
de wonderlyst, u genoemd, teekenden. „Dht
is een kraan van 'n kerel!" roept by nit.
„Slaat geen zitting overl"
Mevrouwtjelief, ik bezweer u, de pure,
onopgesmukte waarheid heb ik u onthuld.
Of dat zaakje nu niet gevaarlijk kan wor
den? Onder geen omstandigheid? Ziet-u, als
erdfct is de „keerzijde van do modaille"
als er gestemd moet worden tjk, dan be
gint 't er leelyker nit te zien. Zooals op dien
rampzaligen December-avond, na bet budget
debat, waardoor ds. Roessingh den bijnaam
van „Nickerie" verkreeg tja, zulke „strop
pen" kan men krjjgen
Maar, lieve mevronw, gelooft u me,
't zyn zeer hooge uitzonderingen.
In den regel loopt alleB af zonder dat
iemand zich er den neus aan stoot. De brave
menschen op de tribunes snappen er „hot
fijne" Diet van. En teerhartige nichten, vrien
dinnen gelyk gy, o mevrouwtje 1 stor
ten dan tranen van deernis met den afge-
benlden vriend.
Ik hoop er iets toe te hebben bijgedragen
om uw gemoed te breDgen in de vereischto,
zonnig-vroolyke en feestelijke Pinkster-stem
ming en verblijf, als steeds,
nw gehoorzame,
Ma. Antonio.
door P. N. v. R.
(Slot.)
In een smal, zwart-donker dwatssteegje,
een diepe gang, die gaapte als de tunnel
in een mijn in een oud en vervallen
huisje, met twee tegen elkaar gedrongen
venstors, in kleine ruitjes verdeeld, elk
met halve gordijntjes, met hooge en wilde,
maar weelderig bloeiende geraniums ervoor,
kon ik mijn geleende uitrusting weer af
geven.
„Leg hier je boeltje maar neer, ik zal
wel zorrege dat de eigenaar het in hande
krygt."
Albert ging my toen voor door een laag
gelegen portaaltje naar zijn ruime woon
kamer. Daar was het werkelijk netjes en
zindelijk ingericht. Een groot, zelfgetim-
merd barkschip met vol tuig, een opge
zette aap en een gedroogde zaagvisch, aan
de zoldering opgehangen, waren de merk
waardigheden in het vertrek. Tusschen
een zware spiegel en eenige fraaie oleo-
graphieön hingen verscheidene portretten
en by een paar begon Albert te verklaren.
„Dat 's nou m'n wyf geweest, 'n Flink
vrouwmensch, hè? Jammer dat ze dood
is, 'k mis haar nog elke dag. Och ja, zoo
gaat het in de wereld, onze lieve Heer
neemt de beste schapen het eorst in zijn
hemelrijk, maar d'r zal wel aangeschrevo
staan hiernamaals dat ze puik goed voor
d'r man was. En hier zie je m'n dochters,
meissies als melk on bloed, de een is ge
trouwd met 'n stoker en heeft al een stuk
of negen lieve kindertjes, en de ander is
zoo'n soort hoofd of eerste naaister van
een fijne zaak in Amsterdam, wel een
beetje boven m'n stand, maar afyn! Als
ze overkomt op feestdagen, dan kyke m'n
bure scheel van verbazing, want 't is
zoo'n forme mooie meid en ze kan d'r eige
zoo allemachtig netjes kleeden. Hm, hm!
Maar ze verdient ook rijkelijk brood, vat
je? En goed! Ze stuurt vader nog wel ereis
wat en als ze bij mij logeert, waar 't na
tuurlijk altijd geen vetpot is, dan heeft ze
zelf genoeg over om met daden te toonen
hoe ze het gewend is. Ja! Ja! dat is een
effectief degelijk meissie en - m'n woord
is m'n zegel maar zóó loope er weinig
in 't NieuwediepKijknou mot je
eerst eens een warme hap gebruike, anders
val je nog om, maat. Je mot eeu gegeve
paard niet in z'n bek zien, maar hot is
toch een lekker kliekie. Zie je, het eten
kook ik altoos zeivers, daar slaat geen
ander 'n hand an. Proof voor de aardigheid
eens zoo'n koud klontje toe maar, sjeneer
je niet 'tis in zuivere melk zondereen
spat water, hoor jel Kan ik je aanstonds
diene?"
Albert hield een schotel gort onder m'n
neus en terwijl zyn vriendelijke stem
was als van 'n buitenman, bij wien je
'a avons aan komt pijpen in zijn afgelegen
woning, ver op de hei - liep hy zachtjes
naar de kachel, die op eeu turfje teerde,
pookte mot veel geraas op, deed er een
paar houtjes in en. zette een aarden pan
met gort en stroop in hot gat van de
platte pijp.
De zeelucht had honger gegeven en daar
om werd de eenvoudige, doch voedzame
kost, met een dik gebakken viscltfe toe,
smakelijk verorberd.
Toen ik het bedompte slobje weer uit
was en op de ruime gracht onder de
frissche, blauwe lucht ademde, voelde ik
een benauwenis van mij wegwaaien, nu
de harde, stijve spullen, klam-broeiig, vol
muffe wasem van toer en traan, voor goed
van je lichaam waren.
De zon scheen vroolyk, met gouden
glans en in het heldere, mooie weer hooren
we plots het geroep van een venter, die
met Oostersch vuur zijn haring aan den
man tracht te brengen.
„Bakken - bakken bakken! Nou
kan je ze bakken- Bakken 1 - bakken
- Dat 's IIelder3che waar - koop ze maar
hier bij myn moet je zijn - alles puik
en fijn - prijzen klein man en vrouw
neem ze nou o, wat 'n pret er
zyn nog duizenden in de vlet!"
Hy is er een van 't echte ras. Met wyde
armzwaaien, met al zijn temperament, met
een roode, blonde kop, het gelaat scheef
getrokken door tabak en inspanning, brulde
hij onophoudelijk:
„Bakken - bakken - bakken! - Nou
kan je ze bakken 1- Bakkon bakken
Twintig voor 'n dubbeltje! - Kom nou!
bak nou 11"
Het smalle gezicht van een vrouw gluurde
•ren schuchter naar de volgeladen kar,
bibberend op luchtige veeren, en byna
gelijktijdig gingen nog andere deuren open
en kwamen meerdere nieuwsgierigen buiten
om te zien wat er aan 't handje was. Ze
bloven even zwijgend turen naar den langen
levenmaker, die met opgestroopte boeze-
roonmouweu en groote, nattig beschubde
handen op de heupen klaar stond om te
bedienen. En als er nog geen publiek ge
noog naar zyn zin is komen opdagen, dan
hoor je weer zyn vervaarlijke 9tem, zóó
luidruchtig, dat het waarlijk een menigte
kijkers lokte.
„Bakken bakken bakken!"
't Werd eon oogenblik druk en levendig
in de volksbuurt. Terwyl groepen belang
stellenden van uit de portalen hem bab
belend en grinnikend gadeslaan, terwijl
schertsende woorden, spotnamen en uit
roepen om zijn ooren spatten, zie je de
koopsters vlug toeloopen met mandjes,
met emmortjes, totdat het een kring is
van saamgeklitte menschen, die elkaar
zoo'n beetjo hardhandig verdringen om
vooraan te wezen, dim is de venter in zijn
knollentuin en begint de talrijke omstanders
door de kracht van het woord nog eens
flink to bewerken.
„Drie, zes, negen, twaalf en vijf is zeven
en drie asjeblieft. Niet douwe, men
schel Julle krygen immers allemaal 'u
beurt? Drie, zes, negen, twaalf hou
je gemak en je mond, want je maakt me
maar in de war met dat gesnater en
vier is twintig. - Meen niet, dat ik hier
ben voor m'n pleizier. O, nee! 'tIs jelui
eigen belang. Waarachtig wol! Wie onzer
kan zich tegenwoordig de weelde van
vleesch veroorloven? Wie?? Ja, hoogstens
'n keertje in de week, op Zondag. En haal
eens een pond spek bij de slager: je bent
een hoop geld kwyt. De aardappelen zijn
slecht en een lik groenten moet je duur
betalen. Bij mij kan je vandaag voor 'n
futje eten eu wit jo dan in 't lijf krygt ls
goed. Allo! allo! twintig voor 'n
dubbeltje! Nou kan je ze bakken, bakken
met stijve rijst I Wat zegje? Heb jij
je portie niet? Tel maar nal Daar, nog
eentje erbij, omdat je een vaste klant bent. -
En jij? Twee tekort? Ben je bedonderd?
Loop naar de Franschen met je smoessiel
Denk je soms, dat ik suf? Hier, nog één,
maar nou heb je meer dan genoeg. Vooruit,
schiet op! Wat wou jij, zus? - Laat
die kleine meid eventjes door. Vier,
acht, twaalf, zestien, twintig. Ziedaar,
kind, jy kan vanmiddag smullen, want ze
zijn bijzonder vet: kyk er is, hoe lekker
dik! Bakken, bakkenI Gaan van die
kruk, jongen, anders dompt de heele affaire.
En u, moeder? Kristenzielen, moeten
jullie die ouwe sturaperd nou plat drukken?
Als je stoeien wil, ga dan verderop 1
Aanstonds, broer, eerst dit wijfje. Hoe
heb ik het nou met uwe? Ik roep toch
van t-w-i-n-t-i-g en géén dertig 1 God bewaar
me voor slechtigheid, 'k Maak geen onder
scheid, niet waar, iedereen krijgt er twintig."
En de venter, vroolyk on opgeruimd,
optimist van het zuiverste water, begaafd
met geestigheid en gevatheid, een opmerker
die door naïvoteit den spijker dikwijls
op den kop sloeg de venter schreeuwdo
tot overtuiging met de stem van een ijsbeer:
„Twintig voor 'n dubbeltje! Bakken,
bakken1 - Nou moet jullie bakken, alle
maal bakken, bakken 1T-w-i-n-t-i-g. twintig
voor 'n dubbeltje 11"
Dien morgen zond de vischmarkt naar
links en rechts haar afgezanten met haring,
en terwijl hun kreten in verschillende
wijken hoorbaar waren, ben ik naar den
landweg getrokken om een kijkje te nemen
in het vischbedryf van den heer Kraan.
Wie overdag buiten de gemeente langs
het oude „schapenhok" komt, zal niet direct
vermoeden, dat hier heel wat omgaat
wie zoo in bet voorbijgaan soms een nevel
van rook ontdekt, grijze wolken, die, als
stoom uit de veiligheidsklep, door de spleet
van een hoogen, solieden muur ontanappen
weet nog niet wat daar binnen alzoo
gaande is.
Ik scharrelde het mime eif op en drong
door naar een lange rij stoenon bakken
gegolfd, gegalvanisoord ijzer. Daar klonk
een zachtaardig geknetter van een bran
dende massa krullen en daar zwierde en
cirkelde de benauwde rook, een schemer
donker, waarin de knechts gansch onver
schillig zwermden, met bruin verweerde
handen bezig om zes-en-dertig-honderd ha
ringen, ineens gerookt, uit die koolzwarte
ovens te halen. En toen al deze glimmend
vette, diepbruine bokkings weer vervangen
moesten worden op 't moment dat ze klaar
waren, ontstond een zeker paniek. Meteen
vaartje werd eon zelfde reuzen-getal aan
gedragen, rechtstreeks van do lattengele-
doren, waar nog een enorme voorraad
hing te drogen. Als geitebokken zoo vlug
renden ze heen en weer. En met stomme
verbazing zag ik naar degenen, die inden
wolksluier jakkerden met haringen aan
houten speten geregen, om ze te hangen
boven de gaten, met rookzwarte wanden,
waartusschen nu en dan dansonde licht
vegen gloeiden, een rossig, plots oplaaiend
vlainmenschijnsel, dat dan onmiddellijk met
zaagsel werd gobluscht door individuen,
die van allo kanten in den onheilspollenden
stikdamp toeschoten en moedig tot het
uiterste stand hielden, maar na afloop dan
ook glimmend van transpiratie te voor
schijn kwamen.
In een plekje helder blauw daglicht
waren anderen aan het inpakken van bok-
kings, zorgzaam gevuld in kistjes voor de
I verzending naar allo oorden des lauds.
En inmiddels kwam een paard en wagen
aan, in stêvigen draf zoo van 't Hoofd, met
j manden versche haring, die terstond in
I groote vaton vordwonen en geiyktydig werd
gepekeld uit een kuip, waarin oen vloed
van frisch leidingwater het zout oploste,
een noodzakelyke behandeling vóór het
opsteken, het drogen on het rooken, dat
in dezen tyd van 't jaar inderdaad handenvol
werk geeft op een afgelegen plaats, waar
men een product weet te maken, dat een
goeden naam geniet en dat hier een niet
onbelangrijke uitvoerhandel vormt.
iihde.