KLEINE COURANT
't Vliegend Blaadje
voor Heltèer, Texol, WiorSngon on Anno PauÊowna.
No. 4141
Woensdag 16 October 1912.
40ste Jaargang.
't Vliegend Blaadje p. 3 m. 50 ct., fr. p. poit 75 ct., buitenland f l.i
Pre- Zondagsblad i 37J t i i 15 i f 0.'
miënj Modeblad 65 75 fO.<
(Voor het buitenland bij Toornitbetaling.)
Advertentiën van 1
Elke regel meer.
Bewijs-exemplaar24
Vignetten en groote letters worden naar plaatsruimte berekend.
5 regels (bjj vooruitbetaling) 30 c
Interc.-
Telefoon BO.
Verschijnt Dinsdag- en Vrijdagmiddag.
Uitgever i C. DE BOER Jr. (v./h. BERKHOUT t Co.), Helder.
Bh
Eerste Blad.
UIT HET BUITENLAND.
Nog altyd is de vrede tusschen Italië en
Turkye, die naar 't leek, maar enkele dagen
meer zou uitblijven, niet gesloten. En die
lange duur is juist oorzaak dat weer allerlei
geruchten, de meest tegenstrijdige zelfs, de
ronde doen.
Een Reuter bericht uit Parijs kwam Zon
dagmorgen vertellen dat een officieus com
muniqué binnen een dag het afbreken der
Italiaansche-Turksche onderhandelingen zou
melden.
De officiense «Popolo Romano" wist te
molden dat het Turksche ministerie verschil
lende punten van de overeonkomst in Ouchy
wil veranderen. Italië kan die niet toestaan
maar wil onmiddeljjke goedkeuring van de
vroegere overeenkomst.
Uit Ouchy zelve seint Reuter dat Turkije
nieuwe voorstellen deed, die de heele questie
weer opnieuw aan de orde stellen. De onder
handelingen duren nog voort, maar men is
nu aan Italiaansche zijde zeer pessimistisch
Intusschen is in Tripolis weer gescher
mutseld. Generaal Briccola seint uit Booghn.i
dat de brigade Salsa, ondersteund door ar
tillerie, een aanval heeft gedaan op den
vijand die werd teruggeslagen. De vijande
lijke macht bestond uit geregelde Turksche
troepen en Arabieren en was voorzien van
artillerie. De verliezen der Turken moeten
zeer zwaar zijn. De Italianen haddon 12
dooden en 83 gewondeD.
Wellicht dat een Turksche lezing van de
schermutseling er heel anders uit zien zal.
Die Italiaansche overwinningen daar 1 Men
weet dat ze larg niet zoo veolbeteokenend
zjjn als ze worden voorgesteld.
Trouwens anders zou Turkije, gezien zjjn
omstandigheden in Europa, wel happiger zjjn
op den vrede.
Maar ze kunnoD het nog lang zoo volhouden,
die Turken en Arabieren.
Komt de vrede niet tot stand, dan, zoo
wordt van Italiaansche zjjde verzekerd, zal
de Italiaansche vloot toch niet opereeren
aan de kusten der Adriatiache zee het
heeft dit in den beginne al aan Oostenrijk
beloofd.
En zoo komen we weer tot het vraagstuk
van den dag«Wat zal er op het Balkan
schiereiland gebeuren
De beurs een barometer weet men
schommelt nog onrustig, ondanks de vorkla-
ringon der bankiers dat geen reden tot onrnst
aanwezig is, wjjl do oorlog toch in ieder geval
tot het schiereiland zal beperkt worden.
Als de oorlogsvlam in volle kracht uitslaat,
hebben de mogendheden in zooverre schuld,
dat zij 't niet voorkwamen door krachtig
ingrijpen. Ze worden het wel niet gemakkelijk
eens, de een kjjkt naar den ander, of bjj
soms ook op een voordeeltje uit is, op de
eeuwige belofte van Turkjje,we zullen
hervormen* kan niet worden vertrouwd.
Turkjje heeft al zoo dikwijls hervormingen
beloofdMacedonië zou een beter bestuur
krjjgen, de belofte is nooit gehouden. De
omringende stateD, vier ras- en stamgenooten,
Ijjden onder 't wanbeheer van den Turk,
hebben dan maar gezegd: we zullen zelf de
zaak maar ter hand nemen. En ze grepen
naar de wapenB.
•t Ergste i., dat een oorlog altjjd zooveel
bloed kost, waarbij komt, dat een Balkan
oorlog altjjd een gevaar blijft voor den
Europeeschen vrede, 't Ljjkt er naar, of de
Turk dit weet; bjj draagt althans kennis
van den najjver der groote staten onderling.
Een gezaghebbend Turk zei, misschien juist:
(Men wil onze huid, goed, wjj zullen ze
echter duur verkoopen dat zal Europa
bemerken.*
Gevochten is al hier en daar, weet men.
Zondag was echter nog geen ultimatnm van
Bulgarjje of Servië of Griekenland inge
komen.
Op den handel oefent de feiteljjke oorlogs
toestand in al de vjjf staten een noodlottigen
invloed uit. Bijna alle zaken liggen stil. In
de grensgebieden der verschillende staten
hebben reeds voorpoBt-gevechten plaats ge
had.
Vrijwilligers nit het noorden stroomen naar
Servië en Bulgarjje. Het Grieksche consulaat
te Konstantinopel liet zjjn zaken van waarde
overbrengen naar de Fransohe ambassade,
het Servische consulaat naar de Russische.
En dan komen weer geruchten, dat Oosten
rijk troepen samentrekt wat direct tegen
gesproken wordt, en dat Rusland in Polen
mobiliseert, wat echter, volgenB officieele be
richten, een proef-mobilisatie is.
Er zjjn nog politici, die op een mogelijk
voorkomen van den oorlog wjjzen, wjjl op
de raadgeving* der mogendheden nog geen
afdoend dementi kwam. De latere berichten
zullen ons nog wel iets wjjzer maken. Men
vindt ze elders.
(Zie verder Tweede blad.)
NIEUWSBERICHTEN.
HELDER, 15 October.
Schipper Lauwe Post, van wien wjj on
langs het verhaal deden der redding van don
Duitsohen kok Ruekdesoheil, die te water lag
en door den schipper werd opgepikt, heeft
van de reederjj der Hamburg-Bremen-Afrika-
lijn eene geldelijke belooning ontvangen.
In waanzin.
Vermoedelijk in een vlaag van verstands
verbijstering trachtte een 82-jarige vrouw
Zondagavond door verdrinking in het kanaal
aan de Kerkgracht een einde aan haar leven
te maken. Voorbijgangers wisten haar bjjtjjds
van dit droevig voornemen te weerhouden,
en nadat zjj haar aan den kant liggende
bovenkleeding weer aangetrokken bad, werd
het oudje bjj haar familieleden, die zjj hei
melijk ontvlucht was, onder dak gebracht.
Op i
i ouden i
Terwijl de bejaarde G. de B. op zjjn erf
in de Langestraat bezig was met bet op
ruimen van een zwaren, afgeleefden boom,
kwam deze onverwachts uit den losgewerkten
grond te vallen en geraakte de man er ge
deeltelijk onder, met het gevolg dat hjj een
arm brak en inwendig gekneusd werd.
Concert Tilly Koenen.
Het kerkgebouw der nieuwe kerk was,
althans wat het middenschip betreft, Vrijdag
avond gevuld met eene aandachtig luisterende
menigte, aan welke mejuffrouw Tilly Koenen
en de heer Louis Robert eenige oogenblikken
van onverdeeld, hoog kunstgenot sch'onken.
Het is zoo banaal, zoo niets zeggend, te be
weren, dat het mooi was; hier werd werke
lijk iets Buperieur's gegeven, en dat laat zich
moeiljjk in woorden omBchrjjven. Iemand
van de hoedanigheden van mejuffrouw
Koenen, met die techniek, die geschooldheid
khn niet anderB dan iets zeer hoogs geven.
Zoowel het programma-zelf als de uitvoering
ervan waren van voornaam gehalte; èn de
toccata in groote terts van Bach, èn de
suite gothique van Boëllman, èn de pastorale
van César Franck, èn tenslotte het Grand
Choeur van Guilmant, welke ons de organist
te hooren gaf, brachten een'bizonder genot.
Die suite van Boëllman bv., welk een heer-
ljjk menuet, eD, aan het eind, wat een be
koorlijke toccata. Het viel ons op, dat, voor
al in het eerste nummer, het instrument,
dat de heer Robert bespeelde, steunde en
piepte, hetgeen wel eenigszins het genot bs-
diorf. Maar de heer Robert bewees, wat een
waarljjk fraai instrument een kerkorgel is
als het door een werkelijk kunstenaar be
speeld werd. Want behalve de techniek,-wat
wist de heer Robert mooi te registreeren I
Wii hebben mejuffrouw Koenen voor het
laatst bewaard, hetgeen niet erg galant is.
Deze zoDg liederen van verschillenden aard:
Tosti en Hugo Wolf, Van Eyken en Edvard
Grieg, Verdi en Zweers, Liszc en Dvorak,»
dat waren de componieten, die zjj op haar
programma had staan. En die zjj zong met
haar prachtige diepe alt, die de pianissimo's
fluisterde als een zuoht, de forto's deed
schallen als oen bazuin. Die zjj zong met
haar gevoelvolle klank- en timbre rjjke stem,
nn eens vol ingehouden hartstocht, dan we
der uitjubelend haar vreugde en haar gods
geloof. Zoowel over de meer wereldsohe als
de geestelijke liederen, die zjj zong, lag de
wjjding van het evangelie der kunst.
Een kind zonder naam.
Het fHrl. Dagbl." ontving een schrijven
van een ingezetene van Haarlem, waaruit
blijkt, dat op 14 Juli 1912 in het St. Eliza-
beths-gasthuis aldaar een dochtertje van hem
werd geboreD, dat tot op heden geen naam
heeft, omdat de directie van het Gasthuis
verzuimde het kind binnen den daarvoor
bestemden tjjd ten bureele van den Burgerlijken
Stand aan te geven.
Het blad heeft aan het Gasthuis een
onderzoek ingesteld; daarbij bleek, dat inder
daad door drukke bezigheden of anderszins
in het St. Elisabeths Gasthuis verzuimd
erd het kind tijdig bjj den Burg. Stand
aan te geven.
De dokter, die bjj de geboorte tegenwoordig
as, gaf als naar gewoonte een briefje af
in de verpleegster; haar taak was, dat aan
den portier ter hand te stellen en de laatste
gaat dan aangifte doen bjj den Burgerlijken
Stand. Maar de verpleegster gaf het briefje
te laat aan den portier en toen deze aangifte
deed na verstrjjking van den daarvoor aan
gegeven tjjd, weigerde de ambtenaar van den
Burgerlijken Stand de inschrijving, vóórdat
de Rechtbank het vonnis had gewezen.
De Haarlemsche Rechtbank heeft op 1
October j.1. vonnis gewezen en zoo kon het
blad aan de ouderB mededeeling doen, dat
hun kind sedert 1 Ootober 1912 niet meer
naamloos is, doch in de registers van den
Burgerlijken Stand staat ingeschreven als Imke
Wilhelmina.
Dat de vader van dit vonnis 10 October
nog geen kennis droeg, ligt wellicht in het
feit, dat de wet nog een termjjn toestaat
voor het gaan in hooger beroep.
Al weer een „deskundige."
Donderdagavond is in het gasthuis te
Haarlem een meisje van 21 jaar opgenomen,
en naar aanleiding daarvan hebben politie
en justitie Vrijdagavond een inval gedaan
in perceel 13 aan de Ged. Oude Gracht al
daar, bewoond door de z.g. deskundige M.,
huisvrouw van B. Het bezoek duurde tot
's nachts 1 uur. De vrouw werd naar het
buis van bewaring overgebracht.
Straatverfraaiing te Amsterdam.
Naar het Hbl. verneemt, heeft de directie
van de gemeentetram besloten, in het komende
jaar een poging te wagen om onze straten
een fleurig aanzien te geven. Daartoe zullen
de trampalen voorzien worden van bloem
korven, zooals bjj feestelijke gelegenheden
reeds is toegepast, en ook zullen aan en op
de halte-gebouwtjes planten worden aange
bracht.
Ongeoorloofd brievenvervoer.
Zooals velen weten, is het een gewoonte
van tal van winkeliers om brieven, bestemd
voor klanten in de buitengemeenten, aan
boodschaploopers ter bestelling mede te geven,
die daaruit een aardige bijverdienste make
Dit is echter in strjjd met de wet op
brievenposterij, welke tegen het vervoer vi
brieven, in strjjd met art. 2 dier wet, e
geldboete van ten hoogste f 200 bedreigt,
wanneer die overtreding is gepleegd door
een1 ondernemer van een openbaar middel
van vervoer.
Langen tjjd is dat echter oogluikend toe
gelaten, maar opeens schijnt het hoofdbestuur
der posterijen uit zjjn hoek te zjjn gekomen
en heeft het aan de justitie eeu onderzoek
gevraagd. Het gevolg daarvan is geweeBt,
dat Vrjjdag do marechaussee te Papendrecht
een boodschaplooper op Sliedrecht heeft aan
gehouden en gefouilleerd, waarbjj een aantal
brieven, uit Dordrecht geadresseerd aan
personen te Papendrecht en Sliedrecht, op
hem bevonden en in beslag genomen werden
en proces-verbaal tegen hem is opgemaakt,
zoodat hjj wel verder van de zaak zal hooren.
(D. Ct.)
Door den trein gedood.
Zaterdagochtend is te Schelluinen bjj Go-
rinchem de arbeider A. S., van Giessendam,
die voor een zandtrein wilde oitwjjken, onder
een uit de tegenovergestelde richting komen
den trein geraakt en op slag gedood. Hjj
was 50 jaar oud en laat een weduwe
9 kinderen achter.
In de lucht gevlogen.
De Engelsche tankboot //Dunholme" is in
de haven van Bayonne in New-Jersey in de
lucht gevlogen, juist toen het schip op het
puut stond te vertrekken. Door de ontploffing
werden ook drie andere schepen in de haven
vernield, terwjjl twee schepen ernstige averij
beliepon. Ook de gebouwen op de kade
rankten in brand. Is dus de aangerichte
schade zeer groot, men vreest, dat ook vele
menschen zjjn omgekomen. Twintig personen
werden gekwetst.
Da geneesheer van den Japanschen keizer.
Het «Journal des Dëbate" zegt in oen ander
blad te hebben golezeD, dat door vele Japan
ners bet als een pliebt voor den geneesheer
van den overleden keizer wordt beschouwd,
om zichzelven het leven te benemoo.
Deze hof-esculaap heeft echter niet den
minsten lust die operatie op zichzelven toe
te passen, ook niet nadat in petitiën, van
vele handteekeningen voorzien, daarop bjj
hem was aangedrongen.
Hjj verklaarde veel eerbied te hebben voor
de oude gebruiken en ook voor den over
leden keizer, maar acht zjjn geweten vol
strekt niet bezwaard, daar zjjn doorluchte
patiënt nu nog in het leven zou zjjn, wan
neer deze zjjn raad maar had opgevolgd.
Maar de keizer wilde het gebruik van alco
holische dranken niet laten en het was niet
de schuld van den geneesheer, dat, dank zjj
de hof-etiquette, zijne voorschriften niet
werden nagekomen.
De petitionarissen zjjn met deze verklaring
niet tevreden en bljjven het een groot schan
daal heeten, dat 's keizers geneesheor nog
blijft leveD, nu de hooge ljjder, ondanks zjjne
behandeling, is bezweken.
Een grappige Jager.
In Frankrjjk is de jschttjjd in vollen gang.
Onlangs op 'n avond kwam een Parjjzenaar,
'n nog al lastig maar niet ongrappig type,
van de jacht in de bnart van Amiens aan
bet Noorderstation te Parijs terug.
- Niets aan te geven vroeg een ambtenaar
stedelijke douane hem.
- Een patrijs, antwoordt de reiziger.
- Eén patrijs zegt de ambtenaar onge-
loovig.
Eén.
Mag ik eens zien
Alstublieft.
U moet, zeide voldaan de man der wet,
voor die patrijs belasting betalen. Gaat u
laar naar het kantoor.
Met zjjn patrijsje in de hand gaat de jager
naar het loket.
- Twintig centimen, zegt de man achter
het raampje.
- Wilt u do patrjjs dan maar eens even
wegen? antwoordt de reiziger.
Dat kon niet geweigerd worden.
Zes honderd gram, kondigde na een
oogenblik een korzelige stem aan.
- Zoo I Ik heb recht op vijfhonderd gram
vrjj invoerenmag ik even mjjn patrjjs terug
Eu ten aanzien der stom-verbaasde ambte
ren begon do belastingplichtige het patrjjBje
te plukkenvervolgens sneed bjj het diertje
nek en pooten af.
Weegt u nu nog eens.
Yjjfhonderdveertig gram.
Mag ik hem nog even terug
En toen kreeg de Parjjzenaar onder het
daverend gelach der omstanders een klein
schaartje uit zjjn zak en begon doodkalm het
patrjjsje uit te halen.
Na deze operatie woog het arme dier niet
meer dan vierhonderd en tien gram en mocht
dus vrjj de stad Parjjs binnengevoerd worden.
N. R. Ct.
Invaliditeit*- en
Ouderdomeverzekering.
Wanneer dit nummer1 den lezer in banden
komt, heeft de Tweede Kamer een aanvang
gemaakt met de behandeling van het ontwerp
tot regeling der Invaliditeits- en Ouderdoma-
verzekoring. Een lijvig verslag der Commissie
van Voorbereiding is hieromtrent bereids
voor oecige weken verschenen.
Het met den minister gepleegd overleg,
zoo schrjjft de „N. Rott. Crt.«, heeft niet
tot wjjziging van stelsel van het ontwerp
geleid. Slechts zjjn op enkele punten van
meer ondergeschikten aard veranderingen
aangebracht.
Ia de combinatie der invaliditeits- en ouder-
domsverzekering is de invaliditeits-verxeke-
ring verre de voornaamste. Met nadruk is
dit bjj het gepleegde overleg door den minis
ter betoogd, en de Duitsche cjjfers doen maar
al te duideljjk zien, van hoe ontstellende
waarheid dit is. Zoo waren er op 1 Januari
1910 tegenover 800.000 rente-trekkenden
uit hoofde van invaliditeit niet meer dan
rnim 100.000 loopende ouderdomsrenten, ter
wjjl voorts bv. het totaal bedrag der in de
laatste jaren vastgestelde invaliditeitsrenten
geregeld bjjna tienmaal zoo groot is als het
totaal bedrag der ouderdomsrenten.
En toch, zoo gaat het blad voort, stelt
men aan eenvoudige lieden de vraag, wat
in hun oog noodiger en van grooter beteeke-
nis is de voorziening voor den ouden dag
of die in geval van invaliditeit, dan cnllen
tij vrijwel eenstemmig ten antwoord geven:
de voorziening voor den onden dag.
Deze tegenstelling verklaart het blad, door
het feit, dat in andere landen de ziekte
verzekering grondslag is, waarnaast dan staat
een verzekering of verzorging van den onden
dag. Doordat nu de ziekengelduitkeering
noodzakelijkerwijs beperkt is - tot zekeren
termjjn, zeg zes maanden, is men van liever-
ledo pogingen in het werk gaan stellen, deze
nitkeeringeD in geval van reBulteerende in
validiteit voorshands te verlengen en
mogeljjk bljjvend te maken, zjj het dan ook
tot een lager bedrag.
In Dnitschland bestaat te dezen opzichte
echter eene wanverhouding; men heeft hier
de invaliditeits-verzekering zelfstandig ge
regeld; dit heeft noodig gemaakt een getal
ambtenaren, een hoeveelheid paperassen en
een in de milliarden loopende reserve, waar
van men zich hier te lande geen voorstelling
kan maken.
Het oatwerp-Talma nu is een slechte na
volging van het Duitsche systeem, en het
blad meent te moeten constateeren, dat, indien
de overmatige haast, die op het oogenblik
door de rechterzijde met de behandeling van
het ontwerp wordt gemaakt, haar grond
vindt in de vrees, om in 1918 toch vooral
niet met leege handen te komen, dan nu
reeds kan worden geconstateerd, dat door de
aanneming van de invaliditeitswet de handen
zeer zeker niet zullen worden gevuld.
Om een zoo deugdeljjk mogelijke regeling
te krjjgen, moet de in hot ontwerp gelegde
band tnsschen de invaliditeits- en de ouder-
domsverzekering geheel worden doorgesneden.
In verband met het bovenstaande geven
wij lieronder een resumé uit een, op verzoek
van het hoofdbestuur van den Nederlandschen
Bond voor Staatspensioneering uitgebracht
verslag over de staatspensioneering in Enge
land.
Uit den aard der zaak is omtrent de ge-
olgen van eene wet, die eerst begin 1909
in werking trad, voor het maatschappelijk
leven nog niet zooveel te zeggen.
Een oordeel over de gevolgen der wet
vdor het maatschappelijk leven kan bovendien
thans ook hierom nog slechts een voorloopig
karakter dragen, omdat het niet onmogelijk
maar veeleer waarschijnlijk is, dat er ge
volgen zjjD, die eerst na verloop van tjjd
intreden, vooral zulke gevolgen, die bestaan
in verandering in zedon en gewoonten en in
karaktereigenschappen van het volk.
Het eerste waarop de aandacht valt, de
hoofdzaak, het doel zelf van iedere ouder
domsvoorziening, is de ontzaglijke verandering,
die m het leven van ontelbare arme ouden
van dagen is gebracht. Daarover is verschil
van meening, ook bjj tegenstanders, uitge
sloten.
Een sprekende illustratie van de verande
ring in den toestand der arme ouden van
dagen geeft de stjjging der prjjzen van Iersche
geborduurde zakdoeken. De Review of Re views
neemt nit de Organiser mededeelingen daar
omtrent over. De uit de hand geborduurde
che zakdoeken zjjn in Engeland zeer
gewild. Zjj kosten 6 sh. tot 5 pd. st. het
dozjjnmaar Ierland kan de vraag ernaar
meer voldoenduizenden oude kant
werksters hebben een pensioen gekrogen, dat
haar betrekkeljjken welstand verzekert, en
hebben haar huisarbeid opgegeven.
Dat het bedrag van het pensioen, 5 ah.,
niet toereikend is om de kosten van levens
onderhoud te dekken, wordt algemeen erkend.
Een tweede punt, dat naar voren springt
bjj het onderzoek van de werking der wet,
is de ontoereikendheid van de getroff on regeling.
Reeds bjj het tot stand komen dor wet be
stond daarover geen twijfel. Van de zjjde
der. regeering werd het uitgesprokon, dat de
vodfgedragen regeling slechts partieel was,
een eerste stapvooral van de zjjde der
Labour Party werd op het ontoereikende
van de regeling gewezen.
Vooreerst schiet de regeling te kort in het
bereiken van het doellevensonderhoud te
verschaffen aan arme ouden van dagen, omdat
leeftijdsgrens te hoog is. Bij het tot stand
komen der wet is dat meermalen uitgesproken,
en de ervaring heeft het bevestigd. Velen
kunnen zonder onderstand den leeftjjd van
zeventig jaar niet bereiken. rZoolang de
pensioenleeftijd zeventig jaar bljjft", zegt het
minderheids verslag van de Koninklijke Com
missie betreffende de Armenwetgeving, «zal
ook het meest uitgebreide pensioenstelsel de
behoeften niet kunnen vervullen. Het i"
tusschen zestig en zeventig jaar, dat de
meerderheid van hen die tot zoover in staat
waren onafhankelijk voor eigen levensonder
houd te zorgen, bezwjjken voor den vreeaeljjken
dwang om een aalmoes aan to nemen. Wjj
erkennen dat ieder Btelsel van Rjjkspensioen
noodzakelijkerwijze een betrekkelijk hooge
leeftijdsgrens moet aannemen".
Een belangrijk en sprekend gegeven ter
beantwoording van de vraag of een alleen
staand persoon van 5 sh. kan leven, is de
houding van de in werkhuizen verpleegde
oude liedeD, die met ingang van 1 Januari
1911 in het genot van pensioen konden
treden. De overgroote meerderheid dezer
verpleegden beeft van de gelegenheid om
met pensioen van 5 sh. het werkhuis te ver
laten geen gebruik gemaakt. Van 55,262 op
1 Januari 1911 verpleegden boven 70 jaar
in werkhnizen in Engeland en Wales hebben
in Januari 1911 slechts 5077 het werkhuis
pensioen verlaten, waarbjj nog de vraag
is hoevelen van dezen na korter of langer
tjjd den strjjd hebben moeten opgeven en in
het werkhuis terugkeeren. In een van de
verslagen der inspecteurs van den L. G. B.,
belast met het toezicht op de armbesturen,
wordt medegedeeld, dat van vijftien arm
besturen, wier werkhnizen allerminst tot de
besten van Eogeland behoorden, twaalf had
den bericht dat niet ééo pensioengerechtigde
het werkhuis had verlaten, terwjjl drie één
verpleegde met pensioen hadden zien heen
gaan.
Een andere inspecteur van den L. G. B.
deelt mede, dat van 3.445 verpleegden boven
70 jaar slechts 457 pensioen vroegen en
verkregen, van wie echter binnen een maand
reeds 30 in het werkhnia terugkeerdentwee
verklaarden dat zjj het in het werkhuis beter
hadden (more comfortable) dan in een kost
huis.
Een andere inspecteur deelt mede, dat
zelfs in die landeljjke districten, waar de
huren en loonen het laagst zjjn, verpleegden
tot de conclusie kwamen, dat zjj met het
pensioea alleen niet een zoo goed lev<
den hebben als zjj in het werkhnis gewoon
waren.
Van de verpleegden in de werkhuizen
weigerde de overgroote meerderheid het
pensioenmaar ook van de huiszittende armi
waren erjvelen, die liever bedeeling blev<
ontvangen, dan pensioen aan te vrageD.
Zoowel het feit, dat de bedeeling in som
mige gevallen 5 sh. te boven ging, als ook
de omstandigheid dat bedeelden de geregelde
bezoeken van den armbezoeker en den armen-
dokter op prijs stelden werkten daartoe mede.
Moet alzoo vastgesteld worden, dat
pensioen van 5 sh. op zich zelf niet
reikend is om voor armoede te bewaren, de
beteekenis van deze conclusie moet niet
worden overschat. De groote meerderheid
der pensioentrekkerB is niet uitslnitend op
het pensioen aangewezen voor levensonder
houd. Alleen die voor 1 Januari 1911 in hel
genot van pensioen kwamen, hadden sedert
1 Januari 1908 geen bedeeling genoten, dui
andere inkomsten, hoe gering ook, gehad
voor hen was het pensioen een vermeerde
ring van het inkomen waarvan zjj tevoreD,
misschien in de grootste armoede, leefden.
Ook onder de tevoren huiszittende bedeeldeD,
die na 1 Januari 1911 pensioen ontvingen,
waren er natuurlijk velen (de omstandigheid
dat zjj buiten het werkhuis waron gebleven
wijst er reeds op), die hetzjj nog eenig in
komen hadden, hetzjj door kinderen of andere
verwanten gehuisvest of ten deele onder
houden werden. Het aantal pensioentrekkers,
werkeljjk sllen op het pensioen voor levens
onderhoud aangewezen, is dus vermoedelijk
slechts een kleine minderheid. Daarbij moet
nog in aanmerking worden genomen dat
gehuwde paren, wanneer beide echtgenooten
de leeftijdsgrens hebben oversohreden, 10 sh.
pensioen ontvangen. Hel is dus volkomen
onredeljjk om te zeggen, geljjk ik het van
een arbeider hoorde, dat een pensioen van
5 sh. niets beteekent, maar het is juist dat
zulk een pensioen dengene, die geen of bjjna
geen ander inkomen heeft en die volstrekt
ongeschikt is om te werken, stelt voor de
keus tusschen bedeeling (het werkhuis) eu
bittere armoede.
DIT DE HELDERSCB8 SAMENLEVING.
Door P. N. v. R.
Kolenzoekers.
IV.
Toontje kon 't smakelijk gebabbel niemon-
dal schelen. Terwjjl het tongetje van Arie
ratelend ging en zijn broer Bart, verzonken
in een nevel van melancholie, met zjjn ge
dachten dwaalde in het Bmullen aan boord,
was hij er stilletjes vandoor gegaan. Schoor
voetend liep hjj over de wipbrug in de richting
van het Ankerpark. Aan de Zuidstraat voelde
hjj zich aangetrokken door de uitstalling van
een fraaien winkel. Hjj drukte zjjn neus bjjna
plat tegen de vensterruiten en als hjj zoo
aandachtig, zoo nieuwsgierig gluurt naar de
schatten die er onbereikbaar achter liggen
en zjjn warme adem een stukje van het glas
ondoorzichtig maakt, als hjj de mooie poppen,
de houten paarden, de locomotieven met
spoorwagens op rails, de doozen met kegels
soldaten en al het overige speelgoed be-
geerig opneemt, dan klinkt hem opeens een
tameljjk barsche stem in de ooren en do
eigenaar van hot perceel jaagt den smerigen
kjjklustigen klant weg. Met gebogen hoofd
sluipt Toontje ijlings verder. Na schijnt hjj
eerst tot het volle besef te komen van zjjn
toestand, 't Is waar, bjj is vuil, ontzettend
vuil, zoo erg, dat enkele voorbijgangers hem
met stom-weeenloozen blik nastaarden. Def
tige lieden, die te dicht langs hem gingen,
weken schichtig een stapje terzijde. Een heer,
in zwarte jacquetjas en een donker-grjjze
broek, met een hoogen glansenden boord, die
zijn nek in een breed Bpannende omsluiting
hield, de snor als twee wrongen van dikke
haren met een korte krol weg van de mond-
hooken een heer, zacht-teer-spenrend
achter 't fonkelglansje van een lorgnet-glas,
regelde zjjn tred, liep met wissen stap
den trottoirkant en, hoog van
donker-streDg-hooghartig van oogopslag
oiitoegankeljjk-zwaar-elegant van
bleef Toon gestaag beturen. Een paar dienst
meisjes stoven in jjle schriklachjes voorbij en
keken nog eens om met eenzeg-meid-wat-
een-engert bè. En een troep weldoorvoede
jongens van den goeden stand meenden met
hem een pretje te kuDnen maken. Gillend en
lachend begonnen zjj Toon uit te jouwen en
te sarren. En toen een van die kornuiten,
een dikke, blozende knaap, voor de kleine,
boenige, zwarte kolen-tronie de pet ver af
nam en het hoofd diep en met eenige gratie
voorover boog, toen steeg de algemeene
vreugde ten top en men gierde 't uit. Toontje
kromp ineen en staarde angstig naar de
spotters, die, bljj met het onderwerp voor
een grapje, eerst beschaamd heengingen,
i een visscherman van den hoek, geërgerd
door dat getreiter, driftig-verwjjtend de ben
gels op de vlucht joeg. De man met de
blauwe trui, hard en ruw, maar toch
0eel bedorven door 't wreede leven op 't
water, was Toontje welgezind en gaf hem
op harteljjkcn toon den vriendelgken raad,
dat hjj achterom zjjn weg moest vervolgen.
•Bliksemsche jongen, je kuiert hier voor
schandaal langs de gracht; Je ziet er uit
als 'n smeerlap. Een mijnwerker kan niet
zóó schobbejakachtig wezen. Heb je somsin
't rnim gezeteD, onder een stortkoker Maak
dat je thuis komt en vraag aan je moeder
een teil water en een lik groene zeep
wat soda, want de menBchen krijgen de
stnipen op 't lijf wanneer ze jou tegenkomen".
Toontje ging de zijlaan in en strompelde
ongehinderd de gracht af. Aan de Weststraat
voelde Mi zich te moede en zonk als een
verschopte bedelaar op den atoep van een huis
neer. Niet één.die zich iets aantrok van die
ineengedoken vieze vertooning. Maar als hij
er al een poosje heeft gezeten, slaperig en
met het hoofd op den arm geleund, dan komt
er beweging aan de kruk, de deur wordt
even later geopend en een zwaarlijvige juf
frouw, die in de buurt een boodschap wilde
doen, ontdekt den kleinen haveloozen zwerver
vlak voor haar voeten. Medelijdend van aard,
beschouwt zij oplettend de zonderlinge vondst
en monstert met stille aandacht het gedrocht
dat naar een hoop vodden gelijkt en stilletjes
als een muis in een hoekje zit. Wat waren
zyn kleeren ellendig en zjjn wangen zwart 1
Zou hij dood wezen Neen, zijn ademhaling
ging regelmatig. Maar als hjj eens
toeval had Een toeval God weet het 1
Die ongelukkige menschen vallen
zco maar ergens neer. Zoon arme "drommel I
Hoe komt h(j juist hier Het is onbekend.
Het ligt in den ondoorgrondeljjken oerwil
van al wat geschiedt, dat die knaap daar
tegen den jjskonden steenen muur leunt.
Doch hjj kon er toch niet bljjven 1 Wht te
doen? Hem aan z'n lot overlaten en maa
over z'n beensn heenstappen Misschiet
dat-ie aanstonds dan wel verdwenen wat
Droomend bleef zjj een oogenblik op dei
drempel staan, de oogen vol meewaren op
't schepseltje gericht en bjj dien langen blik
scheen de vreeseljjko waarheid ineens met
ontzettende duidelijkheid voor haar geest te
komen de waarheid, dat de wereld voor
dien jongen nu al vreugdeloos was. Levens
lust en levensvreugde waren voor hem zon
der twjjfel jjdele klanken. In een woord
een arme-kinder-bestaan dat al zjjn bekoor
lijkheden verliest. Zjj poogde bjj zichzelf tot
oen beslnit te komen hoe in deze zaak te
handelen. Zjj dacht en peinsde dat baar
slapen er van klopten. De goede en de
kwade zjjde van haar ziel streden te zamen
een wanhopigen strijd. Het scheen geheel
onzeker wie de overwinning zou behalen.
Aan den eenen kant rees het plan uit een
onbevangen edelaardig gemoed, om den stum
pert in huis te laten, hem eens flink te
reinigen, volop eten en drinken voorzetten en
eindelijk zjjn vuil, leeljjk buisje en zjjn kor», dun
broekje voor betere dingen te verwisselen.
Op den zolder had ze nog wel iets dat
afgedragen was en waarmee bjj een heele
branie zon wezen. En ondergoed In een
speciale kist daar boven had ze nog zoo'n
ouderwetsche voorraad te klein geworden en
overgeschoten stukken. Broeken en hemden
en borstrokken en kousen, een gansche af
gedankte uitrusting, geel en verschoten, ver
steld en gestopt, méir schoon en heel en
dat was toch maar het voornaamste. A1b de
moeder van zoo'n jongen met de schaar, mot
de naald kon omgaan, dan was er nog wel
genoog van te maken. Maar zie, de juf bad
ervaring in dergelijke gevallen opgedaan.
Den vorigen winter nog. Toen had ze een
diepgezonken huishouden wat opgeknapt,
toen had ze, dank zjj den steun van enkele
milde vrienden en kennissen, een stuk of
wat jongens en meisjes, met lief melancho
lieke geziohtjes, heelemaal in 't nieuw ge
stoken, de moeder, een kraamvrouw, van het
noodige voorzien om haar kleine kindje be
hoorlijk te kleeden, en bovendien den vader
aan werkgoed en aan bezigheden geholpen.
Geen greintje zelfvoldoening mocht ze van
dit alles voelen, waDt een week later, teen
zjj zich persoonlijk op de hoogte ging stellen
in de achterbnnrt waar het gezin woonde,
bleek het dat men haar beetgenomen had.
Hier wel is waar geen komediespel van ver
dichte ellende, neen, er was werkeljjk be
hoefte, maar dit ras, zonder schaamte, zonder
gevoel voor fatsoen, had al het broodnoodige
gekregene naar den lommerd doen wandelen
en de opbrengst in jenever en snoep ver
anderd. Hjj zwierf van de eene kroeg in de
jbevredigde haar zucht tot lekker
iet taartjes en andere buitensporige
versnaperingen en beiden bokreunden zich
volstrekt niet om hun kinderen, die, met
waardelooze prullen om het naakte, verwaar
loosde lichaam, in domheid en luiheid op
groeiden. En brutaal dat zulk volk was!
Toen zjj in allen eenvoud bjj de ouders om
rekenschap vroeg van die schandelijke,
slechte daad, wachtte haar een heftige
storm, ja, het scheelde maar weinig of ze
was hardhandig buiten de deur gezet. Méér
van dergeljjke treurige staaltjes op 't gebied
van weldadigheid heeft zo ondervonden, soms
daar, waar dubbel en dwars werd geschonken,
op het oogenblik dat hulp verleend
werd, in stilte werd gebeden en geleden om
wat nitkomst. Toch zjjn haat tegen bedelarij
en afkeer van schooiers volstrekt haar stok
paardjes niet. O, nee. Niettegenstaande het
zoogenaamde leergeld, behoort zjj nog niet
tot de berekenende, verstandige lni, die nooit
een kwartje weggeven zonder dat zjj zich
voldoende overtuigd hebben, dat het wèl
besteed wordt. Wat ze vroeger in den blinde
weggaf als averechtsche meDSchenliefde
en kwaljjk geplaatste gevoeligheid, met de
hand in den zak tot geven, geven, altjjd
geven, links en rechts aan den eersten den
besten, klaar staan voor iedereen met de
gevolgen van de grootste ondankbaarheid
kan ze rü wel ter plaatse brengen waar het
inderdaad goed doet. 't Is immers best moge
ljjk, dat de kleine arme stakkerd, in zoo'n
jammerlijke houding op haar stoep, een uit
zondering is op een maar te algemeenen regel
van bedriegerij Het is waar, onder de ge
ringe klassen heerschen vaak een bandeloos
heid en gewetenloosheid, die men nauwelijks
gelooven zou. Het geweten, het gevoel is
dikwjjls zoo verstompt onder hen die in on
waardige afhankelijkheid een ander mensch
aan den rok hangen, maar elke weigering,
ook waar die gerechtvaardigd is, scheen haar
eene hardheid. Zjj heeft er geen vrede mee
om licht en gemakkeljjk, onbezorgd en zelf
zuchtig, zonder verantwoordelijkheid voor en
kommer over anderen van den eenen dag tot
den anderen voort te gaan. Wellicht is de
vader van dezen jongen iemand met een
gezond lichaam, met frissche ledematen, maar
een ballast, een doodeter, een woekerplant,
die eet van den eerlijken, vljjtigen man
een jonge kerel, slank en kloek gebouwd,
met de handen altjjd diep in de zakken van
zjjn broek, te traag om aan te pakkenwel
licht is de moeder een flink ontwikkelde,
kleurige, frissche vrouw, maar met een heel
nest kleuters, met een bende dwingende,
schreeuwende bengels om zich heen, soodat
er véél komt kijken om ze allemaal door
het leven te sleurenwellicht zyn dezo ouders
de plaag dor diaconieën en armbesturen, de
wanhoop van alle weldadige menschen vrien
den wellicht behooren die moeder, die vader
tot dergenon, die dageljjks worstelen met
het gebrek aan de allereerste behoeften deB
levens, die moeite doen, zich inspannen om
fatsoenlijk rond te komeD, wier armoede geen
schandvlek maar eene kroon is, wier woning
getuigt van zelfverloochening, daden van
fierheid, moed en volharding als menigeen
zelfs niet vermoeden kan, wier gevoel van
fatsoen en eer en familietrots even levendig
iB dan bjj menig hooggeplaatst geslacht en
wier roem het is dat zjj vaak genoeg
met honger, zonder vuur en licht bjj
donker naar bed gaanwellichtBasta
De juffrouw vraagt zichzelf niets meer af.
Met dat onophoudelijk onderstboven keeren
van omstandigheden kom je niet verder. Zoo
er iets vast moet staan als een paal boven
water, het is wel dit, dat de armen een hèilig
recht hebben om ondersteund en gedragen
te worden door do maatschappij hunner
medemensohen. Zjj wil zich ontfermen over
den onbekenden jeugdigen klaplooper. Zjj
wil hem tenminste een uurtje goed doeü.
Waarachtig 1 't Mooiste is, dat ze er immers
vandaag geen hap minder om heeft
(Wordt vervolgd).