KLEINE COURANT 't Vliegend Blaadje voor Helder, Texel, Wieringen en Anne Paulowna. No. 4160 Zaterdag 21 Deoember 1912. 40ite Jaargang. idagsbla deblzd (Voor het buitenland bi) vooruitbetaling.) Advertentiën van 1 tol 5 regelt (bij voeraitbetaling) 30 cent Elke regel meer. 6 Bewijs-exeapluu Vignetten en groote letter» worden aur plaatsruimte berekend. Interc.- *Tolefoon 50. Vepsohijiit Dinsdag- en Vrijdagmiddag. Uitgever i C, DE BOER Jr. (v./b. BERKHOUT 4 Co.), Helder. Tweede Blad. Aan onze Lezeressen. De behoefte aan het bezit van een degelijk, practisch Modeblad, hetwelk volledig voorlicht, betreffende de eischen welke de mode stelt, doet zich thans het meest gevoelen. „HET NIEUWE MODEBLAD' hetwelk bij den uitgever van dit blad is verkrijgbaar gesteld, kost slechts 65 ets. p. 3 maanden (franco p. post 75 ets.) verschijnt 2 maal per maand, alzoo 6 nummers in één kwartaal, en is 8en Modegids bij uitnemendheid. Het bevat afbeeldingen van de fraaiste toiletten zoowel als van meer bescheiden costumes en eene uitgebreide collectie voor kindergoed. Het is onontbeerlijk voor elke huismoeder, die er prjjs op stelt, zich en hare kinderen smaakvol en toch weinig kostbaar te kleeden. Elke aflevering daarvan zelf te vervaardigen. Het blad is van groote waarde voor jonge Dames, wegens een schat van afbeeldingen van handwerken. Meerdere malen wordt eene modeafbeelding op de voorpagina artistiek in kleuren afgedrukt. Wij wekken onze lezeressen op, zich op dit fraaie en goedkoope Modeblad te abonneeren. Voor nieuwe inteekenaren is een nummer ver krijgbaar, zoolang de voorraad strekt, aan hei Bureau van dit blad. De Administratie van dit blad. Opgavs van alhier gevestigde en vertrokken personen van 13 Oec. tot en met 19 Oec. Naam: Beroep: Woonplaats: Van: Gel. J. Albarda, z.b., Hoofdgracht 68, Hilversum, Rem. P.D. Witteveen, marin., Diaconieslr. 36, A'dam N.H. R. de Lang, korp. stoker, Kapperstr. f4, R'dam., R C. P.Breed, arbeider.Koegras 28,Wieringerwaard, Geen. C. Vos,timmerman, Hoofdgr. 41, Paterson,(N A.j,N.H. A. L Canonge. gouvern., Hoofdgr. 46/47, Oldebr., N.H. M. Ferwerda bootsm., Eoningdw.str.44a, A'dam.,E,L. Wed.W.E.v.d.Ordel,z.b. Westgr. 50, A. Paulowna, E.L. Vertrokken. Naam: Beroep: Van: Naar: Gel. D. J. v. Viersen, matr.-bott., Vischstr. 68. Gouda, N.H. J. A. v. Baten b u rg.serg. kok.P. K rugerstr 43, A'damNH. II. lacobs,koopman, Langestraat22, Uitgeest, NI. C,I.H.VVageufeld,serg.torpm.,C.Ditostr.23,A'dam,N.H. C. KoUe, arbeider, Achterstr. 53c, A. Paulowna, R.C. H J. v. d. Broek, serg. konstab., v. d. Hamstr. 18, O.- en Westsouburg, N. H. L. de Munck, schilder, Westgr. 69, Beverwijk, N.H. J. P. Wassenaar, marin,, Gravendw.str.1, Gouda, O.G. J. C. v. Bohemen, bootsman, Tuinstr. 16, Delft, N.H. J. van Zijl, serg.kok, Hospitaal, Hellevoetsluis, N.H. J. Snijders, schilder, Julianadorp, Wieringerw., Geen. J. Dekker, oud Predik., Breestraat 6, Leiden, O.G. A. Jansen, tuinier, Koegr. 11, Wyk a. Z. en Duin, R C. C, j. Rijkers, onderwijzer, Laan 18, Utrecht, O.R. J. W. Breot, kautoorb., P. Heinstr. 15, Alkmaar, Geen. A. A. Antheunisse, kantoorb., Hoofdgr. 63, A'dam, O.G. H. J. Brouwer, z.b., Onrust 8, Voorst, N.H. d. Klootwijk, schoenm. k. M., Achterstraat 16g, Hellevoetsluis, N.H. L, de Vree, kinderjuffr., Ankerpark 1, Hoornf N.H. J. Dorlijn, werkman, Molenstraat 14, Schagen, N.H. R. Tamminga, korp.konst., Vosstr. 6, A'dam., Geen. J. P. P. Jansen, korp.tamb., Timmerst.5, O.-I. R.C, Wed. N. de Jong, z.b., Molenstr. 28, Stompwijk, N.H. K. t. Burg, 3oekh.bed.,le Goverdw.str.12. Alkm., N.H. A. Schot, serg.hofm., Nieuwstr. 2a,' s-Hage, N.H. Ade Vrieze, opz.R.Waterst., Loodsgr. 37, TexelN.H. NIEUWSBERICHTEN. HELDER, 20 December. Raadsoverzicht. „Neen", zei de heer Hartendorf, „dat gaat niet langer. We hebben niets anders-gedaan dan volgeos den W6nsch van B. en W. ge stemd, ik doe niet meer mee. B. en W. vinden het onzin om in de gemeentelijke bestekken bier óok afteschafien, ik niet. Je kan van bier óok dronken worden". „Zoo'n enkel potje", zei de beer Biersteker, ,,'t zou wat". „Ik vind 't maar wkt fijn", aldus de heer v. d. Berg. „En zóo ben ik nou niet, dat ik m'n evenmenseh niet een potje bier gun. 't Is een versnapering-kie". „Zoo'n fijn potje Beiersch", zei de heer Biersteker, en hij glunderde. „Slecht lager krijgen ze", zei de heer Krjjnen. „Nou, kijk eens aan", antwoordde de beer Hartendorf, „des te meer reden om het afteschafien". „En ik zou wel eeDS willen weten", zei de heer Verstegen, „wat voor onderscheid er eigenlijk is tusschen sterken drank en geen sterken drank". „De drankwet, meneer Verstegen zei de Voorzitter. „Ja, de drankwet, maar dat is heel wat anders", gaf de heer Verstegen ten antwoord. „Of je nou van de kat of den kater ge beten wordt, pijn doet het", aldus de heer Hartendorf. „Zoo'n lekker petje Beiersch", de heer Biersteker. De rest des Raads zweeg. Dit gaf den heer Hartendorf aanleiding tot de opmerking „Mag ik uit het zwegen opmaken, dat de heeren het allemaal met me eenB zijn „Nee, nee", werd er verontwaardigd ge roepen. Wat verbeeldde de heer Hartendorf zich welAlsof de Raad een potje bier zou misgunnen aan de gemeente-werklieden I „Zoo'n fijn potje Beiersch!" zei de heer Biersteker. Aldus, waarde lezer, een drankweer-debat in den Raad der gemeente Helder. De Raad had er schik in, en nog lang nadat al over andere onderwerpen geboomd was, hoorde men van vrijzinnige zijde de verzuchting in den vocativus „Zoo'n fijn potje Beiersch!" De lezer kan overigens gerust zijn: het bier blijft gehandhaafd. Voor de reet was het een raadszitting, waar niet veel te reviewen vielhet liep knusjes en gezellig af en er waren geen belangrijke onderwerpen te behandelen. Het werd een gezellig onderonsje, waaraan het potje Beiersch slechts ontbrak. Maar toen, heelemaal aan 't eind, de heer Verstegen met zijne vraag kwam, was de gezellige Btemzning weg. De onderonsjes, de grappen over slecht lager en fijn Beiersch, hielden opde Raad voeldedaar was een zeker iets, dat ik niet noemen zal, aan den knikker, om met den Schoolmeester te spreken. En toen vielen van alle kanten leden den heer Veistegen bij: ja, ze vonden het niet aardig, dat de Voorzitter ze waren teleur gesteld over de houding 't sou een beteren indruk mBken als enzoovoort. Eu de Voorzitter, toen alle heeren uitge sproken waren, vroeg, of iemand nog iets in 't belang van de gemeente had te zeggen of te vragen of te doen. En toen zei alleen de heer Griinwald iels over de Kanaalcommissii en de heer Terra over een voetstraatje in Huisduinen en de rest zweeg. En we gingen in de winderige buitenlucht en vonden toch allemaal, dat de heer Verstegen er bekaaid afkwam. Door de Holl. Maatschappij van Land bouw, af deeling Helder, werd Woensdag eene Algoracene vergadering gehouden in bet Café „Prins Hendrik" te Julianadorp, waar door den heer G. van der Molen van Vlaardingen eene lezing werd gehouden over het onderwerp: ,De voor- en Dadeelen van de waterstanden in do verschillende tijden van bet jaar, ten opzichte van de bewer king, bemesting en opbrengst van den bodem". Spreker begon met te zeggen, dat delend bonw tegenwoordig andere eischen stelt dan voorheen, en dat de meeoiog van vroeger, dat iemand die voor ander werk niet geschikt werd geacht, altijd Dog goed genoog was voor boer, thans niet meer opgaat, nn uit den bodem veel meer moet worden gehaald. Omtrent de waterstanden in versuhillendn tijden van het jaar was spr. van mceciog, dat in den winter het peil zoo laag mogelijk t zjjn, om lnchttoetreding in deB grond mogelijk te maken, en vooral omdat anders in het voorjaar de temperatuur, daar water moeilijk warmte opneemt, te laag is om opneombaar plantonvoedsel te vormen. Met diepe grondbewerking, vooral door woelen" was naar spr. overtuiging veel te bereiken, daar de planten dan diep wortelen ea dus water en voedsel nit den ondorgrond halen, en meer knnnon vormen. Met het in m alen van water moot voor zichtigheid worden bi tracht. Het moet hoofd zakelijk niet worden beschouwd als voedsel voor de plant, doch als transportmiddel voor het voedsel. Verschillende vragen werden nog gesteld omtrent bemesting en meststoffen, welke door spr. uitvoerig werden beantwoord. Met dankzegging aan den heer van dor Molen voor zijn leerzame rede, en de aan wezigen voor hun bezoek, werd de verga dering door den voorzitter gesloten. De verbetering van het Noordzeekanaal. De Amsterdamsche gemeenteraad heeft Woensdagmiddag in besloten zittiDg beraad slaagd orer het (geheime) voorstel van B. en W. nopens de door het rjjk van de ge- nte gevorderde bijdrage voor de verbe tering van het NoordzeetraDaal. Overeenkomstig het advies van de staats commissie voor de verbetering van het Noord zeekanaal stelt de minister van waterstaat voor, uitvoerieg te geven aan het ontwerp der commissie, waarin is opgonomen de bouw van een nieuwe sluis te IJmuiden, be noorden de bestaande groote Blais en waar de kosten zjjn geraamd op f 13,000,000 en de duur op 7 jaar. Van de gemeente Amsterdam vraagt de minister een bijdrage in de kosten van f 5,200,00, dat is 40 pCt. van de totale som. Naar wjj vernemen heeft de raad op voor stel van B. en W. besloten, don minister te antwoorden, dat de gemeente bereid is eoo bjjdrago te verleenen van f 2,600,000, dat is dus 20 pCt. van do geraamde kosteD, het zelfde percentage als Rotterdam heeft bijge drag n in de verbetering van den Nieuwen Waterweg. Kerkelijke twist. De bekende ds. Keiler te Dordrecht heeft indertjjd de Vereeniging Calvjjn opgericht, waarvan hjj voorzittor is en voor welker n bjj meermalen per week in een eigen kerkgebouw aan het Kromhout aldaar als predikant optreedt en steeds een groot ge hoor vindt. In het bestuur der vereenigiDg aat al gernimen tjjd oneenighcid, die reeds herhaaldelijk onaangenaamheden tengevolge heeft gehad en thans weer aanleiding is geweest tot een minder verkwikkelijk tooneel. In de kerk werd een vergadering der vereeniging gehonden onder voorzitterschap van ds. Keiler. Er werd gesproken en gestemd over het schrappen van leden. Uit een ver- Bchil van meening ontstond spoedig een hand gemeen, waarbjj een der bestuursleden een gnmmistok gebruikte eu een ander eeu stoel als wapen hanteerde. Eerst door het optreden der politie, die den gnmmistok in beslag nam, en na verwijdering van een der belhamels werd de orde hersteld. De kerk was toen een toonbeeld van wanorde. Stoelen op en over elkaar, de tafels schots en scheef daar- tnsschen, de stembriefjes verspreid over den ad. Een half uur daarna klonk weer Het bovenstaande is ontleend aan de „N. R. Ct.". De „Dordr. Cl." verneemt nog dat door de politie een onderzoek ingesteld wordt en dat verschillende getuigen, onder wie ds. J. Keiler, reeds zjjn gehoord. Deze werd Zondag bjj zjjn gaan en komen uit dit gebouw gevolgd door een rechercheur van politie. De godsdienstoefeningen hadden het gewone verloop. Het vergaan van de „Westhinder". Het eerste bericht omtrent de ramp van de „Westbinder", schrijft het „Handelsblad van Antwerpen", werd Zaterdagavond half vjjf vernomen nit een draadloos telegram van kapitein Schmidt, van de Duiteche stoomboot „Sydny", van Bremerhaven. Het telegram zeide alleen, dat het vuur schip „Westhinder", liggende op de Belgische kust, nier meer op zjjn plaats lag en be schadigd was geworden door een sloep, te 4-J unr 's morgens. Dat was alles. Was de boot gezonken Was de bemanning gered? Dat waren even zoovele raadsels. Niettegenstaande de storm voortwoedde, werd de staatssleepboot dadeljjk uitgezonden op zoek naar het verdwenen vuurschip. Na vier uur met de woedende zee te hebben geworsteld, keerde de staatssleepboot laat in den nacht weer terug, zonder eenig nieuws. Alleen werd de noodlettige tijding bevestigd, dat het vuurschip „Westhinder" niet meer op zijne plaats lag. "Door de autoriteiten van den lor-' dienBt werd in de verschillende staties, A Antwerpen, Oostende, alsook aan de post- booten bevel gegeven Zondag een wake; d oog te houden op al wat op zee gebeurd.-, teneinde to zien, of iets te viDden was van het verdwenen vnnrscbip. Zoo er nog eenige hoop bestond, dat het vuurschip „Westhinder" enkel weggeslagen zou zjjn en dat de bemanning nog veilig aan boord zou zijn, deze hoop werd Zondagmorgen verdreven door de komst van den Belgischon loods, die do Eogelsche stoomboot „Derbent' van Antwerpen, wegbracht. Door het slechte weer was deze loods genoodzaakt geweeBt, als zoovele andercD, de reis mee te maken naar Engeland. Het is op deze reis, dat de loods de vroeseljjke ramp heeft zien gebeuren. Zondagmorgen is hjj over Dover met do postboot te Oostende aangekomen en ziehier wat hjj verhaa -e: „Zaterdagmorgen te vier nar stond ik op de brug van de „Derbent" en werd mjjBe aandacht plotseling getrokken door het fak kelen op het vuurschip „Westbinder". De zee was zeer onstuimig en de golven slin gerden mjjo schip vrecseljjk omhoog, om het daarna weder in de diepte der baren neer te ploffen. Daar dit „fakkelen", d.i. met een brandende fakkel zwaaien, als noodsignaal wordt gebe- voer ik er heen, en op korten afstand gekomen, zag ik tusschen twee golven, die mjjo vaartuig weder in de hoogte hadden gebracht, hit vuurschip verdwijnen. Ik neem aan, dat het met den kop voor over in de diepte is verdwenen. Op het laatste oogenblik zag ik nog een lid der bemannine een fiyor up afschieten. De arme jonger, dit uiterste redmiddel zal hem niet veel gebaat hebben." Op de plaa's van de „Westhinder" gekomen, werd door den loods niets meer waargenomen. Eenige oogenblikken later zag bjj, voor zoo ver het waar te nemen wa», een groot schip, dat, naar het scheen, een ander vaartuig op sleeptouw had. Nadtrbjj komen was een groot gevaar, zoowel voor de „Derbont", als voor het onbekende schip. Daarom trachtte de loods door middel van pen Morse-lamp zich in verbinding te stellen met dit vaartuig. Na pogingen kreeg de loods op dezelfde antwoord van het schip. Uit het gesprek, dat door den Btorm zeer werd bemoeilijkt, vernam toen de loods, dat het onbekende vaartuig het vuurschip „West hinder" had aangevaren. Ook, dat het een ander schip op sleeptouw had, dat het erg geleden hud en niet kon bestuurd worden. Maar dat was ook alles, zelfs was het onmogeljjk den naam van het vaartuig te vernemen. Het geheimzinnig schip on de „Derbent" verwijderden zich en de loods zag later, dat hot eerste vaartuig twee roode lichten opstak. Sindsdien werd van het aanvarende schip hoegenaamd niets meer vernomen. Wat is cr van geworden Waar is het heen Nadat do loods zijn wedervaren aan zjjne superieuren had bekend gemaakt, werd dadeljjk ook de minister verwittigd van het vreeaeljjk ongeluk. Iu het „Handelsblad van Antwerpen" wordt, aan de hand vim een verhaal der bemaoning i den zeelichter, welko den „Westhinder" den grond liep, do juiste toedracht mee gedeeld van hot ongeluk, waarbjj 10 menschen het leven lieten. De zeelichter „Minnie is tegen het vuur schip gevallen. Het schip bleef nevens het vuursdhip liggen, en niettegenstaande do „Westhinder" goheel zjjn ketting uitliet, om vrjj te komen, bleef de „Minnie" als aange plakt tegen het vuurschip en kwam er eeD tweede maal moo in botsing. „Zonder een oogenblik te denken, welk groot gevaar de bemanning van het vuurschip liep, riep deze tot den zeelichter, deB naam van het schip en kapitein te doen om verslag van het gebeurde op te voor alle gebeurljjke rechterijjko gedingen. Men was daar volop mee bezig, heel dit spelletje duurde ongeveer reeds een twintig tal minuten, toen plots, zonder dat iemand maar het minste had kunnen vermoeden, het vuurschip zich op zjjn zjjde legde eu met den kop het eerst in de golven verdween. „De geheele bemanning van het vuurschip was door dit geharrewar op het dek en met eeu kreet, die door merg en been drong, geraakten allen te water en werden door de zee verzwolgen. „Meer dan waarschijnlijk, moet het voor schip bjj een der botsingen een groot gat in de kiel hebben gekregen, waardoor een groot lek ontstond en dat door niemand ia waarge nomen, want dan hadden ze nog al den tjjd en gelegenheid gehad om allen op de zeelichter „Minnie" over te springen. „De zeeliohter is verder aan 't drjjveu gegaan, om later op de Thorton bank te worden opgepikt en naar Vlissiogen te worden gebracht." Engelsche Suffragettes. De vrouw „Heb je alles bjj je de bel, de ratel, de hondenzweep, je wandel stok, de fluit, de bjjl, de keisteenen Do echtgenoot: „Alles, vrouwlief." De vrouw„Vooruitlaten we dan naar de vergadering gaan". TWEEDE KAMER. Dinsdag komt de heer Eland (u.-l.) repli- ceeren. Uit zjjn korte repliek valt nieta te vermelden. Na hem komt de heer Van Karne- beek (v.-l.) terng op de kwestie van den Bond van minder Marinepersoneel. Spr. wenscht daaromtrent een vraag aan d.B.g. te stellen, maar vooraf wil hjj terngkoi op de scherpe verwjjten, door den 1 Hugenholtz tot hem gericht naar aanleiding van zjjn houding in 1903, toen spr. heeft medegewerkt tot maatregelen om een her haling van het toen gebeurde zoo niet on mogeljjk, dan toch onwaarschjjnljjk te maken. Ook besprak de heer Hugenholtz sprekers besluit cm zich niet herkiesbaar te stellen. Hjj d ukte daarover zjjn spjjt uit, omdat daardoor de Kamer werd beroofd van een propagandamiddel voor de sociaal-democraten. Zulke argumenten zjjn tweesnijdend. De Bond van minder Marinepersoneel is gekomen onder den invloed van de sociaal-democratische propaganda en is daardoor versterkt in den klassenstrijd, die hier in de Kamer algemeen wordt afgekeurd. (De heer HugenholtzO hol) Behalve door den heer Hugenholtz eu zjjn naaste vrienden. Het is uit dit debat gebleken dat alle par- tjjen zich hebben verweerd tegen oen con- nrxie met de sociaal-democratie en dit als eeo smet hebben afgewezen. Welnu, is het dan wel verstandig voor den Bond van Marinepersoneel zich te stellen onder het protectoraat van den heer Hngenboltz De beer De Meester beriep zich op zjjn advies a.s Minister in 1907, maar zjjn daardoor de moriliikbeden opgelost De Bond is schade- ljjk gebleken voor de geveebtswaarde van onze vloot. Moet men dan zulke bonden maar laten begaan en alleen tegen ongepaste handeliogen van het personeel straffend ingrijpen, zonder iets te doen tot verhindering, voorkoming of verhoeding? Dit is geen aanbevelenswaar dige staatskunst. Men moet de oorzaken van de ontevredenheid nagaan, en als men dat doet, zal men bevinden dat de diepste oor zaak is het gestook van den Bond, die zjjn gezag wil stellen boven dat van de overheid. De heer De Meester de-d een beroep op de gehechtheid van ons Nederlanders aan do vrjjheid van vereeniging. Ook spr. kan die vrjjheid niet missen. (De heer Hugeoholcz: Uw eigen vrjjheid». Spreker begeert de vrij heid voor zichzelf en voor andereD, maar de vrjjheid mag riet leiden tot misbruik, en de ergste vjjaud van de vrjjheid is het aan zetten tot misbruik! Spr. komt thans tot zjjn vraag aan den Minister, die een tuchtreehterljjk verbod van lidmaatschap van den Bond schijnt te over wegen. De vrees voor geheime bondeD schjjot hersenschimmig. Die vloeien niet voort nit onzen volksaard, doch zijn veeleer bij de Chineezen inheemsch, waarvoor de hei-r Hugenholtz dan ook steeds zoo trouw op komt. (Hilariteit). Maar spr. verwacht vooral heil van afschaffing van het stelsel van vrij willigers bjj onze vloot en het overgaan tot een bemanning van zeemilitie. Sinds spr. dit denkbeeld in overwoging gaf, is daarover in een der voornaamste dagbladen van ons land een uitvoerige studie verschenen waarvan de conclusie is dat dit stelsel van zeemilitie niet slechts het beBte, maar ook het eenigste middel is tot bestrjjdiDg der bonden. Spr. verzoekt den Minister dit stelsel ook op to nemen in den kring zijner overwegingen. De heer Dnymaer van Twist (a.-r.) zegt, nog Diets vernomen te hebben omtrent do militaire paragraaf, in het concentratie program. Daarover zwjjgen de heeren. Spr. vraagt of er bjj de begrootingen van oorlog en marine eenstemmigheid bij de concentratie zal zjjn. Zal men de reorganisatieplannen van Minister Coljjn steunen Spr. hoopt het. Spr. komt vervolgens terug op de houding der Liberale Unie bjj de totstandkoming der militiewet. Hierna betoogt hjj, dat uit de rede van den heer Drucker de verkeerde gevolgtrekking zou kunnen worden gemaakt, dat de rechterzijde bjj dit algemeon debat langer heeft geBprokeB dan de linkerzijde. Maar door de liokerzjjde werden 160 ko lommen van de Handelingen volgepraat, dooi de rechterzijde slechts 70. Meerendeels zjjn de verdere roplieken niet ler belangrijk. Vermelden wjj er uit, dat do heer Schaper (s.d.a.phulde brengt aan den Daymaer van Twist, voor diens statis tisch talent en hem eerelid wil maken van de Vereeniging voor Statistiek. Deze heer zet vervolgens een uitvoerige rede op om het socialisme tegen de van rechts gedane aan vallen te verdedigoD, en constateert met ge- herziening de macht der kroon niet wil uit breiden. Men begint het socialisme te vreezen, maar de heer Lohman zag verkeerd, dat het volk, de menschen in hot algemeen, het socialisme vreest. Die vrees en haat is even wel een gevolg van de verdachtmaking van geestelijke zijde, waaraan het blootstaat. Spr. toont aan, dat de soc.-dem. ioderdaad het politieke leven beheerschen, dat hoe langer hoe meer het socialisme doordringt in de maatschappij. In zjjn eigen district heeft de pastoor indertjjd den kiezers verzocht op hom te stemmen. (Verwondering bjj de katholie ken). Is dit zoo vreemd, vraagt spr., dat katholieken en sociaal-democraten samen gaan In wezen dit is in Dnitschland erkend hebben de christelijke partjjen veel meer punten van overeenkomst met ons dan de liberale. Eenige uitspraken van kerke- ljjken moeten dit bewijzen. Vervolgens het concentratieprogram besprekend, zegt hjj, dat de vrijzinnigen er dit succeB al mee hebbeD, dat zjj de regeering en de meerderheid eenigen schrik op het Ijjf hebben gejaagd. Spr. noemde het een conversatieprogram, voor de regeering schijnt het te zjjn een coDsternatieprogram- (Luid gelach). De heer Goeman Borgesïos (u.-l.) bespreekt de internationale bureaux, die de regeering hier vestigen wil, en de internationale con gressen, die hier gehouden zullen wordeD. Maar hjj betreurt het, dat de Minister steun geweigerd heeft voor het volgend vredes congres. Hjj dringt er nog op aan, dat dit geschiede. Hierna ook algemeene dat zjjn dus politieke beschouwingen. Al die woorden rood, zwart, groen, blauw, conser vatief, reactionair leiden in een politiek debat tot phrasemakerjj en moesten ver boden zjjn. Trouwens, dat rood is niets dan een kiesmanoeuvre, dan bangmakerij van de kiezers. Men moest eens uitscheiden met dat gezanik van rood, rood. Vervolgens tracht spr. in het licht te stellen, dat de cridek van den Minister op het concentratieprogram uiterst klein was. De heer Smeenge (u.-l.) repliceert over de drooglegging der Zuiderzee. De heer De Meester (u.-L) repliceert een zeer enkel woord over den Bond van Minder Marinepersoneel. De Minister betoogde, dat sinds spr. Minister was, de toestand ver anderd is en beriep zich op de propaganda- brochure van den Bond, ten betooge dat die Bond tot verzet tegen het gezag aanspoort. Spr. kan in die passage echter niets staats gevaarlijks zien. Iets anders echter is het, indien inderdaad een afdeeling van den Bond besloten heeft de verstrekking van versnape ringen aan het personeel te weigeren. Dan komt de Bond op eon terreiD, dat het zjjne niet is. Spr. desavoueert dus geenszins het Ingazonden Mcdedeeling. geen de heer Thomson gedreven heeft. Maar hjj verwacht geen effect van hot negeeren of geweld terugdringen van don Bond. Do.ot dit, dun zal die Bond toch weder langs geheimen weg zjjn invloed doon gevoelen. Men doet daarom het brste door tegemoet te komen aan billijke grieven, doch excessen te straffen. Spr. repliceert nog op eenige andere pnnten, die wjj niet zullen vermelden. De heer De Stuers (r. k.) heeft het over de benoeming van prof. Noordtzy aan de universiteit te Utrecht. Spr. bepleit meer vrjjheid voor do regeering inzako benoemin gen ieder Nederlander is voor elke lands bediening benoembaar. Do nieuwe afgevaardigde van Ommen, de ior Bichon van IJaselmonde (c.-h.), heeft thans de gelogenheid zjjn „maiden-speech", la men dat noemt, te honden. Hjj verwijt Minister, dat doze oen paar degenotooten hem heeft gericht, toen hjj de Minister van „christelijk-historischo wilden" sprak. Later heeft de Minister er nog een op hem gericht. Dit strekt niet tot veraangenaming van spr. positie in de Kamer. Spr. zet ver volgens zjjn politiek standpunt uiteen. Over de zitting van Woensdagochtend knnnen wjj kort zjjn, daar alstoen eenige kleine wetsontwerpen, van geen belang voor ons, werden behandeld. Eén uitzondering willen wjj maken. Een der wetsontwerpen behandelt de jaarljjks terugkeerende afwjjking van den regel gesteld bjj art. 241 der gemeentewet omtrent plaatselijke belastingen ten behoeve van de gemeeDten Helder, Vlieland en Vlis siogen. Dit betreft, zooals men weet, het heffen van een plaatseljjken sccjjns op ge distilleerd, waarvoor die gemeenten speciale vergunning hebben. De heer Ter Laan nn (s. d. a. p.) licht zeer uitvoerig een amende- toe, strekkende om dezen accjjns ge leidelijk afteschafien door een vermindering van f 2.50 per H.L. per jaar. Dit amende- wordt door den anti-revolutionairen Blnm bestreden. Vlieringen kan dit geld •De heer Heemskerk, Minister van Bionen- landsche Zaken, zegt, dat de heer Ter Laan zich heeft begeren in beschouwingen, die verre gaan over de strekking van het amendement heen. De heer Ter Laan be toogde, dat de Regeering voor Helder en de beide andere gemeenten tot afschaffing van dezen accjjns met een subsidiewetje kunnen komen. Maar de Regeering kan zich niet op dit standpunt stellen. Het zou een verkeerd stelsel zjjn. De Minister wil G«d. Staten vragen of een dorgeljjke geleidelijke inkrimping mogeljjk is en ïd verband daar mede den Minister jaarlijks van den toestand der betrokken gemeeDten op de hoogte honden. Dit acht de Minister voorzichtiger dan de aanneming van het amendement. Na re- en dup'iek wordt het amendement Ter Laan met 46 tegen 17 stemmen ver worpen. Aan de orde is thans Hfd. II dor Staats- begrootiog 1918: Hooge Colleges van Staat. De heer Ter Laan (s.d.a.p.) bespreekt de riddersoldjj en acht het onbillijk, dat deze voor de onderofficieren hooger is dan voor de soldaten. Er is een herziening van de wet in voorbereiding, zegt Minister Kolkman. EeDige vrooljjkheid ontstond door een debat over de nieuwe gouden vjjfjos. Een paar leden beweerden, dat de Koningin op dit muntstuk deu verkeerden kant uitkeek doch de Minister licht in, hoe het eigonljjk zit. In ieder geval, zoo zeg» de heer Kolk man, is nooit iemand vies van de tientjes en de vjjfjes geweest, ik heb ze gevonden in de zakken van kapitalisten, zoowel als in die van hen, die zoo op kapitalisten af geven. De Kamer lachte 1 Zoo'n zakkenroller van een Minister ook] Na de pauze het slot der algemeene be schouwingen. Ach, zoo verzucht do Over zichtschrijver van het „Handelsblad", „wie is na dit bijna voertiendaagsche debat de winner En wie beeft er zelfs maar eenig genoogen v beleefd De heer Heemskerk heeft gelacn-m om de grappen van den heer Roodhuyzen, en de heer Roodhuyzen heeft gelachen om do grappen van den heer Heemskerk. Maar dat hadden die onder vier oogen ook kunnen doen. Wea ljjko strijdlust scheen er rechts, r noch aan de Ministerstafel te V Wjj zullen in 't kort nog even hot voor naamste uit de slotredenen vermelden. De heer Heemskerk ia aan zjjn repliek bezig. Betrofiende de Raadhuiskwestie laat de Minister zich door den heer Vliegen niet uit zjjn tent lokkon. Betreffende de militaire bonden zal het denkbeeld van een zeemilitie van den heer Van Karnebeek to zijner tjjd overwogen worden. De grieven van het marinepersoneel zal de Minister van Marine ad interim bjj do Marinobegrootiog bespreken. Hier is alleen de juridische quaostie aau de orde en nu constateert de Minister dat de Hugenholtz wel verklaarde, dat de Bond zich niet tegen de bevelen van het marine- gezag verzet, doch tevens erkend heeft, dat er verzet is tegen do passagiersregeling en dat de MarineboDd dat verzet voedt door het uitvaardigen van bevelen. Er is een actie gericht tegen een dienstvoorschrift d.1. het deolnemen aan wedstrijden en feesten en het aannemen van versnaperiDgon en daardoor is het gezag ondermijnd. Al is er geen ver zet gepleegd tegen bepaalde bevelcD, er is storend ingegrepen in het hiërarchiek gezag. Men rekent er op, dat de matrozen vrjjwillig bjj wedstrijden met vroemde bemanningen bun beste beentje voorzetten. Geschiedt dit niet, dan slaat onze marine een mal figuur, en nn rekent men er op, dat daardoor de autoriteiten er toe znllen komen de passagiersregeling in te trekkoD. Het zelfde betreft de feesteljjk- te Antwerpen, die zjjn toen tot dienst bevel verklaard, waartegen de ac:ie van den niet gericht was. Het is bogrjjpelijk de matrozen dit aangenaam vonden. Want bjj het naleven van de bevelen van den Bond hadden zjj nooit eeDS een aan- n avond. Tot dusverre zjjn wegens weigering van deelneming aan dergeljjke JsteD, wedstrjjdeD, enz. nog geen matrozen tslagon, doch bjj herhaling zal het gebeuren. De Minister verdedigt thans de Regeering ten opziohte van het regeeriagsbeleid. Wjj zullen dit nn maar overslaan. De heer Bicbon van Tsselmocde, het nieuwe lid voor Ommen, die eigeDljjk in zjjn eerste speech een beetje enfant terrible gespeeld heeft, krjjgt van den Minister een beantwoording en do Minister bespreekt tenslotte zjjne houding inzake de beantwoording van het concentratie-program. De Minister constateert, dat het door hem ontwikkeld regeeriDgsprogram door niemand is aangevallen, maar men klaagt er bitter over, zoo zacht bjj, dat ik de tien panton uit de acte van beschuldiging onderhanden heb genomen. Alsof ik mjj niet mocht ver weren op dien aanval. Natnurljjk kon de Minister niet nalaten op het concentratie-program ook een mop te tappen. Had de beer Schaper reeds gesproken van consternatie- en conversatie-program, de Minister noemde het het conspiratie samenzweerderej-program. Geen onaardige vodst, Excellentie Wjj rallen over de algemeene beschou wingen maar niets meer vermeldeD. Men krjjgt nu Hoofdstuk I (Huis der Koningin;. De heer de Stuers (r.-k.j bespreekt deu bouwvalligen toestand van het Paleis te Amsterdam eu vraagt: wie moet de kosten dragen Er wordt een commissie van onder zoek ingesteld, zei de Minister. Tot zoolang geduld. Toen gingen de heeren eten. Avonds Waterstaat. De heer Dnymaer van Twist (a.-r.) bespreekt den waterweg IJmuiden-Katwjjk. Hjj stelt de beteekenis van Ka'.wjjk voor de haringvisscherjj iD 't licht. De heer Van Wassen»er van Catwjjck (c.-h.) dringt eveneeDS aan op spoedige ver betering van dezen weg. Hetzelfde punt be spreekt de heer Snoeck Henkemans (c.-h.) uit een meer algemeen standpunt. Verder valt uit deze zitting voor ons niets ver melden.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Vliegend blaadje : nieuws- en advertentiebode voor Den Helder | 1912 | | pagina 1