WEEKBLAD VOOR WIERINGEN EN OMSTREKEN.
IEMANDS KIND?
3e Jaargang.
VRIJDAG 24 HEI 1912.
No. 95.
EEN VERHAAL
VERSCHIJNT ELKEN VRIJDAG,.
Abonnementsprijs f 0.25
per 3 maanden
UITGEVER:
CORN. J. BOSKER, WIERINGEN.
ADVERTENTIEN:
van 1-5 regelsf0.30
Iedere regel meer„0.06
HERIJK
van
MATEN en GEWICHTEN.
Burgemeester en Wethouders van Wieringeu
maken bij deze bekend
a. dat dit jaar voor den herijk van maten
en gewichten zitting zal worden gehouden
in het Baadbuis te Hippolytushoef, voor:
Oosterland op 5 Juni a.s, van 1 tot 4 uur;
Hippolytushoef op 6 Juni a. s. van 9 tot 12 en
1 tot 4 uur en op 7 Juui a.s. van 9 tot 12 uur;
Westerland op 7 Juni a.s. van 11 tot 12 en
var. '1 lot 3 uur;
b. dat de maten en gewichten schoon, droog
en roestvrij moeten worden aangeboden om
onderzocht te kunneD worden en niet gepot
lood mogen zijn;
c. dat betaald moet worden voor het justee-
ren van gewichten en wel ten bate van
F 6', U I iI, K i
t^laai' hei JUivgelsch.
30.
Alec trok ze zacht weg en zag haar in 't
gelaat. Of ze hem niet lief hadHaar oo-
gen vertelden 't hein, ze schitterden, ze schit
terden zelfs door haar tranen heen, en Alec
nam haar in de armen en was voldaan.
HOOFDSTUK XIX.
In het schemeruurtje
Een flikkerend haardvuur verlichtte het zach
te, ernstige gezichtje van een kind, dat voor
over op het haardkleed lag en wierp een
roode gloed op het witte blad van een groot
boek, dat hij bezig was met zijn oogen te
verslinden. Verslinden dat is het ware woord,
daarmede kan ik 't best de gretige wijze be
schrijven, waarop hij het verhaal voor hem,
las.
Losse gouden lokken golfden langs het fraaie
reine kindergezicht, dat op het oogenblik
bijna bovenaardsch schoon was.
Wel, wel! riep nu een vroolijke stem, het
zien van dat vuurtje doet me goed, wat is
de herfst al guur en koudmaar sta dadelijk
op, mijn kind en lees niet langer, je zult je
oogen totaal bederven.
Met een nauwelijks hoorbaren zucht richtte
Hal zich langzaam op.
Ja mijn kind, zeide hij, het is heel mooi,
maar je suft te veel over je boeken, je wan
gen zijn bleek en mager gewordenik wil
je eens vertellen wat Mary en ik besloten
's Rijks schatkist;
d. dat de maten en gewichten voor 1 Ja
nuari 1914 moeten worden gestempeld met
de letter T en tot dien datum ook de
letter S geldig is;
e. dat de. maten en gewichten, die gestem
peld worden met het afkeuringsmerk niet
in winkels enz. teruggebracht mogen worden.
f. dat er nog gelegenheid bestaat maten en
gewichten te laten herijken aan het ijkkan-
toor te Amsterdam, Brouwersgracht 276, el-
ken Maandag en Vrijdag van 9 tot 3 uur;
g. dat de onderdeelen van het gram (de
millegramgewichten) niet op de herijkzitting,
maar alleen aan de ijkkantoren herijkt kun
nen worden. (Opzendig per post tranco.)
Wieringeu, den 21sten Mei 1912.
De Burgemeester,
A. Peereboom.
De Secretaris,
W. J. Bruul.
hebben, Je zult naar een kostschool gaan,
gelegen in een mooie landelijke streek, je
zult lessen te leeren hebben, maar ook even
als alle andere kinderen spelen en sterk en
gezond worden.
U en Mary en het nieuwe mooie huis, dat
gij ons gegeven hebt verlaten?
Lieve goede Alec, zeide het kind, zich lief
kozend tegen hem aanvleiend, wat kunt ge
me meer geven, dan ge reeds gedaan hebt?
Alec, zeide de knaap plotseling, terwijl hij
de monw van zijn arm opstroopte, waarop
duidelijk de letters H. S, getatoueerd waren,
ge verteldet mij eens, dat ge deze letters
daar ingedrukt hebt, toen ik een klein kind
was, en dat het de letters waren van mijns
vaders naam en mij. Maar Grootje noemde
mij met haar naam en dat is niet de naam
dien gij mij geelt. Zij noen.de mij Hal Far-
gesson, en deze letters zijn H. S., ik begrijp
er niets van O, Alec, hoe was de naam van
mijn vader en waaiom wordt ik niet naar
hem genoemd
Mijn jongen, om je de waarheid te zeggen,
ik weet het niet. Niemand wist het dan je
moeder en je grootmoeder, en hier kwam
zijn trouw hart in tweestrijd, want, ofschoon
deze knaap de zoon was van dengeue, die
eens zijn grootste vijand was geweest, kon
hij toch niet aan zijn kind toouen. Zie mijn
jongen, zeide. hij zijn keel schrapende, er
waren redenen waarom je vader zijn huwe
lijk met je moeder, even als zijn naam,
wenschte geheim te houden, en zoodra het
huwelijk, dat niet in ons dorp maar in een
kleine Schotsche kerk, ergens ver van hier,
in de bergen, werd ingezegend, was beslo
ten, werd je vader naar hij zeide, voor drin
gende zaken, weggeroepen, Toen hij teiug-
WIER1NGEN.
Wederom is men ons eiland met de drie
hoeksmeting bezig. Op de torenspits te Oos
terland heeft men voor dit doel reeds een
stellage getimmert. Voor de genen, die geen
last heeft van duizeligheid en die gaarne van
een schoon gezicht willen genieten, raden
wij aan op deze toren eens een kijkje te
nemen.
WIERINGEN.
Bij de Doopsgezinde gemeente worden po
gingen in het werk gesteld om geld in te
zamelen ter verkrijging van een nieuw or
gel in de vermaning te Hippolytushoef.
Waar 't tegenwoordige orgel, in geene
deele meer voldoende is, om aanhaar doel
te beantwoorden, is 't te wenschen, dat de
gaver, mild mogen vloeien, opdat men in de
ze noodzakelijke behoefte zal kunnen voor
zien.
kwam was zachte Jean gestorven, en zijn
kind, dat hij nimmer gezien had, was ver
re. van daar weggevoerd, zoodat hij je niet
kon vinden.
Maar dan, riep het kind, o, dan is mijn
vader niet dood, dan ben ik geen wees, zoo
als Giootje altoos zeide?
Heel waarschijnlijk, zeide Alec zacht, want
hij was te oprecht om de waarheid voor hem
te verbergen, leeft je vader nog, want hij
moet nog een jonge man zijn.
O, Alec! Alec! en het gevoelvolle kind
drukte zich bevende van zenuwachtige op
winding tegen hem aan, ik wil mijn vader
hebben! Waar is hij? Ik moet hem vinden,
mijn vader! mijn eigen vader!
Zooals ik je al vertelde, kan ik je niet
zeggen waai hij is, ik weet zijn naam niet
eens, want Jean, die lieveling, sprak daar
nooit over, omdat hij dat volstrekt niet wil
de hebben.
Dus zal ik hein nooit vinden 0 nooit, nooit?
En zich uit Alec's beschermende arm los
rukkende, wierp hij zich op den grond ne
der en schreide bitter. En Alec \oelde zijn
hart van pijn ineenkrimpen, terwijl hij bij
zich zelf zeide:
En nu keert het kiud zich, terwille van
hem, evenals lang geleden de moeder, van
mij af. Hij heeft altijd de macht (die valsch
aard) het kind van mij af te trekken, al heeft
hij hem nooit gezien.
Doch slechts een oogenblik liet hij zich
door zulke onedele gedachten overmeeste
ren.
Toen een poos daarna het kind zijn oo
gen vol tranen tot hem ophief, smeekende
Vertel mij van vader, van mijn vader,
(Wordt vr volgl.)