Tabak van J. R, Kenss
WEEKBLAD VOOR WIERINGEN EN OMSTREKEN.
9e Jaargang.
Dinsdag 16 April 1918.
No 39.
Waar men in Rusland
al niet op moet letten
Waarheidsliefde.
verschijnt elken
DINSDAG ea VRIJDAG
Aboaneaieatspriji t
per 3 maanden 0.70.
WIERINGER COURANT
De Gezondheidscommissie gezeteld te Schagu.
verzocht ons ingevolge uitnoodiging van den Cen-
tralen Gezondheidsraad het navolgende op te ne
men.
Aan de bevolking tan Nederland
De Centrale Gezondheidsraad gevoelt zich ge
drongen, <iaartoe door den Minister van Binnen
landsche Zaken gemachtigd, de volgende waar
schuwing openbaar te maken.
Onder de gevaren, die in deze hachelijke tij
den het Nederlandsche volk ebedreigen, treedt
de verspreiding van geslachtsziekten op den voor
grond en geeft aanleiding tot qpstige bezorgd
heid. Het gevaar is te grooter, omdat deze ziek
ten van veel meer beteekeni^ zijn voor het ge-
heele volk en dieper ingrijpen in het leven dan
meest al wordt gemeend. Geslachtsziekten moe
ten steeds als 'hoog ernstig worden beschouwd,
niet alleen wegens de gevolgen die zij voor den
gezondheidstoestand van de lijders na zich kun
nen sleepen, maar ook omdat zij van groote be-
teekenis zijn voor de geifieenschap. Iedere zieke
toch levert een te onderschatten bron van ge
vaar op; voor zijn omgevingomdat besmetting
van anderen, in alle opzichten onschuldigen b. v.
ihuisgenooten, geenzins buitengesloten is; voor
izijn nageslachten dit geldt met name voor
lijders aan syphilis omdat zijne kindten, zelfs
als zij jaren na de besmetting geboren worden
jde kiem der ziekte bij zich kunnen dragen Nu
kan als regel worden aangenomen, dat alleen zij,
die uit eigen wil zich aan besmetting bloot stel
len inderdaad besmet kunnen worden. In het al
gemeen bestaat het gevaar daartoe, gelijk van
zelf spreekt, niet voor hen, die zich van buiten
echtelijke gesfachts gemeenschap onthouden en
deze waarschuwing geldt dan ook niet voor de
genen, die hetzij op grond van hunme ethische ge
voelens, hetzij om welke xeden ook, de verplich
ting aanvaarden, om ver van de verleiding te blij
ven.
te «orden, «aar ook in ons land de wereldoor
lo« tot nog toe onbekende toestanden heelt ge
schapen en vreemde elementen, «aaronder vele
onge«enschte, onsland rijn Wnnengekomem
Heeft eenmaal besmetting plaats gehad, dan
het dringend noodig in het belang van de z eken
in dat van hen met «ie zij in aanraking ko-
d Gevolgen daarvan te beperken. De gene-
f/tfvele gevallen zeer goed mogelijk en zoo
veel te meer «aarschiinlijk, naar mate geneeskun
ADVERTENTIËN:
van 1-5 regelsf O.ÏO
Iedere regel meer0.06
AI.KMAAH8CHB
UITGEVER:
CORN. J. BOSKER, WIERINGEN.
Bureau Hippolytushoef, Wieringen
Tel. latere. No. II.
Bijbureau C. SHkkar Cs.
Kleine Sluis-Anna - Paulowu*
Agentschap A. Keuris Gz., Wieringer waard
VOOKTItl'ltMD YKKhltMblUiil.
dige hulp vroegtijdiger wordt ingeroepen.
Zij die weten, dat zij besmet zijn, zijn tegen
over zich zelfen tegenover de maatschappij ver
plicht, zich onder geneeskundige behandeling te
stellen; zij die vreezen aangetast te zijn, dienen
eveneens hun geneesheer te raadplegen. Zoo zul
len de zieken niet alleen voor zich zelf maar ook
voor hunne omgeving, alles doen wat in hun
macht is. om de gevaren, die het gevolg zijn van
hun toestand, zooveel mogelijk af te weren. Dan
zal ook dit onheil voor de volksgezondheid zoo
niet gekeerd, dan todh beperkt worden.
Moge ied er van de beteekenis dezer waarschu
wing doordrongen zijn
De Centrale Gezondheidsraad.
Dr. N. M. JOSEPHUS JITTA, Voorz.
H. A. M. VAN ASCH VAN WIJCK, Secr.
Zij. die tot dusver in verzuim gebleven zijn,
kunnen dit nog herstellen, aangezien thans nog ge
legenheid is aardappelen te zetten, bruine boo-
nen te planten en allerlei groenten tc telen.
Wieringen, 15 April 1918,
De Burgemeester voornoemd,
a. peereboom
Immers verwacht men in Duitschland, dat een
belangrijk deel dezer tonnage thans spoedig ten
offer zal vallen aan aanvallen der Duitsche duik
booten en dat de reeds zoo sterft verminderde
wereldtonnen maat hierdoor verder zal worden
gereduceerd.
In dat geval zullen de Duitsche reederijeft er
niet alleen wat te bedingen vrachten betreft, oog
beter komen voor te staan dan thans reeds met
het oog op de schaarschte aan scheepsruimte
valt te voorzien, maar bovendien zal het hoe lan
ger hoe moeilijker uit te sluiten, wanneer zoowel
de handelsvloten der geassocieerden als die der
neutralen ten eenenmale onvoldoende zijn. om in
d éischen van het verkeer te voorzien."
teelt van voedingsgewassen
De Burgemeester van Wieringen meent nog
eens iedereen, die in de gelegenheid is om zelf
voedingsgewassen te leien, te moeten wijzen op
zijn plicht om deze gelegenheid niet ongebruikt
laten 'voorbijgaan.
Het blijkt, dat sommigen, die zeer goed aardap
pelen, bruine boonen,' groenten en dergelijke ge
wassen voor eigen gebruik konden verbouwen,
zich daarvan onthouden in de verwachting, dat
zij deze artikelen goedkooper en gemakkelijker
uit de distribuite zullen kunnen betrekken
JIUU private
gelijke personen gewaarschuwd, dat bij gebleken
onwil zij onherroepelijk zullen worden buitenge
sloten van de distributie.
Dit geldt niet alleen voor hen. die gewoon wa-
:n> zelf voedingsgewassen te telen, doch ook
voor hen, die daartoe in de gelegenheid zijn.
De landgebruikers, die geen bouwland doch wel
grasland hebben, zullen van deze verplichting
niet worden vrijgesteld, waar zij een gedeelte
van hun grasland kunnen scheuren of omspitten.
De eerste dagen, dat St. Petersburg onder een
sneeuwkleed bedolven lag zoo vertelt een
Franschman boden voor mij een merkwaardig
schouwspel. Vooral werd ik het nooit moe, in een
slede te gaan rijden, want 'het is een heerlijk gi
voel om voortgetrokken te worden over een glad
terrein, door vurige paarden, die, doordat zij van
het gewicht van hun vracht niets merken, eer
schijnen te vliegen dan te loopen.
Ik had mijn osgelukikige paarden zóe laten dra
ven, dat mijn koetsier mij op een morgen ver
klaarde, dat, als ik ze niet minstens 48 uur rust
gunde, ze over 8 dagen niet meer voor den' dienst
gesohikt zouden zijn.
Omdat het mooi weer was, besloot ik toen maar
wat te gaan wandelen; ik trok een dikke muts
over mijn ooren, wond een warme das om m'n
hals en waagde mij op straat. Ik zat zoo ingepakt
dat alleen mijn neus en oogen vrij waren.
Eerst ginig alles goed; ik verwonderde me zelfs
over den geringen invloed, dien de kou op mij had
en ik lachte om al die verhalen, die ik er van ge
hoord had. Na eenigen tijd echter dacht ik te mer
ken, dat de menschen, die ik tegenkwam mij met
zekere ongerustheid aankeken, maar zonder iets j
tegen me te zeggen. Eindelijk zei een meneer, die
me ook weer zoo aanstaarde in het voorbijgaan
,,Noss Omdat ik geen woord Russisch kende,
meen de ik dat het niet noodig was, stil te blijven
staan voor een woord van één lettergreep, en
liep door, s 1
Op den hoek van een straat kwam ik een koet
sier tegen, die mij, met een paard aan den teugel
voorbijrende, maar, boe groot zijn 'haast ook was
zich verplicht achtte, mij ook toe te schreeuwen
„Noss, noss Toen ik later op een plein kwam,
een man uit het volk
een handvol sneeuw
met alle kracht
vredesverwachting
De stemming op de fondsenmarkt heeft in de
laatste veertien dagen uit den aard der zaak
sterk onder den invloed gestaan van de geweld:
ge worsteling, die thans op het westelijk oorlog!
tooneel wordt volstreden.
Al is het Duitsche doeleen snelle doorbraak
ten einde de Engelsche en Franscbe legers te
scheiden en daarna de Britsche macht te vernie
tigen. vooralsnog niet bereikt, toch is de toe
stand voor de Entente nog altijd dreigend.
Dit weerspiegelt zich zoo merkt de schrij
ver van het financieele overzicht van het Han
delsblad op in de zwakke houding der beur
zen te Parijs, Londen en New-York en in de va»
te tendenz te Berlijn en in Weenen.
„Welke verwachtingen men in Duitschland op
het offensief bouwt, kan duidelijk blijken uit de
willigte, welke er op bet oogenblik voor aandee-
len van maatschappijen in de vroegere Duitsche
koloniën heerscht.
/fee»tn ïear l&né'krfo-
niën dan een vanzelf sprekende eisch zal z.)n.
Ook de willigte, die aan de Duitsche beurzen
voor scheepvaart waarden bestaat, houdt ver
band met de meening. dat de in de Du.lscU ha
vens opgesloten schepen spoedig we
vaart zullen komen.
De gewelddaad der geassocieerden tegen de
Nederl. vaartuigen heelt de rijzing in sc eepva
aandeelen te Berlijn in de hand gewerkt
gemengd nieuws.
graan uit amerika.
Aangaande het Reuterbericht over de verleen
de vergusning tot onmiddelijkc verscheping van
twee scheepsladingen graan naar ons land en het
onbelemmerd doen
varen van een stoomschip met
stond er plotseling voor mij
'die niets tegen me zei, maar,
oprapend, zich op mij wierp en
in het bijzonder mijn neus in be-
mijn
gezicht en
gon te wrijven.
Ik vond deze grap zeer middelmatig, vooral bij
dit weer en, mijn eene hand uit mijn zak' halend,
gaf ik hem een muilpeer, die hem 10 passen ver
der in de sneeuw deed terecht komen. Ongeluk
kig of gelukkig voor mij, kwamen er op dat oogen
blik twee boeren voorbij, die, na me een oogen
blik aangekeken te hebben, mijn armen Vasthiel
den terwijl degene, wien ik zooeven een hevigen
had gegeven: een nieuwe hand sneeuw op
raapte en, gebruik makend van de gelegenheid,
mij opnieuw inwreef. Maar, al had ik mijn armen
niet tot mijn beschikking, mijn tong was nog vrij
geloovend dat ik het slachtoffer was een een be-
rooving of iets dergelijks riep ik uit alle macht
om hulp. Een officier snelde toe en vroëg in 't
Fransch wat er was,
Wel meneer, riep ik, een laatste poging aan
wendend om mij de drie mannen van het lijf tc
krijgen, terwijl zij daarna loslieten en kalm hun
weg vervolgden, zag u dan niet, wat die me daar
deden Zij wreven mijen heele gezicht met
sneeuw in. Noem u dat soms een grap met dit
weer
Maar meneer, zij bewijzen u een grooten
dienst. Hadden zij u niet ingewreven, dan wos uw
neus bevroren geweest.
-- Lieve hemel! riep ik, mijn hand aan het be
dreigde lichaamsdeel brengend.
Meneer, zei een voorbijganger, zich tot den
officier wendend, ik maak u er op attent, dat uw
neus aan het bevriezen is.
Dank u meneer, zei de officier, alsof men
hem op gewoonste zaak der wereld had gewezen,
bukte, raapte een hand vol sneeuw op en bewees
zichzelf den dienst, dien die arme man mij daar
straks had bewezen en dien ik zoo smadelijk be
jegend had,
Dat wil zeggen meneer,
dien man.... geen neus
volgde de officier, den zijne terdege invrijvend.
Toen zette ik het op een loopen, dien man ach
terna, die, minstens denkend dat ik hem wilde
vermoorden, op zijn beurt aan den haal ging, zoo
dat ik hem, daar de vrees vlugger is dan de dank
baarheid, wellicht nooit ingehaald zou hebben, al9
eenige personen, ziende, dat ik hem achtervolgde
hem niet voor een dief gehouden en hem den weg
versperd hadden Toen ik hem uit dankbaarheid
10 roebels gaf, was de zaak opgehelderd.
Eén der omstanders, die Fransch sprak gaf mij
den raad, voortaan beter op mijn neus te letten.
Die raad was overbodig, gedurende mijn verde
re wandeling heb ik hem niet meer uit het ge
zicht verloren I
dat u zonder
Adolf Frederikson liep over straat. Plotseling
bleef hij voor een drogisterij staan, wiefp een
blik in de winkelkas! en trad daarop den winkel
binnen.
Een jongedame kwam naar hem toe. Frederik
son groette beleefd en zei :e „Ja".
De jongedame begreep hem niet, gliiijachte
eens en zi
Wat is er van uw dienst
Ja, antwoordde Frederikson en boog zeer
vriendelijk.
Het meisje wist niet goed, wat ze doen moest
Plotseling kwam zij op de gedachte, dat de man
niet goed bij z'n hoofd kon zijn en misschien uit
één of andere inrichting was gevlucht. Hij bleef
altijd nog maar in een afwachtende houding aan
de deur staan. Zij draaide zich om en liep naar
haar chef.
Daar staat zoo n rare man. die zegt alleen
ja
De chef legde zijn brood met kaas neer, veeg
de zijn mond af en ging naar den winkel.
Adolf Frederikson stond nog altijd bij de deur
De chef zag hem met een scherpen blik aan en
zei ij
Wat wenscht u
Ja. antwoordde Frederikson en nam voor de
derde maal zijn-hoed af. De chef kwam toen recht i
op hem af, opende snel de deur en duwde den
jabroer zijn winkel uit.
Wat een zonderling mensch zei de verkoop
ster.
De chef astwoordde niets. Hij discusiecrde niet
met zijn personeel. Hij had bovendien het gevoel,
als een held opgetreden *te zijn. Hij ging weer
achter zijn winkel en vervolgde zijn maaltijd.
graan "it Argentinië naar Nederland, vernemen
wij nader
Een 10-tal dagen geleden zijn van invloedrijke
particuliere zijde de eerste stappen gedaan om
de regeer,ng der Vereenigde Staten althans wal
onze graan voorziening betreft tot eenige tege-
moetkoming te bewegen. Die pogingen z.jn se-
dert voort gezet. En het Reuterlelegram bevat de
vamenv atting eener uitvoerige mededeeling dr,
de gezanten der geassocieerde regeeringen thans
meet hebben beikt.
De regeering tc Washington zou daarin haar be
reidwilligheid verklaren, zulks in overleg met de
overige geassocieerden, de in het begin des jaars
bij de beraadslagingen met de Nederl. commissie
te Londen naar voren gekomen bepaling van de
van dr scjienenuitwieselinë ten onzichte MttJtal
van hier twee andere booten naar de ereeüigtnf
Staten moeten vertrekken.
Voorts zou aan de „Hollandiu" vaa den Kon.
Holl. Lloyd (die sedert November te Buenos Ay-
res ligt) worden vergund uit Argentinë een graan
lading naar ous land over te brengen. Op dia
thuisreis zou het schip gelegenheid worden ga-
schonken, in een geassocieerde haven te budke-
ren.
Minister Posthuma verklaarde in de Eerste Ka
mer, dat het telegrafisch bericht over ,de graan-
voorzienwig uit Amerika voor de Regeering geen
aanleiding is om het broodrantsoen weer ruimer
te stellen, Het telegram geeft veel te weinig in
lichtingen. Eerst waaneer het graan hier aan de
kade ligt zou de broodkaarttermijn kunnen wor
den verkort.
GRAAN IN DE STELLING AMSTERDAM
Minister De Jonge zeide in de Eerste Kamer,
dat de graanreserve in de stelling Amsterdam
niet zoo groot was als men meende; ze zou het
geen maanden, maar slechts weken kunnen uit
houden. Zoolang het leger gemobliseerd blijft, zou
de Minister het aanspreken van deze voorraden
dan ook niet voor zijn verantwoording kunnen
nemenmet één uiteodering echter. Mocht
men dezen zomer komen te staan voor een ge-
's Middags ging Adolf Frederikson weer door
dezelfde straat. Opnieuw keek hij door de ruiten
en trad den winkel binnen. Toen de verkoopster
hem zag, liep zij ineens naar haar chef en riep
Nup is hij er weer
De chef begreep direct, dat Frederikson be
doeld werd, maar een chef mag zich iedere klei
nigheid niet herinneren. Daarom vroeg hij
Welke hij
Die steeds maar „ja" zegt
De chef werd boos, deed den ondersten knoop
van zijn jasje vast. liep naar den winkel en brulde
Voor den duivel, wat wilt u eigenlijk
Frederikson zou niet de held van dit verhaal ge
worden zijn. als hij niet cousequent geweestwas.
Hij maakte dus een vriendelijke buiging en zei
luid en duidelijk
Ja!
De chef werd nu woedend, de verkoopster
wrong zich de hauden, de politie werd gehaald en
nieuwsgierigen verzamelden zich voor den win
kel. Adolf Frederikson werd naar de wacht ge
bracht draaide zich om en zag voor de laatste
maal doo. het raam van den drogistwinkel. Daar
achter hing een groot plakkaat, waarop stond:
„Heeft u eksteroogen
J»! Ji