E
w Jaargang.
Dinsdag 2 Maart 1926.
No. 17.
Jk
NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR
WIERINGEN EN OMSTREKEN
VIERINGER COURANT
er|
elei
«eij
a
J. BOSKER, WIERINGEN
UITGEVERi
VERSCHIJNT ELKEN
DINSDAG en VRIJDAG.
ABONNEMENTSPRIJS
per 3 maanden 1.
ADVERTENTIëN:
Van 1—5 regels 0.50.
Iedere regel meer 0.10.
BUREAU!
Hippolytushoe! Wielingen.
Telef. Interoomm. No. 19.
ARKTOVERZICHT.
toenemende aanvoer van
jv kalveren, van afgekalf -
(Joelde koeien op de markt,
Ter op, dat het voorjaar in
P jit is. De boer legt de -laat-
'td aan zijne weiden dé
brjaarde en de zoden wordejj
naakt en over het land ycr
n\ de schotwal wordt ge
en verstrooid, moslhopen
7 verwijderd, alles wordt
ut gebracht voor het nieuwe
Met groote belangstel -
Ljórdt den verderen verloop
Clftt bedrijf afgewacht, inkoop
jt worden besproken en b>
wa.t zullen zij brengen,
re, een vlotten handel
tiet geen zekerheid te voor
Vrij zeker zullen de prij-
r worden. Het slachtvee
i een dalende richting voort
pjoet. zeker ook het vee, dat
ckeur moet ondergaan, min
•sten. Te SCHAGEN waren
dag de le kw. f 1,05 a 1,10;
10 a 3e 0.70 a 0.80.
•aken verschillend!^ beken-
•lui„wie maar iets hoo -
teert, gaat boven de markt,
lij willen zooveel mogelijk
.zijn Melk- en kalfkoeien
lager prijs. Nuchtere 9,—
i. De beste en duurste voor
idrijf, Wolvee Vlette oude
[schapen 50,a 55,—. li
jders voor dein uitvoer 36
voor het bedrijf 30,a
—De grootste kooper van wol
as België. Vette varkens
fij goeden handel liepen tot
it. Zouters denzelfden prijs,
nsche biggen 1 cent lager.
EENTE WIERINGEN.
laadsvergadering van Zattór
i Februari 1926. De notulen
?ide vorige vergaderingen
_n gelezen en goedgekeurd.
FEUILLETON.
Ingekomen van God. Staten de
mededeejing dat het onderzoek
tot het overdragen van d,e< gemeen
te aan en van ht>t Heemraad -
schap van een aantal wegen en
wateren bij het lichaam reeds
thans in beheer ien onderhoud,
nog niet is afgeloopen.
De begrooting voor 1926 werd
door Ged. Staten goedgekeurd.
Uit de maandstaat Zeegras-Ex
ploitatie blijkt dat in December
1925 werden verkocht 1475 pak
en over Januari 1926 één pak van
50 K.G.
Uit he.t verslag van de commisp
sie van toezicht op het Lager On
derwijs valt te memoreeren dat
de commissie met genoegen con
stateerde da,t door het Gemeente
bestuur steeds uitstekend werd
gezorgd voor leermiddelen. Het
onderwijs op de drie scholen was
uitstekend in orde.
.He,t percentage ongeoorloofd ver
zuim, 0.34 is belangrijk min -
der dan vorig jaar. Het geoorloofd
verzuim 7.83 werd in hoofd -
zaak veroorzaakt door veelvuldig
voorkomende kinderziekte als
mazelen, kinkhoest. Aan de hoofd
onderwijzer van de school te Wes
terland, T. Clay Word van 1 Janu
ari tot 25 April en van 16 October
tot 31 Dec.ember 1925 ziektever -
lof verleend aan dè> onderwijzer
R. Windsma van de school te Hip
polytushoef een zelfde verlof van
1 Januari tot 1 Mei en aan den
onderwijzer H. J. ten Broek van
dezelfde school, een militair ver
lof van 2—15 November 1925.
J. de Jongh verzoekt ontheffing
van hondenbelasting wegens op
ruiming. Waar de hond eerst
in November werd opgeruimd en
de desbetreffende verordening
niet toelaat over het 2e halfjaar
'ontheffing te~verleenen wordt op
dit bezoek afwijzend beschikt.
Van den Gemeenteontvanger,
zich mede beroepende op Art. 5
van zijn instructie, een verzoet
No. 48.
terwijl zij sprah. waren de
van de ongelukkig» alg* -
ld naar Mark en zij keejt
fan met een oneindige liefde
markies had opgemerkt,
ben geluk er uit haar oogen
jde en hij was er jaloersclr
jJw zoon, zei hij met snijden-
herpe stem, bedenk wel, dat
;.m nog niet terug hebt
/Re kunt hem mij niet meer
Sven. Thans is helt onmoge-
tn hem nog door ellendige
jngen te doen oplichten.
3 is hij een man. Hij zal zich
pigen, hij zal ook zijn moe -
«jeten te verdedigen,
frij is mijn zoon, gij zijt mijn
v en gij beiden zijt in mijn
1
k zal nooit erkennen, dat de
die mijn vader vermoord
eenige macht op mij kan
gelden.
lewijs dat eens
K)e man, die mijn moeder ge-
ïld heeft.
([Toon dat eens aan
Tiet. zal voldoende zijn, zei
tine, als ik mijn wereldloop
tókundig maak.
Ik ben het, zei de markiës,
!lles zal vertellen. Ik zal be-
jh hoe gij een onwaardige
er. werd.
listjine slaakte oen hart ver -
penden kreet.
r
man den mond
Mark sprong op den markies
toe, knarsetandend en met gebal -
de vuisten.
Ja, ja, schreeuwde hij, ga
weg, ga, weg Of ik zou niet lan -
ger over mijzelven meester kun -
nen blijven
Ja, ik ga heen, zei dg mar -
kies, maar voor de morgen aan -
breekt, zult ge beiden in mijn
macht zijn, gij als een ongehoor -
zaam zoon, zij als een krankzinni
echtgenoote. Wij zullen deins
zien, wie zal overwinnen, de wet
of gij
En hij ging heen, al de eanwozi
gen in een onbeschrijfelijke gei -
moedsaandoening achterlatTp.de
Die man, zjeti Christine, die
man deinst voor niets terug. Ik
ken hem maar al te goed. Hij
heeft hen, die hem wildéin weer -
staan, steeds weten te vernieiï -
gen.
En wanhopig wrong zij de han
den.
Wie zal ons uit dezen toe
stand redden, riep zij, wie zal ons
helpen
De avond was sedert eenige oo-
genblikken gevallen en daardoor
maakte een stem, die plotseling
uit een der hoeken van het ver -
trek kwam, des te meer in druk.
Die stem zei slechts als ontwooid
op den laatsten wanhoopskreet
van Christine „Ik
Iedereen wendde zich om, en
men zag, onbeweeglijk in hun
hoek staande, den heer St. Elme.
den vroegeren Eendenbek. Hij
was binnengedrongen met den
markies, maar in de algenti'eene
opgewondenheid had niemand op
D, Mark, Mark, sluit dien 'hem gelet en was hij achtergebte-
om vergoeding voor iterlichting
en verwarming van het kanto«.'
en wel 100.voor de Gemeente
•en 50.voor de zeegras exploi
tatie. B. en W van oordeel dat er
wel aanleiding bestaat, voor het
toekomen van eenige vergoeding;
achten echter 100.voldoende
De heer M. Bakker vraagt of de
vorige ontvanger ook vergoeding
ontving.
De hée,r J. Lont méént dat de
ontvanger bij zijn benoeming de
verplichting tot verwarming en
verlichting op zich (genomen heeft
De heer Kaan meent dat des
noods het politiebüreau tot kan -
toor kan worden ingericht en dat
aan den heer Spaander vanwege
de Boerenleenbank slechts 50.-
vergoeding wordt verstrekt.
De heer Oden antwoord den
heer Kaan dat dan het politiebu
reau aan zijn bestemming wordt
onttrokken.
De heer Lub zegt dat de in
structie door den Raad zelf werd
vastgesteld en de Raad thans ook
de consequentie van haar besluit
dient te nemen.
Voorzitter zegt de vergelijking
met den heer Spaander gaat niet
op wijl deze slechts één verplichte
zitdag heeft. Bij de stemming wor
den 5 stemmen voor en 4 tegen
uitgebracht. De heer J. Bosker
onthoudt zich van stemmen we
gens familierelaties, de heer M.
Kooij stemt blanco.
In verband met het reglement
van orde worden door de hoeren
Lub en Oden bezwaren gemaakt
tegen de stemming, waarop e *n
nieuwe stemming wordt gehou
den waarbij geacht wordt dat de
luw Kooij de zaal heeft verlaten.
Uitslag van de nieuwe stemming
als boven; tegen stemden de he;e-
len Hermans, Bakker, J. Kooij en
J. Lont.
Verzoek van den heer P. Veer-
dig, veeverloskundige alhier, o-m
hem in verband met zijn gezond
Mark was een en al verbazing
hem daar te zien.
Christine herkende hem dade -
lijk.
Gij zei zij met een rilling
van afschuw.
Mark trad op helm tqe.
Wie zijt ge zeide hij.
Ik ben een ellendeling, qen
bandiot, de medeplichtige van
den man, die .zooeven vertrok. Uw
moeder heeft mij wel herkend.
Zeker, zeide Christine.
Wat wilt ge
U redden, ja, de bewijzen,
welke gij zoekt, zal ik u leveren.
De bewijzen
Ja.
Den moord op dokter Ber -
nau.
Ja, ja, alles Omdat ik het
ben, die de misdaad gepleegd
heeft.
Gij
Ja ja, zei hij, ik zie wel, dat.
ik u afschu f inboezem. Dat ver
haast mij niet.-Ik weef wel, wat
ik waard ben. Ik bqn hielt, d,ie met
een mijner thans reeds overleden
kameraden wij wapen door dien
markies en Lantin omgekocht om
de misdaad te bedrijven.
Zoudt ge dat kunnen be.wij -
zen zei Mark op levendige toon.
Zijn ontroering was zoo groot, dat
zijn afschuw voor dien man er
door verminderde'.
Welzeker ik kan het bewij
zen. Ik kan u alles bewijzen, want
ik heb bij den dokter de bewijzen
van de eerste misdaad gevonden
welke door markies d'Arbois be
dreven werd.
Hebt ge die bewijzen riep
Christine, van ontroering bijna
heidstoestand, voor de> aanschaf
fing van een kleine auto een jaar
lijksche subsidie van ƒ200 te ver
feenen. De behandelende gUnees-
heer verklaart dat di> gezond
heidstoestand zoodanig is, dat de
patiënt zich niet te veel kan in
spannen en zich voor koude en
natheid moet hoeden
B. en W. zijn van oordeel dat bij
inwilliging van het verzoek geen
gemeentebelang is betrokkjen
doch veeleer het particulüer be
lang van adressant en diens cucn
ten. Mede met het oog op de con
sequenties, stellen zij voor afwij
zend te beschikken. Dei heer Oden
meent, dat zoo hier al geen ge
meentebelang bij is betrokken,
dan toch wel een groot belang
voor d-e landbouwers. In verband
hiermede zegt voorzitter, dat de
heer Veerdig zich tot clé afdeeling
Wkringen van de Hollandsche
Mij. van Landbouw heeft gericht
om adhaesie aan zijn verzoek te
betuigen, maar dat dit lichaam
geien termen vond om aan dit ver
zoek te voldoen. Hierna wordt het
advies van B. en W. zonder hoof
delijke stemming aangenomen.
Een verzoek van de visschers-
vereeniging D. E. T. V. om dei pen
ten van de gelden van het z.g. re-
se.rve<fkmdp der ^Zeegras-exploita
tie ter beschikking te stellen voor
de stichting van een fonds, waar
uit bij ewntueele gebeurtenissen
stormschade, enz., hulp kan wor
den verleend.
B. en W. zeggen, dat hét doel:
oprichting van 'n fonds tot het
doen van uitkeering aan visscher
vaartuigen ongetwijfeld sympha-
tiek is te noemen en dat belang
hebbenden een dergelijk fonds
wenschen te stichten, iis t> prijzen
Op deze wijze toch kan gevoege
lijk uit eigen bijdragen 'n kapitaal
o-evormd worden, waaruit bij on
verhoopte schade is te putten en
waarbij dus feitelijk gesproken
kan worden van 'n soort verzekc-
niet kunnende spreken. De stem
van Paul, die tot mij sprak, heeft
mij niet bedrogen. Het is de ellen
del,ing dien Paul vermoord heeft.
Hij is het. De dokter wist
het. Hij had een onderzoek inge -
steltl en had bij den markies ko
gels gevonden welke volkomen ge
lijk waren aan dien waarmede
uw eersten man vermoord was en
welken hij bewaard had. Op zijn
schrijftafel heb ik een suk papier
gevonden, gericht aan den offi -
cier van justitie, waarin hij alles
uiteenzet.
Mijn hemelMijn hemel
mompelde Christine, de armen
ten hemel heffend.
Hebt ge dat stuk nog in uw
bezit vroeg Mark, die van smart
en afschuw rilde.
Zeker, ik heb hét nog.
Het is te uwer beschikking.
O, wees verzekerd, dat ik het
duur had kunnen verkoopen.
Ik zal u betalen, wat ge er
voor vraagt.
Ik vraag niets. Ik heb ner -
gens meer plezier in. Het ongeluk
vervolgt me. Hoe meer geld ik
heb, des t? meer verlies ik. Ik ge
loof, dat ik slechts kans op geluk
heb met geld, dat ik eerlijk ver -
dien. Daarom verbrand ik mijn
schepen achter mij. Ik heb er ge
noeg van mij altijd te krommen
onder den dwang van den heer
Lantin.
Christine zuchtte
Alles was dus waar Al de
misdaden welke ik slechts ver
moedde. Welk een weefsel van
schanddaden en afschuwelijke
misdrijven
Men heeft u dus bevolen den
dokter te vermoorden, om te ve
ring. De vraag is echter of dit
doel niet evengoed zou kunnen
worden bereikt door aansluiting
bij een der bestaande maatschap1-
oijen voor stormschade - vergoe
ding. Dat bij dit onderwerp finan
cieel overheidssteun noodjg zou
kunnen zijn, kunnen B. en W.
niet inzien; integendeel achten
zij deze uit den boozci, omdat er
niet de minste aanleiding is juist
voor deze soort van verzekering
geld uit de openbare kassen be
schikbaar te' stellen, nu dit ook
niet wordt gedaan voor brandv.er
zekering en dergelijke. B. en
stellen voor afwijzend te beschik
ken op dit verzoek.
De heer M. Kooij zegt, dat de drie
visschers, waarvoor steun ver
zocht wordt, niet in staat zijn de_
schade zelf te bekostigen, twee
kunnen niet meer visschen; een
heeft de lieele schuit verloren. De
rente van het wierkapitaaltje
iaagt veel stof op, vooral onder de
maaiers. Ik zou zeggen, er is veel
voor, om steun te verie,e<nen.
Voorzitter is van meening dat e-
venmin als de huizen der inwo
ners door de gemeente verzekerd
worden, wij dit voor de visschers
kunnen doen.
De heer Kooij is van meening,
dat d|3! vergelijking van schepen
met huizen niet opgaat. Een vis
scher door den storm overvallen
strijd in de eerste plaats om zijn
leven; een huisbewoner kan er de
rooie haan insteken uit winstbe
jag; bovendien kan de eventueele
schade door een commissiel beooi
deeld worden om fraude uit le
sluiten.
i oor de heer Kaan is het de vraag
of het oordeel van die' commissie
consiquent zou zijn. Voorzitter
zegt: D.E.T.V. doet zelf niets om
de stichting van een fonds te be
vorderen. Ook de visschersvereeni
ging meent in verband met haar
statuten niet helpend te kunnen
optreden. De rente van het kapir
hinderen, dat hij een openbare
aanklacht indiende vroeg Mark
aan den heer de Saint Elme.
Om geen andere red'en. De
heer Lantin begreep, dat de dok
ter wat al te veel wist. Hij had
mij een brief, gericht aan den of
ficier van justitie en die een aan
klacht behelsde, dóen onderschep
pen.
Hebt gij dien br^ef nog
Neen, hij heeft Kern gehouden.
Hij wendde zich thans tot Chris
tine.
Mevrouw moet zich mijmer
herinneren. Zij heeft mij reeds ge
zien, ik ben het, die den markies
op uw spoor gebracht heeft.
Werkelijk, zei Christine,
uw getaal herinner ik mij wél. Gij
waart er bij, nietwaar, toen mep
mij in de Accasiastraat het kind
ontnam
Ja, ik was er bij. Ik ben ge;tul
ge geweest van uw smart, toen
men u uw zoon ontnam en dat is
misschien de eerste maal geweest
dat ik ontroerd was. Ik zei fm -
minste aan mijn vriend, dat ik er
spijt van had zoo goed geslaagd
te zijn.
En als ik mijn zin teen gedaan,
had, zou ik verder voor de gehee-
le. geschiedenis de brui gegeven
hebben, van den markies en zijn
medeplichtige. Maar ik was jong.
Ik wildé leven. Ik geloofdé, dat
het goud mij geluuik zou maken.
Ik had nooit iets bezeten en wilde»
gaarne de wereld zien. Thans is
dat alles afgeloopen. Ik heb van
alles genoeg ziedaar waarom ik
thans als uw helper optreed.
Wees zoo goed mij te volgen,
mijnheer de graaf.
(Wordt vervolgd.)