I.R. KEUSS TABAK
\um
19e jaargang-
Vrijdag 22 Juni ly28
NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR
WIERINGEN EN OMSTREKEN
No 50.
Tabaksfabriek
De Wakende Leeuw
J. R. KEUSS
Laat 125 - ALKMAAR
Het staaf
op je gezicht
te lezen
WIERINGEN COURA
UITGEVER
CORN. J. BOSKER, WIERINGEN
DINSDAG en VRIJDAG.
VERSCHIJNT ELKEN
ABONNEMENTSPRIJS
per 3 maanden 1.
ADVERTENTIëN:
Van 15 regels 0.50.
Iedere regel meer 0.10.
BUREAU:
HIppolytnshoef Wierlngen.
Telefoon Intercomm. No. II.
een waarborg voor de kwaliieit.
DE GASOORLOG.
Men meldt uit Berlijn
Te Hamburg is nog een zieke aan de geyolgen
van phosgeenvergiftiging overleden. Het aantal
menschen, die ten gevolge van deze ramp om het
leven gekomen zijn, bedraagt dus tien.
Reeds eerder konden wij lezen, dat enkele hon
derden slachtoffers in de ziekenhuizen'waren op
genomen.
Wij alleen weten de oorzaak. Even buiten Ham
burg sprong een houder met phosgeengas, een
der gassen in den oorlog van weerszijden ge
bruikt als intensief werkend aanvalswapen, nu
te Hamburg in voorraad voor industrie gebruik.
Deze voorraad werd goed bewaard door deskun
dig personeel. Toen dus het ongeval geschiedde
was deskundige hulp spoedig aanwezig, zoodat
men er nog in slaagde een vierde van de hoeveel
heid onschadelijk te maken. Het waren tenslotte
slechts enkele Meters gas, die ontsnapten, ten-
naastenbij evenveel als destijds in de slag aan de
Somme de Engelschen per Meter frontbreedte
los lieten over een front van enkele tientallen
Kilometers lengte.
Gelukkig was de windrichting gunstig, zoodat
het gif niet de stad indreef, anders waren de
slachtoffers veel talrijker geweest.
Wij zien hier reeds de verschrikkelijke uitwer
king van een minimale hoeveelheid gifgas onder
voor zijn werking zeer ongunstige omstandighe
den. Daarbij komt dat phosgeengas een zwak
werkend gas is, een gas dat in een toekomstigen
oorlog door veel sterker werkende gassen zal
worden vervangen. Men kan zich dus levendig
het aantal slachtoffers indenken, die een moder
ne gasaanval op een zoo goed als volkomen weer-
looze burgerbevolking zal hebben onder omstan
digheden, die men voor het doel zoo gunstig mo
gelijk kan uitkiezen.
Het is de verdienste van het Vrijzinnig-Demo
cratisch Eerste Kamerlid prof. Dr. van Embden
reeds spoedig na het sluiten van den vrede ge
wezen te hebben op het groote en onafwendbare
gevaar dat in een volgenden oorlog het gaswapen
oplevert ook voor de niet strijdende voor vrou
wen en kinderen en ouden van dagen: Dit gevaar
dat gelijk te stellen is met de vernietiging van
alle levende wezens over groote oppervlakte moet
leiden tot ontwapening. En dit gevaar is niet een
phantasie-beeld van de zoozeer gesmade voor
standers van nationale voorstanders van natio
nale ontwapening, doch in een feuilleton in de
Nieuwe Rotterdamsche Courant over den dag
taak van den physicuo-chemicus Prof. Ernst
Cohen zegt deze „Het is wel walgelijk:, wanneer
je, met de ervaringen van den jongsten oorlog
ziet wat ze nu overal bezig zijn om nog vreeselij-
kers uit de chemie te halen. De volgende' oorlog
zal niet anders dan chemisch zijn, misschien dat
het bewustzijn hiervan het menschdom nog kan
terughouden om er aan te beginnen. Stel je voor
dat de druk op een knop de verwoesting van een
geheele stad uitwerkt. Overal werken ze nu aan
die chemische verdelging. Ook in ons land, al is
hier wel vooral om het afweren te doen. Mer
heeft er mij ook in willen betrekken, maar ik wil
,'er niet van weten.
Men ziet het, een rustig geleerde is er van over
tuigd, dat een volgende oorlog beteekent een
scheikundige verdelging van groote massa's
menschen, niet alleen soldaten, doch ook de niet-
vechtende bevolking
Het ongeluk te Hamburg heeft weer eens dui
delijk aangetoond, welke groote gevaren ons bo
ven het hoofd hangen, indien de volkeren d-oof
blijven voor den stem van hen, die op ontwape
ning het eenig afdoende middel om oorlog-voe
ren te voorkomen.
tMNWENL. NIEUWS.
DE ZUIDERZEEWERKEN.
De directeur-generaal der Zuiderzeewerken
heeft aanbesteed het leveren en stellen van den
metalen bovenbouw van een basculebrug over
het benedenhoofd van de in aanbouw zijnde
schutsluis bewesten Medemblik en van 4 ijzeren
sluisdeuren voor het benedenhoofd van die sluis,
een en ander ten behoeve van de indijking en
droogmaking van de Wieringermeer.
Laagste inschrijvers waren M. F. Klooster en
Zn., te Kinderdijk, voor 42.980.
Bezoek van Tweede Kamerleden.
De leden van de Tweede Kamer zullen Woens
dag 4 Juli a:s: een bezoek brengen aan de wer -
ken tot afsluiting en droogmaking der Zuiderzee
Zij vertrekken daartoe van het station Hoorn per
autobus naar Andijk ter bezichtiging van don
proefpolder en van daar naar Medemblik voor
de in uitvoering zijnde werken. Via Oude Zeug
zullen zij zich naar Den Oever op Wielingen be
geven, waar de sluisput wordt bezichtigg en eon
lunch wordt gebruikt. Van den Oever gaan zij
per motorboot naar Kornwerderzand aankomst
omstreeks half vier. Ook de sluisput wordt daar
bezichtigd en de dijk naar de Friesch kust. Von
Kornwerderzand vertrekt het 'gezelschap naar
Stavoren om met de spoorboot, waar aan boord
wordt gedineerd, te halfzeven weder Enkhuizen
te bereiken. Bezoekers uit Groningen en Fries
land zullen van het Kornwerderzand per motor
boot naar Harlingen worden gebracht.
HET ZUIDERZEEGEBIED.
Een Geref. Comité voor Hulpverleeninn
Naar wij in „De St." lezen is na een bespreking
met de kleine Geref. Kerk van Wieringen en in
overleg met Deputaten van de classi9 Alkmaar
een comité van gereformeerden gevormd om
hulpdienst te verrichten bij het behartigen van
de belangen der Geref. Kerken in het nieuw ge -
wonnen Zuiderzeegebied.
Dit comité wil niet treden in de plaats van Kerk
of Kerken, maar de Kerk te Wieringen en de clas
sis Alkmaar helpen ten einde spoedig te Den Oe
ver een gebouw te bekomen, dat kan dienen als
verzamelplaats voor prediking.
Het comieé is samengesteld uit mr. A. J. L. van
Beeck Calkoen, voorzitter H. Diemer, Rotter
dam, H. J. Kouwenhoven, Scheveningen, ds. Joh.
Rietberg, Maassluis, penningmeester, ds. J. A.
Tazelaar, Rotterdam, J. P. Thierry, Schevenin
gen, ds. H. J. Heide, Vlaardingen, secretaris.
DE PROEFPOLDER TE ANDIJK.
De Commissaris van Advies voor den proefpol
der te Andijk geeft het volgende overzicht van
de tot dusver verrichtte werkzaamheden.
Reeds tijdens het leggen van den dijk was er
onder water in de lengterichting van den polder
een tochtsloot gebaggerd.
Ongeveer midden Augustus 1927 was het maai
veld boven water, met uitzondering van enkele
plassen in het laagste gedeelte van den polder.
Bij het droogmaken bleek het hoogste gedeelte
van den polder, zich uitstrekkende langs den
ouden dijk, aan de oppervlakte te bestaan uit
zand de rest van den polder bracht slik, d.i.
zeer slappe klei, te voorschijn.
Zoodra de1 begaanbaarheid van het terrein zulks
toeliet, werd een onderzoek ingesteld naar den
verticalen bouw van den bodem door het doen
van boringen tot op 1 m diepte. Van de opeenvol
gende lagen werden monsters genomen welke
aan het bodemkundig instituut te Groningen wor
den onderzocht op vocht, keukenzout, humus en
koolzure kalk, mechanische samenstelling (ge
halte aan klei- en zanddeeltjes), en een deel op
gehalte aan plantenvoedende stoffen.
De eerste werkzaamheden ter verkrijging eener
betere ontwatertun
bepaalden zich tot het maken van een geul om
het water uit bovengenoemde plassen af te voe
ren. Vrij spoedig n.1. midden September, kon
worden begonnen met het maken van kavelsloo
ten loodrecht op de tochtsloot, op onderlinge af
standen van 250 m.
Uitvoerig maakt het verslag melding van de
genomen voorloopige proeven in zake de teelt
!van verschillende gewassen.
Door het plaatsen van enkele gebouwen za)
lonö
iGON
PURE VlRölWA JMAö
I Pittig i>oor pgp of aqurct
JCDUNO oBOnifOtn I
worden voorzien in de ruimte, benoodigd voov
FEUILLETON.
O—O
HOOFDSTUK XIII.
No.
De gewezen meesterknecht van Jules Labroue,
de moordenaar en brandstichter van Alfortville,
bad besloten, wij weten het, desnoods de mede
dingster zijner dochter te doen verdwijnen.
De wanhoop, waarvan hij getuige was kon nog
slechts zijn haat voor de onschuldige Lucie ver
dubbelen.
Na alleen gedineerd te hebben, ging hij dan
ook te voet uit, en zooals tusschen hem en zijn
gewaanden neef overeengekomen was, begaf hij
zich naar het paviljoen aan de Avenue de Clichy.
Ovide wachtte hem en zeide Ik heb u veel te
vertellen.
Vlug dan, spreek.
Ik heb onzen man gevolgd en dank zij de
waarlijk merkwaardige behendigheid, welke, ik
mag er op roemen, ik aan den dag gelegd heb,
ken ik den naam en het adres van het meisje,
dat hij bemint.
Zij heet Lucie en is een der naaisters van de
modiste uwer dochter.
Gij hebt er haar ontmoet
Ik stond vlak voor haar, aan de loge der por
tierster.
Maar dan heeft zij u herkend
Komaan Wat denkt gij wel van mij Ik
had mij in metselaarskleeren gestoken en nooit
was er een schooner metselaar te vinden dan ik!
Laat ons nu over den ernstigen kant der zaak
spreken. Doen wij het meisje verdwijnen, dan
zullen wij de geheele familie op stelten zetten.
Lucie heeft geen familie.
Noch vader, noch moeder
't Is een vondelinge.
Bravo alles gaat goed De politie zal nie
mand hebben om haar aan te sporen en zij zal
er dus niet veel werk van maken. Zij zal, voor
den vorm, eenige opsporingen beginnen en niets
vinden, want mijn voorzorgen zullen goed geno
men zijn, en daarmee is het uit.
Wat zijt ge van plan
Gij zijt te haastig, neef. Wat ik van plan
.het verrichten van allerlei werkzaamheden. Ee,
boerderij kwam reeds zoover gereed dat ze in ge
bruik kon worden genomen, terwijl een labora
torium voor het dodemkundig en microbiolc
gisch onderzoek in uitvoering is.
Aan belangstellenden is tot op heden, voor zoo
veel mogelijk gelegenheid gegeven, den polder
te bezichtigen. In verband met het toenemend
aantal bezoeken op ongelegen tijdstippen ziet. de
commissie zich genoodzaakt, gelegenheid voor
het bezichtigen in den vervolge alleen open te
stellen op Dinsdag en Vrijdagmiddag van 2—6
uur en slechts na voorafgaande schriftelijke aan
melding bij den landbouwkundig ambtenaar bi1'
ben Voor den drommel, als ik het weetIk zal
eerst den handel en wandel van de kleine na
gaan, om te weten op welk uur zij thuiskomt,
en volgens de1 inlichtingen, welke ik zal ingewon
nen hebben, zal ik mijn plan beramen. Alleen..
voegde Ovide erbij.
Hij onderbrak zichzelven en krabde achter zijn
oor.
Alleen wat vroeg Jacques Garaud.
Ik denk er over, dat dit alleen nog al duur
zal kosten.
Wat geeft dat zeide de industrieel met een
gebaar, dat zijn onbezorgdheid in dat opzicht te
kennen gaf.
Paul Harmant nam uit zijn portefeuille ver.
scheidene bundels bankbiljetten en reikte twee
dier bundels aan Soliveau over, zéggende
Hier zijn ze
Dank u antwoordde de Dijonnees, de kost
bare papiertjes in den zak stekend. Dit is voor
de kosten.Dat is goed en wel, maar voor mij.
wat zal er voor mij overschieten
Al wat gij wilt. Zeg maar een cijfer.
Ovide zag zijn vermeenden neef met een soort
van aandoening aan.
Voor het oogenblik wil ik niemendal, zeide
hij vervolgens. Gij zijt een te goede jongen, dan
dat ik u zou wantrouwen. Wij zullen wel afreke
nen, als het gelukt is.
Gelijk ge wiltWanneer gaat ge aan hef
werk
Morgen.
Gij weet, dat Lucien Labroue slechts drie
weken weg zal zijn
In drie weken is alles gedaan.
De twee medeplichtigen namen afscheid, na
nog ongeveer een half uur samen gesproken te
hebben.
Paul Harmant keerde naar huis terug. Hii
ging. het hoofd in de hoogte, met verlicht hart.
Hij dacht 9lechts aan één zaak zijn dochter zovv
gelukkig zijn Wat gaf hem het overige
HOOFSTUK XIII.
Na een wandeling in den dierentuin waren
Lucien en Lucie naar de quai de Bourbon terug
gekeerd.
Al pratend maakte het meisie het eten gereed,
en Lucien hielp haar in de kleine bezigheden
van het huishouden.
Het sloeg halfzeven toen Lucie lachende zei
Mijnheer, mijn verloofde, er is opgediend
Aan tafelTOM]
Nu, Moeder Lize schijnt niet te zullen ko
men, zeide Lucien.
Neen, en dat verwondert mij. Ik vrees, dat
haar meesteres ziekr is geworden.
Zij had dit nauwelijks gezegd, of er werd zacht
jes aan de deur der kamer geklopt.
Binnen riep Lucie.
De deur ging open, en Moeder Lize, of liever
Jèanne Fortier kwam binnen.
Lucien reikte haar de hand.
Goeden avond, Moeder Lize, zeide hij tot
haar. Wij spraken juist over u.
Lucie had de nieuwaangekomene omhelsd.
Gij blijft bij ons eten, nietwaar vroeg zij.
Neen, liefste, antwoordde Jeanne ondanks
het genoegen, dat ik er in zou vinden, is het mij
■onmogelijk.
Waarom
Madame Lebret, mijn meesteres, is niet lïp
ter, integendeel. Ik moet dus naar den winkel te-
rugkeeren. Ik kwam een sjaal halen, voor van
nacht en ik wilde niet vertrekken, zonder u bei
den goedea dag te komen zeggen, want ik dacht'
wel, dat mr. Lucien hier zou zijn.
Lucien, die ons voor drie weken gaat verla
ten zeide Lucie droevig.
Gaat verlaten herhaalde Jeanne ongerust.
Is het waar
Ja, moeder Lize, antwoordde de jongeman.
En waarom, als ik het u vragen mag
Ik moet in de provincie een belangrijk werk
gaan nazien voor mijn patroon, mr. Paul Har
mant.
En gij zult drie weken weg zijn
Ongeveer.
Een eeuwigheid zuchtte Lucie En gij
zult niet hier zijn, om mij gezelschap te houden,
moeder Lize
Het spijt mij wel. liefste, het spijt mij ten
zeerste, doch ik mag die arme vrouw niet verla
ten, die zoo goed voor mij geweest is, en die nie
mand anders wil, om haar te verzorgen dan mij
Wees overigens zeker, dat ik u zal komen bezoe
ken, iederen keer, dat ik een oogenblikje vrij zal
zijn.
Zeer goed, Moeder Lize, zeide Lucien.
Daarenboven, ging Jeanne voort, ik zal mij
eiken Ehorgen op mijn ronde wat haasten, en ik
zal dan eenige minuten bij u kunnen blijven, als
ik u brood breng.
Wij zullen over hem spreken, mompelde
Lucie, haar verloofde aanziende.
Waarover zouden wij anders spreken, zoo
niet over hem V. Doch ik mag u niet beletten te
de Zuiderzeewerken, den heer ir. W. A. Bosma te
Andijk West.
HET HERV. ZUIDERZEEFONDS.
Dinsdag heeft te 's-Gravenhage onder voorzit
terschap van dr. J. R. Slotemaker de Bruine de
Commissie voor de Stoffelijke belangen der Ned.
Hervormde Kerk in het droog te1 leggen Zuider-
zee-gebied (Zuiderzee-fonds) vergaderd.
De commissie staat -op het standpunt, dat zij
aan de nieuwe gemeenten zelve overlaat te be
slissen, waar haar adres zal zijn voor het beheer
harer goederen.
Besloten werd, een boekje van 25 a 30 bladzij-
dfen te verspreiden, waarin het belang en de roe
ping van de Hervormde Kerk ten opzichte van
het droog te leggen gebied zal worden uiteenge
zet. Het boekje zal rijk geïllustreerd zijn en zal
iii zeer grooten getale worden verspreid, zoo mo
gelijk nog in dezen zomer.
Men zal zich voorts wenden tot de kerkvoog
den, en aan de kerkeraden verzoeken, zoo moge-
op den eersten Zondag in October bij de
Godsdienstoefening een collecte voior het Zuider-
zeefonds te doen houden. Aan den vooravond
daarvan zal de voorzitter der Commissie over
dit onderwerp een radiotoespraak houden.
Aangenomen kan worden, dat over eenige la
ren de eerste menschen zullen wonen in den Wie
ringermeer-polder zoodat het> thans tijd wordt
mfet de behartiging dezer aangelegenheid een
eriistig begin te maken,
zwaar gewond.
BUITENLAND.
NIEUWSGIERIGHEID DUUR BETAALD.
"Tijdens een avondfeest te Londen gegeven door
den minister van landbouw, waar de dochter van
den koning, prinses Mary en haar man als gas-
teh aanwezig waren, zijn 2 kamermeisjes, die het
schitterende schouwspel wilden aanschouwen,
door een glazen afdak, waarop zij zich bevonden,
gestort en in een gang terechtgekomen. Een der
Pijelsjes was op slag dood, het andere werd
eten, en ik ben zeker, dat madame Lebret, onge
duldig wordt, mij niet te zien terugkeeren. Goe
dé reis, mijnheer Lucien. Ik zal God bidden, dat
Hij u vergezelle en u bescherme. Wees gerust,
niemand zal u hier vergeten. Wat mij betreft, ik
zal zorgen, -om zooveel mogelijk over uw schal
te waken.
Zij bedekte Lucie's gelaat met kussen, en voeg
dé er dan bij
Tot straks Voordat ik wegga, zal ik u nog
eehs goedenavond komen zeggen.
Jeanne begaf zich naar haar kamer, pakte de
vóorwerpen bijeen, welke zij was komen halen,
keerde terug om Lucie opnieuw te omhelzen en
Lucien de hand te drukken en gine- dan weer
naiar de bakkerij in de rue de Dauphin.
Omstreeks tien uur verliet de zoon van Jules
Labroue Lucie, na zijn belofte hernieuwd te heb
ben, haar alle dagen te schrijven, en hij liet zich
in een rijtuig naar zijn woning in de rue de Miro-
mèsnils brengen.
Den volgenden dag trof hij aan het station den
meesterknecht en de twee werktuigmakers aan.
dife hem naar Bellegarde moesten vergezellen,
en weldra voerde de trein hen alle vier weg.
Sedert den dag, dat we hem voor de eerste
maal hebben voorgesteld, hebben onze lezers
meer dan eens het bewijs gehad dat de Diionees,
Ovide Soliveau, die in den hoogsten graad alle
ondeugden bezat, ook in staat was om alle mis
daden te begaan.
Hij moest nu eer9t en voor alles weten, of de
verloofde van Lucien Labroue eiken dag ging
werken bij madame Augustine, hoe laat zij haar
huis verliet en hoe laat zij er terugkeerde. Vóór
dat hij dit alles wist, was het hem onmogelijk
een plan te beramen.
Dindagsmorgens verliet Ovide, als besteller
verkleed, zijn woning, begaf zich naar de place
de Clichy en stapte daar in een omnibus, die hem
niet ver van zijn bestemming zou brengen.
Wondergoed verkleed, een besteller van het
hoofd tot de voeten, was de Dijonnees onkenbaar.
Hij stapte uit den omnibus nabij het stadhuis
en begaf zich te voet naar de quai de Bourbon.
Op eenige passen van het huis, waar Lucie
woonde, gekomen, haalde Ovide uit zijn zak een
stuk papier, waarop hij het adres van het meisje
geschreven had.
(Wordt vervolgd.)