HUNNE
jê
NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR
WIERINGEN^EN OMSTREKEN
19e jaargang.
■WIERINGER COURA
UITGEVER
CORN. J. BOSKER, WIERINGEN
DINSDAG en VRIJDAG.
VERSCHIJNT ELKEN
ABONNEMENTSPRIJS
per 3 maanden 1.
PARIJSCHE MODEBRIEVEN.
ALLES IN 'T BLAUW.
De kleur blauw is, zooals ge weet, bijzonder in
de mode. Maar toch kan dat alleen niet verkla
ren, waarom ze zóó veel gedragen wordt. Haar
succes dankt ze ook vooral daaraan, dat ze
zoo'n fijne, gedistingeerde kleur is, die altijd
goed staat, overal op z'n plaats is en sommige
vrouwen zelfs buitengewoon flatteert. Ik ken
dan ook verschillende dames die besloten heb
ben dezen geheelen zomer niet anders dan ver
schillende nuaiïfcen blauw te dragen. Natuur
lijk zijn dit juist de bevoorrechten voor wie
blauw „de" kleurs is. Bovendien is zoo'n keuze
min of meer een zuinigheidsmaatregel, want als
men alles in één kleurs kiest, heeft men veel
kleeren noodig oin de elegante vrouw te spelen
dan gewoonlijk.
Laat ik u eens een kleine beschrijving geven
van de garderobe van m'n vriendin Monique,
een slanke blondine. Za koos saphierblauw voor
het japonnetje van dunne
wollen stof, dat in 't begin
van den zgmer en op koele
dagen haar dagelijksche
dracht is. 't Is heel eenvou
dig gnmaakt een rok met
platte plooien en een recht
lijfje, eventjes blousend bo
ven 'n smalle ceintuur. De
blouse is op zij gesloten, de
hals puntig uitgesneden en
afgewerkt met een kraag en
revers van roze batist. Ook
de manchetten zijn van rose
batist. Om zich eens bijzon
der op te knappen, houdt
Monique er een. kraagje en
manchetjes op na van rcze
zijde, schulpvormig gefeston
neerd.
i Bij dit japonnetje behoor'
Ji .Ül I een kort tailleurmanteltir
van het bekende smoking
model met een klein, liggend
kraagje, smalle revers en op
gestikte zakjes. Snoezig
Maar een donker blousje
doet niet leuk onder een man
telcostuum, zooals ge wel
zult weten. En m'n vrien
din Monique heeft een veel
te goeden smaak om dit niet
fin te zien. Ze heeft daarom
ook haar japon zoo gemaakt dat de blouse
nicd aan den rok verbonden is, maar door een
anaere blouse vervangen kan worden, ditmaal
een effen wit zijden overhemdje met een omget-
slagen kraagje, waaronder een blauwe das met
witte moezen wordt gestrikt.
Wanneer ze in een enkel japonnetje wil uit
gaan dat iets meer gekleed is draagt ze op den-
zelfden rok een crepe de chine blouse in gelij
ke kleur. Deze blouse is gegarneerd met ajour
randjes en heeft een biesje lichtgrijze ziide
langs kraag en manchetten en een lichtgrijs
ADVERTENTlëN
Van 1—5 regels
Iedere regel meer
0.50.
0.10.
BUREAU:
Hippolytushoef Wieringen.
Telefoon Intercomm. No. 19.
FEUILLETON.
o—o
No. 69.
peau de cuéde ceintuurtje. ia
Voor warme zomerdagen heeft m'n vrie nc
een blauw voile japonnetje en verder een e
lijke cretonne jurk, waarin, onder verschil
de kleuren, het blauwe domineert.
WILHELM IN#.
De reiziger stapte uit en begaf zich naar de
fabriek van Paul Harmant. Toen Ovide de deur
achter zich had gesloten, vroeg hem zijn gcwaan
den neef
Wat komt ge doen
't Is voor morgen.
Die volzin, zoo eenvoudig, had een duidelijke
en verschrikkelijke beteekennis.
Jacques Garaud werd bleek en beefde van het
hoofd tot de voeten.
Voor morgen herhaalde hij.
Ja, en in de minst gevaarlijke omstandig
heden. In de allerbeste condities.
Wat wilt ge daarmee zeggen
Luister.
En Ovide verhaalde alle bijzonderheden, die
onze lezers reeds kennen, en legde zijn plan uit.
Welnu, wat denkt ge ervan vroeg hij,
tóen hij zijn verhaal geëindigd had.
Ik denk, antwoordde de millionnair, zijn
jhezweet voorhoofd afdrogend, ik denk dat in-
uerdaad de zaak zal ten laste gelegd worden
van den een of anderen landlooper. en dat het
in niemands gedachte zal komen, vermoedens
tegen ons op te vatten. Gij zijt een knappe kerel.
Ja, ja, ik ben nog al slim Maar voor u
werken, voor een waren vriend, voor een goede
jongen, dat doet men gaarne
Ik zal u dan ook mijn erkentelijkheid be
wijzen.
Parbleu, ik reken er op Als alles zal ge
daan zijn, en Lucien Labroue zal getrouwd zijn
met mijn lief nichtje, zult gij mij rijkelijk mogen
beloonen
Hebt gij mij noodig
Ja, 't is zelfs daarom, dat ik u hier ben ko
men opzoeken.
Wat moet ik doen
Zeggen, dat gij een dringend werk te ver
richten hebt, dat u morgenavond hier zal ophou
den tot laat in den nacht.
Dat is gemakkelijk. En dan
Mij het middel geven om in de fabriek te
komen en u te vinden, zonder te moeten bellen
PROVINCIALE
„VAN WEEK TOT WEEK RUBRIEK.'
UIT HELDER komt het bericht, dat Burge
meester Houwing met ingang van 15 November
a.s. eervol ontslag verzocht heeft uit zijn betrek
king met het oog op zijn hoogen leeftijd, hij is
thans 66 jaar.) De Heer Houwing, die vroeger
zeeofficier is geweest, heeft zijn tevenwocrdige
functie vanaf 1915, dus ruim 12 jaar, vervuld.
Zijn heengaan zal zeer zeker algemeen betreurd
worden, daar hij door zijn persoonlijkheid zeer
gezien was onder de burgerij. Steeds heeft hij
de belangen zijner gemeente met groo-te ijver
voorgestaan en vele gewichtige b'esluiten zijn
onder zijn bewind genomen. Helder begint meer
en meer te beseffen, dat het niet alleen een ma-
rinestad moet blijven, doch ook in andere rich
ting zich kan en moet ontwikkelen. De oprich
ting van het(even adem scheppen vcor
zoo'n langen naam) van het Departement Den
Helder en Omstreken van de Ned. Mtpij voor
Nijverheid en Handel is daarvan een der jong
ste bewijzen. Door samenwerking van de burge
rij is zeker voor Helder nog veel te bereiken.
VaA samenwerking werd deze week ook
gesproken in CALLANTSOOG. Daar werd met
plechtigheid een nieuw torenuurwerk in ge>-
bruik gesteld, waarvoor de gelden door een
fancy-fair en een collecte waren bijeengebracht
En terecht wees de burgemeester er in zijn
rede op, dat de koop van dit uurwerk alleen mo
gelijk is geworden door de eendrachtige samen
werking der burgerij. Hopen wij voor Callants-
oog, dat haar uurwerk wat regelmatiger mag
loopen dan dat van Hippolytushoef.
Over samenwerken gesproken, in KROM
MENIE werd in den nacht van Vrijdag op Za
terdag geducht samengewerkt door een 2-tal
Inbrekers in het kantoor van de firma Vliet
aan de Noorderhoofdstraat. Een agent kwam
hun ijver plotseling storen, doch toen hij de
.beide heeren opbracht, trok één van hen een
revolver en gelastte den agent als een tweede
Tom Mix Handen op. Deze, ook niet van gis
ter, trok ook zijn revolver en loste een schot
waardoor de tweede arrestant getroffen werd.
Zijn toestand schijnt wel ernstig, doch niet le
vensgevaarlijk te zijn.
Deed Krommenie dus eenigszins aan de Wild
West denken, het naburige CASTRICUM leek
meer op Luilekkerland, waar de rijpe vruchten
van de boomen in de mond vallen. Met deze
verschillen, dat de vruchten, in dit geval bana
nen, niet van de boomen vielen, maar uit zee
aanspoelden, terwijl ze jammer genoeg ook nog
tamelijk groen waren. Maar volmaakt is niets
op dit ondermaansche en zeker niet de provin-
ie Noord-Holland.
Dat ondervinden de kweekers van Darwin-
m tulpen in LIMMEN ook al. Die tulpenteelt gaat
namelijk te goed. De Darwintulp vermenig
vuldigt zich zoo sterk, dat men ernstig voor een
te groote productie en daardoor te lage prijzen
vreest. Daarom is besloten, dat voortaan van
elke 100 roede, beplant met Darwintulpen, 4
hectoliter zal worden vernietigd.
Ook in de STREEK gaat het de tuinbouw
niet bijzonder voorspoedig, voornemelijk door
de lage prijzen der vroege aardappelen. Een te
kleine uitvoer naar het buitenland schijnt daar
van de oorzaak te zijn.
Wie het ook al niet voorspoedig ging, dat
waren de twee dames in Zuid Scharwoude, die
naast elkaar fietsten en op een gegeven oogen-
blik zoo druk en vertrouwelijk in gesprek wa
ren, dat de sturen des fietsen in elkaar raakten
en de dames tezamen met den weg kennis maak
ten. Doch gelukkig liep alles met nogal lichte
wonden af.
Ernstiger was een ongeluk in BERKHOUT
waar een kind van den landbouwer G. zooda
nig door een auto werd aangereden, dat men
voor haar leven vreest. De chauffeur schijnt ge
heel vrij van schuld te zijn.
BINNENL. NIEUWS.
DE KONINGIN IN SCANDINAVIË.
Een berichtgever in Scandinavië schrijft
De Koningin en Prinses Juliana, of, zooals zij
hier heeten gravin en freule Van Buren, hebben
na een verblijf van een week in Lapland, het
Toeristenhotel te Abisko weer verlaten en zijn
doorgereisd naar Noorwegen. De vorstelijke gas
ten troffen het heel goed met het weer zij kon
den eenige uitstapjes maken en de Koningin
heeft veel geschilderd.
Omtrent het kort bezoek aan Stockholm meldt
men nog, dat de Koningin en de Prinses, na in
den trein ontbeten te hebben, afgehaald werden
door de auto van den koning en zich begaven
naar het appartement van onzen gezant baron
Sweerts de Landas Wyborgh. Zij ontvingen daai
het bezoek van koning Gustaaf, die juist den
vorigen dag 70 jaar geworden was maar met
tuchtigen stap de trappen opliep en niet eens
gebruik wilde maken van de lift. Na zijn ver
trek bleven de hooge bezoekers nog eenigen
tijd bij den gezant, dronken er een Ilollandsche
kóp koffie vóór de lunch cn reden vervolgens
naar het Paleis waar de koning had uitgenoo-
digd te lunchen. De geheele koninklijke familie
was hier aanwezig. Ook de Belgische kroonprins
en Prinses Astrid, die juist in Zweden vertoef
den, waren aanwezig evenals de broeders van
den koning.
Na het gezoek ten paleize, dat langer duurde
dan verwacht was, gingen de Koningin, en Prin
ses Juliana, door niemand herkenden begeleid
door onzen oonsul-generaal te Stockholm, den
heer Imminck, wat winkelen en eenige inkoopen
doen. Ten slotte werd een auto aangeroepen en
<5ókJ.G.?
of mijn gezicht aan den portier te laten zien.
Dat is nog gemakkelijker, ik zal u een sleu
tel geven van het kleine deurtje der fabriek,
daarachter.
Houd uw rijtuig ingespannen, om mij in
volle vaart naar Parijs terug te voeren, en regel
de zaken zoo, dat iedereen gelooft, dat wij den
avond doorgebracht hebben met samen te wer
ken. Dat is een eenvoudig alibe, dat ik mij voor
bereid in geval van nood.
De zaak zal vanzelf gaan, antwoordde de
millionnair. Kunt ge om zes uur 's avonds ko
men
Wat is er in vroeg Paul Harmant, de
reistasch aannemend, die Ovide hem over
reikte.
De kleederen, waarvan ik mij vandaag be
diend heb voor mijn uitstapjes, en waarvan ik
mij morgen opnieuw zal bedienen.
De twee schurken namen afscheid.
Jacques Garaud wreef zich in de handen
een uitdrukking van woeste vreugde lag over
zijn gelaat verspreid.
Morgen, mompelde hij, zal de hinderpaal
uit den weg geruimd, de band verbroken zijn
Na eenige tranen gestort te hebben, na eenige
dagen van rouw, zal Lucien Labroue niets meer
te doen hebben, dan zich over te geven aan zijn
gelukkige kans, en Mary's liefde te beantwoor
den. Waarlijk, Ovide is een niet onwaardeer
baar helper Hij zal mij veel geld kosten, doch
wat geeft dat Om het geluk mijner dochter te
verzekeren zou ik mijn leven opofferen
HOOFDSTUK XVIII.
Toen Lucie voor de tweede maal den slaper
voorbijkwam, die bij het boschje, waarvan wij
gesproken hebben, uitgestrekt lag, had zij, zoo
als wij gezegd hebben, noch verwondering, noch
schrik ondervonden, en zij had haar weg voort
gezet, zonder om te kijken.
Zij keek op haar horloge.
Zij had nog slechts 10 minuten om het station
te bereiken en met den eerstvolgenden trein
naar Parijs te vertrekken. Hoewel beladen met
haar pak, verhaastte zij haar schreden.
Weldra verdween zij voor de oogen van den
bespieder tusschen de doornen haag en de tuin
muren der particuliere eigendommen.
Het meisje volgde dien weg sedert twee of
drie minuten, toen zij staan bleef en een kreet
van vreugde en verrassing slaakte.
Zij stond tegenover Moeder Lize en deze toon
de zich niet minder verwonderd dan Lucie.
Wat zonderling toevalriep zij uit. Lief
keerde het gezelschap terug naar het station om
de reis naar het noorden voort te zetten.
Het Noorsche Telegraafbureau meldt uit Os
lo, dat Koningin Wilhelmina met het s.s. „Dron
ning Maud" te Trondhjem zou aankomen. De
Koninin zal haar reis per spgor vervolgen, in
haar eigen rijtuigen en slaapwagen, te; harer
beschikking gesteld door de Noorsche staats
spoorwegen, naar het hotel Fefor in het Gud-
brandsdal, waar de Koningin hetzelfde gebouw
kreeg als verleden jaar. De Koningin zal een
paar weken te Fefor blijven omtrent de verde
re plannen is nog niets bepaald vastgesteld.
AUTOBUS VERBRAND.
E engroot ongeluk voorkomen.
Bij het uitstapje van de leden der „Handels
kamer" in de Ardennen merkte, naar men uit
Maastricht meldt, een der chauffeurs, dat de
wagen niet meer goed functionneerde. Hij durf
de de verantwoording voor een rit in het berg
land niet langer op zich nemen en deed de 25
inzittenden, overstappen in de andere autobus.
Hij wilde zijn wagen naar de vagare te Bek
(Limburg) terugrijden. Ter hoogte van Tehgei
bij Spa bemerkte hij evenwel, dat de remmen
weigerden. Hij liet liet toen den wagen in een
boschkant loopen. Door den schok vloog de au
to in brand. De chauffeur kon zich tijdig redden
De autobus brandde geheel uit.
HIJSCHKRAAN GEBROKEN.
Een werkman overleden.
Vrijdagmorgen waren de werklieden Van der
Meulen, vader en twee zoons, Dietrich en Fok-
ke, in dienst bij den heer J. C. Kooyman, aan
nemer, te Harlingen, met een op den wal staan
de hijschkraan bezig eenige werkzaamheden te
verrichten. Plotseling brak. naar het V. D.-bu-
kind, van waar komt gij toch
De verloofde van Lucien Labroue legde hel
doel harer reis uit en voegde er dan bij
Maar gijzelf, Moeder Lize, gij gaat den weg
op naar Colombes, en ik wee»t toch niet, dat gij
gewoon zijt er alle dagen brood te brengen. Uw
ronde zou wat te lang zijn.
Ja, kindlief. Het is de eerste keer, dat ik
hier langs kom, en daar ik den weg niet goed
weet, vrees ik verkeerd te loopen.
Waar gaat gij heen
Naar Colombes, op den straatweg van Pa
rijs no. 41.
Gij zijt op den goeden weg, doch op der
straatweg gekomen, zult gij een eindje terug
moeten gaan, tenzij gij den binnenweg links
neemt, die door het veld loopt en u veel tijd zal
besparen.
Ik dank u, lief kind, ik zal den binnenweg
nemen, want ik moet er gauw zijn.
En wat gaat gij te Colombes doen, Moeder
Lize
Ik ga naar de moeder van mad. Lebret
mijn meesteres.
Is zij nog altijd ziek, uw meesteres
't Is nog altijd hetzelfde zij is ziek, zeei
ziek, en verlangt nu haar moeder te zien. Sederi
een jaar is mr. Lebret in twist met de oude
vrouw, over handelszaken, en hij heeft haar
den toestand tot het huis ontzegd. Mijn meeste
res durft aan haar man niet vragen om haar te
schrijven. Zij zendt er mij nu heen, om haar te
verzoeken het verleden te vergeten en haar op
haar ziekbed te komen bezoeken.
Het is jammer, dat ik zoo gehaast ben.
Moeder Lize, anders zou ik een eindje met je
meegaan. Maar het is onmogelijk. Ik heb een
balkleed af te maken voor morgen, en ik moot
het zelfs morgenavond om negen uur te Colom
bes bezorgen. Dat is niet aangenaam.
Welnu, liefste, omhels mij, en keer naar
huis terug. Ik ga mijn boodschap doen.
De vrouw en het meisje omhelsden elkander
en Lucie haastte zich naar het 9tation, do-ch hoe
snel zij ook liep, zij miste niettemin den trein
van half vier, en moest op dien van vier uur
wachten.
Te half vijf was zij te Parijs. Zij nam een rij
tuig en liet zich niet naar de quai de Bourbon
maar naar de rue de l'Hotel de Ville voeren.
Zij klom naar de derde verdieping van een
goed burgerhuis, en belde aan de deur, waarop
zich een plaat bevond met het opschrift
MODES.
De persoon, die opendeed, was een vrouw van
ongeveer vijf-en-twintig jaar oud.
Wel, Lucie riep de jonge vrouw uit, ter
wijl zij de bezoekster liet binnenkomen in een
kleine maar nette kamer. Wat goed geluk brengt
u naar hier
Ik moet u iets vragen, Antoinette. Hebt gij
op het oogenblik veel werk
Ik zou gaarne willen antwoorden ja, doch
de waarheid is dat het op het oogenblik met het
werk niet gaatIk heb volstrekt niets te doen.
Dus, hernam Lucie, kunt gij mij een handje
helpen
Zeer gaarne, zeide Antoinette.
Gij moet mij een balkleed helpen afmaken,
dat ik morgenavond om negen uur moet afle
veren.
Ik ben te uwer beschikking.
Ik verwittig u, dat wij vannacht zullen
moeten doorwerken.
Het zal de eerste keer niet zijn.
Wij zullen samen eten, en ik zal zeer ster
ke koffie gereed maken, om ons te beletten in
slaap te vallen. Zet uw hoed op en kom mee, ik
heb beneden een rijtuig.
Ik zal mijn mantel aantrekken en mijn
hoed opzetten.
Twee minuten later stapten Lucie en Antoi
nette in het rijtuig en reden naar de quai de
Bourbon.
HOOFDSTUK XIX.
Toen zij het meisje verlaten had op den weg,
die naar Colombes leidde, had moeder Lize haar
pas versneld om den verloren tijd in te halen.
Terwijl zij den weg langs de haag volgde,
zocht zij naar den binnenweg, waarvan Lucie
gesproken had en die haar rechtstreeks naar
haar bestemming moest voeren.
Aan het boschje gekomen, waar Ovide eenige
oogenblikken te voren veinsde te slapen, be
merkte zij den binnenweg en zag, ver voor haar
uit, een man loopen, gekleed als een goed bur
ger, die een reistasch in de hand droeg.
Dat moet de weg zijn, dacht zij bij ziclizcl-
ve en zij volgde hem zonder aarzelen.
Eenige minuten later kwam zij op den straat
weg van Parijs. Tegenover haar bevond zich
een klein buitengoed, waarvan de muren be
groeid waren met wilden wijngaard en klimop.
Een plaat, op een der pijlers van den ingang,
droeg het nummer 41.
Daar is bet, dacht Jeanne Fortier, den weg
overstekend.
(Wordt vervolgd.)