j. a. am ïaëak 'W rnimm 20e Jaargang. Vrijdag 30 Augustus lv29 No 63 NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR WIERINGEN EN OMSTREKEN Tabaksfabriek L)e Wakende Leeuw" J. k. KifUSS Laat 125 - ALKMAAR. nWIERINGER COURANT UITGEVER CORN. J. BOSKER, WIERINGEN VERSCHIJNT ELKEN DINSDAG en VRIJDAG. ABONNEMENTSPRIJS per 3 maanden 1. A D V E R T E N T I N Van 15 regels 0.50. Iedere regel meer 0.10 BUREAU: Hippolytushoei Wieringen. Telefoon Intercomm. No. 19. een waarborg v»or de kwaliteit. BINNENL. NIEUWS. KIND UIT DEN TREIN GEVALLEN. Woensdagavond keerde de heer en mevr. A. C. Hamer met hun zesjarig dochtertje van een va- cantiereisje naar Middelburg naar Bergcn-op- Zoom terug. Zij vertrokken met den trein van 13 u. 59 uit Middelburg. Ter hoogte van Kruinin- gen ging, terwijl het meisje met haar rug tegen het portier van ut n coupé stond, de deur plotse ling open, met het gevolg, dat de kleine uit den trein viel. Onmiddellijk trok de vader aan de noodrem, zoodat de trein spoedig stilstond. Het. kind werd langs de lijn gevonden zij had een ernstige verwonding aan het hoofd, doordat zij bij den val in aanraking was gekomen met de houten afrastering van den dijk. Zij werd naai de woning van een spoorwegwachter gebracht, waar een dokter uit Krabbendiike geneeskundige hulp verleende. Spoedig echter is het meisje o- verleden. Dit is het tweede ongeluk, dat zich binnen kor ten tijd op deze lijn voor heeft gedaan. MEISJE VERBRAND. Gistermiddag ontstond in de autogarage van den heer Ekeris te Zeist kortsluiting, tengevolge waarvan een auto in brand vloog. Het vuur greep zoo snel om zich heen, dat ook het dochtertje van den garagehouder in brand geraakte. Deerlijk verbrand werd zij in het ziekenhuis opgenomen. De vader bekwam minder ernstige brandwon den. ANGSTIGE UREN. Met een vroolijk slot. Dinsdagmorgen bevond zich een juffrouw af komstig uit Limburg op doorreis in de vestibules van het spoorwegstation te Eindhoven zij had een koffer en eenige pakjes bij zich. Toen zij een kaartje nam, plaatste zij haar bagage even naast zich, doch vergat inderhaast een pakje mede te Wij Breien de Aller Fijnste Wollen Kousen zeer netjes voor U aan. Jaap Snor. ZUIDSTRAAT DEN HELDER. Voor nieuw werk zijn wij nummer één. Depots voor Wieringen Den Oever. Jb. Kaleveld: HippolytushoefWed. J. de Beurs. nemen. Op het perron ontdekte zij de vermissing van het pakje en spoedde zich naar de vestibule terug, waar zij echter bemerkte, dat het verdwe nen was. Het pakje bevatte onder meer een be drag van 2400 aan effecten en een spaarbank boekje met een tegoed van 300. Onmiddellijk waarschuwde zij de politie, die de noodige maatregelen trof dat de stukken niet op de banken konden worden verzilverd. Circa één uur vervoegde zich een persoon, een Duit- scher, woonachtig te Eindhoven, aan het politic bureau met de mededeeling dat hij het pakje had gevonden. Hij had het willen deponeeren op het bureau van gevonden voorwerpen aan het spoor wegstation, doch toen hij dat niet kon vinden, had hij het mee naar huis genomen totdat er om twaalf uur iemand bij hem thuis kwam die Ne- derlandsch kon lezen en hem kon mededeelen wie het toebehoorde. Hij had zich daarop onmiddel lijk naar het politiebureau begeven waar de vrouw nog aanwezig was. Dat was het vroolijke einde. HET ONGEVAL IN DE DOLOMITEN. Waarbij een Rotterdammer in nood verkeerde. Eenige dagen geleden plaatsten wij het be richt over een Rotterdammer, die in Italiaanse] ITïrol bij het beoefenen van de bergsport op een gevaarlijk punt zijn gids in den afgrond zag stor ten en daarop zelf vijf uren in nood verkeerde, vóór hij kon worden gered. Deze Rotterdammer, mr. H. Spies, terugge keerd van zijn reis, heeft nu de juiste bijzonder heden van de tragische gebeurtenis gegeven. Iie' korte berichtje, dat overgeseind was, bevatte een mededeeling, welke over hem een verkeerd denk beeld heeft gegeven, n.1. als zou hij een gevaarlij ken toer hebben doorgedreven tegen het advies van den gids in. De ware toedracht is als volgt geweest Mr. Spies, een jong, enthousiast alpinist, had zich in den ochtend van 19 dezer met den gids Johann Runggaldier opgemaakt, om den derden Sellaturm van het Sellajoch in de Dolomiten te beklimmen. Het beklimmen van dien derden rotstoren wordt in de woeste Dolomiten beschouwd als een sportieve prestatie van de eerste orde. Runggaldier, een ervaren jonge gids, had het reeds éénmaal gedaan en het lachte hem toe, als geleider van mr. Spies het waagstuk nogmaals te volbrengen. Hij vertrouwde zichzelf volkomen Toen het ondernemende tweetal het eerste deel van de klimpartij achter den rug had, kwam er een donderbui opzetten. Runggaldier en mr. Spies besloten terug' te keeren. Zij klauterden voorzichtig een touwlcngte naar omlaag en von den het toen beter in een „Schucht" weg te krui pen om het onweer, dat snel opkwam, af te wach ten. Nadat zij een half uur geschuild hadden, klaar de het weer op. Doch de atmosfeer bleef niet aan lokkelijk. Toch meende de gids, dat zij de klim partij er best op konden wagen. Zij klommen dus weer in een scheur door den steilen rotswand om hoog en stuitten toen op een punt, waar „getra FEUILLETON. No. 56. Hij bracht uit den zak van zijn pantalon liet reeds geopende dolkmes te voorschijn en verwij derde de kurk van de punt. Hij stak dat stukje kurk weder bij zich, men kon nooat weten, of hem het voorwerp niet later beschuldigen zou, dat was meer gebeurd Hij deed alles met beredeneerde langzaam heid, zonder meer te beven, bijna zonder adem te halen, maar met geopende mond, alle tanden zichtbaar, vaal bleek, ontzettend om te aan schouwen. Hij deed vijf of zes passen, meer niet. En toch kwam hem die korte afstand lang, oneindig lang voor. Bij den tweeden pas bleef hij staan en omklem de nog vaster, als had hij het ineen willen druk ken, het gevest van zijn dolkmes. Hij meende William Farney even te hebben zien bewegen. Hij deed nog een paar schreden. Nu was het verschrikkelijke toch volbracht. Den linkerarm voortuitbrengend, raakte hij even den slapenden Amerikaan aan, rnaar niet zoo, dat hij hem wakker kon maken. Opeens klemde hij zijn tanden vast op elkan der en hief met uitgestrekten rechterarm het dolkmes zoo hoog mogelijk op. Een seconde misschien bleef het moordend wapen in de lucht, viel toen neer en verzonk tot aan het hecht in den rug van den man, die daar zat. De man uitte zelfs geen zucht, het lichaam zonk dieper op het uitgetrokken blad der secre taire en de armen vielen machteloos langs het lijf. En Luversan krankzinnig, nauwelijks meei wetend, wat hij deed, hief tot twintig maal toe zijn dolkmes omhoog en liet het staal tot twin tig maal toe verdwijnen in den rug van zijn slachtoffer. De ellendige lachte, lachte als een werkelijk waanzinnig monsch met een schor geluid neen hij maakte het geluid van een verscheurend dier, dat in zijn woede zijn tegenstander vernie tigt. En hij zag of hoorde niets. jriij siooiie maar toe, altijd opnieuw. En toen hij vermoord was, hield hij op en wil de het staal afwisschen met zijn zakdoek. Plotseling uitte hij een doordringenden kreet van schrik. zijn haren rezen te berge. En was geen droppel bloed aan zijn dolkmes. Het was hein, alsot hij uit een akeiigen droom ontwaakte. Onder de herhaalde stooten, onder de woeste aanvallen was de getroffen man aan zijn voeten gerold, üe roode nevel, die het licht zijner oogen verduisterde, belette hem, zijn slachtoffer te zien. Hij wierp zich bij hem op den grond, om hem zoo, van heel dichtbij, te kunnen waarne men. Maar hij stond niet weer op Hij voelde opeens een drukkende zwaarte op zijn schouder. In datzelfde oogenblik vloeide al zijn bloed naar zijn hart terug. A Hij wendde werktuiglijk het hoofd om. Daar stonden vijf mannen om hem heen., bedaard.... schijnbaar onbewogen.... alleen een weinig bleek. Hij, die zoo zwaar zijn hand op den schouder van den booswicht had laten vallen, was niemand anders dan de man, dien Luversan meende ver moord te hebben, het was William Farney. De vier andere mannen waren Lacroix, De Lig nerolles, iTlristot en Pivolot. Ik ben verloren mompelde Luversan. Ik ben verloren Hij deed zelfs geen poging, om op te staan. Hij wentelde zich integendeel op den vloer om en om, naast de ledepop, die hij voor den Amerikaan had aangezien en twintig malen had getroffen met zijn dolkmes. Luversan, sprak William Farney, zonder ee- nig Engelsch accent in zijn stem, één ding kan u redden van den dood, uw bekentenis. Wat heb ik te bekennen Wat gij gezien hebt is voldoende Ik spreek niet van den moord, dien ge op mij hebt willen plegen, maar van een andere misdaad. Een andere misdaad Ik begrijp u niet. Gij begrijpt mij integendeel al te goed. Dit huis bevat voor u de vreeselijkste herinneringen, 't Is niet voor het eerst, dat ge hier komt. Ge hebt gelijk, ik ben hier gisteren ook ge weest Lieg nietGij zijt hier op een anderen avond geweest, in den zomer, bij lichte maan, evenals j'^seerd" moest worden, waar n.1. langs den haakten wand moest worden overgestoken naar een andere scheur, door welke men weer een eind hoogcr kon komen. De „traverse", die de klimmers hadden te ne men, is een heel bekende en een heel beruchte. Alleen zeer geoefende alpinisten komen er langs. Men moet precies weten, hoever men daar „tra verseeren" moet, om in de volgende scheur te kunnen komen. De gids ging vooraan en zekerde telkens- het touw. Het tweetal bracht er de „traverse" goed af en zette den tocht voort. Toen moest de gids weer even vooruit om bui ten den rotswand orn een 3 meter hooger gelegen platteau te kunnen bereiken van waar af de be stijging kon worden voortgezet. Op den gids ver trouwde mr. Spies ten volle. Zelf wist hij het oo genblik niet te bepalen, waarop hij, langs den rotswand klimmend, omhoog moest klauteren om het plateau te bereiken. De gids echter schijnt zich het juiste punt niet meer herinnerd te hebben. Hij heeft er naar ge zocht, is toen plotseling uitgegleden en omlaag gestort. Tot groote ontsteltenis van mr. Spies brak het touw af en voor zijn oogen zag hij Rung galdier in het 200 M. diepe ravijn vallen. De ongelukkige gids moet op slag dood zijn ge weest. Mr. Spies besefte zijn hachelijke positie, omdat hij alleen, zonder touw bovendien, een stuk lager de beruchte „traverse" onmogelijk kon maken Een poging daartoe zou hij zeker met dén dood bekocht hebben. Het eenige, wat hem te doen stond, was, te trachten iemands aandacht in het dal te trekken Het gelukte hem door luid te schreeuwen, con tact te krijgen met een heer. Deze heer wist hij zelfs zijn positie duidelijk te maken. Onmiddellijk ging de man hulp zoeken. In Sel- len bleek geen telefoon te vinden te zijn In koorts achtigen haast is men toen naar een dichtbij ge legen plaatsje gegaan, waar men vijf gidsen al armeerde, die zich direct op weg begaven om mr. Spies uit zijn benarde positie te redden. Met hulp van deze gidsen is mr. Spie s er toen eindelijk in geslaagd, vijf uur na de ontzettende gebeurtenis, die hem diep had aangegrepen, maar zijn zelfvertrouwen niet had doen verloren gaan, de beruchte „traverse" terug te nemen. Behouden, maar onder den indruk van het ongeluk, dat een bekwamen gids was overko men, kwam hij in het hotel aan Worth a crown. De «i-i{|ineele pepermunt lOcts-perrol 20cts.perons Voor engros b:j l\ v. LI ESI L ;tT, Alkmaar PROVINCIAAL NIEUWS. DEN HELDER. Circus Carl Hagenbeek. De aankomst en het opbouwen van het witte paleis. Hedenmorgen omstreeks half tien is het wereld circus Carl Hagenbeek vanuit Scheveningen me zijn extra treinen in Den Helder aangekomen. Oogenblikkelijk heerschte in den omtrek van de losplaats die interessante bedrijvigheid, die aan het circus eigen is en die altijd zeer vele men schen trekt, zooals ook nu het geval was. Direct waren personeel en olifanten in de weer om de wagens, die het eerst noodig waren, te lossen en naar de plaats te brengen, waar het fonkelnieuwe circus binnen eenige uren zou ver rijzen en waar reeds denzelfden avond de elite der internationale artistenwereld hare prestaties aan het Heldersche publiek zou laten zien en de knapste dresseurs hun werkzaamheden met de prachtigste dieren zou toonen. Don geheelen mor gen rolden de zware wagens door de straten en desmiddags vond het vervoer van het dierenma- eriaal plaats. De roofdieren als leeuwen, tijger*-:, beren en ook de zeeleeuwen werden per wagens vervoerd, terwijl de paarden, olifanten, kamee- len, muilezels en zebra's gewoon door de stad trokken en de algemeene aandacht trokken. De nieuwsgierigheid van het publiek steeg ten top, toen uit twee wagens een groote troep Soma- lis kwamen, mannen, vrouwen en kinderen in hun schilderachtige kleedij, die doodleuk Den Helder inliepen, als kwamen zij er iederen dag en in een der beste restaurants binnentraden, om daar als gewone menschen hun koffie te drinken en hun boterhammen op te peuzelen. Het geheele opbouwen van het circus gebeurde in de groote orde en met de grootste kalmte, zon- der het ruwe geschreeuw en geroep, waarop men bij andere ondernemingen wel eens verrast wordt De geheele Nederlandsche pers is één in zijn oordeel, dat Hagenbeek weer hel beste van het beste gebracht heeft en dat de voorstellingen op een hoogte stonden, die nog zelden door een an dere onderneming bereikt werd. Ook een en al lof was men over de prachtige nieuwe tent, over het keurige materiaal. Het zal wel overbodig zijn de bewoners van Den Helder en omstreken nog aan te sporen naar Ha genbeek te gaan. De naam garandeert reeds vol doende en iedereen zal zich haasten het interna tionaal wereldprogramme te gaan zien. dat voor Holland enkel gloednieuwe nummers bevat en dat gedurende 15 maanden door duizenden en duizenden in Zuid-Amerika is bejubeld en het gedurende het seizoen in Scheveningen een onge kond succes oogstte. WINKEL. Boerderij afgebrand. Woensdagmid dag brandde alhier de boerderij van den heer J. A. Poortermans in den Groetpolder af er is slechts ecnig huisraad gered. Alles was verze kerd. Een hoeveelheid klaverhooi en karwei ging mede verloren. Achter de boerderij was een stoomdoschmacln- nu. Gij zijl de trap opgekropen en hier binnen gedrongen, zonder dat ge gehooid werd, in de- zelide Kamer, waar wij op dit oogenblik zijn, nu iwaaif jaar geleden Door een bovennatuurlijk magnetisme tot La- roque aangetrokken, richtte Luversan zich, steu nend op zijn handen, halverwege op, met wijd opengesperde oogen, zoo ontroerd van hetgeen hij daar hoorde, dat hij er schrikaanjagend uit zag. Twaalf jaar geleden herhaalde hij, twaalf jaar geleden Tjoen zat een man voor dat schrijfbureau, die u den rug had toegekeerd, zooals gij daar even ook mij meende te zien zitten. Gij hebt u op hem gestort en hem willen bedwelmen door met uw beide vuisten op zijn hoofd te slaan. Maai die man verdedigde zich. Toen gij evenwel weer heenging, uw zakken gevuld met bankbiljetten en goud, was Larouette dood. Luversan, gij zijt de moordenaar van Larouette Wie zijt gij toch vroeg de booswicht hijgend Beken uw misdaad, die andere, de misdaad, die twaalf jaar geleden door u gepleegd werd. t Wie zijt gij Dat wil ik weten. Beken uw misdaad. Hier zijn mijnheer de Lignerolles, rechter van instructie en mijnheer Lacroix, magistraat als hij, die u aanhooren. Be ken, als ge wilt dat men later medelijden met u zal hebben. Wie zijt gij Voor alle dingen moet ik dat weten William Farney aarzelde een oogenblik °r. antwoordde daarop met diep stemgeluid Gij hebt mij niet berkend, omdat gij, even als iedereen, mij dood waande, omdat mijn ge laat onherkenbaar veranderd is door een brand wond, door mijn witte haren en door mijn vroeg tijdige n ouderdom. Wie zijt gij Ik zie <u aan. Ik herinner mij dat gelaat niet meer. Herinnert gij u niet een man, voor wien gij vroeger niets dan haat gevoelde, dien gij zijt be ginnen te haten, toen ge u nog Mathias Zubei noemde en spion waart voor de Duitschers Herinnert u den man op w;ien gij destijds geleek, dat men u voor Them aansprak. Laroque Laroque riep hij uit, terwijl hij op handen en voeten achteruit kroop. Juist, ik bein het, wiens naam gij hebt ont- eerd, die boete heeft moeten doen voor uw Smis- daad. Ik die aan de galeien ontsnapt ben en na mün vlucht slechhs één gedachte heb gehad, n.1. mijn onschuld te bewijzen Hoger Laroque Hoger Laroque Na twaalf jaren Hij was blijven liggen naast de ledepop. Een der kaarsen was uitgegaan. Alleen de kaars, die op het bureau stond, ver lichtte de eenigszins donkerder geworden kamer. Er was een oogenblik stilte. Allen beschouw den Luversan. De moordenaar van Larouette, ja, dat was de ze man men las de bekentenis reeds in zijn hui vering. Het geheele gelaat was door zenuwtrek kingen verwrongien. Hij beefde over het geheele lichaam. Ja, zijn geheele persoon was één bekentenis. Maar Laroque verlangde een woord, een woord, dat uitgesproken tegen die magistraten zijn vroegere rechters hem het hoofd zou kunnen doen opheffen, zijn ziel van een zwaren druk zou bevrijden en hem nog een weinig levensgeluk zou schenken. Inmiddels had Luversan toevallig onder zijn hand het dolkmes gevonden, dat hij in de eerste verwarring had laten vallen. Hij greep het. .Tristot zag de beweging en schoot toe. pTe laat Het bloed borrelde uit de woncl. Luversan lag uitgestrekt op den grond. Dood riep Roger Laroque met een gebaar van wanhoop. Mijnheer Lacroix en mijnheer Lignerolles kniel den bij den man neer. De eerste zocht naar de plaats van zijn hart. Dat hart klopte nog, maar zeer zwak. Hij leeftriep Lacroix. Hij is misschien nog te redden iFristot en Pivolot onderzochten de wond. Ja, hij leeft nog, zei Pivolot, maar dat duurt niet langer meer dan vijf minuten. Ik bon ook nog zoo'n halve dokter. Luversan opende pijnlijk de oogen. Bij spuwde het bloed, dat hem tusschen de tanden was ge komen, onwillekeurig uit. Hij beproefde adem te halen en de lucht die. door de wond naar binnen drong, veroorzaakte daarbij een zwak gereutel. Hij beproefde zich eenigszins op te richten, maar viel weer achterover. Zijn oogen reeds om sluierd door de schaduwen des doods, dwaal den verbaasd rond, alsof zijn blik achtereenvol gens een oogenblik op elk der aanwezigen bleef rusten. Er kwam beweging in zijn lippen. (Wordt vervolgd.)

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Wieringer courant | 1929 | | pagina 1