WIERINGER
LANDBOUW - LOTEN
Om bet Oude ieloof
groote
Mantels
uitverkoop
- Japonnen
vanaf heden aan het hoofddepöt
Ch. H.Th. SCHMALZ
TIJS KORT,
(den heer P. C. DE HAAN Hlppolytushoef
E U B ELE
Speciaals aanbieding in VOSSEN en MARTER COLS tegen iijlie prijzen
W. F. GOftm
KNIP DIT UIT 1
nieuwst* DAMES-, MAIDS-
- en KINDERMANTELS, -
Lingeries, (wit en gekleurd
TricotagesKousen,
ZIJN HET UW
O OG EN
Joh. Lauwers.
PETROLEUM
PORTRET-HELIER IRC. OE BOER
KEIZERSTRAAT 70 - DEN HELDER
Wegens gevorderd
Selzoev
ROTTERDAMSCHE
BANKVEREENIGING
CORRESPONDENTSCHAP WIERINCEN'
SAFE DEPOSIT
DEPOSITO'S
Plaatst Uw spaargaldan op,
vraagt Voorschotten of
Credlet In loopende Reke
ning aan bij Uw«
Weet U al dat DE JONGH's
Meubelhuizen zl|n geopend en U
daar de grootste sorteer ing vindt
In prima nieuwe en 2e hands
•n man SO procent goed kso per koopt
dan In welke zaak ook.
Aanbavaland De Jongh's Meubelhuizen
Telef.344 Loodagracht69-71 Talaf. 344
DEN HELDER,
veorbeeo KLOPPER's Mfubelmagazijaen, recht tegenoverCasino
3 Minuten loopen van de Bus van Naastepad de Brug over
en dan rechts af.
TELEFOON IS
SCHAGEN
STHDB VOORRADIG UN
Blmzara. Mmntmloomiuuma, Jmpamaaa,
Bloummn bh K/ndmrJurkon
Tan de goedkoopste tot In de fijnste genres Prima eenpe gegarandeerd
Bsnsvsns groot assortiment
hahdsghoemeh bh houveaute-b
Aanbevaland, Ch. H. Th. SCHMALZ.
QAAT DAN NAAR
Payglop 3 - Alkmaar
Het oudste en beste adres
45 jaar bestaan 45 jaar vertrouwen
Reeds uw Ouders en Grootouders kochten hun
brillen en lieten hun recepten bij ons gereed
maken.
Onze oude en alom bekende zaak waarborgen U
prima werk en vakkundige bediening.
SPAART UW OOGEN.
Aanbevelend.
FEUILLETON.
OORSPRONKELIJKE ROMAN
door Levy Grunwaid.
(Nadruk verboden.)
(30.
Vier jaar had zij zoo in Parijs doorgebracht.
Kleine Judith was opgegroeid tot een guitig,
vriendelijk meisje, wier zwarte krullen en roo-
zonroode wangetjes den trots van haar moeder
uitmaakten.
Eens op een avond, de trap naar haar armoe
dig kamertje opgaande, werd zij beneden dooi
de congierge staande gehouden. Ze had kleine
Judith 's middags naar boven gebracht en in
haar bedje gelegd. De kleine klaagde over moe
heid en dat haar keeltje zeer deed. Het zou wel
zoo erg niet zijn, maar daar in de buurt nogal
veel kinderen ziek waren, was oppassen de bood
schap.
Ontsteld ijlde Mirjam de trap op. Met koortsig
gloeiend gezichtje, kreunend en snel ademhalend
lag kleine Judith in haar bedje. Een schok van
angst doorvoer Mirjam. Judith ziek, Judith, de
eenige, die zij nog over had, die nog wat om haar
gaf in de wereld. „Groote God, spaar mijn kind",
bad zij. „Ontneem mij mijn Judith, mijn eenigst
bezit niet."
Goedhartig vragend of zij van dienst kon zijn,
was de congierge bovengekomen en had een
boodschap naar den armendokter gestuurd.
„Het geval is ernstig. de koorts is te hoog.
zij zal vannacht heel, heel onrustig zijn", sprak
de aesculaap, „er moet bij* gewaakt worden."
Machteloos in den ongel ijken strijd, zat Mirjam
uren en uren bij het kleine bedje.. De nacht
traagde voorbij. In wilde ijlkoortsen zong klei
ne Judilh Hollandsche kinderliedjes, van „de
blanke top der duinen", van de zee, liedjes, die
Mirjam haar in de eenzaamheid geleerd had,
die haar deden denken aan den geboortegrond,
aan Duinhuizen, dat zij voor eeuwig den rug had
toegekeerd•I i,®
Beëedigd makelaar, Sohagen.
Tel. No. 13,
belast zich met het opmaken
van boedelscheidingen, suc
cessie, Memories (naar eigen
schatting) koopacten, ruilin
gen, huurcontracten, enz. en
het verstrekken van gelden
onder hypothecair verband.
Geeft advies in
belastingaangelegenheden.
Zitdag te Hippolytnshoel
ten huize van N. KOK aan de
Nieuwstraat, iederen
Zaterdag van 102 nar.
PRIMA AMERICAN
14 cent per Liter.
Vrij aan huis. De Automaat.
LEVERT UITSLUITEND 1STE KUS FOTOWERK
absoluut houdbare uilioeig
Kaorlloto's bruin of zwart lanal 12.00 pistuls.
ut,
Wleringen.
KAPITAAL f50000000 RESERVE/-20000.000
LOKETTEN
TER BERGING VAN WAARDEN
148 KANTOREN'in NEDERLAND
COÖPERATIEVE BOERENLEENBANK
ZITDAGEN VAN DEN KASSIER
TE OOSTERLAND MAANDAGAVOND
VAN ZEVEN tot ACHT UUR.
TE H.HOEF WOENSDAGMIDDAG:
VAN HALF DRIE tot HALF VIJF.
Plots deed de kleine lijderes de oogen open,
greep de hand van haar moeder.rustig bleef
zij een half uur met haar handje op Mirjam's
arm liggen.... Toen zeide zij „Mammie, ik
hen zoo moe.... Zegt u mij nachtlaaienen
(nachtgebed) voor.Judithje wil zoet gaan
slapen..Als moeder haar nachtzoentje gege
ven heeft, dan is ze morgen niet meer ziek
Doch de Heer over leven en dood had anders
beschikt. Den volgenden morgen, ondanks alle
toewijding, had Hij het zieltje van kleine Ju
dith weer tot zich geroepen. Handenwringend,
krankzinnig van smart, zat Mirjam bij het klei
ne doodsbed.
HOOFDSTUK XXXII
Ouwe Sien verschijnt ten tooueele.
„Ouwe Sien" was een gehaaide vrouw. Dat
moest zo ook zijn, want ze had een internationa
ie reputatie op te houden. Op 't eerste ge zicht
leek zc een goedig burgervrouwtje, die van den
prins geen kwaad wist. „Hoe „ouwe Sien" haar
brood verdiende, was voor menigeen een raad
sel. Maar verdienen deed ze 't. En niet alleen in
Holland, doch overal; in alle landen, in alle
hoofdsteden had Sien haar relaties. Bij al hare
deugden had de oude één gebrek. Met haar dienst
boden kon ze 't nooit lang vinden. Bijna iedere
week was er bij haar een andere gedienstige, bij
na iedere week ook, verscheen er een advertentie
in de bladen, waarin zij een hulp in het huishou
den zocht. Dit was nu niet zoo iets heel bijzon
ders, doch het vreemde was, dat sommigen van
die meisjes spoorloos uit 't land verdwenen, om,
naar, zij hun ouders schreven, in 't buitenland
een rijke betrekking te aanvaarden. De politie,
door vele klachten der ouders opmerkzaam ge
maakt, stelde een onderzoek in, doch Sien wist
van den prins geen kwaad. Kon zij het helpen,
dat ze niet langer bij haar in dienst wilden blij
ven, dat ze met een agent voor buitonlandsche
huizen, Nagel, een contract afsloten W at gin
gen haar die meisjes aan Bij Sien moest alleen
maar de kamer en keuken schoon gehouden
worden en dat die hooien niet bij haar wilden
blijven, kon zij toch niet helpen. De politie voel
de terdege, dat ze hier met een verkapte blanke
slavinnen-handelaarster te doen hadden. Voor
al, dat Nagel, een beruchte, internationaal ge
signaleerde schurk, zich met Sien verbonden
had, gaf reden tot argwaan. Maarbewijzen
waren er niet. Op zekeren dag, toen de politie
weer eens een visite bij oude Sien wilde maken,
vonden ze 't nest ledig. De recherche kwam al
spoedig te weten, dat de oude met een paar
dienstboden naar Parijs was vertrokken.. Een
klein kroegje aan de Seine scheen het hoofdkwar
tier der bende te zijn, telegrafeerde de Parijschc
politieprefect naar Amsterdam, .doch afdoende
bewijzen waren ook hier niet.
De nacht was over Parijs gevallen. Over de
groote uitgestrekte boulevards echter, die als
slagaderen door het hart der wereldstad klop
pen, joelde en bruischte het machtige leven,
daverden de auto's en omnibussen. De theaters
en cinema's braakten stroomen bezoekers uil,
die de terrassen der café's weer gretig opslurp
ten.
In zinloozen angst loopt een vrouw over bou
levard Montmartre. Handenwringend snelt zij
voort, verwonderd nagestaard door het wufte Pa
rijs. Onder het rouge, dat de wangen bedekt,
moet de doodelijke bl.eekheid onzichtbaar blij
ven. Op Montmartre mag slechts de lach, de on
natuurlijke lach koningin zijn. Op Montmartre
mag geen zichtbare Dood heerschen daar wer
velt de draaikolk van het leven. Voort, steeds
voort liep de vrouw. Weldra had zij het drukke
gewoel der boulevards verlaten en was zij een
zijstraat ingeslagen.
Wat wil mooie Mirjam, de dochter van mooie
Judith Wiat wil zij Weg, weg uit het leven
dat haar teleurstelling, smart en wanhoop
bracht. Uit het leven, omdat Judith haar ontno
men werd, omdat zij de last des levens niet lan
ger kon dragen. Een donkere zijstraat slaat zij
in. Eindelijk komt zij bij de rivier, bij de Scine.
Enkele booglampen hoog in de lucht, werpen
haar schijnsel in 't water. Hu, wart is 't koud, wat
is die wind scherp. Maar de arme vrouw voelt
het niet. Nadat men haar kindje uit huis gedra
gen heeft, heeft zij gcloopen, steeds door, zonder
bewustzijn waar zij was. Door de drukke hoofd
straten, waar donderend autobussen, taxi's en
trams raasden, is zij gegaan, zoekend den dood
tusschen de wielen, der* dood, die haar zou brei
gen hij haar kindje.... Maar de dood kwan
niet.... Onder wilde verwenschingen stopten dl
chauffeurs en de tramconducteurs, den Doo
geen gelegenheid gevend
„De Seine, de rivier", mompelt zij halfluii
„Over eenige dagen zal zij mijn lichaam tero*
geven, niemand zal weten, wat er van Mirjai
geworden is. Hij niet, die mij eens lief hai
en ook die baron niet, die mij misleidde en m(
zijn geld wilde afkoopen die baron, wiens kin
lag te sterven, terwijl hij in vermaak zwelgde
De rivier zal niet weigeren een weldaad aan mi
te doen.
Als in wanhoop kreet zij het uit „O, God, we«
Mirjam genadig
Zij was op de marmeren brugleuning geklora
men en breidde de armen tegen den nachtelijke
hemel uit
Hoog opgericht stond zij daar, de zwarte ha
ren fladderend in den stormwind gereed to
den sprong in 'de eeuwig voor tst room end en ri
vier de sprong, die haar zou brengen naa
haar kleine Judith. Doch plots voelde zij ee
magere beenige hand, die haar bij den zoom val
haar kleed greep en klonk een stem in het IIol
landsch haar in de ooren „Ho, ho, meissie,
is een beetje te koud om nu te gaan zwemmen
Kom van die leuning afOuwe Sien heb mid
deltjes voor alle kwalen: Ik heb er meer in mij
leven gekend, die eens als jij, 't hoekie om wil
den gaan, en die niet eens een baron haddel
zooals jij, die hun met geld wilden afkoopei
Kom van die brugleuning, jongedame", spral
oude Sien, „dan kenne we veel makkelijker pra
te," en, de daad bij het woord voegend, trol
zij Mirjam bij haar mantel op den grond.
„Een goeie vangst," mompelde de oude zacli
voor zich heen, „ze is een Hollandsche en praal
te van een baron, en een kind. Die kenne Nag<
en ik geld afknijpen."
„Kom, kom, niet zoo zwaar, ga jij maar mf
met ouwe Sien, mijn liefje. Zoo'n aardig kopj
als jij, komt nog best terecht. In Holland heb i
een groot huis en heb daar een juffrouw van ge
zeischap noodig daar ben je als geknipt voor'!
„Naar Holland., naar Holland?" Mirjan
deinsde achteruit. „Groote God., nooit!"
(Wordt vervolgd.)