GmhgtOuds 21 Jaargang. Dinsdag 7 October 1930. No. 77 ENTIEBLAD VOOR NIEUWS- EN ADVERTI WIERINGEN EN OMSTREKEN 1 WIERINGER COURANTS VERSCHIJNT ELKEN DINSDAG en VRIJDAG ABONNEMENTSPRIJS per 3 maanden 1. UBiltUi COXN. Je BOSKEX, WIEXINGEM o Jfev, P IU1I1U: Hippolytushoef Wieringen. Telefoon Intercomm. No. 19. AD VERTENTlêN Van 15 regels 0.50. Iedere regel meer 0.10. ELCK WAT WILS. DE ONBEWAAKTE OVERWEGEN. Het aantal ongevallen op onbewaakte spoor-overwegen is in den laatsten tijd weer onrustbarend stijgend in vrijwel ieder num nier van de courant komt het bericht van zulk een ongeval voor. Dit heeft het U- trechtsch Dagblad aanleiding gegeven zich te wenden tot den hoofd-ingenieur der spoor wegen, den heer Maas Geesteranus, chef van den dienst van Weg en werken, met de vraag, tot welke conclusies het onderzoek naar de oorzaken van al deze ongelukken op overwegen den laatsten tijd heeft geleid. De heer Maas Geesteranus vestigde er de aandacht op. dat iedere aanrijding op een cnbewaakten spooroverweg minitieus wordt onderzocht door een speciale commissie in die commissie zijn de Spoorwegen vertegen woordigd door ingenieurs of inspecteurs van de diensten vervoer, tractie, weg en werken, en zoo noodig seinwezen, terwijl het onder zoek bovendien wordt bijgewoond door een lid van het Rijkstoezicht op de spoorweg diensten. Van al deze enquêtes worden om standige rapporten opgemaakt, die óók ter kennis van het Rijks-toezieht worden ge bracht. Nu is bij vrijwel ieder ongeluk op de onbewaakte overwegen de oorzaak te wijten aan de onbegrijpelijke onoplettendheid van de bestuurders der aangereden voertuigen. Men moet de bijzondere gevallen natuurlijk uitschakelen zooals eenige weken geleden te Arnhem en nu pas weer te Ouderkerk aan den IJsel, waarbij het zich heeft voorgedaan dat de automobiel midden op den weg plotse ling bleef steken door een defect. Maar wan neer men die speciale gevallen buiten be schouwing laat, zijn alle andere overweg-on gelukken uitsluitend toe te schrijven aan de onbedachtzaamheid der bestuurders. Een onbedachtzaamheid, die volgens den heer Maas Geesteranus nog te onbegrijpelijker is, waar iedere onbewaakte overweg lang te voren zóódanig is aangeduid met kruisborden en fel-geschilderde hekken aan weerszijden van den rijweg, dat niemand kan beweren die aanduidingen niet te hebben waargeno men. Bestuurders van voertuigen zijn ver plicht de overwegen te benaderen met een vaart die niet meer dan 20 K.M. bedraagt; wanneer die snelheid inderdaad gereden wordt, is iedere bestuurder ook in staat zijn wagen nog te remmen wanneer hij op het laatste oogenblik nog gevaar ontdekt van een naderenden trein. Maar het onderzoek van alle overweg-incidenten wijst uit, dat men de overwegen tegemoet rijdt met een vaart die de 20 K.M. ver te boven gaat, terwijl de bestuurders niet de moeite nemen vóór het overschrijden van de spoorrails even te stop pen, om links en rechts de baan even af te kijken. Een voetganger, die in een gewone stads-straat den rijweg begeert over te ste ken, vergewist zich even of hij veilig dien o- vertocht kan ondernemen, maar een auto busbestuurder die een niet-bewaakten over weg verlangt te passeeren, neemt maar zel den den hier veel méér geboden maatregel om vóór dit passeeren een seconde stil te staan en uit te kijken. De Spoorwegen zélf doen inmiddels alles wat de veiligheid bij onbewaakte overwegen kan verhoogen. Behalve de bekende kruis borden en hekken zijn den laatsten tijd bij wijze van proef op 20 overwegen zoogenaam ae flikkerlichten aangebracht, die dag èn nacht om de seconde een hei-geel waarschu wingssignaal vertoonen, om de aandacht van FEUILLETON. OORSPRONKELIJKE ROMAN door LEVY GRUNWALD. (Nadruk verboden.) 53. „Mijnheer Roos, niet verder, om Godswil houd op met uwen spotsprak Mirjam bewogen, „het is te veelik kan het niet verdragenIk schreef uwen zoon, dat er nooits iets van kon komendat hij mij moest vergeten." „Niets van komen barstte de oude Roos los, „zeg eens meisje, dan ken je Samuel Roos niet meer. Ik zal me daar een gassene, (trouwdag) waarop ik gerekend heb, aan mijn neus laten voorbijgaanSamuel Roos is dezelfde brombeer niet meer als acht jaar geleden, meisje, hij heeft met scha de en schande de uitspraak onzer Wijzen geleerd Al tehi Tsaddik harbij (wees niet te overdreven) Touro ngim dereg erèts of de Wet is het voornaamste, maar sluit je oogen niet voor het gewone dagelijksche gebeuren. Plots zijn spottend ruwen toon latende va ren, sprak hij ontroerd „Mirjam, mijn doch ter, God heeft jou in 't leven teruggeroepen, dat is een groot wonder en mij heeft het niet alleen mijn zoon, maar ook een nieuwen geest gegevenWeiger niet langer, mijn dochter, op wonderbare wijze heeft een Hoo- gere Macht jullie, die ik, blind menschen- kind, in eigen gerechtigheid scheidde, weer tot elkaar gebracht. Wonderbaar zijn de we gen van den Schepper De handen opwaarts, kwam Mirjam smee- kend naar hem toe „Rabbi, vader van hem, dien ik meer lief heb dan mijn leven, maak mijn strijd niet moeilijk. .Ik dank u,: dat gij mij uwen zoon waardig keurt, God zij er voor geloofd, maar toch kan het niet. het passeerend publiek te trekken. Als men hekken en kruisborden niet opmerkt en zelfs niet tot voorzichtigheid wordt gemaand door deze flikkerlichten daarenboven, dan zijn waarlijk alle middelen uitgeput, om het ver keer op gevaar attent te maken. Men staat er nog bevreemdend tegenover dat na de vele ongevallen door eigen schuld van de laatste weken, daarin geen sterker aansporing heeft gelegen, om op een onbe- waakten overweg niets in de hoop op goed geluk te wagen, maar daarentegen de uiter ste behoedzaamheid in acht te nemen. Met twee seconden opoffering aan tijd kan men zich veilig stellen die twee seconden tijdver lies zijn toch wel weer in te halen KINDEREN UIT ONTWRICHTE GEZINNEN. De benauwende toeneming der echtschei dingen acht de Standaard (Anti Revolut.) een ramp. Een ramp niet hef minst voor de kinderen der ontwrichte gezinnen. Wanneer wij buiten rekening laten de echtscheidingen iri kinderlooze gezinnen, dan blijken in tien jaren, van 1918 tot en met 1928 in Nederland ruim dertien duizend echtscheidingen te hebben plaats gehad, waarbij ruim vijf en twintig duizend kinde ren betrokken waren. Pakkende dingen over het lot dezer kinde ren werden meegedeeld door jhr. Ortt, den directeur van Zandbergen, ter laatste alge- meene vergadering van de Vereeniging van Directeuren van Rijks- en Paticuliere Opvoe dingsgestichten in Nederland. Wat toch getuigde deze practicus onder meer over deze kinderen uit ontwrichte ge zinnen Naar zijn ervaring, ter vergadering door anderen, die te dezer zake ervaren zijn, on derstreept, is de toestand van deze tusschen vader en moeder, dank zij een nog al eens overeengekomen droit de visite, heen en weer geslingerde kinderen, zoodanig, dat hij ze meer beklagenswaardig acht dan de wee zen, die hun ouders geheel missen. Immers, de eersten hebben meegemaakt den strijd en het gekrakeel dat voorafgaat aan de echt scheiding, zü zijn ondergebracht bij vader of moeder, na de scheiding, zonder dat ern stig is gerekend met de vraag waar zij liet beste zijn, maar veeleer met de overweging, dat de kinderen maar zoowat verdeeld moe ten worden. Zij maken mede den strijd, die vtf&k gevoerd moet worden om de alimenta tiebij dragen, waartoe de niet met voogdij belaste ouder verplicht is, binnen te krijgen. Zij worden bij familieleden ondergebracht, waar zij over een hunner ouders, niet-bloed- verwant van die familieleden, vaak alles te hooren krijgen. De echtscheidings-gruwel treft het meest de kinderen. BINNENLANDSCH NIEUWS. G EëLECTROCUTEERD. Zaterdag is bij het onderstation van de Ne- derlandsche Spoorwegen te Delft de 28-jari- ge ongehuwde monteur P. van Waveren, uit Leidschendam, in aanraking gekomen met het hoogspanningsnet. De man was dadelijk gedood. OVERREDEN. Op het Keizer-Karelplein te Nijmegen was Zaterdagmorgen de kermis-exploitant C. M. Vermolen bezig het materiaal voor zijn eta blissement te vervoeren van het station naar Mirjam, de verachte, Mirjam, de vervloekte zij, die zes weken leefde in het huis van zedelooze vrouwen, bij misdadigers Smartelijk bewogen, de zin niet kunnende volbrengen, valt Mirjam schreiend voorover. Krampachtig, hartbrekend nikt zijLang zaam treedt oude Samuel Roos op de gestal te toe. ,„Stil, stil, mijn kind," zegt hij diep ont roerd, zacht zijn oude rimpelhand door haar lokken streelend, „stil, het Verleden is dood. Jij, die je leven hebt willen opofferen om je eer te redden, jij, die door de ellendelingen werd neergeslagen, om mij, die jou vervloek te en verachtte, te redden. Stil, stil, mijn kind. Het Verleden is dood. Het werd uitge- wischt in dien vreeselijken nacht, dat mijn zoon jou vond. Het werd uitgewischt, toen Mirjam be- bensjt werd. Het Verleden was dood, toen Mirjam kreeg den naam RachelRachel is de naam van mijn eigen dierbare vrouw, zij is ook de naam van haar, die mijn zoon terecht waardig keurt te huwen. Mirjam, mijn kind, het Verleden is uitgewischt, op den heiligen avond van Kol Nidrei, toen een zoon tot zijn vader terugkeerde, op dien hei ligen avond wordt gebeden lm jiejoe gato- sijgem kasjoniem kasjeleg jalbinoe, al waren uwe zonden helrood, wit als sneeuw zullen zij worden, want deze dag zal verzoening doen over uwe misslagen voor den Eeuwige zult gij rein zijn. Toen ik deze woorden voor droeg, Mirjam, toen dacht ik aan jou. De hei lige Verzoendag bracht Leven en Vrede in ons hart. Op den heiligen Kol Nidrei werd het Verleden uitgewischt, kasjeleg jalbinoe, blank en rein als sneeuw werd jouw ziel Mirjam, mijn lieve dochter, ik, een oude man, vraag je, neen, smeek je, wil je mijn doch ter, wil je de vrouw van mijn eenigen zoon worden Zachtkens heeft de oude Samuel Roos, Mirjam's hoofd opgeheven. Door haar tranen die als kristallen droppels aan heur donkere wimpers hangen, bleekt een heilige glimlach. Het is als een zon, die na dagen van sombe het Mariënburgplein. Zijn knecht, de 30-ja rige B. Lippinkhof, die per rijwiel naast den tractor reed, wilde een houten klos, die van dit voertuig was gevallen, op den wagen wer pen, Hij verloor daarbij het evenwicht, kwam te vallen en werd door een achter den trac tor gekoppelden woonwagen overreden. Zijn linkerbeen werd verbrijzeld, en zijn rechter been werd zwaar gewond. Lippinkhof is naar het Wilhelmina Ziekenhuis overgebracht. AUTO TEGEN BOOM GEBOTST. Eenige officieren gewond. Een gezelschap officieren van de Hoogere Krijgsschool, die een excursie maken door bet land, is, doordat de chauffeur het stuur kwijt raakte bij Leens met de auto tegen een boom gebotst. De chauffeur en twee officie ren, die binnen in de auto zaten, kregen niet ernstige verwondingen. Een officier, die naast den chauffeur gezeten was, sloeg met het hoofd door de voorruit, waardoor hij ernstig aan den neus werd gekwetst. Na eerst te Leens verbonden te zijn, is deze officier, kapitein Von Frytag Drabbe, naar Gronin gen overgebracht, waar hij op advies van den waamemenden chef van den Mil. Genees kundige Dienst in het Academisch Ziekenhuis is opgenomen. VERGETEN BIOSCOOPBEZOEKER TE ROTTERDAM. Het vergeten schoolkind heeft in Rotter dam zijn pendant gevonden in een vergeten bioscoopbezoeker. Zaterdagmorgen om half zeven bij het openen van het Thalia-theater aan de Hoogstraat troffen de portier en en kele werksters in de zaal de 28-jarige J. B. uit Terschelling aan. in eenigszins beschon ken toestand had hij Vrijdagavond de laatste voorstelling bezocht. De film zal hem wel niet erg geboeid hebben. Hij viel tenminste in een vasten slaap en bemerkte niet, dat alle bezoekers van het Theater vertrokken. Midden in den nacht werd de man wakker. Verwonderd vroeg hij zich af waar hij zich bevond. Voorzichtig tastte hij om zich heen en bemerkte dat hij nog in het Theater was. Hij vatte de zaak nogal gemoedelijk op. Deed hij pogingen om de zaal te verlaten, dan zou hij wellicht over de trapjes struikelen of zich tegen stoelen stooten. Hij strekte daar om de beenen uit en zette zijn slaapje voort tot de werksters hem smorgens wekten. BUITENLANDSCH NIEUWS. EEN DRAMA IN DE LUCHT. Passagier springt uit een vliegtuig. Na de landing Zaterdag te Hannover van het vliegtuig, dat den dienst tusschen Ham- brug en Hannover onderhoudt, deelde de passagier Radle mede, dat tegen 12.10 een tweede passagier Pipier, blijkbaar met de be doeling zelfmoord te plegen, uit de machine was gesprongen. Beide passagiers zaten naast elkander en Radle keek vol belangstel ling naar het landschap beneden hem, toen hij plotselingeen sterken luchtstroom voel de. Op dit oogenblik zag hij, hoe Pipier naar beneden sprong, zonder dat hij hem zijn noodlottig voornemen kon verhinderen. De politie begon na deze mededeeling direct haar nasporingen en slaagde er in, het totaal verminkte lijk in de buurt van Sottorf (di strict Harburg) te vinden. Uit de papieren bleek, dat het slachtoffer een 34-jarige chauffeur is uit Schollwitz in Silezië, die zijn woonplaats in Hamburg had. Een ingesteld onderzoek heeft uitgewe ren mist, door het wolkengordijn breekt. Het is of het akelige, sombere, trieste Verle den van haar weg vliedt, alsof zij staart in een toekomst van stralend geluk. Een oogen blik lijkt het alsof zij, de arme, die zoo lang in het duister heeft geleefd, den glans niet kan verdragen. De oogen gesloten, als in stil, heilig gebed, is Mirjam opgerezen. Dan, de handen ten hemel gestrekt, nadert zij den ouden man. Heftig bewogen, in diepe ontroe ring zegt zij „Rabbi.Vader.Ik wil uw dochter zijn." „Geloofd zijt Gij, o Heer der wereld, die goed, weldadig zijt", spreekt de oude Roos.. „Nou gut, noe gut, hartelijk gefeliciteerd", zegt plots Sjimme Noekoet, de oude beurt schipper, die ouden Roos op de lange reis van Duinhuizen naar Zwitserland trouw vergezeld had en ongeduldig op de gang had loopen wachten. „Noe gut, noe is aach hier widder alles gut"(nu is ook hier alles weer goed.) HOOFDSTUK LXIV. De Gassene. In de hooge oude Duinhuizer Synagoge branden alle lichten. Flip de Beer, de sjam- mes, deftig in zijn zwarte jomtofpak gekleed, loopt bedrijvig heen en weer, om de talrijke feestelijk uitgedoschte synagogebezoekers ie der hun plaatsje aan te wijzen. De oude Sy nagoge is tjokvol met Joden en niet-Joden. Vreemd en onwennig doen de goudgegallon- neerde uniformen der officieren van het garnizoen en van de marine aan. Ruw en forsch in hun blauwe zeemanstruien, zijn ook de Blauwe Zeeridders en hun vrouwen gekomen. Met stralend gezicht zitten de ou de Meile en Keile natuurlijk heelemaal voor aan, zich geheel als familie beschouwend. Vandaag is het een dag van groote vreugde. Hun lieveling, Mirjam, die nu eigenlijk Ra chel heet, de dochter van mooie Judith, krijgt goppe (getrouwd) met den zoon van den vromen Samuel Roos. „Noe gut, noe is alles gut" mummelt de oude Schipper Sjimme Noekoet heel tevre den. Ja, alles is goed. zen dat de 34-jarige chauffeur Paul Pipier, die nabij Hamburg uit een vliegtuig gespron gen was, sedert eenigen tijd werkloos was, zoodat men mede in verband met zijn moei lijke familie-omstandigheden aanneemt, dat de man uit wanhoop omlaag gesprongen is. DE HAAIEN-VISSCHERIJ. Plotseling teleurstellend resultaat. De haaien-visscherij, die volgens de plan nen van den heer Hanou in den vorm van een proefbedrijf, gefinanceerd door de K.P. M., de Factorij en de Escompto, reeds bijna vijf maanden in de wateren van den Lingga- archipel beoefend wordt dreigt teleurstellen de resultaten op te leveren. Wij lezen namelijk, dat de haaienvangst gedurende den laatsten tijd niet meer aan de verwachtingen beantwoordt. De haaien, die tot voor kort zeer talrijk waren in de zeeën in dat gedeelte van onzen Archipel, schijnen zich in groote scholen naar elders te verplaat sen, en de moeilijkheden voor de visschers is nu, dat zij niet weten, waarheen de haai en de wijk hebben genomen. ANNA PAULOWNA. Vergadering van Hoofdingelanden van den Anna Paulownapolder op Zaterdag 4 October 1930, des voormiddags te elf uur in het Polderhuis. Afwezig de Heer G. Lovink met kennisge ving. De voorzitter, de dijkgraaf C. Wijdenes Spaans opent de vergadering met het gebrui kelijk welkom, en deelt mede dat de heer G. Lovink wegens vacantie de vergadering niet zal kunnen bijwonen. De Notulen der vorige vergadering, worden door den secretaris voorgelezen, welke zon der op of aanmerkingen worden goedgek. 2. Mededeelingen De voorzitter deelt mede, dat de jaarwed den der Heemraden, welke door een besluit van 28 Juni j.1. zijn vastgesteld, door Ged. Staten zijn goedgekeurd. Een schrijven van 30 Augustus, is ingeko men, dat kasopneming heeft plaats gehad en in orde is bevonden. Verder deelt voorzitter mede, dat de be sprekingen en correspondentie tusschen het Polder- en Gemeentebestuur, inzake samen werking, voor het verbreeden en verbeteren der wegen, tot nog toe dit effect heeft ge had dat de Raad van Anna Paulowna voor kennisgeving één en ander heeft aangeno men. Echter meende het bestuur des polders, dat zoo langzamerhand de tijd weer is gekomen, om de Correspondentie weer te heropenen. Het bestuur heeft zich dan ook weer op nieuw tot B. en W. gewend, in een schrijven van 8 September, waarin een staat wordt o- vergelegd, van de door den Polder reeds .ge maakte kosten van wegverbetering. Tevens wordt in dit schrijven verzocht, te willen bevorderen, dat het aangevangen werk wordt hervat, waarvoor de gemeente dan zal moeten deelnemen, door 40 proc. in de gemaakte en nog te maken kosten. 'De Voorz. merkt hierbij nog op dat het be stuur des polders, ingevolge een opmerking in den Raad gemaakt, dat de bijdrage van 50 proc. te hoog wordt geacht voor de ge meente, de Polder een tegemoetkomende houding heeft aangenomen, zooals uit dit schrijven blijkt, door nu een bijdrage van 40 proc. te vragen, wat op een vermindering der kosten komt voor de Gemeente van f 9000. Boroeg Habbo (Geloofd zijn zij, die komen) roepen lachend en vroolijk de Duinhuizer Joden, als het bruidspaar stralend van geluk de Synagoge binnentreedt. Boroeg Habbo Gezegend zij die komen zet machtig het sjoelkoor in. El hasjijm wajo'our, de Eeuwige heeft ons Licht verschaft daveren de krach tige mannenstemmen, om met een devoot Dankt den Eeuwige, Wiens mededoogen al tijd voortduurt, te eindigen. Rabbi Samuel Roos, Arthur's vader, heeft het gebedskleed omgeslagen. Hij zelf zal de tak vervullen zijn eenigen zoon kedas mous- jé wejisroeil (volgens de wetten van Mozes en Israël) in het heilig huwelijk te verbin den. Lou omoes ki egjé (Neen, ik wil niet ster ven, ik wil leven) om de wonderen die God met ons deed, te erkennen. O, Heer, ik dank u, dat gij mij getuchtigd hebt, watehie liesjoengoo (het werd mij tot heil), heeft hij tot tekst gekozen. Diep geroerd spreekt hij Mirjam toe. Het verleden is dood. Verdriet en ellende, kom mer en verderf waarden over u, mijn lieve dochter, heen, maar dezen heiligen dag, waarop wij jou als onze dochter begroeten, op dezen dag noogieloo wenismegoo, slaken wij een juichkreet, op dezen dag verheugen wij ons allen." Als de oude Rabbi zijn rede beëindigd heeft, treedt hij van den kansel omlaag. Wonderschoon, begeleid door het Duinhui zer koor, zingt hij de zeven heilige beroogous (lofspreken), die bij den huwelijksritus be- hooren. Innig gelukkig staart Arthur zijn bekoor lijk bruidje aan. Plechtig neemt hij den gladden gouden ring en steekt dien aan den vinger zijner vrouw. Krachtig klinkt zijn stem „Harrij ad mehoedeesjes lie betabaan- gas zoe kedas Mousjee wejisroeil(Zie, door dezen ring zijt gij mij tot bruid gewijd volgens de Wet van Mozes en Israël.) Juichend vervolgde de oude Rabbi Roos het huwelijksceremonieel. Daverend zet hij in „O, wil deze geliefden verheugen, zooals Gij weleer Uw schepselen in den Hof Eden ver- In de laatst gehouden raadsvergadering, en deze zaak was ter sprake gekomen, en heeft men besloten om het aan te houden. Wij zullen dus maar rustig afwachten, al dus de voorzitter. Punt 3. Voorstel tot uitgifte en erfpacht van een terreintje voor het bouwen van een woning aan den N. Molenvaartsweg aan N. Raap en dan twee terreintjes aan de Prov. Noordholland voor den bouw van transfor matorstations resp. aan N. Molenvaartsweg en den Stoomweg. De Voorz. vraagt excuus voor de groote haast welke het Bestuur heeft gehad, met het verzoek van den heer Raap. De Heer Raap zelf echter had op spoedige inwilliging aangedrongen in verband met zijn spoedige ontslagaanvrage als school hoofd, en wilde zoo spoedig mogelijk zijn wo ning bouwen, aangezien hij gaarne aan de KI. Sluis zou willen blijven wonen. Met de voorwaarden gaat de Heer Raap accoord. Aangezien de heer Raap, een waar dig lid voor de gemeenschap is geweest, voornamelijk wat het landbouwonderwijs be treft, heeft het bestuur dan ook gemeend den Heer Raap terwille te moeten zijn. Berekend wordt voor het te bebouwen ge deelte f 7 1/2 per M2 en 2 cent per M2 voor het overige. De grond wordt uitgegeven voor den tijd van 30 jaar. De Heer K. A. Kaan merkt op dat de voorz. zegt dat de Heer Raap zich bijzonder ver dienstelijk heeft gemaakt voor den Polder. Spr. vraagt dan ook of het niet mogelijk zou zijn om den grond te schenken zoolang de Heer Raap leeft. De voorz. merkt op dat hij niet heeft ge zegd voor den Polder, doch voor de gemeen schap, een Commissie uit die gemeenschap zou dit dus den Heer Raap kunnen aanbie den de polder mag geen grond gratis uitge ven. Het -bestuur is met de prijs voor het eerste gedeelte gelijk gebleven, aan die van het per ceel er naast liggende. Wat het overige be treft, omdat het zoo'n rare hoek is, doch de heer Raap dit er ook bij wilde hebben voor tuingrond, is het Bestuur van meening, dat dit stuk met 2 cent per M2. kon worden vol staan. De Heer Stammes vindt de grond wel aan de dure kant en vraagt of het geheel niet wat verlaagd kan worden. Voorzitter zegt dat de Heer Raap accoord gaat met de voorwaarden .Voorz. laat de tee- kening corculeeren.) De Heer Kaan het komt toch niet in bot sing met den primairen weg De Voorz. Het is geen primaire, doch een secundaireweg. Den Heer Van Balen Blanken vraagt of het, schuthok weggaat, wat op het terrein staat. De voorz. Dit wordt opgeruimd, en in eigen dom van den polder. Besloten wordt om het terrein uit te ge ven in erfpacht aan den heer Raap eveneens besluit de vergadering, gronden in erfpacht uit te geven aan de Prov. Noordholland, te gen een vergoeding van 10 cent per M2. voor den tijd van 50 jaar: Punt 4. Voorstel tot verhooging van de ver goeding voor het gemis van tuingrond aan den sluiswachter P. Kuiper van 10 op 40 per jaar. Voorz. zegt het een zit aan het ander vast; Kuiper heeft de grond in gebruik, welke nu aan den heer Raap komt, hij is indertijd aan gesteld op een jaarwedde plus verschillende emolumenten, welke nu komen te vervallen, heugdet. Geloofd zijt Gij, Die vreugde, brui degom en bruid, blijdschap, gejuich, vroolijk- heid en verlustiging, liefde, verbroedering, vrede en vriendschap geschapen heeft. Moge de Eeuwige, onze God, weldra in Juda's ste den, in Jeruzalem's straten gehoord wor den Koul soosoun wekoul simgo (de stem van verblijding en vreugde). Koul gooson we koul kallo (de stem van bruidegom en bruid)" Plechtig heeft Rabbi Roos het verbond zij ner kinderen ingezegend. Vol vreugde heb ben de Duinhuizer Joden het Koul soosoun- refrein herhaald. Hun ouderwetsche hooge zije hoeden wiegend op hun grijze haren, heb ben Japie Velleman en Sjimme Noekoet mee gezongen, vreemd en schor, als zat er een brok in hun keel, kwam het geluid over hun lippen. Een oogenblik heerscht er nu diepe stilte, dan trapt volgens de Joodsche traditie de bruidegom een klein glaasje in duizend scherven. „Mazzeltof, mazzeltof" (veel geluk) roepen de Joden. „Mazzeltof, veel geluk, veel zonneschijn, mijn lieveling", zegt Arthur. diep bewogen, zijn jonge vrouw omhelzend. „Mijn man, mijn innig geliefde man".... Teeder legt Mirjam haar kleine blanke hand op zijn schouder.... dan herhaalt zij, als in vervoering „Mijn man tot in den dood." „Noe gut, noe gut", zegt de oude Sjimme Noekoet, zich een weg banend door de brui- lofstgasten. „Noe is 't alles ook hier, gut. Sjimme heb 't altijd wel geweten. Gut, noe gut, altijd gut" En Sjimme Noekoet had gelijk, 't Was goed, meer dan goed geworden, want volgend* jaar, kwam de oude Keile bij oude Meile. Ze zou den nu eens niet over iemand roddelen, in tegendeel. Geheimzinnig fluisterde zij „Mei le heb je gehoord, volgende week een brls- miele (besnijdénisfeest) hoor, in 't groote doktershuis een wolk van een jongen en een kraamvrouw, om broge over te maken, een pracht." EINDE.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Wieringer courant | 1930 | | pagina 1