De Heer Van der Ham, zegt verheugd te zijn over voorstel B. en W. Spr.'s fractie staat op het standpunt, dat de tijd voor onze ge meente is gekomen om een plan van uitbrei ding op te maken. Doen we het nu zelf niet. straks zullen Ged. Staten het voor ons doen. Het kan toch niet in de bedoeling van den Raad liggen om an deren het te laten doen. Iedere wet wordt gemaakt als gevolg van de noodzakelijkheid. Wij moeten niet wach ten tot het noodzakelijk is, want dan is het al te laat, indien men eerst alles maar vol laa: bouwen, dan komt men later voor veel hoogere kosten als het dan blijkt, dat bepaal de perceelen in den weg staan. De menschen, aan wie het maken van een dergelijk plan wordt opgedragen zullen er rekening mee moeten houden dat het een plattelands gemeente is. De Heer Kuiken, is van meening dat het niet noodzakelijk is voor de gemeente een uit breidingsplan te laten maken. De bebouwing hier heeft haar grootsten omvang wel gehad. De menschen heben hier allemaal een huis mét een schuur, en er kunnen er nog veel meer geplaatst worden Aan alle kanten is nog ruimte, het wordt hier toch geen middel punt en het zal allemaal wel bouwland blij ven ook. Wat de wet betreft, die behoeven wij niet vooruit te loopen. De regeering maakt ook wel wetten die blijven liggen. Om nu maar weer 3500 naar Amsterdam te slcepen vindt spr. niet noodig. De Heer Komen zegt dat het zwaarte punt van de voorstanders is „de wet verplicht ons." Maar wij zijn de wet al vooruitHeb ben wij niet 8000 M2. bouwrijpen grond, waar zeker 200 huizen op kunnen en is hier tame lijk gebouwd reeds, de bevolkingstoename is niet geplaatst in een centra, doch is hoofd zaak in de Westpolder z.i. is er geen kans op vastloopen. Wij zijn voor een half milli- oen garant (Landarbeiderswoningen) en voor 200.000 aan bouwterrein bovendien. Onze verplichting zijn wij dan toch zeker nageko men waar zal een gemeente zijn die zoo - veel doet voor uitbreiding. Spr. zal dan ook tegen stemmen. De heer Koorn blijft op zijn standpunt staan. Hij ziet de noodzakelijkheid niet in. Van der Ham zegt wel, dat Ged. Staten het dan voor ons do^n zullen dat wil hij dan nog wel afwachten. De Voorz. zegt, dat Ged. Staten wel bekend is wat wij hier reeds gedaan hebben dat neemt niet weg dat wij gehouden zijn om met Januari een desbetreffend plan te laten ma ken of anders krijgen wij er één van Ged. Staten met de kosten berekening voor de Ge meente. De Heer Rezelman, ziet ook het belang niet in van een Algem. uitbreidingsplan met Breezand zal wel volstaan kunnen worden. Je kunt toch niet zeggen hoe of het in de toe komst zal zijn, en dan helpen plannen toch ook niet, want wanneer ergens een bepaald uitbreidingsplan noodig is, kun je aan het geheele plan wel niets meer hebben. De Voorz. zegt, dat de menschen die de op dracht krijgen een speciale studie hiervan maken. De Heer Van der Ham zegtde heeren noe men nu „Céres" wel op, maar dat is niet wat bedoeld wordt in art. 31. „Céres" is een bebou wingsplan, van een bepaald stuk land hier voor is geen speciale studie gemaakt, en is evenmin als uitbreidingsplan bedoeld. Het is best mogelijk dat 10 a 20 jaren noodig zijn voor dat een dergelijk plan noodig blijkt, doch indien het plan er ligt kunnen er geen dingen gebeuren, die niet gebeuren mogen. De Voorziter wij hebben al één geval ge had, waar B. en W. dachten dat een weg zou komen, doch die toch die vergunning tot het bouwen op die plaats niet tegen konden houden, omdat wij geen plan hebben. De Heer Jonker vraagt of de Raad opper machtig blijft inzake de goedkeuring. De Voorzitter antwoordt, dat de Raad ten alle tijde haar goedkeuring moet verleenen aan de plannen en teekeningen. Het voorstel van B. en W. wordt hierop aangenomen met 6 tegen 5 stemmen. Voor stemden de heeren Lubbert, Stammes, Jonker, Van der Ham, Keuris en Raven. Te gen de Heeren Komen, Van der Berg, Kuiken Koorn en Rezelman. De Voorzitter merkt op, dat het geen mooi- e overwinning is. 8. Voorstel tot wijziging der verordening tot verdeeling der gemeente in stemdistric- ten. (Zie ontwerpverordening. Naar dit ont werp zullen, naar de kiezerslijst 1930/1931 de stemdistricten de volgende aantallen kie zers omvatten I 825. II 783. III 554. IV 419.) (Reeds opgenomen in ons vorig nummer.) De heer Keuris vraagt of de raad alleen voor de raadsverkiezingen de verordeningen maakt, en niet voor Staten en Kamer. Voorzitter zegt, dat Ged. Staten de veror dening voor Staten en Kamerverkiezingen ma ken naar de verordening van den Raad. De verordening wordt goedkekeurd. 9. Aanvragen om voorschotten ingevolge de bepalingen van de Landarbeiderswet van J. G. Logeman en C. de Rooij. De heer Van der Ham zou gaarne in Comi té hiervan wat willen zeggen. De Voorzitter voldoet aan het verzoek, zoo dat de Raad ten tweede male in comité gaat. Na heropening wordt medegedeeld, dat de aanvraag van J. G. Logeman, onder voorbe houd, wordt toegestaan. B. en W. wenschen nog één en ander te onderzoeken, terwijl de aanvraag C. de Rooij wordt toegestaan. In verband met de mededeeling op de a- genda dat na afloop der vergadering, een bespreking zal worden gehouden omtrent bijdrage van de Gemeente aan den Anna Paulownapolder, stelt de heer Kuiken voor om dit punt nu maar in het openbaar te doen; wij hebben er nu genoeg over gespro ken, aldus de heer Kuiken. De Voorzitter zegt dat er toch waarschijn lijk wel geen beslissing zal vallen en dat nog wel een vergadering zal volgen indien even tueel wel een beslissing mocht vallen zal de pers nog kennis worden gegeven. 10. Rondvraag. De Heer Kuiken stelt een vraag, inzake het plaatsen van een raam in een boet aan den openbaren weg. De voorzitter zegt, dat voor dergelijke fei- tifiteiten de raadsleden zich niet als bood schappenjongens moeten laten gebruiken. Laat de persoon toch op het Raadhuis ko, men, ieder wordt hier te woord gestaan. Dit zijn geen zaken voor den Raad. De Heer Van der Berg klaagt over de on gelijkheid van het Electrisch Licht. De Voorzitter zegt dat wanneer de nieu we transformatoren gereed zijn dit wel beter zal zijn. Hierna' sluiting. NOG EEN BEKEND INGEZETENE van Anna Paulowna. Plaatsten wij in een vorig nummer de familie Penne- kamp thans mogen wij onze bekende biljarter de Heer Slikker in actie afbeelden. ANNA-PAULOWNA, 21 October 1930. Mijnheer de Redacteur. Uw fotograaf vraagt mij iets over m'n biljartersloopbaan en de biljartsport te vertellen, waaraan ik met genoegen wil voldoen. Als ik ga beginnen, wanneer ik de eerste keu in m'n handen nam, weet ik niet precies, denkelijk was ik een jaar of achttoen moest ik nog op een stoof staan om met de keu de ballen te raken. Wel weet ik nog heel goed. dat ik op 12-jarigen leeftijd de eerste prijs won met 25 keer stooten op een biljart met zakken, waarin ik 62 punten be haalde mijn opvolger haalde er 53 en kwam ik blij thuis met 2 wilde eenden. Op 18-jarigen leeftijd behoorde ik tot de beste spelers uit Hollands Noorden toch maakte ik tot m'n 35-jarigen leef tijd weinig vorderingen. Tot dien tijd kon ik geen seriespcl ook masseeren was mij onbekend en was een serie van 50 voor mij een groote gebeurtenis. Toen ik in het najaar van 1915 de Belg Iloremans zag spelen, stond ik verbluft die man hield alles bij elkaar in een driehoek het eene tiental na het andere volgde zonder moeilijkheden steeds dezelfde positie voor niet-kcn- ners lijkt dit eentonig, maar 't is bui tengewoon moeilijk, een groote zelfbe- heersching en een in bedwang houden der zenuwen is er noodig. precies op maat moet elke stoot zijn ;is de afstoot te hard, gaan de ballen uitelkaar is die te zacht, wordt gemist het amortisee- ren, of doodstooten van de bal is een zeer belangrijke factor dat wil zeggen, dat als de carambole is gemaakt, de speelbal blijft liggen bij de bal, die het (laatst is geraakt en zorgen dat de eerst geraakte er ook bij komt en er niet voor of er achter, maar er naast niet alleen ik, maar vele biljartspelers stonden paf I-Ioremans stuurde de ballen waar hij ze wilde hebben. Drie maal heb ik Horemans gadege slagen en van dien man heb ik veel ge leerd ik begreep, dat als ik vooruit wil de, m'n geheele speltype moest worden veranderd en vanaf dien tijd heb ik me op de serie toegelegd, wat tot gevolg had, dat ik m'n gemiddelde aanzienlijk heb weten op te voeren. Enkele jaren na Horemans' optreden werd door de heeren Broer te Schager- brug en De Wit te 't Zand een handicap bjliartmatch uitgeschreven waaraan ongeveer 40 liefhebbers deelnamen en welke wedstrijden zeer in den smaak vielen. Als gevolg van deze wedstrijden kwam een vereeniging, die zich later bij den Ned. Biljartbond aansloot. Onze helaas overleden Voorzitter, do heer Broer van Schagerbrug heeft er veel toe bijgedragen de biljartsport po pulair te maken op verschillende plaatsen heb ik voor propaganda ge speeld en vaak was Broer hij rne, die de aanwezigen aanspoorde op de hem eigen amicale wijze lid der biljartvereeniging te worden. Thans spelen we dezen winter een gioepen-wedstrijd op drie datums, één in November, één in Januari en de laat ste in Februari elke afdeeling is vier groepen en elke groep bestaat uit vier deelnemers, zoodat iedere speler telkens drie partijen moet spelen de groep, die de meeste partijen wint ontvangt een prijs en daar de partijen met handicap worden gespeeld, zijn de kansen van alle deelnemers even groot. Dat onze vereeniging bij het Hoofd bestuur van den Nederlandsclien Bil jartbond goed staat aangeschreven, moge blijken, dat aan ons de organisa tie van het eerste klas biljart-kampioen schap is opgedragen, hetwelk in Scha- g( n wordt gehouden in de „Cérès" op 19, 20 en 21 Dec. a.s. Verleden jaar hebben we het 2de klas klein biljart gehad, nu het eerste, wat natuurlijk een nog grootere attractie 'voor biljartliefhebbers is. Dikwijls heb ik reeds aan kampioen schappen deelgenomen en het zijn zoo wel voor spelers als kijkers zeer aange name en mooie wedstrijden. Driemaal heb ik tevens 't genoegen ge had een kampioenschap te winnen, n.1. dat van Holl. Noorderkwartier in 1924, het eerste klas kampioenschap van .Noordholland in 1927 en dat van Neder land in 1929. Vanaf dat tijdstip ben ik bij de 2e klas groot biljart ingedeeld, op welk terrein ik me niet zoo best thuis gevoel; het spelen op groot biljart is veel moeielijker en moet nog meer op de serie worden gelet. Wil men beter leeren biljarten, ben ik van oordeel, dat het beste systeem is spelen met sterkere spelers, desnoods met voorgift; met over band of van rood of met vier ballen bereikt men niets. Mijnheer de redacteur, hoewel ik zeer beknopt iets over het biljartspel heb geschreven, ben ik toch misschien uitvoeriger geworden als U wel voor uw plaatsruimte wenschelijk acht en wil hiermee eindigen en mochten er biljartliefhebbers zijn, die iets naders willen weten over onze biljartvereeni ging, gaarne is onze nieuwe voorzitter, de heer J. Schenk Dz., Schagen, en mijn persoon bereid hen alle mogelijke in lichtingen te verstrekken. C. SLIKKER Cz. OP DE GEMEENTELIJKE WONINGBOUW - CÉRESHOEVE TE BREEZAND, ANNA PAULOWNAT Zeker gaat er geen Raadsvergadering voorbij, of de Woningbouw op Céréshoeve wordt genoemd, en wij' achten het daarom van belang een beeld te geven van de mooie architectuur der woningen. Wij kunnen niet nalaten het Gemeentebestuur en bovenal Burgemeester en Wethouders hulde te brengen voor hun voortvarendheid inzake Gemeentelijke woning bouw die zeker een unicum in de plattelandsgemeenten mag worden genoemd. Het plaatselijk aspect wordt er niet weinig door verhoogd Ook 't uitbreidingsplan, in de laatste vergadering dooi den Raad aangenomen, is toe te juichen. Vooral in een polder, zooals de onze, doet een mooie regelmatige wo ningbouw, den inwoner en ook den vreemdeling weldadig aan. DE MIJNRAMP TE ALSDORF. Reeds 231 dooden, 100 zwaar gewon den en 61 vermisten. De achtste grootste ramp sinds 1908 in de Duitsche mijnen. Te Alsdorf (ten Noorden van Aken en ten Oosten van Heerlen, nabij de Nederlandsche grens), waar zich de trotsche gebouwen verhieven boven het ingenieuze schachten- en gangen systeem van de Anna II en de Wil- helmsmijnen, is het thans als een oor logsfront, waar met het zwaarste geschut jaren achtereen vernieling werd toegebracht. Een verschrikkelijke ontploffing heeft in de mijnen bij Alsdorf dood en ver leid gezaaid. Dinsdagmorgen te 7 uur klonk een hevige knal waarbij een hooge" vuur zuil uit de mijnschacht oprees, dadelijk gevolgd door zware rookkolommen. Bij de eerste reddingspogingen boven gronds werden 25 zwaargewonden ge vonden, alsmede 19 dooden. De zieken huizen in den omtrek waren spoedig gevuld. Daarna werden uit het onder- grondsche bedrijf 9 dooden te voor schijn gebracht. In den loop van den ochtend steeg het totale aantal dooden successievelijk tot 35, waarna het in den loop van den avond tot 65 aangroei de. 150 man bevonden zich echter nog in de mijn, omtrent wier lot men in volko men onzekerheid verkeerde. De reddingsploegen, welke onvermoeid werkten vonden bij haar opruimingsar beid een muur, waarin een gat was ontslaan. Dit gat was met kledingstuk ken van mijnwerkers dichtgestopt. Toen deze verwijderd waren, vond men 15 mijnwerkers nog in leven en een doo de. De grootste verwoestingen zijn aan gericht in de mijngang op 460 meter diepte. Daar zijn veel dooden aangetrof fen; men vond zelfs enkele arbeiders, die nog geheel in brand stonden. De Doodsklok klept. De doodsklok klinkt pver deze mooie streek, waar \ele gezinnen reeds met ze kerheid weten, dat hun geliefde man, vader of zoon uit hun midden zijn weg gerukt, maar waar ook nog een grooter aantal menschen in ontzettenden twij fel verkeert. Steeds weer keeren zij naai de mijn terug en als zij nogmaals hoo ien. dat nadere berichten ontbreken, wordt hun wanhoop nog groot er. Wat een ooggetuige vertelt; Men kan zich geen voorstelling ma ken van het geweld dezer groote ont ploffing. Een enkele ontploffing, die,, barstend uit een mijnschacht, heel het geweldige gevaarte daarboven; al die duizenden tonnen machinerieën en den zwaren toren in de lucht schoot, deed neerkwakken op het aangrenzende ge bouw, dat tegelijker tijd door den lucht druk uit elkaar gereten werd. Van het reusachtige gebouw van de mijn staat nog slechts het voorste ge deelte dat het verst van de schacht ver wijderd was. overeind. Dat is het gedeel te. waarin hoog in de lucht, de kleeren- bundels hangen van de arme drommels die daar beneden, 400 meter onder den grond angstig op verlossing wachten, of reeds gestikt zijn. Duizenden en duizenden die op de groote steenbergen op de mijn samenge pakt staan om uit de verte angstig het werk te volgen van degenen die zoeken naar hen die onder de puinhoopen be dolven liggen, zouden willen, dat deze reusachtige puinhoopen in een mini mum van tijd opgebroken en wegge voerd zou worden. Maar menschelijk kunnen staat vrijwel machteloos. Treffende bijzonderheden. In het kantoorgebouw werd een em ployé, die voor de open brandkast stond met zulk een kracht tegen de deur van de kast gedrukt, dat hij dood bleef lig gen. Nog op een afstand van 250 m. wer len dooden gezien, die evenwel dooi de puinhoopen niet konden worden ge- boi gen. In een vlak in de nabijheid van den lifttoren van de Wilhelmschacht gele gen mijngang werd een arbeider met. zulk een kracht tegen de balken geperst dat zijn lichaam dc balken precies vol gens den vorm van zijn lichaam ver- schoof. Den arbeider werd het hoofd ge heel verpletterd. Op een andere plaats vond een reddingsbrigade op ongeveer 300 meter afstand van de plaats der •amp een enkele hand. De vermoedelijke oorzaak. Als oorzaak van de ramp is aan te nemen een ontploffing van een dyna miet voorraad op 252 m. hoogte. Echter zekerheid bestaat daarom trent nog niet. Doch 'n ontzettende ramp is het, die 200 man gedood heeft, een honderdtal verwondde en die een gioote moderne mijn. waarin i2000 ar beiders werk en hun brood vonden, to taal verwoest heeft, zoodat het milloe- nen gouds en maanden zal kosten alvo rens hier weer normaal gewerkt zal kunnen worden. Ons Lichaam en onze Gezondheid. Ons gezichsvermogen. De oogspecialist heeft alle mogelijke instrumenten en methoden om onze oo- gen te onderzoeken en daarbij let hij ook op het gezichtsvermogen. Het ge zichtsvermogen in engeren zin heeft niets te maken met het vermogen om kleuren te onderscheiden, zoodat een kleurenblinde soms een beter gezichts vermogen heeft dan iemand met nor male oogen. Het gezichtsvermogen kan gestoord worden door fouten in het zich aanpassen van het oog bij de sterkte van het omringende licht. Als wij uit een lichte kamer in een donkere komen, kunnen wij in het begin slecht zien, om dat onze oogen zich eerst bij de andere lichtsterkte moet aanpassen. W-ij heb ben allen wel opgemerkt, dat dit tame lijk lang duurt. In het donker wordt het purper van het- netvlies weer in zijn oorspronkelijken toestand hersteld, na dat het door het felle licht was ver bleekt. Van dit purper hangt n.1. af, hoe veel licht onze oogen kunnen opnemen. W anneer dit purper volledig aanwezig is, kunnen wij zelfs in een tamelijk don kere kamer nog goed zien. De gevoelig heid van het oog neemt echter de eer ste 10 minuten nog niet sterk toe; dit gebeurt pas in de daarop volgende <20 of 30 minuten. Stellen wij het gezichtsvermogen bij het binnentreden van de donkere ka mer op 1, dan is het na 10 minuten ge stegen tot 100 en na 20 of 30 minuten tot 1000 of 2000. Deze toeneming van het gezichtsver mogen gaat bij bepaalde oogziekten langzamer in zijn werk, n.1. bij de staaf \ormige oogcellcn. terwijl bij kleuren blindheid de kegelvormige oogcellen niet goed functionneeren. De kegelvor mige cellen van het netvlies dienen voornamelijk voor het zien bij dag; slan gen, hagedissen en andere dagdieren hebben bijna uitsluitend kegelvormige cellen in hun oogen. Aan den anderen kant bedienen wij ons in het donker vooral van de staafvormige cellen en deze komen dan ook bijna uitsluitend voor in de oogen der nachtdieren, zoo als vleermuizen, uilen en diepzeevis- schen. Dieren, die zoowel 'snachts als overdag levendig zijn en over een goed gezichtsvermogen beschikken, hebben cellen van beide soorten. BINNENLANDSCH NIEUWS. FABRIEKS ONGEVAL. W\oensdag waren in een ijzergieterij te Yaassen de arbeiders Ruggenberg en Lafieren, beiden wonende te Yaassen en gehuwd, in de ijzergieterij .,De Indus trie" in de afdeeling aluminium bezig, toen plotseling een hoeveelheid gloeien de aluminium uit de machine spatte, waardoor beide arbeiders door de hee- te massa werden getroffen. De arbeider H. werd zwaar gewond en in zorgwek kende)) toestand moest hij naar het zio konhuis te Apeldoorn worden overge bracht. De arbeider L. werd licht ge wond en kan thuis worden verpleegd. Omtrent de oorzaak is niets hekend. HIJ WILDE CENTEN MAKEN Bij een garagehouder te Den Haag werd Dinsdagmiddag een auto te koop aungeboden door iemand uit Rotter dam. Aangezien de garagehouder ver moedde, dat de zaak niet pluis was, gat hij kennis aan de politie. Een onderzoek werd ingesteld waar bij bleek, dat de wragen dien ochtend bij 'n garagehouder te Rotterdam was ge huurd. Naar aanleiding daarvan is de 23-jarige monteur, wonende te Rotter dam aangehouden. De man bekende. Hij is in verzekerde bewaring gesteld. i HET CONFLICT in de TYPOGRAFIE. Zooals men weet dreigde er een staking in de drukkerswereld en het stond er naar dat zelfs geen courant meer zou verschijnen. Tot welk een ontwrichting dit in het economisch leven aanleiding zou geven, kan men zich indenken. Men dacht dat de staking onvermijde lijk was. totdat Woensdagmiddag half drie de besprekingen onder leiding van den Rijksbemiddelaar mr. S. de Vries met de beide partijen te zamen nog maals plaats vonden. Om 3 uur trokken de patroons zich in afzonderlijke be spreking terug, welke voortduurde tor 3.40 uur. In dien tusschentijd heeft de- Rijksbemiddelaar zich nog herhaalde lijk tusschen berde vergaderzalen heen en weer bewogen. Er is eindelijk overeenstemming be reikt. De collectieve arboids overeen komst wordt weer aangegaan voor den tijd van ongeveer drie jaar en wel tot den eersten Zaterdag in October 1933. Het uurloon van de volwassene werk nemers (24 jaar) wordt met ingang van 17 Nov. 1930 met 2 cent per uur ver hoogd en met ingang van 17 Nov. 1932 nog eens met 1 cent per uur. Voor de jongere werknemers zal het bureau der Centrale Commissie 'n evenredige ver hooging vaststellen. AANRANDING te VALKENSWAARD. Ie Valkenswaard, op geringen af stand van de Belgische grens, stapte des ochtends, een onbekend persoon de keuken eener boerderij binnen en begon er zijn toilet te maken. De dochter des huizes verzocht den indringer zich te verwijderen, waarop deze het meis je aangreep en het wegsleurde in de richting van een nabijgelegen riviertje. Op haai* hulpgeroep schoot een broer toe, die den aanrander eenige slagen toediende, waarna de kerel kans zag te ontvluchten. Hij is later te Hamont over dc grens aagehouden.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Wieringer courant | 1930 | | pagina 2