i 21e Jaargang. NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR WIERINGEN EN OMSTREKEN DE VERSCHOPPELING WIERINGER COURANTm V KHSCHIJNT ELKEN DINSDAG en VRIJDAG. abonnementsprijs per 3 maand.Tl 1. UITGEVZK i COXN. J, B08KEX, WIEKINGEN BUREAU Hippolytushoei Wielingen. Telefoon Intercomm. No. 19. ADVERTENTIèN: Van 15 regels 0.50. Iedere regel meer 0.1 n EEN VOORSTEL VAN GED. STATEN VAN NOORDHOLLAND OM STEUN TE VERLEE- NEN AAN NOODLIJDENDE AKKERBOUWERS. Praeadvies van Ged. Staten over de motie-Colijn voorschotten tot een maximum van 4000 of f 150 per bunder voor kleine akkerbouwers. Gedep. Staten van Noordholland hebben prae-advies uitgebracht over de motie-ColiJn, waarin wordt gevraagd te overwegen, of óók aan de akkerbouwers steun kan worden ver leend. Uit de door Ged. Staten ingewonnen adviezen blijkt, dat de meeste bedrijven de nadeelige gevolgen ondervinden van de zeer lage prijzen der producten en geen winst doch verlies opleveren. Vooropgesteld wordt, dat voor zooveel kon worden nagegaan, in den akkerbouw niet in die mate als in den tuinbouw een algemeene noodtoestand be staat. Aan den anderen kant heeft het inge stelde onderzoek buiten twijfel gesteld, dat er een categorie van akkerbouwers is, die in groote moeilijkheden zijn geraakt en die niet voldoende draagkracht bezitten, om zonder hulp die moeilijkheden te overwinnen. Dat ook de aard der geteelde producten hierbij een groote rol speelt, behoeft geen be toog. Dezelfde redenen, welke er toe geleid heb ben, een regeling te treffen met betrekking tot het verleenen van garantie voor tuinders voorschotten pleiten voor het treffen van een soortgelijke regeling ten behoeve van de ak kerbouwers. Evenwel zal beperking geboden zijn. Het denkbeeld behoort niet post te vat ten, zeggen Ged. Staten, als zou het tot de taak der provincie behooren, om aan takken van bedrijf, die tijdelijk ongunstige resulta ten opleveren, door borgstelling de mogelijk held tot het verkrijgen van credieten te ope nen. Indien dan ook de provincie bijwijze van uitzondering ten behoeve van noodlijdende akkerbouwers tot een borgstelling als hier be doeld, overgaat, zooals zij dat ook deed ten behoeve van noodlijdende tuinbouwers, dan behooren door dezen maatregel slechts die akkerbouwers te worden gesteund, wier eco nomische positie met die van de tuinbouwers in hoofdzaak gelijk gesteld kan worden en bij wie evenmin als bij dezen voldoende draag kracht mag worden ondersteld. Op grond hiervan meenen Ged. Staten, dat er aanleiding bestaat, om het besluit van 28 Oct. j.1. aan te vullen in dien zin, dat Ged. Staten worden gemachtigd, de borgstelling der provincie uit te strekken tot de overeen komsten van geldleening, welke zullen wor den gesloten door die akkerbouwers in de provincie, die naar het oordeel van Ged. Sta ten voor steun tot in standhouding van hun bedrijven in aanmerking komen. In de voorwaarden, waaronder voorschot ten aan tuinders zullen kunnen worden ver leend, onder garantie van de provincie ei van de gemeenten, zal op het voetspoor van de in 1923 vastgestelde regeling worden be paald, dat elk voorschot ten hoogste 1/6 deel van den veilingsomzet van aanvrager gedu rende de jaren 1928 en 1929 tezamen be draagt, en niet een bedrag van f 4000 over schrijdt. Op overeenkomstige wijze zouden Ged. Sta ten de aan sommige akkerbouwers te verlee nen voorschotten willen beperken tot een maximum van f 4000 in totaal en van f 150 per H.A. Het gevolg zal zijn, eensdeels, dat de gara- tieverleening in het bijzondër aan de kleine re, minst draagkrachtige bedrijven zal ten goede komen, anderdeels dat geen voorschot ten verstrekt zullen worden, welke te groot zouden zijn in verhouding tot den omvang van de bedrijven. Aangenomen moet worden, dat indien een bedrijf een dergelijk voorschot zou behoeven om in stand te kunnen blijven, de mogelijk heid van aflossing van te voren als gering beschouwd zou moeten worden en dus feite lijk de provinciale steun op een gift zou neer komen. In alle bijzondere gevallen zal er voor ge waakt moeten worden, dat slechts de bedrij ven geholpen worden, die inderdaad door de ongunstige omstandigheden, niet om andere redenen in moeilijkheden gekomen zijn. WIJ BREIEN en repareeren alle soorten Wol len Kleeding. Kousen en Sokken, ook de aller fijnste. JAAP SNOR ZUIDSTRAAT 15, DEN HELDER. Let op den Gelen Winkel. FEUILLETON. DE VRIJHEID VAN DEN ONDERWIJZER. Het zal wel steeds een netelige vraag blij ven, schrijft De Nederlander (Chr. Hist.), in hoeverre de onderwijzer buiten de school zich volkomen vrij mag uiten. Er is geen sprake van, dat wij hem zonder meer zouden willen binden. Doch even vast moet het staan, dat de onderwijzer van de vrijheid met veel tact gebruik moet maken en dat hij zich beperkingen opleggen moet in het belang van zijn school, die immers zijn eerste taak is en zijn voornaamsten plicht hem stelt. HET EEN IS ZOO DUIDELIJK ALS HET ANDER. De moeilijkheid gaat pas beginnen, wan neer het den onderwijzer aan dien tact man gelt. Dezer dagen heeft te Velsen het geval zich in zeer klare lijnen voorgedaan. Daar was bij het openbaar onderwijs een onderwijzer voorgedragen, die door B. en W. niet ter benoeming aan den Raad voorgedra gen werd. Waarom niet Zoo is in de Raadsvergade ring gevraagd. De wethouder antwoordde dat B. en W. meenden, dat de eerst voorge- dragene in de politiek te zeer op den voor grond trad. Spr. achtte het niet in het belang van het openbaar onderwijs daarop dieper in te gaan. Een der Raadsleden, die het college steu nen wilde, merkte op at de onderwijzer als ambtenaar verplich tingen heeft en dat zijn optreden in vrij jiren zoodanig moet zijn, dat zijn ambt er door wordt opgebouwd. Waar het openbaar onder wijs neutraal is, was spr. het B. en W. eens, dat de onderwijzer in zijn vrijen tijd niet mag ondermijnen datgene, wat hij als onderwij zer moet opbouwen. Het blad laat de politieke richting van wet houder, Raadslid en onderwijzer onvermeld. Want het is niet om één bepaalde richting te doen, doch om het vraagstuk in algemee- nen zin. Ook wij zijn van oordeel, aldus besluit het blad, dat wie uit vrij levenskeus de school zich als levensterrein en levenstoekomst heeft gekozen, nu ook moreel gebonden is tot een gedrag, waardoor die school geen schade lijdt. En dat de overheid voor de overheidsschool volkomen bevoegd is, om bij voordracht en benoeming zich de norm te herinneren. Niet de vrijheid is daarbij in het spel, maar de toekomst van het belang, waaraan én Over hied én onderwijzer zich moeten wijden. BINNENL. NIEUWS. TEKORT AAN DEVOTIE. In „Het Ouderlingenblad" maandschrift ten dienste van hen, die de Gereformeerde kerken in het ambt dienen, lezen wij over te kort aan devotie in den eeredienst het vol- (21. Zij las uit een overzicht van de literatuur van den dag en toen het uit was, legde zij het tijdschrift op haar schoot en deed een opmerking. Is u het met mij eens vroeg zij. Ik begrijp het niet goed. Dan hebt u er niet naar geluisterd. Ik verzeker u, dat geen woord mij ont gaan is, zeide hij, ik heb voortdurend uw stem gehoord, die mij als muziek in de ooren klonk. Bent u boos Welniet zoo boos, als ik wel moest zijn. Hij stond op en kwam naast haar staan, op haar neerziende. Ik wou iets zeggen, zei hij, dat u mis schien kwalijk zult nemen. Als dat zoo is, moet u het mij zeggen, dan zal ik weten dat ik een dwaasheid heb begaan. Ik ben niet zoo erg gelukkig in mijn leven geweest. Er bestaat een reden, waarom ik u niet ten huwelijk kan vragen, maar als het mij gelukt om die reden uit den weg te rui men, mag ik dan terug komen Het duurde een poos voor zij hem ant woord gaf, haar hoofd zonk lager op haar borst, zij werd erg bleek en leek wel uit mar mer gehouwen. Eindelijk hief zij het hoofd op en zei Ja. Mag ik dus terugkomen Ja, herhaalde zij bedaard en op duidelij ken toon. Dank u, zei hij op zachten toon, daarop gende teekénende stukje „Wij weten allen, dat in onze kerkdiensten bij tijden een geroezemoes wordt waargeno men, dat hinderlijk is zoowel voor den die naar des Woords bij zijn prediking en gebed als voor hen, die hun zielen op den eeredienst zoeken in te stellen. Er is menigmaal een on gemotiveerd gedraai en geschuifel, een onge duldige en geprikkelde sfeer, die de aandacht belet om zich ten volle op het heilige te richten. Er is op de ongelegenste oogenblik- ken een ongetemperd overluid voldoen aan allerlei lichamelijke prikkels, als hoesten, niezen en neussnuiten, dit laatste soms tot onder het bidden toe. Er valt te klagen over ergerlijk gestommel, gegichel en geginnegap van opgeschoten jongens en dito meisjes, bij elkander gegroept in afgelegen hoeken van het kerkgebouw, waarbij speciaal de gaande rijen berucht zijn. Er waart vooral in die Ge meenten. waar men om redenen aan de vee teelt ontleend geen avond- maar middag diensten heeft ingericht, wel eens de geest eens slaaps en soms eens diepen slaaps door de kerkbanken en kerkstoelen." SOCIALISME EN KERK. Vrees voor politiek op den kansel. „Politiek" nog geen verkiezingsge- doc. Een appelen-geschiedenis. In antwoord op het stuk van den heer H. Braat in de (Doopsgez.) Zondagsbode, waar in de sch. zijn vrees voor politiek op den kansel uitte, schrijft ds. F. Kuiper te Krom menie, voorzitter van het comité „Socialisme en Kerk" welks stichting aanleiding tot die vrees had gegeven nu in het zelfde blad. „In elk geval stel ik er prijs op, aanstonds te verklaren, dat ik niet de eerste, noch de eenige ben onder onze predikanten, die zich op politiek terrein beweegt of bewogen heeft. Verder wil ik er nu reeds op wijzen, dat politiek, althans socialistische politiek, niet in hoofdzaak is een verkiezings-quaestie, maar een streven naar meer gerechtigheid in de samenleving. Wanneer dit streven dan tot dusver in ons gemeenteleven „steeds een zeer ondergeschikte plaats innam", zooals br. Braat opmerkt, dan lijkt het me zéér de vraag of dat voor een Christelijke gemeen schap te verantwoorden is. „In de derde plaats wil ik opmerken, dat het meer op den voorgrond plaatsen van po litieke vragen m.i. volstrekt niet behoeft te leiden tot het uiteenvallen van onze broe derschap. zooals br. Braat meent. Onze een heid mag toch niet berusten op het verzwij gen van verschilpunten, maar moet bereikt worden door het daarbovenuit elkaar vinden in de gemeenschap met God. „De slotzin van het stukje van br. Braat heeft mij daarom zéér pijnlijk getroffen. Ik hoop, dat hij ook ten aanzien van mij het oog zal willen richten op wat ons vereenigt als leden van dezelfde Christelijke Broederschap" De redacteur van het blad, ds. W. Koeke- bakker te Dordrecht, maakt er een opmer king bij over de twistappels, die tegenwoordig onder, de Doopsgezinden worden geworpen (de andere twistappel is natuurlijk de zaak van ontwapening en dienstweigering.) Na de komende Kerst- en Oude jaarsover denkingen hoopt zij pennevruchten uit Krom menie te ontvangen, echter zonder appeltjes er bij die aanleiding kunnen geven tot een uittocht uit het (Doopsgez.) paradijs. DE HERV. KERK EN DE ZUIDERZEE. De actie van het Zuiderzeefonds. Nadat vanwege het Zuiderzeefonds der Ned. Herv. Kerk in verschillende classicale ressorten besprekingen waren gehouden en overleg was gepleegd over de wijze van uit voering van de gestelde taak en over het vormen van classicale commissies, zijn langs achtereenvolgens te Utrecht, Breda en Meppel, voor omliggende ressorten vergade ringen belegd. Voorzitter was prof. dr. Slote maker de Bruine, met wien de tweede voor zitter, ds. Eilerts de Haan, de secretaris, de heer Van Voorst van Beest, en de penning meester. de heer De Jong Schouenburg, aan wezig waren. Het doel der bijeenkomsten was een onderzoek in te stellen aangaande den stand van het werk, kennis te nemen van eventueele bezwaren voorts de afgevaardig den van classicale besturen, of van reeds be staande classicale commissies nader voor te lichten en in te lichten, ook over den vorm, waarin en de wijze, waarop in eenige ressor ten aan dit belangrijk werk een begin van uitvoeren zou kunnen worden gegeven. Eeni ge bezwaren zijn besproken en van reeds ver kregen resultaten kon met voldoening wor den kennis genomen. In de classis waar men tot dusver op bezwaren stuitte, zal het werk nu met kracht worden aangepakt en voortge zet. Van de 44 classes hebben er 35 aan deze vergaderingen deelgenomen. PLATTELANDERSBOND. De crisis. Donderdag j.1. hield de Plattelandersbond te Utrecht zijn algemeene vergadering. Na langdurige discussies werd met algemeene stemmen een motie aangenomen, waarin bij de Regeering wordt aangedrongen op spoedige hulp aan den landbouw door loonende pro ductieprijzen te verzekeren voor landbouw producten, tarwe, aardappelen, suikerbieten, zuivel- tuinbouwproducten, en den land bouw in het algemeen van de lasten, voort spruitende uit de sociale verzekering, te ont heffen. AUTO TE WATER. Drie inzittenden verdronken. Zaterdagmorgen is te Zwolle een auto, waarin zich bevonden, de 27-jarige Nanne Jelmersma, zijn 3 jarig zoontje en zijn schoon vader de heer T. Koenen, allen uit Sittard ter hoogte van de Kerkstraat in de Stads gracht gereden. Zij hadden in Zwolle over nacht, bevreesd voor dien dichten mist en de gladheid van den weg. s Morgens om 5 uur hadden zij zich per auto' op weg begeven om een begrafenis in Leeuwarden bij te wonen. Een slagersjongen die om dien tijd op een af stand passeerde, hoorde een klap. Toen hij ging kijken zag hij, dat er een auto in de Stadsrgacht was gereden. De jongen waar schuwde onmiddellijk de politie. Er werd een onderzoek ingesteld en het gelukte met groo te moeite de drie personen boven te brengen. Zij waren echter reeds dood. Nader meldt men :De auto moet met vrij groote snelheid de Kerkstraat uitgereden zijn. Hier moet men om over de Diezepoort- brug den Meppelerweg te bereiken, een hoek maken van 90 graden. Als waarschuwing staat hier een verkeerspaal met roode lan taarn. Waarschijnlijk is deze door den be stuurder van de auto niet opgemerkt, als gevolg van den mist, en is de auto in volle vaart van den hoogen steilen wal in de stads gracht gereden. De auto is daarbij over den kop geslagen toen men den wagen vond, stond deze met de voorwielen naar den wal gekeerd. De au to was diep in den modder gedrongen. De Stadsgracht is hier ter plaatse vrij diep. Door den slag in het water werden eenige schippers, die in de nabijheid van de plek van het ongeval met hun schepen in de Stads gracht liggen, gewekt. Zij hebben onmiddel lijk getracht hulp te verleenen, door te pro- beeren onder water de portieren open te ma ken. Dit lukte evenwel niet. Spoedig was de politie ter plaatse. Met een bootje" werd de auto bereikt en de politie heeft, om de inzittenden te kunnen helpen den kap van den wagen stukgeslagen. In de auto vond men de 27-jarige Nanne Jelmers ma, zijn driejarig zoontje en zijn schoonva der T. Koenen, allen uit Sittard. De drie slachtoffers, die dik onder de modder zaten werden onmiddellijk op den wal gebracht, bukte hij zich en drukte een kus op haar lippen, waarna hij de kamer verliet. Toen de deur dicht ging was de spanning, waarin zij verkeerde, verbroken. Met een lui den kreet viel zij achterover in deh armstoel en bedekte haar gelaat met de handen. Hij had haar dus lief. Ja, zij had dat al ver scheidene dagen geweten en zij had er tegen gestreden, maar had den strijd niet kunnen winnen. Zij had haar best gedaan om trouw te blijven aan Cosmo, maar nu wist zij einde lijk, dat gij hem nooit zou willen of kunnen trouwen. Zij zou nooit gelukkig kunnen zijn met iemand anders dan Ashford. Welke hinderpaal zou er in den weg staan? Een ander meisje Was hij misschien al ge trouwd Had hij in zijn jeugd een misslag begaan, waarvoor hij nu moest boeten Hij behoorde nu aan haar toe. Die kus had haar tot de zijne gemaakt en zij kon het denkbeeld niet verdragen, dat een andere vrouw recht op hem zou hebben. Ik wou, dat hij mij meer verteld had, dacht zij. Waarschijnlijk zou hij er weer over praten, voordat hij vertrok. Tegen Cosmo kon zij hierover niets zeggen, zoolang Ashford nog in huis was en misschien vertrok hij wel gauw. Zij verwachtte al te hooren, dat hij den volgenden morgen zou vertrekken, of mis schien dienzelfden dag nog en dat vervulde haar hart met schrik. Het was wel hard, dat zij nu zouden moe ten scheiden dacht zij. Het zou ook hard zijn, dat zij na zijn ver trek aan Cosmo en haar voogd hkar veran derde omstandigheden zou moeten zeggen en tevens dat Ashford haar om een onbeken de reden niet ten huwelijk kon vragen. Dat zou zoo zonderling lijken. Zij voelde wel, dat zij nog een poos alleen wilde blijven. Ashford kwam niet terug, dat had zij ook niet verwacht. Hij wilde zich be- heerschen en daarom durfde hij nu niet heel waar de intusschen gewaarschuwde dr. Mar- cus slechts bij alle drie den dood kon consta- teeren. ACHTERUIT TE WATER GEREDEN. De bestuurder verdronken. Vrijdagnacht is te Usquert een auto, be stuurd door den heer H. Niboer te 't Zand (Gr.) te water gereden. De heer Nieboer ver voerde de echtparen Knot en Zuur naar Us quert. Toen het echtpaar Knot dat aldaar moest zijn aan het kanaal was uitgestapt, en de auto zou draaien, reed deze achterwaarts te water en sloeg over den kop. De echtge- noote van den heer Zuur werd spoedig opge haald en kwam met den schrik vrij. De heer Zuur werd later opgehaald. Zijn toestand was Zaterdagmorgen nog bedenkelijk. De be stuurder van de auto, de heer Nieboer, was, toen hij uit het water werd gehaald, reeds o- verleden. BLOEMBOLLEN-HANDEL. En de inschrijving van firma's in het Handelsregister. In de afdeeling Hillegom van de Algem. Ver. voor Bloembollencultuur zijn ernstige bezwaren uitgesproken tegen het klakkeloos inschrijven van firma's in het Handelsregis ter. Men uitte den wensch, dat het hoofdbe stuur der Vereeniging een verzoek tot wets wijziging zal indienen, waardoor het instel len van een onderzoek naar de in te schrij ven firma mogelijk wordt. De burgemeester van Hillegom, mr. D. F. Pont, die ter vergadering aanwezig was, zei er zich zeer over te verheugen, dat dit onder werp werd aangeroerd. Allerlei elementen die in het bollenvak niet thuis behooren, laten zich als firma inschrijven en zijn dan gerech tigd om handel tedrijven verwisselen liefst cm de paar weken van naam. Vooral dit laat ste moet onmogelijk gemaakt gemaakt wor den. Het aantal klachten dat uit het buiten land bij hem binnenkomt is legio, waaronder van hoogstgeplaatste regeeringspersonen, waar door de goede naam van het vak in het bui tenland ernstig wordt geschaad. Het hoofd bestuur is echter angstvallig om op te treden, spr. heeft in dezen reeds met den heer Kre- uage een onderhoud gehad. De medewerking der justitie is miniem, omdat men bevreesd is bij niet-veroordeeling een precident voor anderen te scheppen, doch alleen een zeer krachtige actie kun succes hebben. Het is een werkelijk belang voor de geheele streek. Vooral Hillegom lijdt sterk aan dit besproken euvel. Op de te Haarlem te houden algemeene vergadering zou de burgemeester dit onder werp nader bespreken. alleen met haar blijven. Toch moet ik hem npg spreken, voordat hij voorgoed weggaat, dacht zij, want dit te onzeker, ik moet weten, waar ik op wacht, hij kon weieens nooit terug komen. xvn. Cosmo zwierf troosteloos door het huis rond. nadat hij Ashford had achtergelaten in het volle genot van zijn glorie. Hij struikelde tot zijn ergernis over een kleedje in de hal, bleef met het dashondje spelen tot dit naar hem beet en toen werd hij door een boozen geest geleid naar de ka nier van de huishoudster. Juffrouw Bennett, de huishoudster op Chis- holme, was er al heel lang geweest. Zij was als helpster gekomen en in den tifd van den ouden graaf, was met den tuinman getrouwd en had de goede positie, die zij nu had, aan haar eigen zorg en netheid te danken. Cos mo had haar van zijn geboorte af gekend, zij had hem als baby helpen verzorgen en hem ook later helpen bederven. Zijn koffer naar school bevatte altijd heel wat lekkernijen, die zij bezorgde. Nu nam hij een air tegen haar aan, maar zij adoreerde hem en soms ging hij weieens naar haar kamer, als hij in een neerslachtige of mededeelzame bui was en omdat hij zich nooit zoo erg gemeenzaam maakte met zijn minderen, waren zijn bezoe ken steeds een eer. Hij merkte dien middag, dat de juffrouw ie mand bij zich had, een net uitzienden man van middelbaren leeftijd, die aan een klein tafeltje van een goed maal zat te genieten, die beleefd opstond, toen hij binnenkwam. Zoo, juffrouw, ik wist niet, dat u bezoek had, anders was ik niet gekomen, zei Cosmo, die terstond heen wilde gaan. Komt u gerust binnen, mylord, zei juf frouw Bennett, zijn lordschap heeft mijnheer Brookfield hierheen gezonden om een kopje koffie te drinken, voor hij naar Londen ver BÜITENLANDSCH NIEUWS. BELGIë. NIEUWE FORTEN TEGEN DUITSCHLAND. Kanonnen, die over Nederland heenschieten? In de Chicago Tribune schrijft Anne So- mers House een artikel over de versterkingen, die op het oogenblik in België worden aange legd in verband met een mogelijken nieuwen oorlog met Duitschland. Eben-Emael, schrijft hij, is op het oogen blik een onbekend vredelievend boerendorp tusschen het Belgische Luik en het Nederland sche Maastricht. Over drie jaar zal Eben E- mael algemeen bekend zijn, bespionneerd en bewaakt als het laatste en modernste super fort van België Het fort Eben-Emael, wordt gebouwd om een opmarsch van Duitsche troepen in Bel gië in een mogelijken toekomstigen Europee- schen oorlog tegen te houden. De Chicago Tribune heeft de volgende bij zonderheden vernomen omtrent het Belgische program van versterkingen, dat wordt uitge werkt onder het oppertoezicht van den Bel- gisehen minister van nationale verdediging, trekt. Cosmo knikte en keek den detective on derzoekend aan, terwijl hij vroeg U is zeker voor zaken bij mijn vader ge weest Ja, mylord. Uw gezicht is mij bekend. Waar kan ik u meer gezien hebben Dat kan ik u wel zeggen, mylord, een kennis van mij, Joe Spiller en ik hebben ver leden jaar de eer gehad om u en nog een jong mensch naar Whitechapel te vergezellen. O, ja, dat herinner ik mij best. En waar over kwam u nu mijn vader spreken 0 Ik geloof, dat lord Warburton die zaak stil wou houden, antwoordde de ditectieve, dus u zult het mij wel niet kwalijk nemen, als ik er over zwijg. Ik twijfel er niet aan, of de graaf zal er uzelf over in lichten. De geheimzinnigheid van den man maakte Cosmo natuurlijk nog nieuwsgieriger dan hij al was. Hij begreep echter opeens, dat het ge sprek wel over Ashford geweest zou zijn. Nu, dan zal ik het u verder maar niet lastig maken, zei hij, ik kom wel eens een an deren keer, juffrouw Bennett. Met een knikje verliet hij de kamer. Zou het mogelijk zijn, dat hij gelijk had gehad in zijn onderstelling omtrent Ashford, dat de man niet deugde Het denkbeeld alleen bracht een gloed op zijn wangen. Natuurlijk was het mogelijk, dat het bezoek een andere zaak betrof over huurbetaling of een kleinen diefstal, maar er bestond altijd een mogelijk heid, dat het met Ashford in verband stond. Hij ging dadelijk kijken waar zijn vader was en vond hem in de studeerkamer, met de courant in de hand. Lord Warburton las anders zelden couran ten na den lunch, er was dus wel iets dat hem uit zijn gewoonten had gerukt. Zeg vader, begon hij, wat kwam die man uit Scotland Yard hier doen Hoe weet je, dat hij hier ls vroeg lord Warburton met gefronst voorhoofd. Ik zag hem toevallig in de kamer van de huishoudster. Het is toch geen geheim O. neen, hij kwam mij over zaken spre ken. Een onbeduidend iets. Had het iets met Ashford te maken Hoe denk je dat zoo Van mijn standpunt is die onderstelling al heel natuurlijk. Je staat dikwijls op een verkeerd stand punt. Zou u dus willen beweren, dat dit bezoek niets met Ashford te maken had Ik beweer niets, antwoordde lord War burton, maar ik weiger om de zaak met je te bespreken. Als ik je mijnvertrouwen hierin had willen schenken, dan zou ik het wel ge daan hebben, je moet maar tevreden zijn met de inlichtingen, die je van terzijde hebt ge kregen. Cosmo werd rood en zei Vroeger zou u zoo niet tot mij gespro ken hebben, die sinjeur heeft u betooverd. Vindt u goed, dat ik een paar dagen uit ga, totdat hij weg is De vader voelde zich aangedaan en dacht, dat hij wel wat hard geweest was in zijn haast om Ashford te beschermen. Cosmo was toch ook zijn zoon, de eenige, die hem vader noemde. Hij stak hem de hand toe met ernstig ge laat en zei Excuseer mij, mijn jongen, ik was wel wat hard. Je hebt alle recht om het te we ten en als je het weet, zal je edelmoedig zijn. Het bezoek van den detectieve betrof inder daad Ashford. Je vermoedens waren gegrond en je hebt getoond, in dezen meer wereldwijs heid te bezitten dan ik. Ik heb nu gehoord, dat hij een avonturier is en de politie te Chi cago zoekt hem wegens valschheid in ge schrifte. Dus ik had toch gelijk riep Cosmo. (Wordt vervolgd.)

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Wieringer courant | 1930 | | pagina 1