J. E. KIUSS
22e Jaargang.
Vrijdag 20 Maart 1931
No. 23.
NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR
WIERINGEN EN OMSTREKEN
BLANKE KRUL. PRUIMTABAK.
DE VONDELING.
ST00MERIJ en VERVERIJ
S. KROM.
WIERINGER COURANT^
VERSCHIJNT ELKEN
DINSDAG en VEIJDAO.
ABONNEMENTSPRIJS
per 3 maanden 1.
UIT4ETM i
COEN. J. BOSKEB, WIIIII11R
BUREAU:
Hlppolytnshoel Wleringen.
Telefoon Intereoam. No. lt.
ADVERTENTIëN:
Van 15 regels 0.50.
Iedere regel meer 0.10
HEERENBAAI
P0RT0RIC0.
TABAKSFABRIEK „DE WAKENDE LEEUW"
LAAT A, 125 ALKMAAR.
Prima kwaliteit in alle prijzen.
Spaart onze rebussen
hebben ook als punten groote waarde.
70 80 100 120 140 150 160 180
200 225 250 300 350 400 450 en
500 cent per pond.
PARIJSCHE MODEBRIEF.
DE EFFEN STOFFEN ZULLEN HET WINNEN.
Slechts kleine patroontjes, welke bijna
den geheelen achtergrond bedekken.
Plaidstof voor mantels en rokken.
Waarvoor een ongebruikte reisdeken al
niet benut kan worden Enkele jaren gele
den, toen de nauwe kokerjaponnetjes nog in
de mode waren, vertoonde mijn vriendin
zich op een goeden dag in een jurk, die ze
uit een reisdeken had gemaakt.
De zachte wollen stof, het aardige Schot-
sche patroon, de franje (die onder den rok-
zoom en langs den kraag was gezet,) maak
ten het eenvoudig toiletje werkelijk tot een
succes.
Ook heden ten dage kan men weer onge
bruikte plaids tot kleedingstukken verwerken
en is daarmede dan zeer in de mode, b.v. een
rok van plaidstof en daarbij een effen man
teltje en lange shawl die bij den rok past, of
wel een effen rok met een aardig Schotsch
manteltje zooals onze afbeelding aangeeft.
Juist als reactie op de dikwijls zoo vreemde
en buitenissige patroontjes van de laatste
jaren schijnt
het eenvoudige
plaidweefsel zeer
in den smaak te
komen. En men
ziet het alleen
in dikke wollen
stof, maar ook
in zijde, tafzijde
b.v. waarvan
men snoezige
blouses maakt
die bij effen
donkere tailleurs
alleraardigst
doen.
Warme, maar
lichte stoffen.
Zooals vanzelf
spreekt zijn de
stoffen die voor
het begin van
de lente moeten
dienen, warm en
wollig hoewel
niet zwaai-. Soepel laken, serge, stoffen met
vischgraatweefsel of waarvan de oppervlakte
een weinig oneffen en korrelig is. Men voor
spelt verder aan fluweel een goede toekomst.
Het zal waarschijnlijk min of meer de plaats
in gaan nemen van het zoo geliefde kasha.
Het nieuwe flanel, dat men ons brengt, ziet
er dikwijls uit als heerenstof, maar is fijner
en soepeler en zeer geschikt voor dames japon
nen, zomer-sportmantels en eenvoudige, lich
te mantelpakken. Jersey staat natuurlijk
ook op het programma, en eveneens wollen
crêpe en wollen voile. En dan zien we nog tal
van nieuwe wollen stofjes die weer eens wat
FEUILLETON.
9.
Daar hij sierlijk van gestalte was en zijn
heele verschijning iets bevalligs had, heette
hij in de wandelingde knappe Patricius.
Van zijn vroegste jeugd af had hij dan ook
altijd veel succes behaald bij de vrouwen en
hij had een heele reeks veroveringen ge
maakt, maar daar waren er onder, die hem
N heel wat gekost hadden, zoodat hij bij den
dood van zijn vader tot over de ooren in de
schulden stak en dat de wapenspreuk van
zijn geslacht voor hem bij voorbeeld wel de
volgende wijziging mocht hebben ondergaan:
„Ik ben véél schuldig, betaal weinig en doe
volstrekt niets."
Korten tijd daarna was hij getrouwd, zijn
vrouw, die karakter had, hield hem in toom,
twee jaren, die hem eindeloos lang schenen
en waarna hij weer tot zijn liefelijke gewoon
ten verviel. Saligneux wist hij te reddenal
leen de uithoeken gingen er aan. Op veertig
jarigen leeftijd was de baron dus weduw
naar, vader van een allerliefst dochtertje, dat
hij voor eigen meerdere vrijheid aan de zor
gen van zijn zuster, gravin De Juines, toever
trouwde, die zich óók al even makkelijk van
de opvoeding van^ haar nichtje af maakte
door haar naar een kloosterschool te zenden.
Als haar vader haar daar dan eens haastig
kwam opzoeken, sprak hij altijd
Gelukkig, dat je mijn dochtertje bent,
anders zou ik verliefd op je zijn geworden
Men zei van hem ,,'t Is een wellevend
mensch." En dit was ook al wat er van hem
te zeggen viel. Hij was aangenaam in den
omgang, altijd bereid tot een voorkomenden
groet, een vriendelijk woord, een gulle belof
te, wat hem al even licht en luchtig afging.
variatie brengen op het oude thema, aardige
combinaties van wol en zijde en ook een se
rie stoffen, die men „sinellic" noemt en die
er nu eens als ongebleekt katoen uitzien, dan
weer als zijde en een ander maal als onver-
valschte wol. Maar in welken verschijnings
vorm dan ook de stof is prettig in het dra
gen en kan altijd goed gewasschen worden
(tenminste naar de fabrikant beweert, we heb
ben het zelf niet beproefd.)
Veel kant.
Opmerkelijk is het hoe zeer mevrouw Mo
de op kant is gesteld in den laatsten tijd.
Zelfs onder de wollen stoffen zien we tal van
kantachtige weefsels, van zware wollen kant
tot heel fijne voiles met streepen van open
zoompjes. Op deze manier kan men bij alle
gelegenheden wol dragen en ziet een wollen
toiletje er zelfs midden in den zomer niet te
dik en te warm uit. En dat is ook juist de
bedoeling. Ter afwisseling wil men ons van
het jaar in plaats van een meer stevige zijden
japon een toilet van fijne wol laten dragen.
Het zou altijd eens te probeeren zijn
Een seizoen van effen stoffen
Zullen we ons aanstaande zomer weer zoo
in de bloementjes mogen steken, vragen onze
lezeressen zich allicht af. We zijn langzamer
hand zoo gewend aan de fleurige, bedrukte
lente- en zomertoiletjes, dat we ze als een
vast bestanddeel van onze garderobbe voelen.
En toch schijnt de smaak aan het afnemen
te zijn. Als de voorteekenen niet bedriegen,
gaan we een seizoen van effen stoffen tege
moet. Toch zijn bedrukte stoffen niet geheel
en al uitgesloten, maar de patroontjes zijn
klein en ze bedekken bijna den geheelen ach
tergrond. Het meest komen voor bloemen en
bladen en ouderwetsche motiefjes, meestal in
snoezige kleuren uitgevoerd. Vooral in den
smaak zijn zwarte stoffen met turkoois-
blauwe motiefjes, roode stoffen met witte pa
troontjes, bruine met groen en roze met zwart
bedrukt. Vrij ongemeen, zooals ge ziet. Maar
zeggen de mode-ontw|erpers voorname
lijk zijn de gebloemde stoffen toch bedoeld
als garneering ter versiering van een effen
japonnetje, als shawl, enz.
Onze eerste teekening geeft een dame in
effen wollen rok en plaid manteltje.
Op de tweede afbeelding ziet ge een paar
aardige kinderschortjes, van fijn batist, of
linon, met smockwerk, fijne plooitjes en lint
gegarneerd. Ze zijn minder bedoeld ter be
scherming als wel ter versiering van het jurk
je.
WILHELMINA.
LAND- EN TUINBOUW.
WELKE STIKSTOFMEST OP
GRASLAND
Er wordt nog maar betrekkelijk weinig
stikstofmest op ons grasland uitgestrooid. De
prijzen voor melk en de zuivelproducten zijn
vrij laag en sommige veehouders zien er te
gen op, om geld uit te geven. Bovendien is er
een gunstige omstandigheid en wel deze, dat
velen nog volop hooi hebben of ingekuild
gras, door den overvloedigen oogst van het
vorige jaar.
Toch zal, indien het voorjaar laat mocht
worden, er nog wel heel wat stikstofmest wor
den uitgestrooid. Het bedrijf is nu eenmaal
Kortom, hij behoorde tot het ras van de na
genoeg onschadelijke lediggangers. Baron
Patriccius de Saligneux zou van het aard
rijk hebben kunnen verdwijnen, zonder dat
zijn land, zijn departement, ja zelfs zijn kan
ton er iets van gevoeld zou hebben; maar
dat feit zou den baron zelf toch een groot
hartzeer hebben bereid hij had immers het
leven te lief, en in ieder geval had hij toch
wel eens een enkel mensch gelukkig gemaakt.
De heer Têterol was niet lang meer in de
herberg „het Witte Kruis" gebleven, omdat
het zoo rumoerig kon toegaan in de gelagka
mer als die vol liep met vrachtrijders en van
dergelijk schreeuwerig publiek. Neen, als hij
iets aan het bedenken was, had hij behoefte
aan rust en stilte om zich heen en, sinds
zijn komst te Saligneux was zijn geest voort
durend druk bezig. Ook hij het den waard
niet kunnen vergeven, dat die, zóó maar,
zonder eenige voorbereiding, er van had dur
ven spreken, dat, te eeniger tijd, Jean Tête
rol niet meer tot deze wereld zou behooren;
hij had dit dan al een heel pijnlijk onder
werp gevonden en had dien ongeluksprofeet
niet langer kunnen zien!
Abt Miraud, die op verkenning was ge
gaan, deelde hem mee, dat er op een paar
pas afstand van het dorp een bescheiden
huisje te huur stond, dat de eigenaar bereid
was te verkoopen.
Têterol ging er heen huis en tuin stonden
hem wel aan het was precies de nederige
kluizenaarswoning, die hij zich altijd voorge
steld had, maar nu hij ze kocht, wilde hij ze
eerst een paar maanden bewonen, een schik
king, waarmee de eigenaar genoegen nam.
Hij besteedde zijn dagen met rond te loopen
met. de handen in de zakken, zijn hoed met
breeden, omgeslagen rand achter op het
hoofd, steeds nu eens met de een, dan weer
met den ander een praatje makend en op die
manier alles te weten komend van het grond
ingesteld op een zeker kwantum hooi en gras
en zonder dit zou men of vee van de hand
moeten doen, of meer krachtvoer moeten
koopen. En dat komt waarschijnlijk duurder
dan kunstmest.
Er zijn eenige motieven, die het geven van
stikstofmest wettigen. In 1930 is er heel veel
gras gegroeid en daarmede een groot kwan
tum stikstof, naast kali, fosforzuur en kalk,
aan den bodem onttrokken. Bovendien is de
winter heel nat geweest er is dus veel stik
stof uitgespoeld.
En dan is er nog een omstandigheid, die
men niet uit het oog mag verliezen en wel
de noodzakelijkheid om het vee in den ko
menden zomer en winter zoo goedkoop moge
lijk te voeden.
Er zijn wel degelijk redenen, om het gras
land met kunstmeststikstof te bemesten. De
vraag is nu welke stifstofmest is de meest
aanbevelenswaardige Er zijn er ook zoo
veel thans, dat het voor velen moeilijk wordt
zich te oriënteeren. In Holland, en elders
ook, wordt veel Kalksalpeter gebruiktin
Drente op de Hondsrug is het vooral de Leu-
nasalpeter elders de Zwavelzure Ammoniak
en den laatsten tijd Kalkammonsalpeter, U-
reum, Chili of Kalkstikstof.
De Heer Ir. P. G. Meijers, Rijkslandbouw-
consulent voor Noordelijk Groningen, deelt
omtrent bovengenoemde meststoffen in het
Groninger Landbouwblad interessante bijzon
derheden mede, waarmede men ook elders zijn
voordeel kan doen.
Eerst een prijsberekening
In Chili kost 1 K.G. stikstof thans 68 cent.
In Kalksalpeter 61.5 ct.
In Kalkammonsalpeter 54 ct.
In Leunasalpeter 48 ct.
In Zwav. Ammoniak 46.5 ct.
In Ureum 51.5 ct.
In Kalkstikstof 41.5 ct.
„Gebruikt men op een bedrijf normaler
wijze 10000 K.G. Chilisalpeter," aldus de heer
Meijers, „dan kunnen deze worden vervan
gen door evenveel Kalksalpeter of door onge
veer 7600 K.G. Kalkammonsalpeter. De resul
taten kunnen volkomen gelijkwaardig zijn.
De kosten (in een ronde som) zijn als volgt
10000 K.G. schili 1550 K.G. stikstof f 1050.
10000 K.G. Kalksalpeter 1550 K.G.
stikstof f 955.
7600 K.G. Kalkammonsalpeter 1555
Kg. stikstof f 840.
Door de keuze van meststoffen is dus in de
eerste plaats een besparing mogelijk."
Daarna worden deze meststoffen kortelijks
besproken, en dan eindigt de Heer Meijers
met de volgende aanbevelingen, die gegrond
zijn op de proeven en ervaringen der laatste
jaren, geldende voor onze gewone klei- en za
velgronden
Bieten, voederbieten, koolrapen, karwij,
koolzaad, papaver, spinazie, radijs, bietenzaad
mosterdKalkammonsalpeter, Kalksalpeter.
Granen, (rekening houdende met de kwa
liteit) Kalkammonsalpeter, Leunasalpeter.
Aardappelen, vlas Leunasalpeter, Zwavel
zure ammoniak, (op zure gronden kalkam
monsalpeter.)
GRASLAND: voorjaarsbemesting: kalkam
monsalpeter, (werkt vlug) leuna of Montan-
salpeter, Zwavelz. Ammoniak (langzamer).
Zomerbemesting kalkammonsalpeter, kalk
salpeter, (deze kunnen met weinig vocht
werken.
Op gronden, die door kalkarmoede (zuur
heid slempigheid enz.) afwijken, doet men
verstandig bij voorkeur kalkhoudende mest
stoffen te kiezen."
In andere streken kunnen de boeren met
deze raadgevingen hun voordeel doen.
B.
BINNENL. NIEUWS.
HET DRAGEN VAN INSIGNES BIJ
DE NED. SPOORWEGEN.
Men zal zich nog herinneren, dat on
langs door de directie der Nederl.
Spoorwegen is bepaald, dat het perso
neel der Spoorwegen geen insiges
meer mocht dragen op uniform of in
dienst.
Thans bericht men, dat deze bepa
ling niet van kracht is voor het Espe-
ranto-insigne. De directie heeft ver
klaard, dat er geen bezwaar bestaat,
dat dit insigne door het personeel op
uniform of in dienst wordt gedragen.
HET TORENDRAMA te AMSTERDAM
Poging tot verkrijging eener
valsclie verklaring.
De Haagsche leidekkerspatroon M.,
die verdacht wordt in den toren van
de Gerardus Majellakerk te Amster
dam zijn compagnon van het leven be
roofd te hebben, zit nog steeds in de
hoofdstad in voorarrest. Dezer dagen
is, naar de „Nwsbr." jneldt, door de
schuld van M. zelf in deze zaak een
verrassende wending gekomen, waar
door de vermoedens tegen hem ten
zeerste worden versterkt.
M. heeft n.1. aan een mede in het Am
sterdamsche Huis van Bewaring ver-
toevenden gedetineerde een briefje ter
hand gesteld, waarin hij dezen tracht
te 0)m te koopen tot het afleggen van
een valsche verklaring, waardoor de
vermoedens tegen zijn gewezen knecht
zouden worden versterkt.
M. had dit briefje verstopt in een
stuk brood, dat hij daarna dik jnet bo
ter, hem uit de cantine verstrekt,, had.
besmeerd.
Tijdens het luchten trachtte hij di^
stuk brood aan den medegedetineerde
te overhandigen, hetgeen door een dei-
wakers werd gezien. Deze nam het
brood in beslag en ontdekte daarbij het
briefje, dat aanstonds aan den rech
tercommissaris ter hand werd gesteld.
Zooals te begrijpen is, wordt de ge
loofwaardigheid van de door M. ten
opzichte van Wv geuitte beschuldigin
gen thans tot een minimum terugge
bracht.
Ook in andere opzichten zijn er tegen
M. ernstige vermoedens naar aanlei
ding waarvan ook een instructie we
gens brandstichting indertijd te Zwijn
drecht gepleegd, tegen hem is geopend.
Als verdediger van M. is aangezocht
mr. F. A. Kokosky te Amsterdam, die
dit aanzoek voorloopig heeft aanvaard,
doch zich zijn definitieve beslissing-
heeft voorbehouden tot tijd en wijle
de insturctie zal zijn gesloten.
WIEG IN BRAND GERAAKT
Kind kreeg vrij ernstigen brand
wonden.
Disdagavond is in een woning aan
het Oosteinde te Rotterdam een wieg
in brand geraakt, waarbij een stroom-
inrichting stond. Een kind van veer-
tienmaanden, dat in de wieg lag, heelt
daardoor vrij ernstige brandwon<jn
aan den linkerarm en linkerbeen ge
kregen. Het is in het ziekenhuis aan
den Bergweg opgenomen.
DE DIJK IN DE ZUIDERZEE.
Minister Reymer wil niet een
opschorting van het werk.
In antwoordt op een telegram aan
de koningin van van het Landelijk Co
mité tot behoud van de Zuiderzee heeft
minister Reymer aan dit Comité ge-
bezit in de gemeente Saligneux, waardoor hij
op het laatst bijna even goed ingelicht was
als een beambte van het kadaster.
lederen avond met zijn potlood in de hand
en zijn opschrijfboekje open voor zich, maak
te hij tal van berekeningen, waar hij 's nachts
nog van droomde.
Op een goeden dag stond hij een luchtje te
scheppen bij zijn deur en maakte intusschen
een praatje met de goede vrouw, die het
huishouden voor hem deed, toen zij opeens
riep
Daar komen onze baron en onze pastoor
samen den weg af.
Têterol keek in de aangewezen richting en
zag daar, op tien pas afstand, abt Miraud in
gezelschap van een knappen, blonden man,
nu niet meer in zijn allereerste jeugd, maar
die toch ook lang niet oud was te noemen.
Nog altijd even fier stond zijn hoofd op de
schouders, zijn sierlijke gestalte was nog
even lenig alleen de uitdrukking van zijn
gelaat was wat vermoeid, maar de trekken
waren fijn.
Têterol liep vast den weg op. Abt Miraud
gaf heen een wenk om naderbij te komen en
sprak tot de Saligneux:
Mijnheer de baron, mag ik u voorstellen
den heer Têterol, waar ik u al eens van ge
sproken heb
Het doet mij genoegen, met u kennis te
maken, mijnheer Têterol, sprak de baron en
liet deze woorden vergezeld gaan van een
echt ridderlijken groet.
Of liever de kennismaking te hernieu
wen, antwoordde de heer Têterol, terwijl hij
'n diepe buiging maakte. Maar u was dan ook
nog zoo jong, toen ik eenvoudig werkman was
in dienst van uw vader, dat ik mij heel best
begrijpen kan hoe u mij vergeten is.
Welkom hier, hernam de baron. Salig
neux is er trotsch op, telkens als het terug
ziet een van zijn "burgers, die door schran
derheid en wilskracht zijn weg heeft gevon
den door het leven en zich een eervolle posi
tie heeft veroverd in de wereld.
Hij sprak die woorden met een plichtigheid
als waarmee hij een feestrede zou hebben
uitgesproken in een landbouwkundige verga
dering. Hij had eenmaal enkele zinsneden uit
het hoofd geleerd die hem te pas gekomen
waren, terwijl hij zijn functie van burgemees
ter vervulde gedurende die anderhalf jaar.
Dat waren van die gezegden, die hij gebruik
te als zijn omgeving hem feitelijk al heel wei
nig interesseerde en hij in zijn verbeelding
in Parijs zat in de Jockeyclub, in het Café
Anglais, op het sportterrein Longchamp en
in de danszaal. Maar de heer Têterol zag heel
goed aan de uitdrukking van het gelaat van
den baron, dat die met zijn gedachten er
nog niet bij was.
Ja, mijnheer de baron, zijn weg door het
leven heeft gevonden, zoo goed en zoo kwaad
als dat ging, antwoordde hij. Men doet wat
men kan, nietwaar Abt Miraud die altijd
zoo goedvoor mij is geweest, heeft mij, als
kleine jongen, al geleerd, dat het geluk ligt
in de middelmaat en dat de rijken eer te be
klagen, dan te benijden zijn. Die raadgeving
heb ik in mijn oor geknoopt, dat verzeker ik
u, mijnheer de baron
En gaat het u niet aan het hart, dat u
Parijs zoo heeft moeten verlaten? vroeg De
Saligneux.
O, volstrekt niet, mijnheer de baron.
Hier ben ik in mijn element. Ik voel er mij
zoo gelukkig als die profeet.... ja, hoe heet
hij ook weer, mijnheer de pastoor als die
profeet die drie dagen en drie nachten in
den buikvan den walvisch verbleef.
Dat was Jonas, viel de pastoor in.
Juist, dien bedoel ik. Nu ik gevoel mij
dan ook zoo gelukkig als Jonas. Ik heb dan
cok bijna acht-en-dertig jaren in den wal-
ALKMAAR.
STOPPAGE EN PL1SSEER1NRICH-
TING, G0RDIJNENWASSCHER1J.
EULANISEERINRICHTING
(M0TVR1J).
Onze NAAM zegt U ALLES.
Depot Schagen den heer
B. G. G. KöNIG, Hoogzijde.
schreven met betrekking- tot overbrug
ging- van het nog niet voltooide dijk-
stuk, dat 12 K.M. lang is, dat de kos
tenraming van 48 millioen hem te
laag lijkt.
De brug, alleen voor landverbinding
tusschcn Noordholland en Friesland
lijkt den minister niet verantwoord.
Blijft dus het voorstel van het comité
den dijk voorloopig onvoltooid te ia-
ten. De minister schrijft hieromtrent
Aanvaarding van het voorstel van
het comité zou in de eerste plaats tot
gevolg hebben, dat de uitgaven, reeds
besteed voor het maken van ongeveer
20 K.M. van den afsluitdijk, van de
beteugelingsdammen in de sluitgaten
ca. te Kornwerderzand en Den Oever
volkomen waardeloos zouden worden.
Door het niet voltooien van de afslui
ting zouden in de tweede plaats ver
der daaraan verbonden voordeelen te
weten de zoet-water-voorziening van
de provinciën Noordholland en Fries
land, door de Commissie-Lovink ge
raamd op een kapitaalwaarde van
rond 100 milliocn gulden, de verbeter
de afwatering der omliggende landen,
de grootere veiligheid tegen overstroo
ming van de rondo,m de Zuiderzee ge
legen streken, het vervallen van de
periodieke overstrooming van uitge
breide gebieden bij stormvloeden, zoo
mede de verbetering voor het verkeer te
land en te water.
De minister betoogt dan, dat de af
sluiting, ook al kost zij meer dan ge
raamd was, volgens onderzoekingen,
economisch nog volkqmen verantwoord
is.
Met het volgen van het voorstel vai\
het comité zou gepaard gaan het ach
terwege laten der inpoldering, wat het
comité dan ook wenscht, ten einde de
zee voor de visscherij beschikbaar te
houden.
De aanwezigheid van de visch in zee
biedt de gelegenheid om een zekere
hoeveelheid voedsel te verkrijgen en
een aantal personen aan het werk te
helpen. Voorzoover op het toekomstige
IJselmeer de zoetwatervisscherij de
thans beoefende vischvangst niet zal
vervangen, gaan bij de uitvoering der-
voorgenomen plannen laatstgenoemde
visch gezeten en ik stikte er bijna. Den he
mel zij dank werd ik eindelijk uitgebraakt en
nu kan ik tenminste weer een stuk lucht en
groen om mij heen zien. Want die Parijze-
naars denken wel, dat ze ook van de natuur
genieten, maar 't is belachelijk, die boompjes,
die ze er bijvoorbeeld op na houden
De heer De Saligneux keek vol verbazing
den wondermensch aan, die den klokketoren
van zijn dorp verkoos, boven de genoegens
van Parijs. Neen, wat hèm betrofhij zat
heel graag in den buik van den walvisch
Ben je tevreden met je huisje vroeg de
pastoor. Dan denk ik wel, dat je het koopen
zult.
Ik vrees ook, dat ik zoó dwaas zal zijn,
ofschoon de koopsom mij wel wat hoog lijkt.
Ik zal het tenminste goed moeten overleggen.
Baron De Saligneux dacht zeker, dat het
gesprek nu allang genoeg geduurd had.
Mijnheer Têterol, sprak hij op hoffeiy-
ken, bijna vaderlijken toon, als ik u met iets
van dienst kan zijn, dan zal mij dit een waar
genoegen wezen."
Duizend maal dank, mijnheer de baron!
riep Têterol.
En, daar De Saligneux bang was, dat Tête
rol hem misschien dadelijk aan zijn woord
zou houden, voegde hij er nog zoo gauw mo
gelijk bij
Of ik u ook benijd, mijnheer Têterol.
Daar kunt u nu kalm de rest van uw dagen
te Saligneux doorbrengen, terwijl ik morgen
of overmorgen den blauwen hemel en het
frissche groen moet vaarwel zeggen, omdat
dringende zaken mij naar Parijs roepen.
Maar wend u tot mijn rentmeester, mijn
heer Crépin, gedurende mijn afwezigheid. Ik
zal hem dadelijk zeggen dat hij zich te uwer
beschikking houdt. Tot ziens dus, mijnheer
Têterol
(Wordt vervolgd.)