[H.V. STOOMWASSCHERU „DEK HELDER"
Agent: H.KAAN Hippolytustioef, ïelef.49.
23E JAARGANG
VRIJDAG 26 FEBRUARI 1932.
No. 16
NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR
WIERINGEN EN OMSTREKEN
„DE WAKENDE LEEUW"
DE WEES.
WILHELMINASTRAAT 63-67. TELEF 524.
WIERINGER COURANT
VERSCHIJNT ELKEN
DINSDAG EN VRIJDAG.
ABONNEMENTSPRIJS
per 3 maanden 1.—.
UITGEVER
CORN. J. BOSKER,
WIERINGEN.
BUREAU
Hippolytnshoef Wieringen.
Telefoon Intercomm. No. 19.
wmÊÊÊÊKmÊmnmÊÊÊÊmmmÊÊi^mmbmhbb
VOOR BETERE
PIJP - TABAK
tgv
TABAKSFABRIEK
Laat 12S Alkmaar.
J. R. KEUSS.
KIPPIG.
U vraagt, hoe me zoon Kris het
maakt Hoe zal-ie het maken Ik
dacht altijd een kasteel op 'm le kun
nen bouwen, jnaar 't wordt niet eens
een noodwoning. U zegt pientere jon
gen en link Een slemiel is-ie Hij
denkt, dat-ie glad is. Wat denk ie,
wat-ie heeft geleverd Hij most
voor den keuringsraad komen om ge
keurd te worden. Heeft een hekel aan
soldaatje spelen. Heeft-ie alléén hekel
an. Hij zou dien dokter wel even op de
teil nemen. Hij zou zeggen, dat-ie kip
pig was. En wat doet-ie Hij komt bij
den dokter en die zegt wat heb jij
Kippig an me oogen, zegt-ie. Lees op,
zegt de dokter. Hij houdt 'm een lei-
ter voor van vier centimeter middel
lijn .'n stip zie ik, zei Kris.
Sterk, zei de dokter.
Een andere letter van tien centime
ter. Zie je die Kris kijkt kippig en zegt
bij me gezond 'k zie nog een stip
Je beduvelt de kluit ,zeg de dokter,
llaalt-ie een letter van vijftien cenii-
meter middellijn Zie je die Kris
kijkt en zegt lau 'k zie een balekie
Een andere doktor komt er bij.jnet
een grootcre letter.
Zie je die Kris tuurt en tuurtdai
is een groote vlek voor me oogen. De
dokters kijken wantrouwend en gaan
met elkaar smoezen Dan neemt de
een het ronde nikkelen koffieblad, wat
daar op tafel lag en hield het Kris op
'n afstand voor z'n oogen.
—Dat zie je toch wel, niet vroeg ie.
Kris turen en turen. En wat denk
ie wat-ie antwoordde
Azzie me nou dokter'k zal
sterreve, als 'k kan onderscheien of 't
een dubbeltje of 'n rijksdaalder is.
Toen hebben ze 'm er uitgetrapt zon
der complimenten en de provinciale
adjudant heeft 'm ingedeeld bij 't af
weergeschut voor vliegtuigen.
Noem jij dat nou maar goochem
FEUILLETON.
No. 50.
SLOT.
Bedoel je het kind, dat het horloge is
komen terugbrengen
Ja. John Daly moet haar eens het leven
hebben gered en van dat oogenblik af waren
zij en „mijnheer Jack" zooals hij in zijn
armoedige omgeving werd genoemd gezwo
ren vrienden. Zij keerde, na zijn dood, niet
weer naar Londen terug en bleef in de om
geving van Marton, nu eens hier, dan weer
daar zich bij de menschen, door kleine dien
sten, trachtend nuttig te maken. Op zekeren
morgen in het laatst van December evenwel,
op een kouden wintermorgen, vond men het
kind verstijfd op het graf van haar vriend
zij was dood
Phylis had tranen in de oogen.
Ween niet, smeekte lord Delamere, ween
niet, of op vroolijken toon of ik zou
moeten denken, dat je nu reeds berouw over
je belofte had
Maar ik heb je in het geheel niets be
loofd
Toch wel Mijn vrouw te worden
Lord Delamere wederom lichtte hij
haar hoofd op Edwin, hernam zij na eenig
stilzwijgen, denk je niet, dat Nel en sir Roy-
al verwonderd zullen zijn over onze lange
afwezigheid
Ik geloof niet dat zij op dit oogenblik
veel aan ons bestaan denken, antwoordde
hij, maar daar je in de vochtige avondlucht
allicht kou zoudt kunnen vatten, zullen wij
nu naar binnen gaan, als een gelukkig paar.
dat spoedig, heel spoedig
Stil, zei Phylis en legde haar vinger te
gen zijn mond.
Vertel ons dadelijk, Nel, begon Phylis,
terwijl zij lachend op haar vriendin toetrad,
met welken naam wij je moeten aanspreken:
Ons Lichaam en onze Gezondheid
Levertraan.
Hot weekblad „volksvoeding" wijd
de dezer dagen een artikel aan lever
traan. Daarin werd onder anderen ver
tcld, dat deze traansoort als volksmid-
dol t ogen langdurige rheumathiek
reeds door de Grieken en de Romeinen
werd gebruikt en dat het ook in \Y<est
falen tegen genoemde kwalen werd
aangewend.
Omtrent de bereiding van de lever
traan zegt het artikel
„dat de lever van de stokvisch- of
lengsoorton, in daartoe afzonderlijk in
gerichte vaten, aan de warmte der zon
wordt blootgesteld. Na verloop van
8 en meer plagen begint de zelfstan
digheid der lever onaangenaam te rie
ken en tot gisting en rotting over te
gaan en levert dan een, ,met gemeene
boomolie overeenkomende olie-achtige
vloeibare zelfstandigheid op, die in 't
eerst wit-geelachtig en lang aan de zon
blootgesteld zijnde, dooi' kunstwarm
te, uitkoking en uitpersing geel-kastan
jebruin of donker van kleur wordt".
De eerenaam, dien de levertraan qiïi-
slreeks het midden der vorige eeuw-
had verworven, heeft zij bij de medicie
niet kunnen behouden. Of daarmede
ook een verminderd gebruik als huis
middel gepaard ging, zal wel moeilijk
zijn uit te maken waarschijnlijk is
dit niet, al schijnt er een tijdlang mede
in verband met 't sterk toegenomen ge
bruik,, vrij veel vervalsching der lever
iraan te hebben plaats gehad en werd
daardoor het vertrouwen in 't middel
ook aan den leek wellicht niet zelden
geschaad.
Om terug te komen op hetgeen ir.
de laatste twee of drie jaren aangaan
de den invloed der levertraan op de
stofwisseling werd gevonden, ,moge op
hel merkwaardige feit worden gewe
zen, üat levertraan een werking heeft,
ilie althans in sommige opzichten, ana
loog is aan die van het ultra-violette
licht.
Levertraan bevordert de beenvor
ming, zooals o.a. met Rontgenphoto's
aangetoond kan worden. Zij stelt het
organisme in staat, zooals uit onderzoe
kingen bleek, zuiniger met het calcium
en phosphorzuur om te gaan beide
stoffen worden beter opgenomen en in
kleiner hoeveelheden afgegeven.
Levertraan doet in dit opzicht hei
zelfde als hetgeen de buitenlucht en
het rechtstreeksche niet door glas
veranderde zonlicht doen voor kim
deren, die veel in vertrekken zijn, waai
in weinig zonlicht doordringt.
Wanneer door ondoelmatige voeding
het bloed te arm aan phosphorzuur
of calsium is, en vermoedelijk even
eens wanneer deze abnormaliteit door
andere oorzaken is ontstaan, bleek in
korten tijd door levertraan het gehalte
aan heide stoffen weder normaal te
worden, niettegenstaande levertraan
geen phosphorus of calcium bevat. Zij
oefent dus een zeer gunstigen invloed
op de minerale stofwisseling uit.
Nel Fortescue of Gladys Weston of lady
Charteris
Nel zag tot haar echtgenoot op.
Zij heeft nog een anderen naam, die al
thans in mijn ooren het allerbest klinkt
mijn vrouwtje
Welnu, sir Royal, had ik niet gelijk,
vroeg Phylis toen ik u zeide, dat wij beiden
nooit als gasten op freule Weston's bruiloft
zouden komen
Maar daarentegen zullen sir Royal en
zijn vrouw de gasten op onze bruiloft zijn,
riep lord Delamere, gelukkig lachend. Nel, je
hebt tot nog toe niet veel reden gehad om
met je nichten bijzonder ingenomen te zijn,
maar nu krijg je er dan eindelijk een, van
wie je zeker heel veel zult blijven houden.
Toen den generaal, na zijn thuiskomst, al
les was verteld en de belde meisjes hem met
stormachtige liefkoozingen hadden overla
den, toonde hij weer de goedigste en vroolijk-
ste oude heer van de wereld te zijn. Hij was
letterlijk opgetogen over het geluk van de
beide meisjes en gaf aan het smartelijk denk
beeld, dat bij hem opkwam, dat hij nu wel
dra weer geheel alleen zou zijn, niet dan op
schertsende wijze lucht.
Weet je wat mijn plan is? zei hij. Ik
ga nu dat kleine kind van mijn neef Fred
adopteeren. Die zal voorloopig wel niet aan
trouwen denken Lord Delamere, ik felici
teer u van harte. U moet uw bruiloft in mijn
huis te Londen vieren.
Met uw goedvinden, generaal, maar ik
zou het liever hier willen doen, antwoordde
Edwin. Phylis is meerderjarig en mag ik
het zeggen niet zoo erg op haar familie
gesteld. De Engelsche geestelijke, die hier is,
zal er zeker niets tegen hebben om het hu
welijk te voltrekken en Ik kan mijn Phylis
als lady Delamere naar Engeland terugbren
gen.
We zouden best op één dag bruiloft kun
nen vieren, sloeg sir Royal voor, dat wil zeg
gen neen, zoo is het niet ik bedoel ei
genlijk, dat wij op denzelfden dag onze wit
tebroodsweken zouden kunnen beginnen.
En dat deden zij dan ook.
HET KIND EN DE CRISIS.
CENTRAAL GENOOTSCHAP VOOR
KINDERHERSTELLINGS- EN VACANTIE-
KOLONIES.
De leuze „Het kind mag niet onder de
crisis lijden" is althans door het Centraal
Genootschap begrepen.
De schitterende vooruitgang in 1931 is in
1932 voortgezet. De maand Januari geeft we
der een surplus op Januari 1931 van rond
vijfduizend verpleegdagen.
Als te begrijpen worden uit verschillende
van de 435 afdeellngen sombere klanken ge
hoord.
Het overgroote deel der afdeelingen be
grijpt echter, dat het zwakke kind nu meer
dan ooit steun behoeft en handelt ernaar.
Het Centraal Genootschap als geheel beseft,
dat bezuiniging op kindergezondheid noodlot
tige gevolgen zal hebben voor het komende
geslacht en heeft het winterseizoen gebruikt
dm door verhoogde propaganda nieuwe bron
nen te zoeken, waar oude zijn verdroogd.
De aantrekkelijke film over een zwak jon
getje en de winterfilm zijn reeds of worden
nog vertoond in niet minder dan 62 propa
ganda-avonden, terwijl in de maand April
nog 8 a 10 avonden beschikbaar zijn. Deze
film is een directe propaganda voor het Cen
traal Genootschap met zijn 10, spoedig wel
licht 11, mooie, groote koloniehuizen en te
vens een propaganda voor de kinderuitzen
ding in het algemeen, die ook de zusterver-
eenigingen ten goede komt.
VEE-VERLOSKUNDIGEN en CASTREURS.
Een landelijke bond opgericht.
Woensdag 17 Febr. 1.1. is in het „Heeren
logement te Purmerend een vergadering van
vee-verloskundigen en castreure gehouden,
onder leiding van den Heer M. Wapenaar
te Vlaardingen.
Opgericht werd met algemeene stemmen
een bond van Veeverloskundigen en cas-
treurs in Nederland, die zich o.m. zal bezig
houden met de bestrijding van het onbe
voegd uitoefenen en les geven in vee-verlos-
kunde en castreeren.
Op zeer duidelijke wijze bracht de geachte
spreker naarvoren, hoe heden aan dit eer
tijds hooggewaardeerde beroep, geweld wordt
aangedaan door een reeks van personen, die
hun beroep er van maken om aan vele perso
nen dit vak op onvoldoende wijze te leeren
en hoe aan deze menschen een zoogenaamd
diploma wordt uitgereikt, hetgeen door de
Op denzelfden middag, dat lord en lady
Delamere op reis gingen naar Berlijn, vertrok
ken sir Royal en zijn vrouw naar Marton
Hall en de lade Charteris, die eens het huis
van haar echtgenoot alleen had betreden, als
een vreemde, vol bange zorgen, werd thans
in zegepraal door den overgelukkigen echt
vriend huiswaarts geleid. De vele blijken van
innige liefde, die zij daarbij ontving, moes
ten haar wel de overtuiging schenken, dat
Royal's gevoel diep en oprecht was en dat
hij haar meer beminde dan zijn eigen leven.
Dat was een gelukkige thuiskomst, rijk aan
hoop voor de toekomst.
Wat hinderde het man en vrouw, dat som
mige booze tongen in het graafschap over
de eerste maanden van hun huwelijk dit en
dat wisten te vertellen en die bijzonderheden
„onder het zegel van de diepste geheimhou
ding" rechts en links in omloop trachtten te
brengen Zij voelden zich ver boven derge
lijke praatjes verheven en wie in de gelegen
heid was het echtpaar eenigszins van nabij
gade te slaan, moest ronduit erkennen, dat
zij aan elkander gehecht waren, alsof de he
mel zelf hen voor elkander geschapen had.
Mevrouw Ward en de jongere dochters van
het gezin waren als geëlectriseerd, toen zij
de huwelijkstijding ontvingen, met den brui-
lofstkoek, dien lord Delamere, naar Engelsch
gebruik, de familie had toegezonden.
„Ik wist wel, schreef Phylis, dat jelui alle
maal gaarne zag, dat lk hier of daar een
vaste betrekking aannam, welnu, ik heb uw
aller wensch vervuld, hoewel misschien een
beetje anders dan verwacht werd. Rijk zijn
wij anders niet. Edwin zegt, dat ik de armste
pairsvrouw van heel Engeland ben geworden,
maar in ben toch rijker dan ik ooit gedroomd
had te zullen worden en ik zou met mijn Ed
win gelukkig zijn, ook als hij niets ter wereld
bezat. Ik zal mijn heele leven het toeval blij
ven zegenen, dat mij naar Hlda-huls bracht,
anders had ik mijn man zeker nooit leeren
kennen."
De dankbaarheid van Phylis voor haar ver
blijf in Hilda-huis werd ook door tastbare
bewijzen gestaafd. Zij zond namelijk tal van
leermeesters zelf wordt uitgereikt en onder
teekend.
Spreker wees er op, hoe jongelieden, die
zich ter goeder trouw bij deze leermeesters
aanmelden en hun geld offeren, later bemer
ken, hoe onvoldende de opleiding was en hoe
hierdoor schade aan vee en veestapel wordt
toegebracht.
Het getal vee-verloskundigen is zoo gewel
dig gestegen, dat er op sommige dorpen vijf
personen wonen, die dit bedrijf uitoefenen en
zelfs in den drukken tijd hun kostgeld nog
niet kunnen verdienen, laat staan, dat ze een
huisgezin kunnen onderhouden.
Verder bracht de vergadering een woord
van lof en dank aan den spreker, over de
wijze waarop door hem het blad „DE VEE-
VERLOSKUNDIGE" wordt verzorgd.
Als voorloopig bestuur werd gekozen de
Heeren P. Stroomer Alkmaar, J. Smit Span
broek en M. Roozing Schagerbrug, die hun
voorloopige benoeming aannamen.
BINNENLANDSCH NIEUWS.
MOND- EN KLAUWZEER.
Op vele boerderijen in de Betuwe komt
weer mond- en klauwzeer voor. De gevreesde
ziekte breidt zich snel uit. Vele veebeslagen
zijn aangetast, hetgeen voor de veehouders
opnieuw een tegenslag beteekent.
INBRAAK IN EEN KERK TE OVERSCHIE.
Zondagavond hebben ongenoode gasten
een bezoek gebracht aan de kerkekamers van
de Ned. Herv. kerk te Overschie. De daders
hebben zich waarschijnlijk na den avond
dienst laten insluiten en hebben door een
portaalraam aan de achterzijde van de kerk,
dat zij hebben uitgebroken, de kerk verlaten.
In het portaal hebben zij een deur, die toe
gang geeft tot een der kerkekamers, gefor
ceerd, waar vijf busjes met het pas ontvangen
plaatsengeld werden geledigd. In een andere
kamer werd een ijzeren trommel gevonden,
opengemaakt en het kerkegeld van drie we
ken buitgemaakt. Voor zekerheid hebben de
heeren met handschoenen van den koster
gewerkt om vingerafdrukken te voorkomen.
Aan de safe-inrichting hebben zij zich niet
gewaagd. Ook het orgel werd bezocht, maar
het daar aanwezige collectebusje bleek niets
te bevatten. De buit bedraagt ongeveer f 250.
Tot heden heeft de politie van de daders
geen enkel spoor.
POGING TOT OVERVAL BIJ GINNEKEN.
Help mij een krankzinnige zoeken.
Zondagnacht omstreeks 12 uur is, naar aan
bruilofstkoeken voor de pensionnaires.
Hilda-huis bloeit. Lady Charteris van Mar
ton-Hall brengt af en toe een bezoek en
toont dan met grootmoedige vrijgevigheid
haar liefde voor de inrichting, die altijd geld
noodig heeft.
Sir Royal daarentegen heeft zuster Ida
nooit weergezien. In den beginne kwam hij
dikwijls met zijn vrouw in Hilda-huis maai
de directrice wist altijd een uitvlucht te ver
zinnen, om zich niet te vertoonen.
Toch maakte op een vriendelijke zomerdag,
ruim een jaar na de beteekenisvolle ontmoe
ting in Denndorf, zuster Ida uit eigen bewe
ging een visite op het kasteel. Dat was haar
eerste en tevens haar laatste bezoek. Het was
toen Nel haar eerstgeborene in de armen
hield, een jongen met de groote donkere oo
gen van zijn vader.
Zuster Ida was gekomen, om de jonge
moeder geluk te wenschen. Zij nam het kind
op haar schoot en enkele minuten hield zij
het vast tegen haar hart gedrukt. Toen zij
het daarop sprakeloos nederlegde, zag Nel,
hoe twee groote tranen langzaam langs haar
bleeke wangen biggelden. Van dat oogenblik
af kende lady Charteris het geheim der di
rectrice.
Voor den goeden dokter was het geluk weg
gelegd van den kleinen jongen te kunnen
verklaren, dat hij door en door gezond was.
Wees standvastig als je vader en trouw
als je moeder, had hij gezegd, dan zal je
eenmaal een waardige telg van de Charte
ris zijn
Kort daarop was hij overleden aan een
longontsteking, die hij, bij de nachtelijke uit
oefening van zijn beroep, zich op den hals
had gehaald. In Marton-Hall en de geheele
omgeving blijft zijn naam in dankbaar aan
denken bewaard.
De moeder van den geestelijke rust insge
lijks op het kleine ommuurde kerkhof van
Marton, nadat zij een lang ziekbed had ge
had. Met verwonderlijk geduld heeft zij haar
lijden gedragen, waarbij van al haar vroe
gere hardheid en ruwheid nagegaan niets
meer te bespeuren viel. Op haar sterfdag ligt
ADVERTENTISN
Van 1—5 regels f 0J>0.
Iedere regel meer f O.lOt
de Telegraaf wordt gemeld, den heer D., uit
Leur op het eind van de Baronielaan te Bre
da door een wiehij der vriendelijk verzocht
van zijn fiets te stappen om met hem een
krankzinnige, die ontsnapt was, mee te gaan
zoeken. De man verzekerde, dat de gezochte
niet gevaarlijk, maar van een goedaardig
soort was. De heer D. voldeed aan het vreemd
soortig verzoek en ging met den man het
bosch in. Hij was echter op zijn hoede, te
meer daar hij kort tevoren een zwak gefluit
had gehoord. Door deze achterdocht gewaar
schuwd, liet hij zijn „gastheer" voorgaan in
het bosch, waarop deze zich omkeerde, en
een ploertendooder toonende, zelde „Als hij
gevaarlijk mocht worden, tik ik hem hiermee
op zijn kop." Dit wekte echter nog meer de
achterdocht op toen de man dit zag, riep hij
„Ben je soms bang en sprong meteen op
zijn gedienstigen helper af, Deze sprong ech
ter achteruit, maar kon zijn aanvaller nog
eerst een flinken trap geven zoodat hij tegen
den grond viel. Hierdoor kreeg de heer D.
kans om zijn rijwiel, dat hij tegen een boom
had geplaatst, te nemen en te verdwijnen.
Wegens de groote duisternis kon hij slechts
een vaag signalement van zijn aanvaller ge
ven. De man was als heer gekleed. Men ver
moedt, dat men hier met een poging tot
overval te doen heeft. De heer D. heeft aan
gifte bij de politie te Etten en Leur gedaan,
die de zaak ter onderzoek heeft overgedragen
aan de politie te Ginneken, daar dit avontuur
zich in het Mastbosch onder die gemeente
heeft afgespeeld.
NATIONAAL CRISIS-COMITé.
Het bedrag aan uitkeerlngen vanwege het
N. C. C. bedraagt in totaal f 83.193, terwijl
2358 dekens, 1100 ton eierkolen en diverse
giften in natura werden uitgedeeld.
Hiernaast staan uitkeeringen uit de regee-
ringssubsidie voor extra hulp aan werkloozen
in totaal f 98.907.
BEKENTENIS AFGELEGD.
De verduistering bij den gemeente
ontvanger te Apeldoorn.
Woensdag is de 29-jarige kassier bij den
gemeenteontvanger te Apeldoorn ter beschik
king van de Justitie te Zutphen gesteld, in
verband met een in den loop der jaren ge
pleegde verduistering van ongeveer f 20.000.
De man is in het huis van bewaring ingeslo
ten. Hij heeft een volledige bekentenis afge
legd.
DE BAGGERMOLEN TITAN GEZONKEN.
De bemanning gered.
Te Maassluis is bericht ontvangen, dat de
baggermolen Titan, gesleept door de sleep
boot „Schelde" van L. Smit Co.'s Intern.
Sleepdienst, in de nabijheid van Cassablanca,
tijdens zwaren storm, Zaterdag is gekap
seisd en gezonken.
De twee runners Beniard en De Vos, beiden
uit Maassluis, zijn door de sleepboot gered.
De sleep was op weg van Cassablanca naar
Lissabon. De sleepboot Schelde werd bescha
digd en verspeelde een reddingboot.
AANBESTEDING ZUIDERZEEWERKEN.
Vanwege den dir.-gen. der Zuiderzeewer
ken is heden aanbesteed het afwerken van
oevers en het maken van boordvoorzieningen
langs het Z. gedeelte bij het hoofdkanaal in
de Ilie afd. der Wieringermeer. Het laagst
werd ingeschreven door Gebr. Hakkers te
Werkendam voor f 51500.
VINGER BEKNELD.
Dinsdagmiddag toen te Heerhugowaard de
hulppostbesteller Swlnkels de post naar den
trein had gebracht, geraakte juist bij het
bij de bloemen van haar zoon en van Nel
steeds een frissche immortellenkrans van
lady Delamere op den met groote zorg on
derhouden grafheuvel.
De oude mevrouw Delamere overleefde het
huwelijk van haar zoon niet lang Door haar
dood kwam elk harer kinderen in het bezit
van een bescheiden kapitaal. De zusters
trouwden, zoodat Phylis geen van haar bij
zich in huis behoefde te nemen.
Vijf jaren lang leefden lord en lady Dela
mere in een gelukkig samenzijn, maar daar
na verscheen er een klein meisje in het ge
zin, dat de vader met volle toestemming zij
ner vrouw „Posy" liet doopen.
Posy is eenig kind gebleven. Zij zwaait
reeds haar meisjes-schepter over Nel's oud
sten jongen, een blonden, wilden jongen, die
vier jaren ouder is dan zijn opvolger.
De beide moeders maken nu reeds allerlei
plannen voor een toekomstige verbintenis en
het komt inderdaad Nel en sir Royal als een
daad van gerechtigheid voor. dat het kleine
meisje van lord Delamere eens in het bezit
wordt gesteld van de goederen, welke zijn
grootvader hem onthouden heeft. En daar
bij testamentaire beschikking was bepaald,
dat Nel's oudste zoon haar bezittingen moet
erven, zou Posy, als zijn vrouw, daarop mede
aanspraak kunnen maken.
Generaal Brereton is nog altijd dezelfde
goede, oude, gemoedelijke man. Hij bederft
de kinderen zijner jonge vriendin in den
grond, maar Posy toch nog het meest.
Wat Nel betreft, zij heeft haa r eenzame,
kommervolle jeugd vergeten. Dat alles ligt
ver, zeer ver achter haar. Zü weet, dat haar
man haar oprecht en innig lief-heeft en dat
zelfs niet die beteekenisvolle gelofte, welke
eenmaal door sir Royal aan het sterfbed van
zijn vader werd veroorzaakt heeft als zijn
eigen, harddeel, dat haar als een vluchteling
zijn huis had doen verlaten. Nel erkent in
alles, wat beiden is overkomen, de beschik
king eener hoogere macht, welke niet toeliet,
dat gescheiden zou blijven, wat de hemel zelf
scheen vereenigd te hebben.
EINDE.
INDIEN U UW W A S C H AAN ONS TOEVER
TROUWD ONTVANGT U HEM DEZELFDE WEEK
KEURIG VERZORGD TERUG, TERWIJL ALLE VRACHT
KOSTEN VOOR ONZE REKENING ZIJN.