23e JAARGANGVRIJDAG 19 AUGUSTUS 1932No. 65
NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR
WIERINGEN EN OMSTREKEN
S. COLT O F KANAALWEG 145-154-155
WERKLOOZE ZUIDERZEEWERKERS.
PIJP - TABAK
..DE WAKENDE LEEUW"
J. R. KEUSS.
Laat 125 Alkmaar.
ADELDOM OF LIEFDE
DEN HELDER.
WIERINGER CO U RAM
UITGEVER
CORN. J. BOSKER,
WIERINGEN.
BUREAU:
Hippolytoshoef Wielingen.
Telefoon Intercomm. No. 19.
AFD. MANTELS.
COSTUUMS.
BLOUSES.
ROKKEN.
Groote maten. Aparte modellen.
AFD. COMPLETE MEUBILEERING
Reclame eiken slaapkamer f 75.
Zeer mooie slaapkamer f 89.
Hyper modern.
Aupings Deventer matrassen 2 p. f 10.50
De burgemeesters van Medemblik en
Hoogwoud, hebben aan den Minister
van Binnen landsche Zaken onder
staand adres verzonden
Ondergeteekenden, in deze mede han
delende namens de burgemeesters van
alle langs of in de onmiddellijke na
bijheid van de Wieringermeer gelegen
gemeenten, veroorloven zich de aan
dacht van Uwe Excellentie te vragen
voor het volgende
De afsluiting en gedeeltelijke droog
making van de Zuiderzee deden gedu
rende de laatste jaren duizenden werk-
looze arbeiders uit alle deelen des
lands, doch voornamelijk uit de Noor
delijke en Oostelijke provinciën, hunne
woonplaats verlaten teneinde te trach
ten aan bedoelde werken arbeid te be
komen.
Het overgroote deel van hen, die daar
in slaagden, vestigde zich in de langs
of nabij de Wieringermeer gelegen ge
meenten, welke haar zielental en daar
door haar uitgaven in korten tijd ab-
norpiaal zagen stijgen.
Nu de afsluiting der Zuiderzee bijna
voltooid is en de werkzaamheden» ver
bonden aan de drooglegging van de
Wieringermeer practisch haar beslag
hebben gekregen, zien de betrokken
gemeentebesturen zich geplaatst voor
een vraagstuk van den meest dringen
den aard en wel dit Op welke wijze
kan worden bereikt, dat de duizenden
„vreemde" arbeidskrachten, die aan
de Zuiderzeewerken arbeid hebben ge
vonden, doch thans werkloos gewor
den zijn of dit zeer spoedig zullen wor
den, de randgemeenten der Wierin
germeer weder verlaten.
Een goede oplossing van dit vraag
stuk is uiteraard voor deze gemeenten
van het grootste belang, omdat in de
huidige tijden de kans voor bedoelde
arbeidskrachten om elders werk te
vinden uiterst gering is te achten en
dus de ernstige vrees mag worden ge
koesterd, dat al deze personen of al
thans de meesten hunner zich in meer
genoemde randgemeenten zullen blij
ven ophouden,' waarvan alsdan de
meest noodlottige gevolgen zouden
zijn te verwachten.
De meest voor de hand liggende op
lossing zou zijn het scheppen van
werkgelegenheid elders, waardoor een
„natuurlijke" trek zou ontstaan naar
het nieuwe arbeidsveld. Ondergetee
kenden denken in dit verband aan de
verdere voortzetting der Zuiderzeewer
ken en speciaal aan de droogmaking
van den Noord-Oostelijken Zuiderzee
polder, welke aan de meeste der voren
bedoelde werkloozen wederom hun pas
send werk zouden verschaffen. Het is
met het oog daarop, dat ondergeteeken
den zich veroorloven de Regeering
met nadruk te verzoeken bij de over
weging van het besluit tot het al of
niet voortzetten der Zuiderzeewerken
met het vorenstaand ernstig rekening
te houden.
Zien ondergeteekenden dus in de
voortzetting der Zuiderzeewerken een
krachtig middel om de afvloeiing van
werklooze arbeidskrachten te stirnu-
leeren, een andere vraag is, of dit mid
delvoldoende zal zijn om te voorko
men, dat weldra in de randgemeenten
der Wieringermeer een reeds begon
nen opeenhooping van werkloozen ont
staat. Deze vraag nu meenen wij ont
kennend te moeten beantwoorden.
Immers ook al zal tot droogmaking
van den Noord-Oostelijken Zuiderzee
polder worden besloten, dan zal het
tijdstip van den aanvang daarvan
jtoch op zijn vroegst in de tweede helft
van 1933 kunnen worden tegemoet ge
zien.
Het is juist in dien overgangstijd dat
de opeenhooping der werklooze Zuider
zeewerkers in de randgemeenten der
Wieringermeer zich zal voltrekken,
zoodat de komende winter in die ge
meenten met de grootste zorg tegemoet
wordt gezien.
Ernstig dient, dus thans te worden
overwogen, welke andere stappen die
nen te worden gedaan om 'n regelmati
ge afvloeiing der bedoelde werkloozen
te bevorderen.
Deze overweging veroorloven onder
geteekenden zich in de allereerste
plaats de Rijksregeering aan te .beve
len, niet alleen omdat het h.i. een alles
zins redelijk verlangen mag heet.en,
dat de arbeiders, die voor het groote
Rijkswerk, door maatregelen der Re
geering dus, naar de randgemeenten
der Wieringermeer zijn gekomen, met
Rijkshulp weder hun vroegere woon
plaatsen opzoeken, doch ook en wel
voornamelijk omdat alleen de Regee
ring zich de noodige middelen en be
voegdheden kan verschaffen, voor
zoover zij deze niet heeft, om dit doei
te bereiken.
De betrokken gemeenten ontmoeten
n.1. bij pogingen om tot regelmatige af
vloeiing van werklooze arbeiders te
geraken het bezwaar, dat artikel 40
der Armenwet daaraan in den weg
legt. Hoe en op welke wijze dit wette
lijk bezwaar is te ondervangen, is
een vraag, die niet door die gemeen
ten, doch wel door de Regeering kan
worden beantwoord. Ondergeteeken
den zijn overigens van gevoelen, dat
billijkerwijze de kosten van verplaat
sing van de daarvoor in aanmerking
komende arbeiders niet ten laste dei-
gemeenten van tegenwoordig verblijf
dienen te komen, doch voor rekening
van het Rijk, waarbij dan eventueel
een bijdrage in de kosten ware te biïlij-
ken van de gemeenten van oorspron-
kelijke herkomst, die naar bekend
is -- in vele gevallen destijds geldelijke
hulp. hebben verleend bij de verplaat
sing van hunne werkloozen naar de
gemeenten langs of nabij de Wierin
germeer.
Intusschen moet worden gevreesd,
dat ook op de laatst aangegeven wijze
niet kan worden voorkomen, dat de
gemeenten voor welke ondergeteeken
den optreden, zich nog geruimen tijd
zien geplaatst voor abnormaal groote
aantallen ontslagen Zuiderzeewerkers
die voor de voorziening in hun nood
zakelijke levensbehoeften zullen aange
wezen zijn op den steun der Overheid,
hetzij in vorm van werkverschaffing,
hetzij in die van rechtstreeksche uit-
keering van z.g. werkloozensteun.
Werkverschaffing van gemeentewe
ge nu moet, behoudens wellicht een
weinig beteekende uitzondering, uit
gesloten worden geacht, in de eersie
plaats wegens het ontbreken van daar
voor geschikte objecten en daarnaast
wegens den zeer ongunstigen financi-
eelen toestand der betrokken gemeen
ten.
Werkverschaffing van Rijkswege ach
ten ondergeteekenden echter wèl mo
gelijk. Deze werkverschaffing zou, in
afwachting van die, te verkrijgen dooi
de voortzetting der Zuiderzeewerken,
hierin kunnen bestaan, dat de nog res-
teerende werkzaamheden in de Wierin
germeer, verbonden aan het in cultuur
brengen van de drooggelegde Zuider-
zeegronden, zooveel mogelijk in han
denarbeid in plaats van jnachinaal
worden uitgevoerd. Ondergeteekendea
meenen te weten, dat op deze wijze
wederom gedurende eenige maanden
werk voor het meerendeel der ontsla
gen Zuiderzeewerkers zou zijn te ver
krijgen.,
Ondergeteekenden zijn zich zeer wel
er van bewust dat door de vervanging
van machinalen door handenarbeid,
de kosten der bedoelde werkzaamhe
den een niet onaanzienlijke verhoo
ging zouden ondergaan. Zij durven er
echter met klem op aandringen, dat tot
bedoelde wijze van werkverschaffing
wordt besloten, omdat zonder deze zal
moeten worden overgegaan tot recht-
treekschc verleening van geldelijke
leun, die wellicht een niet veel gerin
ger bedrag uit 's-Rijks kas zal vergen.
Het is n.1. de stellige meening van
alle betrokken burgemeesters, dat de
kosten van eventueele steunverleening
aan werkloos geworden Zuiderzee
werkers, althans aan die, welke zich
gedurende de laatste jaren van elders
in hunne gemeente vestigden, zooal
niet geheel, dat toch voor het overgroo
te deel ten laste van het Rijk dienen
te komen.
Zij achten zulks allereerst een eisch
van billijkheid, omdat zooals boven
VERSCHIJNT ELKEN
DINSDAG EN VRIJDAG.
ABONNEMENTSPRIJS
per 3 maanden f 1.—.
VOOR BETERE
TABAKSFABRIEK
PAR1JSCHE MODEBRIEF.
LAATSTE SNUFJES VAN DE
ZOMERMODE.
Veeren boa's en gehaakte
handschoenen.
Is dan het einde van den zomer reeds zoo
nabij, dat we een luchtige zijden sjawl niet
meer voldoende vinden om hals en schouders
te bedekken? Of is het alleen ijdelheid. die
ons grijpen doet naar het laatste snufje, de
wuivende, gracieuse veeren boa die, ondanks
z'n buitengewone lichtheid, toch zoo veel
warmte geeft Als omlijsting van het gezicht
is zoo'n soepele krans van teere vogelveertjes
allerliefst, En ook heel flatteus, zooals elke
vrouw natuurlijk weet. Meestal is het de
struisvogel die zij het dan ook niet geheel
vrijwillig ons hiervoor zijn dos afstaat.
Maar ook van haneveeren worden mooie boa's
gemaakt en wel heel lange, die men dubbel
om den hals
slaat, door de
ceintuur haalt
en waarvan de
einden dan
nog bijna tot
aan den rok-
zoom reiken. Het
staat fantas
tisch, om niet
te zeggen een
beetje wild,
zoo'n omhulling
van hanevee
ren.
Verkiest men
struisveeren
zoo dienen de
haartjes lang te
zijn en niet ge
kruld. De mo
derne boa be
hoort in kleur
te contrastee
ren met het
toilet, hoewel
men ze ook wel ziet in dezelfde tint van de
japon of den mantel. Boa's in twee kleuren
komen ook al voor, in het zwart b.v. met
witte uiteinden. En wilt ge heel chic zijn, zoo
zet ge uw handschoenkappen eveneens met
een rand struisveeren af.
Een andere nieuwigheid is een enorme ru
che van witte tulle rond den bal en kleinere
FEUILLETON.
No. 18.
De gravin lachte.
„Weet u, dat u veel phantasie hebt
„Hoezoo
„Omdat u daar een heelen roman opmaakt.
Vanmorgen dacht ik het al."
„Wanneer vanmorgen
„Toen u het vermoeden uitsprak, dat de
moordenaar van die vrouw ook de moorde
naar van mijn armen man was. Wat 'n rede
neering Als die mevrouw Walker om een
geheimzinnige reden vermoord werd wat
ik volstrekt niet geloof waarom zou die
zelfde persoon dan mijn man vermoord heb
ben
„Het eene kan opzet, het andere nood
weer geweest zijn
„Waarom liet hij dan het ééne liggen en
verborg hij het andere zoo goed, dat het niet
te vinden is
Uit voorzichtigheid. Als hij de gewoonten
van mevrouw Walker kende, wist hij, dat er
op Zaterdagavond niemand in haar huis zou
komen. Maar als hij het lijk van den graaf
midden op den weg had laten liggen, dan
was men hem dadelijk op de hielen geweest.
Bovendien kostte het verbergen geen bijzon
dere moeite. Vijf minuten van de %,moede-
lijke plaats van den moord ligt een vijver
die morgen wordt afgedregd en tien mi
nuten verder stroomt de rivier, die wel da
genlang een lijk verborgen kan houden, om
het dan wie weet waar aan land te
spoelen of misschien wel nooit. Omdat me
vrouw Walker door twee personen werd ver
moord, waren er zeker ook twee bij het ver
moorden van den graaf en dit tweetal kon
het niet moeilijk vallen, om het lijk een eind
ver te krijgen.
De gravin maakte een gebaar van verras
ruches om den pols. Het staat jong en pittig.
En als ge van den winter misschien een car
navalsfeest meemaakt, kunt ge den kraag
zonder bezwaar op een Pierrettepakje zetten.
In dat opzicht dus is ze een economische ver
siering. Maar nu zijn we al met onze gedach
ten bij den winter aangeland. En nog altijd
is het zomer en we hopen alleen nog op vele
mooie zomersch-warme dagen. In het bij
zonder natuurlijk de vacantiegangers en de
talloozen die, zooals hier de gewoonte is, de
zomermaanden in hun „maison de campag
ne," hun buitenhuisje, doorbrengen. Trekt
het Duitsche meisje op haar wandelingen en
uitstapjes graag een dirndlpakje, de Fran-
?aise doet in eenvoud voor haar niet onder.
Ze mogen in de stad nog zoo mondain ge
kleed gaan, buiten draagt ze heel eenvoudige
buiten- of tuinjurken. Deze zijn zoo sober van
snit (berekend op dikwijls wasschen) en
voornamelijk gemaakt van cretonne in vroo-
lijke kleuren. Bouquetten en kleine bloemp
jes, guirlandes, noppen, streepen en ruitjes,
zoowel op een zwarten, een felgekleurden
als een zeer lichten achtergrond. Dikwijls zijn
deze jurken met effen cretonne gegarneerd.
Het verschil tusschen het Duitsche en Fran-
sche vacantie-meisje ligt dus niet zoozeer in
de kleeding al geven we graag toe dat de
laatste haar jurk met meer gratie draagt --
dan wel in de manier waarop ze de vacantie
doorbrengen. Het „Wandern" zit de Duitsche
in het bloed, ze is niet gelukkig, wanneer ze
in haar vacantie niet urenlange wandelin
gen, dagenlange voettochten heeft gemaakt.
Het Fransche meisje daarentegen houdt over
het algemeen niet van wandelen. Wanneer
ze met haar familie in het buitenhuisje ver
blijf houdt, zal ze voor haar genoegen in den
tuin werken en
de bloemen ver
zorgen. En ver
der in een ge-
makkelijken
stoel zitten met
een mooi boek
maar voorna
melijk met een
handwerkje.
Zoo zien we,
hoe ook op het
gebied van va
cantie - nemen
de smaak onder
de verschillen
de volkeren ver
schilt
Nu de hand
schoen weer in
eere is hersteld
zóó zelfs dat we
ze ook 's zomers niet missen kunnen, komen
voor warme dagen de mitaines, de vingerloo-
ze handschoenen, weer in zwang. En verder
ook handbekleeding van luchtige, openge
werkte stof, vooral opengewerkte netweefsels,
die de hand laten doorschemeren en zooveel
mogelijk koelte doorlaten. De Fransche
vrouw, bereid als ze steeds is tot elk nieuw
handwerkje, legt zich reeds toe op gehaakte
handschoenen van zeer open weefsel, met
een smallen boord afgezet.
Wie veel van handwerken houdt, heeft
anders dezen zomer ruimschoots gelegenheid
ze op allerlei wijzen te pas te brengen. En-
gelsch borduursel is buitengewoon en vogue,
zoowel voor geheele japonnen als blouses,
bolerootjes, manchetten en kraagjes. Een wit
te fichu schulpt men rondom uit, festonneert
ze met groene zijde en borduurt in dezelfde
kleur nopjes over den geheelen kraag. Voor
al de mode van nopjes en stippels geeft veel
gelegenheid tot eigen handwerk. Wanneer
men deze motiefjes zelf in de platte steek
borduurt, krijgt de stof toch altijd een meer
bijzonder cachet dan wanneer men ze kant
en klaar koopt.
WILHELMINE.
sing.
„Tweehoe twee? Dat isdaar
heb ik nog geen woord van gehoordik
dacht, dat de politie alleen naar dien man
in 't grijs zocht
Omdat die zeker de hoofdschuldige was.
Feitelijk zijn er echter twee aan het misdrijf
schuldig."
De gravin dacht even met een ernstig ge
zicht na.
„Twee", zeide zij, „....tweezou het
mogelijk zijn Toen keek zij Hempel met een
raadselachtig gezicht aan.
„Weet u, dat mijn zwager een kennis van
mevrouw Walker was zei ze langzaam.
Nu was het Hempel, die zeer verrast opvloog.
„Hoe de majoor Hoe weet u dat
„Ik zag hem voor ongeveer veertien dagen
op de Bank met haar praten."
„Is u er zeker van, dat u zich niet in een
van de twee personen vergiste
„Zeer zeker. Ik ben bereid, die verklaring
voor het gerecht vol te houden."
.Kende u mevrouw Walker persoonlijk
Er kwam een zeer hoogmoedige trek op het
gezicht der gravin.
„Persoonlijk Hoe zou ik dat Daarvoor
waren wij al te zeer van verschillenden
stand."
„Nu ik dacht maar buiten, en omdat
u in zekeren zin buren waart."
„Ik ga slechts om met menschen van mijn
stand en alleen dan, als hun leven onberis
pelijk is. Het zou mij nooit in de gedachte
zijn gekomen, kennis te maken met deze ge
heimzinnige vrouw, wier afkomst en midde
len van bestaan niemand kende. Van aanzien
ken ik haar natuurlijk even goed als iedereen
uit den omtrek van Grunau."
„Hm maar hoe kent de majoor mevrouw
Walker
„Daarover heb ik niet nagedacht. Pas
Maandag viel het mij weer in en nu ik
moet het bekennen komt het mij zeer
vreemd voor, in verband met hetgeen er
gebeurd is
„Nu weet ik, waarom zij mij heeft laten
komen en mij op de thee heeft gevraagd,"
.dacht Hempel, „dat wilde zij tegen me zeg
gen Hoe vreeselijk moet haar haat tegen
den majoor zijn Op een dag, dat iedere
andere vrouw radeloos van droefheid zou
zijn, praat zij druk en onbevangen met mij,
alleen om een steen aan te dragen voor het
gebouw, dat dezen man moet doen verstik
ken. Wat zou hij haar gedaan hebben, dat
zij hem zoo fanatiek haat
Huiverig voor die vrouw met haar stalen
zenuwen en haar ijzeren wilskracht, stapte
Hempel een uur later de poort van Grauenegg
uit. Half in gedachte ging hij toen het voet
pad op, dat van het kasteel naar het huis
van mevrouw Walker liep.
Voor dit huis bleef hij peinzend staarn Als
de muren eens konden spreken Wat zouden
ze vertellen Plotseling viel hem iets in. Als
hij eens vóór den nacht een paar uur ge
bruikte, om hier alles zorgvuldig na te kij
ken
Dadelijk was zijn besluit genomen, zijn
hand had den sleutel al uit zijn zak gehaald
en in het slot gestoken.
IX.
In het verlaten, doodstille gebouw lag en
stond alles nog zooals op den morgen, toen
hij daar 't laatst geweest was alleen het
lijk was weg. Dit was intusschen geschouwd
en begraven. Door de reten der jalouzieën
kwam het maanlicht naar binnen en teeken-
de lichte streepen over den met bloed bevlek
te vloer.
Er was meer dan gewone moed noodig, om
op dit uur moederziel alleen het huis in te
gaan, waar kort geleden zulke akelige dingen
waren afgespeeld.
Maar Silas kende geen vrees.
Hij haalde lucifers voor den dag en maak
te licht. Op de schrijftafel stonden twee arm-
lusters met ongebruikte kaarsen. Deze stak
hij aan.
Toen onderwierp hij de vakken der schrijf
tafel aan een nauwkeurig onderzoek, maar
zonder resultaat. Zij bevatten betaalde reke
ningen, krantenuitknipsels, aanteekeningen
over gelezen boeken, een afschrift van het
koopcontrakt van het huis en eenige oude
kalenders. Bovendien nog briefpapier, post
zegels en schrijfbehoeften.
Geen enkel woord, dat op mevrouw Wal-
ker's persoon betrekking had. Silas onder
zocht het meubelstuk nog nauwkeurig aan
alle kanten, of er soms een geheim vak aan
wezig was, maar hij vond niets bijzonders en
deed de schrijftafel eindelijk dicht.
Van de schrijftafel "begaf hij zich naar de
kanapee, die hij voorzichtig onderzocht, zon
der er echter iets in te vinden.
Hij opende nu ook de tweede kast en be
gon pijnlijk nauwkeurig alles na te zien. Het
linnengoed was zeer fijn en alles was met
M. M. geborduurd. De heele kast bevatte
niets van beteekenis.
Ook het bed en het nachtkastje brachten
niets bijzonders aan het licht. De bidstoel,
waarboven een groot zilveren kruis hing,
vertoonde sporen van een veelvuldig gebruik.
De politoer was op sommige plaatsen dof en
afgesleten. Maar het viel Silas dadelijk op,
dat die doffe plekken niet door het knielen
konden zijn ontstaan, want zij waren alleen
aan een hoek.
Toen hij oplettender keek, begreep hij, dat
ze blijkbaar door handen waren aangebracht,
die het meubel juist op deze plek dikwijls
moesten hebben aangeraakt. Tegelijk be
merkte hij op den vloer een lichte streep, die
in een halven cirkel naar voren liep.
Het was duidelijk, dat het meubel dikwijl:
van zijn plaats was geschoven en altijd in
één richting. Hij probeerde den bidstoel van
den muur af te duwen. Dit ging verbazend
gemakkelijk, maar de achterzijde vertoonde
.niets bijzonders. Hempel beklopte den stoel
van boven naar beneden en zocht naar de
een of andere geheime veer, maar tevergeefs.
Nu bemerkte hij, dat het behangsel op een'
ADVERTENTIêN
Van 1—5 regelf 1 0.5a
Iedere regel meer f O.ltt
AFD. STOFFEERING, LINOLEUM.
Vloerzeilen, karpetten, vitrages,
divan- tafelkleeden, loopers, enz.
ZONDAGS TOT 2 UUR GEOPEND.
plek eenige verhooging toonde, alsof het
maar los op den muur lag. Hij trachtte nu
het behangsel op te lichten en bemerkte, dat
het slechts met was van onderen vastgeplakt,
zonder eenige moeite los te maken was.
Daaronder was een vierkant houten plankje
met een kleine holte aan den bovensten
rand.
Toen Hempel op die holte drukte, zonk de
plank zonder geraas naar beneden en er
werd nu een ruimte zichtbaar, zoo groot als
een sigarenkist, waarin eenige papieren la
gen.
„Ha eindelijk zei Silas diep ademha
lend en nam de papieren fluks in zijn bezit.
Hij ging ermee op de knielbank van den
bidstoel zitten en plaatste het licht
naast zich.
Het eerste, wat hij in de hand nam, was
een brief met den poststempel „Sidney," ge
dateerd op den vijfden Mei. Hij luidde als
volgt
„Lieve Mary
Als antwoord op je pas ontvangen schrij
ven deel ik je mee, dat ik ten gevolge van je
dringenden wensch tegen half September bij
je zal aankomen. Vroeger is het mij om za
ken niet mogelijk en ook dan valt een zoo
lange afwezigheid van de zaak zooals een
reis naar Europa vereischt zeer moeilijk.
Maar omdat je mijn komst zoo dringend ver
zoekt en zegt, dat het voor je rust en veilig
heid noodig is, wil ik geen neen zeggen. Ik
kan echter niet lang blijven en moet met de
eerstvolgende boot weer terug naar Sydney.
Je laatste brief heeft mij pijnlijk getroffen.
Eerst hadt je zoo'n onweerstaanbaar verlan
gen naar je geboortegrond en nu schijnt het,
dat je je daar niet gelukkig gevoelt Ik
hoop, dat je niet ziek bent Als dat zoo was.
moest ik absoluut doorzetten, dat je met mij
naar Sydney zou terugkeeren, wat altijd
mijn wensch is geweest. Nu, daarover mon
deling meer
Je altijd zeer toegenegene HARRY."
(Wordt varvolgd.)