Falcon- ne
Loden jas
23e JAARGANG
DINSDAG 6 DECEMBER 1932
No. 96
NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR
WIERINGEN EN OMSTREKEN
BIJ S, COLTOF,
KANAALWEG DEN HELDER.
GERECHTIGHEID
hWIERINGER courant
VERSCHIJNT ELKEN
DINSDAG en VRIJDAG.
ABONNEMENTSPRIJS
per 3 maanden 1.
UITGEVER
CORN. J. BOSKER,
WIERINGEN.
BUREAU
Hlppolytushoef Wlerlngen.
Telefoon lntercomm. No. 19.
ADVERTBNTUII5
Van 1—5 regen 0.M,
iedere regel meer f 0.14
LOONTOESLAG.
Elk middel, dat de werkloosheid kan
verjninderen, dient te worden onder
zocht. Ook het middel van een loon-
toeslag, dat thans vooral in het land
bouwbedrijf wordt gepropageerd, ver
dient daarom, naar het oordeel van do
„Nederlander" (Chr. Hist.) de aan
dacht.
De bedoeling van de voorstanders
van den loontoeslag is deze, dat de
Overheid den werkgever voor iedere
werklooze, dien hij aanneemt, een
deel van het loon zal vergoeden.
Om een voorbeeld te noemen.
Gesteld de arbeider die werkt, heeft
een loon van f 20 per week de werk
looze ontvangt een steun van f 10. De
werkgever meent een loon van f 20
niet te kunnen betalen, maar wel een
van f 15. Nu geeft de overheid een loon
toeslag van f 5 per week, waardoor de
werkgever het loon van f 20 kar» be
talen en een arbeider in dienst kan
ne-men.
De voordeelen van deze regeling
zijn de volgende
De arbeider is geholpen, want hij is
verlost van de ellende der werkloos
heid en ontvangt inplaats van f 10
steun een loon van f 20.
De werkgever is geholpen, want hij
kan nu een arbeider tewerkstellen,
dien hij anders niet zou kunnen plaat
sen.
Ook de Overheid heeft voordeel,
want in plaats van f 10 steun behoeft
slechts een loontoeslag van f 5 te wor
den uitgekeerd. De uitgaven der Over
heid worden dus aanzienlijk vermin
derd.
Men zou op het eerste gezicht zeg
gen, dat de loontoeslag als middel tot
bestrijding der werkloosheid onvoor
waardelijk moet worden toegejuicht.
Helaas rijzen hier in de practijk be
langrijke bezwaren. Laten wij er een
drietal mogen noemen.
Vooreerst worden de werkgevers,
die hun personeel het langst aan het
werk houden, op deze wijze gedupeerd
Er zijn werkgevers die elk man
netje, dat zij maar even kunnen mis
sen, onmidellijk ontslaan. Maar er
zijn evenzeer werkgevers, die bij slapte
allerlei karweitjes bedenken, om hun
arbeieders zoolang als het maar eeriigs
zins mogelijk is, aan den arbeid te
houden. Een loontoeslag werkt hier
zeer onbillijk. Want de werkgevers,
die te vlug hebben ontslagen, kunnen
weder arbeiders aannemen en den
toeslag opstrijken. Maar de werkge
vers, die zich vele offers hebben ge
troost, om hun teveel aan personeel
te kunnen houden, krijgen niets.
De loontoeslag kan gaan werken als
een premie op ontslag. Men ontslaat
arbeiders, om ze dan met een toeslag
weder terug te kunnen nemen.
Dat is een bezwaar dat zeer moei
lijk is te ondervangen. Want de Over
heid kan nooit weten of een werkge
ver het werkelijk slap heeft en daar
om ontslaat of dat hij aleen slapte
voorwendt en arbeiders ontslaat om
ze straks met een toeslag weer aan het
werk te zetten. Men zou op deze wijze
kunnen krijgen, dat juist de werkge
vers met een ruim geweten met tal
van arbeiders werken, waarvan de
Overheid een deel van het loon betaalt
Daarmede komen wij tot het derde
bezwaar. De Overheid geeft op deze
wijze aan den eenen ondernemer een
voorsprong in den concurrentiestrijd
boven den anderen.
Gesteld er zijn twee werkgevers, A.
en B. Beide werken met 10 arbeiders,
die ieder f 20 per week verdienen. A.
ontvangt geen loontoeslag, B. voor 5
arbeiders wel tot een bedrag van f5
per arbeider en per week.
Dan is de toestand deze, dat A. op
zijn onkostenrekening f 200 per week
voor loon uittrekt en B. slechts f 175.
Want voor 5 arbeiders krijgt hij een
loontoeslag van totaal f 25 per week.
Men gevoelt het scheeve van dezen
toestand. B. kan zijn producten vooi
lagere prijzen aanbieden omdat zijn
onkosten geringer zijn. Die voorsprong
in den concurrentiestrijd ontvangt B.
door den loontoeslag, welke de Over
heid uitkeert, uit de belastingen, wel
ke mede door A. zijn opgebracht
Alvorens een proef er mede te ne
men, aldus besluit het blad, zullen
toch eerst deze bezwaren moeten wor
den overwonnen.
verklaard, toen dezer dagen vijf magi
straten naar zijn welzijn kwamen in-
formeeren.
BINNENLANDSCH NIEUWS.
VAN ALLES WAT.
Hoe autobestuurders hun ongevallen
melden.
Een Engelsch tijdschrift geeft daar
van de volgende bloemlezing.
„Een wesp drong mijn auto binnen,
ik moest mij tegen dit insect verdedi
gen, en reed derhalve in de sloot".
„Ik zei den anderen idioot, wat ik
van hem dacht en reed verder".
„Zoo reed ik tegen een lantaarn
paal, dien ik niet zien kon, omdat er
mensclien voor stonden".
„Ik reed tegen een stilstaande tram,
die van den anderen kant mij tegemoet
kwam".
„Hierbij overreed ik een voetganger
die het voorval ten zeerste betreurde"
„Mijn wagen reed tegen een boom
en stond plotseling stil".
Ik haalde een stilstaande autobus
in en werd door deze van achteren
aangereden.".
Een fideele gevangenis.
In de gevangenis te Cork is slechts
één gevangene. Hij heeft een stoet van
„bedienden" voor zich alleen, een ei
gen dokter en dominé er bestaat
geen gevangene, die zoo goed wordt
verzorgd als hij.
Men is vreeselijk bang, dat hij zal
wegraken, want er zijn honderden
cellen, tal van lange gangen en corri
dors. Als de gevangene verdwaalt zou
men wellicht dagen noodig hebben
om hem terug te vinden.
Cork heeft eenvoudig geen misda
digers. In weken komt er zelfs geen
wegens dronkenschap gearresteerde
man op de rechtszitting. De eenige ge
vangene heeft het breken van een
ruit, toen hij dronken was op zijn ge
weten. Binnen eenige dagen komt hij
weer vrij. Hij vindt al die belangstel
ling ook verre van prettig, heeft hij
FEUILLETON.
Autobusdienst over Afsluitdijk.
Consessie aan de A. T. O. ver
leend.
Aan de N.V. Algemeene Transport
Onderneming te Utrecht, hebben Ged.
Staten van Noord-Holland vergun
ning verleend voor een autobusdienst
Alkmaar -- St. Maartensvlotbrug - De
Kooi -- Van Ewijcksluis -- Den Oever-
Leeuwarden.
Afwijzend is beschikt op een groot
aantal aanvragen om vergunning tot
het onderhouden van 'n autobusdienst
van N.-Holland over den afsluitdijk
naai- Friesland.
De afgewezen verzoeken zijn van J-
Bonnema, Makkujn, voor een dienst
Alkmaar—Harlingen; W. Veltman,
Leeuwarden, voor een dienst Amster
dam-Hoorn-Den Oever Leeuwarden
Kok en anderen te Oudkarspel, fa.
Keetman en Schoorl te Winkel, G.
Boon, Medemblik, voor een dienst Alk
maar-Leeuwarden en Sneek, Schagen
Leeuwarden en Sneek, Den Helder
Leeuwarden en Sneek van de fa. Ele
ma en Stollenga, Marum, voor een
dienst Amsterdam P urm erend— Alk
maar Den Oever Groningen van
V. Waco, Hoorn, voor een dienst
Hippolytushoef, Leeuwarden en Sneek
J. J. Capelle, Noordwijk aan Zee, voor
een dienst Den Helder - Sneek en Scha
gen Sneek van H. J. en H. Naaste-
pad, Anna Paulowna, een dienst Hel
der—Harlingen fa. Van der Zee en
Groenhof, Sneek, voor een dienst Alk
maar De Kooi Den Oever Sneek.
Loonsverlaging Ned. Kabelfabriek?
Werktijdverkorting aangekon
digd.
Donderdagnamiddag is ten kantore
der N. V. Ned. KabeffabrieTc te Delft
een conferentie gehouden tusschen de
de directie en de hoofdbestuurders dor
arbeidersorganisaties omtrent de werk
tijdverkorting, die ingevoerd zal wor
den. Overeenstemming werd niet be
reikt.
Vrijdagavond hebben de modern ge-
organiseerden een vergadering belegd
en na afloop daarvan werd een stem
ming gehouden omtrent al- of niet-
staking. De uitslag zal Woensdag of
Donderdag worden bekend gemaakt,
omdat de beslissingen van de r.k. en
de chr. arbeidersorganisaties nog moe
ten worden afgewacht. Tevoren wordt
nog een bespreking gevoerd tusschen
de hoofdbestuurders der arbeiders orga
nisaties.
Zaterdagmorgen is op de Ned. Kabel
fabriek een arbeidsregeling bekend ge
maakt, waarin wordt medegedeeld,
dat ingaande 12 December a.s. de werk
tijd wordt verkort met 5V& uur per
week.
ERFENIS VERDWENEN.
Slachtoffer van inflatie.
Een meisje kreeg bij testament van
haar grootmoeder 'n bedrag van f 7000
DAMES en HEEREN koopt uw
Zoo kwam het onder de oogen van Jules
Vallois, die het in verband bracht met de
eigenaardige ontvluchting van Robert de
Rénier. Hij ging het meisje opzoeken, zij ver
telde hem wat zij wist en dat was heel
weinig en gaf hem toestemming de enve
loppe en het briefje, dat bij het bankbiljet
ingesloten was geweest, te behouden. Hij be
zag beide nauwkeurig. De enveloppe was van
hetzelfde gele ordinaire papier als die welke
hij zelf kort geleden ontvangen had, en de
twee woorden „Uit dankbaarheid" waren ge
schreven op een half velletje gemeen geruit
postpapier, dat gewoonlijk bij zulke envelop
pen gekocht wordt.
Ook het schrift vergeleek hij met de groot
ste nauwlettendheid het was volkomen in-
dentiek met het briefje van eenige dagen ge
leden aan zijn adres. Hij ging naar huis en
vergeleek het schrift opnieuw met den af
druk van den brief van Blanche de Franche-
ville, die in een der bladen gestaan had. Hier
echter hield alle gelijkenis op. Zeer waar
schijnlijk had de actrice werkelijk een einde
aan haar leven gemaakt en gebruikte de
voormalige bankier slechts haar naam om de
politie op een dwaalspoor te brengen. Overi
gens zou Jules gauw genoeg weten wie de
schrijver van deze verschillende briefjes was.
Bij den rechter, die de instructie van de
zwendelzaak geleid had, liet hij zich inzage
geven van door de de Rénier geschreven brio
ven, door hem onderteekende stukken boe
ken en verdere ducumenten. Nauwkeurig
vergeleek hij het schrift, en na zijn laatste
onderzoek was hij overtuigd dat niemand
anders dan de Rénier de briefjes kon ge
schreven hebben. Ook het door den president
van de rechtbank ontvangen schrijven was
van dezelfde hand.
Maar wat hielp hem dit alles Hij werd er
niet wijzer door, want zijne ontdekking leer
de hem immers niets omtrent de verblijf
plaats van den vluchteling. Het was eene
ontdekking die nauwelijks de moeite waard
was, die een kind ook had kunnen doen.
Jules begreep dat hem voorloopig in deze
zaak niets anders te doen stond dan kalm af
te wachten tot een nieuwe gebeurtenis hem
misschien een draad in handen zou geven.
Die nieuwe gebeurtenis liet niet lang op
zich wachten.
Enkele dagen na zijn gesprek met het
meisje van de métro, liet de chef van den
veiligheidsdienst hem bij zich ontbieden.
Hebt u al eenige vorderingen gemaakt
in de zaak-Rénier, mijnheer Vallois vroeg
hij op ongeduldigen toon.
Jules zag hem een oogenblik zwijgend aan
en vroeg toen op zijn beurt, lichtelijk iro
nisch
Zijn uwe mannen misschien gelukki
ger geweest
De chef antwoordde niet, maar overhan
digde hem met een welsprekend gebaar een
vel papier.
Ziedaar, wat ik vanmorgen ontvangen
heb.
Jules las
„Om te voorkomen, dat in het vervolg ba
nale misdaden als moord, zakkenrollerij,
chantage en dergelijke zullen worden toe
geschreven aan de „vrijbuiters van Parijs",
deel ik u namens genoemde vereeniging me
de, dat wij ons voorloopig zullen bepalen tot
eene gerechtvaardigde wraakneming op de
personen, wier namen hier volgen, daar deze
zich aan onrechtvaardige handelingen heb
ben schuldig gemaakt.
Robert le Diable."
Dan volgde een lange lijst van personen,
onder wie zich de leden der jury in het pro-
ces-Rénier bevonden, eenige politici, kamer
leden, officieren, rechters en anderen, die
allen in de geruchtmakende zaak betrokken
Dit geschiedde in het laatst van 1919.
Daar het meisje minderjarig was. wer
den bij hettzelfde testament twee per
sonen aangewezen, om het geld tijdens
die minderjarigheid voor haar te be-
heeren.
Toen het meisje, dat in Duitschland
woonde, bij haar meerderjarigheid
niets kreeg, hee£t zij die beide bewind
voerders doen dagvaarden voor de
rechtbank te Arnhem, om nu eens re
kening enverantwoording te doen van
hun beheer.
Toen hebben de gedagvaarden geant
woord, dat zij het geld hadden belegd
in Duitsche marken en dat deze door
inflatie geheel waardeloos waren ge
worden.
De rechtbank heeft met deze verkla
ring genoegen genomen, doch de eische
resse kwam bij het gerechtshof in hoo-
ger beroep. Voor dat Hof is toen nog
geprocedeerd over de vraag, of de be
heerders niet voor het verlies aanspra
kelijk waren, daar de wet aan voogden
voorschrijft, op welke wijze het eigen
dom van .minderjarigen door hen moet
worden belegd en of het beleggen in
Marken wel voldeed aan de eischen
van een goed beheer.
Het Hof besliste tenslotte, dat de
wetrelijke voorschriften voor belegging
door voogden niet toepasselijk zijn op
bewindvoerders, en dat het beleggen
in Marken in dien tijd niet als onso
liede was te beschouwen, te meer waar
het meisje in Duitschland woonde en
haar vader voor haar op zulk een be
legging had aangedrongen.
Het vonnis der rechtbank werd dus
bevestigd en de eischeres zal de infla
tie gevolgen zelf moeten dragen.
De werkloosheid in ons land.
Eind October bijna 300.000 in
geschrevenen.
Gelijk reeds werd medegedeeld, is
door 't Departement van Binnenland
sche Zaken aan alle gejnenten ver
zocht, in de eerste week van November
op te geven, hoeveel geheel- en gedeel
telijk werkloozen op 29 October 1932
als werkzoekenden bij de plaatselijke
organen der arbeidsbemiddeling (in
clusief het aantal tewerkgestelden bij
de werkverschaffingen) waren inge
schreven.
In aansluiting bij de eerste opgave van
29 October j.1. kan thans nog worden
opgegeven, dat bij het samenstellen
van dit tweede overzicht gegevens ont
vangen zijn van'1059 gemeenten, met
7.873.082 inwoners.
In die gemeenten stonden ingeschre
ven 290.139, geheel werkloozen en
17.791 gedeeltelijk werkloozen.
Van 18 gemeenten met rond 47.300
inwoners waren nog geen gegevens
binnengekomen.
waren geweest.
Gaat dat niet alle perken te buiten
riep de chef van den veiligheidsdienst, wit
van woede. Moet die kerel ons nog in ons ei
gen huis, om zoo te zeggen, komen beleedi
gen Dat laat ik mij niet welgevallen Ik
zal en moet hem in handen krijgen, het kas
te wat het wil, dood of levend. Ik laat ge
heel Parijs afzoeken, al zou ik iederen steen
ondersteboven keeren, hij zal onschadelijk
gemaakt worden
U weet zeer goed, dat er in dit geval met
geweld niets te bereiken valt, zeide de detec
tive op zijne eigenaardige, rustige wijze. Het
is hard, maar wij moeten erkennen, dat deze
Robert le Diable ons tot dusverre te slim af
is. Intusschen moet ik u zeggen, dat de
cranerie van dien vent mij bevalt. Het is
iemand met wien het de moeite waar is de
partij op te nemen.
Wat bent u van plan te doen Wat
raadt u mij vroeg de ambtenaar, die blijk
baar zijn eigen gedachtenloop gevolgd had
zonder naar de woorden van den detective
te luisteren.
Het eenige wat wij doen kunnen is alle
mannen over wie wij beschikken de hier op
gegeven personen ten strengste te laten
surveilleeren en dezen te waarschuwen ook
zelf op hun hoede te zijn.
Wilt u zich daarmede persoonlijk belas
ten
Ik bezit helaas niet de gave der alom
tegenwoordigheid, antwoordde Jules glimla
chend, maar ik zal voortdurend en zooveel
mogelijk een oog in het zeil houden en alles
opsporen om een draad in handen te krijgen.
Hij maakte zich gereed om heen te gaan.
toen de chef hem nog een oogenblik terug
hield.
U bent de eenige met wien ik over de
zen brief gesproken heb, zeide hij, en ik was
alleen in de kamer toen ik hem opende en
las. Niemand behalve ons beiden weet er iets
van. Laat het zoo blijven. Ik zou niet graag
hebben, dat de kranten zich hiervan meester
Op 24 September stonden bij 1064
gemeenten met 7.880.090 inwoners in
geschreven 277.817 geheel werkloozen
en 18.451 gedeeltelijk werkloozen.
Steunverleeniug.
Het Departement van Binnenland-
sche Zaken heeft aan alle gemeenten
een vragenlijst gezonden. Bij 't samen
stellen van dit overzicht zijn gegevens
ontvangen van 1033 gemeenten.
Uitgegeven door de gemeenten (zon
der aftrek van subsidies van staat,
c.q. provincie) aan werkloozensteun
f 5.905.638. Uitgegeven door de gemeen
ton (zonder aftrek van subsidies van
staat c.q. provincie) voor werkverschaf
fing f 1.598.876.
Uitbetaald door werkloozenkassen
f 1.588.125. Door het Rijk is betaald
f 894.337.
Van 44 gemeenten met rond 222.000
inwoners, waaronder o.ïïi. Zaandam
met 33.183 inwoners en Venlo met
23.287 inwoners waren nog geen gege
vens binnengekomen.
Het totaal aatal personen, van wie
de werkloosheid is nagegaan, bedroeg
in September 1932 rond 519.000, waar
onder 508.000 leden van werkloozen
kassen het aantal werkloozen onder
hen bedroeg rond 155.000 w.o. 153.000
leden van werkloozenkassen.
Ingezonden Stukken
HeTpt Elkander!
Vele in Holland wonende Duitschers moe
ten haast dagelijks in den Hollandsche Bla
den lezen, dat de een of andere groep van
belanghebbenden het publiek adviseeren,
geen Duitsche goederen meer te koopen.
Juist deze Duitschers, waarvan velen reeds
sinds jaren zich in de Hollandsche gast
vriendschap mogen verheugen, en hierdoor
in Nederland een tweede tehuis hebben ge
vonden, spijt deze actie ten zeerste, aange
zien zij licht tot vervreemding tusschen 2
sinds lang bevriende landen, die, wat hun
goederenruil betreft, zeer op elkaar zijn aan
gewezen, kan leiden.
Toegegeven, dat de Hollandsche land- en
tuinbouw door de onmogelijkheid, zijn over
productie in vollen omvang naar Duitsch
land te exporteeren, in moeilijkheden is ge
komen, mag men echter aan den anderen
kant niet vergeten, dat Duitschland door zijn
tegenwoordige armoede en eigen nood, ge
dwongen is, zijn geheelen import, dus niet
alleen dien uit Holland, tot het noodzakelijk
ste te beperken.
Het wordt zoo gauw vergeten, dat de enor
me Duitsche werkeloosheid (ongeveer 1/3
der bevolking incl. familieleden leeft van
steun) een verminderde consumptie met zich
meebrengen moet. Hierdoor daalde de koop
kracht aanzienlijk. Verder moet men in Hol
landsche kringen toch wel rekening houden
met het feit, dat er asn groot verschil be
staat tusschen het Duitschland van voor den
oorlog en dat van na den oorlog, dit zoowel
maakten.
Jules knikte nadenkend en verliet de pre
fectuur van politie.
Terwijl hij langs de Seine wandelde, scho
ten uit verschillende zijstraten krantenjon
gens te voorschijn, zwaaiend met Paris Midi,
en met extra edities van op andere uren ver
schijnende bladen. Jules luisterde aandach
tig om hun kreten op te vangen, vóór zij
dicht genoeg bij hem waren, dat hij zich
van een blad kon meester maken.
Laatste nieuws van Robert le Diable
kraaide er een.
Hier jongen
Jules rukte hem het blad uit de handen,
gaf hem een vijf stuiverstukje, zonder wis
selgeld terug te vragen en sloeg haastig een
blik op de groote letters van de vóórpagina.
In sprakelooze verwondering bleef hij er
een oogenblik op staren. Daar stond de af
druk van den brief, dien hij zooeven onder
de oogen had gehad en waarvan de commis
saris hem had verzekerd dat niemand dan
zij beiden den inhoud kenden Ook de lijst
van namen was compleet afgedrukt.
Jules kocht nog eenige bladen.
Zij bevatten allen hetzelfde bericht, alleen
de commentaren er op verschilden eenigs-
zins.
Op een enkel na, dat hij in zijn zak stopte,
frommelde Jules de kranten tot proppen, en
smeet ze een voor een in de Seine. Toen
leunde hij een oogenblik over de steenen
borstwering van een brug en keek hoe ze
door de zacht kabbelende golfjes werden
meegedragen.
Geruimen tijd stond hij zoo in gepeins.
Het is een handige kerel, die weet wat
een goede reclame waard is, zei hij eindelijk,
zich oprichtend met een spottenden glim
lach om de lippen.
HOOFDSTUK VIII.
Ingespannen hield Jules Vallois zich bezig
met den geheimzinnigen misdadiger-uit-
overtuiging, die zich verschool achter den
naam Robert le Diable. Doch hij had zoo
weinig succes van zijne surveillance, van
zijne nasporingen en onderzoekingen, dat
hij er soms bijna het geduld bij verloor. Het
kwam hem voor dat hij als Don Quchote
vocht tegen windmolens. Hij hield een tegen
stander, die onzichtbar en onaantastbaar
was, die overal tegelijk scheen te zijn en ner
gens was. Als Jules de handen uitstak om
toe te grijpen in de richting waaruit een
stem, eene aanduiding scheen te komen van
de tegenwoordigheid van Robert le Diable,
dan sloeg hij in het ijle. Tot een hoonende
spotlach hem naar eene andere zijde scheen
te lokken, als een blindeman, waar hij dan
een nieuw fiasco vond. Toen begreep Jules,
dat hij, het koste wat het wilde, zijn geduld
niet mocht verliezen. Op den langen duur zou
zijn tegenstander, die nu wel de aanvaller
geworden scheen, toch wel afgemat raken
en zich bloot geven. En zoodra Jules maar
ééne enkele aanwijzing had, een flauw spoor
vond, dat hij kon volgen, dan zou hij Robert
le Diable spoedig in zijne macht en dus ook
in de macht der justitie hebben.
Terwijl hij hierover lag n$ te denken, in
de kamer, waar hij steeds zijne vrije uren
sleet en die half studeervertrek, half labora
torium was, stoorde hem de telefoonschel in
zijne overpeinzingen.
Hallo
De Duitsche gezant liet vragen of hij oo-
genblikkelijkij wilde komen, voor eene heel
dringende zaak.
Binnen een kwartier ben ik bij m, be
loofde Jules, die eene internationale mis
daad meende te ruiken en hoopte daaraan
zijn geest te kunnen opfrisschen en eens een
oogenblik afgeleid te worden van dien ellen-
digen Robert le Diable, die hem dag noch
uur rust liet.
Wordt vervolgd.