en
Loden ja:
24e JAARGANG
DINSDAG 31 JANUARI 1933
No. 0
BpP NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR
WIERINGEN EN OMSTREKEN
BIJ S. COLTOF.
KANAALWEG DEN HELDER.
bWIERINGER courant
VERSCHIJNT ELKEN
BUREAU:
DINSDAG en VRIJDAG.
UITGEVER
Hlppelytoshoef Wleringen.
ABONNEMENTSPRIJS
CORN. J. BOSKER,
WlBRDfGHL
Telefoon Intercomm, No. 11.
per 3 maanden f 1.—.
.V..-1
ADVERTENT1IN
Van 1—5 regelt
Iedere regel meer
f O.Ki
1 o.ia
BINNENLANDSCH NIEUWS.
EXTRA-UITKEERING WEGENS
LANGDURIGE VORST.
Rondschrijven van den minister van
Binnenlandsche Zaken.
In een rondschrijven aan de gemeentebe
sturen deelt de minister van Binnenlandsche
Zaken mede, te hebben besloten wegens de
langdurige vorst goed te keuren, dat in de
gemeenten met een tarief van ondersteuning
van ten hoogste f 7 voor een echtpaar waar
van de man tot de uitgetrokkenen behoort en
6 voor een echtpaar waarvan de man be
hoort tot een der andere categorieën, aan de
volgens zijn regeling ondersteunde werkloo-
zen in plaats van f 1 een brandstoffentoeslag
van f 1.50 per week wordt verstrekt.
Deze verhoogde uitkeering mag worden
verstrekt te rekenen van 22 dezer af zij
geldt totdat de regeling mijnerzijds wordt in
getrokken.
In de verhooging van 0.50 wordt dezelfde
bijdrage verstrekt, als in de overige kosten
van steunverleening.
Werkverschaffing.
Voorts heeft de minister aan alle inspecties
voor de werkverschaffing verzocht onmid-
deldellijk aan de besturen van de gemeenten
in het ressort, waar als norm voor de uit-
vriesregeling geldt 7 voor georganiseerden
en 6 voor ongeorganiseerden, mede te dee-
len, dat, ingaande deze week, aan hen, die
onder de genoemde regeling vallen, in plaats
van één gulden brandstoffentoeslag f 1.50
kan worden uitgekeerd.
Deze aanvullende regeling geldt, totdat de
minister zal hebben aangegeven, dat zij
wordt ingetrokken.
Uit het vorenstaande blijkt, dat de aanvul
lende regeling niet geldt voor gemeenten in
welke hoogere normen gelden, dan hiervoren
zijn aangegeven.
MARGARINE IN BESLAG GENOMEN.
Een inspecteur en een hoofdcommies der
invoerrechten en accijnzen uit Winterswijk,
hebben bij den landbouwer E., teven Gemeen
teraadslid van Borculo, een partij margarine
van circa 3000 Kg. in beslag genomen, welke
frauduleus uit Duitschland zou zijn ingevoerd.
VOOR INBREKER OPGEPAKT.
Een laffe wraakneming.
Een Duitsch musicus, de 25-jarige K., die
in Hotel Weimar te Rotterdam werkt, is in
'dé laatste weken het slachtoffer geworden
van een grap, die hij uit den aard der zaak
niet kon apprecieeren.
Op 13 Januari werd hij n.1. door een onbe
kende opgebeld met het verzoek 's nachts,
als hij klaar zou zijn met zijn werk, naar een
adres in het Westen te komen. Vermoedelijk
gehoor gevend aan een drang naar avontu
ren, ging de Duitscher hierop in en 's nachts
begaf hij zich naar het opgegeven adres.
Dit bleek een winkel te zijn. Hij bleef eeni-
gen tijd in de buurt rondscharrelen tot hij
plotseling door een viertal rechercheurs werd
overvallen.
Alle beweringen van den Duitscher dat hij
niet kon vermoeden, waarom hij werd gear
resteerd, waren tevergeefsch en voorloopig
stelde men hem in bewaring.
Achteraf scheen de zaak zeer logisch, want
de politie had dienzelfden dag een anonieme
telefonische mededeeling ontvangen, dat
's nachts in het bewuste winkelpand zou
worden ingebroken. Zij hield een oogje in het
zeil en de arrestatie van den Duitscher was
het gevolg. De ontknooping zou echter spoe
dig volgen.
Korten tijd daarna verschenen tegelijker
tijd vier huurauto's voor den winkel en alle
chauffeurs konden verklaren, dat zij midden
in den nacht waren besteld.
Tot geluk van den Duitscher, zagen de
chauffeurs spoedig in, dat zij waren beetge
nomen en zij deden onmiddellijk aangifte bij
de politie.
EEN HELD DER KUST.
Uit het veelbewogen leven van den
redder Klaasen.
Drama's van de Zee.
vervolg.)
De storm was eer toe- dan afgenomen en
dat scheen velen af te schrikken. We kon
den geen roeiers krijgen.
Toen kwam ik een loodsleerling 'tegen en
hem haalde ik met veel moeite over mede te
gaan. Op zijn beurt wist hij weer eenige
maats te overreden en zoo trokken we er op
uit.
Met kapitein Bakker van de „Hercules",
die ons weer naar het wrak zou sleepen, spra
ken wij af, dat hij voor anker zou gaan en;
ons afwachten.
Wij lieten ons van de „Hercules" met een
lijn afzakken en naderden zoo het wrak.
Boeien aan lijnen lieten wij naar het wrak
drijven waar de zeeën over liepen als over
een blinde klip.
't Was beestenwerk.
Zeven lieten zich langs de ketting van den
bezaansboom in zee zakken wisten de boei
en te grijpen en werden door ons in de boot
gehaald.
De tweede stuurman greep mis en ver
dween voor onze oogen in de diepte. Een jon
gen van 19 jaar hing doodgevroren in het
want.
Tegen den avond moesten wij de verdere
pogingen om de overgeblevenen nog te red
den opgeven.
Van 's morgens 8 uur waren wij bezig ge
weest en nunog niet allen gered.
Wat dat voor ons wastwee dagen red
den en nog moesten vijf ongelukkigen afge
marteld van koude en doodangst een nacht
medemaken in den bezaansmast van het ge
strande schip.
Zij doorstreden den nacht, idie tergend lang
Deze kwam toen tot de erkenning, dat de
Duitscher eveneens was beetgenomen en ten
onrechte voor een inbreker was aangezien.
De man werd onmiddellijk weer op vrije voe
ten gesteld.
De mystificatie was hiermede niet ten ein
de, want Donderdag verschenen voor het ho
tel aan de Spaanschekade, waar de Duitscher
woont, twee auto's. De chauffeurs verklaar
den, dat zij besteld waren door den musicus,
die wilde verhuizen naar de Proveniersstraat
en twee auto's noodig had om de instrumen
ten van de jazz-band over te brengen.
Toen vond de musicus het voldoende. Hij
raadpleegde zijn geheugen, wie er voor in
aanmerking kwam hem een dergelijken poets
te bakken en het resultaat was, dat hij zich
iemand herinnerde, die eenigen tijd eveneens
in het hotel had gewoond en met wien hij
ruzie had gehad.
Zijn naam kende hij echter niet, maar de
portrettenverzameling van de politie bracht
uitkomst. Het bleek de 31-jarige N. J. te zijn,
die al eens meer op dezelfde manier garage
houders had bedrogen en de politie loos had
gealarmeerd. Hij werd op het bureau aan
den Oppert ontboden en gaf toe op deze ma
nier zijn wraak te hebben willen koelen.
Een flinke schrobbeering was de eenige
straf welke hem kon worden toegediend.
Onverantwoordelijke chaufieurs.
Roed een man te Zeist dood en
reed vlug "door.
Zaterdagavond omstreeks half twaalf
is een tot nu onbekend man te Velp
door een auto aangereden en gedood.
De bestuurder van de auto reed na de
de aanrijding in snelle vaart door in
de richting Nijmegen. Tot nu toe is de
auto nog niet opgespoord.
Zaterdagmorgen omstreeks half ze
ven is in de St. Annastraat nabij de
Groenestraat te Nijmegen de 31-jarige
mej. Birmes, wonende aan den Heyen
daalschenweg aldaar, in den rug aan
gereden door een vrachthauto, die in
de richting van de stad reed. Het
meisje liep twee zware hoofdwonden
en een hersenschudding op. Zij is in
het St. Canisiusziekenhuis opgenomen
De autobestuurder is na de aanrijding
doorgereden en is onbekend gebleven.
Gasvergiftiging.
In de garage van den heer Brundel
aan de Emmastraat te Hilversum is de
33-jarige heer Sievers tengevolge van
gasvergiftiging om het leven gekomen
Hij werd dood aangetroffen, liggen
de over een der spat schermen van
een auto. De oorzaak is het zich ont
wikkelen van gassen door een auto,
die de garage verliet, toen het slacht
offer daar werkzaam was, waarna de
deuren der garage gesloten werden. De
eigenaar van de auto trof een uur la
ter bij zijn .terugkomst, den heer Sie
vers levenloos aan.
De verongelukte was gehuwd en va
der van één kindje.
Moeilijkheden in de bouwvakken.
Te Heerenveen dreigen de pa
troons met loonsverlaging en
de gezellen met staking.
De plaatselijke vereeniging van pa
troons in de bouwvakken te Heeren-
veen besloot tot een verdere loonsver1
laging voor de gezellen over te gaan.
Deze georganiseerd in de moderne,
christelijke en r.k. bonden, beant
woordden dit besluit met het stellen
zaam vorderde.
Wij hebben geen rust gehad, er waren
immers nog vijf ongelukkigen achter geble
ven.
Zoo kwam de morgen van den derden dag.
De storm was aan 't af buien. De vijf zateri
nog in den mast. Weer zijn we er met de
„Hercules" heengegaan en hoewel ze daar
dachten dat we verloren waren je hebt
maar één verkeerde golf noodig hebben
we ze er afgehaald, de laatste vijf.
Die terugtocht zal ik nooit vergeten. De
„Hercules" heesch de vlaggen en het volk
aan den wal juichte.
Dat was de „Renown."
Hij zegt het als in gedachten onder den
indruk van de herinnering aan al die schrik
beelden.
Wat een moed, in die sloep te tjoempen,
de riemen te omvatten en ze te slaan als
zwaarden in de ziedende kolken
Venijnig waart de branding aan, kruipt
schuimsissend tusschen wier en steenen op,
gromt sluipend weg.
Door den vuilgelen hemel die over dat zwal
pend water dood en verderf schijnt te bra
ken, laaien bliksemschichten.
De razende vloed ronkt rond de hoofd
stootend giert de storm, drijft de golven hui
zenhoog op.
En dan de sloep, armzalig notedopje in
die grootsche oneindigheid.
O, hoe dikwijls is Holland's kust getuige
geweest van de grootsche daden harer bewo
ners. Hoe dikwijls hebben de couranten het
beschreven, dien moed, die liefde voor den
naaste.
En die stoere grijsaard is een van die hel
den. De borst vol medailles.
Op de kastplank liggen brieven van vor
sten en gezanten, dankbetuigingen voor wat
hij voor den schipbreukeling deed. Hij werd
gehuldigd vele malen enbleef de een
voudige, in geestdrift voor de schoone leus.
„Meer voor anderen dan voor mij zelf."
Al die reddingen
Niets bijzonders Plicht.
van een ultijTiatum, om n.I. het werk
neer te leggen.
In de gehouden gecombineerde ver
gadering van de gezellenl met een de
putatie uit de patroonsveieeriiging is
besloten de staking uit te stellen in
afwachtig van de beslissing dooi- de
patroonsvereeniging omtrent een be
middelingsvoorstel, dat in deze verga
dering besproken werd en dat de ge
zellen geneigd zijn te aanvaarden.
Uitbreiding van de Staatsloterij
„De Avondpost" (Lib.) geeft, het wets
ontwerp-Ter Laan tot uitbreiding van
het aantal loten der staatsloterij geen
kans.
Wij voor ons, aldus het blad, zullen
daar niet om treuren. Onze geestdrift
voor uitbreiding der Staatsloterij is
uitermate zwak zij is er zelfs heele-
maal niet. Wij staan op liet standpunt
van Minister De Geer niet afschaf
fen, maar ook niet uitbreiden.
Ons volk verlangt meer loten, zeg
gen de voorstellers. Het zij zoo, maar
dit kan voor de Regeering geen beslis
send criterium zijn. Een Regeering
leidt, maar volgt niet slaafs de menig
te in wat zij wenscht. Ook het feit, dat
particuliere en buitenlandsche onder
nemingen hier een goed afzetgebied
vinden, moge bewijzen, dat bet volk
in de loterij wil spelen, het bewijst vol
strekt niet, dat tegemoetkoming aan
die zucht Staatszaak zou moeten zijn.
Het volk wil drinken ook toch zijn
allengs de vergunningen meer en meer
beperkt. Verscheidene van die buiten
landsche loterijen hebben succes,, om
dat zij een aantal zeer liooge prijzen
uitloven en als ei' dan een paar daar
van in ons land vallen, wordt de menig
te zenuwachtig, maar vergeet dat het
winnen van zoo'n prijs niettemin ge
lijk blijft staan met het zoeken van
een speld in een hooiberg.
Nogmaals, uit het bestaan van die
speelzucht volgt geenszins, dat de
Staat verplicht zou zijn er aan tege
moet te kojnen en. zijn werk op dit ge
bied te gaan uitbreiden. Zelfs al neemt
men voor juist aan, wat de voorstel
lers zeggen, dat uitbreiding der Staats
loterij de speelzucht niet aanwakkert
wat nog zeer te bezien staat) dan
blijft nog de vraag, of het op den weg
van den Staat ligt aan de bestaande
speelzucht tegemoet te komen.
Het is bovendien zeer twijfelachtig,
of het wel juist is, dat het volk uit
breiding der Staatsloterij verlangt.
Tal van colloctrices hebben in den
laatsten tijd groote moeite gehad, hun
loten kwijt te raken. Men richt zich
meer naar buitenlandsche loterijen,
ojndat deze zulke hooge prijzen uitlo
ven en omdat men meent, dat de
kans op een eenigszins beduidende
winst in de Staatsloterij uitermate ge
ring is. En dit is volkomen juist de
overgroote meerderheid, die met tien
tjes en twintigjes werkt, krijgt dik
wijls nog maar weinig, zelfs bij bet
winnen van een prijs. De geestdrift
voor onze Staatsloterij is niet groot,
geenszins omdat het aantal loten te
klein, maar omdat de kans op een goe
den prijs te gering is. En hierin bren
gen de voorstellers juist geen veran-
DAMES en HEEREN koopt uw
dcring.
Dan is er nog het argument, dat uit
breiding een flinke bate zou opleveren
voor de schatkist. Inderdaad. Maar
ook dit is niet beslissend. Bevordering
van het drankgebruik zou óók de schat
kist. ten goede komen toch beperken
we liet aantal drankgelegenheden. De
principieele vraag is voor ons beeft
de Staat inzake het organiseeren van
loterijen een eigen taak te vervullen?
Deze vraag beantwoordden we ont
kennend en daarom zijn wij tegen bet
wetsontwerp. Noodzaak om de op-
zich-zelf vrij onschuldige Staatsloterij
zooals die thans bestaat, af te schaf
fen, zien wij, aldus het blad, niet
noodzaak en wenschelijkheid echter
oin haar uit te breiden, nog veel min
der.
De verjaardag van den ex-keizer.
Ter gelegenheid van den verjaardag
van den Duitschen ex-keizer zijn.op
huize „Doorn" weer zeer veel geluk-
wenschen in allerlei vormen ontvangen
Daar onder zijn ei- uit alle doelen van
Duitschland, vele uit Amerika en alle
doelen van de wereld, waar Duitschors
gevestigd zijn. Bij de gelukwenscben
zijn een schat van bloemen en vele
roerende kleine geschenken gevoegd,
die getuigen van aanhankelijkheid.
Felicitaties kwamen als gewoonlijk
binnen van de vroegere Bondsvor-
steri, de Veldmaarschalken, van de
Duitsch-Nationale Volkspartij en ook
speciaal uit de kringen van welen-
schap en zeevaart, waarvoor de ex-
keizer zich altijd bijzonder interes
seerde.
Men heeft den indruk, dat het aan
tal gelukwenscben dat van vorige ja
ren verre overtreft.
Om het familiekarakter van deze
verjaardagsviering te bewaren om
ving men geen deputaties.
Buiten giert de wind een somberen zang.
En 't is of het verhaal leeft, of het een
lange rolprent is geworden, die het oog boeit.
E§n titanenstrijd, drie lange dagen, drie
angstige nachten, een gevecht om een boven
de golven uitstekend stompje mast, waaraan
zich menschen vastklemden, menschen be
sprongen door den dood.
Dat zwarte stipje op die barre zee is hun
hoop, die nietige vlet door stortzeeën over
rompeld.
Hoe moet het hun te moede zijn geweest,
toen die helden terug moesten omdat het red
dingswerk toen onmogelijk werd, een spelen
met eigen leven.
Wat moet er in hun afgemartelde brein
hebben omgegaan, toen de vlet zich verwij
derde met hun geredde kameraden en zij
daar achterbleven in dat stompje mast, dat
ieder oogenblik in die kokende watermassa
kon verdwijnen.
Weer een lange nacht met al zijn verschrik
kingen, een snijdenden vrieswind.
Misschien doortintelde hen een glans van
hoop, toen de vuurturen zijn machtige straal
bundels over de woedende vlakte liet spelen
en hen toelonkte.
Zou er voor hen nog een morgen dagen
En ja, er kwam uitkomst.
De vlet haalde die ten doode opgeschreven
menschen af en bracht hen in triomf naar
't Nieuwe Diep.
De dijk zag zwart van de menschen en over
't water klonken jubelkreten hoeveel
Dan, vermoeid uit de sloep
Allemaal
Even was het stil, toen steeg uit duizenden
kelen een gejubel op.
En ieder verdrong zich, om de redders,, die
uitgeput aan den wal traden, de handen te
drukken, die handen opengesprongen van de
vorst, levende ijsklompen.
Men schreeuwde schor van aandoening en
niemand schaamde zich zyn tranen van ont
roering.
En verder vertelt hij van schoeners en
smakken, ook van stoomschepen die In het
BUITENLANDSCH NIEUWS.
Bendeleider met militaire eer
begraven.
Zijn doodkist op een affuit.
De bekende „gangster" Ted Newbor
ry, die een der voornaamste helpers
was van Al Capone, Amerika, is door
vijandelijke leiders der onderwereld
vermoord. Zijn lichaam werd eenige
dagen, geleden, doorzeefd met kogels,
langs den weg aangetroffen. De leden
van het Amerikaansche Legioen heb
ben Newberry met militaire eer be
graven, daar hij tijdens* den oorlog
militaire vlieger is geweest aan bet
Fransche front en daar grooten imoed
betoond heeft. De doodkist van den
bendeleider werd op een affuit naai
hel kerkhof gereden en de geestelijke
van het Legioen hield aan zijn graf
een toespraak.
Gevangene op stap.
Een gedetineerde in de gevangenis
le Bystritz in Bohemen heeft er vol
gens Reuter kans toe gezien om den
laatsten lijd icderen avond uit zijn cel
te ontsnappen en op stap te gaan. Hij
zorgde ei1 echter voor, steeds weer op
tijd voor de ronde terug te zijn. Op die
nachtelijke uitstapjes pleegde hij zelts
nog wel eens inbraken en bracht vaak
drank en lekkernijen voorr de andere
gevangenen mede.
Ook ging hij vaak naar de bioscoop,
maar dit werd hem noodlottig, want
men heeft hem daar herkend en de
gevangenisautoriteiten ingelicht.
Sluikhandel in vreemde Valuta.
De bedoelingen van de bankbil-
jettenvervalsche.rs te Weenen.
Na bet negatieve resultaat van de
ontvoeringspogingen door de buiten
landsche rechecho van den gebeimziit-
nigen Nederlander, clief van oen cen
trale van bedwelmende middelen en
falsificatis van bankbiljetten, is de re
cherche te Weenen tot de overtuiging
gekomen, dat de gevonden duizend
valscbe vijftig schilling-biljet (Vn be
stemd waren om er sluikhandelaren
in vreemde valuta mede te betalen.
De Weensche oplichters, die thans
in de gevangenis zitten, zouden er op
gerekend hebben, dat de valschheid
van hun biljetten, die ri"t als de echte
in pakjes van honderd waren tezamen
gebundeld, eerst, uitgekomen zou zijn,
wanneer zij de buitenlandsche wis
sels reeds in hun bezit zouden hebben
en dat debedrogonen de zaak dan niet
bij de justitie aanhanging zouden dur
ven maken, daar immers de sluikhan
del in vreemde valuta verboden is.
Liever in. de gevangenis.
Wegens gebrek aan werk en
voedsel.
Verscheidcnen van de duizend ge
vangenen, aan wie amnestie was ver
leend bij de geboorte van een prinses
in de koninklijke familie van Bulga
rije, hebben een verzoek ingediend om
weer naar de gevangenis te worden
teruggezonden, daar zij geen mogelijk
beid zien zonder werk die barre win
termaanden door te komen.
Zij hadden juist kleine vergrijpen g<*
pleègd om den winter in de gevange
nis te kunnen doorbrengen en thans
zijn zij dooi' de amnestie weer op
Straat gezet, zonder vooruitzicht op
werk en voedsel.
De autoriteiten zullen waarschijn
lijk voor dezé ontslagen gevangenen
bijzondere maatregelen nemen.
„verrajerige" water van het Nieuwe Diep ten
gronde gingen.
Twee-en-twintig reddingen, nog niet ge
rekend de kleinere. En dan zijn reddingen te
Scheveningen
Want in 1902 ging Klaasen van Den Hel
der weg. Er werd een bekwame vletterman
voor de Scheveningsche haven gevraagd. Hoe
ontgoocheld was hij, toen er geen droog brood
te verdienen viel.
Met een zelf opgekalefaterd blazertje, ge
kocht van het geld dat een „sjouwtje" had
opgeleverd, ging hij visschen. De eerste twee
dagen toonde hij reeds wie hij was. Twee
bommen strandden en Klaasen redde de be
manningen.
En toen er een motorreddingsboot kwam
wie zou er een betere schipper zijn dan Klaa
sen. Scheveningen heeft hem gekend als vlet
terman. Hoe hij heele nachten verkleumd
van koude stond te wachten of er een log-
gertje binnen wou komen, om dan bij het
meren een kouden harden gulden te verdie
nen.
Dat moeder Klaasen in het holle van den
nacht opstond om hem en zijn zoons een
kom koffie te brengen met een scheutje bran
dewijn er in.
Zij vond ze dan in de luwte van een loods
je, stijf en verkleumd, en wachten maar, op
een logger die misschien niet eens kwam.
Zoo was zijn leven vol moeiten en zorgen.
Op 8 Februari 1913 heeft de toen bijna
60-jarige schipper velen verstomd doen staan
door zijn durf en onvergelijkelijk zeemans
schap, getoond bij de stranding van het log-
gerschip Sch. 246 „Vrouw Maria."
Toen was het weer de grijze Klaasen, bij-
gestaans door zijn zoons, een motordrijver en
een havenbediende, die den durf hadden de
motorreddingsboot door de overstelpende
grondzeeën te voeren. Met lijnen werden de
schipbreukelingen van het wrak gehaald en
veilig binnengebracht. Een zilveren gesp,
bij de andere gevoegd, was zijn belooning.
Die medailles
HIJ heeft er vele, maar zij zeggen zoo wei
nig. Voor Klaasen zijn zij herinneringen aan
angstige stormnachten, de vervulling van een
bij hem als vanzelfsprekende plicht.
En plicht wenscht immers geen belooning.
De redding van de bemanning van de
Ostendensche vischsloep „Irma" in 1923 is
zijn laatste daad geweest.
De Belgische regeering vereerde hem een
zilveren klokstel.
Nu is hij oud en vermoeid. De gevolgen van
al de doorleefde ellende bij deze reddingen
zijn niet uitgebleven. De rheumatiek maakt
hem het leven zwaar en tot werken ls de 72-
jarige held niet meer in staat. Gesloopt is het
lichaam, dat eens met een lijn omwonden in
een barren winter te water sprong om drie
Urker visschers van hun gestrande scheepje
te halen.
Geslooptin dienst der menschheid.
En nu de waardeering voor al deze daden.
Men heeft al dien dapperen de hulde ge
bracht, die hun toekwam. Eereteekenen kre
gen zijovervloedig zelfs.
Maar toch, zij waren zoo gauw vergeten.
Al die geredden lieten nooit meer iets van
zich hooren.
En met het klimmen der jaren werd hun
het leven moeilijker, grijnsde dreigender de
armoede.
Wel is in de laatste jaren gepoogd hen aan
de vergetelheid te ontruken en financieel te
steunen. Dorus Rijkers werd op zijn SOsten
verjaardag gehuldigd en ook Klaasen werd
onlangs ter gelegenheid van zijn gouden hu
welijksfeest niet vergeten en verblijd met een
welverdiende benoeming tot Broeder in de
Orde van den Nederlandschcn Leeuw.
Het Dorus Rij kersfonds werd opgericht en
deed uitkeeringen, maar het kan er zoo wei
nig steunen en moet er zooveel teleurstellen.
Als er nog eens onder de vlag van Rijkers
om steun wordt gevraagd voor de behoeftige
helden, zal Nederland niet weigeren.
De zon moet door de wolken van onver
schilligheid breken om den ouden dag U>
verlichten van hen die het verdienen.