Loden jas
Breil alles Best
24e JAARGANG
VRIJDAG 17 FEBRUARI 1933.
No. i-t
NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR
WIERINGEN EN OMSTREKEN
PIJP - TABAK
„DE WAKENDE LEEUW"
J. R. KEUSS.
Laat 125 Alkmaar.
EEN DAKPAN.
FEUILLETON.
PLICHT IS GELUK
Wist
DAMES en HEEREN koopt uw
BIJ SC O L T O FKANAALWEG DEN HELDER.
WER1NGER COURANT
VERSCHIJNT ELKEN
DINSDAG en VRUDAG.
ABONNEMENTSPRIJS
per S maanden 1.—.
UITGEVER
CORN. J. BOSKER.
WIER ING EU.
BUREAU
HJppolytnihoef Wlertnren.
Telefoon Intercomm. No. 19.
ADVIRTINTIiM
Van 1I regel*
Iedere regel meer
f O.K.
0.1*
VOOR BETERE
TABAKSFABRIEK
De schrijver Aart Van Eijk was een paar
maanden getrouwd, toen hij op straat den
teekenaar Jan Timmers ontmoette, die zijn
jongsten roman had geïllustreerd. Op diens
vragen, hoe het hem in zijn jonge gezinsleven
beviel, antwoordde hij met een uitnoodiging,
om den volgenden dag te komen eten.
Eerst dan zal je er een idee van krij
gen, hoe gelukkig ik ben.
De jonge mevrouw Van Eyk vond het erg
leuk, dat zij voor het eerst als gastvrouw zou
fungeeren tegenover een wild vreemden me
neer, want tot dusver had zij nog slechts be
zoeken van familieleden gehad. Zij deed dus
haar uiterste best en Timmers kreeg een di
neetje, dat klonk als een klok, zoodat hij
den allerbesten indruk kreeg van de jonge
huisvrouw. En die indruk was wederkeerig,
want hij was een aangenaam prater, had van
zijn jeugd af in artistenkringen verkeerd en
wist mevrouw Van Eyk in te leiden in een
wereldje, dat haar tot dusver geheel vreemd
Bij het afscheid nemen zeide zij
Kom ons nog heel dikwijls bezoeken,
meneer, u zal ons altijd welkom zijn.
Dat was wat onvoorzichtig gesproken, want
Jan Timmers was «en onverbeterlijke luiaard
en als hij zich een paar malen per week een
goed dineetje of dejeuneetje gratis kon ver
schaffen, dan behoefde hij weer zooveel min
der te werken. Zoo duurde het dan niet lang,
of het jonge echtpaar begon zijn drukke be
zoeken lastig te vinden, maar ofschoon het
hem niet aan verstand en geest ontbrak,
scheen hij de bedekte toespelingen, die men
daarop maakte, nooit te begrijpen.
Toen het voorjaar kwam zeide Aart tegen
zijn vrouw
Emma, we moeten nu toch eens zien, of
we niet van dien Timmers verlost kunnen
worden. Als we van den zomer eens buiten
gingen wonen.
Zij vond dat heerlijk.
Aart had juist in de krant een advertentie
gelezen, waarbij gemeubileerde landhuisjes
in het Gooi te huur aangeboden werden, hij
schreef er dadelijk op en binnen een paar
dagen was er een gehuurd. Aart zou daar
rustig aan zijn nieuwen roman kunnen wer
ken. Zij maakten met de grootste voorzorgen
hun toebereidselen tot het vertrek, opdat
Timmers er niets van merken zou en zoo
verdwenen zij plotseling.
Een heele week hadden zij rust van hun
Naar het Engelsch.
No. 4.
Toen Evelyn een paar uur later aan de thee
zat, merkte ze wel, dat haar familie nu niet
zoozeer ten achteren was, als zij zich dit wel
had voorgesteld althans de tafel was keurig
gedekt, met heerlijk geurige en kleurige bloe
men,en hetgeen er opgediend werd het kou
de vleesch met salade en het brood en de
boter waren van de beste kwaliteit.
Moeder, Mary en de kleine zusjes waren
heel goed gekleed en haar Vader en Stogdale
zaten ook niet in hun hemdsmouwen aan ta
fel, zooals zij verwacht had kortom, de ma
nieren lieten niets te wenschen over, van
geen van allen.
In den salon stond een zeer goede piano en
Mary speelde, op z'n minst zoo goed als zij
zélve, moest Evelyn toegeven zoodat zij tot
nog toe nergens aanstoot aan had kunnen
nemen.
HOOFDSTUK IV.
Toen Evelyn dien volgenden ochtend vroeg
wakker werd, trad zij aan het venster en keek
uit.
Overdag had zij er maar heel weinig aan
dacht aan geschonken, dat haar kamer op
het meer uitkeek, maar nu was zij daar heel
dankbaar voor.
De terrasvormige tuin daalde af, tot vlak
aan het water en stond vol rozen en andere
zomerbloemenhet eiland, met de reusachti
ge gomboomen was met dauw overdekt en
had iets fantastisch-wazigs in de zachte tin
ten van het ontwakend ochtendlicht. Zoo
vroeg als het was, hoorde zij toch al voetstap
pen bulten.
„Wie loopt daar riep zij zacht, terwijl zij
lastigen bezoeker en Aart zeide reeds
- Timmers zal wel raar opgekeken hebben,
maar hij vindt ons hier nooit.
Dat was te vroeg gejuicht.
In de tweede week van hun buitenleven
stapte omstreeks 12 uur Jan Timmers hun
voortuintje binnen.
Kinderen, riep hij uit, wat heb ik een
last gehad om jelui te vinden Mijn beste
Aart, waarom heb je bij de buren je adres
niet achtergelaten
Ik wilde mij vrijwaren tegen lastige bezoe
kers, antwoordde Aart met kennelijke bedoe
ling, maar onverstoorbaar zei de teekenaar
Daar heb je groot gelijk in, maar je
hadt mij wel eens een briefkaart kunnen stu
ren.
Dat heb ik gedaan, loog Arat.
Ik heb niets ontvangen.
Och, ze zijn ook zoo slof aan de post.
Gelukkig kwam ik op 't idee er je uit
gever naar te vragen.
Verduiveld, dacht Van Eyk, ik heb ver
geten hem te waarschuwen.
Timmers deed weer of hij thuis was, lunch
te en at met het echtpaar, maar Aart bere
kende, dat zijn bezoeker daar niet veel voor
deel bij zou hebben, want hij zou toch voor
elk bezoek de spoorkosten moeten betalen.
Toen het avond was geworden zei hij
Pas op dat je den laatsten trein niet
mist Jan, want we zijn hier wat klein behuisd
en hebben geen logeerkamer.
O die heb ik ook niet noodig, hier staat
een heerlijke divan, waar ik best op slapen
kan. Je weet, ik ben met weinig tevreden.
Toen het echtpaar Van Eyk op zijn slaap
kamer was, jammerde Emma
Goede hemel, hij nestelt zich bij ons in.
Ik denk toch, dat hij morgen wel weg
zal gaan, meende Aart.
Maar Timmers dacht er niet aan, den vol
genden dag niet en den daaraan volgenden
evenmin.
Hoelang zullen we die dakpan nog op
ons hoofd hebben mopperde Emma.
Weet ik 't Misschien wel een dag of
vier, vijf.
Na 5 dagen maakte Timmers nog geen aan
stalten om heen te gaan in tegendeel, hij
werd niet moede de schoonheden van het
Gooi en de genoegens van het buitenleven te
prijzen hij kon zich maar niet begrijpen
hoe het mogelijk was, dat er 's zomers nog
menschen in de stad bleven.
Luister eens. Aart, zei Emma, wij moe
ten hem beslist kwijt raken. Ik heb een idee.
Vanmiddag bij het eten, maken wij onder
het een of ander voorwendsel twist met el
kaar. Hij zal dan wel voor een van ons bei
den partij moeten trekken en dan werpt de
andere hem de deur uit. Het plan werd aan
genomen en terstond ten uitvoer gebracht.
Toen er in de huiskamer gedekt was, vroeg
Aart
Waarom heb je niet in den tuin gedekt
Het is mij te koel om buiten te eten,
antwoordde Emma.
Je lijkt wel mal, 't is hier om te stikken,
Och, jij hebt altijd wat aan te merken,
maar ik wacht je complimenten niet af, hoor.
Timmers keek eenigszins verbaasd op, dat-
een paar, anders altijd zoor eensgezind, nu
om zoo'n kleinigheid ruzie maakte, maar hij
lepelde bedaard zijn soep en bemoeide er zich
niet mee, tot groote teleurstelling van man
en vrouw.
Zeg nu zelf eens, Jan, heb ik geen gelijk?
vroeg Aart tenslotte.
Heeft hij geen ongelijk, meneer Tim
mers vroeg Emma op haar beurt.
Timmers keek hen beurtelings aan en zei
Och kinderen, tracht jelui nu voor dat
maandje dat ik hier blijf, vrede met elkaar
te houden.
BINNENLANDSCH NIEUWS.
dat er tegenwoordig origineele verpakkingen
met 2 „ASPIRIN-TABLETTEN" bestaan Nu
behoeft U geen losse tabletten meer te accep
teeren.
Deze verpakking bestaat uit een oranje
zakje, hetwelk evenals de meer voordeeliger
oranjeband-buisjes met 20 tabletten a 70 cent,
voorzien is van het Bayer-kruis.
De prijs der oranje-zakjes is 10 cent.
WAARSCHUWING.
De aandacht van houders van automobie
len, vaartuigen en andere vervoermiddelen
wordt er op gevestigd, dat het in den laatsten
tijd veelvuldig voorkomt, dat geleende, ge
huurde, of in huurkoop gekochte vervoer
middelen dienstig worden gemaakt aan het
plegen van frauduleuzen in-, uit- of vervoer
van goederen.
In een zoodanig geval zal het vervoermid
del overeenkomstig de desbetreffende wette
lijke bepalingen, ongeacht of de fraudeur
zelf, dan wel een ander de eigenaar is, in be
slag worden genomen en zal in daartoe lei
dende gevallen de verbeurdverklaring daar
van gevorderd worden.
Zij die vervoermiddelen verhuren, of op
welken voet ook aan anderen in gebruik af
staan, dienen zich derhalve in hun eigen be
lang zekerheid te verschaffen, dat het ver
voermiddel niet voor smokkel-doeleinden zal
worden gebezigd.
VROEGE KOMKOMMERS.
Aan de veiling te Honselersdijk werden
Maandag de eerste groene kaskomkommers
aangevoerd door den heer W. Valentijn. Zij
brachten 48 cent per stuk op.
UIT DE KLEI-INDUSTRIE.
Een ultimatum.
Op vergaderingen van arbeiders uit de in
het dreigende conflict in de Limburgsche klei-
industrie betrokken fabrieken is besloten aan
het hoofdbestuur van den Ned. R.K. Steenfa
brieksarbeidersbond „St. Stefanus" een vol
macht te geven tot het stellen van een ulti
matum aan de betrokken fabrikanten. Ver
schillende werklieden hebben intusschen
reeds te kennen gegeven een collectieve ar
beidsovereenkomst te willen aangaan op de
oude basis.
LOONSVERLAGING.
Voor het bazenpersoneel, werkzaam in de
textielfabrieken, waarvan de directies aange
sloten zijn bij de Almelosche Fabrikanten-
vereeniging, was een loonsverlaging aange
kondigd van 12'/2 Na een conferentie,
Woensdagmiddag op het kantoor van een der
firma's te Almelo tusschen het bestuur van
de Fabr.-vereen, en het bestuur van den
Bond van Bazen in de Textielindustrie, is
het percentage van de verlaging terugge
bracht tot ongeveer 10
De leden van laatstgenoemden Bond moe
ten er nog over beslissen of deze loonsverla
ging zal worden aanvaard.
UIT DEN TREIN GEVALLEN.
Maandagavond is nabij Lisse een man uit
den electrischen trein gevallen, die om 11.36
uur van Leiden naar Haarlem vertrekt.
Nadat de trein, doordat medepassagiers
aan den noodrem trokken, tot stilstand was
gebracht, hebben twee reizigers de spoorbaan
afgezocht. Zij vonden den man, die een ga
pende hoofdwonde had opgeloopen op het
andere spoor liggen. Nadat in een baanwach
tershuisje een noodverband was gelegd is de
man per ziekenauto naar de Mariastichting
te Haarlem overgebracht. Dinsdagmorgen was
zijn toestand nog zorgelijk. Hij is nog steeds
buiten kennis.
Gebleken is, dat het slachtoffer, een inwo
ner van Haarlem, in den trein onwel is ge
worden en uit het portierraampje is gaan
hangen.. Waarschijnlijk heeft hij per ongeluk
de kruk neergedrukt, waardoor de deur open
is gegaan, en hij uit den trein is gevallen.
WILDE STAKING TE ENSCHEDE.
150 meisjes leggen tegen advies der
organisatie het werk neer.
De staking bij de confectiefabriek der fir
ma Gez. Borst te Enschede, waar 150 160
meisjes het werk hebben neergelegd, is uit
gebroken in verband met een nieuwe loons
verlaging in een der afdeelingen. Alle meisjes
zijn toen in wilde staking gegaan.
De drie samenwerkende bonden hebben
verklaard geen enkele verantwoordelijkheid
voor deze staking op zich te nemen. Zij zullen
echter inlichtingen verstrekken aan den
Rijksbemiddelaar, prof. mr. Josephus Jitta,
die daarom gevraagd heeft.
WIELRIJDER OP ONBEWAAKTEN
OVERWEG GEDOOD.
Zondagavond is op den onbewaakten over
weg ten Zuiden van het station Steen wijk
een wielrijder door den avondsneltrein naar
Leeuwarden aangereden en gedood.
AAN DEN GROND GELOOPEN.
Door het slippen van de koppeling van den
motor is Dinsdag het 80 ton metend stalen
klippersvaartuig „Rlval", schipper J. S. Dijk
stra uit Drachten, in het Amsteldiep benoor
den Wleringen aan den grond geloopen.
Het schip was onderweg van Stavoren naar
Den Helder en had een lading kozijnen, deu
ren, e.d., waarvan een gedeelte als deklast.
Om ongeveer tien uur was het van Den Oever
op Wleringen vertrokken. Het was hoog wa
ter toen het schip door het motordefect aan
den grond geraakte, zoodat het met laag wa
ter geheel droog kwam te zitten.
Een voorbijvarende Heldersche motorbotter
kon geen assistentie verleenen en waarschuw
de, in Den Helder gekomen, onmiddellijk de
reddingboot „Dorus Rijkers", die met een be
manning van vijf koppen onder schipper
Koen Bot uitvoer.
Door het vallende water moest zeer voor
zichtig gemanoeuvreerd worden. Bovendien
bleken de op de reddingboot aanwezige tros
sen te kort te zijn om verbinding met de
„Rival" te kunnen krijgen.
Het water was onderwijl weer gaan was
sen, waardoor het vaartuig vlot kwam. Voor
afgegaan door de „Dorus Rijkers" zette het
schip koers naar Den Helder. Het bleek ech
ter dat er zand in de koelwaterpomp was ge
komen, waardoor de motor onderweg weer
afsloeg. De reddingboot heeft toen langszij
vastgemaakt en de „Rival" naar Den Helder
in stilte vreesde, dat de knecht, die het ze
ker wezen zou, haar misschien voor niet
wel bij het hoofd hield.
„Anthony Stogdale, om u te dienen," luidde
het antwoord.
„Waar gaat u zoo vroeg al heen
„Ik ga de koeien melken op het eilandje."
„Hoe idyllisch Roeit u daarheen, om
te melken Of gaat u de koeien in het boot
je halen Maar mag ik in ieder geval met u
mee
„Ik ga er heen, om te melken en het zal
mij een waar genoegen zijn, als ik u ook daar
heen mag roeien. Als u dan maar binnen een
uur klaar is."
Stogdale had niet gedacht, dat het haar
ernst was maar, na verloop van een kwar
tier, kwam zij uit haar kamer, met haar hoed
in de hand.
Toen het bootje van wal stak, begon de
zon juist over het meer te schijnen en werd
de stilte verbroken door het piepen en
schreeuwen van wel duizenden watervogels.
„Vindt u melken zoo'n bijzonder aangena
me bezigheid vroeg Evelyn, „dat u dit niet
liever den man laat doen
„Wien van ons beiden betitelt u met den
eerenaam „man," uw vader of mij
„Wel, ik bedoel den knecht."
„Die ben ik."
„Maar Vader en u doen toch niet al het
werk
„Zeker. Wij staan hier in Iriya allen „in
dienst van het Schoone," zooals uw zuster
het uitdrukt. Bedienden in den zin, zooals
het bedoelt, houden wij er niet op na."
„Maar dat is toch maar tijdelijk?"
„Neen, dat geloof ik niet. Uw moeder heeft
al zooveel last gehad met meisjes, die het hier
veel te afgelegen vonden, en als ze dan haar
uitgaansdag hadden, eerst den volgenden dag
wilden terugkeeren, of soms ook in het geheel
niet terugkwamen, zoodat zij maar besloten
heeft, het zonder hulp te doen."
Evelyn was als verpletze had wel begre
pen, dat ze flink de handen uit de mouwen
le KLAS REPARATIE INRICHTING vóór
nieuw werk zijn wfj No. Ivoor alle soorten
wollen kleeding, kousen en sokken, (ook de
ffjnste). Den Helder Zuidstr. 19. (Let op de
Gele Winkel). Elke vrachtrijder neemt gratis
de pakjes mede. Depót voor H.-hoef C. Duljn-
ker, voor Den Oever Jb. Kaleveld.
gebracht, waar het vaartuig Dinsdagavond
om ongeveer halfelf veilig aan de kade ge
meerd lag. Aan boord van de „Rival" bevon
den zich, behalve de schipper, nog twee per
sonen.
OOSTERBLOKKER. Tot bemiddelaar voor
het inscharen van vee in de Wierlngermeer-
polder is voor deze gemeente en omliggende
plaatsen aangesteld de heer P. Ruyter, alhier.
REGENVERLET BIJ DE WERKVER
SCHAFFING.
Het eerste uur per dag, tot een
maximum van drie uur per week,
wordt niet uitgekeerd.
De minister van binnenlandsche zaken
heeft de inspecteurs bij de werkverschaffing
verzocht den volgenden brief aan de gemeen
tebesturen te richten.
„Bij het verzuim wegens regen mag de ver
goeding niet worden toegekend over het eer
ste uur regenverlet op iederen dag afzonder
lijk, zulks tot een maximum van drie uren
per week.
Heeft men bijv. in een werkweek de volgen
de uren regenverlet Maandag 4, Dinsdag 2.
Woensdag 1 en Donderdag 5 dan wordt een
regenvergoeding toegekendMaandag 3.
Dinsdag 1, Woensdag 0 en Donderdag 5 uur,
in totaal 9 uur.
INVOER VAN KALVEREN EN VAARZEN
IN SPANJE.
H.M.'s gezantschap te Madrid deelt mede,
dat van 11 Februari 1933 af de invoer van
kalveren en vaarzen uit Nederland alleen zal
worden toegestaan indien de dieren vergezeld
zijn van een certificaat, waaruit blijkt, dat
ze ingeschreven zijn in een rundvee-stam
boek.
BUITENLANDSCH NIEUWS.
moest steken en ze had al haar best gedaan,
zich met dit idéé te verzoenen, maar dat zij
tot de ruwste huishoudelijke bezigheden mee
zou moeten verrichten, dit was in strijd met
haar hoog gevoel van eigenwaarde.
Stogdale roeide de boot vlak aan den kant,
hielp Evelyn aan wal en ging toen de koeien
melken.
Somber zat het jonge ding op een omge
vallen boomstam. Aan den anderen kant van
het meer zag zij het huis uitsteken boven de
terras-vormige tuinen, maar voor het oogen-
blik leek het haar meer een gevangenis, waar
zij, volgens haar opvatting, was afgesloten
van alle beschaving.
Op dit oogenblik bracht een zwerm muskie
ten zoo „levendige" afleiding, dat Evelyn re
gelrecht in strijd was met deze aanvallers en
zich zóó overstuur gemaakt had, dat zeker
het huilen haar nader stond dan het lachen.
„Waarom heeft u mij niet gewaarschuwd,
dat ik een voile en handschoenen aandeed
verweet zij haar geleide. „Ik kon er toch waar
lijk niet op bedacht zijn, dat je zoo vroeg op
den ochtend al zulke dingen zoudt noodig
hebben."
„Het spijt ze zeer" zei Stogdale boetvaar
dig. „Ik heb er nooit last van, dat de muskie
ten mij bijten vandaar dat ik er niet aan
gedacht heb. Ik vrees, dat ik ook niet „be
schaafd" genoeg ben, om dames onder mijn
geleide te nemen."
Op den terugweg sprak Evelyn geen woord,
maar toen zij toilet had gemaakt en naar de
kamer van haar tante ging, gaf zij daar lucht
aan haar verontwaardiging over den staat
van zaken op Iriya.
Mrs. Gilbert luisterde in stilte.
„Volg mijn raad, lieve Als je het leven
hier te hard vindt, dan kan je met mij terug
gaan. Ik geloof, dat je ouders daar geen be
zwaar tegen zouden maken."
„Dat zou leelijk van mij zijn, als ik ze in
den steek liet; dan zou ik net lijken op een
van die dienstmeisjes."
Toen nu het heele huisgezin later aan het'
ontbijt zat, in de koele, heerlijk naar rozen
geurende kamer, moest Evelyn zich toch wel
bekennen, dat hier het „leeiyke van het huis
houdelijke gedoe" even ver te zoeken was, als
bij tante Fanny in Melbourne. Ze kwam weer
geheel in haar humeur en herinnerde zich
nog een groot genoegen, dat zij altijd in het
vooruitzicht had, namelijk, om haar prijzen
aan Moeder en Mary te laten zien. De kinde
ren zouden daardoor ook geprikkeld worden
tot vernieuwden Ijver, meende zij, als ze za
gen, welk een onderscheidingen zij had we
ten te behalen, door zich flink in te spannen.
Zij ging dus naar haar slaapkamer, haalde
haar schatten te voorschijn en keerde terug
naar de eetkamer, waar Moeder en Tante ie
der aan een machine zaten met een stapel
naaigoed bij zich.
„Kunt u niet ophouden met dat vreeselijk
geraas, Moeder?" vroeg zij. „Ik zou u zoo
graag eens mijn prijzen laten zien."
„Zeker, lieve kind. Ik ben er zeer benieuwd
naar."
„Toe, Evelyn, wacht daar nu nog wat mee,"
drong Mrs. Gilbert. „Dien heelen stapel wil
den wij vóór het eten nog uit den weg ge
ruimd hebben. Vanmiddag heeft Moeder veel
meer den tijd."
Maar Mrs. Underwood schoof haar werk
toch op zij en luisterde vol bewondering naar
de geschiedenis van iederen prijs. Nadat Eve
lyn zoo een uur genoten had, ging ze naar
Mary, Grace en de kinderen.
Die vond ze in de keuken de broertjes en
Rosamond zaten aan de groote, vierkante
tafel, terwijl Mary aan het eten koken was.
Die keuken was een ruim, luchtig vertrek en
keek uit op den wingerd, op sinaasappel en
vijgeboomen en op den windmolen, die nu
zijn plicht deed, zoodat hij ieder uur duizen
den liters oppompte uit het meer.
Op het oogenblik, dat Evelyn binnentrad,
teekende de langzaamdraalende wieken zich
donker af tegen den strak blauwen hemel en
werd het klaverveld besproeid en den torna-
LENTEBODE.
Te München heeft men reeds nu een Mei
kever gevangen. Het zachte weer is oorzaak
geweest dat het dier nu reeds uit den grond
is te voorschijn gekomen. Nergens vond het
echter een groen blaadje, daar alle boomcn
nog kaal zijn. Zou de lente in aantocht zijn
„ROOD FRONT" IN EEN RECHTZAAL.
Door de rechtbank te Altona werd een mis
dadiger tot 8 maanden gevangenisstraf ver
oordeeld. Op hetzelfde oogenblik dat het von
nis werd uitgesproken en de veroordeelde
zou worden weggeleid, sprongen hij en zijn
vader op de gerechtsdienaren toe en sloegen
dezen tegen den grond. Tegelijkertijd viel
een groot aantal toeschouwers onder het ge
roep „Rood frontde politiebeambten aan
cn een algemeene vechtpartij ontstond, waar
bij 4 politiebeambten en 6 aanvallers ernstig
werden gewond. Sterke afdeelingen politie,
die te hulp werden geroepen, slaagden erin
de orde spoedig te herstellen en ook den ver
oordeelde, die was gevlucht, te arresteeren en
naar de gevangenis over te brengen.
SPRINKHANENPLAAG IN TUNIS.
In de nabijheid van Nefta in Tunis hebben
groote sprinkhanenzwermen reusachtige
schade aangericht. De oogst is voor het groot
ste deel vernield. Alleen in de omgeving van
Nesta werden meer dan 2500 zakken met
sprinkhanen verzameld.
tenaanplant.
„Mijn hemel,, wat zijn jullie allemaal vlij
tig!" riep zij en ging op een bank zitten.
„Waar zijn de kinderen mee bezig
„Ze doen wie het meeste sommen afkrijgt
in het uur," zei Mary.
„Laat ze dan nu ook maar eens mee naar
mijn prijzen kijken. Dan kunnen ze meteen
zien, wat Ik na vier jaren van hard werken
verkregen heb."
„O, maar wo kunnen nu niet ophouden
zelfs niet om jou, Evelyn
Eerst moeten we klaar zijn," riep Rosa-
mund.
De jongens hadden er misschien wel anders
over gedacht, maar zij wilden zich niet de
baas laten zijn door een meisje.
Evelyn moest zich dus tevreden stellen met
Mary's bewondering, ofschoon die ook veel
liever gewacht zou hebben tot een geschikter
uur.
„Wat kan ik nu eens doen vroeg Evelyn.
„Want Je begrijpt toch wel, dat ik er niet zoo
ledig bfj wil zitten, terwijl jullie allemaal
ijverig bezig bent
„Als je niet tegen de warmte opziet, ga dan
wat vruchten plukken en zet ze zoo lang in
den kelder, om af te koelen. Grace doet dat
in den regel, maar zij heeft vanochtend erge
hoofdpijn, dus wilde ik er haar niet uit laten
gaan."
„Dat is fijn dameswerk, Mary Ik zal het
nü met genoegen doen, maar Je moet gere
geld werk voor mU vinden. Ik zie nergens te
genop ik wil vloeren schrobben, kachels uit
halen, messen slijpen
„Heb je ooit wel eens zulk werk verricht
„Neen. Maar dat zijn van die Asschepoet-
stersbezigheden, waar toch geen bekwaam
heid voor noodig ls en ik ben sterk en ge
willig."
Wordt vervolgd-