SCHOONMAAK
S.COLTOF
KARPETTEN
24e JAARGANG
DINSDAG 13 JUNI 1933.
No., 47
NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR
WIERINGEN EN OMSTREKEN
Inkrimping van den veestapel.
OM HET GOUD.
WIERINGER COURANT
VERSCHIJNT ELKEN
DINSDAG en VRIJDAG.
ABONNEMENTSPRIJS
per 3 maanden 1.—.
UITGEVER:
CORN. J. BOSKER, WIERINGEN.
BUREAU:
Hlppolytoshsef Wielingen.
Telefoon Intercomm. No. 19.
AD VERTENTIëN.
Van 15 regels
Iedere regel meer
0.50.
f 0.10.
Een. veeteliing, waarvoor alle
veehouders volledige gegevens
moeten opgeven;.
In verband met de over het algemeen
in landbouwkringen erkende noodza
kelijkheid, dat evenwicht worde ge
bracht tusschen de uitgebreidheid van
den Nederlandschen rundveestapel
als productiebron van melk eenerzijds
en de bestaande mogelijkheid van loo-
nenden afzet dezer melk en de daaruit
bereide producten in binnen- en bui
tenland anderzijds dienen piaatrege
len te worden overwogen om te gera
ken tot inkrimping van den veestapel
Omtrent de noodzakelijkheid van deze
inkrimping bestaat bij de desbetreffen
de organisatie geen enkel meenings-
verschil.
Ter verkrijging van de noodige ge
gevens omtrent de uitgebreidheid van
den veestapel zal binnen korten tijd
over het geheele land een veeteliing
plaats hebben.
Dit is een noodige stap op den weg,
welke zal gevolgd worden bij het po
gen, ook op dit gebied het zwaar be
proefde landbouw- en veeteeltbedrijf
te steunen.
Alle veehouders worden opgewekt
tot volle medewerking bij de veetel
ling aangezien de te verza^nelen ge
gevens slechts waarde en beteekenis
hebben indien ze volledig en betrouw
baar zijn.
Voor de vrees dat ruw ingrijpen het
door de fokkers opgebouwde veebe
stand in gevaar zal brengen vrees,
welke op verschillende vergaderingen
en ook reeds in de bladen tot uiting
kwam bestaat geen gtrond.
Integendeel zal er rekening mede
worden gehouden, dat de te nemen
maatregelen - noodig omdat buiten
gewone toestanden en omstandighe
den bijzondere maatregelen vragen
zooveel mogelijk ten goede zullen
moeten komen aan de verbetering
van de hoedanigheid van den Neder
landschen veestapel in het algemeen.
Overigens zal de bedrijfsvrijheid uit
sluitend mogelijk zijn en blijven, in
dien de veehouders en de betrokke
nen bij met de veehouderij samen
hangende bedrijven, zonder uitzon
dering hun volle medewerking verlee-
nen bij de ten uitvoerlegging der te
nemen maatregelen
Men verlieze niet uit het oog, dat
alle in voorbereiding zijnde maat
regelen en regelingen, van welke de
rundveetelling de eerste zal zijn. wor
den getroffen met de eenige bedoeling
het vadei;landsche veehouderijbedrijf
den steun, welken het bedrijf zelf ge
voelt noodig te hebben, te verleenen.
Dit doel kan slechts worden bereikt
op de gewenschte wijze door de volle
^medewerking van alle betrokkenen
BINNENLANDSCH NIEUWS.
PRETTIGE VERHOUDING IN DEN
GEMEENTERAAD VAN DIDAM.
In de Vrijdag gehouden vergadering van
den raad der gemeente Didam (Geld.) werd
de gemeentebegrooting 1933 behandeld en
vastgesteld.
De post salaris-burgemeester werd overeen
komstig een voorstel van de meerderheid van
B. en W. van f 4500 teruggebracht op f 615,
omdat de burgemeester tegen het verlangen
van den raad toch was herbenoemd. Van den
datum der herbenoeming af wenscht de raad
geen salaris meer uit te betalen.
Een voorstel-Derksen, om het volle salaris
weer op de begrooting te brengen werd ver
worpen met 7 tegen 5 stemmen.
In den strijd met de bepalingen der wet
werd tevens een korting toegepast op de sa
larissen van burgemeester, wethouders, sec
retaris en ontvanger, benevens op de loonen
en salarissen van de andere personen in ge
meentedienst.
Ondanks de waarschuwing van den voor
zitter, dat de begrooting op vele punten in
strijd met de wet is, werd zij aangenomen
met 75 stemmen.
Een brochure van mr. Duijs.
1 Het Tweede Kamerlid mr. Duijs,
heeft een brochure geschreven, die
spoedig zal worden uitgegeven.
Een medewerker van „De Telegraaf"
heeft een onderhoud met mr. Duijs ge
had. Hij vertelde dat de hoofdinhoud
der brochure hierop neerkomt, dat hij
wenscht, dat de S.D.A.P. zich onom
wonden zal uitspreken voor het uit
sluitend gebruikmaken van wettige
middelen ter bereiking van haar doel;
voorts voor eerbiediging van het wet
tig gezag dat de partij onomwonden
sabotage bij een eventueele mobilisa
tie veroordeelen zal en dat zij tegen
over onze Koningin een houding zal
innemen, welke meer in overeenstem
ming is met die der sociaal-democra
ten in Engeland Zweden, Denemarken
enz., terwijl tenslotte mr. Duijs het
standpunt met betrekking tot eenzij
dige ontwapening commissoriaal
wenscht te doen onderzoeken in ver
band onder meer met de gewijzigde
internationale omstandigheden en op
enkele andere gronden, welke laatste
geheel gaat in den geest als door ir.
Alberda dezer dagen in den „Socia-
alistische Gids" geschreven. Wat be
treft de verhouding tot het commu
nisme wordt, naar ons bleek, het in
nemen van een scherper standpunt
in deze brochure bepleit.
Parkeeren met auto's op rijwielpaden.
Naar aanleiding van veelvuldig in
gekomen klachten over stilstaande au
to's op rijwielpaden brengen de
A.N.W.B. en de K.N.A.C. onder de aan
dacht van de weggebruikers, dat door
deze handelwijze de wielrijders vaak
worden genoodzaakt het rijwielpad te
verlaten, met het daaraan verbonden
gevaar, zoowel voor henzelven als
voor het achteroprijdende of tege
moetkomende snelverkeer. In het be
lang van een veilig verkeer wordt
derhalve een beroep gedaan op de
automobilisten met het hiervoren ge
noemde bezwaar rekening te willen
houden door geen auto's te parkeeren
op rijwielpaden en derhalve de hand
te houden aan het bepaalde in het
Motor- en Rijwielreglement, waarbij
het is verboden een rijwielpad buiten
noodzaak anders te berijden dan met
rijwielen
De rijwielstrooken langs de keibe
strating, welke vooral in de groote
steden voorkomen, zijn als regel niet
aangeduid met de borden „rijwiel
pad". Hierop moeten dus de parkee-
rende voertuigen vlak langs de trot-
toirs worden geplaatst.
FEUILLETON.
(9.
En ik, viel Gabrielle daarop in, ik zal u
eeuwig liefhebben, innig liefhebben en ik wil
niet dat ge ooit een oogenblik daaraan twij
felt. Ik beloof u plechtig, dat ik nooit iemand
anders zal beminnen dan u en ik verlang,
dat ge mij eveneens zweert op mij te vertrou
wen wat er ook gebeure moge, wat men u ook
van mij moge zeggen.
Dat zweer ik, antwoordde Valentin uit
de volheid van zijn hart. Maar waarom zegt
ge mij dat zoo Vreest gij iets
Daarop zei Gabrielle zeer zacht, als ware
zij beducht dat een derde haar woorden kon
opvangen
Ja, ziet ge, Valentin, het is waar, die
Norbert ziet mij dikwijls op zulk een zonder
linge wijze aan, dat mij somtijds een gevoel
van angst onwillekeurig komt overvallen.
Thans was het de beurt van Valentin om
de moedigste van hun beiden te zijn. Op zijn
gelaat kwam een uitdrukking van mannelij
ke onverschrokkenheid.
Ik vrees hem niet, riep hij uit. Ik zal u
beschermen, Gabrielle Wat hebt ge dan te
duchten Hebt ge trouwens behalve mij niet
nog twee kloeke mannen, die veel van ons
beiden houden, twee eerlijke harten, die u
met liefde zullen terzijde staan
Ge bedoelt natuurlijk Trompelet en Tru-
tal, is 't niet viel Gabrielle lachend in.
Ja, Trompelet, den goochelaar en den
clown Trutal, den „August" van den Circus
Franconi," bevestigde Valentin, die twee man
nen, die even dapper als listig en sterk zijn.
Uw vader heeft mij dikwijls verteld, dat na
Geen Friesch in de Rechtzaal.
Verdachte en twee getuigen,
die hardnekkig aan 't Friesch
vasthielden, uit de zaal ver
wijderd.
Uit Leeuwarden wordt gemeldt
Wegens beleediging van een agent
van politie stond voor den politie
rechter een student uit Utrecht te
recht.
Als eerste getuige werd gehoord W.
Schaafsma, die in den nacht van 13
op 14 April, bij Hotel „De Kroon" sur-
veilleerende, zes jongelui zag staan.
Op straat was gekalkt en bij hen
stond een kalkemmer. Dezen emmer
namen Schaafsma en zijn collega
Huisman in beslag. Toen zij met dit
corpus delictie naar het bureau gingen
werden zij gevolgd door den student,
die vroeg, of hij den emmer terug
mocht hebben hetgeen geweigerd
werd. Deze zaak is behandeld voor het
kantongerecht te Leeuwarden, op wel
ke zitting de student in het Friesch
zeide „De agent Wagter heeft een
valschen eed afgelegd;."
Nadat de agent Wagter thans als
getuige voor den politie-rechter ge
hoord, verklaard had, dat hij zich
door deze woorden beleedigd achtte,
was verdachte aan de beurt om ge
hoord te worden. Hij beantwoordde
de inleidende vragen in het Friesch.
Rechter: Welke taal spreekt u daar?
Verd. Ik praet Frysk
Rechter U hebt hier Nederlandsch
te spreken.
Verd. Det doch ik net.
Rechter Gaat U dan zitten.
Ver. Mar ik mei hjir doch frysk
sprekke
Rechter: Dat mag U niet. U moet
Nederlandsch spreken, of anders zwij
gen.
Verd. Mar ik haw doch it leste
wird.
Rechter Majoor, verwijder ver
dachte uit de zaal.
Verdachte wordt weggeleid en roept
luid „Fryshin oerein".
Rechter Stel dien man tijdens de
behandeling der zaak in verzekerde
bewaring. Breng hem in dc cel.
Ook de beide getuigen a décharge
Vries en Bergstra antwoorden in het
Friesch. Ook hun vraagt de rechter,
welke taal zij spreken. Als zij ant
woorden „Friesch" eischt de rech
ter, dat zij Nederlandsch zullen spre
ken. Getuigen weigeren en worden
onmiddellijk uit de zaal verwijderd.
De officier eischt tenslotte f 25 boe
te of 25 dagen hechtenis. Vonnis dien
overeenkomstig.
Zuiderzeevisschers bij de veerdiensten
De heer W. Drop, lid van de Tweede
Kamer, heeft den Minister van Water
taat gevraagd
Is het waar, dat bij verschillende
veerdiensten, o.a. te Zaltbommel en te
Moerdijk, den laatsten tijd Zuiderzee
visschers te werk zijn gesteld als losse
arbeiders en indien dit het geval is,
zijn dan de noodige maatregelen ge
troffen, die waarborgen, dat de losse
arbeiders, welke gewoonlijk als zoo
danig werkzaam waren, niet van den
door hen tot nu toe verrichten arbeid
zullen worden verstoken
Haringrookerij op Urk verbrand.
Kinderspel oorzaak
Op het eiland Urk heeft een brand
gewoed, die vermoedelijk is ontstaan
is tengevolge van onvoorzichtig kin
derspel met vuur.
Een haringrookerij van firma Lich-
tendaal te Harlingen geraakte in
brand. Dank zij het flink optreaen
van de bewoners was het vuur binnen
een half uur gebluscht.
Van de rookerij is niet vee' overge
bleven gevaar voor uitbreiding van
den brand naar de belendende gebou
wen bestond aanvankelijk, doch kon
spoedig bedwongen worden.
Van een stelling gevallen.
Te Raalte is de 27-jarige bouwvak
arbeider H. Diepmaat van een 16 me
ter hooge steiger gevallen. Met een
verbrijzelden schedel werd hij opgeno
men. Tijdens het transport naar het
ziekenhuis is de man overleden.
Duitsch jacht gezonken.
Twee opvarenden gered, twee
vermist.
Zaterdagmorgen om tien uur is op
Ameland een Duitsch jacht de „Stella
Maris" uit Dusseldorf gestrand. Twee
personen zijn aan land gekomen, een
man en een vrouw. De boot is later
vol water weggedreven. Twee andere
personen zijn over boord geslagen en
hoogstwaarschijnlijk verdronken.
De motorreddingboot „Insulinde"
van N.Z.H.R.M. en het rijksdouane-
vaartuig „Laman de Vries", beide ge
stationeerd te Oostmahorn, zijn uitge
varen. Tot Zaterdagavond laat heeft
men niets kunnen vinden. Wel is er
op de Boschplaat bij Ameland een jol-
letje aangespoeld, dat bij het jacht be
hoorde. Er zaten geen menschen in.
Toen de vuurtorenwachter van den
„Brandaris" Zaterdagochtend het
scheepje op zee ontdekte voer het
dwars door de gronden op den wal in.
Hij had toen vlaggeseinen gegeven
teneinde den schipper duidelijk te
maken, dat hij een gevaarlijken koers
hield. De seinen zijn blijkbaar niet
opgejnerkt.
De „Insulinde" had gedurende den
geheelen dag draadlooze-telefonische
verbinding onderhouden met de „Bran
daris".
Ankerketting gebroken.
Het jacht, aan boord waarvan zich
vier personen bevonden, was van
Dusseldorf vertrokken voor een tocht
door Nederland. Het heeft, na den
Rijn tot Lobith te zijn afgevaren, de
route langs den IJsel en de Drent-
sche Hoofdvaart genomen, om vervol
gens langs het Damsterdiep Delfzijl
te bereiken. Vandaar is de tocht ver
der gegaan naar Nordeney.
De opvarenden waren kapitein Ma-
riannes, zijn echtgenoote mevrouw
Mariannesi-Gedauer, mevrouw Woilf-
gang-Daute en de heer A. Dietiel.
Volgens de laatste mededeelingen
had het jacht op Bornif voor anker
moeten gaan. Bij het ophalen van het
anker is de ankerketting gebroken.
De kapitein en zijn vrouw zijn daarbij
over boord geslagen.
Men moet wel aannemen, dat zij ver
dronken zijn.
De beide overige opvarenden, die
het vreeselijke ongeluk, dat hem getroffen
had, toen hij een jaar te bed moest blijven
liggen, Trompelet en die August het waren,
aan wie hij het te danken had, dat wij niet
van gebrek zijn omgekomen.
Ja, ik geloof u, stemde Gabrielle toe, dat
het voldoende zou zijn om hen te roepen als
ik eenige hulp noodig had, om hen dadelijk
|e zien verschijnen.
En u te volgen tot aan het einde der we
reld, voegde Valentin er bij.
Op dit oogenblik zwegen beiden tegelijk en
luisterden.
Men hoorde stemmen op de trap.
De stemmen kwamen naderbij en er werd
aan de deur getikt.
Daar komen zij al, meende Valentin. Zij
hebben niet vergeten, dat het vandaag uw
geboortedag is.
Gabrielle spoedde zich om de deur te ope
nen.
Twee mannen traden binnen.
De eene was mager, zoo mager, dat men
hem ziende onwillekeurig moest denken aan
de volksuitdrukking „vel over been." Maar
zijn oogen waren levendig en ondeugend en
hij verscheen met een lachje op de lippen.
Dat was mijnheer Trompelet, de goochelaar.
De andere was veel kleiner, breedgeschou
derd, sterk van gestalte, met het gezicht van
een goedig man, heldere oogen en over het
geheel een voorkomen, dat aan bedaardheid
en een zachte inborst deed denken. Kalm,
zonder een zweem van gemaaktheid, trad hij
nader. Het was de reeds genoemde Trutal, de
August van den Circus Franconi.
Trompelet naderde Gabrielle het eerst en
reikte haar vroolijk de hand. Plotseling ver
scheen in die hand een aardige ruiker, dien
Gabrielle dankbaar aannam. Toen kwam
men wist niet waar vandaan weder een
kleine ruiker voor den dag, toen nog een en
nog één, tot het dozijn vol was. Lachend nam
het lieve meisje de op zulk een eigenaardige
wijze aangeboden geschenken in ontvangst.
Vergun mij, dat ik u een kus geef, sprak
Trompelet theatraal.
Natuurlijk, vandaag is het een dag van
blijdschap, antwoordde Gabrielle eenvoudig.
Nu verscheen de clown August. Ernstig,
zonder iets te veranderen in de goedige uit -
drukking van zijn gelaat, voerde hij over de
schouders van Trompelet een koenen sprong
uit, waarop hij vlak voor Gabrielle op zijn
knieën te land kwam, in welke deemoedige
houding hij haar een pot met een hyacint
voorhield.
Hier, lieve jongedame, sprak hij met
gemaakte deftigheid, aanvaard dit kleine
geschenk van mij op dezen heuglijken dag,
met de verzekering, dat ik u steeds ten dien
ste wil staan, als ge een paar krachtige vuis
ten mocht noodig hebben om u te verdedigen.
En ge zoudt nog angstig zijn met twee
zulke beschermersfluisterde Valentin de
jarige in het oor. Zie hen maar eens aan.
Ja, ge hebt gelijk, fluisterde Gabrielle
terug.
Gelooft ge niet, dat wij met ons drieën
mans genoeg zijn, om alle booze plannen van
Norbert te beletten, als hij zooiets in den zin
mocht hebben vroeg Valentin weer.
Gabrielle antwoordde niet. Die gedachte
had haar plotseling treurig gestemd, als had
zij eenig voorgevoel van een haar dreigend
gevaar.
Waar blijft Bertara vandaag vroeg nu
August.
Hij, is nog niet van zijn werk terug, ant
woordde Gabrielle.
't Is al zeven uur, zeide Valentin, en hij
had mij nog wel beloofd tegen vier uur thuis
te zullen zijn. Ik moest hem maar eens tege
moet gaan.
Ja, doe dat, stemde Gabrielle toe, dan
ga ik terwijl eenige kleinigheden halen. De
heeren blijven toch bij ons eten, Is 't niet
Nu ik jarig ben, willen wij ook een weinig
feestvieren.
Valentin begaf zich naar de wijk Pantin,
VOOR DE
BIJ
KANAALWEG
DEN HELDER.
Prima vloerzeil52
Prima linoleum, Krommenie 1.15
Iniaid- of Graniet 2-25
Groote sorteering Bouclé-, Wilt n-
en Deventer
diep onder den indruk van het ge
beurde waren^ hebben voorloopig te
Hollum onderdak gevonden.
BELASTINGINVORDERING.
Eenige aanvullende bepalingen
voorgesteld.
Bij de Staten-Generaal is een wetsontwerp
ingediend tot aanvulling van de wet van 22
Mei 1845 op de invordering van 'sRiJksdirec-
te belastingen. Het bevat bepalingen, betref
fende bespoediging van executie uitstel van
betaling lijfsdwang.
Bespoediging van executie.
Onder de tegenwoordige regeling moet, na
dat het aanslagbiljet is uitgereikt, een gerui-
men tijd verloopen voordat, bij gebreke van
vrijwillige betaling, tot executie kan worden
overgegaan. i
Den kwaadwilligen belastingschuldige wordt
een ruime mogelijkheid gelaten om zijn goe
deren aan de executie te onttrekken en daar
door de invordering te verijdelen.
Ten einde in deze leemte te voorzien, opent
het ontwerp de mogelijkheid om in bepaalde
gevallen de executie te bespoedigen, door toe
te staan, dat alsdan de termijnen van artikel
8 der wet niet worden afgewacht en ongeacht
of al dan niet reeds een aanmaning is uitge
reikt, onverwijld een dwangbevel wordt uit
gevaardigd.
De vraag, of van deze bevoegdheden een
rechtmatig gebruik wordt gemaakt, kan door
den belanghebbende, bij wijze van verzet te
gen de tenuitvoerlegging van het dwangbe
vel, voor den gewonen rechter worden ge
bracht en desnoods, in kort geding, aan den
president van de rechtbank worden voorge
legd.
Uitstel van betaling.
Het toestaan van op zich zelf niet ongemo
tiveerde verzoeken om uitstel van betaling
ontmoet dikwijls bezwaar uit hoofde van de
bepaling, volgens welke de belasting drie
jaar na de dagteekening van het aanslagbil
jet verjaart. Weliswaar kan deze verjaring
worden gestuit door het beteekenen van een
akte van vervolging, doch de practijk heeft
geleerd, dat die beteekening, vooral als het
uitstel van langen duur is en de zaak een min
of meer ingewikkeld verloop neemt, wel eens
wordt verzuimd. Zonder dergelijke verzuimen
in bescherming te willen nemen, acht de mi
nister het niettemin begrijpelijk, dat het ge
vaar ze te begaan en deswege verantwoorde-
lijk te worden gesteld, allerminst bevorderlijk
waar dè fabriek van Lehoussu stond, om va
der Bertara te gaan afhalen.
Hij was nauwelijks vijf minuten weg, toen
er een ander verscheen, om bij Gabrielle zijn
opwachting te maken. Het was de markies
Norbert d'Argental.
Het meisje ontstelde, toen zij hem zag bin
nenkomen.
Trompelet en August groetten hem beleefd.
Hij trad op Gabrielle toe en reikte haar de
hand.
Gij hebt mijn bloemen gekregen, begon
hij. Daar ik wist, dat het een heden uw ge
boortedag was, wilde ik dien dag niet onop
gemerkt laten voorbijgaan.
Hij hield op, naar alle zijden rondziende
om de door hem gezonden bloemen te vinden
Zoek maar niet, zei Gabrielle, min of
meer bevend. Uw beleefdheden, mijnheer,
hoe goed ze ook kunnen bedoeld zijn, brengen
mij in onaangenaamheden. Van het oogenblik
af, waarop gij mij uw wenschen hebt meege
deeld, heb ik u geen geheim gemaakt van
mijn gedachten over die zaak. Gij hebt de
gunst van mijn vader weten te winnen, maar
ik, mijnheer, ik heb Valentin lief.
Een knaap riep Norbert met een mede
lijdend schouderophalen.
Trompelet en August vonden die bewering,
waar het zulk een knappen jongen als Valen
tin gold, al zeer ongepast.
Noem hem mijnentwege een knaap, ant
woordde Gabrielle niet zonder eenige fierheid,
maar ik heb hem lief Toen uw geschenk
hier werd gebracht, verborg Valentin mij
zijn jaloezie niet en om hem te bewijzen, hoe
weinig ik om uw bloemen gaf, wierp ik alles
door dat venster op de binnenplaats, waar gij
ze terug kunt vinden, als gij wilt
Norbert verbleekte en beet zich op de lip
pen. Toch hield hij zich goed en zijn stem
klonk zelfs rustig en zacht, toen hij lachend
antwoordde
Gij zult moeten bekennen, juffrouw Ga
brielle, dat ik zulk een handelwijze van uw
kant niet heb verdiend. Wat heb ik u gedaan,
om op die wijze beleedigd te worden Ik heb
u lief en daarvan tegenover uw vader geen
geheim gemaakt. Is het dan zoo vreeselijk
slecht, als men u liefheeft, als men open en
eerlijk naar uw hand dingt Ik zeg niets ten
nadeele van den vriendschapband, die nu een
maal tusschen u en Valentin bestaat, maar ik
houd staande, dat hij u een broederlijke, gij
hem een zusterlijke genegenheid toedraagt,
maar ook niets meer. Ja, ik ga nog verder en
geloof zelfs, dat gij beiden u vergist omtrent
den waren aard uwer wederzijdsche liefde.
De schijnbare zachtmoedigheid dezer woor
den, welke nochtans werd gelogenstraft door
de eigenaardige tinteling van Norberts oogen,
wekte den toorn van het jonge meisje meer
op dan bedreigingen en hevige verwijten had
den kunnen doen. Zij begreep, dat het een
vijand was, die tegenover haar stond zU
voelde het en zij had er geen bewijzen voor.
Daarbij kwam nog, dat Norberts kalmte hem
op dit oogenblik een overwicht schonk dat zij
hem met geen mogelijkheid kon ontnemen,
al was zij dan ook in haar ziel overtuigd dat
hij zulk een overwicht niet verdiende.
Alk ik u overigens met mijn huwelijks
aanzoek eenige vrees mocht hebben aange
jaagd, hernam de markies met een lachje,
dat om verschooning scheen te vragen voor
zijn al te groote vermetelheid, dan wil ik u
wel beloven, juffrouw Gabrielle, dat van die
aangelegenheid tusschen ons nooit weer
sprake zal zijn. Ik zal er in berusten, dat ge
mij niet lief kunt hebben, al geschiedt dit
ook niet zonder harteleed, ge moogt dat vei
lig van mij aannemen. Ik verzoek u alleen,
hier de terugkomst te mogen afwachten van
uw vader, juffrouw Bertara, die mij een gun
stiger ontvangst had bereid dan ik van u
mocht ondervinden, teneinde ook hem met
mijn nieuw besluit in kennis te stellen.
Is u dat ernst Wilt ge dat werkelijk
doen vroeg Gabrielle met een verlicht hart.
(Wordt vervolgd.)