25e JAARGANG
VRIJDAG 16 FEBRUARI 1934
No. 14
NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR
WIERINGEN EN OMSTREKEN
OM HET GOUD.
WIERINGER COURANTS
VERSCHIJNT ELKEN
BUREAU
ADVERTENTIëN
DINSDAG en VRIJDAG
UITGEVER
Hippolytushoef Wieringen
Van 1 5 regels
f 0.50
ABONNEMENTSPRIJS
CORN. J. BOSKER WIERINGEN.
■TV
Telef. Intercomm. No. 19.
Iedere regel meer
f 0.10.
per 3 maanden 1.
N.O. POLDER KOMT.
Urk en Schokland eilanden af.
gr
Minister Colijn had het in de Eerste Kamer
reeds medegedeeld spoedig zal een wetsont
werp verschijnen tot uitvoering van groote
werken, waartoe behoort de inpoldering van
den N.O Zuiderzeepolder. En men heeft kun
nen lezen, dat de Memorie van Antwoord
inzake het Zuiderzeefonds een hervatting van
de werken in uitzicht stelt. Dit is geheel in
overeenstemming met hetgeen dr. Colijn
steeds heeft gepropageerd.
De drooglegging van de Zuiderzee thans
IJsselmeer gaat dus voort, aangenomen
dat de Staten-Generaal met de regeering
meegaat. Bijgaand kaartje geeft een indruk
van de afmetingen van den nieuw te schep
pen polder, welks oppervlakte meer dan het
dubbele is dan die van den Wieringermeer-
polder, die nu reeds zoo groot lijkt.
Het aantal ha van de Wieringermeer be
draagt 21.700 de nieuwe N.O. zal 50.000 ha
beslaan, hetgeen meer is dan een derde van
de oppervlakte der provincie Utrecht (138.000
ha).
Op het kaartje ziet men, dat na voltooiing
van den polder Schokland en Urk zullen op
houden eilanden te zijn. Slechts Marken blijft
dan nog over, dat wordt pas land, „vastland",
wanneer ook de Z.W. polder gereed is. En dat
zal nog wel eenige jaren uitblijven.
VET AAN CRISIS-ZUTVELCENTRALE
ONTHOUDEN.
Beendersoep voor werkloozen.
In het einde van de vorige week is, naar
thans is gebleken, een partij van 2500 kg. vet
in beslag genomen bij de Conservenfabriek
te Beverwijk. Voor de partij was geen gelei-
debiljet of consent aanwezig. Zij is vervoerd
FEUILLETON.
77.
Wat Rouquin betreft, deze beijverde zich
eveneens om weg te komen. Maar nu scheen
het geluk, dat hem tot dusver begunstigd
had, hem te verlaten.
Nauwelijks vijf minuten nadat Loussard op
den openbaren weg was gekomen ging ook
Rouquin deftig in het zwart gekleed en met
zijn hoogen hoed weer op, de groote poort uit.
Hij had juist de straat bereikt, toen er een
hevig rumoer ontstond, dat van het binnen
plein tusschen het justitiegebouw en de kapel
scheen te komen.
De zaak was zooEen gevangenbewaker,
die langs de kleine trap naar boven moest
had daar iets ongehoords ontdekt en onmid
dellijk om hulp geroepen.
Men was natuurlijk dadelijk naar hem toe
gesneld en had aldaar twee menschen gevon
den, waarvan de een dood scheen te zijn, ter
wijl de ander zich poogde op te richten. De
beide bewakers werden naar het binnenplein
gedragen. Men zond om een geneesheer. Maar
een der twee bewusteloozen kwam reeds uit
zichzelf bij kennis. Toen hij uit zijn verdoo-
ving ontwaakte, teekende zijn gezicht opeens
de hoogste gramschap. Hij was overvallen
en zijn arrestant was ontvlucht.
Waggelend stond hij op en liep, door eeni
ge menschen gevolgd, onmiddellijk de straat
op.
O, die schurkriep hij. Maar ik zal
hem wel vinden of ze kunnen mij gerust een
eerlooze kerel noemen, mijn leven heb ik er
voor over
Daar kwam Rouquin uit het portaal.
Hij begreep dadelijk wat er aan de hand
was. Maar hij verloor geen seconde zijn te
genwoordigheid van geest. Vrij bedaard stak
hij de straat over en wendde zijn schreden
Wat de grondzouten van den N.O. polder
betreft, de samenstelling is als volgt(ter
vergelijking die van de Wieringermeer tus
schen haakjes klei 64 (48) pet.lichte klei
20 (18) pet.zand 11 (25) pet. rand 5 (9)
pet. Het gemiddelde zoutgehalte is voor de
gronden in den N.O. polder omstreeks Va pet
tegen bijna 2 pet. in den Z.W. polder (Wie
ringermeer)
Uit deze gegevens blijkt dat de nieuwe pol
der niet slechts aanzienlijk grooter is, maai
bovendien een veel gunstiger bodemverdee-
ling heeft en daardoor gemakkelijker in cul
tuur zal zijn te brengen als bouwland.
Uit folkloristisch oogpunt is dat groote
werk dat overigens een logisch uitvloeisel
is van de afsluiting van de Zuiderzee een
verlies. Urk zal wij zeiden het reeds in
het land worden „verzwolgen". Lemmer en
Blokzijl zullen niet langer Zuiderzeedorpen
zijn.
Minister Colijn heeft aangekondigd
60.000.000 te zullen aanvragen voor groote
werken. Daar moet veel meer uit worden ge
financierd dan de inpolderingvoor den pol
der zal wellicht het eerste jaar f 11.000.000
noodig zijn. De voltooiing zal eenige jaren
vorderen.
naar het gemeentelijk slachthuis te Haar
lem. De bedoelde fabriek verwerkt regeerings-
vee tot vleesch in blik.
Naar aanleiding van dit bericht had het Hbld.
een onderhoud met de directie van de Bever
wij ksche fabriek. Van die zijde vernemen wij,
dat het op last van de Crisis-Zuivelcentrale
in beslag genomen vet een voorraad betreft
die bij het koken van soep van beenderen
van deze soep is afgeschept.
„Het Crisiscomité zei de directeur van
de fabriek vroeg of wij soep voor de werk
loozen wilden maken. Wij hebben toen van
de beenderen, afkomstig van de crisis-runde
ren, waarvan wij het vleesch conserveeren,
soep gekookt en deze kosteloos ter beschik
king gesteld van het Crisiscomité. Dit comité
leverde de soep aan de werkloozen voor 5 ct.
per liter. Voordat wij de soep afleverden,
lieten wij er de bovenste vetlaag afscheppen.
Dit vet verzamelden wij en sloegen het op in
blikken. Er was zoo een voorraad van 1250
kg.
„Het is een groot verzuim van ons geweest,
vervolgde de directeur, dat wij dezen voor
raad niet hebben aangegevenmaar wij
waren voornemens als de soepkokerij zou zijn
afgeloopen, het vet beschikbaar te stellen.
Van fraude is geen sprake. Trouwens, dan
zou de controleur daarop toch wel opmerk
zaam hebben gemaakt. Wij hebben karne-
melkschepap gemaakt voor koloniën en die
in opdracht van het departement vervoerd.
Ook toen hebben wij onbewust een overtre
ding gepleegd, want wij hadden verzuimd
een vervoervergunning te vragen."
Deze uiteenzetting van de directie laten wij
natuurlijk geheel voor haar rekening.
Vanwege de Crisis-Zuivelcentrale is een
monster van het vet genomen, dat onder
zocht zal worden om na te gaan of de bussen
uitsluitend inderdaad beenderenvet bevatten.
De Crisis-Rundveecentrale zou Woensdag
middag beslissen of de Beverwij ksche fabriek
verder zal kunnen worden belast met de ver
werking van crisisrundvee.
Er is echter ook, naar men van andere
zijde mededeelde, een tweeden kant aan de
ze zaak, die de Rijkspolitie aanleiding heeft
gegeven op last van de justitie ten deze een
onderzoek in te stellen. Dit onderzoek geldt
de vraag of hier sprake is van verduistering
van vet.
Zooals bekend is, wordt van het crisisvee
door de aangewezen fabrieken alleen het
vleesch verwerkt. Al de overige deelen van
het rund, dus ook de beenderen, moeten wor
den opgezonden naar de aangewezen centra
les, de beenderen dus naar de beenderen-
centrales. De conservenfabriek had dus in de
eerste plaats niet het recht, zonder toestem
ming van deze Centrale soep te koken van
de beenderen, in de tweede plaats is het van
de soep afgeschepte vet eigendom van de
beenderencentrale. Het vet is niet alleen,
zooals werd opgemerkt,-jtan de centrale ont
houden, maar op de vraag of vet aanwezig
was, zou de directie ontkennend hebben ge
antwoord.
Het is bekend, dat in elk van de 35 fabrie
ken die met de verwerking van crisisrund-
vleesch in blik belast zijn, een controleur is
geplaatst vanwege de Crisisrundveecentrale.
Het is onbegrijpelijk, dat de controleur te
Beverwijk den ongeoor loof den voorraad vet
in blik in de fabriek aldaar niet heeft opge
merkt.
CRISIS-VET TE BEVERWIJK.
Fabriek voorloopig gesloten.
In de zaak van de in beslag genomen voor
raad vet in de Beverwijksche conservenfa
briek is door de Crisis Rundvee-centrale een
voorloopige beslissing genomen.
Besloten is, totdat een definitieve beslis
sing in deze zaak zal zijn gevallen, de Bever
wijksche Conservenfabriek uit te sluiten van
de verwerking van crisis rundvleesch in blik.
Crisis-Varkenswet 1932.
Ter verduidelijking- van een dezer
dagen verschenen persbericht imoge
nog het volgende dienen
Betreffende de nieuwe regeling aan
gaande het merken der biggen wordt
op het volgende nog wel de aandacht
gevestigd.
In het vervolg zullen de biggen door
naar de quai du Marchéneuf.
Juist was hij aan den hoek der straat ge
komen, toen hij achter zich een vervaarlijk
geschreeuw hoorde, dat boven het geratel van
rijtuigen en karren en boven het geroep met
allerlei koopwaar uit klonk
Dat is 'em, die daar daar loopt hij
Thans baatte geen list meer, men had hem
ontdekt.
Er bleef Rouquin niets anders over dan zich
te laten oppakken of te vluchten. Maar vluch
ten in een breede straat, des middags om vier
uur bij helder zomerweer, vluchten in dit ge
deelte van Parijs, waar vijf minuten meer
dan voldoende waren, om een onafzienbare
menigte op de hielen te hebben, die hem als
een wild dier zou achtervolgen, dat was een
onmogelijke zaak.
Ja, zoo het nacht ware geweest, zou hij wel
licht door plotseling een zijstraat in te slaan
aan zijn vervolgers hebben kunnen ontkomen.
Maar zou hij, Rouquin, een man, die met zijn
geest- en lichaamskracht reeds zoo vaak met
goed gevolg tegen politie-geweld had strijd
gevoerd, zich zonder weerstand eenvoudig
gevangen geven en zijn leven om zoo te zeg
gen wegwerpen, mocht hij dat doen
Houdt 'em Daar loopt hij schreeuwde
en tierde men achter hem. Houdt den dief
den moordenaar
Dit laatste woord trof Rouquin als een
zweepslag. Hij vloog een zijstraat in en' ren
de voort, alsof zijn voeten den grond niet
beroerden.
Een reeks rijtuigen stond in de straat.
Rouquin dacht er aan, in een dier koetsjes
te springen en daarmede te vluchten. Dat kon
gebeurd zijn voor men hem zoo nabij was,
dat men hem herkende en voor nog de koet
sier wist, wat er aan de hand was. Thans
was het reeds te laateen groote menigte
menschen was hem gillend op de hielen, den
menschen, die van den tegenovergestelden
kant kwamen, door roepen en wenken bedui
dend, dat zij hem grijpen moesten.
Rouquin bereikte nochtans het voorplein
der kerk van Notre-Dame.
den merker van een metalen oormerk
worden voorzien, terwijl bovendien
binnen twee weken daarna door den
controleur-merker een tatoueermerk
wordt aangebracht. In verband ech
ter met het feit, dat de biggen eerst
als gemerkt kunnen worden be
schouwd wanneer beide merken, dus
het metalen merk en het tatoueermerk
zijn aangebracht, is het van groot be
lang, dat de biggen tijdig, in ieder ge
val 4 dagen na de geboorte, aan den
Secretaris der Plaatselijke Commissie
worden opgegeven. Beide merken moe
ten zijn aangebracht voordat de biggen
een gewicht van 10 Kg. hebben be
reikt. Op het niet tijdig aangeven van
de geboorte der biggen is een boete
gesteld van f 1.- per overtreding. Ver
der wordt er de aandacht op gevestigd
dat het vervoer van ongemerkte big
gen boven een gewicht van 3 Kg. is
verboden, zoodat dus ook biggen, die
alleen zijn voorzien van het tatoueer-
merken niet mogen worden vervoerd.
Het gewone tarief voor het imerken
is thans f 0.30 per big.
DE CULTUREELE TAAK DER
JEUGDHERBERGEN.
Als onderdeel der propaganda voor het
Jeugdherbergwerk heeft het Bestuur van de
Nederlandsche Jeugdherberg Centrale onlangs
besloten, in verschillende plaatsen van ons
land tentoonstellingen te organiseeren, met
het doel door juiste voorlichting, het ver
strekken van gegevens enz. meer bekendheid
aan het werk te geven. Deze tentoonstellingen
zijn reeds in eenige plaatsen gehouden en
hebben buitengewoon veel belangstelling ge
trokken. Het tentoongestelde geeft dan ook
een uitstekend beeld van wat er alzoo bereikt
is en wat er eigenlijk aan dezen cultureelen
jeugdarbeid vast zit. Niet het minst blijkt dit
o.m. uit de veelzijdigheid der gebieden, waar
mede de jeugdherberg direkt of zijdelings in
verbinding staat. Dat dit de noodige aantrek
kingskracht uitoefent is begrijpelijk.
Indien wij enkele der facetten van het
jeugdherbergwerk eens nader mogen belich
ten, dan treft allereerst het sportieve, dat
bijzonder bij de trektochten op den voor
grond treedt. Men kan op drie wijzen gebruik
maken op zijn tochten van de jeugdherber
gen, n.1. bij het wandelen en fietsen en per
vaartuig. Gelukkig treedt hier nooit het wed-
strijdidee naar voren. Het gaat niet om pres-
tatiemarschen, het gaat niet om records.
Maar wel gaat het om het rustig wandelen
van jeugdherberg tot jeugdherberg langs de
mooiste wegen van ons land, het gaat om
gemakkelijk en kalm fietsen langs de vele
en goed aangelegde rijwielpaden, het gaat
om de toeristische watersport per kano of
zeilboot langs rivieren, meren, plassen en
kanalen. Trektochten, op deze manier ge
maakt, bieden slechts vreugde en het lichaam
komt in vacantie en vrijen tijd op gezonde
en natuurlijke wijze in beweging. Zonder het
moderne gejacht of de recordwaanzin van de
zen tijd kan de jeugd op haar wijze de
Dit hitte was verstikkend en de zon brand
de op het open plein, dat tengevolge daarvan
nagenoeg leeg was. Slechts aan de overzijde
bij de kerk gingen eenige menschen voorbij.
Als ik de kleine straten achter de kerk
bereiken kan, ben ik gered dacht Rouquin-
nog steeds als een razende voorthollend.
Hij liep wat hij loopen kon over het zonni
ge kerkplein. Reeds was hij bij de rue Cha-
noinesse gekomen, toen een nieuw gevaar
voor hem ontstond.
Een der huurkoetsiers van de quai du
Marché-neuf, die, op zijn bok zittend, het
geroep om den vluchteling had gehoord en
hem ook had gezien, was hem met zijn wa
gen achterop gegaan, met het doel hem zoo
veel mogelijk den weg te versperren. Op dat
verlaten plein had hij geen botsing met an
dere voertuigen te duchten en kon hij het
best zijn plan volvoeren en den ander den
weg afsnijden.
Maar Rouquin begreep onmiddellijk de be
doeling van den koetsier.
Duizend francs als je mij redtriep hij,
naar adem hijgend.
Dat kun je zoo nagaan, antwoordde de
eerlijke kerel, ik help je vrij wat liever inge
rekend.
Hij schoof naar den zijkant van zijn bok
om er vandaar het spoedigst te kunnen af
springen. Doch op hetzelfde oogenblik gaf
Rouquin het paard zulk een vervaarlijken
trap, dat het dier op zijn achterpooten ging
staan en een ruk aan het rijtuig gaf. De koet
sier, die op alles, behalve dat was verdacht,
tuimelde zijwaarts van zijn bok op de straat,
waar de wielen van zijn koetsje hem over de
voeten gingen.
Rouquin had nu niet meer dan een tiental
personen achter hem, die zich tot den ge
wonden koetsier wendden.
Dit alles was zoo verbazend snel afgespeeld,
dat de vervolgers den vluchteling volstrekt
niet verdachten, de oorzaak van dit ongeluk
te zijn.
Het getier werd weer grooter achter hem.
Nu was voor Rouquin goede raad duur. Hij
al IreLL
ers
-Il990
&oW
zag ergens een huisdeur openstaan met een
donkeren gang daarachter. Op goed geluk
liep hij naar binnen en dadelijk zoo bedaard,
alsof hij een der bewoners van het perceel
was.
De schreeuwende menschenmassa nader
de ze vertoonde zich reeds bij het huis,
waarin Rouquin gevlucht was.
De gang van dat huis liep uit op een bin
nenplaats, waar kisten en kasten stonden en
reeds geëmballeerde meubelstukken, die dui
delijk op het beroep wezen, dat in deze wo
ning werd uitgeoefend. Rouquin's scherp oog
ontdekte een trap, ja zelfs twee of drie trap
pen in het achtergedeelte van het huis als
men de binnenplaats gepasseerd was. Hij liep
haastig de eerste trap op, met de tanden vast
op elkander gedrukt, met oogen gloeiend van
drift, omdat hij niet een enkel wapen had of
zag. Als thans iemand hem eens te lijf wilde!
De huizen in deze straat waren niet hoog.
Spoedig had Rouquin de derde verdieping
bereikt en moest daar halt houden, de trap
ging niet verder.
Daar bemerkte hij in een donkeren hoek
een ladder, die van onderen aan den vloer
vastzat en boven op een zolder of vliering
'uitkwam.
Bij geluk had hij niemand in dat huis ont
moet. Bij het rumoer op straat was iedereen
naar voren geloopen, om bij de vensters te
zien wat er toch gebeurde. Hij kon derhalve
een minuut stilstaan om een weinig op adem
te komen.
Die rust duurde nochtans niet lang.
De volksmenigte, die het spoor was bijster
geraakt, vertelde aan iedereen, die het al of
niet hooren wilde, hoe „die kerel" er uitzag
en deze persoonsbeschrijving bracht enkele
menschen, die in deze straat woonden, op de
gedachte, dat zij daareven zulk een persoon
hadden gezien. Het huis, waarin Rouquin
verdwenen was, werd aangewezen.
Rouquin zelf hoorde duidelijk roepen
Daar is het, daar moet de kerel zich
verstopt hebben. En kort daarop dreunden
er haastige schreden op de onderste trap.
SNEL
WERKEND
en
onschadelijk
Tegen een opko
mende ongesteld
heid en tegen hoofd
pijn helpt As-
pirin afdoen
de. Let erop,
dat U de
'echte Aspirln
krijgt met het
Bayer-kruis
*en den oranje band.1
Die alleen helpt sneb
zonder
schadelijk/
te zijn. (BAfiflERj
Uitsluitend verkrijgbaar in de oranjeband-buisjes v
20 tabl. 70 ets. en oranjezakjes van 2 tabl. i 10 ets.
schoonheid van natuur en landstreek in zich
opnemen.
Ken Uw eigen land Een leuze, die den
laatsten tijd veel gehoord wordt. Een parool,
dat o.i. wel in de eerste plaats geldt voor de
jongeren. Het is plicht, ja noodzaak voor Hol-
land's jeugd, eigen land te leeren kennen en
waardeeren. Hoe veel schoons is er niet te
beleven op de Hollandsche en Friesche me
ren en plassen Welke heerlijke vergezich
ten zijn er op de Veluwe, in Twenthe of in de
heuvelrijen van Limburg Welk een rust ligt
er over de Brabantsche en Drentsche heide
velden En is er niet de stilte van de vennen
in Noord-Brabant Neerland's strijd tegen
het water in het polderland en aan zee is
historisch en telkens nieuw, de dijken der ri
vieren en de duinen langs het strand geven
een overtuigend beeld van eeuwigen strijd
tegen de elementen. Is er niet de afsluitdijk
van Holland naar Friesland, een voorbeeld
van durf en ondernemingsgeest Kent onze
jeugd de oude stadjes vol herinneringen aan
tijden van glorie en roem, langs de Zuiderzee
Aanialjeugdherbergen
193*
«933
en in Holland en Zeeland Liggen er in de
musea der steden en dorpen niet schatten
van kunst en historische gegevens De jeugd
herbergen wilien zich in dienst stellen van
de jeugd om haar gelegenheid te geven, ken
nis te nemen van deze kostbaarheden van
eigen land en volk.
Diep in het hart zal liefde ontstaan voor
dit alles, waardoor een gezond nationalisme
gevoed en gesterkt wordt. Maar de trots op
dit eigene zal zich tevens verzetten tegen al
te ruwe vernietiging en onnoodige vernieling
van natuur- en landschapsschoon ter wille
van modern verkeer en stedebouw. Zoo wer
ken jeugdherbergen en natuurbescherming
hand in hand.
Een der facetten, een der belangrijkste is
wel het verblijf van de jeugd in de jeugdher
bergen, die alcohol- en nicotine-vrij zijn, zelf.
Deze zijn eenvoudig, hygiënisch, maar ge
zellig ingericht, geheel zich baseerend op het
jeugdleven zelve met haar uitingen van
vreugde en kameraadschap. Jeugd vindt hier
de sfeer, waar zij behoefte aan heeft en on
der leiding van de jeugdherbergouders ont
staat een milieu, waaraan de ouders gerust
hun kinderen kunnen toevertrouwen. Licht
en lucht stroomen de zalen en kamers bin
nen, de kleuren zijn vroolijk en opgewekt, de
inrichting is practisch en modern. Des avonds
weerklinken mandoline-, fluit- of pianospel
en de trekkers zingen uit volle borst jeugd-
liederen.
In de jeugdherberg moeten de bezoekers
de kleine werkzaamheden gezamenlijk doen,
Verder maar, het wordt hier ook be
nauwd mompelde de vluchteling. O, als ik
maar een wapen had, het is mij het zelfde
wat wapen Ik zou die haantjes de voorsten
allerbeleefdst ontvangen
Iedere minuut was kostbaar, iedere minuut
bracht hem nader aan tuchthuis en scha
vot.
Rouquin vloog de ladder op en zocht op de
vliering zijn heil. Met zijn sterke handen,
waaraan de nood van het oogenblik reuzen
kracht had verleend, trok hij de ladder van
de vloer los en de vliering op. Een andere ver -
binding bestond er niet met de bovenste ver
dieping, dat gaf een nieuw oponthoud aan de
vervolgers, v?ant deze werden daardoor ge
noodzaakt, wederom naar beneden te gaan
en daar een andere ladder te zoeken, anders
konden zij niet verder.
Rouquin zag in het rond.
Allerlei oude rommel lag om hem heen, ou
de kleeden, onbruikbaar geworden keuken
gereedschap, benevens planken en balken,
die wel het eigendom van een schrijnwerker
zouden zijn.
Het licht viel in deze ruimte door een
schuin dakvenster.
De- vervolgers naderden, geleid door een
paar bewoners van het perceel tot aan het
einde der trap.
Hier is de ladder wegriep men en zag
tevens duidelijk dat die ladder eerst pas uit
den vloer moest zijn gerukt, de gaten der
spijkers waren nog geheel open.
Thans behoefde Rouquin niets meer te
ontzien. Hij trok de balken en planken over
de vliering-opening.
Daar, daar is hij riep men. Je kunt
hem hooren werken
Rouquin had met het maken der versper
ring zeer verstandig gehandeld, want de po
litie, die den vluchteling op de hielen zat,
had spoedig een ladder gevonden en zonder
den tegenstand van balken en planken, zou
zij dadelijk eveneens de vliering hebben be
reikt.
(Wordt vervolgd.)