HIP NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR
25e JAARGANG
DINSDAG 20 MAART 1934
No.
WIERINGEN EN OMSTREKEN
OM HET GOUD.
hWIERINGER courant
VERSCHIJNT ELKEN
DINSDAG en VRIJDAG
ABONNEMENTSPRIJS
per 3 maanden 1.
„TRUTH IN ADVERTISING."
(Waarheid in reclame).
Jansen was reeds jaren in zaken,
Werkte, zwoegde tot 's avonds laat
Nooit geen rust altijd maar ploeteren,
Zooals dat zoo dikwjjls gaat.
Toen in dezen sleur van arbeid,
Tien jaar waren voorbij gegaan
Ging Jansen toch eens denken,
Hoe de zaak er bij zou staan.
En op een rustigen, kalmen avond,
Moeder was naar Tante toe
Greep Jansen naar een potlood
Cijferde en schreef zich moe.
Hoe hij ook rekende of schreef,
Een resultaat kwam niet naar voren
Het potlood lag al in een hoek,
En Jansen had den moed verloren.
In huis, op straat, ja overal,
Moest Jansen denken aan zijn zaak
Soms bleef hij moed'loos even staan
„Zoo ging het niet, dat liep spaak."
Wat te doen hij wist het niet
Was bijna ten einde raad
Denken deed hij al niet meer,
Liep als suf over de straat.
Zóó kon het niet langer blijven,
Gebeuren moest er toch iets
Maar hoe Jansen ook peinsde,
Het draaide immer uit op niets.
Plotseling het was Vrijdag,
Meestal nog zijn ongeluksdag
Schoot Jansen plotseling - bij het kranten -
In een zenuwachtige lach.
Toen Moeder, zeer verbaasd naar de oorzaak,
Van 's mans gedoe informeerde
Zei Jansen niets, wees op de krant,
Waaruit hij zooveel distilleerde.
Moeder keek naar het bewuste blad,
Glimlachte toen tevreden
Het plaatselijk blad wees hier den weg
Zoo dikwijls reeds betreden.
Want de oplossing van dit geval,
Bestond slechts uit dit woorden-tal
„Houdt gij geen boek,
Uw geld raakt zoek."
JAN DINGES.
UITGEVER
CORN. J. BOSKER
'"7
WIERINGEN.
BUREAU
Hippolytushoef Wieringen
Telef. Intercomm. No. 19.
ADVERTENTIëN
Van 1 5 regels f 0.50
Iedere regel meer t 0.10.
BUITENLANDSCH NIEUWS.
De groote trek der Ijsbergen.
In het Noorden begint in den voor
zomer de trek der ijsbergen en de mees
te. die in den Atlantische Oceaan wor
den aangetroffen, zijn afkomstig van
de Westkust van Groenland. Ongeveer
begin December bereiken ze de Noord
Oostpunt van Labrador, Kaap Chidley
en komen in Maart van het volgend
jaar bij New-Founland aan. waar ze
dan tevens gevaar gaan opleveren voor
de scheepvaart.
Meegevoerd met den Labrador-
stroom met een snelheid van 3 a 4 Km.
per uur, stuiten ze ten Zuiden van
New Foundlandbank op den warmen
Golfstroom. Op de grens der beide stroo
men vormt zich de zoogenaamde Kou
de Muur en een ijsberg, die deze grens
lijn overschrijdt, is ten doode opge
schreven binnen een week is hij ge
smolten. De New Founlandbank is dan
ook waarschijnlijk ontstaan door het
neervallen van de vaste massa's uit
deze ijsbergen, waardoor in de 2600 M.
diepe zee een bank is ontstaan, zoodat
de diepte op die plek slechts 250 a 260
meter bedraagt.
Het gevaar voor de schepen is niet
het zichtbare deel van den ijsberg,
doch het onzichtbare, want het groot
ste deel bevindt zich onder water en
de golfslag doet op de hoogte van de
waterlijn een inkeping in het ijs ont
staan, zoodat het voetstuk zich op een
grooten afstand van den zichtbaren
ijsberg kan voortzetten.
De richting, waarin de ijsbergen drij
ven is niet uitsluitend afhankelijk van
den stroom, want een krachtige wind
kan ze van koers doen veranderen, zoo
dat de windrichting er veel toe bij
draagt of zich in een bepaald jaar veel
of weinig van de gevaarlijke witte reu
zen in den Atlantischen Oceaan be
vinden.
Ook het Zuidelijk halfrond heeft zijn
ijsbergen, die zich vormen aan de Ross
barrière, een 150 Km. langen en 30 M.
hoogen muur van ijs. Dit geweldige
gevaarte drijft op het water en vandaar
uit ontstaan de ijsbergen, die in Janu
ari en Februari (dus in den zomer van
het Zuidelijk halfrond) hun reis begin
nen en in Juni bij Kaap Hoorn aan
landen.
Hier worden ze door den kouden
Falklands-stroom meegevoerd en ko
men in December en in Januari in
den warmen Braziliaanschen stroom,
die ze spoedig aan hun einde helpt.
Soms brengen ze het wel tot Monte-
vido.
In den Atlantischen Oceaan met zijn
druk scheepvaartverkeer zijn de ijsber
gen het gevaarlijkst en daarom kie
zen de schepen van einde Maart tot be
gin Juli den Zuidelijken weg, die een
scherpen hoek vormt, en varen om het
hoofdgebied van de ijsbergen heen.
De eerste buitenlan-dsche avondjapon.
Heel Moskou komt kijken.
In de étalage van een staatswinkel
te Moskou is sedert de revolutie de
eerste avondjapon van buitenlandsch
model tentoongesteld. Een groote me
nigte kijkers verdringt zich voor de
winkels en onder de dames van Mos
kou vormt de japon het gesprek van
den dag.
Vroeger weerden de Sovjet-autoritei
ten alle buitenlandsche mode en tracht
ten zij hun eigen mode in te voeren.
Thans is hierin verandering gekomen.
De producten van de „Rue de la
Paix" hebben hun intrede gedaan in
de hoofdstad. De couranten schreven
onlangs over het onderwerp ,.Wij
moeten goed gekleed gaan".
Strijd tegen sprinkhanen.
In het Centraal-Aziatisch deel van
Sow jet-Rusland hebben vliegtuigen
een verwoeden strijd aangebonden te
gen de sprinkhanen, die den oogst drei
gen te vernielen. Door gebruik te ma
ken van chemische vloeistoffen zijn
reeds millioenen dezer insecten ge
dood.
Tot verdelging van de malaria-mug
gen in de moerasachtige gebieden van
Rusland zijn ook, met succes, vliegtui
gen gebruikt.
FEUILLETON
Maar de markies bleef de gelaten
heid zelve. Hij was vast besloten te
sterven, maar Rouquin moest even
eens sterven.
Laten wij er een eind aan maken,
stelde Rouquin voor. Je bent een mees
ter op het pistool, ik niet minder, ik
geloof zelfs, dat ik meer kans zou heb
ben, om jou doodelijk te treffen, dan
jij mij. Maar pistolen zijn brutale wa
pens en een kogel ontziet zelfs het na
denkend hoofd niet.
-- Het lot zal de wapens bepalen,
stelde de markies voor.
O, het toeval speelt den menschen
juist de leelijkste parten, het toeval
zou gewis het pistool aanwijzen
Op den degen dus
-- Dat is tenminste beter, veel be
ter. Een degen maakt veelal wonden,
die weer te genezen zijn
Maar één van ons moet sterven
Wat drommel, dan zal je zelf
die ééne zijn, als er niets anders op
zit
Norbert beschouwde Rouquin met af
schuw. Rouquin begreep dien blik. Hij
was ontegenzeggelijk moedig, gelijk wij
Weten, en trotseerde vaak de grootste
gevaren.
-- Ik heb je al meermalen gezegd,
zei hij als antwoord op dien blik, dat
ik je niet dooden wil. Ik heb je noodig,
Godsdienstwaazin in Nlenw-Zeeland.
Het boerenwerk prijsgegeven.
Een nieuwe godsdienstige secte, met
een gevaarlijken inslag, is in Manaia
(Nieuw-Zeeland) ontstaan.) Een lid
van de Maori-stam, Toroa Ngatatu, is
profheet van deze secte. Toroa Ngata
tu is klaarblijkelijk beroemd geworden
door de wonderbaarlijke genezing van
een 19-jarige jongeman, die lijdende
was aan een kwaadaardige ziekte.
De aanhangers van de secte, onge
veer 40 personen, verkeeren in een
staat van extase. Zij hebben alle werk
op hun boerderijen laten liggen. Het
gras wordt niet gemaaid de koeien
niet gemolken, terwijl verzuimd is den
wintervoorraad aardappelen binnen te
halen. Toroa was tot dusver een zeer
rustig persoon, zoodat de verrassing
onder hen, die de inboorlingen kennen
vrij groot is, nu hij plotseling optreedt
als hoofdpersoon in deze vreemde ge
schiedenis
Bijen in ijs verpakt verzonden.
De bekende Australische imker W.
S. Abram, heeft over een afstand van
400 mijl 11.500.000 bijen verzonden, be
stemd voor een streek met veel ooft
bouw in Nieuw Zuid-Wales. De bijen,
die uitstekend zijn overgekomen, wa
ren verpakt in doozen gevuld met zaag
sel en deze doozen waren omgeven
door ongeveer 1000 Kg. ijs. Men moest
tot dit bijzondere transport van circa
250 korven overgaan, omdat van de
bloesems in de streek, waar de bijen
eerst hun verblijf hadden niets te
recht was gekomen en het dringend
noodzakelijk was voor de bijen een
nieuw operatiegebied te vinden.
Abram, die voor het alternatief
stond de bijen onderweg kunstmatig
te voeden of groote verliezen te lij
den door sterfe onder de bijen tijdens
het transport tengevolge van te veel
warjnte, heeft dit vraagstuk opgelost
door de bijen zeer koel te houden, zoo
dat zij, daar de bijen geen warmtever
lies hadden, vrijwel geen voedsel be-
hoe- fden. De verzending in ijs is een
zeer goede oplossing gebleken. De
bijen, die in uitstekenden toestand
aankwamen, begonnen direct hun werk
zaam leven in de boomgaarden.
BINNENLANDSCH NIEUWS.
je geldt bij mij millioenen De partij
staat niet gelijk. Het is geheel over
bodig dat je mij bij jezelf uitmaakt
voor een lafaard, ik ben dat niet en zal
het je bij gelegenheid bewijzen Daar
even was ik reeds besloten, met je te
vechten, nu, nu ben ik weer tot inkeer
gekomen en sla het duel beslist af. Ik
zoui daarmee te veel op het spel zetten.
Vergeet niet, dat ik je dwingen
kan
Ja, dat is een andere kwestie,
maar ik zal zorgen, dat ik je niet in de
gelegenheid stel.
Is dat je laatste woord
-- Ja, vaarwel, mijnheer de mar
kies Ik wensch je wat meer bedaard
heid toe en vooral wat meer verstand
Norbert verliet het vertrek.
XXXI.
Rouquin had de waarheid gezegd.
De dood van den markies was werke
lijk in strijd met zijn eigen belang. Hij
had niet gelogen met zijn bewering,
dat hij, zoo noodig, het leven van Nor
bert wilde verdedigen, want zoo Nor
bert had opgehouden te bestaan, was
zijn hoop op fortuin de bodem inge
slagen, waren de gepleegde moorden
nutteloos geweest.
Maar dit alles verhinderde niet, dat
Rouquin uiterst verbitterd was op
zijn bondgenoot. Wel bad hij vroeger
den markies gezegd, dat hij hem in ge
val van verraad van. zijn kant zou doo
den, maar hij was een veel te berede
neerde booswicht om thans aan dat
waarschuwend woord gevolg te geven.
Gelijk hij had gezegd, verkneed Rou
quin elke gelegenheid om Norbert in
het publiek te ontmoeten, maar Nor
bert liet zijn gangen nagaan en wachtte
ROOVERBENDE OVERVALT ECHTPAAR.
Nieuwe wandaad van de bandieten,
die reeds zoo langen tijd Oostelijk
Noord-Brabant onveilig maken.
RUIM 1600 BUIT GEMAAKT.
Vrijdagnacht heeft een rooverbende in Oos
telijk Noord-Brabant weer een zeldzaam bru
tale inbraak gepleegd. Omstreeks half drie
meende de echtgenoote van den heer M. Sche-
pens, secretaris van den Noord-Brabantschen
Chr. Boerenbond, wonende aan den provinci
alen weg Veghel—Uden, gerucht in huls te
hooren. Zij waarschuwde den heer Schepens,
die haar gerust stelde met de veronderstelling,
dat het gerucht door den wind werd veroor
zaakt. Even later hoorde de vrouw weer ge
stommel en zij knipte het electrische licht
aan. Tot haar groote schrik zag zij, dat vier
of vijf kerels, die hun gelaat hadden zwart
gemaakt, ten einde niet herkend te worden,
het slaapvertrek waren binnengedrongen. Een
van hen greep de vrouw, die zich uit haar
bed begeven had, beet en wierp haar op den
geduldig zijn tijd af.
Op zekeren dag, des middags tegen
twee uur, moest Rouquin wegens be
langrijke zaken persoonlijk op de beurs
zijn. Zijn agenten hadden hem be
richt, dat de markies was uitgereden
en zich naar de vergaderzaal van het
parlement had begeven.
Rouquin was derhalve onbezorgd.
Tegen drie uur toen de beurs weldra
zou gesloten worden en er druk han
del werd gedreven, ging Rouquin naar
de voorgalerij, om wat lucht te schep
pen. Het was dan ook in de zaal ver
stikkend warm geweest. Hiji stond daar
eenigen tijd te praten met wisselhan
delaars en kooplieden.
De geheele financierswereld van Pa
rijs was in die voorgalerij vertegen
woordigd door speculanten, zaakwaar
nemers, bankiers, enz.
Plotseling baande zich door die druk
pratende groepen een man van groo
ten lichaamsbouw een weg en gelijk
tijdig klonk er over de menigte een
stem als een klok, die stilzwijgen ge
bood.
De menigte zweeg onwillekeurig, zoo
dat er opeens een angstige stilte ont
stond.
De markies, want deze was het,
trad op Rouquin toe.
En om dat tweetal stonden op dat
zelfde oogenblik minstens honderd
mannen en van mond tot mond ging
het gefluister „Het is de markies
d'Argental, de afgevaardigde".
Iedereen kende hem en ook Rouquin
was aan de beurs een zeer bekend per
soon.
De markies legde zijn hand op den
schouder van den grooten booswicht.
grond, waar hij haar in bedwang hield. De
kerels gelastten daarop den heer Schepens uit
zijn bed te komen en de sleutels van den
brandkast te geven. De heer Schepens, die wel
inzag, dat tegenstand nutteloos was, en gein
timideerd door de tegen hem geuite bedrei
gingen, voldeed aan het bevel, waarop de ban
dieten hem knevelden.
De brandkast werd nu geopend en hierin
vonden de roovers een bedrag van f 1600, zijn
de f 1100 toebehoorende aan de Eierenveree-
niging en f 500 particulier eigendom van den
heer Schepens. Vervolgens doorzochten de
mannen de kleeding van het echtpaar en na
men daaruit twee portemonnaies mee. Zij
vroegen daarna naar de kamer van een in
wonend onderwijzer, doch op het verzoek van
den heer Schepens om dezen man niet lastig
te vallen, gingen zij heen als voorzorgsmaat
regel bonden zij de deur van deze kamer met
touwen vast.
Even later hebben de mannen het huis ver
laten, nadat zij den heer Schepens met den
dood hadden bedreigd, indien hij zich direct
na hun vertrek naar buiten zou begeven.
Ongeveer tien minuten later keerden ze
weer terug, teneinde het raam, dat zij hadden
opgeschoven, te sluiten. Eerst Zaterdagmor
gen heeft het echtpaar Schepens bij de poli
tie aangifte van het gebeurde gedaan. Met
behulp van speurhonden is een onderzoek in
den omtrek ingesteld, doch ten gevolge van
den gevallen regen waren de sporen zeer moei
lijk te vinden. Evenwel wordt het onderzoek
thans voortgezet in de richting van Vorsten-
bosch. Tot Zaterdagmiddag was men er niet
in geslaagd een spoor van de daders te vin
den.
Het onderzoek.
Toen de inbrekers vertrokken waren, is de
onderwijzer naar buiten gedaan, heeft een
buurman gewekt, en is met dezen naar Veg
hel gesneld, waar hij de maréchaussée van het
gebeurde in kennis stelde. Het was onder al
deze bedrijven intusschen reeds vijf uur ge
worden, voor de maréchaussée het onderzoek
kon aanvangen. Er werd een politiehond uit
Heesch gehaald en dit dier kreeg direct een
spoor te pakken, dat langs den reeds genoem
den landweg over de spoorbaan in de richting
Vorstenbosch leidde. Daar kwam men terecht
in een berkenboschje, waar sporen uitwezen,
dat daar een vijftal rijwielen gelegen had.
Van hieruit zijn de bandieten waarschijnlijk
hun strooptocht begonnen en men vermoedt,
dat zij op deze plek de buiten hebben verdeeld
en daarna uit elkaar zijn gegaan. In ieder
geval kon de hond van deze plaats af geen
vast spoor meer volgen. Juffrouw Schepens,
die nog getracht had, het masker van één
der mannen af te rukken, kon een vaag sig
nalement van één der kerels geven, n.1. dat
deze gekleed was in een bruine duffelsche
jas, en een gestreepte broek. Verder konden
de menschen niets mededeelen. Aan de hand
van deze vrij vage aanduidingen is de maré
chaussée thans op onderzoek uitgetogen. Men
heeft vrij groote zekerheid, dat hier een ge
organiseerde bende aan het werk is, die voor
niets terugdeinst en zoo uitstekend alles voor
bereidt, dat zij vrijwel geen enkel risico voor
ontdekking loopt.
Iedereen houdt zijn mond.
Het onderzoek dat Zaterdagavond nog in
vollen gang was, bewoog zich toen in de rich
ting van Oss, maar de groote moeilijkheid
waarmede de politie te kampen heeft is, dat
lieden, die enkele aanwijzingen zouden kun
nen geven, dit onder geen beding wenschten
te doen, uit vrees voor een gruwelijke wraak
neming van de zijde van het geboefte. Zelfs
al zou men lieden arresteeren waarvan men
op goede gronden kan aannemen, dat zij bij
het misdrijf betrokken zouden zijn geweest, is
het nog lang niet zeker dat men hen daar
mede in den val zou hebben gelokt. Zij blijven,
al worden zij nog zoo lang in bewaring ge
houden, hardnekkig ontkennen. Meestal loopt
het onderzoek dood op stilzwijgendheid van
de verdachten of van het publiek. Het is on-
Rouquin zou stellig gevlucht zijn,
als niemand geweten had wie hij was
en als er met al de personen, die hem
omringden, daartoe nog kans ware ge
weest. Bevreemd was hij niet Norbert
in zulk een toestand tegenover zich te
zien staan. Hij begreep onmiddellijk,
dat hij hem onmogelijk ontkomen kon
en dat het den markies om een publiek
schandaal was te doen.
- Markies, bezin, eer je begint,
fluisterde hij tusschen zijn tanden.
Maar Norbert scheen die waarschu
wende stem niet eens te hooren.
- Pas op, markies, hernajm Rou
quin, je staat op het punt een dom
ding uit te voeren Ik zal mij niet nu,
maar later wreken, bedenk dat wel, op
jezelf en op je vrouw Mijn haat is een
onaangename zaak, markies.
Als ik je dood, is ook je haat
dood, je laagheid eveneens
Je wilt dus je verstand niet ge
bruiken
Ik wil doen, wat ik gezegd heb
Goed, ik verwacht je beleediging!
Slinger mij de gemeenste beschimping
in het aangezicht, maar onthoud het
wel, in spijt daarvan zal ik zegevieren,
ook over jou.
De ;markies stond nog altijd met zijn
hand op Rouquin's schouder. Thans
wendde hij zich tot de verbaasde om
standers
- Heeren, sprak hij met bevende
lippen, die man is een ellendeling, een
lafaard Ik sla hem in bet gezicht,
want de beleediging, die ik hejn aan
doe, moet een doodetijke beleediging
zijn
En hij deze woorden sloeg hij Rou
quin twee, driemaal in het doodsbleeke
der deze omstandigheden dan ook niet te
kras van een ware terreur te spreken, die het
gespuis op de bevolking uitoefent. Met angst
en vreeze ziet dan ook menig dorpeling dage
lijks den nacht naderen.
ZWARE TERUGREIS.
„Leerdam" overvallen door stortzee.
De „Leerdam",' van de Holland-Amerikalijn,
die een extra reis naar de Vereenigde Staten
heeft gemaakt met goud, heeft op de terug
reis naar Rotterdam, waar het schip Maan
dag aankwam, kwaad weer gehad. Alle sche
pen trouwens die de laatste dagen binnenko
men en vooral die van den Oceaan komen,
rapporteeren slecht weer. Toen de .Leerdam"
nog vier dagreizen van het Engelsche Kanaal
verwijderd was kwam er een zware stortzee
over die eenige sloepen vernielde, luchtkokers
wegsloeg deuren kapot sloeg. Het schip
moest Zondag vanwege de zware zeeën vaart
minderen en olie storten om zoo weinig mo
gelijk water te krijgen en de golven eenigs-
zlns te bedaren. Desondanks kwam er Zon
dagavond bij een windkracht van 10 a 11 een
zeer zware stortzee over het achterdek, die
daar vrijwel alles dat boven het dek uitkwam
vernielde en waarbij verschillende verblijven
onder water werden gezet. Nadien bedaarde
de orkaan, en hoewel het voortdurend storm
achtig bleef, kon de „Leerdam" zonder verde
ren tegenspoed de reis voortzetten.
Motorrijder gedood.
Gebotst tegen onvoldoend ver
lichte auto.
Op den Gijksstraatweg Huis ter
Heide—Soesterberg, onder de gemeente
Zeist, stond een dezer nachten een
defecte vrachtauto van een vrachtrij
der uit Barneveld, welke wagen zeer
onvoldoende verlicht was. Omstreeks
middernacht naderde een motorrijwiel
uit de richting Utrecht, het reed op de
vrachtauto in, met het gevolg dat de
motorrijder, jhr. Röell, semi-arts, zoon
van den geneesheer-directeur van
Zonnegloren" te Soest, op slag moet
zijn gedood. Het slachtoffer was 26
jaar oud.
Tarwe-richtprijs f 11.
Voor oogst 1934.
Naar men meldt heeft de Minister
van Economische Zaken aan de centra
le landbouw-organisaties bericht, dat
hij den richtprijs voor tarwe van den
oogst 1934 heeft vastgesteld op f 11 per
100 Kg.
Voor den jongsten oogst bedroeg de
ze (gemiddelde) richtprijs f 12.
MARKTBERICHTEN.
ALKMAAR, 16 Mrt. 1934. Op de ge
houden kaasmarkt waren in totaal 35
stapels, wegende 46000 Kg. Kaas aan
gevoerd, waarvan de prijzen als volgt
Fabriekskaas 34 stapels Kleine f 20
1 stapel Commissie f 17.50. Alles met
rijksmerk. Handel matig.
ALKMAAR, 16 Mrt. 1934. Op de ge
houden graanmarkt waren in totaal
517 H.L.'s aangevoerd, als 52 voer-
tarwe f 3.75-f 5 35 gerst chev. f 4,25-
f 5.50 222 haver f 6.25-f 6.90 zaai-
haver f 7.50 46 boonen, w.o. bruine
f 9-f 10, duiven f 8-f 10, witte f 16- 18
5 geel [mosterdzaad f 11.50 20 karwij-
zaad f £2.60 25 blauwmaanzaad f 17-
f 17.50 Tuinboonen f 4.50 20 erwten,
w.o. kleine groene f 7.50-f 9, groote
f 18-f 20 grauwe f 31-f 34 en vale erw
ten f 14-f 28. Alles per 100 Kg. Handel
stug.
gelaat.
Rouquin was in het eerste oogenblik
geheel overweldigd door de hevigheid
der hem toegebrachte slagen. Z'n oogen
waren gesloten en toen hij ze weer
opende, verwijderde hij zich langzaam
zonder acht te slaan op het spottend
gelach der [menigte.
Rouquin verliet de beurs, stapte in
een rijtuig en reed weg.
Ook Norbert nam plaats in zijn rij
tuig dat hem aan de trap van het beurs
gebouw stond te wachten.
Een uur later ontving de markies
het volgende schrijven
„Ik heb de keus der wapens, dat ver
langde ik alleen. We zullen vechten
op den degen, morgen aan de Belgi
sche grenzen. Getuigen hebben wij niet
noodig, we regelen de zaak onder ons.
Ik heb als vriend en dokter den arts Su
gorel gekozen. Hij zal ons vergezellen,
dat is voldoende. Vertrek met den
avondtrein van acht uur, je zult dan
tegen vier uur des morgens in Givet
zijn, wanwaar wij binnen een kwartier
de Belgische grenzen zullen bereikt
hebben.
„Ik breng mijn degen mee, doe jij dat
insgelijks".
De markies antwoordde kort en bon
dig
„Morgen dus, best".
De beide partijen verlieten Parijs
met denzelfden trein. Zij ontmoetten
elkaar op het perron van het station,
doch liepen elkander voorbij zonder te
groeten en alsof de een den ander vol
komen onbekend was. Het spreekt van
zelf, dat zij in verschillende wagons
plaats namen.
Wordt vervolgd.