WETEN EN
KUNNEN
Belangrijk!
HET SINT NICOLAASFEEST
VAN COR EN JANTJE.
HET HOEKJE VAN
DE POPPENMOEDER.
HET BESTE IS NET GOED GENOEG.
P. S. DE VRIES - BET 48 - WIER1NGEN.
ZIEKENFONDSLEDEN
fa. JOH. LAUWERS, Payglop 3 Alkmaar.
Een serie practische hand-studie
boekjes, door volkomen bevoegde
auteurs geschreven, rijk en men
dern geïllustreerd, vormende een
I bibliotheek, welke ons tegenwoor-
- dig „Weten en Kunnen" in het
bereik brengt van iedereen. Elk
deeltje is op zichzelf compleet,
vormt een afgerond geheel, is
- met duidelijke letter op goed ii-
lusstratiepapier gedrukt en voor-
j zien van een in kleuren gedrukt
en toepasselijk versierd omslag.
Auto en Motor.
No. 83. De algemeeite Samenstel
ling van het Motorrijwiel. 3(J ill.
No. 95. Carburatoren voor Motor
rijwielen. 30 ill.
No. 107. Nuttige kennis van Ban
den en Wegen voor den Automo-
bilist en Motorrijder, met een af-
No. 165. Hoe maak ik zelf een
Motorrijwiel 52 ill.
No. 133. Gebruik en onderhoud
van de eiectrische uitrusting van
het Motorrijwiel. 52 ill.
No. 162.Onze Auto 66 ill.
No. 163. De lectrisclie uitrusting
van den Automobiel. 53 ill.
No. 164. De Ford. Samenstelling,
werking en gebruik van Ford-
Automobielen. 47 ill.
Machinebedrijf en Metaal-
1 bewerking.
No. 24. De Locomotief. 35 ill.
No. 28. Het Autogeen-lasschen vol
gens de Acetyleen-zuurstofme-
thode. 27 ill.
No. 31. Het Freezen. 46 ill.
No. 34. Het soldeeren en Vertin—
nen. 24 ill.
No. 39. Smeermiddelen. 10 ill.
No. 48. Persluchtwerktuigen. 30 il.1
No. 49 en 50. Het Vervaardigen
van Gietmodellen en hun gebruik.
22 ill. f 1.50.
Warenkennis.
No. 32. Warenkennis Textiehva
ren, Bleekmiddelen, Verfstoffen.
9 iU.
No. 37. Warenkennis Metalen en
Legeeringen, Bouwmaterialen.
10 ill.
No. 41. Warenkennis Vetten en
Oliën, Brandstoffen, Harsen, Ka
oetsjoek, Looistoffen. 7 ill.
Stijlleer, Meulen, Teekenen,
No. 67 en 68. Meubellijsten.
153 ill. f 1.50,
1 No. 69. Het Penteekenen. 56 ill.
Burgerlijke Bouwkunde
Gewapend Beton, Handleb
dingen voor Bouwvakarbeb
ders.
Mo. 10. Kennis der Scliildermate-
rialen. 6 ill.
No. 14. Het beitsen, Politoeren,
Wassen en Vernissen van Hout.
6 ill.
1 Bouwkundigen. 90 ill. f 1.50.
No. 56. De Aanleg van Gasleidin
gen in Gebouwen. 39 ill.
No. 58. Materïalenkennis voor den
Timmerman 41 ill.
No. 66. Gewapend Beton. 44 ill.
No. 83. Kennis van Werktuigen in
Gebruik in de Burgerlijke Bouw
kunde 36 ill.
No. 112. Materïalenkennis voor
den Metselaar. 21 ill.
No. 36. Het Berekenen, Teekenen,
1 Uitslaan en Bouwen van Kano's
1 en Booten door Amateurs. 14 ill.
Experimenten.
Proeven
No. 16. Natuurkundi;
Thuis. 29 UI.
No. 19. Natuurkundige Proeven
Thuis 2e serie. 31 UI.
No. 20 Electr. Proeven Thuis. 34 ill.
Mo. 21. Scheikundige Proeven Thuis.
24 UI.:
Huisvlijt-knutselen.
No. 2. Hoe maak ik zelf een tele-
1 graaftoestel 22 ill.
No. 3. Hoe maak ik zelf een tele
foontoestel met Electr. Schelver-
binding voor Huiselijk gebruik en
hoe werken zij 24 iU.
1 No. 4. Hoe maak ik zelf Elemen-
ten, Batterijen, Accumulatoren en
een Volt-Ampèremeter 25 iU.
1 No. 7. Galvanoplastiek en Galva-
1 nostegie. 21 ill.
No. 8. Hoe maak ik zelf een Elec-
triseermachïne 43 ill.
No. 11. Hoe maak ik zelf een Elec-
tromotor en een Dynamo 50 iU.
No. 23. Hoe maak ik zelf een Fa
milie-Bioscoop en hoe is de wer
king er van 40 ill.
No. 25. Hoe maak ik een Stoom
boot 43 iU.
I No. 27. Hoe maak ik zelf een Pho-
tografie-toestel en hoe moet ik ed
l Opnamen behandelen 14 ül.
No. 36. Het Berekenen, Teekenen,
Uitslaan en Bouwen van Kano's
én Booten door Amateurs. 14 iU.
No. 57. Hoe maak ik zelf een eiec
trische klok 20 iU.
No. 70. Hoe maak ik m'n eigen
Radio-Ontvangstation 32 ill.
No. 157. Batikken op Stoffen, Pa
pier, Hout, Leer en andere Mate
rialen. 33 afb.
Natuurkennis.
No. 96. Het Terrarium. 104 iU.
No. 120. Planten in de vrije na
tuur. 13 UI.
No. 154. Het Aquarium. 104 ill.
No. 59 De particuliere Tuinbou
wer. 29 illustraties en 5 platen.
ENZ.
ENZ.
ENZ.
BIJ BESTELLING IS OPGAVE
VAN DE VERLANGDE
NUMMERS VOLDOENDE.
Prijs per stuk 75 cent.
Verkrijgbaar in
Bosker's Boekhandel
H.-HOEF MIDDENMEER.
„Die pop, Jantje, ik wou, dat Sint Nico
laas me die bracht..." zei het kleine meisje,
dat met een platgedrukt neusje voor het
raam van een speelgoedwinkel stond te
kijken, tegen haar broertje.
„En die blokkendoos of dat pakhuis
dan!?" zei de jongen.
„Waarom zou Sint Nicolaas toch niet bg
ons komen? Wij zijn toch het heele jaar erg
lief geweest. Moeder zei het laatst zelf",
ging het meisje weer door.
Ach Cor," zei Jan en zijn stem had een
heel besliste klank. „Sint Nicolaas komt niet
bij arme menschen. En moeder is arm. Ik
heb vaak gezien, dat ze zelf niets meer te
eten had ,als ze ons gegeven had." Met ern
stige oogen had zijn zusje hem aangehooro.
„Ja, we zijn arm. geloof ik. Laatst toen
Annie Banne een nieuwe jurk aan had, zei
ze tegen mij: „Die kun jij nooit krijgen;
want jouw moeder is arm"- Maar ik begrijp
toch niet, dat Sint Nicolaas niet bij ons
komt. Dat vind ik niet eerlijk. Op school
vertellen ze toch, dat hij zoo'n goedhartige
oude heer is..."
Jan haalde zijn schouders op.
Weet ik ook niet, hoor," zei hij toen on-
verschilïig. „Kom, laten we nu
liuia gaan. Het Is al laat en ik hel! het
k0UIk heb het ook koud." echode het kleine
jneisje. In elkander gedoken liepen ze
naar huis en daar ze Vlak naast elkaar
woonden konden ze laten zien, wa. ze nog
vind je dit hobbelpaard?" vroeg
Hans. „Tk zal het een beetje opschilderen,
dan is het nog prachtig."
Weet je, Hans, lk zal aan mt]n zuster
vragen, ot ze nog niet een pop heeft, die ze
missen kan. Anders hebben we niets voor
dat kleine meisje."
De zusters en de moeders van de beide
jongens werden in vertrouwen genomen en
wat er toen te voorschijn kwam, deed de
jongens versteld staan. De meisjes vonden
nog allerlei poppen en poppenklea-tjes en
wat niet meer netjes was, werd keurig op
eeknapt en versteld. De moeders van de jon-
Sm die ook pieteier in het aardige plan
hadden gekregen, tooverden allerlei levens-
.ddtto t7 voorWhijn, die ook in het pak
eestoPt mochten worden Voorts kwamen er
lime wollen kledingstukken te voor-
twee kleine armoedige figuurtjes in een
drukke, verlichte winkelstraat.
„Heb je dat gehoord?" vroeg Hans de
Bruyn, die met zijn vriend, Karei van
't Hout, achter de kinderen had gestaan.
Karei knikte.
„Treurig niet!? Zulke kleine peuters. Die
hebben nu ook letterlijk heelemaal geen ple
zier in hun leven. Zeg Hans, ik dacht..."
„Ja, Karei, ik ook. Je bedoelt, dat we
allebei thuis nog zoo'n hoop speelgoed heb
ben dat nooit meer gebruikt wordt! Pracht
Idee We zullen het dadelijk in orde maken.
Dan moeten we ze eerst achterna gaan, om
f i kijken waar ze wonen."
Dat deden ze; ze vroegen meteen aan
andere menschen, hoe de kinderen heetten.
Haalsma, heetten ze en toen draafden ze
3chijn, die in het arme gezin wel welkom
souden zijn. Het werd een reuze pak.
Eindelijk was het 5 December.
De jongens, die graag weer gauw thuis
wilden zijn, om daar ook Sinterklaas te
vieren, gingen dad-elijk na het eten weg.
Het was een flink eind loopen, voor ze in
het nauwe straatje kwamen, waar de kin
deren woonden.
„Jij moet aanbellen, Karei." Deze voegde
de daad bij het woord.
„Voor c'e kindertjes Haalsma", schreeuwde
Hans. Met een smak zetten ze het zwajre
pak. dat aan alle kanten uitpuilde, in de
trap.
Cor en Jantje, die naar beneden kwamen
rennen, waren niet weinig verbaasd, toen ze
op het pak een brief vonden, waarop stond:
Ik ben niet in klein; maai- wel in groot;
niet in blauw, maar wel in rood.
Ik ben in de koe en in de os;
in het doz^n en in het gros.
n.
Een man ging de stad In;
bij de poort ontmoette h\j zeven mannen, drie
vrouwen, tien kinderen, die een paard, vier
Varkens en twintig schapen bg zich hadden,
Hoeveel voeten gingen er de stad in?
ra.
Met M. ben lk een stad ln Drente;
met gr. ben ik een smalle sloot tusschen
Weilanden.
Mijn geheel:
1, 2, S,
4. 7. 9
l. 3, 4
9. 5, G
9. 2, 6
e. 7. 8. 9. 3, 6. JS -
»tad van Argentinië,
eot, grappenmaker.
iuan'1. korf.
paard. Q
bewonir »-an Rusland.
V.
xxxxxx Oude stad ln China,
x vruchtje van de eik.
x weekdier,
x meisjesnaam,
x op het oogenblik, thans,
x medeklinker.
Op de kruisjeslljnen komt hetzelfde
te staan.
OPLOSSINGEN.
De letter „o".
Twee voeten gingen de stad in; al de
andere gingen er uit; want de man ont
moette hen.
ra.
Meppel, greppel.
Buenos Ayres;
nar, ben, ros, Rus,
Peking
eikel
kwal
I da
nu
S
„Sinterklaas komt ook bg arme kinder
tjes. Het spijt hem heel erg, dat hg het
vorige jaren aldoor vergeten heëït. Dat
kwam door de drukte. Neem het hem maar
niet kwalijk."
Denk jullie niet, dat Jantje, Cor en hun
moeder een heerlijk Sinterklaasfeest ge
vierd hebben?
RITA VAN B.
UIT DE JEUGD VAN
GEORGE WASHINGTON.
In het begin van de achttiende eeuw
woonde in het district Westmoreland in Vir-
ginië tusschen de Potomac- en de Rapahon-
nockrivier, op een klein bescheiden land
goed, dat de naam Bridige's Creek droeg, een
onbekend landbezitter, Augustme Was
hington.
Hij stamde af van een Engelsche familie,
die in 1657 naar Amerika was overgestoken I
om in het vérre Westen haar geluk te be
proeven. Augustine Washington was een
ijverig werker en een spaarzaam man en het
gelukte hem in het bezit te komen van een
tamelijk groot landgoed bestaande uit onbe
bouwd- land, vee en negers. Mais- en tabak-
velden werden aangelegd en de veestapel
nam zieiideroogen toe.
In 1730 trouwde Augustine Washington
voor de 2de maal met een jong meisje, Mary
Ball. Zij zou de moeder worden van den
grootsten staatsman, die Amerika ooit heeft
gehad.
George Washington, haar oudste zoon
werd geboren op Zaterdag 22 Februari 1732.
De groote man, die later Amerika vrijheid en
eenheid zou geven, maakte kennis met die
wereld in een oud bouwvallig huis, waar
naar we thans tevergeefs zouden zoeken.
Alleen een gedenkteeken wijst nog de
plek, waar eens zgn wieg stond-
Washington stamde, zooals we zien, af
van de lagere klasse der grondbezitters.
Geen regent werd zoo beroemd, geen heen
gaan van een staatsman of krijgsman zoo
betreurd als dat van Washington. Zijn voor
beeld en karakter zgn een model voor alle
mannen van invloed en beteekenis.
De afgelegen woonplaats van de familie
Washington gaf hem al heel weinig gelegen
heid om schoolsche kennis op te d-oen. Open
bare scholen, die reeds in die dagen overal
werden gevonden, bestonden niet in de
streek, waar George thuishoorde. Tot zgn
twaalfde jaar kreeg hjj les van Mr. Hobby,
die in een van de huizen van zgn vader
woonde en schoolmeeester was. Het onder-
wgs was wel heel erg eenvoudig en beperkte
zich tot lezen, rekenen en schrijven. Het
schrgven gebeurde lang niet volgens de
regelen der spraakkunst; met de spelling
was het treurig gesteld. Toen George elf
jaar was, stierf zijn vader. Kort na diens
dood leefde hij een tydlang met zijn broer
Augustine op Bridge Creek; zijn opvoeding
werd voortgezet; hij bezocht de „Hoogere
School" van een zekere Mr. Williams.
Hier leerde hij de grondbeginselen der na
tuurkunde. George was een keurig, nauwge
zet leerling; een van zijn schoolschriften be-
wgst het. In een cahier, dat nog zuinig
wordt bewaard-, copieerde de leergierige en
ijverige scholier testamenten, contracten en
dergelijke min of meer officieele stukken.
De voorboden van zijn later presidentschap,
In datzelfde schrift komt een rubriek voor:
„regels, hoe zich in gezelschap en in de con
versatie te gedragen," Een soort wetboek
van mevrouw Etiquette dus. Merkwaardig
niet in overeenstemming met de latere
levenshouding van Washington is de geest,
die uit deze voorschriften spreekt, koud, on
natuurlijk en langdradig. Er straalt de
grootste eerbied in doof voor menschen van
hooge rang en niet onduideïgk wordt er te
verstaan gegeven, dat de stand, waarin
Iemand geplaatst is, meer aanspraak geeft
op achting, dan zijn werkelijke verdiensten.
Deze „regels" schflnen veel invloed te hebben
gehad op Georges later leven.
Reeds vroeg was in de jongen een drang
waar te nemen naar het militaire leven,
hoewel over het algemeen de voorname Vir-
giniers weinig militair aangelegd waren.
Toen George óp zgn veertiende jaar op
school alles geleerd had, wat er te leeren
viel, kreeg; hij een plaats als cgdet aan boord
van een oorlogsschip. Naar het verhaal wil,
was zijn bagage al aan boord gebracht, toen
er een kink in de kabel kwam, Zijn moeder
DE BEURT IS AAN
KLEINE TEEKENAARS.
Ditmaal zijn het verschillende voertuigen
die een beurt krijgen om geteekend te wor
den. En ze zijn niet erg moeilijk ook, dat
zul jullie dadelijk wel merken.
Nr. 1. Automobiel. Denk er aan, dat de
wielen zonder passer, en keurig rond, ge
teekend moeten worden.
Nr. 2. Locomotief. Deze is al zeer gemak
kelijk; want de wielen zijn voor het grootste
gedeelte onder de romp verborgen.
Nr. 3. Snelrijdende auto. Om een indruk
van snelheid te geven, worden de wielen
ovaal geteekend; terwijl de romp naar ach
teren toe in evenwijdige strepen verloopt.
Nr. 4. Sneltrein. Vanuit de verte gezien.
Jullie merkt al weer, dat alles met zoo
inig mogelijk lijnen weergegeven is. Hoo
tuinder detaiis, hoe beter de teekening.
lichts de geheelindruk is beslissend voor
te schets.
OOM KEES.
weigerde op het laatste oogenblik haar toe
stemming. Hij zou geen Engelsch zeeoffi
cier worden.
Hoe zou de wereld er hebber, uitgezien, als
de moeder hoewel met een bezwaard- hart
haar zoon op een Engelsch schip het
zeegat uit had laten gaan?
De jongeman woonde nog ongeveer 2 jaar
bg zijn broer Laurence en hij besteedde die
tijd om meetkunde en driehoeksmeting te
leeren De examens had-den nog niet de om
vang van tegenwoordig en George besloot
landmeter te worden. In zijn schriften
komen teekeningen voor, dit is weer een
kenmerkende karaktertrek, die een voor
beeld zijn van nauwkeurigheid en netheid.
Op zijn 17e jaar werd hij benoemd tot land
meter.
Voor lezen en dergelijke had Washington
weinig tijd; doch practisch bekwaamde hij
zich des te meer en dit kwam zijn karakter
ten goede.
Hij was een liefhebber van athletische
oefeningen; rgd-en, jagen en vechten vielen
in zijn smaak.
Zijn moeder had een groote invloed op dn
ontwikkeling van den jongen Washington
Ze was een strenge, ietwat heerschzuchligc
vrouw, stijf en teruggetrokken in haai
manieren.
Toen Lafayette haar b^v. in 1777 bezocht,
vond hij haar bezig in haar tuin, een oude
zonnehoed beschutte haar tegen de zonne
stralen en haar japon, misschien zeer ge
schikt voor de tuin, was weinig geschikt om
visite te ontvangen. Zoo ontving ze den
Franschen markies.
Ongeveer 3 jaar bleef Washington land
meter. Op negentien-jarige leeftijd nam zijn
krggsmansleveh een aanvang. Zijn jeugd
was hiermede afgesloten.
E. W.
WIE ZOEKT ER MEE
Z'-ve jonge rtouw staat uit te kijken naar
vader en haar "broer. Zien jullie hen soms?
WIE FOPT ER GRAAG?
Hier volgt een aardig kunstje, waar je
veel succes mee zal hebben, als je het aan
je vriendjes toont. De dingen, die je er voor
noodig hebt. zijn: een speld en een cent.
Je neemt de speld onderaan tusschen je
tweede en derde vinger. Stevig vasthouden;
want de speld moet rechtop blijven staan.
Nu neem -je do cent en zegt, dat dit een
bijzondere speld is, die aan je bevelen
gehoorzaamt. Om dat te toonen, zal je hem
zeggen, dat hij rechtop moet staan in je
hand.
Als je nu een eindje van je toeschouwers
af gaat staan, zullen ze de speld niet zien
en je kunt de cent er tegen aan zetten.
Nu zeg je. dat de cent moet gaan lig
gen. Daarvoor doe je je vingers een eindje
uit elkaar, zoodat de speld ongemerkt op
de grond valt en onmiddellijk rolt de
cent om.
Je vriendjes zullen verwonderd zijn over
dit aardige kunstje; maar vertel ze niet,
hoe het in elkaar zit; anders is de aardig
heid er af.
EEN SCHORT.
De feestdagen staan voor de deur en dan
willen jullie toch ook, dat het poppenkind
haar beste jurkje draagt. Eèn groot be
zwaar heeft dat echter en dat is, dat pop
penkind, net zoo als echte kinderen, ook
knoeit en morst. En het zou toch erg jam
mer zijn, wanneer het mooie jurkje beder
ven zou.
Er bestaat echter een oplossing om pop
toch haar mooie jurkje te laten dragen,
maar zoo, dat er van bederven en vlekken
geen sprake kan zgn. Ik bedoel een schort.
Misschien vinden een heeleboel van jullie
schorten niet mooi; maar als je eens even
naar de teekening kijkt, zul je ontdekken,
dat het alleraardigst kan staan.
Het schortje op onze afbeelding is ver
vaardigd van naturelkleurig linnen en ge
borduurd met vroolijke kleurtjes wasch- en
llchtechte zgde. Je hebt maar een klein
stukje noodig; misschien heeft moeder nog
wel een lapje, dat groot genoeg is, in haar
lappenmand-
Je eerste werk is een patroon, op
goede maat te maken, zooals je dat op de
teekening kunt zien De stippellijnen betee-
kenen, dat daar de stof dubbel gelegd rr.i.-et
■orden. Het spreekt vanzelf, dat de volant
twee maal geknipt moet worden. Heb je
de stukken geknipt, dan rimpel je de rok
aan het bovenstuk in; de achterkant zoom
je netjes. Halsopening en armgat haak je
om, evenals de volants. Deze volants worden
er netjes op gestikt.
Tenslotte moet je ook niet vergeten de
beide halfronde zakjes op het schortje te
stoppen. Daar kan pop haar zakdoekje in
stoppen. Ook deze zakjes worden aan de
bovenkant omgehaakt.
Het laatste werkje is het borduren. Daar
voor kies je, zooals ik al gezegd heb, vroo
lijke kleurtjes waschechte zijde, De motie
ven zftn er eenvoudig. Die zullen niemand
van jullie moeilijkheden bezorgen.
En ga nu maar gauw aan de gang, kleide
poppenmoederswant het duurt niet zoo
verschrikkelijk lang meer tot het Kertmis
is, en dan moet je poppenkind haar schortje
kunnen dragen.
M. 8.
STUARTS KATOENNETTEN (Wit)
STUARTS KATOENNETTEN (Geolied en getaand).
STUARTS MANILLATOUWWERK, speciaal fine yarn.
STUARTS KATOENGARENS, wit en geolied.
DRIJFCACHOU. Zijdegarens en Zijdenetwerk.
VRAAGT PRIJS EN CONDITIëN.
Beleefd aanbevelend,
Wij hebben vooi
OOK Z. en O. FONDS)
BRILLEN.
Op gereedmaken en reparaties kan gewacht worden.
Gegarandeerd goedblljvende DOUBLé BRIL met donkere
of lichte randen 3.—.
BUIKBANDEN EN ELAST. KOUSEN.
Paskamer en vrouwelijke hulp (verpleegster) aanwezig.
Voortsbreukbanden, enkelstukken, platvoetzolen enz.
COÖPERATIEVE BOERENLEENBANK
WIERINGEN.
ZITUREN VAN DEN KASSIER
TE DEN OEVER
MAANDAGMIDDAG van half twee tot half vier.
TE HIPPOLYTUSHOEF
WOENSDAGMIDDAG van balf twee tot half vier.