BERTELS
26e JAARGANG
VRIJDAG 3 MEI 1935
No. 35
NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR
WIERINGEN OMSTREKEN
PRUIM-TAMK
UIT HEEL HAAR
HART!
■WIERINGER COURANT
VERSCHIJNT ELKEN
BUREAU
ADVERTENTIëN
DINSDAG en VRIJDAG
UITGEVER
Qf
Hippolytushoef Wieringen
Van 1 5 regels
f 0.50
ABONNEMENTSPRIJS
CORN. J. BOSKER
WIERINGEN
Telef. Intercomm. No. 19.
Iedere regel meer
f 0.10
per 3 maanden 1.—.
CRISIS - BUREAU.
Beperking Ansjovisvisscherij.
Tengevolge van den beperkten af
zet van ansjovis naar het buitenland,
en wel met name naar Duitschland,
gedurende de laatste jaren, ligt hier
te lande nog een groote voorraad
ansjovis van oudere jaargangen in op
slag.
Indien in het a.s. seizoen de ansjo
visvisscherij, zooals vroeger herhaal
delijk voorkwam, ruime vangsten
mocht opleveren, zoodat de aanwezi
ge voorraad gezouten ansjovis nog
aanzienlijk zou worden vergroot, ont
staat het gevaar, dat een gedeelte van
den voorraad ten slotte onverkoop
baar zou blijken.
Naar wij vernemen, is in verband
daarmede de vraag; overwogen, of het
geen aanbeveling zou verdienen dit
jaar een sterke toeneming van den
voorraad tegen te gaan.
Deze overweging heeft geleid tot
het voornemen de hoeveelheid in te
zouten ansjovis in Ihet a.s. seizoen te
beperken.
Daartoe zal het zouten van ansjovis
worden verboden, zoodra een hoeveel
heid van 15.000 ankers gezouten zal
zijn.
PROVINCIAAL NIEUWS.
DEN HELDER BEREIDT ZICH VOOR.
Ter voorbereiding van de „Remavi", de
groote tentoonstelling op het gebied van Red
dingwezen, Marine en Vis'scherij, welke van
1 tot 10 Juni te Den Helder wordt gehouden,
zijn alle hens thans aan dek geroepen om te
zorgen, dat, als straks de deuren van het
expositiegebouw worden geopend, men niet
dan lof zal vinden voor hetgeen hier werd
gepresteerd.
Met de inzendingen gaat het uitstekend.
Daar is in de allereerste plaats het Redding
wezen. Het zal exposeeren met een motor-
strandreddingboot met wagen en tractor.
Iets dat nauw met het Reddingwezen ver
band houdt, n.1. Loodswezen en Kustverlich-
ting zal een 5 m3-ondiepwater-gasboei in
werking demonstreeren, alsmede een in wer
king gesteld draailicht, een model van den
vuurtoren „Brandaris", en oa. een pharoline
gloeilicht-installatie.
FEUILLETON.
Roman door
RE N BAZIN.
Nadruk verboden.
No. 11.
En tegelijk maakte Marie Schwarz een be
weging, als om Henriette te omhelzen. Maar
zij trok zich dadelijk terug, maakte haar hand
los en sloot langzaam haar oogen, als gevoel
de zij zich niet wel, onder deze sterke ontroe
ring. Het trof Henriette, hoe groot deze ge
sloten oogen waren en hoeveel zachtheid zij
over het gelaat verspreidden, als zij niet meer
schitterden. Zij kreeg een indruk, alsof zij dis
arme meisje, gestorven of in steen gehouwen
voor zich zag. Maar meteen, flink als zij was,
onderdrukte zij deze gedachte en zeide vroo-
lijk
Maar komaan, juffrouw, ik breng U een
goede tijding en U huilt
Neen, neen, ik huil niet, kijk maar.
Marie trachtte te glimlachen, maar er lie
pen twee tranen over haar wangen.
Kom Weet U, wat er aan scheelt zei-
de Henriette. U bent zenuwachtig.
Zij trok een stoel naar voren, liet Marie
2itten, nam naast haar plaats en zeide
Kijk toch eens, wat een vroolijke dag het
is Als er zoo'n heerlijk zonnetje schijnt,
vergeet ik gauw mijn verdriet.
Omdat uw verdriet niet zoo erg is
Denkt U dat Ieder heeft het zijne, dat
verzeker ik U, en ieder vindt het zijne erg.
Nu eens minder, dan weer meer.
De gouden dag straalde verder op den rech-
termuur.
Henriette zweeg een oogenblik en keek naar
dien zonneschijn, en zocht iets beters om te
zeggen. Zij hernam zonder van houding te
Voorts gaat onze belangstelling uit naar
dat deel van onze weermacht, dat steeds aan
beteekenis wintde Marine-Luchtvaart-
Dienst. Daarvan zullen te zien zijn twee dio
rama's, een opvouwbare reddingsboot, die
voor veiligheids doeleinden op alle groote
Marinevliegtuigen wordt medegenomen, een
voorstelling van een groot bombardements
vliegtuig, modellen van vliegtuigen.
Ook de Onderzeedienst komt met een at
tractieve expositie de complete toren van de
„O 4", periscopen, een moderne mitrailleur,
een onderzeebootmijn, typen van torpedo's en
reddingsmiddelen. Kleur verleenen hier de
demonstraties met verschillende soorten dui
kerpakken, vesten en reddingvesten in een
daartoe speciaal opgestelde duiktank.
De Luchtbeschermingsdienst zal van zich
doen spreken met het keurige overzicht van
de aanvalsmiddelen, waarover het Luchtwa-
pen beschikt, van de werking van den mili
tairen luchtwachtdienst en van den civielen
luchtbeschermingsdienst, van de wijze waar
op en de middelen waarmede de burgerbe
volking zich tegen het luchtgevaar kan be
schermen, enz.
Ten aanzien van de Visscherij werd reeds
melding gemaakt over het miniatuurstrand
en de miniatuurzee, waarin garnalen zullen
rondzwemmen en waarop een miniatuurvis-
schersboot „jacht" zal maken. Met behulp
van een stel diapositieven zal men de ontwik
keling kunnen zien van de vrijkomende larve
tot de garnaal. Voorts foto's en grafiken.
Welwillende medewerking wordt ook ver
leend door de Ned. Vereeniging „Het Roode
Kruis", welke zal laten zien hoe het modern
ziekenvervoer in spoorwegcoupés, autobussen,
vrachtauto's, etc. geschiedt. Van de moderne
Roode Kruis-attributen zal men op de „Re
mavi" de aankoppelbare raderbaar aan mo
torfietsen kunnen zien, een moderne rader-
baar, een slede- en een loopgraafbrancard,
met verschillende waarvan de Roode Kruis
mannen zullen demonstreeren.
Het Scheepvaartkundig Instituut te Rotter
dam kan op een tentoonstelling als de Remavi
niet ontbreken en zoo zullen we er het aan
treffen met bootmodellen (lichtschip „Terschei
lingerbank", sloependek „Zeeland") een boot
met glijspant, een reddingboot met hand
kracht, een stoomharingbeugschip, een zeil-
logger.
Belangrijke data in de tentoonstellingsweek
zijn
1 Juni. Opening der tentoonstelling door
den Minister van Defensie.
4 Juni. Plechtige onthulling borstbeeld van
Prins Hendrik en van het Reddingsmonument.
5 Juni. Groote luchtvaartdag. Demonstraties
autogiro, zweefvluchten, K.L.M.-rondvluch-
ten.
6 Juni. Vaardag op het Marsdiep met Ma
rineschepen, botters, loggers, loodsbooten enz,
Den Helder maakt zich op voor een groote
gebeurtenis.
AUTOBUS DEN HELDER ROTTERDAM.
Voor de commissie voor hèt vervoer uit
Ged. Staten van Noord-Holland is Dinsdag
te Haarlem behandeld de aanvraag van Gebr.
Koningsbruggen, te Den Helder, om vergun
ning voor een autobusdienst van Den Helder
over Alkmaar, Haarlem, Den Haag naar Rot
terdam.
De heer Kraak Steeman bracht bezwaren
tegen deze aanvraag in namens den vergun
ninghouder van den busdienst Alkmaar
Den Helder, die schade door de nieuwe ver
gunning zou lijden.
Mr. Van Leeuwen, optredenden namens de
aanvragers, zei dat de dienst Den Helder
Rotterdam van groot belang was voor Den
Helder. De exploitant heeft een proef geno
men met een wilden dienst en er groot succes
mee gehad.
De beslissing van Ged. Staten volgt later.
HET ZELDZAME HUWELIJKSFEEST.
Geheel Winkel leefde mede met 't echtpaar
T. PluisterBoots, dat Zaterdag zijn 73-jarig i
huwelijksfeest vierde.
In het tehuis voor ouden van dagen waar
beiden voor eigen rekening in een afzonder
lijk appartement verpleegd worden, was het
feest. Er heerschte een gezellige drukte en
velen kwamen de oude menschen complimen
teeren.
Ook het voltallige college van B. en W. en
de gemeente-secretaris gaven blijk van hun
ne belangstelling.
De 95-jarige heer Pluister demonstreerde
de gaafheid van zijn geheugen door een en
ander uit zijn tijd te vertellen toen de kaas-
prijzen eveneens f 12 bedroegen, maar toen
goed konden worden genoemd. De tegenwoor
dige levenswijze der menschen kon hij ech
ter niet begrijpen. Vroeger wist men niet be
ter of men leefde om te werken en alleen
met kermis ging men uit, maar dan nam men
het er ook van. De overige dagen was het
werken, op tijd naar bed en weer werken.
Zoo kwam men vooruit.
Dat men hier met een zeer sterk geslacht
te doen heeft, blijkt wel uit het feit dat de
jongste broer de afgeloopen week zijn 60-ja-
rig huwelijksfeest vierde, terwijl de heer
Pluister zonen heeft die hun 5-jarig
huwelijksfeest al achter den rug hebben.
veranderen
Gij hebt dus wel veel geleden, jufrouw
Marie
Heel veel.
Het is moeilijk om in een of ander vak
te beginnen, niet waar Leeft uw moeder
nog
Ja.
Hebt gij haar in Parijs achtergelaten
Waarom zijt gij alleen vertrokken Had zij
U gezegd, dat gij hier werk zoudt vinden
O, neen
Wie dan
Niemand, ik dacht het maar.
Marie aarzelde, om verder te gaan. Maar
toen zij zag, dat de blonde modiste van me
vrouw Clémence, naar den muur bleef sta
ren en er uitzag als een teedere oudste zus
ter, wie men niets kan wijsmaken, durfde
Marie spreken. Haar tot nu toe ingehouden
stem sprak nu voluit. Zij klonk als muziek
door de kamer, die diepe hartstochtelijke
stem met een klank als van koper er in
Ik begrijp heel goed, dat U graag alles
weten wilt. Het spreekt vanzelf, dat gij weten
moet, waar een meisje, dat gij een plaats
bezorgd hebt, vandaan komt.Ik zal het
U zeggen. Mijn moeder is conciërge, niet in
een deftige buurt maar in Clignancourt. Zij
heeft zich nooit met mij bemoeid, omdat zij
geen tijd had. Zij werkt in de huishoudens
tot vijf uur. Wij zagen elkaar alleen als wij
gingen slapen. O U moet niet denken, dat
zij slecht is, o, neen Ik mocht bijna alles
houden, wat ik verdiende. En dat is aardig
van een moeder, is 't niet Ik kon me daar
bijna van kleeden en ook eten. Kijk, deze ja
pon en mantel, heb ik voor mijn spaarpen
ningen gekocht, in het laatste voorjaar. Zij
had enkel hekel aan mij, omdat ik niet vlug
ben met het werk, en zij zelf is zoo handig,
zoo levendig.
Ge deedt
Ellende-werk, juffrouw, wat die meisjes
doen, die geen vak geleerd hebben. Ik heb
werkvesten genaaid voor twintig cents, en op
OP DE HARINGVANGST
IN DE WADDENZEE.
Rrrt,.... de wekker ratelde vervaar
lijk. Mies werd met een schrik wakker
en ze keek met knipperende slaperige
oogen hoe laat het was 3 uur,.,
hoe kreeg- zo 't in haar hoofd, om de
wekker zoo vroeg te zetten, wat moest
ze ook weer O, ja, ze ging vissen.
Gauw sprong ze uit haar bed, kleedde
zich vlug aan en liep zacht, om haar
ouders niet wakker te maken naar be
neden. Hè, 't was toch wel een beetje
en]g in zoo'n donker huis. Ziezo,
gauw haar regenjas aan en de deur
los gemaakt. Ze stapte de stille straat
op 't Wlas nog pikdonker, de sterren
stonden als, stille wachters aan de he
mel en. haar voetstappen klonken hard
op de stenen. Ze ging naar haar grote
neef toe, want die kende de visser,
met wien ze meemochten. Haar nicht
had al een kopje thee voor haar inge
schonken. Hè, dat deed je goed, zo
heerlijk warm. Ze kreeg nog een paar
boterhammen mee voor onderweg en
weg tuften ze in de auto. Heerlijk, wat
was 't mooi buiten, zo 's-morgens.
vroeg!
Toen zij bij de haven kwamen, zagen
ze eerst de sleepboot niet, waarmee ze
zouden gaan. Mies schrok er van ver
beeld je, dat hij al weg was. Maar 't
kon haast niet, want 't was precies
halfvier en dan zouden ze varen gaan.
Maar de boot lag een eindje verder eu
de schipper riep al „goeden morgen".
Mies vond hem al direct énig, zo don
ker en knap. Er waren nog 3 mannen
aan boord. Toen Mies, haar nicht en
haar neef op 't dek waren gingen ze
meteen weg. Mies bleef lekker buiten,
op 't dek, waar de zeewind door je ha
ren dartelde. Ze gingen met drie bo
ten tegelijk, twee motorboten en een
stoomboot, waarop zij waren, 't Waren
eigenlijk sleepboten, maar in deze tij
den van nood was er geen werk en
dus beproefden ze hun geluk maar op
de haringvangst 't was heel moeie-
lijk om tegenwoordig op een behoorlij
ke manier aan de kost te komen. En
elk had Ik een halve dag werk, manshemden,
waar men twaalf en een halve cent voor be
taalde, als ik zelf voor het garen zorgde, ik
heb kralengalon gemaakt, voor drie stuivers
de twee meter. Ik heb er mijn oogen mee in
gespannen en meest altijd voorover zitten.
Toen ben ik er in geslaagd door aanbeveling,
dat begrijpt U, om als mannequin geplaatst
te worden bij Noblet. Dat ging beter. En toen
werd moeder ziek in het begin van den win
ter, wij moesten schulden maken, groote
schuldenDe stem daalde meer en meer
en werd hard
- Toen zij weer beter was, wisten* wij niet,
hoe onze schulden te betalen. Toen heeft zij
tegen mij gezegd, dat ik oud genoeg was, om
zelf mijn brood te verdienen en dat ik niet
meer bij haar kon blijven wonen. Men moet
toch leven, niet waar Enneen, kom,
laat ik daar niet verder over spreken. Ik kon
niet meer thuis blijven, dat is alles. En toen
ben ik heengegaan.
Henriette verroerde zich niet. Zij kende
deze geschiedenis. Zij had haar reeds meer
malen in haar omgeving gezien en betreurd.
Voor haar doemde de straat op en de alge-
heele verlatenheid. Haar oogen, die uit het
raam keken, trokken samen, als zagen zij
een droevig tooneel. Toen gingen zij wijd
open en werden heel zacht, zij zochten het
arme meisje, dat reeds gevoelde, dat men
haar liefhad.
Hebt U vandaag niets te doen, juffrouw
Marie
- Neen, juffrouw.
- Dan moet U met mij meegaan. Ik ga
naar de Loutrels, vrienden uit mijn jeugd,
visschers op de Loire. Ik zal hun zeggen, dat
gij ook op het atelier van mevrouw Clémen
ce zijt. Dat is een aanbeveling. Het zijn zulke
goede menschen. Hebt gij er zin in
Marie vergeleek in stilte haar zwarte ver
kreukelde mantel, haar hoed van verleden
jaar, die op een oud nest geleek, met de aar
dige hoed met de twee witte vlerken en de
frissche, grijze, fijne japon van Henriette,
fin, 't zal wel weer eens beter worden.
Ze voeren de haven uit. Hè, wat was
dat prachtig. De dageraad begon al
een beetje te komen.
De botters voeren ook uit, naar hun
kaniers. (Groote vierkante haringnet
ten.) 't Was een prachtig gezicht, die
kleine schepen met hun grote bruine
zeilen en de wapperende vlaggetjes.
De boten stoomden een eind zee-in,
een boot voorop en daarachter de bei
de anderen. Eindelijk waren ze ver
genoeg De lidhtjes van de haven wa
ren al lang verdwenen, de zon kwam
op als een grote rode bal. De hemel
was prachtig blauw en het water glin
sterde tot aan den gezichteinder. Mies
genoot en ze haalde telkens diep adem,
de zeelucht was heerlijk. Nu werden
de netten uitgeworpen. De schepen
lagen precies op één lijn naast elkaar.
Mies zag die zeemanskunst met verba-
zng aan, want „de zee klotst voort in
eindeloze deining." Toen ze op goeden
afstand van elkaar lagen en de net
ten in zee waren geworpen, werden
loden neergelaten om de netten in de
diepte te houden. Daarna voeren ze
weer verder, 't Ging nu veel langzamer,
want 't waren grote zware netten, die
voortgesleept moesten worden. Ze
gingen dicht langs de kant en ze za
gen de kamervissers met hun botters
in volle actie. De zon was nu helemaal
op en 't was of een lovertjeskleed over
de zee was uitgespreid, zo glinsterde
en schitterde 't water.
Na een bepaalde tijd gaf de schipper
een „teken", dat de netten moesten
worden „gehaald." Toen werd 't pas
echt De mannen trokken allen
hun oliegoed aan en er was een Volen
dammer aan boord, die heel gewichtig
zijn pruim 'van links naar rechts ver
schoof en de andere mensen ging waar
schuwen. 't Wlas zo 'n enig type, die
Volendamjner, met z'n Zuidwester en
z'n wijde broek en z'n bruin gerimpeld
gezicht. Toen begon 't halen. Mies zag
de glinsterende vis al spartelen. Wat 'n
prachtige kleuren had zo'n haring;
als de zon er op scheen, groen en rood
en zilverachtig. De Volendammer
haalde ze met een groot schepnet naar
boven en gooide ze in een daarvoor af
gesloten ruimte. Wat 'n bende haring
en nu was 't nog niet eens zo 'n heel
goeie vangst. De vis gleed langs en over
elkaar in de ruimte en er kwam steeds
meer bij. Eindelijk was 't net leeg.
Bah, 't was toch wel erg zielig. Mies
had een gevoel, of de haringen haar
verwijtend aankeken. Toen de netten
opnieuw in zee waren gelaten voeren
ze weer verder en Mies ging nu toch
maar naar haar familie en de schipper
in de stuurkast. 't Weer werd slechter
en de golven lioger. Mies vond 't wel
enig, want dan had ze alles tenminste
meegemaakt. De vis., die nog zo spartel
de in 't net, lag nu al doodstil. De net
ten werden nu niet meer opgehaald,
want ze zouden zo naar de haven te
rugvaren. Mies stond verbaasd over
de handigheid, waarmee die grote on
handige netten in zee gelaten en weer
opgehaald werden. De mannen sloegen
nu met hun armen over elkaar om
hun koude handen een beetje te ver
warmen. 't Rege,nde hard en de raam-
Het is alleen, dat ik niet gaan kan, zoo-
s ik er uit zie.
Een vroolijke lach antwoordde haar. De
zonnestralen hadden den vloer bereikt.
O zijt gij zoo coquette Houdt dat U
terug Wacht maar eens even
Henriette was gauw in de zijkamer gegaan.
Zij kwam terug met een kanten das over
haar arm, een zwarte veer en een klein man
teltje van beige laken met bruin geappli-
queerd.
Toen maakte Henriette lieftallig met haar
fijne vingers, die nooit mistastten, de mantel
van Marie los, wierp haar het manteltje om,
deed de das om haar hals, waarvan zij de
strikken als twee vlindervleugels uithaalde,
boog met twee, drie grepen, zonder dat zij er
bij scheen te denken, de randen van de oude
hoed recht, die zich haar ouden vorm weer
scheen te herinneren, stak met een speld de
zwarte veer vast in het midden van een oude
strik, als een aigrette en zeide, terwijl zij een
paar stappen achteruit ging om haar werk te
bekijken
Keurig
Het gelaat van Marie klaarde op. In haar
werd het jonge meisje weer wakker. Zij streek
strelend over het laken, dat in ruime plooien
over haar borst viel, haar gefronsde wenk
brauwen ontspanden zich, en de zwarte oog
haren teekenden twee sombere bogen om
haar oogen, de* sterke roode lippen sloten zich
beslist op elkaar.
Nu wil ik wel meegaan, zeide zij.
Zij gingen naar beneden. De deur viel ach
ter haar dicht en zij mengden zich tusschen
de half boersche, half steedssche menigte, die
de kaden vulde.
VI.
Zij gingen naast elkaar, met gelijken pas,
de eene groot en blond, de andere bruin en
iets kleiner. Het hoofd opgeheven, spraken zij
met korte zinnetjes zonder gebaren. Men zou
gezegd hebben, dat het twee zusters waren,
Op Fok- en Vermeer-
deringsbedrijven
waar géén kunstverlichling
mag worden toegepast kan
Bertels' Kunstkorrel
in géén geval gemist worden. Beftels'
Kunstkorrel voorkomt het ontijdig in den
rui vallen van Uw jonge hennen en be
vordert den winterleg. Bestelt bij Uw
plaatselijken handelaar of coöperatie.
Oliefabrieken N.V. - Amsterdam
pjes waren bijna ondoorzichtig gewor
den door de druppels. Tenslotte kregen
ze de haven weer in 't zicht, 't Leek al
lemaal zo kort, als je er naar keek,
maar de afstand was toch nog tame
lijk groot. Eindelijk voeren ze de ha
ven weer binnen. De netten sleepten nu
gedeeltelijk door 't water en de touwen
waarmee de boten aan elkaar hadden
vastgezeten waren nu weer los. De
boot waarop Mies was, voer 't eerst
binnen en ze sprongen vlug aan wal
Even moesten ze de sdhipper nog be
danken en de Volendajnmer keek nog
eens naar de juffertjes (die zo vroeg
waren opgestaan, alleen maar om te
vissen en dan ging hij weer verder met
zijn Zuidwester onder de glinsterende
visschubben. Op de haven stonden ai
een heleboel kisten met vis en men
was bezig steeds nog maar meer kisten
te vullen piet haring.
Mies was blij, dat ze dat nu ook eens
had meegemaakt en ze bewonderde de
mensen, die elke morgen maar weer
voor dag en dauw opstaan om hun
brood op zee te verdienen.
Tr.
BINNENLANDSCH NIEUWS.
TIENDUIZEND GULDEN VOOR
OLIEBOLLEN.
De verkoop van oliebollen, welke Dinsdag
ten bate van het Haagsche Crisiscomité werd
gehouden, heeft ruim f 10.000 opgebracht.
KONINGSKINDEREN KOMEN
NEDERLANSCH LEEREN.
De koning en de koningin van België wen-
schen, dat hun kinderen, prinses Charlotte
en kroonprins Boudewijn, de Nederlandsche
taal volkomen zullen leeren beheerschen. Zij
hadden daarom besloten, dat hun kinderen
eenigen tijd in Nederland verblijf zouden
houden.
De burgemeester v. d. Mortel, die gehuwd
is met freule Michiels van Kessenich, had
relaties in de kringen van het Belgische Hof
en op deze wijze kwam koning Leopold met
hem in contact.
Thans is vastgesteld, dat de beide Belgische
koningskinderen, dezen zomer bij burgemees
ter v. d. Mortel op Noordwijk zullen logeeren.
De burgemeester heeft zelf twee kinderen
van ongeveer denzelfden leeftijd als prinses
Charlotte en prins Boudewijn.
Koning Leopold en koningin Astrid hebben
thans persoonlijk de schoonheid der omgeving
kunnen bewonderen, waar hun kinderen de
zen zomer zullen vertoeven.
Bloemkool uit de kassen.
Hoewel het weer remmend werkt op
die gewoon waren samen te wandelen en die
bedaard en kalm weten waar zij heengaan,
tusschen al dat flaneerende volk. De trams
vol burgerluidjes, die naar buiten gingen,
volgden elkaar op, men zag hengelstokken er
boven uitstekende waschschuitjes waren
nu echter leeg en wiegden zachtjes op en
neer op de ladders en ra's der groote sche
pen, die langs de kaden lagen, hingen de
hemden en broeken der bemanning in den
wind te drogen. Het was Zondag. Henriette
en Marie liepen langs het hek van de spoor
lijn, in het midden der kaden van Nantes
tusschen de rivier en de eindelooze reeks
matrozenkroegjes, zeil- en touwwinkels, en de
op gelijken afstand geplaatste cargadoors
huisjes, met het gezicht op de Loire.
Wat is het water geel, juffrouw Henriette,
en wat stroomt het snel
Het is bepaald aan het wassen. Als daar
maar geen gras mee verloren gaat
Is men dan al aan het maaien
Ja zeker, en ik denk dat men om het
wassen zelfs vandaag maaien zal, als het
water de weiden bedreigt.
Zij gingen het station de la Bourse voorbij.
Henriette had reeds meermalen vriendinnen,
die evenals zij, vandaag uit de mode- of
naai-ateliers ontsnapt waren, gegroet. Een
harer liep gearmd met een jongmensch. Zij
lachten vroolijk, omdat zij elkaar liefhadden.
Het was een nog jonge liefde. Zij gingen de
brug over. Marie volgde hen lang, met haar
sombere vurige oogen.
Toen zij aan het einde der kade du Bouffay
gekomen waren, woeien haar hoeden bijna af.
- Hoe heerlijk, om zoo in den wind te loo-
pen zeide Henriette. Dat mis ik de heele
week op het atelier ten minste voel ik hem
nooit, het is zoo hoog bij ons Daar zou geen
veer in krul blijven.
Marie, die een speld in haar dik haar dat
altijd los ging, terugstak antwoordde
- Ik vind het zoo vervelend het maakt je
haar in de war.
(Wordt vervolgd.);