BERTELS 26e JAARGANG VRIJDAG 3 MEI 1935 No. 35 NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR WIERINGEN OMSTREKEN PRUIM-TAMK UIT HEEL HAAR HART! ■WIERINGER COURANT VERSCHIJNT ELKEN BUREAU ADVERTENTIëN DINSDAG en VRIJDAG UITGEVER Qf Hippolytushoef Wieringen Van 1 5 regels f 0.50 ABONNEMENTSPRIJS CORN. J. BOSKER WIERINGEN Telef. Intercomm. No. 19. Iedere regel meer f 0.10 per 3 maanden 1.—. CRISIS - BUREAU. Beperking Ansjovisvisscherij. Tengevolge van den beperkten af zet van ansjovis naar het buitenland, en wel met name naar Duitschland, gedurende de laatste jaren, ligt hier te lande nog een groote voorraad ansjovis van oudere jaargangen in op slag. Indien in het a.s. seizoen de ansjo visvisscherij, zooals vroeger herhaal delijk voorkwam, ruime vangsten mocht opleveren, zoodat de aanwezi ge voorraad gezouten ansjovis nog aanzienlijk zou worden vergroot, ont staat het gevaar, dat een gedeelte van den voorraad ten slotte onverkoop baar zou blijken. Naar wij vernemen, is in verband daarmede de vraag; overwogen, of het geen aanbeveling zou verdienen dit jaar een sterke toeneming van den voorraad tegen te gaan. Deze overweging heeft geleid tot het voornemen de hoeveelheid in te zouten ansjovis in Ihet a.s. seizoen te beperken. Daartoe zal het zouten van ansjovis worden verboden, zoodra een hoeveel heid van 15.000 ankers gezouten zal zijn. PROVINCIAAL NIEUWS. DEN HELDER BEREIDT ZICH VOOR. Ter voorbereiding van de „Remavi", de groote tentoonstelling op het gebied van Red dingwezen, Marine en Vis'scherij, welke van 1 tot 10 Juni te Den Helder wordt gehouden, zijn alle hens thans aan dek geroepen om te zorgen, dat, als straks de deuren van het expositiegebouw worden geopend, men niet dan lof zal vinden voor hetgeen hier werd gepresteerd. Met de inzendingen gaat het uitstekend. Daar is in de allereerste plaats het Redding wezen. Het zal exposeeren met een motor- strandreddingboot met wagen en tractor. Iets dat nauw met het Reddingwezen ver band houdt, n.1. Loodswezen en Kustverlich- ting zal een 5 m3-ondiepwater-gasboei in werking demonstreeren, alsmede een in wer king gesteld draailicht, een model van den vuurtoren „Brandaris", en oa. een pharoline gloeilicht-installatie. FEUILLETON. Roman door RE N BAZIN. Nadruk verboden. No. 11. En tegelijk maakte Marie Schwarz een be weging, als om Henriette te omhelzen. Maar zij trok zich dadelijk terug, maakte haar hand los en sloot langzaam haar oogen, als gevoel de zij zich niet wel, onder deze sterke ontroe ring. Het trof Henriette, hoe groot deze ge sloten oogen waren en hoeveel zachtheid zij over het gelaat verspreidden, als zij niet meer schitterden. Zij kreeg een indruk, alsof zij dis arme meisje, gestorven of in steen gehouwen voor zich zag. Maar meteen, flink als zij was, onderdrukte zij deze gedachte en zeide vroo- lijk Maar komaan, juffrouw, ik breng U een goede tijding en U huilt Neen, neen, ik huil niet, kijk maar. Marie trachtte te glimlachen, maar er lie pen twee tranen over haar wangen. Kom Weet U, wat er aan scheelt zei- de Henriette. U bent zenuwachtig. Zij trok een stoel naar voren, liet Marie 2itten, nam naast haar plaats en zeide Kijk toch eens, wat een vroolijke dag het is Als er zoo'n heerlijk zonnetje schijnt, vergeet ik gauw mijn verdriet. Omdat uw verdriet niet zoo erg is Denkt U dat Ieder heeft het zijne, dat verzeker ik U, en ieder vindt het zijne erg. Nu eens minder, dan weer meer. De gouden dag straalde verder op den rech- termuur. Henriette zweeg een oogenblik en keek naar dien zonneschijn, en zocht iets beters om te zeggen. Zij hernam zonder van houding te Voorts gaat onze belangstelling uit naar dat deel van onze weermacht, dat steeds aan beteekenis wintde Marine-Luchtvaart- Dienst. Daarvan zullen te zien zijn twee dio rama's, een opvouwbare reddingsboot, die voor veiligheids doeleinden op alle groote Marinevliegtuigen wordt medegenomen, een voorstelling van een groot bombardements vliegtuig, modellen van vliegtuigen. Ook de Onderzeedienst komt met een at tractieve expositie de complete toren van de „O 4", periscopen, een moderne mitrailleur, een onderzeebootmijn, typen van torpedo's en reddingsmiddelen. Kleur verleenen hier de demonstraties met verschillende soorten dui kerpakken, vesten en reddingvesten in een daartoe speciaal opgestelde duiktank. De Luchtbeschermingsdienst zal van zich doen spreken met het keurige overzicht van de aanvalsmiddelen, waarover het Luchtwa- pen beschikt, van de werking van den mili tairen luchtwachtdienst en van den civielen luchtbeschermingsdienst, van de wijze waar op en de middelen waarmede de burgerbe volking zich tegen het luchtgevaar kan be schermen, enz. Ten aanzien van de Visscherij werd reeds melding gemaakt over het miniatuurstrand en de miniatuurzee, waarin garnalen zullen rondzwemmen en waarop een miniatuurvis- schersboot „jacht" zal maken. Met behulp van een stel diapositieven zal men de ontwik keling kunnen zien van de vrijkomende larve tot de garnaal. Voorts foto's en grafiken. Welwillende medewerking wordt ook ver leend door de Ned. Vereeniging „Het Roode Kruis", welke zal laten zien hoe het modern ziekenvervoer in spoorwegcoupés, autobussen, vrachtauto's, etc. geschiedt. Van de moderne Roode Kruis-attributen zal men op de „Re mavi" de aankoppelbare raderbaar aan mo torfietsen kunnen zien, een moderne rader- baar, een slede- en een loopgraafbrancard, met verschillende waarvan de Roode Kruis mannen zullen demonstreeren. Het Scheepvaartkundig Instituut te Rotter dam kan op een tentoonstelling als de Remavi niet ontbreken en zoo zullen we er het aan treffen met bootmodellen (lichtschip „Terschei lingerbank", sloependek „Zeeland") een boot met glijspant, een reddingboot met hand kracht, een stoomharingbeugschip, een zeil- logger. Belangrijke data in de tentoonstellingsweek zijn 1 Juni. Opening der tentoonstelling door den Minister van Defensie. 4 Juni. Plechtige onthulling borstbeeld van Prins Hendrik en van het Reddingsmonument. 5 Juni. Groote luchtvaartdag. Demonstraties autogiro, zweefvluchten, K.L.M.-rondvluch- ten. 6 Juni. Vaardag op het Marsdiep met Ma rineschepen, botters, loggers, loodsbooten enz, Den Helder maakt zich op voor een groote gebeurtenis. AUTOBUS DEN HELDER ROTTERDAM. Voor de commissie voor hèt vervoer uit Ged. Staten van Noord-Holland is Dinsdag te Haarlem behandeld de aanvraag van Gebr. Koningsbruggen, te Den Helder, om vergun ning voor een autobusdienst van Den Helder over Alkmaar, Haarlem, Den Haag naar Rot terdam. De heer Kraak Steeman bracht bezwaren tegen deze aanvraag in namens den vergun ninghouder van den busdienst Alkmaar Den Helder, die schade door de nieuwe ver gunning zou lijden. Mr. Van Leeuwen, optredenden namens de aanvragers, zei dat de dienst Den Helder Rotterdam van groot belang was voor Den Helder. De exploitant heeft een proef geno men met een wilden dienst en er groot succes mee gehad. De beslissing van Ged. Staten volgt later. HET ZELDZAME HUWELIJKSFEEST. Geheel Winkel leefde mede met 't echtpaar T. PluisterBoots, dat Zaterdag zijn 73-jarig i huwelijksfeest vierde. In het tehuis voor ouden van dagen waar beiden voor eigen rekening in een afzonder lijk appartement verpleegd worden, was het feest. Er heerschte een gezellige drukte en velen kwamen de oude menschen complimen teeren. Ook het voltallige college van B. en W. en de gemeente-secretaris gaven blijk van hun ne belangstelling. De 95-jarige heer Pluister demonstreerde de gaafheid van zijn geheugen door een en ander uit zijn tijd te vertellen toen de kaas- prijzen eveneens f 12 bedroegen, maar toen goed konden worden genoemd. De tegenwoor dige levenswijze der menschen kon hij ech ter niet begrijpen. Vroeger wist men niet be ter of men leefde om te werken en alleen met kermis ging men uit, maar dan nam men het er ook van. De overige dagen was het werken, op tijd naar bed en weer werken. Zoo kwam men vooruit. Dat men hier met een zeer sterk geslacht te doen heeft, blijkt wel uit het feit dat de jongste broer de afgeloopen week zijn 60-ja- rig huwelijksfeest vierde, terwijl de heer Pluister zonen heeft die hun 5-jarig huwelijksfeest al achter den rug hebben. veranderen Gij hebt dus wel veel geleden, jufrouw Marie Heel veel. Het is moeilijk om in een of ander vak te beginnen, niet waar Leeft uw moeder nog Ja. Hebt gij haar in Parijs achtergelaten Waarom zijt gij alleen vertrokken Had zij U gezegd, dat gij hier werk zoudt vinden O, neen Wie dan Niemand, ik dacht het maar. Marie aarzelde, om verder te gaan. Maar toen zij zag, dat de blonde modiste van me vrouw Clémence, naar den muur bleef sta ren en er uitzag als een teedere oudste zus ter, wie men niets kan wijsmaken, durfde Marie spreken. Haar tot nu toe ingehouden stem sprak nu voluit. Zij klonk als muziek door de kamer, die diepe hartstochtelijke stem met een klank als van koper er in Ik begrijp heel goed, dat U graag alles weten wilt. Het spreekt vanzelf, dat gij weten moet, waar een meisje, dat gij een plaats bezorgd hebt, vandaan komt.Ik zal het U zeggen. Mijn moeder is conciërge, niet in een deftige buurt maar in Clignancourt. Zij heeft zich nooit met mij bemoeid, omdat zij geen tijd had. Zij werkt in de huishoudens tot vijf uur. Wij zagen elkaar alleen als wij gingen slapen. O U moet niet denken, dat zij slecht is, o, neen Ik mocht bijna alles houden, wat ik verdiende. En dat is aardig van een moeder, is 't niet Ik kon me daar bijna van kleeden en ook eten. Kijk, deze ja pon en mantel, heb ik voor mijn spaarpen ningen gekocht, in het laatste voorjaar. Zij had enkel hekel aan mij, omdat ik niet vlug ben met het werk, en zij zelf is zoo handig, zoo levendig. Ge deedt Ellende-werk, juffrouw, wat die meisjes doen, die geen vak geleerd hebben. Ik heb werkvesten genaaid voor twintig cents, en op OP DE HARINGVANGST IN DE WADDENZEE. Rrrt,.... de wekker ratelde vervaar lijk. Mies werd met een schrik wakker en ze keek met knipperende slaperige oogen hoe laat het was 3 uur,., hoe kreeg- zo 't in haar hoofd, om de wekker zoo vroeg te zetten, wat moest ze ook weer O, ja, ze ging vissen. Gauw sprong ze uit haar bed, kleedde zich vlug aan en liep zacht, om haar ouders niet wakker te maken naar be neden. Hè, 't was toch wel een beetje en]g in zoo'n donker huis. Ziezo, gauw haar regenjas aan en de deur los gemaakt. Ze stapte de stille straat op 't Wlas nog pikdonker, de sterren stonden als, stille wachters aan de he mel en. haar voetstappen klonken hard op de stenen. Ze ging naar haar grote neef toe, want die kende de visser, met wien ze meemochten. Haar nicht had al een kopje thee voor haar inge schonken. Hè, dat deed je goed, zo heerlijk warm. Ze kreeg nog een paar boterhammen mee voor onderweg en weg tuften ze in de auto. Heerlijk, wat was 't mooi buiten, zo 's-morgens. vroeg! Toen zij bij de haven kwamen, zagen ze eerst de sleepboot niet, waarmee ze zouden gaan. Mies schrok er van ver beeld je, dat hij al weg was. Maar 't kon haast niet, want 't was precies halfvier en dan zouden ze varen gaan. Maar de boot lag een eindje verder eu de schipper riep al „goeden morgen". Mies vond hem al direct énig, zo don ker en knap. Er waren nog 3 mannen aan boord. Toen Mies, haar nicht en haar neef op 't dek waren gingen ze meteen weg. Mies bleef lekker buiten, op 't dek, waar de zeewind door je ha ren dartelde. Ze gingen met drie bo ten tegelijk, twee motorboten en een stoomboot, waarop zij waren, 't Waren eigenlijk sleepboten, maar in deze tij den van nood was er geen werk en dus beproefden ze hun geluk maar op de haringvangst 't was heel moeie- lijk om tegenwoordig op een behoorlij ke manier aan de kost te komen. En elk had Ik een halve dag werk, manshemden, waar men twaalf en een halve cent voor be taalde, als ik zelf voor het garen zorgde, ik heb kralengalon gemaakt, voor drie stuivers de twee meter. Ik heb er mijn oogen mee in gespannen en meest altijd voorover zitten. Toen ben ik er in geslaagd door aanbeveling, dat begrijpt U, om als mannequin geplaatst te worden bij Noblet. Dat ging beter. En toen werd moeder ziek in het begin van den win ter, wij moesten schulden maken, groote schuldenDe stem daalde meer en meer en werd hard - Toen zij weer beter was, wisten* wij niet, hoe onze schulden te betalen. Toen heeft zij tegen mij gezegd, dat ik oud genoeg was, om zelf mijn brood te verdienen en dat ik niet meer bij haar kon blijven wonen. Men moet toch leven, niet waar Enneen, kom, laat ik daar niet verder over spreken. Ik kon niet meer thuis blijven, dat is alles. En toen ben ik heengegaan. Henriette verroerde zich niet. Zij kende deze geschiedenis. Zij had haar reeds meer malen in haar omgeving gezien en betreurd. Voor haar doemde de straat op en de alge- heele verlatenheid. Haar oogen, die uit het raam keken, trokken samen, als zagen zij een droevig tooneel. Toen gingen zij wijd open en werden heel zacht, zij zochten het arme meisje, dat reeds gevoelde, dat men haar liefhad. Hebt U vandaag niets te doen, juffrouw Marie - Neen, juffrouw. - Dan moet U met mij meegaan. Ik ga naar de Loutrels, vrienden uit mijn jeugd, visschers op de Loire. Ik zal hun zeggen, dat gij ook op het atelier van mevrouw Clémen ce zijt. Dat is een aanbeveling. Het zijn zulke goede menschen. Hebt gij er zin in Marie vergeleek in stilte haar zwarte ver kreukelde mantel, haar hoed van verleden jaar, die op een oud nest geleek, met de aar dige hoed met de twee witte vlerken en de frissche, grijze, fijne japon van Henriette, fin, 't zal wel weer eens beter worden. Ze voeren de haven uit. Hè, wat was dat prachtig. De dageraad begon al een beetje te komen. De botters voeren ook uit, naar hun kaniers. (Groote vierkante haringnet ten.) 't Was een prachtig gezicht, die kleine schepen met hun grote bruine zeilen en de wapperende vlaggetjes. De boten stoomden een eind zee-in, een boot voorop en daarachter de bei de anderen. Eindelijk waren ze ver genoeg De lidhtjes van de haven wa ren al lang verdwenen, de zon kwam op als een grote rode bal. De hemel was prachtig blauw en het water glin sterde tot aan den gezichteinder. Mies genoot en ze haalde telkens diep adem, de zeelucht was heerlijk. Nu werden de netten uitgeworpen. De schepen lagen precies op één lijn naast elkaar. Mies zag die zeemanskunst met verba- zng aan, want „de zee klotst voort in eindeloze deining." Toen ze op goeden afstand van elkaar lagen en de net ten in zee waren geworpen, werden loden neergelaten om de netten in de diepte te houden. Daarna voeren ze weer verder, 't Ging nu veel langzamer, want 't waren grote zware netten, die voortgesleept moesten worden. Ze gingen dicht langs de kant en ze za gen de kamervissers met hun botters in volle actie. De zon was nu helemaal op en 't was of een lovertjeskleed over de zee was uitgespreid, zo glinsterde en schitterde 't water. Na een bepaalde tijd gaf de schipper een „teken", dat de netten moesten worden „gehaald." Toen werd 't pas echt De mannen trokken allen hun oliegoed aan en er was een Volen dammer aan boord, die heel gewichtig zijn pruim 'van links naar rechts ver schoof en de andere mensen ging waar schuwen. 't Wlas zo 'n enig type, die Volendamjner, met z'n Zuidwester en z'n wijde broek en z'n bruin gerimpeld gezicht. Toen begon 't halen. Mies zag de glinsterende vis al spartelen. Wat 'n prachtige kleuren had zo'n haring; als de zon er op scheen, groen en rood en zilverachtig. De Volendammer haalde ze met een groot schepnet naar boven en gooide ze in een daarvoor af gesloten ruimte. Wat 'n bende haring en nu was 't nog niet eens zo 'n heel goeie vangst. De vis gleed langs en over elkaar in de ruimte en er kwam steeds meer bij. Eindelijk was 't net leeg. Bah, 't was toch wel erg zielig. Mies had een gevoel, of de haringen haar verwijtend aankeken. Toen de netten opnieuw in zee waren gelaten voeren ze weer verder en Mies ging nu toch maar naar haar familie en de schipper in de stuurkast. 't Weer werd slechter en de golven lioger. Mies vond 't wel enig, want dan had ze alles tenminste meegemaakt. De vis., die nog zo spartel de in 't net, lag nu al doodstil. De net ten werden nu niet meer opgehaald, want ze zouden zo naar de haven te rugvaren. Mies stond verbaasd over de handigheid, waarmee die grote on handige netten in zee gelaten en weer opgehaald werden. De mannen sloegen nu met hun armen over elkaar om hun koude handen een beetje te ver warmen. 't Rege,nde hard en de raam- Het is alleen, dat ik niet gaan kan, zoo- s ik er uit zie. Een vroolijke lach antwoordde haar. De zonnestralen hadden den vloer bereikt. O zijt gij zoo coquette Houdt dat U terug Wacht maar eens even Henriette was gauw in de zijkamer gegaan. Zij kwam terug met een kanten das over haar arm, een zwarte veer en een klein man teltje van beige laken met bruin geappli- queerd. Toen maakte Henriette lieftallig met haar fijne vingers, die nooit mistastten, de mantel van Marie los, wierp haar het manteltje om, deed de das om haar hals, waarvan zij de strikken als twee vlindervleugels uithaalde, boog met twee, drie grepen, zonder dat zij er bij scheen te denken, de randen van de oude hoed recht, die zich haar ouden vorm weer scheen te herinneren, stak met een speld de zwarte veer vast in het midden van een oude strik, als een aigrette en zeide, terwijl zij een paar stappen achteruit ging om haar werk te bekijken Keurig Het gelaat van Marie klaarde op. In haar werd het jonge meisje weer wakker. Zij streek strelend over het laken, dat in ruime plooien over haar borst viel, haar gefronsde wenk brauwen ontspanden zich, en de zwarte oog haren teekenden twee sombere bogen om haar oogen, de* sterke roode lippen sloten zich beslist op elkaar. Nu wil ik wel meegaan, zeide zij. Zij gingen naar beneden. De deur viel ach ter haar dicht en zij mengden zich tusschen de half boersche, half steedssche menigte, die de kaden vulde. VI. Zij gingen naast elkaar, met gelijken pas, de eene groot en blond, de andere bruin en iets kleiner. Het hoofd opgeheven, spraken zij met korte zinnetjes zonder gebaren. Men zou gezegd hebben, dat het twee zusters waren, Op Fok- en Vermeer- deringsbedrijven waar géén kunstverlichling mag worden toegepast kan Bertels' Kunstkorrel in géén geval gemist worden. Beftels' Kunstkorrel voorkomt het ontijdig in den rui vallen van Uw jonge hennen en be vordert den winterleg. Bestelt bij Uw plaatselijken handelaar of coöperatie. Oliefabrieken N.V. - Amsterdam pjes waren bijna ondoorzichtig gewor den door de druppels. Tenslotte kregen ze de haven weer in 't zicht, 't Leek al lemaal zo kort, als je er naar keek, maar de afstand was toch nog tame lijk groot. Eindelijk voeren ze de ha ven weer binnen. De netten sleepten nu gedeeltelijk door 't water en de touwen waarmee de boten aan elkaar hadden vastgezeten waren nu weer los. De boot waarop Mies was, voer 't eerst binnen en ze sprongen vlug aan wal Even moesten ze de sdhipper nog be danken en de Volendajnmer keek nog eens naar de juffertjes (die zo vroeg waren opgestaan, alleen maar om te vissen en dan ging hij weer verder met zijn Zuidwester onder de glinsterende visschubben. Op de haven stonden ai een heleboel kisten met vis en men was bezig steeds nog maar meer kisten te vullen piet haring. Mies was blij, dat ze dat nu ook eens had meegemaakt en ze bewonderde de mensen, die elke morgen maar weer voor dag en dauw opstaan om hun brood op zee te verdienen. Tr. BINNENLANDSCH NIEUWS. TIENDUIZEND GULDEN VOOR OLIEBOLLEN. De verkoop van oliebollen, welke Dinsdag ten bate van het Haagsche Crisiscomité werd gehouden, heeft ruim f 10.000 opgebracht. KONINGSKINDEREN KOMEN NEDERLANSCH LEEREN. De koning en de koningin van België wen- schen, dat hun kinderen, prinses Charlotte en kroonprins Boudewijn, de Nederlandsche taal volkomen zullen leeren beheerschen. Zij hadden daarom besloten, dat hun kinderen eenigen tijd in Nederland verblijf zouden houden. De burgemeester v. d. Mortel, die gehuwd is met freule Michiels van Kessenich, had relaties in de kringen van het Belgische Hof en op deze wijze kwam koning Leopold met hem in contact. Thans is vastgesteld, dat de beide Belgische koningskinderen, dezen zomer bij burgemees ter v. d. Mortel op Noordwijk zullen logeeren. De burgemeester heeft zelf twee kinderen van ongeveer denzelfden leeftijd als prinses Charlotte en prins Boudewijn. Koning Leopold en koningin Astrid hebben thans persoonlijk de schoonheid der omgeving kunnen bewonderen, waar hun kinderen de zen zomer zullen vertoeven. Bloemkool uit de kassen. Hoewel het weer remmend werkt op die gewoon waren samen te wandelen en die bedaard en kalm weten waar zij heengaan, tusschen al dat flaneerende volk. De trams vol burgerluidjes, die naar buiten gingen, volgden elkaar op, men zag hengelstokken er boven uitstekende waschschuitjes waren nu echter leeg en wiegden zachtjes op en neer op de ladders en ra's der groote sche pen, die langs de kaden lagen, hingen de hemden en broeken der bemanning in den wind te drogen. Het was Zondag. Henriette en Marie liepen langs het hek van de spoor lijn, in het midden der kaden van Nantes tusschen de rivier en de eindelooze reeks matrozenkroegjes, zeil- en touwwinkels, en de op gelijken afstand geplaatste cargadoors huisjes, met het gezicht op de Loire. Wat is het water geel, juffrouw Henriette, en wat stroomt het snel Het is bepaald aan het wassen. Als daar maar geen gras mee verloren gaat Is men dan al aan het maaien Ja zeker, en ik denk dat men om het wassen zelfs vandaag maaien zal, als het water de weiden bedreigt. Zij gingen het station de la Bourse voorbij. Henriette had reeds meermalen vriendinnen, die evenals zij, vandaag uit de mode- of naai-ateliers ontsnapt waren, gegroet. Een harer liep gearmd met een jongmensch. Zij lachten vroolijk, omdat zij elkaar liefhadden. Het was een nog jonge liefde. Zij gingen de brug over. Marie volgde hen lang, met haar sombere vurige oogen. Toen zij aan het einde der kade du Bouffay gekomen waren, woeien haar hoeden bijna af. - Hoe heerlijk, om zoo in den wind te loo- pen zeide Henriette. Dat mis ik de heele week op het atelier ten minste voel ik hem nooit, het is zoo hoog bij ons Daar zou geen veer in krul blijven. Marie, die een speld in haar dik haar dat altijd los ging, terugstak antwoordde - Ik vind het zoo vervelend het maakt je haar in de war. (Wordt vervolgd.);

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Wieringer courant | 1935 | | pagina 1