TWEEDE BLAD. VRIJDAG se JULI 1935. NIEUWS- WIE ADVERTENTIEBLAD VOOR EN EN OMSTREKEN No. 59 WIERINGER COURANT GEMEENTE ZIJPE. ZIJPE- EN HAZEPOLDER. Vergadering van het College van Dijkgraaf, Heemraden en Hoofd-inge- landen, van het Whterschap Zijpe en Hazepolder, gehoudèn pp Woensdag 24 Juli 1935, des morgens ÏO'uui". Tegenwoordig alle leden (1 vacature) De Dijkgraaf opent de vergadering en heet allen hartelijk welkom, in het bijzonder de heer W. Bos, welke voor de eerste maal» als Hoofd-ingeland, de vergadering bijwoont. De Dijkgraaf zegt den heer Bos reeds lang te ken nen als Molenmeester, in welke func tie hij steeds de belangen der betrok ken polder-afdeeling op uitstekende wijze had behartigd. Spr. hoopt en ver trouwt dat de heer Bos op dezelfde wijze als Molenmeester, nu als Hoofd ingeland zijn beste krachten in liet be lang van den polder zal geven. Vervolgens volgde goedkeuring der notulen van de vergadering van 16 Apr. De heer Dignum trekt no. 1, zoodat bij hem de omvragen zullen aanvangen De Dijkgraaf deelt mede dat inzake het ontwerp gewijzigd Bijzonder Reg lement, een bezwaarschrift aan Ged. Staten is gezonden, welk bezwaar schrift is geteekend door 126 ingelan den en ook door het bestuur van den polder. Een verzoek is gedaan aan Ged. Staten om vergoeding voor vernieling, van den weg langs de Groote Sloot, door aanleg van het Kanaal. Volgt mededeeling van gunning van het jaarlijks onderhoud van de polder eigendommen (reeds in een bericht door ons medegedeeld.) De Dijkgraaf zegt dat pogingen zijn gedaan tot verlaging der stroomtarie- ven voor de electrische bemalingen. De Bond van Waterschappen steunt deze actie en heeft ook op verlaging aangedrongen. De koopacte betreffende de tramop ritten zijn gepasseerd, zoodat deze we derom eigendom van den polder zijn. De Dijkgraaf zegt dat in de vorige vergadering in comité is besloten om den Opzichter f 400 vergoeding te ge ven voor het gebruik van zijn auto. Dit besluit is met meerderheid van stemmen genomen, maar had in open bare vergadering moeten geschieden. Er zal nu geen discussie meer over gevoerd worden, maar de Dijkgraaf merkt op dat wel niemand tegen dit besluit zal zijn. Geen der aanwezigen verhief zijn stem hiertegen, zoodat dit besluit werd goedgekeurd. Verder deelde de Dijkgraaf mede, dat in de vorige vergadering bij de be handeling der begrooting. de heer Smit de vraag stelde naar de hooge ont vangst van pl.m. f 1000-- bij ontvangst- post no. 6. Spr. kon toen hierop niet DE WRAAK. De voorstellingen van den ouden ka rakterspeler mr. Williams willen den laatsten tijd geen succes meer worden. Dat ligt stellig niet aan mr. Williams, want zijn imitaties van Wellington, Napoleon, Bismarck en Jack te Ripper zijn meesterlijk in hun soort. Het ligt in de eerste plaats aan den verander den tijdgeest. Ook het wassenbeelden- eabinet en het beestenspel maken slechte zaken. Het publiek, vooral het jongere geslacht, wil dat niet meer. Alles trekt naar de bioscopen, waar voor de machtige Amerikaansche film maatschappijen bovendien een geweldi ge reclame-campagne voeren. Voort durend meer wordt mr. Williams, die de laatsts jaren door de vele tegen slagen een eenzelvig man is geworden, teruggedrongen uit de groote centra van vermaak. Ten einde raad trekt hij naar de nog wat ongeciviliseerde gebieden van de States en belandt tenslotte in het stad je L. in Colorado. Maar ook hier blijft hem het noodlot, dat zich eenmaal te gen hem gekeerd heeft, genadeloos achtervolgen. Er komen gemiddeld nauwelijks vijftig menschen per avond in zijn armoedige tent, waarvoor een groezelige bedelknaap de menschen aanroept en de toegangsplaatsen ver koopt. De prijs van zijn standplaats op plein, waar de cowboys uit den omtrek hun paarden verhandelen, is intus- schen lang niet mis. Telkens stelt mr. Williams het uit, om naar den vrederechter van het stadje, mr. W'heems te gaan voor ver mindering van het pachtgeld. Hij is trotsch. Voelt hij het bloed van de groo te mannen die hij uitbeeldt, in zijn aderen stroomen Is het niet jaren geleden gebeurd in zijn glorietijd, dat bij zijn tournée door Europa Prins Ru- precht van Beieren in hoogst eigen per soon hem tijdens de pauze in zijn loge- riep en hem complimenteerde met zijn meesterlijke uitbeelding van den groo- ten Duitschen staatsman Zelfs tij dens den overtocht moest hij met een direct antwoorden, omdat hij geen ge gevens had. Deze ontvangst zit in de betaalde gelden voor de afgraving grond, door de firma Daalder, geiden van aanmaningen en dergelijke. Als wederdienst voor deze toelichting zou de Dijkgraaf nu gaarne van den heer Smit vernemen wie de persoon is wel ke op de erfpachtlijst voorkomt en nog nooit heeft betaald. De heer Smit zegt dat dit feit hem is medegedeeld en hij het beter acht geen namen te noemen. De Dijkgraaf merkt op dat alles is nagegaan en men niets heeft kunnen vinden. In het belang van den polder zou spr. gaarne den naam weten van de bewuste persoon. En ook U, mijn- lieer Smit, is verplicht in het belang van den polder mede te werken. Wenscht U niet in openbare vergade ring den naam te noemen, dan zult U dat straks in comité wel willen doen, hoop ik. De heer Smit scheen o.i. hierin even wel niet veel idee te hebben. Volgt mededeeling dat op 17 April en 20 Juli kasopname is gedaan cn al les in orde is bevonden. v De Dijkgraaf deelt verder mede dat voor de geldleening van f 20.000--, noo- dig voor wegen teren, f 17500.-- van polderafdeeling D en I geleend kan worden. Van particulieren moet dan nog f 2500.— geleend worden. De rente is 4 pCt. terwijl de aflossing op 8 jaar wordt gesteld. In overleg met Molenmeesters van polder-afdeeling N. S. is vastgesteld, dat aldaar pl.m. 9 H.A. tot de bemalen landen behooren, wat voorheen niet bekend was. Het Dag. Bestuur heeft nu gemeend dat voor die 9 H.A. voor het eerste jaar halve lasten geheven dienen te worden. De heer Dignum verstrekt hierover inlichtingen en hieruit blijkt dat de eigenaar van bedoeld land geen nut heeft van de molen, noch voor i noch voor uitmaling. De Dijkgraaf zegt dat de betrokken eigenaar dan een verzoek om vrijstel ling moet indienen. Er kan dan een onderzoek worden ingesteld door een commissie. Ingekomen stukken. Ingekomen is de goedkeuring van Ged. Staten op de uitgifte in erfpacht van een gedeelte Molensloot aan den heer S. G. de Lange benevens de goed keuring voor het aangaan van een geldleening groot f 20.000.- Van de A.N.W.B. was een dankbe tuiging ingekomen voor de jaarlijks toegekende subsidie. Een schrijven was ingekomen van het Hoogheemraadschap Holl. Noor derkwartier, betreffende beharding van den Slikkerdijk, aansluitende op de Twee wegen te Wieringerwaard. De bedoeling is dat de polder geen schadevergoeding gaat vragen voor het grasgewas aldaar. paar hooge Fransche officieren drin ken en hun uitbundigen lof oogsten vanwege zijn schitterende Bonaparta creatie. Tenslotte moest mr. Williams toch gaan, of hij wil of niet. Hij is niet eens meer in staat, zijn hotelrekening te be talen, maar mr. Wheems, de sheriff, 'n groote, ruwe, roodharige kerel met lis tig loerende oogjes is onvermurwbaar. - Contract is contract, zegt hij, doe lende op het vodje, dat hij geschreven heeft en slaat ter bekrachtiging met zijn steenen vuist op de tafel. Als mr. Williams hem bezweert dat dit ongewijzigd, zijn ondergang beteè- kent, begint de kerel hatelijk te lachen en zegt minachtend - Stellig zijn er beteren naar den kelder gegaan. Bovendien, je bent toch uit eigen vrijen wil hier gekomen Dat de lui hier hun kostbare geld niet voor de grimassen van een kermis klant over hebben kan ik ook niet hel pen. Onbeweeglijk staat mr. Williams voor de tafel van den sheriff, zonder wat terug te zeggen. - Als hij hier op mijn plaats zat, vervolgt deze, naar het strenge man- nengezicht wijzend, dat tegenover hem aan den muur hangt (het portret van den gouverneur), zou hij zoo een zwer ver, als jij bent, die den menschen al leen maai' overlast aandoet, hier niet eens hebben toegelaten. Mr. Williams, oud en vervallen met een diepe, bittere plooi bij den mond, als een bedelaar gehuld in zijn wijde, versleten jas, rijst bij deze woorden als door een zweepslag getroffen, tot een ongenaakbare fierheid Nelson in zijn laatste levensjaren. Diep beleedigd ver laat hij het vertrek. Hij heeft een doo- delijken haat opgevat tegen dezen ke rel, waarin hij de brute, meedoogen- looze macht van een wisselend lot als belichaamd ziet. Maar hij zal zich wreken. Reeds eenige dagen latei* wordt mr. Williams in rechten aangesproken. De sheriff, die den kerel, van wien toch niets meer te plukken viel, liefst zoo spoedig mogelijk kwijt wilde, heeft de De Dijkgraaf ^zegt dat met deze be harding een flbyke verbetering wordt verkregen, waarteg)'^ de schade aan het grasgewas heel miniem is en men hierover dus niet zal spreken. Ingekomen is een schrijven van de vereeniging van Noord-Holl. Water schappen, betreffende het uitvoeren van werk in werkverschaffing, waar voor daji subsidie zou kunnen worden verstrekt. De secretaris leest het inge komen schrijven in zijn geheel voor. De bedoeling is dat werken vervroegd zouden kunnen worden uitgevoerd, b.v. het uitdiepen van slooten, stofvrij maken van wegen, of iets dergelijks. De Dijkgraaf zegt dat steun kan wor den verkregen als een Waterschap dit moeilijk kan betalen. Voor ons Water schap heeft bedoeld schrijven niet veel beteekenis, zegt Spr. In de eerste plaats is de financieele toestand gun stig en in de tweede plaats zijn bijna alle wegen stofvrij gemaakt en de sloo ten uitgebaggerd. De heer Komen noemt de Groote Sloot, nabij Oudesluis, hierin zitten verschillende plekken, welke uitgebag gerd kunnen worden. De scheepvaart ondervindt hier nog al eens last van. De Dijkgraaf zegt dat voor dit werk geen subsidie wordt gegeven. Dit is gewoon onderhoudswerk. De heer Dignum noemt de wegen welke nog niet geteerd zijn. Alle we gen welke niet geteerd worden, worden in de toekomst onbegaanbaar. De heer Bruin vraagt aan den Op zichter hoe ver hij is gevorderd met het teren der wegen. Wij kunnen dit werk niet laten uitvoeren in een te ver gevorderd seizoen. De Opzichter zegt dat b.v. met 5 we ken de wegen, welke voor dit jaar op het programma staan om te teren, klaar zullen zijn. Ingekomen is een schrijven van Ged. Staten, met de mededeeling dat geen bezwaar bestaat omtrent het afgraven van nollen tusschen St. Maartensbrug en Stolpen. Nog is van Ged. Staten een schrijven ingekomen om reeds gepensionneerde Waterschaps-ambtenaren, niet weder in een betrekking te benoemen. De heer Bruin zegt dat het voor onze polder een 3-tal water-molenaars zijn, welke gepensionneerd zijn. Zij zullen dus hun ontslag moeten vragen. Ingekomen is een schrijven, getee kend door C. de Maijer en B. Kistema- ker, namens een 6-tal arbeiders, met verzoek om de in uitzicht gestelde ver goeding uit te betalen. De Dijkgraaf zegt dat het hier betreft uitgevoerd slootwerk. Een Molenmees ter is bij Spr. gekomen met de mede deeling dat de arbeiders, door hen in De bovengenoemde vergoeding van den polder werkzaam te kunnen zijn f 1.50 wenschten Molenmeesters even-'en belooft hiervoor zijn beste krachten slootwerk geplaatst tegen f 0.25 per uur, hun tijd verbeuzelden en geen goed werk leverden. Hun was f 1.50 extra per week toegezegd, als zij het werk naar behooren uitvoerden. zaak nog aanmerkelijk verhaast. Zijn tent, het weinige onooglijke meubilair waarmee hij zooveel jaren zijn brood verdiende, worden in beslag genomen. Alleen een koffer met enkele kleeding- stukken, waaronder een zwarte rok en wat grimeermiddelen, weet mr. Willi ams te redden. Den volgenden morgen, als mr. Wheems voor zijn huis een pijp zit te rooken, komt er een magere man voor bij. Een jongen in lompen, volgt hem met de weinige bagage. Het is mr. Wil- iams en zijn knechtje. Napoleon op weg naar St. Helena. zegt de vrederechter smalend tot den ouden farmer, met wien hij een kaar tje legt, en begint onbedaarlijk te lachen. Mr. Williams, die het wel moet hoo- ren vervolgt zijn weg naar het houten hulpstation, zonder zich een enkelen keer om te draaien. Alleen in zijn don kere diepliggende oogen fonkelt, een vreemde, onheilspellende gloed. Eenigen tijd later wordt te L. voor de nagelaten betrekkingen van eenige wegwerkers, slachtoffers van een on tijdige dynamiet-explosie in het nabu rige dal, een groot weldadigheidsfeest georganiseerd. Op den bewusten avond is de groote zaal van City-Bar geheel gevuld. Na de openingsplechtigheid, die, zooals gebruikelijk, de vrederechter leidt, zal het buffet worden opengesteld en kun nen de schietwedstrijden, een graag be oefend spel in dit oord, beginnen. Precies op den aangegeven tijd komt mr. Wheems, zich van zijn belangrijk heid maar al te zeer bewust, binnen stappen. Alleen enkele rijke farmers verwaardigt hij in het voorbijgaan met een groet. De rest is lucht voor hem. Als gewezen goudzoeker geldt voor hem ook nu nog het recht van den sterke. Hier, in het afgelegen stadje, temidden van een ruw volkje, voorna melijk bestaande uit herders, cowboys, goudzoekers en farmers, voelt hij zich onbeperkt meester, al is hij er zich van bewust, dat eenige bewoners zijn bedrog bij de rechtspraak en andere schurkerijen hebben doorzien. wel niet uit te betalen, gezien het werk, wat niet goed werd uitgevoerd. De Dijkgraaf heeft plaatselijk een on derzoek ingesteld en het laatste gedeel te werk is toen aanbesteed* tegen f 0.35 per M. Er is toen veel vlugger gewerkt en de kosten van dit laatste gedeelte leverde een enorm verschil op met het eerste gedeelte. Het Dag. Bestuur stelde de Molenmeesters in het gelijk om de beloofde f 1.50 extra per week, niet uit te betalen. Wij hebben de arbeiders toen gezegd dat zij in beroep konden gaan bij Hoofd-ingelanden, waaraan zij nu voldoen. De heer Van der Oord noemt het voor Hooi u-ingelanden hoogst moeie- lijk hierin een besm^Jne' te nemen. De Dijkgraaf zegt dat hei, advies van Molenmeester en Heemraden" voor Hoofd-ingelanden een richtsnoer kan zijn. De heer Bruin zegt dat hij nog pogin gen heeft gedaan dat Molenmeesters 'n bemiddelingsvoorstel aan de betrokken arbeiders deden, maar zij waren zoo slecht te spreken over het werk dezer arbeiders, dat zij dit niet wenschten te doen De Dijkgraaf deelde mede dat de ar beiders soms zeer laat op hun werk verschenen en b.v. gingen schaften van 9—10.30 uur. De Molenmeesters hadden evenwel dit werk direct moeten aanbe steden, dan had alles in orde geweest. De heer Dignum, zegt, dat gehoord de mededeelingen van 't Dag. Bestuur en het oordeel van Molenmeesters, Hoofd-ingelanden niets anders kunnen doen dan besluiten de arbeiders niet de f 1.5Ó extra per week uit te betalen. Tot stemming overgaande wordt met algemeene stemmen het verzoek van de arbeiders afgewezen. Hierna volgde onderzoek van de ge loofsbrieven van den heer R. Kooij, ge kozen tot Molenmeester van de polder- afdeeling O. N. De heeren Dignum, Van der Oord en Bos, worden aangewezen deze ge loofsbrieven na te zien. Bij monde van eerstgenoemde wordt verklaard dat alles in orde was bevonden en met al gemeene stemmen wordt de heer Kooij als Molenmeester benoemd verklaard. Vaststelling kohier. Verder volgt vaststelling van het ko hier van Omslag^ dienst 1935. Dit geeft aan een bedrag van f 80520..73, waarin is begrepen aan achterstallige omslag een bedrag van ruim f 7400.—, waarvan inmiddels f 3000.- is betaald. Het kohier wordt goedgekeurd en datums van betaling worden gesteld op 1 Sept. en 1. Januari as.. Rondvraag. Bij de rondvraag dankt de heer Bos den Dijkgraaf voor de vriendelijke woorden van welkom, bij den aanvang der vergadering tot hem gesproken. Spr. hoopt steeds in het belang van Nog deze week heeft hij een paar dendief, die op heeterdaad betrapt is bij het stelen van een merrie, tegen 'n belangrijken losprijs vrijgelaten. Eigen lijk was hij daarmee wel wat al te on voorzichtig geweest. Heel het stadje sprak erover, maar wat kan het hem schelen Hij heeft maling aan de lui. Alleen voor den grijzen, strengen gou verneur, mr. Slade, die hem eens op 'n inspectiereis het vuur aan de schenen had gelegd, koestert hij een diep ont zag, maar die zit immers ver weg. Met deze gedachte draait mr. Wheems bij de sprekerstafel gekomen, zich om en ziet door een haag van geestdriftige aanwezigen, mr. Slade in levenden lij ve binnenkomen. Mr. Wheems, die niet voor een klein geruchtje vervaard is, krijgt een schok. Wat heeft dat te beteekenen Een be zoek van den gouverneur zonder aan kondiging Zou hem iets ter oore ge komen zijn Maar hij heeft weinig tijd tot over denkingen. Mr. Slade komt in zijn zwar ten rok, onberispelijk en correct in zijn geheele houding, recht op hem af. Met geweld probeert mr. Wheems zich te herstellen. Hij neemt zijn hoed af en doet aarzelend een stap naar voren om zijn superieur te begroeten. De gouverneur neemt de toegestoken hand niet aan (al de aanwezigen mer ken dat duidelijk op) en gaat rakelings langs den sheriff heen naar de tafel, zonder hem zelfs een blik waardig te keuren. Mr. Wheems, voelt, dat hij verloren is. Mr. Slade moet alles wetenmis schien ook den moord op zijn makker, destijds door hem gepleegd bij de goud- wasscherij, die hem vervolgens als rijk ste man van de omgeving tot vrede rechter maakteOnrustig loeren z'n kleine oogen naar een gelegenheid om weg te komen. Slechts een vlucht in de bergen kan hem redden, maar het is al te laat links en rechts kijkt hij in hel brutaal grijnzende gezicht van een cowboy. Daar gaat de gouverneur spreken. Ik begrijp uw verwondering, mij zoo geheel onverwacht ïn uw midden te zullen geven Geen der andere heeren verlangt meer het woord en de Dijkgraaf sluit met een woord van dank voor de aan gename discussies, de vergadering en deelde mede nog een oogenblik in co mité te willen vergaderen. Officieel. Gemeenteraadsvergadering. De Burgemeester der Gemeente ZIJPE (N.-H.) maakt bekend, dat een Openbare Vergadering van den Raad Raad dier Gemeente is belegd tegen Dinsdag, den 30 Juli 1935, des voormid dags te 10 ure, (Nieuwe Tijd). ZIJPE, (N.-H.), 25 Juli 1935. De Burgemeester voornoemd, D. BREEBAART. Burgerlijke Stand. Van 19 t.m. 25 Juli 1935. Geboren Annigje, J.y. Roelof Kok en van Annigje Martens. Anna~Mf2?".H d.v. Nicolaas Gerardus Verduin en van Maria Dekker Immetje, d.v. Cornelis Klomp en van Immetje Bakker. Ondertrouwd en getrouwd Goene. Overleden Outjer Galis, oud 78 jr., echtgenoot van Impje Boots. Hoe afgesneden bloemen friscli te houden. Zeker zullen velen worden teleur gesteld door het spoedig verwelken van hun bloemen. Dit ligt niet altijd aan de behandeling, daar er niet zel den bloemen woorden aangeboden, die eigenlijk volkomen waardeloos zijn. Doch ook de behandeling is steeds van groot belang en stellig zullen tal van bloemen niet tot ontwikkeling komen tengevolge van een geheel verkeerde behandeling. Afgesneden bloemen dienen zooveel mogelijk in haar eigen sfeer te worden gehouden. Het water in vaas of anders zins behoort regelmatig te worden ver- verscht zonder toevoeging van zout of iets dergelijks. Met heel veel aplomb wordt soms verteld, dat een zoutop lossing heel goed is voor bloemen. Dit is echter geenszins waar, evenmin als het sprookje van heet water. De bloemen mogen vooral niet te veel in knop zijn. Zoo laten bijv. rozen knoppen snel het hoofd hangen. De knoppen zijn dan te vroeg gesneden en het kost veel moeite er ,,'t leven'' in te houden. Dergelijke knoppen moet men netjes bijeen leggen met de spit sen op gelijke hoogte. Dan wikkelt men ze in een stuk papier, dompelt dit onder water, totdat het papier ge heel van vocht is doortrokken en plaatst dan de bloemen diep in het water, zoodat zij er juist bovenuit ko men. Vóórdat de de stelen in het wa ter worden gezet, moeten zij echter iets worden ingekort. „Versch aan- te zien, zegt hij met een zachte, maar doordringende stem, maar mijn aan wezigheid is hier noodzakelijk. Er ge beuren hier dingen (bij deze woorden werpt hij een vernietigenden blik op den sheriff), die dat noodzakelijk ma ken in het belang van allen. Hierop begint mr. Slade een reeks van misdrijven op te sommen, waarin mr. Wheems door het heulen met de bandieten en door een corrupte recht spraak, een voorname of zijdelingsche rol heeft gespeeld. Ook de recente paar den-diefstal wordt niet vergeten. Het wordt een vernietigend requisitoir te gen den sheriff, zonder dat hij echter zijn naam noemt. Genoeg roept mr. Wheems, die helle-folteringen doorstaat, opeens doodsbleek uit, goed.... ik beken schuld.... maar waarom moet ik hier aan den schandpaal voor de heele stad Gij bekent.... dan is het goed, zegt mr. Slade en ziet hem triomfan telijk aan. Er breekt een luid applaus los. En kele aanwezigen beginnen te fluiten. Anderen spreken luid en opgewonden door elkander. Nooit hebben ze dezen man vertrouwd, bij wien het recht te zichtbaar met den dollar wordt afge wogen. Het regent verwenschingen aan het adres van mr. Wheems, die daar als versuft staat met hangend hoofd. Ik dank u, zegt mr. Slade even later nog. Dit zijn de laatste woorden, die hij spreekt. Door een beroerte getroffen, zakt hij achter de tafel ineen. De chirurg, die in allerijl gehaald wordt, kan slechts den dood const.a- teeren. Nog denzelfden dag blijkt, dat de overledene mr. Slade niet is. De werke lijke gouverneur, want de eerste is mr. Williams in zijn laatste, meesterlijke imitatie, komt het zonderlinge voorval ter oore en hij laat de zaak onder zoeken. Maar mr. Wheems is zijn straf niet ontgaan.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Wieringer courant | 1935 | | pagina 3