2fc JAARGANG DINSDAG 15 OCTOBER 1935 No. 82 NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR WIERINGEN EN OMSTREKEN MESALLIANCE. SPORT. WIER1NGER COURANT VERSCHIJNT ELKEN DINSDAG en VRIJDAG ABONNEMENTSPRIJS per 3 maanden 1.—. UITGEVER: CORN. J. BOSKER WIERINGEN BUREAU Hippolytushoef Wieringen Telef. Intercomm. No. 19. ADVERTENTIëN: Van 1 5 regels f 0.56 Iedere regel meer t 0.10 DE WINKELIERS TEGEN ZICHZELVEN BESCHERMD. Wat de wet op uitverkoopen en opruimingen in hoofdzaak beoogt. GEEN LANGERE UITVERKOOPEN DAN 3 MAANDEN. Uitverkoop of opruiming De wet maakt een duidelijk omlijnd verschil tusschen uitverkoop en opruiming. Voor een uitverkoop verleent de Kamer van Koophan del vergunning, wanneer er sprake is van het opheffen eener winkelnering of van het staken van den verkoop van een of meer soor ten goederen, tot een winkelnering behoo- renae. Een opruiming wordt toegestaan, indien het betreft een verkoop in verband met andere omstandigheden, welke zich ten aanzien van een winkelnering bij overdracht, verplaatsing, verbouwing of anderszins, kunnen voordoen en indien deze, naar het oordeel van de Ka mer, een opruiming wettigen. Weigering der vergunning. Wanneer naar het oordeel van de Kamer van Koophandel de omstandigheden, waaron der een uitverkoop of een opruiming mag worden aangekondigd, niet geacht kunnen worden te goeder trouw aanwezig te zijn, weigert zij de gevraagde vergunning. Ook kan de Kamer de vergunning voor het houden van een uitverkoop weigeren, indien gelijksoortige goederen, als waarop deze ver koop betrekking zal hebben, deel uitmaakten van een uitverkoop, door denzelfden aanvra ger in dezelfde gemeente gehouden binnen één jaar vóór de indiening van de jongste aanvrage. Duur van uitverkoop en opruiming. Een, onder de aanduiding „uitverkoop" "kan gekondigde verkoop, mag slechts worden ge houden gedurende ten hoogste 3 maan den na het, in de vergunning vermelde .tijd stip van aanvang van den verkoop. In bijzon dere gevallen kan de Kamer dezen termijn met hoogstens 3 maanden verlengen. Een opruiming mag slechts worden gehou den ten hoogste één maand na het in de vergunning vermelde tijdstip van den aan vang dier opruiming. De mogelijkheid van verlenging voor een opruiming wordt in de wet niet vermeld. Beroep. Van de beslissingen van de Kamer van Koophandel kan de aanvrager binnen 2 we ken na dagteekening der beslissing, in beroep komen bij den minister van Handel, Nijver heid en Scheepvaart, door indiening van een, met redenen omkleed beroepschrift. Nog is bepaald, dat verkoopen, welke ver band houden met jaars- of seizoenswisseling, uitsluitend gehouden mogen worden tusschen 1 Januari en 1 Februari en tusschen 15 Juli en 15 Augustus. Vooral op deze data zullen de betrokkenen goed acht moeten ge ven. Bij algemeenen maatregel van bestuur kan de Kroon aan een of meer groepen van win kelneringen een ander tijdvak aanwij zen, waarbinnen een uitverkoop of opruiming als hierboven bedoeld, mag worden gehouden. Straffen. Daar bij sommigen misverstand heerscht over de strafbepalingen in deze wet, zij er op gewezen, dat als misdrijf alléén wordt be schouwd het schenden van het ambtsgeheim door hen, die uit hoofde van hun ambt of beroep, bij de uitvoering van deze wet betrok ken zijn. Degenen die de wettelijke bepalin gen overtreden, maken zich schuldig aan een voudige overtreding en kunnen gestraft worden met hechtenis van ten hoogste 2 we ken of geldboete van ten hoogste f 500. Hiermede zijn de voornaamste bepalingen uit de nieuwe wet nader toegelicht. Overtreding of misdrijf Uitverkoop. Nu de wet op het uitverkoopen en oprui men in het winkelbedrijf heden Dinsdag in werking zal'treden, zullen tal van winkeliers gaarne e enige artikelen nader zien toegelicht, opdat zij nauwkeurig weten, waaraan zij zich in de toekomst hebben te houden. Zij dan vooropgesteld, dat de wet feiteliJTc beoogt de winkeliers tegen zich zeiven te beschermen, door n.1. paal en perk te stellen aan uitwassen op het gebied van opruimingen en uitverkoopen, en met name de déloyale concurrentie, voortspruitend uit ongemoti- veerde-lage verkoopprijzen, met krachtige hand wil tegengaan. De bona-fide winkeliers, die op de daarvoor gebruikelijke tijdstippen een opruiming wenschen te houden, behoeven niet bevreesd te zijn, dat de nieuwe wet zulks beletten zal, noch dat zij daarin belemmerd zullen worden, of dat zijdaarvoor ook maar éénige formaliteit zouden behoeven te vervullen. Wel bepaalt art. 1 der wet (als algemeen voorschrift), dat het verboden is, in het win kelbedrijf een verkoop aan te kondigen onder de aanduiding „uitverkoop" of „opruiming", zonder daartoe van de Kamer van Koophan del en Fabrieken, vergunning verkregen te hebben, maar daarop leert art. 2 al dadelijk, dat dit voorschrift niet van toepassing is op de aankondiging van verkoopen, in verband met jaars- of seizoen wisseling. Dat wil dus zeggen, dat de j aarlij ksche, halfjaarlijksche en andere seizoenopruimingen gehouden mo gen worden, zónder dat de Kamer van Koop handel daarin gemengd wordt. Echter dient degene, die een dergelijke opruiming wil aan kondigen, er rekening mede te houden, dat geen andere aanduiding gebezigd mag wor den, dan één der 5 volgende „jaarlijksche opruiming", „half-j aarlij ksche opruiming", „seizoenopruiming", „balansopruiming," „in ventarisopruiming." Mocht men den kooplust willen trachten te stimuleeren door bijvoegingen als „Dit is Uw laatste kans", of „Grijpt deze gelegenheid aan," dan is dat voortaan verboden. Voor alle andere opruimingen of uitverkoo pen, dient men een vergunning aan te vra gen bij de Kamer van Koophandel, en moet daarbij opgeven de reden van den verkoop, het tijdstip van aanvang van den verkoop, benevens de localiteit, waar de verkoop zal worden gehouden. Voorts moet bij de aan vrage een opgave worden overgelegd van de soort der goederen, welke in den verkoop be trokken zullen zijn. Van de Kamer van Koophandel ontvangt de winkeler dan een schriftelijk bewijs, dat gedurende één week na den dag van ontvangst daarvan, aan den ingang (of aan een der in gangen) van de localiteit, waar de verkoop zal worden gehouden, opgehangen is en blijft. Van buiten af moet van dit bewijs ge makkelijk kennis genomen kunnen worden. Indiening van bezwaren mogelijk. Het zichtbaar ophangen van de bovenbe doelde vergunning heeft o.a. ten doel, denge nen, die tegen de aangekondigde opruiming of tegen den uitverkoop gegronde bezwaren wenschen in te brengen, de gelegenheid te bieden, zulks bij de Kamer van Koophandel te doen, waartoe gedurende een termijn van 8 dagen nadat de vergunning is afgegeven, mogelijkheid bestaat. FEUILLETON. Roman door COR DE BLIJ. HOOFDSTUK VI. Arie Swievers had met misnoegen gehoord dat Marie in betrekking was gegaan, t Was een rare, die Arie. Zij die hem niet kenden slechts enkelen kenden hem werkelijk, dach ten, dat Arie bot, suffiig was. Zooals hij daar 's avonds zat, op de bank voor moeders huisje, lijzig trekkend aan de harmonica, geen glim lach, ernstig voorover gebukt, trekkend de liedekens eruit, melodieën, welke niemand kende, doch uit zijn ziel kwamen, totdat 't weer verstomde, Arie zitten bleef in gepeinsde houdingBot.Stroef. Dan kwamen ze weer, soms na diepen zucht, de bassen wel harmonisch volgend de melodie, doch geen vroolijk dansende muziek, geen bruisende spattende, geen fleemend zangerige, neen niets van dat al, 't drong klaaglijk, onwezen lijk. Zoo was ArieZelf onwezenlijk bang een gluur te openen van zijn hart, ge sloten. Hij had het op het dorp gehoord, al twee weken had ie Marie niet gesproken, ontloopen was ze hem. Tevoren hadden ze vaak samen gegaan, nooit was er 'n liefdewoord over z'n lippen gekomen, had hij haar hand gedrukt, haar getracht te kussen, zooals andere jon gens in 't dorp de meiden, al had 't in hem bruisend gewoed, de hartstocht welke 'm ver teerde schier. Daar had niemand wat mee te maken, niemand niet, zij niet, neen, zij 't al lerlaatstWant wat was hij. Doodgewone ktangmamaker. Moeder moest hij onderhou den, Vader was in 't gevang gestorven. Vroe ger, ja heel vroeger, was hij anders geweest, tot op den dag dat jongens het hem sarrend verklapten. „Jouw Vader,is 'n boef, die zit in de ka^t." „Gelogen" had ie ze terug- gebitst. „Vader is ziek, zit in een gesticht." Thuis had hij het zijn Moeder voorgeworpen „Is 't waar, zit Vader in 't gevang De aan val kwam te onverwachts.overrompelend, de door 't harde leven getrapte vrouw, had zij haar geheim dat ze als een broze vaas ver borgen, beschut had, bloot gegevenIn scherven gevallenverdoezeld in tranen, welke ze gedacht had verschreid te hebben, toen haar mann,, die geen misdadiger was, doch in dolle drift 'n eeuwig tergenden jacht opziener had doodgeschotenin boeien werd weggevoerd. Arie was toen een jongske geweestoog appel van den smachtenden man ergens voor de samenleving verborgenStervend in z'n laatste woning de cel, welke niet in de wo ning was geweest van zijn gestrande ziel Vanaf dien dag was Arie gesloten, vergren deld zijn innerlijk voor de spottende wereld. De wereld als een winkel met maskers bijtende, grijnzende, gezalfde, heilige schijnheiligede laatste het meestZelfs de dood rukt niet af, het mom waarmee de ziel zich tooide, of verborg, verdoezelend in nerlijk leven. Hoe zouden de menschen er uit zien, ontdaan van die bescherming. Haat afgunst hartstocht.waren de drie kleurschijnheiligheid de wimpelZeer zeker niet bij de slechtsten onzer. Slechts Marietje Verhoeven was z'n trouwe kameraadje gebleven. Later, veel later had Arie 't eerst beseft, hoe zij zijn leven ver- mooid had, als een Herfstige bloem in sombe ren neveltij d. En nu ontliep zij hemz'n harmonica had het uitgeweenddan dwaalde hij door de velden, stond bij de heb om „Duivecate" waar zij, achter een der vensters nu hem ver gatDe vuisten gebaldde lippen droog geperst. KLEINE VORDERINGEN. Een wetsontwerp, „houdende maat regelen tot vergemakkelijking, van on betwiste geldvorderingen" brengt een groote verbetering in ons executierecht aldus „De Tijd" (R.-K.) In het bijzonder de middenstand zal het met vreugde begroeten. Wanneer een schuldeischer, zoo schreef destijds het blad, een klein be drag heeft te innen en bij zijn debiteur stoot op een al dan niet gecamoufleer de weigering om te betalen, zonder dat zijn recht ook maar eenigsziis wordt bestreden, ziet hij zich reeds aanstonds voor het alternatief gesteld, de zware rol van eischer in een wekenlange rechtszaak te aanvaarden, of van zijn vordering eenvoudig afstand to doen. De laatste weg is vaak de goedkoop ste, vooral wanneer zijn tegenpartij zich een advocaat tot kosteloos proce- deeren heeft weten te verschaffen, wat bij de thans geldende practijk geen groote moeilijkheden meebrengt. Wil men zijn recht geldend maken, dan zal men den geheelen lijdensweg van ingebrekestelling, dagvaarding, proce dure en excutie hebben te doorloopen en te financieren. Griffierechten, zegelrechten, regi stratierechten, honoraria van procu reur en deurwaarder zullen, althans ten deele, vooruit betaald moeten wor den. En het bedrag, dat men, in het gunstigste geval, later als proceskos ten op zijn schuldeischer zal kunnen verhalen, is in den regel niet toerei kend om de onkosten te dekken De zaak komt hierop neer, dat de houder van een kleine vordering prac- tisch rechteloos is. Dat is een onduld bare toestand en heeft reeds geleid tot een zekere mate van eigen richting. Winkeliers-vereenigingen hebben in verschillende plaatsen reeds een „man met roode pet" in dienst genomen, om weigerachtige schuldenaars door het dreigen met schandaal tot betaling te dwingen. Ook hebben wij het geval ge had van een rechtskundig bureau, dat namaakvorderingen verstrekte, die niet zoo duur waren als de echte en den wanbetaler toch wel eens zoo aan het schrikken maakten, dat hij betaalde. Veel beter dan dit alles is een wette lijke regeling, zooals thans wordt voor gesteld. Een wanbetaler zal nu tenmin ste een reden moeten opgeven, waarom hij niet betaalt, anders wordt zonder proces een executoriale titel tegen hem afgegeven. Het is dus niet meer moge lijk, dat een schuldenaar eenvoudig niets meer van zich laat hooreti en af wacht of de winkelier zoo dom is om een proces te beginnen of niet. De toelichting wees reeds op het dubbele voordeel, dat deze maatregel meebrengt. Ten eerste worden veel nuttelooze rechtszaken vermeden en de griffies der Kantongerechten ontlast en ten tweede wordt aan veel ongerechtigheid in de maatschappij een eind gemaakt. Daar ging ze't tuinpad af't hek knierde. Hij volgde lummelend, dan met groote passen. „Gnavend Marie." „Hè Foei je laat me schrikken, wat doe jij hier, Arie." ,'k Wachtte op jouD'r uit was het. Woor den, welke hij terug dringen wilde berstten uit z'n verkropt gemoed. Zoo anders had hij haar eenmaal willen zeggenZijn geheele ziel wachtte toch op haar ,Op mij 'k Kan best alleen gaan Arie, en 'k ga alleen ook." „Dat zal je niet Nou ben 'k bij jeLang genogt hè je me ontloopen." „Je bent mal, Arie, waarom zou ik je ont loopen" dan huiverend voor z'n vreemden blik met een golf van meegevoel,Arie, doe niet zoo, 'k ga even naar huis, loop dan mee." „Je hoeft niet zoo bang te kijken, meid. Zeg me alleenwaarom ontloop je me", dan haar bruusk naar zich trekkend. „Marie, je weet immers waarom ik houd van je Je bent van mijn van mijn alleenig." „Laat me losGa weg. Schei uit, Arie.: Juist rukte ze zich los, daar werden ze in een heilig wit licht getooverdde auto van Jan van Beersherkendde demon achter 't stuurAh de kuische juffrouw heeft af spraakjesDe auto scheerde langs. „De jonge mijnheer." „En wat dan nog 't Moet nu maar wezen Marie. Wil je ,,'k Weet het niet, Arie, laat me gaan, 'k zie je later wel." Pijlsnel vlood ze.... in de ar men loopend van den surveilleerenden nieu wen veldwachter, haar broeder Jan. „Wat is dat meid. Waar mot dat heen daar stond Arie. „Arie Swieverswat beteekent dat, Ma rie „Och niks, Janzeg maar niks aan Va der en moeder, 'k ga maar terug, g'navond." Op een ren naar de keuken, niemand was ze tegengekomen'n Blik in 't spiegeltje neen zoo kon ze niet naar binnen. Ze wilde naar haar kamertjedenkenDat nu BINNENLANDSCH NIEUWS. Benzinebesparende uitvinding. Demonstratie te Amsterdam Te Amsterdam heeft de heer A. van Daal een demonstratie gegeven van een door hem uitgevonden apparaat^ waardoor een aanzienlijke besparing kan worden verkregen op het brand stofverbruik van benzine-motoien. De uitvinder heeft een taxi-bedrijf te Eindhoven. Hij verklaarde, reeds lan gen tijd de vinding op zijn taxi's te heb ben toegepast en daardoor een aanzien lijke besparing te hebben verkregen. Hij heeft zijn apparaat geconstrueerd met behulp van twee werktuigkundi gen, A. H. Brisko en zijn zoon fl. van Daal. Reeds elf maanden werkt het taxi-bedrijf Van Daal met het appa raat. De uitvinder vertelde, er reeds 14.000 Km. mee te hebben gereden, zon der één vette bougie. Het principe van de uitvinding be rust op een menging van benzine met ruwoiie. Het mengsel wordt, verwarmd door warmte van den motor. De verhou ding van benzine tot olie is gelijk, zoo dat door het prijsverschil van olie en benzine, een besparing kan worden verkregen, welke volgens proeven met een personen-auto, hierop neerkomt, dat men inplaats van 2 1/2 eent per Km. slechts 1 cent aan brandstof ver bruikt. De uitvinder heeft alle hoop op succes. Het apparaat is gemakkelijk op eiken benzine-motor aan te brengen. Op de uitvinding is octrooi aange vraagd. Voorts zal het oordeel van de K.N.A.C. en de A.N.W.B. worden inge wonnen. BU1TENLANDSCH NIEUWS. Wat waarzegsters voorspelien. Wegens de onzekere toekomst trek ken de waarzegsters, waaraan Abes- synië zoo rijk is, steeds meer clientèle. Haar voorspellingen zijn min of meer gunstig voor Abessynië. De meest be roemde onder haar zegt, dat de oorlog binnen zes maanden zal eindigen en wel op het oogenblik van het weer in vallen van het regenseizoen met. eea Abessijnsche overwinning. Allemaal een baard. De Weensche academie van aappers maakt voor de a.s. winter propaganda voor de snorren en bakkebaarden. Men heeft zelfs hoop, den vollen baard ingang te doen vinden, maar de kap pers zijn zoo verstandig, zelf te geloo- ven dat de mannen er niet toe zullen overgaan. Een Super-Adam. Een bakker in Nieuw-Zeeland had voortdurend hoofdpijn. Eindelijk trachtte men met Röntgenstralen ach ter de oorzaak te komen en ontdekte, dat deze Adamszoon niet als ieder an der mensch 12, doch 13 paar ribben had. Toen hem die overtollige ribben waren weggeopereerd, verdween ook juist de jonge Mijnheer haar zoo had moeten zien. Wat zou die wel denken. Neen, Arie most ze niet. Nou wist ze 'tZe wilde slapen." 'n Half uur had ze daar gestaan, gekal meerd tikte ze aan de kamer van de familie: „Mevrouw mag ik naar bed gaan, ik heb zoo'n hoofdpijn." „Zeker Marie. Heb je daar veel last van Slaap maar goed uit, dan ben je morgen weer frisch." Jan van Beers had achter de courant spot tend gekeken zonde, dat zoo'n kind met 'n boerenvlerk zou vrijen de deur sloot zich. „Pretentie" mompelde Mevrouw, „enfin, 't is in haar eigen tijd Een half uur later stond Jan, liciht bevend in 't donker boven aan de zoldertrap, 't Ver raderlijk gekraak angstvallig vermeden. Hoor de hij huilen Voorzichtig, sluip-luisterend omknelde hij de deurkrukdraaidegaf mee„St. Marie, wat is er kind Huil je Vertel 't mij maar „Wat doe je hierga wegGa weg. De maan school achter de wolken, in schaam te zich verdoezelendDroefde klok sloeg 12 in de hallspottend klonk het „koekoek".'t Was alom nacht't mot- terde buiten tranentranentranen.. Dof was Arie Swievers doorgeloopen, nage tuurd door den veldwachterzijn zuster Ariezoon van dien gevangenisboef. Wat most dat. Hij herinnerde zich die geheele ge schiedenis de verslagene was wel een gehaat mensch geweest, maar 't bleef moord. Wat moest ie doen Vader Moeder Neen dat niet diirect. Eerst moest hij met Marie spre ken. Direct den volgenden dag. HOOFDSTUK VII. „Goedenmorgen, Burgemeester." „A, goedenmorgen Verhoeven. Zoo, zoo, frisch vanmóge. Geen mëurdenaers, misdaedi- gers, dieven, stroopers in je nieuwe stand plaats. Ha, ha, maar apropos, Verhoeven, je jmoet 's aevonds eens patrouilleeren bij „Dui- vacate". Die jongen van Swievers, je zult je zijn hoofdpijn. Een der ribben had een druk op het zenuwcentrum bij het schouderblad veroorzaakt en daarme de de hoofdpijnen teweeggebracht. Succes - Nieuws. SUCCES I HELDER I 0—3. Zondag speelde Succes I haar 5e compe titiewedstrijd en had op bezoek Helder I. Voor deze wedstrijd was, dank zij het mooie weer, een geweldige belangstelling. Ook was een zeer groot aantal supporters van Den Helder meegekomen, welke voor de voetbalkas de resette belangrijk verhoogde. Wat onze voet balclub betreft is het haar niet mogen ge lukken te winnen en bleef de gewenschte verrassing uit. Met niet minder dan 30 wer den de Successers verslagen en zegevierde Helder wederom met een fraaie overwinning, en verdient, want Helder was deze middag dè ploeg, die het beste spel liet zien. Om 2 uur laat scheidsrechter K. Winter van Zaandam tossen en raadt Lont het beste ter wijl de H.-midvoor de bal aan het rollen bracht-en trekt meteen op het Succesdoel af en moet Posthumus er reeds aan te pas ko men. Direct hierop wordt de eerste corn op het Succesdoel genomen doch levert geen ge vaar op. Er wordt al direct zeer forsch ge speeld, doch scheidsrechter overziet het ge vaar en grijpt op de juiste wijze in wat dan ook goed bekeken was. Helder is uiterst ge vaarlijk en de aanvallen op het Succesdoel zijn niet van de lucht en na 20 minuten weet zij de leiding te veroveren 01. De Successers werken hard doch brengen het niet verder dan de H.-backs welke nogal stevige knapen zijn en deze nemen alles voor hun rekening. Na eenige oogenblikken neemt H. de bal mooi combineerend mee en een goede voorzet van de H.-rechtsbuiten volgt en wordt meteen met een goed schot in het Succesdoel gedepo neerd 02. Volgen eenige corners op het Suc cesdoel doch leveren geen doelpunten op. Suc ces onderschept hierna een goede aanval, doch Schmitt wordt weer eens gemangeld in het beruchte gebied, waarvoor scheidsrechter een penalty toekent. Koorn zet zich achter de bal en schiet juist tegen onderkant van de lat waardoor de bal zulke eigenaardige bewe gingen voor het doel maakte dat scheidsrech ter niet kon controleeren of de bal gezeten had en laat wederom overnemen, doch toen werd overgeschoten. Na nog enkele aanvallen van beide kanten breekt de rust aan met 20 voor Helder. Na de thee is het nog steeds het Helder- elftal die op gevaarlijke wijze het vijandige doel bestookte doch tot doelpunten kwam het niet. Succes hield steeds vast aan de W.-for- matie doch de voorhoede kon tegenover de sterke H.-backs niets uitrichten en kwam de H.-keeper er bijna niet aan te pas. Terwijl Helder weer eens voor het S.-doel opereerde veroorzaakte de linksback een penalty doch de H.-man schoot huizenhoog over, zoodat deze kans ook verloren ging. Toch weefde Helder linksbinnen er 3—0 van te maken en is het lot van Succes hiermee beslecht en heeft Hel der wederom een goede overwinning behaald. Zondag is Succes I vrij. Succes 2 speelde een uitwedstrijd tegen Wa tervogels I en werd met een 31 nederlaag naar huis gezonden zoodat de reserves er ook weer niet veel van terecht brachten. De wedstrijd B.K.C.—Succes 3 ging niet door daar geen scheidsrechter was opgeko- hem wel herinneren, woont daer ginds op de hei met z'n Moeder, heb ik al een paer aevon- den bij mijn villa aangetroffen. Niet, dat er iets ongunstigs omtrent dat jongmensch be kend is, maerre, 't is zoo'n stille, stugge rak ker, dan je weet wel die questie met z'n va dernou jae, daer ken je den zoon niet om wantrouwen, toch bevalt het me niet. Let dus eens op hè Je moet nu eenmaal op je quivive zijn. Nou, hier heb ik wat paperassen veur den ontvanger. Verder niets." De veldwachter stond een moment verbou wereerd. De burgemeester blikte over zijn lorgnet,Waar wacht je op, Verhoeven Nog iets „Nee, Burgemeester, goeden morgen." Dien avond had hij zich achter een boom geposteerd. Jawel, daar schoof Arie langs, zijn groote hand legde hij zwaar op diens schouder „Wat doe je hier, Swievers „Dat gaat je geen bliksem aan „Zoo, denk je dat. Wat sluip je hier rond 't huis van den Burgemeester Geen antwoord. Driftige woorden waren al teruggedrongen, de strakke lippen opeen ge klemd. Loom stak Arie de handen in de zak ken, wilde wegwandelen. „Voor den drommel, blijf staan. Ik verbied je om hier 's avonds rond te gluren. Begre pen, en dan heb ik persoonlijk nog een ap peltje met je te schillen. Gisterenavond zag ik je met mijn zuster „En wat zou dat „Dat zou zooveel, asdat ik dat jou verbied. Begrepen De twee mannen keken elkaar driftig in de oogen. Eerst flikkerden ze wild, bij Arie, dan kwam de ontspanning. „Met welk recht verbied jij mij dat, Jan Verhoeven Ik ben een eerlijke man, met eer lijke bedoelingen. Ga niet te ver. Heb jij ïetsi te verbieden over je zuster, over mij Heb jij iets gezien, dat jou dat recht geeft Zeg op „Je hebt gelijk, ArieMaar 'k had op dracht. Weten jullie 't met elkander (Wordt vervolgd)#

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Wieringer courant | 1935 | | pagina 1