27e JAARGANG DINSDAG 26 MEI 1936 No. 42 BLAD VOOR NIEUWS- EN ADVERTENTIE WIERINQElé EN OMSTREKEN A MEER DAN EEN VODJE PAPIER. HET MYSTERIE. PER WACO MET DE PINKSTERDAGEN NAAR BELGIE EN DUITSCHLAND. WIERINGER COURANT VERSCHIJNT ELKEN BUREAU ADVERTENTIëN: DINSDAG en VRUDAG UITGEVER Hippolytushoef Wieringen Van 1 5 regels f 0.50 ABONNEMENTSPRIJS per 3 maanden f 1.—. CORN. 1. BOSKER WIE RINGEN Telef. Intercomm. No. 19. Iedere regel meer f 0.10 Het vereenigsblad „Onze Klaroen" wijst op de onvoldoende zorg, laksheid of onverschil ligheid ten opzichte van de rentekaart, die oorzaak werd van een veel te late of te lage uitkeering. Twee dingen, die iedere rentekaarthouder of -houdster weten moet, zijn, dat bij invali diteit de rente direct aangevraagd moet wor den, want als ge invalide zijt in den zin der wet (of ge dit zijt, moet ge den Raad van Arbeid maar laten uitzoeken) dan mag de rente eerst ingaan op den dag, dat de aan vrage werd gedaan. En het tweede is per jaar moeten, behal ve voor de ouderdomsrente, minstens 20 ze gels zijn geplakt, een aantal daar beneden leidt meestal tot schade, terwijl bij 20 zegels of daarboven in verband met invaliditeits- rente nog veel terecht kan komen. In het 4de kwartaal van 1934 zijn er 16 gevallen voorgekomen, die door te weinig plakken tezamen f 399 per jaar schade be liepen thans, in het 4e kwartaal 1935 12 gevallen, met een gezamenlijke schade van f 365 per jaar. Het aantal schadegevallen tengevolge van te late aanvrage schijnt te minderen. In het laatste kwartaal 1934 beliep de schade rond f 3500, bij een totaal van 33 gevallen, thans in het laatste kwartaal 1935 zijn er 14 geval len genoteerd, met een gezamenlijk verlies van f 600. Dit is derhalve een dubbele vooruitgang. Minder personen en minder te laat. Dus ook minder verlies. In 1934 gemiddeld ruim f 100 per geval, in 1935 pl.m. f 43 per geval schade. Hopen we dat deze vooruitgang blijft. Hoewel ook bij deze 14 gevallen weer veel onbegrijpelijks viel waar te nemen. Het wa ren meerendeels ernstige gevallen, met een langdurige verpleging thuis of in een zie kenhuis (één verzekerde lag reeds gedurende ruim een jaar thuis in een gipsbed) en niemand dacht aan de rentekaart. Verzekerde niet, huisgenooten niet, vrien den of familie niet, geen dokter of verpleeg ster, niemand. De rentekaart.wordt vergeten Terwijl ze toch een waardevol bezit is. Twee voorbeelden om dit nog eens te bewij zen. Een weduwe, wier man in 1922 overleed, ver zuimde weduwerente aan te vragen. Haar man was rentetrekker (ouderdomsrente) en ten tijde van zijn overlijden niet meer in het bezit van een rentekaart. In 1935, de weduwe was inmiddels 80 jaar geworden, duikt een oude rentekaart op, waarop aan premie voor f 2 aan zegels was geplakt. Toen ging de ma chine werken en aangezien in dit geval de weduwenrente inging op den dag van het overlijden en hier het te laat zijn geen scha de beteekent, kon het oude moedertje het 10 jaar geleden nadeel worden vergoed en ont ving ze een bedrag ineens van f 2078 plus voor de rest van haar leven een rente van f 3 per week. Ongekende vreugde in het gezin van zeer oppassende kinderen, waarin moeder goed werd gezorgd en dat thans op zoo'n wondere wijze den levenslast verlicht zag. Het tweede voorbeeld viel eveneens voor aan het einde van het jaar 1935. De weduwe van een in 1923 overleden ver zekerde, jonger dan 60 jaar, vertrok naar In- dië. In 1925, toen de weduwe 60 jaar gewor den, werden pogingen in het werk gesteld om een aanvraag om weduwenrente te bevorde ren. Toen bleek echter, dat de weduwe naar Soerabaya was vertrokken, doch, blijkens me- dedeeling van het „Kantoor van den Arbeid" te Weltevreden, welks tusschenkomst werd ingeroepen voor het doen van de rente-aan vraag, was zij te Soerabaya onvindbaar, waar door het geval bleef rusten. 10 Jaar later, in 1935, werd bij het opruimen van oude geval len nog eens geprobeerd of de weduwe vind baar was. En zie, de eerste poging, inlichting bij het Bevolkingsregister, had succesde weduwe bleek in Holland te zijn teruggekeerd. De thans 70-jarlge vrouw ontving aan rente over 10 jaar tegelijk uitgekeerd een bedrag van f 1.138.50 en voor de rest van haar leven een weduwerente van f 2.20 per week. Ook hier blijdschap over het wonder, ge bracht door een oude rentekaart. Wie zal intusschen beschrijven de vreugde in het hart van deze beide oudjes, die op hoo- gen leeftijd, onverwacht en ongedacht mogen genieten van deze vrucht door den arbeid van hun man, zooveel zooveel jaren na zijn dood, Het wonder van de rentekaart Toch wel iets meer dan een vodje pa pier. FEUILLETON. 5.) -Achter hem verhieven zich de grauwe mu ren van het kasteel Trebarwith aio nu over goten waren met het scharlaken roode en purperen licht van de ondergaande zon. De opstekende wind ruischte tusschen de hoo rnen door en bracht hem de welriekende geu ren der bloemen die in zoo weelderigen over vloed groeiden in de tuinen en parken van den hertog. In zijn verbeelding kon Aldred verder zien dan die muren, hij aanschouwde in zijn gedachten het tooneel op het grasperk, hoe daar de thee was gebruikt door de da mes in beelderige toiletten en hoe de heeren daar geurige sigaren stonden te rooken. Hij zag den hertog voor zich met zijn fijn intel- lectuëel gelaat, die tevreden en voldaan ach terover in een stoel geleund het tooneel om zich heen met welgevallen beschouwde en van een wel verdiende rust genoot na zijn druk werk in de stad. Hij stelde zich ook de vrouw voor, die als een nachtmerrie weer te voor schijn was gekomen om op zijn ziel te druk ken en zich aan hem op te dringen met haar fleemerigen glimlach en haar vleiende ma nieren, waarmede zij iedereen innam, die met haar in aanraking kwam. Hij zag ook ïn zijn gedachten den hertog d'Orvée, een knappen slanken man met een innemende stem in gesprek met lady Treval- ga en Aldred zag ook het lieve lachje, waar mee zij naar hem opblikte. Met een diepen zucht keek hij steeds naar de bruisende zee voor zich. Opeens was het hem nu of hij stemmen hoorde, de stem van Dola de Bernier, die hem verried aan dege nen, die hem nu drie jaar CRISIS - BUREAU. Gelijk reeds werd bekend gemaakt, zal wor den overgegaan tot een uitkeering aan de veeweiders en -mesters, die door de abnor male tijdsomstandigheden in ernstige finan cieele moeilijkheden zijn geraakt. Deze uitkeering wordt vastgesteld op f 20. per rund, dat is begrepen onder het aantal bij de inventarisatie van de maand Mei 1935 op gegeven in de rubriek „Mestvee en Vee, be stemd om vet te maken." Voor deze uitkeering komen alleen in aan merking die veeweiders en -mesters, die aan beide hierna te noemen voorwaarden vol doen a. dat zij niet zijn of worden aangeslagen in de Rijksinkomstenbelasting voor het be lastingjaar 1935/1936 b. dat van het aantal te hunnen name bij de inventarisatie van Mei 1935 getelde stuks rundvee met uitzondering van het bij die in ventarisatie getelde aantal mannelijk ei vrouwelijk jongvee, jonger dan een jaar en mestkalveren, tenminste drievierde bestond uit vee, opgegeven in de rubriek „mestvee en vee, bestemd om vet te maken." Degenen, die aan beide onder a en b ge noemde voorwaarden voldoen, kunnen zich wenden tot het Regeeringsbureau voor de uitvoering van de Landbouw-Crisiswet 1983, Lange Voorhout 1 en 3, te 's-Gravenhage, ter bekoming van een aanvraagformulier. Zij dienen daarbij duidelijk hun voorletters, naam en volledig adres op te geven. Deze formulieren zijn slechts verkrijgbaar tot 23 Juni 1936. Na dat tijdstip zullen geen aanvragen meer in behandeling worden geno men. Nog wordt er de aandacht op gevestigd, dat van de hierboven onder a en b genoemde voorwaarden niet kan worden afgeweken. STEUN AAN DE DRIJFWANTVISSCHERIJ. Bij beschikking van den Minister van Land bouw en Visscherij is bepaald, dat steun zal worden verleend aan de drijfwantvisscherij. Aan de eigenaars van bedrijfsmateriaal voor de drijfwantvisscherij kan op hun desbetref fende aanvraag door de Nederlandsche Vis scherij centrale een crediet worden verstrekt van ten hoogste f 100. De aldus verkregen gelden mogen door den betrokken visscher uitsluitend worden aange wend voor de betaling van door hem voor zijn bedrijf gekochte visscherij-benoodigdhe- den en materialen. Degenen, die voor een crediet in aanmerking wenschen te komen, moeten een verzoek indienen om als georgani seerde te worden toegelaten tot de Visscherij- centrale. BINNENLANDSCH NIEUWS. Twee kinderen omgekomen. Bij brand in hooischuur. Zaterdagmiddag omstreeks vijf uur heeft in de hooibergplaats van de nog nieuwe boerderij van J. Bussemakers in het gehucht Steeg, onder de gemeen te Sevenum in Limburg, een brand ge woed, waarbij twee kinderen van het landbouwersgezin, een 3-jarig meisje en een 5-jarig jongetje, om het leven zijn gekomen. Buren ontdekten, dat er rook uit het dak van het gebouw kwam, waarop zij toesnelden en de bewoners en de brandweer waarschuwden. Onder leiding van burgemeester Everts begon men met het blusschingswerk. Weldra deed men de vreeselijke ontdekking, dat onder aan de trap de klompjes van de beide kinderen stonden, zoo- dat de kleinen op de hooischelf aan het spelen moeten zijn geweest. Alles werd in het werk gesteld om de kinderen van den vuurdood te redden, doch tevergeefs. Aangezien geen hulp geroep werd gehoord, moet worden aangenomen, dat de kinderen in den rook zijn gestikt. Na een kwartier, na dat eerst de dakbedekking, bestaande uit asbestplaten, was verwijderd, wer den de verbrande kinderlichaampjes gevonden door den heer J. S. Arts, die, gewapend met een rookmasker, naar boven was geklommen. De brand zelf had men vrij spoedig onder de knie. Het vuur kon tot de hooischelf worden beperkt, aangezien deze door brandvrije schotten van de overige gedeelten van de boerderij ge scheiden is. Deze tragische brand heeft in de plaats en omgeving diepe verslagen heid gewekt. Omtrent de oorzaak van den brand is niets komen vast te staan. De land bouwer was verzekerd. Het parket te te Roermond is van het gebeurde in kennis gesteld. De lijkjes van de kin deren zijn naar het lijkenhuisje over gebracht. Zebra bijt twee meisjes Sinds enkele maanden heeft de Rot- terdamsche diergaarde een nieuwe ze bra en aangezien dit mooie dier zeer goedaardig is, bad men in die dier gaarde er geen bezwaar tegen, dat kin deren de zebra uit de hand voederden. Zaterdag is dat evenwel misgeloo- pen. De 11-jarige Elly Sas uit de Hol sterestraat te Rotterdam, stak haav hand tusschen de tralies door en werd door het dier gebeten. Zij liep gelukkig geen ernstige vei wondingen op en is ter plaatse verbonden. Tegen halfvijf 'smiddags echter werd opnieuw een meisje het slachtoffer. Nu was bet de negenjarige Heun> van Tore uit Over schie, die de zebra wilde voeren, maar er leelijk afkwam. De top van haar rechterduiim werd afgebeten. Zij is naar het ziekenhuis aan den Coolsin- gel gebracht en werd daar verbonden Om verdere ongelukken te voorko men heeft men nu een oppasser bij de kooi van het dier geplaatst. Het ongeluk met de Fokker D 17. Rechtervleugel afgeknapt op 2000 M. hoogte. Lt. Bodaan redt zich met valscherm op op kordate wijze. Zaterdag is 'n vliegongeluk op Soes- terberg geschiedt en kan het volgende gemeld worden. Omstreeks kwart voor elf bevond de luitenant Bodaan zich op een hoogte van circa 2000 M, in de, omgeving van het vliegveld, waar hij verschillende manoeuvres maakte. Nauwkeurig wa ren de verrichtingen van het kleine toe stel op deze hoogte niet te volgen, doch de toeschouwers kregen den in druk, dat de vlieger eenige stun-oefe- ningen maakte, toen zij plotseling tot hun groote ontzetting zagen, dat de machine als een baksteen omlaag stort te, waarbij men den indruk kreeg, dat de vleugels waren afgeknapt. Ademloos keek men toe en plotse ling zag men hoe een zwarte stip zich uit de vallende machine losmaakte. De vlieger had een parachutesprong uit de neerstortende machine gewaagd De ontstelde toeschouwers namen waar hoe het valscherm zich ontplooi de en den vlieger veilig naar de aaide terugbracht. Lt. Bodaan kwam op een der uitein den van de vliegheide neer, terwijl op eenigen afstand de romp van de ma chine zich met den neus in den grond boorde en totaal werd vernield. De vleugels kwamen dicht in de buurt [eveneens vernield op den grond. Een onderzoek naar de juiste oorza ken van de zoo gelukkig afgeloopen ramp zal worden ingesteld. Een woord van lof verdient de bestuurder voor de koelbloedigheid, waarmee hij zich uit het vallende vliegtuig wist ie bevrijden en gebruik te maken van het valscherm, van welks toepassing hij slechts theoretisch op de hoogte was. Men zal zich herinneren hoe ook verleden jaar eer militair vlieger van lang vertrouwd en in hem ge loofd hadden, hij zag het gelaat van den hertog veranderen als de ware naam van Aldred Barenstowe uitgesproken werd. Hij zag het meisje, dat hij liefhad, bleek worden van angst, toen zij die woorden hoorde. De stemmen klonken als het ware voortdurend luider, zijn brein gloeide. Groote druppels zweet stonden op zijn voorhoofd en hij kon een oogenblik niet meer zien. Hij strompelde achteruit van den afgrond weg en strekte de armen uit naar het kasteel met een luiden en bitteren kreet. Valga Valga riep hij, heb medelijden met mij en hoor mij aan Laat ik je de geheele waarheid vertellen, voor je een oordeel uitspreek. Het is niet waar. Zij liegen nu even hard, als zij al jaren gele den deden. Valga het doet mij zoo lijden De woorden verstikten hem in de keel, hij werd duizelig, verloor opeens het bewustzijn en viel voorover op het gras. Toen hij weer bijkwam likten twee honden zijn handen en een meisje stond over hem heen gebogen. Hij sloeg de oogen op en ont moette den angstigen medelijdenden blik van lady Trevalga. O, mijnheer Barenstowe, wat een geluk riep zij verheugd O, ik dacht, dat u dood was. Aldred trachtte zijn gedachten snel te ver zamelen en zei Ik vrees, dat ik mij al heel dwaas heb aangesteld, lady Trevalga, en tegelijkertijd trachtte hij op de been te komen. U was riïèt wel, want u bent flauw ge vallen. Ik deed een wandeling met de hon den voor het diner en ik vond u hier op den grond liggen. Ik dacht eerst, dat u sliep, maar toen begon Gyp u in het gezicht te likken en u bewoog u niet, daarom was ik bang dat u iets scheelde. Ik hoop, dat u zoo iets niet dikwijls hebt, Soesterbcrg zijn leven aan zijn val scherm te danken had. Het was de sergeant-vlieger Steensma, die, toen zijn stuurinrichting door een bot sing in de lucht met een andere ma chine onklaar was geraakt, doorvloog tot boven de Leusdensche heide, waar zijn vallende machine geen on gelukken zou kunnen veroorzaken, en toen met zijn parachute omlaag sprong. Steenama heeft eenige we ken geleden met goed gevolg examen gedaan als verkeersvlieger en is, thans als zoodanig in dienst van de K. L. M. gekomen. Dr. Brouwer, die de medische verzor ging van luit. Bodaan op zich heeft genomen, vertelde ons het volgende Toen de vlieger-luitenant op 2000 M. aan het stunten was, brak plots de rechtervleugel af, waardoor de be stuurder een klap op den rechter bo venarm kreeg. Daardoor kon luit. Bo daan dezen arm niet meer gebruiken en later bleek uit de Röntgenfoto, dat hij gebroken was. De vlieger realiseer de onmiddellijk wat hij te doen had, sprong links uit het toestel, opende met de linkerhand de parachute, die zich vlot ontplooide. Dat alles was het werk van enkele seconden. De Fokker viel van 2000 M. als een steen naar beneden. Luitenant Bodaan kwam goed neer, maar kon met zijn rechterarm niets doen. Hij werd onmiddellijk naar het militaire hospitaal vervoerd, waar een Röntgen- opname plaats had. De vlieger beeft behalve de armbreuk verder geen na- deelige gevolgen van dit ongeval on dervonden. De R.K. Kerk en de N.S.B. Een herderlijk schrijven. Het volgende herderlijk schrijven van den aartsbisschop en de bisschop pen van Nederland is in alle kerken van Nederland voorgelezen. „Voor ruim twee jaar hebben wij u, in een herderlijk schrijven gewaar schuwd tegen de gevaarlijke stroomin gen van onzen tijd, vooral op staatkun dig gebied. Ofschoon ons schrijven duidelijk genoeg was, hebben sommi gen door gewrongen uitleg daarvan misbruik gemaakt. Het feit, dat de ge varen, waarop wij u toen wezen, dui delijker aan het licht zijn getreden, maakt het ons tot plicht, nogmaals het woord tot u te richten. Wij blijven heilig overtuigd, dat de de kerk in ons vaderland in hooge ma te geschaad en dat zelfs haar heilzame werking grootendeels onmogelijk zou gemaakt worden, als de beweging van mijnheer Barenstowe. Hij schudde het hoofd en voor een oogen blik kwam er weer kleur op zijn bleeke wan gen terwijl hij zei Ik kan niet zeggen, dat mij dit dikwijls overkomt. Zij keek ongerust naar hem op. Hij was er benieuwd naar, of haar reeds iets verteld was. Maar die vrees verdween dadelijk, want lady Trevalga keek hem met haar mooie oogen deelnemend aan, zij scheen vol sympathie voor hem te zijn en toonde zooveel teedere bezorgdheid, dat 'zijn hart sneller begon te kloppen. Een oogenblik vergat hij de scha duw die over hem hing en dacht er alleen aan, dat het meisje dat hij liefhad naast hem stond en zij met hun beiden alleen waren. Het gevoel van duizeligheid was nu weghij voelde zich weer sterk en de diepte van del golvende zee had geen macht meer over hem. De gebeurtenissen van dien dag leken hem nu bijna een booze droom, terwijl hij over de klippen wandelde met lady Trevalga aan zijn zijde, terwijl haar twee honden luidblaffend vooruit holden. Voelt u u nu heusch beter vroeg het meisje. Ja, veel beter, antwoordde hij, u moet er maar niet op letten, lady Trevalga, het beteekende waarlijk niets. Gaat u even met mij mee naar het kas teel. Mijn vader zou erg blij zijn u te zien, als u niet wel bent is het buitendien onver standig om alleen in uw huisje te zijn. Toe, ga u maar met mij mee. Maar Aldred werd weer bleek, toen hij zei: Neen, dank u, dat gaat niet. Het is heusch waar, dat ik nu veel beter ben, u moet er wezenlijk niet langer over denken, ik had mij misschien te veel vermoeid. Het is nu over en u doet mij veel genoegen, als u het maar vergeet, lady Trevalga. Verbaasd keek zij naar hem op omdat er iets ongewoons was in den klank van zijn stem. Hij was anders altijd zoo bedaard en kalm, maar nu was zij ongerust over hem. Hij zag er zoo verwilderd uit, zijn oogen stonden zoo vreemd. Hoor eens, mijnheer Barenstowe, zeide zij, ik geloof zeker, dat u iets scheelt, toe, vertel u het mij maar eens. Waarom denkt u zoo iets, lady Trevalga Wel, ten eerste lag u daar bewusteloos op den grond. Een man valt niet zoo gauw flauw en dan kan ik aan uw oogen en uw geheele houding zien, dat u verdriet hebt. Kunt u dat zien Ja, u hebt gelijk, ant woordde hij recht voor zich uit kijkend, ik heb verdrieter is mij de grootste ramp overkomen, die met mogelijkheid gebeuren kon. Het schoone gelaat van het meisje verbleek te en zij mompelde Dat dacht ik al dadelijk, ik was er zeker van. Ik vergat het een oogènblik, maar nu komt het mij weer voor den geest. O, lady Trevalga, het is onbegrijpelijk, wat mij van daag getroffen heeft. Het mysterieuze in zijn woorden ontsnap te haar, maar het was de dieptreurige toon van zijn stem, die haar trof, haar oogen vul den zich met tranen. Wat is er gebeurd vroeg zij bevend, zeg het mij maar en als ik u helpen kan, zal ik het stellig doen. Hij zag de aandoening, die zijn woorden in haar opgewekt hadden en verwenschte zich zelf voor zijn gebrek aan zelfbeheersching. Tranen Voor mij, lady Trevalga, o, u weet niet wat ik voor iemand ben, anders zoudt u die om mij niet vergieten. U vraagt mij om u alles te vertellen. Als ik iemand op aarde mijn geheim zou durven toevertrouwen dan zou u het stellig zijn maar ik durf het niet doen. Ik durf mijzelf nu zelfs niet ver Vertrek Zaterdagmiddag 30 Meiterug Maan dag 1 Juni. RETOUR Antwerpen f 4.50, Brussel f 5.00. Dusseldorp f 5.00, Keulen f 6.00. Inl. WACO, Breed 35, Telefoon 184, HOORN. trouwen. Ik weet bijna niét wat ik doe en wat ik zeg. Ik wou u alleen zeggen, dat u altijd op mij rekenen kunt, mijnheer Barenstowe, zei zij op zachten toon. Ik ben u daar zoo innig dankbaar voor, dat moet u altijd maar denken en ik zal het nooit vergeten, lady Trevalga. Mijn geheele leven zal ik mij uw goedheid voor mij herin neren, zeide hij. Maar ik heb niets voor u gedaan, zei zij op klagenden toon, en ik zou u toch zoo graag willen helpen. Nu kan niemand mij meer helpen. Ik heb in een droomland verkeerd, sedert ik hier ben, maar vandaag ben ik op ruwe wijze ge wekt. Mijnheer Barenstowe, u bent ziek, daar om praat u zoo wild. Tracht u bedaard te houden. Hij streek zich met de hand over het voor hoofd als om zijn gedachten weg te vagen. Ik vergeet mijzelf, mompelde hij, wat heb ik gezegd U fnoet er maar niet naar luisteren, want u moet het niet weten. Zij legde haar hand op zijn arm en zei met een helderen stem Kom nu, mijnheer Barenstowe, u moet naar huis, ik zal iemand bij u zenden, u kunt vanavond niet alleen blijven. De aanraking van haar hand bracht hem weer tot bezinning en hij mompelde Vergeef mij, ik ben heusch beter, de zon was zeker te fel voor mij, want ik ben den heelen middag aan het strandgeweest. Lady Trevalga slaakte een zucht van ver lichting, maar terwijl zij voortliepen, wierp zij toch nu en dan een angstigen blik op hem. Eindelijk bleef zij staan en wees hem op de pracht van de ondergaande zon en toen ston den zij samen naar dit heerlijke tooneel te kijken. (Wordt v»rvolffd.)

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Wieringer courant | 1936 | | pagina 1