27e JAARGANG
DINSDAG 26 MEI 1936
No. 42
BLAD VOOR
NIEUWS- EN ADVERTENTIE
WIERINQElé EN OMSTREKEN
A
MEER DAN EEN VODJE PAPIER.
HET MYSTERIE.
PER WACO MET DE PINKSTERDAGEN
NAAR BELGIE EN DUITSCHLAND.
WIERINGER COURANT
VERSCHIJNT ELKEN
BUREAU
ADVERTENTIëN:
DINSDAG en VRUDAG
UITGEVER
Hippolytushoef Wieringen
Van 1 5 regels
f 0.50
ABONNEMENTSPRIJS
per 3 maanden f 1.—.
CORN. 1. BOSKER
WIE RINGEN
Telef. Intercomm. No. 19.
Iedere regel meer
f 0.10
Het vereenigsblad „Onze Klaroen" wijst op
de onvoldoende zorg, laksheid of onverschil
ligheid ten opzichte van de rentekaart, die
oorzaak werd van een veel te late of te lage
uitkeering.
Twee dingen, die iedere rentekaarthouder
of -houdster weten moet, zijn, dat bij invali
diteit de rente direct aangevraagd moet wor
den, want als ge invalide zijt in den zin der
wet (of ge dit zijt, moet ge den Raad van
Arbeid maar laten uitzoeken) dan mag de
rente eerst ingaan op den dag, dat de aan
vrage werd gedaan.
En het tweede is per jaar moeten, behal
ve voor de ouderdomsrente, minstens 20 ze
gels zijn geplakt, een aantal daar beneden
leidt meestal tot schade, terwijl bij 20 zegels
of daarboven in verband met invaliditeits-
rente nog veel terecht kan komen.
In het 4de kwartaal van 1934 zijn er 16
gevallen voorgekomen, die door te weinig
plakken tezamen f 399 per jaar schade be
liepen thans, in het 4e kwartaal 1935 12
gevallen, met een gezamenlijke schade van
f 365 per jaar.
Het aantal schadegevallen tengevolge van
te late aanvrage schijnt te minderen. In het
laatste kwartaal 1934 beliep de schade rond
f 3500, bij een totaal van 33 gevallen, thans
in het laatste kwartaal 1935 zijn er 14 geval
len genoteerd, met een gezamenlijk verlies
van f 600.
Dit is derhalve een dubbele vooruitgang.
Minder personen en minder te laat. Dus
ook minder verlies. In 1934 gemiddeld ruim
f 100 per geval, in 1935 pl.m. f 43 per geval
schade. Hopen we dat deze vooruitgang blijft.
Hoewel ook bij deze 14 gevallen weer veel
onbegrijpelijks viel waar te nemen. Het wa
ren meerendeels ernstige gevallen, met een
langdurige verpleging thuis of in een zie
kenhuis (één verzekerde lag reeds gedurende
ruim een jaar thuis in een gipsbed) en
niemand dacht aan de rentekaart.
Verzekerde niet, huisgenooten niet, vrien
den of familie niet, geen dokter of verpleeg
ster, niemand.
De rentekaart.wordt vergeten
Terwijl ze toch een waardevol bezit is.
Twee voorbeelden om dit nog eens te bewij
zen.
Een weduwe, wier man in 1922 overleed, ver
zuimde weduwerente aan te vragen. Haar man
was rentetrekker (ouderdomsrente) en ten
tijde van zijn overlijden niet meer in het
bezit van een rentekaart. In 1935, de weduwe
was inmiddels 80 jaar geworden, duikt een
oude rentekaart op, waarop aan premie voor
f 2 aan zegels was geplakt. Toen ging de ma
chine werken en aangezien in dit geval de
weduwenrente inging op den dag van het
overlijden en hier het te laat zijn geen scha
de beteekent, kon het oude moedertje het 10
jaar geleden nadeel worden vergoed en ont
ving ze een bedrag ineens van f 2078 plus
voor de rest van haar leven een rente van f 3
per week.
Ongekende vreugde in het gezin van zeer
oppassende kinderen, waarin moeder goed
werd gezorgd en dat thans op zoo'n wondere
wijze den levenslast verlicht zag.
Het tweede voorbeeld viel eveneens voor
aan het einde van het jaar 1935.
De weduwe van een in 1923 overleden ver
zekerde, jonger dan 60 jaar, vertrok naar In-
dië. In 1925, toen de weduwe 60 jaar gewor
den, werden pogingen in het werk gesteld om
een aanvraag om weduwenrente te bevorde
ren.
Toen bleek echter, dat de weduwe naar
Soerabaya was vertrokken, doch, blijkens me-
dedeeling van het „Kantoor van den Arbeid"
te Weltevreden, welks tusschenkomst werd
ingeroepen voor het doen van de rente-aan
vraag, was zij te Soerabaya onvindbaar, waar
door het geval bleef rusten. 10 Jaar later, in
1935, werd bij het opruimen van oude geval
len nog eens geprobeerd of de weduwe vind
baar was. En zie, de eerste poging, inlichting
bij het Bevolkingsregister, had succesde
weduwe bleek in Holland te zijn teruggekeerd.
De thans 70-jarlge vrouw ontving aan rente
over 10 jaar tegelijk uitgekeerd een bedrag
van f 1.138.50 en voor de rest van haar leven
een weduwerente van f 2.20 per week.
Ook hier blijdschap over het wonder, ge
bracht door een oude rentekaart.
Wie zal intusschen beschrijven de vreugde
in het hart van deze beide oudjes, die op hoo-
gen leeftijd, onverwacht en ongedacht mogen
genieten van deze vrucht door den arbeid van
hun man, zooveel zooveel jaren na zijn dood,
Het wonder van de rentekaart
Toch wel iets meer dan een vodje pa
pier.
FEUILLETON.
5.)
-Achter hem verhieven zich de grauwe mu
ren van het kasteel Trebarwith aio nu over
goten waren met het scharlaken roode en
purperen licht van de ondergaande zon. De
opstekende wind ruischte tusschen de hoo
rnen door en bracht hem de welriekende geu
ren der bloemen die in zoo weelderigen over
vloed groeiden in de tuinen en parken van
den hertog. In zijn verbeelding kon Aldred
verder zien dan die muren, hij aanschouwde
in zijn gedachten het tooneel op het grasperk,
hoe daar de thee was gebruikt door de da
mes in beelderige toiletten en hoe de heeren
daar geurige sigaren stonden te rooken. Hij
zag den hertog voor zich met zijn fijn intel-
lectuëel gelaat, die tevreden en voldaan ach
terover in een stoel geleund het tooneel om
zich heen met welgevallen beschouwde en van
een wel verdiende rust genoot na zijn druk
werk in de stad. Hij stelde zich ook de vrouw
voor, die als een nachtmerrie weer te voor
schijn was gekomen om op zijn ziel te druk
ken en zich aan hem op te dringen met haar
fleemerigen glimlach en haar vleiende ma
nieren, waarmede zij iedereen innam, die met
haar in aanraking kwam.
Hij zag ook ïn zijn gedachten den hertog
d'Orvée, een knappen slanken man met een
innemende stem in gesprek met lady Treval-
ga en Aldred zag ook het lieve lachje, waar
mee zij naar hem opblikte.
Met een diepen zucht keek hij steeds naar
de bruisende zee voor zich. Opeens was het
hem nu of hij stemmen hoorde, de stem van
Dola de Bernier, die hem verried aan dege
nen, die hem nu drie jaar
CRISIS - BUREAU.
Gelijk reeds werd bekend gemaakt, zal wor
den overgegaan tot een uitkeering aan de
veeweiders en -mesters, die door de abnor
male tijdsomstandigheden in ernstige finan
cieele moeilijkheden zijn geraakt.
Deze uitkeering wordt vastgesteld op f 20.
per rund, dat is begrepen onder het aantal bij
de inventarisatie van de maand Mei 1935 op
gegeven in de rubriek „Mestvee en Vee, be
stemd om vet te maken."
Voor deze uitkeering komen alleen in aan
merking die veeweiders en -mesters, die aan
beide hierna te noemen voorwaarden vol
doen
a. dat zij niet zijn of worden aangeslagen
in de Rijksinkomstenbelasting voor het be
lastingjaar 1935/1936
b. dat van het aantal te hunnen name bij
de inventarisatie van Mei 1935 getelde stuks
rundvee met uitzondering van het bij die in
ventarisatie getelde aantal mannelijk ei
vrouwelijk jongvee, jonger dan een jaar en
mestkalveren, tenminste drievierde bestond
uit vee, opgegeven in de rubriek „mestvee en
vee, bestemd om vet te maken."
Degenen, die aan beide onder a en b ge
noemde voorwaarden voldoen, kunnen zich
wenden tot het Regeeringsbureau voor de
uitvoering van de Landbouw-Crisiswet 1983,
Lange Voorhout 1 en 3, te 's-Gravenhage, ter
bekoming van een aanvraagformulier. Zij
dienen daarbij duidelijk hun voorletters, naam
en volledig adres op te geven.
Deze formulieren zijn slechts verkrijgbaar
tot 23 Juni 1936. Na dat tijdstip zullen geen
aanvragen meer in behandeling worden geno
men.
Nog wordt er de aandacht op gevestigd, dat
van de hierboven onder a en b genoemde
voorwaarden niet kan worden afgeweken.
STEUN AAN DE DRIJFWANTVISSCHERIJ.
Bij beschikking van den Minister van Land
bouw en Visscherij is bepaald, dat steun zal
worden verleend aan de drijfwantvisscherij.
Aan de eigenaars van bedrijfsmateriaal voor
de drijfwantvisscherij kan op hun desbetref
fende aanvraag door de Nederlandsche Vis
scherij centrale een crediet worden verstrekt
van ten hoogste f 100.
De aldus verkregen gelden mogen door den
betrokken visscher uitsluitend worden aange
wend voor de betaling van door hem voor
zijn bedrijf gekochte visscherij-benoodigdhe-
den en materialen. Degenen, die voor een
crediet in aanmerking wenschen te komen,
moeten een verzoek indienen om als georgani
seerde te worden toegelaten tot de Visscherij-
centrale.
BINNENLANDSCH NIEUWS.
Twee kinderen omgekomen.
Bij brand in hooischuur.
Zaterdagmiddag omstreeks vijf uur
heeft in de hooibergplaats van de nog
nieuwe boerderij van J. Bussemakers
in het gehucht Steeg, onder de gemeen
te Sevenum in Limburg, een brand ge
woed, waarbij twee kinderen van het
landbouwersgezin, een 3-jarig meisje
en een 5-jarig jongetje, om het leven
zijn gekomen.
Buren ontdekten, dat er rook uit het
dak van het gebouw kwam, waarop
zij toesnelden en de bewoners en
de brandweer waarschuwden. Onder
leiding van burgemeester Everts begon
men met het blusschingswerk. Weldra
deed men de vreeselijke ontdekking,
dat onder aan de trap de klompjes
van de beide kinderen stonden, zoo-
dat de kleinen op de hooischelf aan het
spelen moeten zijn geweest.
Alles werd in het werk gesteld om de
kinderen van den vuurdood te redden,
doch tevergeefs. Aangezien geen hulp
geroep werd gehoord, moet worden
aangenomen, dat de kinderen in den
rook zijn gestikt. Na een kwartier, na
dat eerst de dakbedekking, bestaande
uit asbestplaten, was verwijderd, wer
den de verbrande kinderlichaampjes
gevonden door den heer J. S. Arts, die,
gewapend met een rookmasker, naar
boven was geklommen.
De brand zelf had men vrij spoedig
onder de knie. Het vuur kon tot de
hooischelf worden beperkt, aangezien
deze door brandvrije schotten van de
overige gedeelten van de boerderij ge
scheiden is.
Deze tragische brand heeft in de
plaats en omgeving diepe verslagen
heid gewekt.
Omtrent de oorzaak van den brand
is niets komen vast te staan. De land
bouwer was verzekerd. Het parket te
te Roermond is van het gebeurde in
kennis gesteld. De lijkjes van de kin
deren zijn naar het lijkenhuisje over
gebracht.
Zebra bijt twee meisjes
Sinds enkele maanden heeft de Rot-
terdamsche diergaarde een nieuwe ze
bra en aangezien dit mooie dier zeer
goedaardig is, bad men in die dier
gaarde er geen bezwaar tegen, dat kin
deren de zebra uit de hand voederden.
Zaterdag is dat evenwel misgeloo-
pen. De 11-jarige Elly Sas uit de Hol
sterestraat te Rotterdam, stak haav
hand tusschen de tralies door en werd
door het dier gebeten. Zij liep gelukkig
geen ernstige vei wondingen op en is
ter plaatse verbonden. Tegen halfvijf
'smiddags echter werd opnieuw een
meisje het slachtoffer. Nu was bet de
negenjarige Heun> van Tore uit Over
schie, die de zebra wilde voeren, maar
er leelijk afkwam. De top van haar
rechterduiim werd afgebeten. Zij is
naar het ziekenhuis aan den Coolsin-
gel gebracht en werd daar verbonden
Om verdere ongelukken te voorko
men heeft men nu een oppasser bij de
kooi van het dier geplaatst.
Het ongeluk met de Fokker D 17.
Rechtervleugel afgeknapt op
2000 M. hoogte. Lt. Bodaan
redt zich met valscherm op
op kordate wijze.
Zaterdag is 'n vliegongeluk op Soes-
terberg geschiedt en kan het volgende
gemeld worden.
Omstreeks kwart voor elf bevond de
luitenant Bodaan zich op een hoogte
van circa 2000 M, in de, omgeving van
het vliegveld, waar hij verschillende
manoeuvres maakte. Nauwkeurig wa
ren de verrichtingen van het kleine toe
stel op deze hoogte niet te volgen,
doch de toeschouwers kregen den in
druk, dat de vlieger eenige stun-oefe-
ningen maakte, toen zij plotseling tot
hun groote ontzetting zagen, dat de
machine als een baksteen omlaag stort
te, waarbij men den indruk kreeg, dat
de vleugels waren afgeknapt.
Ademloos keek men toe en plotse
ling zag men hoe een zwarte stip zich
uit de vallende machine losmaakte.
De vlieger had een parachutesprong
uit de neerstortende machine gewaagd
De ontstelde toeschouwers namen
waar hoe het valscherm zich ontplooi
de en den vlieger veilig naar de aaide
terugbracht.
Lt. Bodaan kwam op een der uitein
den van de vliegheide neer, terwijl op
eenigen afstand de romp van de ma
chine zich met den neus in den grond
boorde en totaal werd vernield. De
vleugels kwamen dicht in de buurt
[eveneens vernield op den grond.
Een onderzoek naar de juiste oorza
ken van de zoo gelukkig afgeloopen
ramp zal worden ingesteld. Een
woord van lof verdient de bestuurder
voor de koelbloedigheid, waarmee hij
zich uit het vallende vliegtuig wist ie
bevrijden en gebruik te maken van
het valscherm, van welks toepassing
hij slechts theoretisch op de hoogte
was. Men zal zich herinneren hoe ook
verleden jaar eer militair vlieger van
lang vertrouwd en in hem ge
loofd hadden, hij zag het gelaat van den
hertog veranderen als de ware naam van
Aldred Barenstowe uitgesproken werd. Hij
zag het meisje, dat hij liefhad, bleek worden
van angst, toen zij die woorden hoorde. De
stemmen klonken als het ware voortdurend
luider, zijn brein gloeide. Groote druppels
zweet stonden op zijn voorhoofd en hij kon
een oogenblik niet meer zien. Hij strompelde
achteruit van den afgrond weg en strekte de
armen uit naar het kasteel met een luiden en
bitteren kreet.
Valga Valga riep hij, heb medelijden
met mij en hoor mij aan
Laat ik je de geheele waarheid vertellen,
voor je een oordeel uitspreek. Het is niet waar.
Zij liegen nu even hard, als zij al jaren gele
den deden. Valga het doet mij zoo lijden
De woorden verstikten hem in de keel, hij
werd duizelig, verloor opeens het bewustzijn
en viel voorover op het gras.
Toen hij weer bijkwam likten twee honden
zijn handen en een meisje stond over hem
heen gebogen. Hij sloeg de oogen op en ont
moette den angstigen medelijdenden blik
van lady Trevalga.
O, mijnheer Barenstowe, wat een geluk
riep zij verheugd O, ik dacht, dat u dood
was.
Aldred trachtte zijn gedachten snel te ver
zamelen en zei
Ik vrees, dat ik mij al heel dwaas heb
aangesteld, lady Trevalga, en tegelijkertijd
trachtte hij op de been te komen.
U was riïèt wel, want u bent flauw ge
vallen. Ik deed een wandeling met de hon
den voor het diner en ik vond u hier op den
grond liggen. Ik dacht eerst, dat u sliep, maar
toen begon Gyp u in het gezicht te likken
en u bewoog u niet, daarom was ik bang dat
u iets scheelde.
Ik hoop, dat u zoo iets niet dikwijls hebt,
Soesterbcrg zijn leven aan zijn val
scherm te danken had. Het was de
sergeant-vlieger Steensma, die,
toen zijn stuurinrichting door een bot
sing in de lucht met een andere ma
chine onklaar was geraakt, doorvloog
tot boven de Leusdensche heide, waar
zijn vallende machine geen on
gelukken zou kunnen veroorzaken, en
toen met zijn parachute omlaag
sprong. Steenama heeft eenige we
ken geleden met goed gevolg examen
gedaan als verkeersvlieger en is,
thans als zoodanig in dienst van de
K. L. M. gekomen.
Dr. Brouwer, die de medische verzor
ging van luit. Bodaan op zich heeft
genomen, vertelde ons het volgende
Toen de vlieger-luitenant op 2000 M.
aan het stunten was, brak plots de
rechtervleugel af, waardoor de be
stuurder een klap op den rechter bo
venarm kreeg. Daardoor kon luit. Bo
daan dezen arm niet meer gebruiken
en later bleek uit de Röntgenfoto, dat
hij gebroken was. De vlieger realiseer
de onmiddellijk wat hij te doen had,
sprong links uit het toestel, opende
met de linkerhand de parachute, die
zich vlot ontplooide.
Dat alles was het werk van enkele
seconden. De Fokker viel van 2000 M.
als een steen naar beneden. Luitenant
Bodaan kwam goed neer, maar kon
met zijn rechterarm niets doen. Hij
werd onmiddellijk naar het militaire
hospitaal vervoerd, waar een Röntgen-
opname plaats had. De vlieger beeft
behalve de armbreuk verder geen na-
deelige gevolgen van dit ongeval on
dervonden.
De R.K. Kerk en de N.S.B.
Een herderlijk schrijven.
Het volgende herderlijk schrijven
van den aartsbisschop en de bisschop
pen van Nederland is in alle kerken
van Nederland voorgelezen.
„Voor ruim twee jaar hebben wij u,
in een herderlijk schrijven gewaar
schuwd tegen de gevaarlijke stroomin
gen van onzen tijd, vooral op staatkun
dig gebied. Ofschoon ons schrijven
duidelijk genoeg was, hebben sommi
gen door gewrongen uitleg daarvan
misbruik gemaakt. Het feit, dat de ge
varen, waarop wij u toen wezen, dui
delijker aan het licht zijn getreden,
maakt het ons tot plicht, nogmaals
het woord tot u te richten.
Wij blijven heilig overtuigd, dat de
de kerk in ons vaderland in hooge ma
te geschaad en dat zelfs haar heilzame
werking grootendeels onmogelijk zou
gemaakt worden, als de beweging van
mijnheer Barenstowe.
Hij schudde het hoofd en voor een oogen
blik kwam er weer kleur op zijn bleeke wan
gen terwijl hij zei
Ik kan niet zeggen, dat mij dit dikwijls
overkomt.
Zij keek ongerust naar hem op. Hij was er
benieuwd naar, of haar reeds iets verteld was.
Maar die vrees verdween dadelijk, want lady
Trevalga keek hem met haar mooie oogen
deelnemend aan, zij scheen vol sympathie
voor hem te zijn en toonde zooveel teedere
bezorgdheid, dat 'zijn hart sneller begon te
kloppen. Een oogenblik vergat hij de scha
duw die over hem hing en dacht er alleen
aan, dat het meisje dat hij liefhad naast hem
stond en zij met hun beiden alleen waren.
Het gevoel van duizeligheid was nu weghij
voelde zich weer sterk en de diepte van del
golvende zee had geen macht meer over hem.
De gebeurtenissen van dien dag leken hem
nu bijna een booze droom, terwijl hij over de
klippen wandelde met lady Trevalga aan zijn
zijde, terwijl haar twee honden luidblaffend
vooruit holden.
Voelt u u nu heusch beter vroeg het
meisje.
Ja, veel beter, antwoordde hij, u moet
er maar niet op letten, lady Trevalga, het
beteekende waarlijk niets.
Gaat u even met mij mee naar het kas
teel. Mijn vader zou erg blij zijn u te zien,
als u niet wel bent is het buitendien onver
standig om alleen in uw huisje te zijn. Toe,
ga u maar met mij mee.
Maar Aldred werd weer bleek, toen hij zei:
Neen, dank u, dat gaat niet. Het is
heusch waar, dat ik nu veel beter ben, u moet
er wezenlijk niet langer over denken, ik had
mij misschien te veel vermoeid. Het is nu
over en u doet mij veel genoegen, als u het
maar vergeet, lady Trevalga.
Verbaasd keek zij naar hem op omdat er
iets ongewoons was in den klank van zijn
stem. Hij was anders altijd zoo bedaard en
kalm, maar nu was zij ongerust over hem.
Hij zag er zoo verwilderd uit, zijn oogen
stonden zoo vreemd.
Hoor eens, mijnheer Barenstowe, zeide
zij, ik geloof zeker, dat u iets scheelt, toe,
vertel u het mij maar eens.
Waarom denkt u zoo iets, lady Trevalga
Wel, ten eerste lag u daar bewusteloos
op den grond. Een man valt niet zoo gauw
flauw en dan kan ik aan uw oogen en uw
geheele houding zien, dat u verdriet hebt.
Kunt u dat zien Ja, u hebt gelijk, ant
woordde hij recht voor zich uit kijkend, ik
heb verdrieter is mij de grootste ramp
overkomen, die met mogelijkheid gebeuren
kon.
Het schoone gelaat van het meisje verbleek
te en zij mompelde
Dat dacht ik al dadelijk, ik was er zeker
van.
Ik vergat het een oogènblik, maar nu
komt het mij weer voor den geest. O, lady
Trevalga, het is onbegrijpelijk, wat mij van
daag getroffen heeft.
Het mysterieuze in zijn woorden ontsnap
te haar, maar het was de dieptreurige toon
van zijn stem, die haar trof, haar oogen vul
den zich met tranen.
Wat is er gebeurd vroeg zij bevend,
zeg het mij maar en als ik u helpen kan, zal
ik het stellig doen.
Hij zag de aandoening, die zijn woorden in
haar opgewekt hadden en verwenschte zich
zelf voor zijn gebrek aan zelfbeheersching.
Tranen Voor mij, lady Trevalga, o, u
weet niet wat ik voor iemand ben, anders
zoudt u die om mij niet vergieten. U vraagt
mij om u alles te vertellen. Als ik iemand op
aarde mijn geheim zou durven toevertrouwen
dan zou u het stellig zijn maar ik durf het
niet doen. Ik durf mijzelf nu zelfs niet ver
Vertrek Zaterdagmiddag 30 Meiterug Maan
dag 1 Juni.
RETOUR Antwerpen f 4.50, Brussel f 5.00.
Dusseldorp f 5.00, Keulen f 6.00.
Inl. WACO, Breed 35, Telefoon 184, HOORN.
trouwen. Ik weet bijna niét wat ik doe en
wat ik zeg.
Ik wou u alleen zeggen, dat u altijd op
mij rekenen kunt, mijnheer Barenstowe, zei
zij op zachten toon.
Ik ben u daar zoo innig dankbaar voor,
dat moet u altijd maar denken en ik zal het
nooit vergeten, lady Trevalga. Mijn geheele
leven zal ik mij uw goedheid voor mij herin
neren, zeide hij.
Maar ik heb niets voor u gedaan, zei zij
op klagenden toon, en ik zou u toch zoo
graag willen helpen.
Nu kan niemand mij meer helpen. Ik
heb in een droomland verkeerd, sedert ik hier
ben, maar vandaag ben ik op ruwe wijze ge
wekt.
Mijnheer Barenstowe, u bent ziek, daar
om praat u zoo wild. Tracht u bedaard te
houden.
Hij streek zich met de hand over het voor
hoofd als om zijn gedachten weg te vagen.
Ik vergeet mijzelf, mompelde hij, wat
heb ik gezegd U fnoet er maar niet naar
luisteren, want u moet het niet weten.
Zij legde haar hand op zijn arm en zei met
een helderen stem
Kom nu, mijnheer Barenstowe, u moet
naar huis, ik zal iemand bij u zenden, u kunt
vanavond niet alleen blijven.
De aanraking van haar hand bracht hem
weer tot bezinning en hij mompelde
Vergeef mij, ik ben heusch beter, de zon
was zeker te fel voor mij, want ik ben den
heelen middag aan het strandgeweest.
Lady Trevalga slaakte een zucht van ver
lichting, maar terwijl zij voortliepen, wierp
zij toch nu en dan een angstigen blik op hem.
Eindelijk bleef zij staan en wees hem op de
pracht van de ondergaande zon en toen ston
den zij samen naar dit heerlijke tooneel
te kijken.
(Wordt v»rvolffd.)