27e JAARGANG ZATERDAG 10 OCTOBER 1936 No. NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR WIERINGEN EN OMSTREKEN HET MYSTERIE. „WIERINGERMEER" GRATIS CADEAU BERTELS' N.V. W. A. C. O. HOORN WIERINGER COURANT VERSCHIJNT ELKEN DINSDAG, DONDERDAG EN ZATERDAG. ABONNEMENTSPRIJS per 3 maanden f 1.—. ÜITGEVEK COKN. J. BOSKER WIERINGEN BUREAU Hippolytushoef Wieringen Telef. Intercomm. No. 19. ADVERTENTIëN: Van 1 5 regels 0-50 Iedere regel meer f 0.10 WANNEER INKOMEN EN WANNEER NIET door Mr. J. H. van Doorne Advocaat en Belastingconsulent. 21. Is de belooning- voor bet oplos sen aan een prijsvraag verbon den Men heeft in deze kolommen reeds meermalen vragen en antwoorden kun nen lezen betrekking: hebbend op de inkomen-puzzle. Volkomen begrijpe lijk, want wanneer men een zeker gel delijk voordeel heeft behaald is het natuurlijk van groot belang om te weten of dit als inkomen belastbaar is, dan wel of bet enkel in aanmerking komt voor de vermogens belasting. In vele gevallen zal bet ant woord op de vraag of een genoten voor deel inkomen is, niet direct te geven zijn immers de wet is ten dezen zeer ruim in hare omschrijving en zeer vaag tegelijkertijd. En dan zal men dienen te zoeken in de juris-prudentie naar soortgelijke gevallen om in bet antwoord zoo safe mogelijk te zijn. Niet alleen hebben wij bier te ma ken met artikel 7 der wet op de inkom stenbelasting, dat als opbrengst van onderneming en arbeid noemt alle voordeeïen (onder welken naam en in welken vorm ook) uit bedrijf of beroep en uit hare handelingen. werkzaam heden en diensten van welken aard worden verkregen, maar bovendien met artikel 18, dat onder de inkomsten belasting trekt „op zich zelf staande werkzaamheden" dat zijn werkzaamhe den, welke niet in verband staan met eenige bron van inkomen. Dit laatste artikel is eigenlijk te be schouwen als een vergaarbak, waarin door den fiscus alles wordt gedepo neerd wat niet onder oen der andere artikelen, de opbrengst van bronnen van inkomen regelend, valt. Is een ze ker voordeel behaald, dat buiten deze bronnen valt, och, dan is bet gemakke lijk eens te probeeren of dat niet te brengen valt onder art. 18. Zelfs als men zich er op beroept, dat bet genoten voordeel een van zuiver speculatieven aard is, en derhalve volgens artikel 9 der wet onbelast, dan nog ziet men heel vaak, dat de fiscus door het onder artikel 18 te rangschikken, in den aan slag wil betrekken. Natuurlijk zal in elk speciaal geval de Raad van Beroep hébben uit te maken of dat terecht ge schiedde of niet een enkelen regel, welke als norm zou kunnen dienen, te stellen, is niet doenlijk. Wel kan als kenmerkend verschil tusschen winst door speculatie buiten beroep of bedrijf behaald, en winst ver kregen door een of meer op zich zelf staande werkzaamheden, dit worden genoemd, dat men bij speculatie niet denkt aan voordeeïen die grootendeels het gevolg zijn van arbeid van hem die dat voordeel behaalde waarbij dus de winst- of verlieskans de hoofdzaak en het erbij verrichte werk bijzaak is. Toch zijn wel gevallen denkbaar. FEUILLETON. 43.) Dola de Bermen had urenlang op 'n houten bank gezeten, die halfweg de' klippen stond en omdat zij zoo stijf en koud was, was zij lager gegaan naar een meer beschutte plek. Hier was zij meer verborgen voor de oogen van nieuwsgierigen, die haar mis schien zouden hebben opgemerkt en verdreven hebben. Met haar blik op de zee gevestigd had zij elke opkomende golf beloerd, ho pend en toch vreezend, dat het voor werp, dat zij zocht, op de golven zou verschijnen. Het was ook een vreeselijke toe stand voor haar, die aan allerlei weel de gewend was. Haar schamele klee ding, die zij van een arme vrouw in Launceston gekocht had, hing haar in wijde plooien om de leden en haar li chaam deed haar pijn van de ver moeienis. Zij zou veel hebben willen geven voor een goed maal in een fat soenlijke omgeving. Stellig voelde zij zich niet op haar gemak, terwijl zij daar de wacht hield in dit nachtelijk uur. Dezelfde geheime macht echter, die Aldred naar de plek had gebracht, drong ook haar om te blijven en zij kon en wilde niet van daar weg. Langen tijd had zij zitten droomen, waarbij het „gok"-element er dik op ligt, en die toch door den fiscus wor den aangemerkt als vallende onder ar tikel 18. Vooral in dezen tijd, nu het uit schrijven van prijsvragen en prijsraad seis aan de orde van den dag is, is het niet onaardig eens te kijken hoe de ju ris-prudentie dienaangaande luidt. Bij zoo'n prijsvraag zijn er wellicht tientallen, honderdtallen goede oplos sers. In dat geval zal dan ook veelal het lot beslissen omtrent het toekennen van de prijzen. Het behoeft geen betoog dat het de fabriek die zoo'n prijsvraag uitschrijft er in de eerste plaats om be gonnen is, reclame te maken voor haar product. De prijsvraag, hoe ge wichtig die vaak ook word ingekleed, is doorgaans bijzaak. Bijvoorbeeld looft een sigarettenfirma een prijs uit voor den mooisten slagzin, die de kwa liteit van het merk het best doet uitko men. Duizenden koopen een pakje si garetten om te kunnen mededingen, en juist daarom is het begonnen men leert het merk kennen, en er is veel kans dat men het merk blijf', rooken. Hoe prachtig de oplossing ook zijn moge, honderd tegen één dat de firma er nooit gebruik van maakt. Is nu, een prijs, gewonnen met het oplossen van zoo'n prijsvraag ie be schouwen als inkomen of niet Dal was ook de vraag die den Raad van Be roep te 's-Gra.venhage had te beant woorden, toen een jongeman een auto kreeg als prijs voor de beste slagzin voor een zeker verbruiksartikel. De inspecteur had hem hiervoor aangesla gen, hijzelf bestreed de rechtsgeldig heid van den aanslag op. dezen grond, dat hier van belooning voor eenige „werkzaamheid" geen sprake was, daar het hier uitsluitend een reclame-ma noeuvre betrof, en de betreffende fir ma dan ook nooit gebruik had ge maakt van bedoelden slagzin. De prijs stond bovendien zoo buiten elke ver houding tot de prestatie van den win naar, dat. hier kwalijk van „beloo ning" gesproken kon worden. De Raad van Beroep oordeelde ech ter anders. De wet beschouwde -- al dus de Raad zonder eenige beper king als inkomen voordeeïen onder welken naam of in welken vorm ook genoten, hetzij in- hetzij buiten be roep of bedrijf. En waar nu blijkt dat appellant als opbrengst van „werk zaamheden" namelijk het bedenken en inzenden van den bewusten slagzin, 'n bedrag van f 2000 heeft gekregen, is te recht dit bedrag bij zijn inkomen ge voegd. Men ziet uit deze uitspraak, die kort maar krachtig is, dat de Raad van Be roep het begrip „op zich zelf staande werkzaamheden" dus zeer ruim opvat. Want „werkzaamheden" naar hetgeen men hieronder in het dagelijkseh leven pleegt te verstaan, worden toch eigen lijk niet verricht door iemand die pie kert over de oplossing van een prijs raadsel. Het speculatieve element werd in dezen er niet bij betrokken naar onze meening een factor, die door den belanghebbende niet verwaar- ioosd had mogen worden. Want bij in zij had booten zien voorbij varen zon der dat dit eenigen indruk op haar maakte. Zij was blind voor de pracht van het tooneel, dat zich aan haar oogen had voorgedaan en had niet op de geluiden om haar heen gelet, het krabbelen van een rat, het schreeuwen van vogels en het ruischen van het water onder haar. Nu begon zij zich echter te bewegen en zij scheen als plotseling ontwaakt en belangstelling te koesteren voor haar omgeving. Op eenigen afstand van de kust be woog zich in zee een donker voorwerp, dat scherp afstak tegen het witte schuim der golven en bij het heldere maanlicht goed zichtbaar was. Zij boog zich wat voorover in afwachting* dat het zich weer zou vertoonen. Het kon een blok hout geweest zijn, een vat, of een plank, want dikwijls spoel de er op die wilde kust het een of an der deel van een vergaan schip aan. Haar oogen konden er geen bepaal den vorm aan onderscheiden en toch werd zij met een gevoel van afschuw vervuld, zij beefde en greep zich aan het gras op den grond vast als in doodsangst. De woedende golven joegen hoe lan ger hoe dichter naar de kust en Dola's angst vermeerderde haar verbeel ding schilderde akelige visioenen, die haar ziel tot in de diepste kwelden en pijnigden. Zij zag hol-oogige gedaan ten en schimmen voor zich opdoemen en allen hadden de gelaatstrekken van Franqois d'Orvée. Zij wankelde eindelijk op de heen en keerde zich zóó, dat zij de zee ach formatie bij de fabriek die de prijs vraag uitschreef, zou hij zéér waar schijnlijk wel vernomen hebben, dat er doorgaans een heeleboel goede inzen ders zijn, en dan het lot pleeg*?, te be slissen. En in dat geval zou het toch nog wel de vraag geweest zijn of de Raad van Beroep die omstandigheid niet van invloed zou hebben doen zijn bij zijn beslissing. Belastingzaken. Administratief. Directeur Mr. J. H. van DOORNE AdviseurC. P. Vergouwen. Kerkweg No. 3 Middenmeer. ORANJE DROOGVOEDERBAK BIJ BESTELLING VAN 5 x 50 K.G. BERTELS' KUNSTKORREL HET VOORDEELIGSTE, VOLLEDIGE PLUIMVEEVOEDER, NEVENSTAANDE VOEDERBAK GRATIS BESTELT BIJ UW VOEDERLEVERANCIER EN WAAR NIET VERKRIJGBAAR DIRECT AAN OLIEFABRIEKEN N.V. AMSTERDAM O. CRISIS MAATREGELEN. INTREKKING REGELINGEN HEFFING VARKENSVLEESCH. Zooals reeds gemeld, is met ingang van 7 October de heffing op varkensvleesch bui ten werking gesteld. In overeenstemming daarmede heeft de Minister van Landbouw en Visscherij thans algemeene ontheffing verleend van die arti kelen van het Crisis-Varkensbesluit 1936, waarin bepalingen zijn vervat omtrent het wegen van varkens, welke weging diende tot vaststelling van het bedrag der heffing. Door het verleenen van deze ontheffing is buiten werking gesteld de Crisis-Varkensbe schikking 1936 II, welke nadere voorschriften behelst omtrent het betalen der heffing en het wegen van varkens, alsmede een regeling van de vergoeding voor de aan de gemeente besturen opgedragen werkzaamheden ter inning der heffing. Tevens is daardoor buiten werking gesteld de Crisis-Huisslachtingsbeschikking 1936, in welke beschikking in bepaalde gevallen on der de daarin genoémde voorwaarden ont heffing wordt verleend van het betalen van heffing op varkensvleesch. B1NNENLANDSCH NIEUWS. GROOTE VANGSTEN VAN GARNALENVISSCHERS. Drogerijen werken dag* en nacht op volle kracht. De laatste weken heerscht er te Zout kamp in de provincie Groningen een buitengewoon groote bedrijvigheid. Zoo werden er de vorige week ruim 13000 bushel drogerij-garnalen en in de afgeloopen week ongeveer 19.000 bus- Vanaf 3 October uitbreiding der dienst Helder- -Wieringen - Wieringermeer - Medemblik - Hoorn - Amsterdam. Weekse dagen 5x, Zaterdag 6x, Zondag 4x, in beide richtingen. Vraagt gratis dienstwijziging bij onze chauffeurs. hel aangevoerd. Indien men een bus hel op 33 Kg. rekent, werden er in de af geloopen week 19000 x 33 Kg", is 627.000 Kg*, natte drogerij-garnalen aangevoerd Deze 627.000 Kg. werden door de vijf te Zoutkamp zijnde drogerijen ver werkt. Op deze fabrieken vinden alleen al een, 60 tot 65 menschen werk. Al deze garnalen worden door de dro gerijen aan de Regeering afgeleverd, die ze later weer gaat verhandelen. Groote hoeveelheden worden er elke week vervoerd, waar ze gekeurd wor den. In hoofdzaak worden deze ge droogde garnalen gebruikt voor pluim veevoeder en daarnaast gedeeltelijk voor varkensvoeder. De eendenfokkers op de Veluwe zijn groote afnemers. Te Zoutkamp beteekent deze drukte zoowel voor de visschers als voor am bachtslieden en neringdoenden, betrok ken bij de visscherij, een tijdelijke op leving. NIEUW LEVEN OP DE VEEMARKT. Alle prijzen hooger. De devaluatie van den gulden staat ook op de veemarkt nieuw leven gebracht. De run deren zijn duurder geworden, de schapen eveneens en zelfs de varkensprijzen gaan omhoog. De export van vee wordt nog altijd beheerscht door de contigenteeringen dei- landen van afzet. Maar de gunstiger valuta verhoudingen stimuleeren toch de pogingen van den handel om vee over de grenzen te krijgen. Een handelaar vertelde van een Bel gisch koopman,, die voor een koe hier thans f 250 betalend, dit beest een 1000 francs goed kooper heeft dan een goede weer geleden. In zulke marges zit handel. Zelfs smokkelhan del Ook de prijzen voor de schapen loopen j sterk op, wat voor een deel is toe te schrijven I aan de toenemende binnenlandsche consump tie van schapenvleesch, dat veel goedkooper dan rundvleesch is. Het groote slachtvee van goede kwaliteit was door het effect, dat de inkrimping van den veestapel thans krijgt, toch reeds een f 40 a f 50 duurder geworden. Thans is de prijs gemiddeld alweer f 10 per beest hooger, de kalf koeien nog meer, omdat er weer gang in de zaken wordt verwacht. Men hoopt nu algemeen, dat de uitvoer beter zal vlotten in de naaste toekomst. Want wel was er een exportpremie van f 60 a f 70 per rund, doch er was zooveel aan vast om in deze in Den Haag los te krijgen, dat er ten slotte weinig muziek en weinig aardigheid zat in dezen handel. Betere veeprïjzen moeten op den duur het platteland ten goede komen, en daardoor ook de steden, die voor een groot deel van het platteland bestaan. Over het geheel acht men de situatie in den veehandel door de devaluatie wel verbeterd. Men is optimist voorloopig en dit stimuleert de zaken. Het feit, dat ook de vleeschprijzen zullen stijgen, ziet men niet zoo zwaar in, omdat nog altijd bij heel lage prijzen de con sumptie gedaald is, wijl deze lage prijzen ook de consumenten zoo verarmden, dat ze toch geen vleesch konden eten. En vanzelf zullen hooger veeprijzen op den duur meer vee aan de markt brengen, zoodat dan toch weer normale verhoudingen ontstaan. LANDBOUW ter zich had. Toch waren de schimmen er nog, zij kon er niet aan ontsnappen, waarheen zij zich ook wendde. Zij wist heel goed, dat zij zichzelf niet durfde afvragen, wat dat zwarte voorwerp was. Zij was haar geheele le ven onvervaard geweest en had een uitdagende houding tegenover alles en iedereen aangenomen, maar op dit oogenblik ontzonk haar de moed, zij had een gevoel, alsof zij wel naar hel einde der aarde wilde vluchten als zij maar niet het gelaat van haar dooden broeder behoefde terug te zien. Met een gesmoorden kreet op de lip pen begon zij de klip op te klimmen, voordat zij echter 'n half dozijn passen gedaan had, bleef zij plotseling stil staan en verborg zich achter een groot rotsblok. Een man, die het pad afdaalde, waar zij zich op bevond, zag waar zij zich had verborgen en volgde haar. Wie hen je vroeg hij, en wat doet u hier midden in den nacht Hij had haar arm gevat, maar zij trachtte zich los te rukken en mompel de een antwoord in het Spaansch. Er volgde een pauze. Zij hadden el kander herkend en stonden nu een oogenblik zwijgend na te denken. Al dred was de eerste, die iets zei. Wat doet u hier herhaalde hij in het Fransch, en waarom hebt u zich zoo verkleed Dacht u nu, dat ik u niet herkennen zou*? Ik ken uw stem maar al te goed. Zij rukte haar arm los. Laat mij met rust, zei zij op wan hopigen toon, ik heb evenveel recht om hier te zijn als u, al ben ik dan ook een LOSSE OPMERKINGEN. I. Ons handelsverkeer met Duitschland. Onze land- en tuinbouw lijden voor namelijk door de houding, die het hui tenland tegenover onze producten in neemt. Vooral het autarkisch streven van Duitschland is met name voor de tuinders^ doch ook voor den boer zeer schadelij k. Nu is dat optreden op zichzelf geno men een zaak, die dat land alléén en niet ons aangaat. Ieder land is betrek kelijk vrij om te doen en laten wat het zelf wil. Ja, betrekkelijk vrij wel, maar er zijn in dit geval wederzijdsclie ver plichtingen. Want naast den invoer van producten uit ons land staat ook een aankoop van Duitsche producten door ons. En die is in geld uitgedrukt vrij wat grooter dan wij aan Duitsch land verkoopen. Meer dan tweemaal zooveel zelfs. En dat niet alleen om dat Duitschland meer zichzelf kan voorzien dan voorheen, doch ook, om dat het op andere markten gaat koo pen wat voor kort van ons betrokken werd. Nu is de geheele wereldmarkt zeer sterk ingekrompen. Dus ook onze af na me van Duitschland, maar onze leve ring aan dat land ook. In het eerste halfjaar van 1936 had onze uitvoer naar Duitschland een waarde van 58 millioen gulden, maar wij kochten er vreemde. Laat mij voorbij. Neen, madame, zei hij, haar den weg versperrend, zeg mij, waarom u zich hier op die manier verstopt Ik verklaar niets. Laat mij voor bij. Plotseling bukte Aldred, rukte haar bril af en de grijze pruik die zij op had, zoodat haar oogen en het blonde haar nu goed zichtbaar waren. U is het wel, madame, zei hij, dus u hebt uw woord gebroken waar door u uwe vrijheid hadt gekregen en nu moet u maar de gevolgen van die daad dragen. Kom met mij mee en u zult loon krijgen naar verdienste. Hij greep haar bij de polsen toen zij hem voorbij wilde dringen en zij riep: Laat mij los. Ik ga niet mee. Pas op, jij zot, hoe ik je (nog behandel U bent een zottin, zei Aldred, ont snappen is onmogeijk U hebt de kans daartoe gehad en die is verwaar loosd. Het noodlot heeft mij niet voor niets hierheen gevoerd, dat was zoo bestierd. Ga bedaard met mij mee, mada me, en doe, wat ik zeg. -- Neen, nog liever sterf ik, riep zij, met hem worstelend. Ik ben hier geko men om mijn broer te zoeken en ik blijf tot ik hem heb. Kijk maar, hij drijft op de zee en hij komt naar mij toe, hij is mijn eigendom, als hij aan spoelt. Dus dat was uw doel, zei Aldred, zonder haar uit het oog te verliezen, nu begrijp ik waarom u zoo vermomd bent en ook waarom u hier terug bent gekomen. Maar die moeite had u zich kunnen besparen, want u krijgt het li chaam niet. Als het aanspoelt, is het de plicht der politie om de kleeren te doorzoeken en ik zal de papieren op- eischen, die u wou stelen. -- En u denkt, dat ik dit zou toela ten grijnsde Dola met een af schuwe lijken lach die akelig klonk in de nach lelijke stilte, dat nooit, zoolang ik in leven ben. Laat mij los, zeg. -- Hallo daari riep een van de l ust wachters boven hen. U ziet, dat wij niet alleen zijn, zei Alderd bedaard, wees nu verstan dig en geef toe. Tegenstreven dient nor gens toe. Het kan mij niets scheien. Ik ben niet bang, zei zij worstelend als 'n wild dier. Zij trok hem achteruit zonder op het gevaarlijke van den toestand te letten, want zij wilde vrij zijn. -- Dus wilt u niet toegeven, dan zal ik meer kracht moeten aanwenden, zei Adred, die zijn zwakte vergat. Zij worstelde en gilde, heet hem in de handen en schopte hem tegen de beenen. Boven op de klip staarden de kust wachters verbluft naar dat onvervvach te tooneel, zij zagen de twee gestalten van den eenen naar den anderen kant zwaaien en zij begonnen het pad af te loopen, voor zoover de veiligheid dat toeliet. Op dit oogenblik wist Dola met een bovenmenschelijke poging haar zelf en haar tegenstander van het pad af te dringen naar den steilen kant van de klip en hier zwaaiden zij nog samen op den gladden grond, terwijl een massa losse steenen en zand naar beneden in de diepte rolden. Word» vervolgd.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Wieringer courant | 1936 | | pagina 1