20e JAARGANG
DINSDAG 15 DECEMBER 1936
No. in
NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR
WIERINGEN EN OMSTREKEN
3
DE VALSCHE
AANKLACHT.
REISBUREAU W.A.C.O
WIERINGER CO URM ÉT
VERSCHIJNT ELKEN
DINSDAG, DONDERDAG EN ZATERDAG.
ABONNEMENTSPRIJS
per 3 maanden t 1.—.
UITGEVER
CORN. J. BOSKER
WIERINGEN
BUREAU
Hippolytushoef Wieringei
Telef. Intercomm. No, 19.
ADVERTENTIiN
Van 1 5 regels
Iedere regel meer
f 0.5C
1 0.1*
CRISIS - BUREAU.
Afname varkens boven 't bacongewicht
De Nederlandsche Veehouderij Cen
trale maakt bekend, dat de prijzen voor
de met ingang van Maandag 14 Dec.
a.s. aan haar te leveren varkens hoven
het bacongewicht, met 3 cent per kg.
geslacht gewicht zijn verhoogd. Deze
prijzen zijn dan tot wederopzegging toe
als volgt:
prijs p. Kg. geslacht gewicht in centen:
a. Varkens, wegende bij opgave 95 tot
120 kg. levend, voor zoover deze var
kens reeds eerder als baconvarkens
aan de zaakvoerders der Nedeil. Veeh.
Centr. waren opgegeven
kw. A. 54 cent per kg geslacht gewicht
kw. B. 52 cent per kg geslacht gewicht
kw, C. 50 cent per kg geslacht gewicht
b. Varkens, wegende hij opgave van
95 tot 200 kg. levend
van 95 tot 110 kg geslacht 51 cent p. kg
van 111 tot 125 kg geslacht 50 cl. p. Kg.
van 126 tot 140 kg geslacht 49 ct. p. kg
van 141 tot 165 kg geslacht 18 ct. p. kg.
van 166 kg. en daarboven b? ct p. kg.
alles berekend per geslacht.
De opgave in districten waar geen
zaakvoerders zijn kan schriftelijk wor
den gedaan bij de kringzaakvoerders
tier Nederl. Veehouderij Centrale
Geleverde varkens, welke niet aan
de bekende voorwaarden voldoen, wor
den naar waarde uitbetaald.
Voorts wordt er nadrukkelijk de
aandacht op gevestigd, dat met ingang
van 28 Dec. 1936 geen varkens meer zul
len kunnen worden opgegeven, welke
zwaarder wegen dan 120 kg. Het ligt
niet in de bedoeling de gelegenheid
daartoe in de toekomst wederom open
te stellen.
's Gravenhage, 12 Dec. 1936.
Minimum Maaswijdte van Kuil- en
Snurrevaad netten.
Ten gevolge van de in November i936
genomen besluiten door een intématio-1
nale conferentie, te Londen, bijeen goko'
men op uitiioodiging van de Begeering
van Groot Brittanriië, ter bespreking
van het stellen van een maai op netten
en op sommige vischsoortcn, ligt het in
liet voornemen van den minister van
Landbouw en V'isscherij spoedig te be-
vorderen, dat hei Crisis - Zeevischbe-
sluit 1936 in dien zin zal worden gewij
zigd, dat de maaswijdte van bovenge
noemde netten ten minste 7 c.m. zal
moeten bedragen in plaats van 71/* c.m.
Hierbij zij opgemerkt,, dat de contro
le zal gescieden, nadat het ïiei bcvischt
is en dat daarbij de lengte van de ge
strekte maas tusscben haar eindknoo-
pen, nat gemeten, len minste 7 c.m. zal
moeten bedragen.
Bij het breien der netten boude men
du,s rekening, zoowel met het krimpen
tengevolge van het nat worden, als met
het rekken ten gevolge van de krach
ten, die er tijdens het visschen op wor
den uitgeoefend. Men neme het vooral
niet te krap, aangezien de maaswijdte
ten minste 7 c.m. zal moeten bedragen
en dus niet minder.
GEMEENTE WIERINGEN.
DEN OEVER. Ook daar een kleuterschool
Naar wij vernemen is men te Den Oever
bezig om te trachten ook daar een kleuter
school op te richten.
Nu men geconstateerd heeft, dat de school
in Hippolytushoef zoo gunstig floreert, wilde
Den Oever ook niet achter blijven.
Het goede resultaat in Hippo bereikt heeft
dan ook tengevolge gehad, dat men thans
Mevr. de HaanBosker heeft aangezocht om
zich te willen belasten met de oprichting, al
thans haar medewerking daaraan te willen
verleenen, waarin zij inmiddels heeft toege
stemd.
Wij twijfelen niet of Den Oever zal met
deze school slagen, temeer waar men daar
immer eendrachtig samenwerkt wanneer iets
op touw gezet wordt.
BENOEMD. De heer O. J. Bosker is be
noemd tot Kerkvoogd der Ned. Hervormde
Kerk te Hippolytushoef, welke deze benoe
ming heeft geaccepterd.
Deze benoeming houdt verband met het
bedanken van den heer H. Smit.
MET DE TURNSTERS NAAR DE RESIDEN
TIE-STAD. Zondag reed een volle bus met
turn-enthousiasten naar Den Haag om daar
de Nationale kampioenschappen bij te wonen,
waaraan onze plaatselijke favorieten de dames
G. Snooij en T. de Wit zouden deelnemen. Ge
zien het resultaat van Mej. Snooij het vorige
jaar behaald, was er zeer veel kans dat deze
nu op de tweede plaats zou komen te staan,
hetgeen ook de voorspelling van de groote
dagbladpers was. En zulks zou zeer zeker ge
beurd zijn als mej. Snooij geen last had ge
kregen van het pechduiveltje. Want op het
toestel waarin zij altijd het beste was, en vo
rig jaar het hoogste cijfer behaalde, dat men
iemand in Nederland toekende, maakte zij
een onvoorziene misgreep hetgeen haar pun-
tental dusdanig schaadde, dat zij van de
tweede plaats op de vijfde kwam te sta
Het paardwerk was haar deze keer noodlottig.
Maar wij beseffen, dat dit niet wegneemt dat
mej. Snooij een ernstig candidaat is en zal
blijven voor de kampioenschappen. Een ieder
kan een ongelukje hebben en daarom zijn
wij niet teleurgesteld. Het is al een behoor
lijk resultaat om vijfde van Nederland ge
noemd te kunnen worden. Daarom hulde voor
je keurige prestaties, Geer. De moed niet la
ten zakken want er is een spreekwoord dat
zegt„De aanhouder wint." Hierbij onze fe
licitaties.
En dan gaan wij naar de Jeugdafdeeling
toe. Ook daar deed een plaatsgenoote mee
dit jaar voor het eerst, n.1. Mej. Trien de Wit.
Wie het soepel turnen van deze dame al eens
heeft bewonderd, zal het met ons eens zijn
dat het eigenlijk geen wonder is dat zij tot
de besten der besten mag behooren. Want ook
zij behaalde in haar klasse de vijfde plaats.
Wij kunnen op deze plaats niet nalaten ook
mej. de Wit in de hulde te doen deelen, het
v/as verdiend En dan komt last but not
least, de kracht „achter de schermen" naar
voren, de heer Pennekamp, die hun toch zoo
ver heeft gebracht. Natuurlijk is hem een
FEUILLETON.
ROMAN VAN DE
BEKENDE SCHRIJFSTER
VIOLETTE CARR.
21.)
HOOFDSTUK 8.
Toen Fientje weer in de stad terugkwam,
sloeg het van den toren van de Frauenkirche
vijf uur. Zij schrok en het was haar, alsof zij
uit een diepen langen droom ontwaakte. Het
was druk op straat want de werkplaatsen en
kantoren stroomden leeg en iedereen haastte
zich huiswaarts.
Verbaasd keek Fientje om zich heen, het
was bijna avond geworden. Had zij dan den
lieelen dag met die getuigenverklaring doorge
bracht 's Morgens was zij door een agent
afgehaald, toen moest zij lang wachten, voor
dat zij bij Xaver werd toegelaten maar on
danks dat, moest zij zeker een paar uur rond
de gevangenis hebben geloopen, want nu
was het tegen den avond.
De brouwerij was gesloten, de arbeiders
v/aren weg, zij had dus een vollen dag ver
zuimd. Nu kwam weer het gevoel van schaam
te over haar. Zij was door de politie gehaald
dat had iedereen gezien Wat zou de
brouwmeester wel van haar denken, en wat
zou haar kostjuffrouw wel voor oogen opzet
ten Automatisch was zij doorgeloopen en nu
stond zij voor het café. De gelagkamer was
grijs van de rook en aan de tafeltje zaten de
arbeiders van de brouwerij, om vlug een glas'
bier te drinken voor zij den nachtarbeid be-'
gonnen in de mouterij. Fientje liep, zonder
om aich heen te kijken door de gelagkamer
groot deel van het succes te danken. Onze Gym
en inwoners kunnen trotsch op dit drietal
zijn, dat zoo waardig onze eer weet hoog te
houden.
Een aardige geste van het publiek was wel,
toen men weer in „Concordia" arriveerde. De
danslustigen staakten en de heer Nieuw-
buurt overhandigde namens „de zaalbezoekers"
elk der drie bovengenoemde sportmenschen
een mooie bloemenmand. Wel een bewijs hoe
zij „erop" staan.
Thans enkele uitslagen (voor den naasten
omtrek).
Turners. 1 P. v. Dam 98 p., 2 V. Genderen 95Va
p., 3. E. Melkman 93 p., 4. J. Molenaar 86V21
p., Noord-Scharwoude.
Jeugdturners 1 M. Werkendam, Amsterdam
86 3/4 p., 2 J. J. Munten, Blerik, 83'Ai p., 3 S.
Groen, Amsterdam, 77V4 p., 5 W. Veldsera,
Alkmaar, 69 p., 7 Spaan, Alkmaar 65V-I p.
Turnsters. 1 Tony Paezens, Amsterdam 95
p., 2 N. Peeman, Vlissingen 93'/2 p., 3. Las-
schuyt, Den Haag 90'A p., Fieseler, Amster
dam 88 p., 5 G. Snooij, Wieringen, 87Va p.
Jeugd-turnsters. 1 B. Hoekstra, Huizem
69'A p., 2 G. de Boer Huizum 62 3/4 p., 3 D.
Haantjes, Amsterdam, 56'/j p., 5 Trien de Wit
Wieringen.
VISSCHERIJ.
Een levendige vergadering in hotel
Kaan. Gaven wij in ons blad van Za
terdag j.1. reeds een uitvoerig verslag
van de groot e vergadering te Amster
dam over de kwestie van de maaswijd
te, thans weer vergaderden te 11.lioef
op Zaterdagmiddag de besturen der vis
schersvereenigingen van Ilarlingen,
Den Helder, Makkum. Wieringen en
Texel.
De afd. Ilarlingen en Makkum had
den deze vergadering in kort tijdsbe
stek aangevraagd.
Om 2 uur neemt de hr. Stcvonson
(voorz. vissehersboiid) het woord. i\a
het welkom, spreekt hij zijn leedwezen
er over uit, dat de wijze waarop deze
vergadering werd uitgeschreven zoo on
gewoon verloopen is. Er was echter te
kort tijd en daarom volstrekt niet mo
gelijk het anders te doen
Vervolgens geeft spr. een kort resu
mé over de vergadering der Ned. Vis-
scherij Centrale te Den Haag. Dc heer
Stevenson verwijst eveneens naar het
gepubliceerde in de Telegraaf van Vrij
dag (zie ons blad van Zaterdag) betref
fende de regeling voor de Waddenzee-
visscherij, waarin vermeld werd dat
met 1 April 1937 het kuilverbod in wer
king zou treden.
Spreker, zooals bekend een vlot en ge
vat causeur, merkt op, dat hij deze da
tum te vroeg acht en zou alsnog willen
verzoeken deze op 15 April te stellen
Wat betreft verder het kuiiverbod,
en door de keuken, maar zij had de heldere
stem van Wastl gehoord. In de keuken was
de waardin met de kannen en kruiken bezig,
zij wierp een korten blik op Fientje en zei
„Zoo kom je eindelijk nog terug
Het meisje voelde, dat de stemming van de
vrouw ten opzichte van haar veranderd was.
„Ik was bij mijn verloofde, U weet, dat hij
wegens het stroopen in voorarrest zit."
„Ik zal je eens wat vertellen, juffertje ik
weet niet, of je morgen in de brouwerij weer
zult kunnen werken. De brouwmeester heeft
twee maal naar je laten vragen. Misschien
denkt hij wel, dat men je daar vastgehouden
heeft. Ik wil heelemaal niet van je zaken
hooren, dat gaat mij niets aan, maar nog
nooit heb ik de politie bij mij in huis gehad.
Het liefste zou ik willen, dat je maar een an
dere kamer zocht. Ik ben geen onmensch die
je zonder verder pardon op straat zet, maar
tegen volgende week zoek je maar wat anders.
Tot zoolang hebje betaald, maar als er in
dien tusschentijd nog eens een agent voor je
komt, dan vlieg je op slag de deur uit."
Fientje was zoo ontdaan, dat zij er geen
woord kon uitbrengen.
„Ga nu naar de gelagkamer, dan zal ik je
je eten brengen, dat heb ik warmgehouden."
Het angstzweet brak Fientje uit. Zij kon
geen brok eten door haar keel krijgen, zij
legde vork en mes neer en staarde voor zich
uit. Toen viel haar oog op een groepje man
nen, dat aan één van de tafeltjes zat en
daarbij was ook Wastl, de zoon van den
brouwmeester.
Terwijl Fientje nog steeds voor zich uit
staarde kwam haar als een reddende gedach
te „Wastl en niemand anders zou haar
kunnen helpen."
Opeens boog zij het hoofd en werd vuur
rood. Als zij dezen jongen man over haar
leven vertelde, hem alles toevertrouwde
als zij hem om hulp vroeg, dan dan zou
hij zeker een tegenprestatie van haar ver
Met de Kerstdagen en Nieuwjaar
rijden wij naar Dusseldorp Keulen
Antwerpen Brussel en Parijs.
Vraagt inlichtingen aan ons kantoor.
BREED 35 TEL. 184 HOORN.
zou spr. alvorens daarover verder zijn
meening uit te spreken in de eerste
plaats de geest der vergadering willen
leer en kennen.
De heer Posma (Makkum, wethouder
Wonseradeel) merkt op dat de agenda
vollediger had kunnen zijn. -
Voorz. antwoordt, dat Ilarlingen op
het laatste moment opbelde en het dus
in dat geval niet anders kon
De hr. Buys (Exporteur Harlingen)
zegt dat men vorig jaar een voorverga
dering had gehouden en vraagt waar
om nu niet t?)
Voorz. repliceert, dat waar van de af
deelingen geen verzoek tot een vergade
ring was ingekomen het niet op zijn
weg lag dit zelfstandig te doen
De hr. Elle (Texel) stelt voor om te ver
zoeken het kuilverbod in zijn geheel te
laten vervallen, daar tevens dan het
stellen van een datum overbodig wordt
Voorz. zegt dat hiertegen bezwaren
zullen komen door de kamervisschers.
De hr. Tijsen (Wier.) merkt op dat
deze datum werd gesteld in verband
met de sleepbooten
De hr. Van Urk (Harl.) wil een ieder
laten visschen hoe hij dat zelf wil. Een
komvisseher vischt langer dan een kuil
visscher, hetgeen hij een onbillijkheid
acht.
Voorz. De heer Jansen van de Ned.
Vissch. Centr. wil zich met alle geweld
vasthouden aan een datum.
De hr. Tijsen heeft de hr. Jansen in
overweging gegeven voor de bonafide
vischers een beroep open te iaten hij
den minister.
De hr. Halfweeg (Kuilder Wieringen)
vestigt de aandaent er op. dat lnj al
heel veel jaren deelneemt aan de kuil-
visscherij en vertelt iets van vroegere
toestanden.
De hr. Van Urk (Harlingen) zegt dat
een vaste basis hier moeilijk is te trek
ken. Vorig jaar maakte spr. goecle en
ook heel slechte weken
Na eenig over en weer pralen stelt
voorz. voor de datum voor de kuiivis-
scherij van 15 April aan de Visscherij-
Centrale voor te leggen. Er moet tevens
dispensatie open staan hij den Minis
ter vóór honaiicle visscliers.
De hr. Vis van Texel gaar volkomn
met het voorstel van voorz. accoord.
maar zoo zegt nij. moeten de kuilvis-
schers nu wijken voor de visschers die
na de afsluiting zijn begonnen
Voorz. zegt dat de minister een basis
jaar heeft vastgesteld te dien opzichte.
Overigens heelt de minister laten blij
ken dat hij de belangen der beroepsvis
schers niet over het noofd ziet.
De hr. Jn. Lont (Wier.) gaat hier ook
op in en zegt dat er vele visschers zijn,
welke vroeger vischten en nu niet meer
Hij zelf b.v. vischte vroeger op wulken;
dat is nu verboden. „Maar waarom ei
igenlijk??" vraagt hij.
De heeren Buijs en Veltman (Harl.)
geven te kennen dat zij tegen de rege
ling als thans is opgesteld zullen stem
men. Uit de vergadering gaan stem
men op dat indien dispensatie mogelijk
langen een tegenprestatie waaraan zij
nooit zou kunnen voldoen.
De waardin kwam naar haar toe, nam
zwijgend de schalen waarin het eten nog
beid bestaat de datum wel op 1 April
kan blijven staan.
Weth. Tijsen geeft hierop repliek en
merkt op dat men een wettige reden
moe hebnen om dispensatie te verkrij
gen.
Daarop komt het in stemming of
liet voorstel van den voorz. al dan
niet zal doorgaan.
Vóór zijn vier afdeelingen, terwijl
Harlingen en Makkum blanco stem
men.
Aldus aangenomen.
Een typisch incident doet zich dan
aan onze taiel voor, waar de aid. Ilar
lingen is gezeten. De heer Van Urk
(Voorz.) stemt eerst voor, doch wan
neer zijn mede bestuursleden lel daar
tegen ageeren en een kleine onderling'
ruzie ontstaat, zegt deze zich vergist
te hebben en pnve gestemd te hebben.
Dit ieit had zijn oorzaak daarin dat
het eene bestuurslid belangen had bij
kom-visschenj en den ander bij de
kuilvisschenj. (Nu kan men zelt eens
nagaan hoe moeilijk het is uniforme
regelingen te treffen bij visschers
de bestuurleden van Ilarlingen zijn
het nota-bene zelt onderling niet eens
op een vergadering waar zij i stem heb
ben. Verslagg.)
Voorz. spreekt vervolgens over orga
nisatorische punten welke hij de leve
ring van viscn naar voren komen. Wan
neer een ieder op zijn plaats zorgt, dat
er per kist 53 Kg. wordt geleverd, is al
les in orde.
Er zal hierop toezicht worden uitge
oefend en desnoods zal een strafbepa
ling ingevoerd moeten worden (inhou
ding van vergunning.)
De kooper kan, zulks naar aanlei
ding van een opmerking in de verga
dering, moeilijk straffen. Want wan
neer hem verboden wordt te koopen
stelt hij een commissionnair in zijn
plaats
Een visscher mag dus vooral r.ïe.
MEER haring aan een kooper leveren
met het oogmerk bij hem in den pas
te kunnen komen.
Hier zal dus controle op gehouden
moeten worden.
Systeem van verdeeiing.
Voorz. geeft een keurig opgebouwde
inleiding, waaruit hoofdzakelijk komt
vast te staan, dat in alle afdeelingen
wat betref de visscherij als zoodanig
een vaste lijn loopt.
In Den Helder maakte men een on
derscheiding van goede cons.-haring,
puiharing en afgekeurde haring.
Vorig jaar aldus de voorz. had men
in Den Helder geen last. Wat echter
betreft het systeem van Harlingen
deelt spr. mede dat dit absoluut voor
Den Helder ondoenlijk is. Hij stipu
leert hierbij eenige praktijkgevallen.
Dan noemt hij het verschil tussclien
Wieringen en Harlingen. Op Wieringen
heeft men een z.g. pot. Daar komt in
1. de gelden voor cons.-haring (dus
van den koopman.)
2;. de gelden van de puf (dus van
de Visscherij-Centrale.)
De bedragen ontvangen van den
lv
dacht niet meer bij het spel bepalen, dat' de
mannen aan het spelen waren. Wat zou er
met het meisje aan de hand zijn Er was
iets niet in orde Zij had hem reeds van het
onaangeroerd was, mee naar de keuken, wierp eerste oogenblik af aangetrokken, omdat
het meisje een kwaden, beleedigenden
toe en verdween weer naar het buffet.
zij
blik zoo geheel anders was dan de andere meisjes,
j die hij kende. Hij had den korten tijd, dat
De verachtelijke blik van de vrouw kwetste zij op de brouwerij werkte, goed op haar ge-
Fientje diep. Bij haar vond zij geen medelij- let zonder dat zij er iets van had gemerkt,
den, dat voelde zij instinctief, het had geen Zij was van de complimentjes van de arbei-
zin zich te vernederen en de waardin alles te1 ders niet gediend geweest, alles aan haar was
vertellen, haar tot deelgenoote van haar on-zoo zuiver en frisch, alsof zij zoo uit de ber-
geluk te maken, dan nog liever zou zij hetgen kwam, alsof de dennengeur nog aan haar
Wastl vertellen, die zou wellicht meer gevoel kleeren hing.
voor haar toonen. Mannen zijn dikwijls niet' Wastl verwonderde zich over zichzelf. Was
zoo hard als een vrouw. Ondanks haar leed hij dwaas geworden, hij leek wel verliefd,
wist het meisje niet hoe lief zij er in haar'Deksel nog aan toe, hij de vlotteWastl, die
ongeluk uitzag. elke vrouw achterna liep, zou hij zich nu
Haar smalle gezicht was rood van innerlij- door dat meisje laten inpalmen Aan de deur
ke opwinding, de groote oogen leken wel diep- bleef hij nog even staan toen de anderen
zwart door de pas vergoten tranen. Haar ver-reeds vertrokken waren. Een oogenblik was
warde haren bekransden haar gezicht. het alsof hij iets met zichzelf overlegde, toen
Vol afgunst keek de waardin naar het knap- rukte hij eens aan zijn vest en ging met vaste
pe meisje, zij was zelf nog trouwlustig en met schreden naar het meisje toe.
verliefde blikken keek zij dikwijls den kant
van Wastl uit, die als een echte meisjesgek
bekend stond.
De groep ging uit elkander en luid lachend
en schertsend gingen de mannen weg. Fien
tje boog zich diep over de tafel heen in de
hoop, dat men haar niet zou bemerken. Maar
de mannen gingen door een kleine zijdeur
naast het buffet weg en hadden heelemaal
niet gezien dat er achter in het lokaal nog
iemand zat. Alleen Wastl, wiens oogen hel
hadden opgelicht, toen Fientje binnen was
gekomen, had haar niet uit het oog verloren.
Hij sprak extra hard om haar aandacht op
zich te vestigen.
Hij kon niet verstaan wat de waardin tegen
zijn meisje sprak want in gedachte was zij
reeds „zijn meisje" maar wel had hij be
merkt, dat Fientje leelijk keek, het leek wel
of zij uit haar humeur was. Hij kon zijn aan-
„En vertel eens wat is er eigenlijk met
je aan de hand Wat moest die politieagent
vanmorgen van je hebben, arme meid. Je ziet
er heelemaal verslagen uit."
Zijn woorden drongen bij Fientje door merg
en been, het was de eerste vriendelijke toon,
het eerste medelijdende woord dat tot haar
gericht werd sedert zij in München was aan
gekomen. Zij keek den jongen, gemoedelijken
Beier vlak in het gelaat. Zij beantwoordde
dankbaar zijn handdruk, maakte haar hand
toen zacht uit dé zijne los, streek zich een
paar maal verlegen over het haar en opeens
snikte zij het uit.
Wastl draaide zich geschrokken om, hij zag
echter tot zijn geruststelling dat ze beiden
alleen in de gelagkamer zaten.
„Kom, kom huil niet zoo, wat is er dan
toch
Hij was opgestaan en ging nu dicht naast
haar zitten, maar deze keer streelde hij vol
medelijden haar arm en deed gefen poging op
dringerig te worden. Fientje trachtte met
geweld haar tranen te bedwingen, toen zei
Fientje voelde zijn nabijheid meer dan zij ze met horten en stooten, want zij dacht, dat
hem zag. Zij draaide op haar stoel heen en
weer, alsof zij wilde opstaan en wegvluchten,
zooals zij reeds meerdere malen gedaan had,
toen echter bleef zij vastbesloten zitten. Voor
zichtig hief zij het hoofd op.
„Juffrouw Satler, breng mij nog een glas
bier en het meisje hier ook."
Met een smak zette de vrouw de beide gla
zen op de tafel, krulde verachtelijk de lippen
en liep naar het buffet terug.
..Nu proost wil je met me klinken
Fientje keek hem nu aan, nam het glas in
beide handen, klonk met hem, wierp een
snellen bük op zijn gezicht en nam een slok
je van het frissche bier.
Wastl zat onrustig op zijn stoel, greep over
de tafel heen de hand van Fientje. Haar vuist
verdween in zijn hand en hij drukte die ste
vig.
zij de liefde van dezen man op die manier
wel zou kunnen bedwingen
„Mijn verloofde zij legde op het woord
„verloofde" een bijzonderen nadruk, „mijn
verloofde zit hier in voorarrest, en ik ben
vandaag als getuige gehoord."
„Wat zeg je Een oogenblik was hij ge
schrokken, liep een paar maal heen en weer,
trok zijn vest weer eens af, bleef voor het
ongelukkige meisje staan, hief haar kin om
hoog, en keek haar scherp en vorschend in
de oogen. ï'siYJL
Zij hield dezen blik uit, ofschoon de tranen
weer naar voren drongen, maar zij voelde,
ditkeer wilde Wastl niets van haar, hij wilde
alleen weten, of zij de waarheid had gespro
ken.
(Wordt vervolgd.)