28e JAARGANG ZATERDAG e> JUNI 1937 No. 62 EN ADVERTENTIEBLAD VOOR IN HET KASTEEL VAN CANDE DE BULTENAAR. MONTS IN FEESTTOOI. REIST PER WACO WIERINGER COURANT VERSCHIJNT BLKEN DINSDAG, DONDERDAG EN ZATERDAG. ABONNEMENTSPRIJS per 3 maanden f 1.—. UITGEVER CORN. J. BOSKER WIERINGEN. BUREAU? Hippolytushoef Wlerlngen Telef. Intercomfii. No. 19. ADVBRTENTIëN Van 1 5 regels Iedere regel meer f 0.50 I 0.10 Een mooie gezonde huid De huidzuiverende, huidgenezende en huid- voedende kracht van Purol, maakt de huid niet alleen mooi, gezond en fluweelzacht, maar verwijdert tevens vetwormpjes, pukkels en uitslag. Gebruik voor gelaatsverzorging witte Purol. Deze is na inwri|ving onzichtbaar op de huid en daarom ook zeer geschikt voor gebruik overdag. Dooi 30 en 60 ct. Tube 45 cf. Bij Apoth. en Drogisten. EEN DROOM. op den vooravond van het huwelijk. DE VISIE VAN EEN VROUW. De avond valt over het kasteel en werpt donkere schaduwen over het park. Zij, die koningin had kunnen zijn, staat langzaam op uit een diepen zetel. Zij is alleen. Haar tengere, slanke gestalte nadert het ven ster, dat is als een omlijsting van den maan verlichten nacht. In de boomen van het park, die roerloos staan, geurend met bloem en blad, kwinkeleert een late merel. Op den wa terspiegel trillen manestralen. Rechtop, het hoofd geheven, staat zij bij het venster, als bekoord door hetmysterie van den naderenden nacht. De ring aan haar hand flonkert als een ster tegen den donke ren ondergrond van het gordijn. Haar opge heven arm is in het licht van de maan als uit marmer gehouwen. Zij beweegt zich niet. Alleen haar gezicht en de weemoedige oogen schijnen te leven. Zoo beweeglijk als zij overdag is, vol gratie, zoo stil is zij thans. Is het spijt, is het hoop, zijn het herinneringen, die haar oogen dien eigenaardigen glans geven Of vervult de koninklijke liefde, die over zooveel heeft ge triomfeerd, haar met een geheimzinnigen weemoed De gedachten tooveren vluchtige schaduwen op haar gelaat. Dan rolt er een traan langs haar wang, langzaam eerst, dan sneller Prince Charming. Niets heeft de stilte in de kamer verstoord. In den antieken haard vlammen de houtblok ken en werpen lichtglanzen op verguldsel, op een kostbaar sculptuur, op de plooi van een draperie. Zonder dat een deur is geopend, zonder dat een ademtocht is vernomen, is er toch iets veranderd, 't Is of er een ander wezen de ka mer is binnengekomen, alsof er de harteklop van nog een mensch waarneembaar is. Prince Charming is het. De hand rustend op het marmer van een console, kijkt hij naar de witte, onbeweeglijke gedaante, zoo scherp afgeteekend tegen den nacht. Zij heeft het hoofd omgedraaid, voor de eerste maal. Maar geen glimlach verschijnt cr op haar gezicht. Hij gaat niet naar haar toe. Hij weet, dit uur is heilig. Vreest hij het volgend oogenblik, waarin ook de tot nu toe schroomvallig verborgen gedachten zullen worden uitgezegd, zelfs die gedachten, die mischien beter niet gezegd zouden kunnen worden Zij begeeft zich naar de hooge schouw. Haar lenige gestalte lijkt plotseling moe, heel erg moe, als zij er gaat zitten in een diepen fau teuil. In de schemerige kamer is haar gezicht niet ouder dan het twintig jaar geleden was. Met een stap is hij bij haar en gaat zitten op een bankje aan haar voeten. Revanche van het lot, dat een troon voor hem bestemde FEUILLETON. Naar het Fransch van PanI Féval. 17.) „En wij verzoeken slechts één ding," zeide Navailles, „namelijk dat de prins ons den weg wijze." „Hoogmogende neef", begon Chaverny weer, „zou het mij vergund zijn eene bescheidene vraag tot u te richten Wat moet ik doen „Uw mond houden, en uwe stem voor mij uitbrengen in den raad." „Al moest ik de aandoenlijke trouw onzer vrienden mede kwetsen, ben ik verplicht te verklaren, neef, dat ik om mijne stem zooveel geef als om een leeg champagneglas maar..." „Geen maar sneed Gonzaga zijn betoog af in koor en vol geestdrift, herhaalde men „Neen, geen maren „Wij zullen óns bij monseigneur aanslui ten," zeide Oriol. „En monseigneur weet zich zoo goed dege nen te herinneren, die hem van dienst zijn," vulde Taranne aan. De zinspeling was niet zeer fijn, maar ten minste goed verstaanbaar. Chaverny keek Gonzaga met een spottend lachje aan, waarop de laatste den jongen markies met den vinger dreigde. „Eene gehechtheid als die van Taranne be valt mij altijd het best," hernam Gonzaga met een lichten toon. van minachting in zijne stem. „Vriend Taranne, ik geef u de pacht der belastingen van Epernay." „O prins riep de pachter uit. „Geen dank," viel Gonzaga hem in de rede. „Maar wees zoo goed, Montaubert een venster open te zettenik krijg het een weinig be nauwd." Onderwijl het gansche gezelschap naar de vensters ijlde, doopte Gonzaga, die zeer bleek was en de zweetdroppels onder het haar op Zijn hoofd leunt tegen haar aan en zijn lippen drukken zich op de kleine hand, die nooit den scepter zal drager, maar die toch mach tig genoeg is geweest om een geheel wereld rijk in beroering te brengen. Zijn houding is die van het eeuwige kind, dat de man is, als de liefde van een vrouw hem omvangen houdt. En nu ben ik bang. Reeds eenige malen heeft zij iets willen zeggen, maar de druk van zijn lippen op haar hand is even zoovele malen als een stille bede geweest om dit oogenblik te verschuiven. Eindelijk, als hij niet opziet en als zij voelt, dat nü de tijd gekomen is om met hem te spreken, geheel oprecht, durft zij de stilte ver breken. Luister, zegt zij. Nog enkele uren en we zijn getrouwd. Dan zul je me je illusteren naam hebben gegeven en nu, nu dat oogen blik bijna is aangebroken nu ben ik bang. Bang? Zij, altijd zoo vol ironie en spot, zij die zoo onversaagd op haar doel is afgegaan, die ministers en artsbisschoppen en geheel een wereldrijk heeft doen beven Ik heb de laatste dagen veel nagedacht, vervolgt zij. De liefde van een volk moet toch wel iets grootsch zijn, van meer waarde mis schien dan die van één mensch. Hij maakt een ongeduldige beweging, maar zij gaat verder. Als ik er niet was geweest, had jij, onder de toejuichingen van je volk, de kroon, die je recht was, in ontvangst genomen en de eerbe tuigingen van de grooten der aarde Het hoofd, dat vrijwillig afstand heeft ge daan van den aureool, welke vorsten omgeeft, buigt zich nog iets dieper. Je hebt maanden in eenzaamheid ge leefd en als een balling zul je, in het vervolg, van kasteel tot kasteel trekken. Wa kan ik daar tegenover stellen Ik be hoor tot een volk dat geen tradiies kent en bijna geen verleden heeft. Mijn jeugd is voor het grootste deel voorbij Zijn hand, die de hare omvat, trilt. Wat is de beteekenis ervan Zal zij het ooit weten, de vrouw, die zoo'n stoutmoedig spel heeft gespeeld en die, tot nu toe, heeft gewonnen Je bent van me gaan houden. Ik heb je zorgen kunnen verlichten. Maar misschien komt er een dag, dat je zult bedenken, dat wat je verlaten hebt, van grooter waarde was. Je bent van mijn leeftijd, maar er wordt altijd beweerd, dat mannen langer jong zijn dan wij Zij zwijgt. Haar keel is als dichtgesnoerd. Groot staren haar oogen in de verte, als in een toekomst, die zij vreest. Morgen trouwen wij. Maar niemand van ie familie zal er bij zijn. Jij, een geboren prins, die koning had kunnen zijn Zwaar weegt de stilte in het vertrek. Slechts het knappen van het hout is waarneembaar. Haar oogen staren nog altijd in de verte en hij, wat gaat er in hem om Denkt hij eraan, dat op den ochtend van zijn huwelijk een oude koningin manhaftige pogingen zal doen om haar leed te verbergen Een ko ningin, maar zijn moeder, zijn moeder, die niet bij hem zal zijn. Wéér klinkt haar stem en zij is als een nood kreet in de stilte van den avond. Wat ben ik Zal ik ooit in het hart van een prins de glorie wan een kroon kunnen blijven vervangen Zijn familie, zijn vader land, -volkeren van de geheele aarde, ja zelfs den naam, dien hij droeg Zal ik machtig genoeg, zal mijn liefde groot genoeg zijn om tot aan het einde van mijn leven dit gansche leger van droombeelden te kunnen verjagen Dat is het, waarvoor ik bang ben, bang, heel erg bang zijn voorhoofd voelde parelen, zijn zakdoek in het glas water, dat Gironne hem aanbood en hield den koelen doek tegen zijne slapen. ,,'t is niets," zeide de prins tegen Chaverny, die nu met wezenlijke belangstelling toege schoten was, „de vermoeienis, ik had gis teren avond een souper en van morgen moest ik bij het lever van den Koning zijn." „Waarom behoeft ge u zoo dood te werken, neef zeide Chaverny. „Wat kan de Koning u van voordeel zijn „Ondankbare is het niet om uwentwil, dat ik mij onder de sollicitanten rangschik antwoordde Gonzaga hem de hand drukken de. „Och heeren, onze jeugdige Koning is zulk een beminnelijk kind. Hij kent u aller namen en vraagt altijd naar mijne goede vrienden." „Wezenlijk riepen de heeren in koor. „Toen onze jeugdige Koning," ging Gonza ga voort, „mij in 't oog kreeg, zeide hij „Goeden dag, prins ik heb u onlangs op de Cours la Reine met uw hofstoet gezien. Gij moet mij dien mijnheer de Gironne afstaan, want dat is een volmaakt cavalier." De heer de Gironne legde de hand op zijn hart en de anderen beten zich op de lippen. ,Ook mijnheer de Nocé bevalt mij goed," vervolgde Gonzaga, de eigen woorden van Zijne Majesteit aanhalende, „en die mijnheer de Saldagne, dat moet een leeuw op het slagveld zijn." „Waar wilt gij nu met dit alles heen fluisterde Chaverny hem in. „Saldagne is er niet." Inderdaad had men hem en den ridder de Faënza sedert den vorigen avond niet ge zien. Gonzaga sloeg echter geen acht op die aan merking en ging voort„Zijne Majesteit heeft mij ook gesproken over u, Montaubert, over u Choisy, en over nog verscheidene anderen." „En heeft het Zijner Majesteit ook behaagd te letten op de manhaftige gestalte van mijn heer Peyrolles bracht de kleine markies in 't midden. „Zijne Majesteit heeft niemand vergeten, behalve u," antwoordde Gonzaga droogweg. Zij heeft haar hand teruggetrokken. Zij is plotseling opgestaan en, de armen geleund tegen den rand van de schouw, weent zij met geluidlooze snikken. De vrouw, die ik liefheb. Hij is eveneens verrezen. Hij begeeft zich naar het geopende venster en zijn blikken gaan, zonder te zien, over het park, dat zich baadt in het maanlicht. Hij vergeet, dat in de* lanen misschien wel in de takken van de boomen, nieuwsgierige oogen speuren naar iedere verandering op zijn gezicht. Hij is thans niets dan een man, die alleen is met zijn ge dachten en met zijn liefde. Langzaam gaat de maan aan den nacht- blauwen hemel haar weg. Als blanke kelken liggen de waterlelies op het vijveroppervlak. Niets schijnt te weten van het drama van deze, door hun tegenstrijdige verlangens ge martelde menschen. Dan gaat hij, die in een kasteel in de ber gen van Oostenrijk maandenlang het debet en credit van zijn liefde heeft kunnen nagaan, dien de strenge etiquette van het hof verveel de en vermoeide en die van zijn jeugd af altijd een verlangen naar de vrijheid heeft gekend, voor het laatst de balans van het avontuur van zijn groote menschelijke liefde opmaken. Als hij zich omdraait, heeft het licht van de maan, dat het heeft gewonnen van de vlammen van de houtblokken, de kamer in een onwezenlijk licht gezet. Hij kijkt naar haar, die voor hem is meer-dan-koningin. Nog een oogenblik staat hij stil en dan gaat hij naar haar toe en slaat de armen om haar heen. En hij zegt dezelfde woorden, de histo rische woorden, die eens, op een winteravond, voor de wereld een uitlegging waren, waarop geen weerlegging mogelijk was. Jij bent, zegt hij, de vrouw, die'ik liefheb. Dit is de droom van een romantische Fran- gaise in „Le Journal de la femme," de droom over een prins in ballingschap, die eens ko ning van Engeland was en over de vrouw, die hij liefheeft. Een droom, die zich afspeelt in het jaar 1937, in een kasteel van Touraine. Rott. Nieuwsbl. Naar Havas meldt is Donderdag morgen om elf uur zeven en veertig op het Kasteel Candé het huwelijk vol trokken tusschen den Hertog van Wind son ex-koning van Engeland en Mrs. Warfield. Het huwelijk werd gesloten door den, burgemeester van Monts. Om 1T.35 begon de huwelijksplech tigheid. De burgemeester dr. Mercier, die de ceremonie leidde, riep eerst de getuigen op, majoor Metcalfe voor den hertog en Mr. Rogers voor Mrs. War field. Hierna las hij de artikelen 212, 213 en 214 van de Code Civil voor en stel de hij zichtbaar onder den indruk van het oogenblik aan den hertog de vraag: „Wenscht gij mevrouw Wallis War field als echtgenoote te aanvaarden?" AUTOBUSDIENSTEN naar HOORN, EDAM, AMSTERDAM en GEHEEL WEST-FRIESLAND. INLICHTINGEN KANTOOR WACO. „Dat is eene goede les voor mij dat zal mij leeren beter op te passen," zeide de mar kies. „De ondernemingen in het mijnwezen, die gij wilt beproeven, zijn ten hove reeds be kend. Albret," voegde de Koning mij toe, „dat men mij gezegd heeft, dat die mijnheer Oriol weldra rijker zal zijn dan ik „Hoe geestig Wat zullen wij een Koning hebben werd er met algemeene bewonde ring getuigd. ,Maar dit zijn en blijven maar woorden," hernam Gonzaga met een fijn lachje „wij hebben nog wat beters gekregen. Ik kan u mededeelen, vriend Albret, dat uwe concessie geteekend zal worden." „Wie zou u niet dankbaar zijn, prins," riep Albret uit. „Oriol," vervolgde de prins, „gij zijt gea deld gij kunt naai; den wapenkoning d'Ho- zier gaan en uw wapen met hem vaststellen.' De dikke financier zwol van hoogmoed als één bal op en zou haast gebarsten zijn. „Ik wensch u geluk," riep Chaverny: „Uw wapen behoeft niet veel moeite te kosten uwe vroegere affaire geeft het u van zelf aan de hand in goud een roode slaapmuts met pluim, vergezeld van drie blauwe kousen. Als wapenspreuk kunt gij nemen „Zoo paart men het nuttige aan het aangename." Allen lachen een weinig, behalve Oriol en Gonzaga. Als Chaverny zijne aardigheid tot het souper bewaard had, zou zij den luidruch- tigsten bijval genoten hebben. ,Gij krijgt uw pensioen Navailles, en gij Montaubert, uw brevet," vervolgde Gonzaga „Nocé, gij zult morgen de eer hebben van de koninklijke equipages gebruik te kunnen maken. Wat ik voor u verkregen heb, Gironne, zal ik u zeggen, als wij alleen zijn." Nocé was zeer tevreden en Gironne nog meer. Gonzaga bleef voortgaan met het uitdeelen zijner gunstbewijzen, die hem niets kosten. Niemand was vergeten, zelfs de bron de Batz niet. „En nu is het uwe beurt, markies," zeide hij en zich vervolgens tot mevrouw War field richtende „Wenscht gij den her tog van Windsor als echtgenoot te aanvaarden De hertog antwoordde met krachti ge stem „Ja." Mevrouw Warfield gaf hetzelfde antwoord, doch met een stem, diegroote aandoening verried. De burgemeester hield hierop een korte toespraak, waarin hij het jonge paar zijn gelukwenschen aanbood. Om twaalf uur verlieten de Hertog en de Hertogin de groote zaai van het kasteel. Zij begaven zich naar den mu zieksalon, die als kapel was ingericht. Een oogennblik later lag het jonge paar voor het altaar geknield. - De kerkelijke plechtigheid was om 12- uur vijftig geëindigd. Hierna begaven de hertog en de her togin zich naar de groote zaal, tenein de de gelukwenschen van de aanwezi gen in ontvangst te nemen. Onmiddel lijk na de huwelijksplechtigheid werd uit naam van minister-president Blum een enorme bloemenmand aan het bruidspaar aangeboden. Zon zet den bruiloftsdag luis ter bij., De huwelijksdag van den hertog van Windsor en mrs. Warfield is goed inge zet. Nadat het weer aanvankelijk niet mooi.was, brak in den loop van den morgen de zon door. Reeds vroeg in den ochtend verdrong zich een groote menigte nieuwsgierigen voor de hekken van het kasteel. Vele hadden den nacht door gebracht op boerderijen in de naaste omgeving van het slot. De meeste gasten, die den nacht op het kasteel hebben doorgebracht, wa ren des morgens reeds vroeg bij de hand Mevrouw Warfield bleef geruimen tijd op haar kamer om zich te kleeden voor de groote gebeurtenis. De hertog van Windsor daarentegen heeft een wandeling in 't park gemaakt. Pas la ter heeft hij zich voor de plechtigheid gekleed. Een autoriteit vn de Fransche veilig heids-politie, die den hertog voor de plechtigheid gesproken heeft, heeft bij het verlaten van het kasteel verklaard dat de hertog in zeer goede stemming was. Protest tegen kerkelijke inze gening van het huwelijk. De bisschop van Fulham, ouder wiens gezag de Anglicaansche kerk in Frank rijk valt, heeft een telegram doen toe komen aan rev. Jardine., waarin hij protesteert tegen het feit, dat deze geestelijke het huwelijk van den hertog van Windsor zonder zijn toestemming zal inzegenen. Zooals reeds gemeld was de komst van de Anglicaansche geestelijke een groote verassing. Twee dagen geleden werd de hertog opgebeld uit Darling- ton in Noord-Engeland. Een hem onbe kende stem zeide ..Hier is Rev. An- derson Jardine." „Wie zijt gij vroeg de hertog verwonder. „Ik kom naar eindelijk. „De mijne vroeg Chaverny. „Ja, kom maar hier, bedorven kind." „Neef, ik weet mijn lot al/' riep hij op pot- sierlijken toon uit„al mijne jonge kamera den zijn braaf en vlijtig geweest en hebben goede aanteekeningen gekregenmaar het minste wat er voor mij opzit, is water en broodik heb ook niets beters verdiend." „Uw landgoed Chaneilles is onder den vori gen Koning verbeurd verklaard „Ja, bij de herroeping van het Edict van Nantes." ,,'t Gaf, meen ik, mooie inkomsten." „Twintig duizend kronen, neef." „Uw landgoed Chaneilles is u teruggegeven.' „Neef," zeide Chaverny op zachten toon, terwijl hij een blik van minachting over de andere heeren liet rondgaan ik wensch u niets dan goeds. Maar als de slechte dagen komen en de menigte, die u omringt, wegsmelt (ik zeg dit zonder iemand bepaald op het oog te hebben, want het is algemeene regel) dan zal ik bij u blijven, al moet ik de eenige zijn HOOFDSTUK V. Waarin de afwezigheid van Faënza en Saldagne opgehelderd wordt. De uitdeeling der gunsten was afgeloopen. „Neef," zeide de kleine markies," „gij zijt nog niet van mij af, in weerwil van het kost bare cadeau dat gij mij gegeven hebt." „Bois-Roisé heeft mij hardnekkig eene toe gangskaart voor het feest van dezen avond in het Plais-Royal geweigerd en mij gezegd, dat ze alle uitgedeeld waren." „Dat wil ik wel gelooven," zeide Oriol„zij werden van morgen in de Rue Quincampois voor tien louis d'or verhandeld. Bois-Roisé heeft daar stellig vijf- of zeshonderdduizend livres mede gewonnen." „Ik meen van Peyrolles gehoord te hebben," hervatte Gonzaga, naar zijne portefeuille zoekende, „dat men hem twee of dxie duizend louis geboden had voor het pak toegangskaar- STERKER KUIKENS, IDEALE LEGSTERS BERTELS' opfokvoeder c.o. volledig voeder voor kippen-, kal koenen- en eendenkuikéns van 2-30 dagen oud, gevolgd door de voeding met uitsluitend: BERTELS' „kunstkorre!" Alle foutief voederen wordt hierdoor opgeheven. Eenvoudiger, voordeeli- ger en betere voeding! Betere be vruchting; lagere productiekosten van het ei. Indien niet ter plaatse verkrijgbaar, geschiedt de levering door de fabriek ongefrankeerd onder rembours of r,a bestelling per postwissel. 5 KG 10 KG 50 KG Bertels' Oplokvoeder C.O. f. 1.05 1.80 7.45 Berlels' Kunstkorrel B (vosbittende kippen) f.O.90 1.50 5.75 Ratio Superstandaard Kunstkorrel (losloopende kippen)f. 5.20 OLIEFi AFO. KUNSTKORREL Frankrijk om uw huwelijk in te zege nen.', luidde het antwoord. De hertog die eerst dacht, dat hij met een grap penmaker te doen had overtuigde zich ervan, dat dit niet het geval was. „Hebt gij aan de consequenties van deze' handeling gedacht vroeg hij den geesteijke. „Ik heb geen goedkeuring noodig voor mijn beluit en ik zal het ten uitvoerl brengen." Vanavond vertrek ik naar Frankrijk." luidde het resolute ant woord. De hertog en mrs. Warfield waren zeer verheugd over het besluit van den geestelijke. BINNENLANDSCH NIEUWS. Prinses maakt autorit door Vechtstreek Men liet haar wachten bij weg- herstelling. Prinses Juliana heeft Woensdagmid- 4 dag, vergezeld van haar hofdme,. eer 1 autorit gemaakt. Van Soestdijk wer naar Loosdrecht gereden, waar de be volking door de verschijning van den grooten zwarten auto, die den koninklij ken standaard voerde, verrast weid. Van nu af ging het gerucht den wagen echter vooruit, en zoo juichte men la ter de prinses toe. Over den nieuwen provincialen weg werd naai- Loenen ge reden. Van Baambrugge ging het naar Wilnis, doch doordat de chauffeur een verkeerden zijweg had ingeslagen, be landde het gezelschap op den Uitweg, dien men juist met teer aan het bespui ten was. Door een defect aan den teer- ketel was het verkeer op dezen smallen weg gestagneerd. De chauffeur wachtte even, doch toen het te lang duurde, ging hij infor- ten, dat zijne Koninklijke Hoogheid de goed heid heeft gehad mij te zenden, maar ik heb ze liever voor mijne vrienden willen bewaren." Er volgde een langdurig bravo de meeste heeren hadden reeds kaarten in den zak, doch wat kaarten te veel kon geen kwaad, vooral wanneer zij honderd pistolen het stuk konden opbrengen. Men kon niet voorkomender zijn, dan mijn heer van Gonzaga dezen morgen was. Hij opende zijn portefeuille en wierp een dik pak roze brieven op tafel. De aanwezigen deelden de uitnoodigingen onder elkander en iedereen nam er wat voor zich zeiven en voor zijne vrienden, uitgezon derd de kleine markies, die nog te veel edel man was en niet verkocht, wat men hem schonk. „Wees zoo goed, mijne heeren," zeide Gon zaga „twee van de uitnoodigingen over te laten voor Faënza en Saldagne. Het verwon dert mij, dat zij niet hier zijn." Hij mocht zich wel verwonderen, want het was zonder voorbeeld, dat zij waren wegge bleven. „Het doet mij genoegen," hernam Gonzaga, onderwijl men nog bezig was met de verdee ling van uitnoodigingen, die te gelijk als ef fecten in de Rue Quincampoix konden verhan deld worden, „dat ik nog deze kleinigheid voor u heb kunnen doen. Neemt wel in acht, dat gij overal zult worden toegelaten, waar ik toe gelaten word. Gij strekt mij als 't ware tot een lijfwachthet is uw belang mij te volgen en het mijne u altijd de hand boven het hoofd te houden. En nu heb ik nog slechts één ding te zeggen er zullen hier binnenkort gebeur tenissen plaats hebben, die een raadsel voor u zullen zijn. Tracht nimmer en dit ver zoek ik niet, maar eisch het de redenen van mijn gedrag te doorgronden. Luister maar naar hetgeen ik voorschrijf en gedraag u daarnaar. Of het een lange en moeilijke weg zij, moet u weinig kunnen deeren, als ik u op mijn woord van eer verzeker, dat gij aan 't einde daarvan de fortuin zult vinden." (Wordt vervolgd.)

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Wieringer courant | 1937 | | pagina 1