29e JAARGANGPONDERDAG APRIL 1938 No.
j|lp NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR Blll
WIERINGEN EN OMSTREKEN
GELOUTERD.
BWIERINGER COURANT
UITGEVER
CORN. J. BOSKER WIERINGEN.
BUREAU
Hippolytushoef Wieringen
Telef. Intercomm. No. 19.
ADVERTENTIëN
Van 1 5 regels
Iedere regel meer
f 0.50
X 0.10
TWEEDE KAMER.
ZUIDERZEESTEUNWET
ÏN DE PRAKTIJK.
Invloed van de afsluiting op
wierziekte.
In de Dinsdag gehouden vergade
ring van de Tweede Kamer heeft de
Yoorz. medegedeeld, dat hij het bericht
van overlijden van dr. H. J. Lovink
met een schrijven van rouwbeklag,
heeft beantwoord.
Aan de orde zijn de volgende onder-
werpen
1. Wijziging en verhooging van het
tweede hoofdstuk A der Rijksfoegroo-
ting voor 1938 (voorlichting over Ne
derland in het buitenland.)
2. Conclusie van het verslag der
commissie omtrent de inlichtingen op
het adres van T. Kos, e.a.„ allen belang
hebbenden in den zin der Zuiderzee-
steunwet, te Huizen, houdende ver
zoek te wilen bevorderen, dat de ver
leende tegemoetkoming op een vroe
ger tijdstip zal ingaan en betreffende
uitbetaling van het hun deswege nog
toekomende bedrag.
3. Conclusie van het verslag der
commissie omtrent de inlichtingen op
bet adres van T. de Olde, te Ambt Vol-
lenhove, houdende verzoek te willen
bevorderen, dat hij weder in het genot
van een uitkeering ingevolge de Zui-
derzeesteunwet wordt gesteld.
4. Conclusie van het verslag der
commissie omtrent de inlichtingen op
het adres van J. Meun, houder van een
Noonjzeekust-visschersbedrijf, te Urk,
houdende verzoek om toekenning
eener schadeloosstelling als belangheb
bende in den zin der Zuiderzeesteuu-
wet.
5. Conclusie van het verslag der
commissie omtrent de inlichtingen op
het adres van H. II. ten Napel en R.
Kramer, beiden te Urk, betreffende de
verhooging der hun ingevolge de Zui-
derzee-steunwet verleende tegemoet
koming.
6. Conclusie van het verslag der
commissie omtrent den brief van den
Minister "van Waterstaat naar aanlei
ding van de door de Kamer aangeno
men conclusie van het verslag der
commissie omtrent de inlichtingen
op het adres van D. Vlas Wz. te Texel,
en drie anderen, betreffende de toepas
sing der Zuiderzeesteunwoi ten aan
zien van ingezetenen van Texel.
7. Conclusie van het verslag der
commissie omtrent de inlichtingen op
de adressen van J. nerna lo Dijkster-
buren, en twee anderen N. Terpstra
te Harlingen, en twee anderen, en H.
Gemser te Harlingen, en 13 anderen;
alle houdende verzoek te willen bevor
deren, dat adressanten als belangheb
benden in den zin der Zuiderzeesteun-
wet zullen worden erkend.
De punten 1 en 5 worden van de
agenda afgevoerd. De overige conclu-
siën worden tegelijk behandeld.
De heer Bongaerts (r.k.) brengt vei-
slag uit als voorz. van de rapportce-
rende comissiën. Spreker sprak do
groote voldoening uit der commissie
over het overleg, dat over deze adres
sen met den Minister heeft plaats ge
had. Aanvankelijk dreigde er verschil
van meening, doch bij voortgezet over
leg is overeenstemming verkregen.
Twee aangelegenheden van groot be
lang worden in deze conclusiën be
handeld.
In de eerste plaats was aan de orde
de vraag wat onder Zuiderzee moet
worden volstaan. De Minister beeft
zich thans vereenigd met de opvatting
van de commissie dat de Zuiderzee
niet eindigt bij den Afsluitdijk. Het
tweede punt betrof den invloed van de
afsluiting op de wierziekte. Hierom
trent heeft de Minister zich nog geen
ineening gevormd, zoodat spr. daar
over nog wil spreken. Er zijn volgens
spr. aanwijzingen, die er op duiden,
dat door het afsluiten van de Zuider
zee de achteruitgang van sommige
vischsoorten en van den wier-
groei in het Zuidelijk deel van de Wad
denzee is bevorderd, doordat namelijk
door de vereeniging met zoet water
liet. zoutgehalte verminderd is.
De heer Drop (S. D.) spreekt zijn vol
doening uit over de met den Minister
over de zaak, onder 2 genoemd, ver
kregen overeenstemming en vraagt
ook een royale uitvoering van de ver
kregen regeling.
Ook spr. wil met kracht doen optre
den tegen de overal heerschende wier-
ziekte. De Kamer heeft op 12 Maart
1937 een conclusie aanvaard, waarin
de regeering werd uitgenoodigd de
Zuiderzeesteunwet ook toepasselijk te
verklaren voor de Zuiderzee buiten
den Afsluitdijk. De Minister van Wa
terstaat zeide toen in overleg te zullen
treden met zijn ambtgenoot van Land
bouw en Visscherij. Dit overleg heeft
wel heel lang geduurd, doch thans is
de zaak gelukkig geregeld.
Spr. vraagt den Minister op iedere
aanvraag om toepassing der Zuiderzee
steun een schriftelijke beslissing te
nemen.
De lieer Posthuma (c.d.) dankt even
eens voor 'de verkregen overeenstem
ming.
Spr. bepleit do belangen van de wier
visschers in de Waddenzee. Spr.
vraagt, dat het toegezegde onderzoek
naar het verdwijnen van het wier zal
worden bespoedigd.
De Minister van Waterstaat, de heer
Van Buuren, meent, dat de aanvanke
lijke bedoeling van de Zuiderzeesteun
wet was, dat zij slechts voor de afge
sloten waterplas zou gelden. Waar de
wettelijke bepalingen 'geen belemme
ringen boden, heeft spr. gemeend, dat
zij ook voor het gebied te Noorden van
den dijk kunnen gelden.
Het onderzoek naar de wierziekte
zal nationaal en internationaal zijn.
Spr. zal het onderzoek bespoedigen.
Bij de uitvoering der Zuiderzeesteun
wet zullen ook voor het gebied commis
sies enz. moeten worden ingesteld.
Spr. zal schriftelijk op de aanvragen
beslissen.
De conclusies worden aangenomen.
BINNENLANDSCH NIEUWS.
Gift voor productieve werkverschaffing
Een liberale vrouw zond f 500.
Volgt haar voorbeeld
In navolging van het ouderpaar uit
Deventer, dat dezer dagen een bedrag-
van honderd gulden deed toekomen
aan den voorz. van den Ministerraad,
ten behoeve van den een of anderen
vorm van productieve werkverschaf
fing, heeft een liberale vrouw voor het
zelfde doel een bedrag van vijfhonderd
gulden gezonden aan het bestuur der
afdeeling Amsterdam van de Liberale
Staatspartij met het verzoek dit be
drag aan de Regcering te willen door
zenden.
Een wonderlijke geschiedenis
met een goeden afloop.
Zaterdag zag Mevr. B. aan den H>on-
denweg te Heerhugowaard, toen zij
uit haar woning kwam bij de brug
van de familie Zut, een jongen in de
daar zeer breede wegsloot staan. Niet
ver van hem af dreef een meisje. Mw.
B. bedacht zich geen oogenblik en
haalde het kind op het droge. Tot-
haar groote ontzetting verhaalde de
jongen, die intusschen rustig in het
water bleef staan, dat hij met twee
meisjes op de fiets over het bruggetje
had willen rijden, toen omgekanteld
was en over de brugleuning te water
geslagen. Het andere meisje was di
rect ondergegaan en niet meer boven
gekomen. Gelukkig kwam juist op dit
oogenblik de groentenhandelaar Kooij
voorbij. Toen hij hoorde dat er nog 'n
kind te water lag„ begaf hij zich onmid
dellijk in de sloot en moclit na eenig
zoeken het genoegen smaken het kind,
dat nog teekenen van leven gaf, boven
water te halen.
Een drieling geboren te Arnhem.
Het echtpaar E. Bridda te Arnhem
is Maandagavond verblijd met de ge
boorte van twee meisjes en een jongen
Het meisje is naar liet Elisabeth-gast-
huis overgebracht, omdat het te weinig
woog. Overigens maken moeder en
kinderen het best.
Het echtpaar heeft al een kind van
twee jaar.
BUITENLANSCH NIEUWS.
Schuldenlast Deensche Landbouw.
Ruim 81 pCt. van de waarde
der bedrijven
De benarde econoipisclie toestand
van den Deenschen landbouw blijkt
uit een onderzoek, door het Deensche
statistische departement ingesteld.
Het onderzoek betrof 206.000 bedrij
ven, d.w.z. zoo goed als alle en dezen
hadden een gezamenlijken schulden
last van niet minder dan kr. 4.4 milli-
ard. Daar de totale waarde van de be
drijven op kr. 5.5 milliard wordt ge
raamd, bedraagt de schuld dus 81.4
pCt. De last is sedert 1927 met meer
dan een milliard gestegen.
De kleine bedrijven hebben de groot-
ste schulden. Van deze hebben er
78.000 schulden die met 33 pCt. de ge
taxeerde waarde overschrijdenf welke
kr. 1.8 milliard bedraagt het totaal
der schulden is kr. 2.2 milliard.
BOTER VOOR DEN SOLDAAT -
Met de regelmatigheid van een klok
keert ieder jaar terug 'n verzoek „van
eenige leden" aan de ministers van
Defensie en van Economische Zaken,
om te willen bevorderen, dat aan land
en zeemacht in den vervolge boter in
plaats van margarine zal worden ver
strekt. En even steevast komt dan in
de Memories van Antwoord of bij de
mondelinge behandeing het antwoord,
dat Defensie de kosten daaraan ver
bonden, te hoog acht en dat Economi
sche Zaken het beschikbaar stellen
van heffingslooze boter - dus tegen
exportprijs - te kostbaar acht. Dit
vraag- en antwoordspel wordt ieder
jaar bovendien nog doorkruist door 'n
gezamenlijk verzoek van de landbouw-
org., waarop dan een analoog regee-
rings-antwoord pleegt te volgen. Zoo
ook dit jaar
Het doet vreemd aan, dat Nederland
zijn soldaten ep matrozen margarine
voorzet, die bij inkoop duurder is dan
de .uitgevoerde boter.
Laat ons voor een oogenblik aanne
men, dat het om nationaal-economi-
sche redenen gewenscht eu dus lo
gisch is om geforceerd kolossale hoe
veelheid boter op de Eng. markt te
werpen voor - tegenwoordig - 80 cents
per kilo, dus ver beneden de produc
tiekosten, terwijl ons eigen volk ten
deele boter van f 1.40, ten deele marga
rine van f 0.90 consumeert, uitgedrukt
in groothandelsprijzen dan nog zou
men teri opzichte van de jonge man
nen, die door de overheid onder de
wapenen worden geroepen, en met
het oog op hun taak bijzondere zorg
behoeven, een bijzondere regeling kun
nen treffen. Geef „hun" in eik geval
boter een deel van hen is dat thuis
zoo gewend en een ander deel zal het
zeer op prijs stellen
Laat men den tot het zesvoudige van
normaal gestegen export naar Enge
land (36 millioenKg. netto met een
half millioen Kg. verminderen en aan
de weermacht „boter" verstrekken.
Niet alleen, dat de jongelui dit naar
waarde zuilen weten te schatten, maar
bovendien zal er een goede progaganda
voor liet boterverbruik van uitgaan
Thans worden groote bedragen -
reeds meer dan een millioen - uitgege
ven, om ons volk te overtuigen van de
voedingswaarde van melk en zuivel.
„Jan Welgemoed, voedt u goed" - zoo
heet het. Doch zou het verstrekken van
boter aan land- en zeemacht niet een
gróótere propagandistische waarde
vertegenwoordigen dan deze Jan Wel
gemoed-actie
GEMEENTE ANNA PAULOWNA.
Verplaatsing Zaak. De heer S. Wilms
Pz. zal spoedig zijn sigarenmagazijn
annex wolhandel, verplaatsen, hoewel
VERSCHIJNT ELKEN
DINSDAG. DONDERDAG EN ZATERDAG.
ABONNEMENTSPRIJS
per 3 maanden f 1.25.
FEUILLETON.
22.)
Grete had genoeg vertrouwen op hare
charmes om de hoop te koesteren, dat het
haar wel gelukken zou, na eenigen tijd, Ida
uit de gedachten van Van Almen te verban
nen en daar zelve een klein plaatsje in te
nemen, een plaatsje, dat langzamerhand wel
grooter zou worden. Eenmaal dit denkbeeld
opgevat hebbende, was het haar natuurlijk
onaangenaam telkens over Ida te spreken,
maar juist deze omstandigheid, die van Almen
weldra opmerkte, vestigde zijne aandacht op
het vlammetje, dat hoewel buiten zijn wil
door hem aangestoken scheen. Van dien
tijd af was hij er op uit, minder met Grete
om te gaan en vooral het alleen zijn met haar
te vermijden maar dit viel hem, nu zij een
maal daaraan gewoon waren geworden, niet
gemakkelijk.
Op een avond zat hij voor het open raam
op zijne kamer en was in gedachten bezig te
overwegen welke reden hij kon opgeven om
een ander pension te betrekken, toen hem
een brief uit Amsterdam werd gebracht. Hij
herkende dadelijk de hand zijner moeder.
Gretig verslond hij den inhoud, en met ont
zetting nam hij kennis van hetgeen de fami
lie Hartema moest vernemen. De rijke, de
schatrijke Hartema geruïneerd
Van Ida had mevrouw van Almen niets
meer gehoord, dan alleen, dat zij zich niet
meer vertoonde, en na dien keer, dat zij haar
op een partij had ontmoet, en waaromtrent
ze haar zoon had geschreven, had ze Ida niet
meer gezien en ook geen bezoek meer van
haar gehad.
Mevrouw van AJmen eindigde hare mèae-
deeling met de opmerking, dat zij wel mede
lijden had met Ida, maar dat het toch met
onmogelijk was, dat het ongeluk een heilza-
men invloed op haar karakter zou uitoefenen
en dat deze, op zich zelve zeer droevige ge
beurtenis, nog tot gevolg kon hebben, dat
haar zoon, in plaats van eene coquette, licht
zinnige vrouw, een trouwe, degelijke echtge-
noote zou krijgen.
Moeielijk is het te beschrijven welke ge
waarwordingen van Almen ondervond, nadat
hij den brief gelezen en herlezen had. De
meest overheerschende was daarbij spijt dat
hij gegaan was spijt, omdat hij nu niet in
de gelegenheid was, haar de wel is waar niet
zoo schitterende, maar toch fatsoenlijke po
sitie van zijne echtgenoot aan te bieden, spijt
daarover, dat hij zonder reden zijne ouders
had verlaten, en vooral spijt, dat hij in die
treurige dagen niet bij haar was, want dat zij
toch wel van hem hield, was 'hem duidelijk
gebleken.
Hij vertrouwde, dat het haar thans zeker
niet onverschillig zou zijn te weten, dat in
verre gewesten een goed vriend deelnemend
aan haar dacht. Intusschen nam hij zich toch
voor, zoo spoedig zijne zaken hem dit slechts
eenigszins zouden veroorloven, naar Holland
terug te keeren.
Toen hij beneden kwam, stelde Grete hem
eene" wandeling voor zij was den geheelen
dag niet uit geweest. Van Almen nam dit
voorstel aan hij had ook behoefte om zijne
zenuwen tot rust te brengen. Hij was zoo vol
van hetgeen hij vernomen had, dat hij niet
kon nalaten alles aan Grete te vertellen.
„Je hebt wel veel van haar gehouden
„Ja ik houd nog veel van haar ik zal
nooit van iemand zooveel houden."
„Ook na hetgeen gebeurd is vroeg Grete
zacht.
„Wat denk je wel," roept van Almen uit,
„dat dit ongeluk mijne liefde in iets zou ver
minderen je meent dus, dat haar geld mij
bekoorde hoe menigmaal heb ik haar geld
vervloekt," zeide hij bitter.
„Ik bedoel dat niet, van Almen ik meen
na wat er tusschen u beiden gebeurd is,"
zeide Grete blozend.
„Wat meen-je toch, Grete
„Begrijp ik het dan zoo verkeerd Is het
dan niet waar dat zij je heeft afgewezen
„Neen, dat is niet waar dat heeft zij nooit
gedaan."
„Maar waarom ging je dan zoo ver weg, als
je nog zooveel van haar houdt als je schijnt
te doen
Daarop vertelde van Almen aan Grete de
reden, waarom hij te^Melbourne was, maar
hij gaf daarbij te kennen, dat het doel zijner
reis niet bereikt zou worden.
„Nu is het ook niet meer noodig," voegde
hij er bij.
Het was voor de arme Grete een ware
schok, toen zij moest vernemen, dat van Al
men nog meer dan ooit met zijn geheele hart
aan Ida hing.
Van Almen had nauwelijks aan Grete ge
dacht, toen hij vol van alles wat Ida betrof,
haar het geheele verhaal had gedaan, maar
toen hij tranen in de oogen van Grete zag
opwellen, kreeg hij ook medelijden met haar.
„Het is misschien goed, Grete," zeide hij,
„dat je nu alles van mij weetwij kunnen
nu voortaan ook vrijer spreken. Mijn hoogste
wensch is met Ida vereenigd te worden en
misschien wordt die wensch nog wel vervuld."
„Ik hoop het van harte," antwoordde Gre
te, van Almen de hand gevende.
De onbaatzuchtigheid van dit gezegde trof
hem welke Wenschen Grete ook voor zich
zelve mocht gekoesterd hebben, zij begreep
toch het droevige in den toestand van Ida en
ook hoezeer die van Almen ter harte moest
gaan.
Enkele oogenblikken bleven beiden zwijgen.
„En ik," zegt Grete, „die haar nog voor een
dag of wat moest schrijven dat zij nog altijd
het prinsesje van vroeger scheen te zijn."
„Heb je haar geschreven, Grete Daar heb
je mij niets van verteld."
„Kun je dat niet begrijpen, nu je weet wat
ik dacht Maar ik voelde mij eenigszins
schuldig tegenover haar zij had me al een
paar maal geschreven en ik had haar door
verschillende omstandigheden nooit geant
woord nu haalden onze gesprekken over haar
mij mijne schuld altijd voor oogen en zoo ben
ik er eindelijk toe gekomen om die af te doen,
want ik ben eene aartsvijandin van brieven
schrijven."
„Heb je ook over mij iets geschreven
vroeg van Almen zacht.
„Natuurlijk denk je dat ik van mijn ver
blijf hier zou vertellen en niet eens van jou
spreken
Van Almen zweeg duidelijk was het, dat
hij dit niet aangenaam vond. Na eenige oo
genblikken zeide zij „Het wordt tijd om
huiswaarts te gaan." Van Almen stond* op en
beiden keerden, zeker niet met de vroolijkste
gedachten vervuld, terug.
De volgende brieven van zijne moeder ga
ven van Almen meer lichthij vernam daar
uit alles tot in bijzonderheden, omtrent het
geen Ida zou beginnen en kreeg het verhaal
van haar laatste bezoek aan zijne moeder.
Wat schreef zij lief over Ida nog nooit had
zij bijzonder veel goeds van haar gezegd, maar
het was nu alsof Ida bij dat eene bezoek het
hart zijner moeder gestolen had. Aandoenlijk
was het, zoo schreef zij, haar te zien men
kon zoo duidelijk bespeuren, dat het haar
oneindig veel kostte om haar leed te dragen,
maar toch deed zij het kalm en gelaten. Zoo
als Ida toen was, maar wat minder treurig,
zou zij zich eene schoondochter wenschen.
Hoe was 't met het hart van haar zoon
Dacht hij nog altijd evenveel aan Ida, of had
Greta eenigszins voet in zijn hart gekregen j
slechts enkele huizen verder, aan de
Spooibuurt, het thans verbouwde en
modern ingerichte pand. Genoemd
pand was eerder eigendom van den hr.
Van Eekeren.
Wij wenschen den heer Wilms alle
sucses in dit mooie pand.
R. V. S. Als agent hij de Levensver
zekering Mij. R. V. S., is voor onze Ge
meente aangesteld, de heer K. Nieuw-
iand,, Middenweg, Breezand.
BKC-Nieuws. De oefenwedstrijd tus
schen BKC I en II is gedeeltelijk ver-
hageld en verwaaid.,
De spelers waren slecht opgekomen
en men moest de gaten stoppen met
spelers uit het 3e en adspiranten.
Ondanks alles hebben de jongens,
die wilden, er van gemaakt wat ze
konden en BKC 1 wist de reserves ei'
met 4-1 onder te houden.
Voor heide een zeer goede training.
GEMEENTE WIERINGEN.
,.ROSE MARIE" in Cinema de Haan.
Uit de advertentie hebben wij kun
nen lezen, dat het bioscooppubliek
Zaterdag en Zondag iets moois te
wachten staat. Vertoond zal n.1. wor
den de wereld-beroemde operette-film
„ROSE MARIE." Wie herinnert zich
niet de heerlijke songs uit deze ope
rette Wie hoorde nog nooit Nelson
Eddy en Jeanette Mac-Donald zin-
j. i
In deze film wordt o.a. gezongen „The
Indian Love Call", het prachtige lied,
dat deze acteurs vorig jaar achter de
haar zongen van de zoo jong ovene-
den actrice Jean Harlow.
Wie heeft niet gehoord van de suc
cessen uit deze tilm. Het zijn dezelfde
acteurs, als uit de beroemde zangfilm
„.May-tims", waaruit U nog dagelijks
„Sweatheart, Sweatheart" (Do Jon
remenber etc. door de radio kunt
hooren..
Zonder twijfel zal Zaterdag en Zon
dag Cinema de Haan een groot pu
bliek herbergen.
MERKWAARDIG ENTRéE.
Maandagavond omstreeks 11 uur
heeft zich te Breezand aan de Afsluit
dijk een merkwaardig ongeval voorge
daan, dat bij een nadere beschouwing
nog goed algeloopen is. Terwijl alom
een diepe duisternis heerschte, immers
de luchtbeschermings-oefeningen wa
ren nog in volle gang, is een vracht
auto, volgeladen met kisten bokking,
pardoes door de houten wand van de
Cantine te Br. binnengereden.
Dat de bewoners, die juist naar de
radio zaten te luisteren, schrokken,
spreekt vanzelf, IJlings snelden zij en
eenige omwonenden, die de klap ge
hoord hadden toe, om te zien, wat er
gebeurd was. Voor hun oogen vertoon
de zich een vreemd schouwspel.
Alles lag vol met glassplinters van
gebroken ramen en lampen. Middeii
in de Cantine stond de vracht-auto,
nog wat versplinterd hout aan de voor
kant en flink beschadigd Even verder
ervoor, lag een man, die nogal bloeddtx
Hoe, twijfelde zij dan aan zijne liefde Neen,
zij geloofde dit niet, zij geloofde niet, dat
haar George George zoo oppervlakkig lief
had, en dan meende zij, zou het Ida in hare
tegenwoordige omstandigheden goed doen,
wanneer ze hoorde, dat in verre landen nog
een trouw hart was, dat altijd voor haar
klopte Georges moeder was van oordeel dat
als zijn hart nog even luid als vroeger voor
Ida sprak, hij dan verplicht was haar dit nu
te kennen te geven hij moest den schijn niet
op zich laden om iets anders dan om haar
zelve te begeeren.
Dat waren woorden naar zijn harthoezeer
had hij er naar verlangd om dat te doen,
maar zijn verstand had hem tot dusverre al-
lijd gezegd, dat het niets zou geven, of hij het
deed zij wist immers dat hij haar liefhad,
had hij het haar dan niet vóór zijn vertrek
gezegd en door zijn vertrek getoond Maar
ja, zijne moeder had toch gelijk, het zou bij
haar kunnen opkomen, en dat zou verschrik
kelijk zijn. Hij zou haar dadelijk schrijven, hij
zou haar herinneren dat zij op zijne laatste
vraag nog steeds het antwoord schuldig ge
bleven was, maar neen, dat zou hij niethij
zou die vreeselijke gebeurtenis haar niet we
der voor den geest halen, maar hij zou haar
zeggen alles wat in zijn hart omging en dan
zou hij om hare wederliefde vragen. Alle be
zwaren tegen dit plan waren nu eensklaps
verdwenen en hij kon maar niet begrijpen,
hoe hij het zoolang had kunnen uitstellen.
Maar wat eindelooze tijd eer hij antwoord
zou ontvangen maanden moesten voorbij
gaan eer hij weten zou in welken zin over
zijn levensgeluk beslist was. Het scheen hem
toe, alsof aan dien tijd geen eind zou komen.
En toch, toen eindelijk, eindelijk, de verlang
de brief kwam, hoezeer bleek de inhoud toen
geheel anders dan hij dien verwacht had. Hoe
tragisch kwam hem toen het lot voor van
haar, die hij boven alles beminde.
(Wordt vervolgd.)