22e JAARGANG
DONDERDAG iö MEI 1938.
No.
NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR
WIERINGEN EN OMSTREKEN
GELOUTERD.
WIERINGER COURANT
VERSCHIJNT ELKEN
DINSDAG. DONDERDAG EN ZATERDAG
ABONNEMENTSPRIJS
per 3 maande® f 1.25.
UITGEVER
CORN. J. BOSKER
WIERINGEN.
BUREAU
Hippolytushoef Wieringen
Telef. Intercomm. No. 19.
ADVERTENTIëN
Iedere regel meer
Van 1 5 regels
f 0.10
f 0.50
BiNNfcNLANDSCH NIEUWS.
MOTORWIELRIJDEN.
Motorraces blijven te Almaar.
Naar aanleiding van herbaalde op-
merKingen in den Kaad. dat B. en W-
het houden van motorraces op het ge
meentelijke sportpark moesten verme
den, met net oog op de talrijke ongeluk
ken, welke op dezen grasnaan voorko
men, hebben B. en W. diverse advie
zen ingewonnen, welke den Raad nietj
hebben bevredigd, aangezien men van i
oordeel was, dat advies was gegeven;
door belanghebbenden.
Thans hebben B. en W. hun licht op
gestoken hij den commandant van het
korps Motordienst te Haarlem, die na
onderzoek ter plaatse tijdens den laat
sten wedstrijd, geconstateerd heeft, dat
de baan geschikt is voor motorwedstrij
den. De haan zelf - aldus dit advies -
levert geen bijzonder gevaar op en
heeft verschillende gunstige eigen
schappen, o.a. goede grasmat, geen ge
vaarlijke omrastering, goede plaatsing
voor het publiek en gunstigen vorm.
De ongevallen hielden dan ook geen
verband met de baan, doch met de om
standigheid, dat er aan de grasbaan-
sport nu eenmaal risico's zijn verbon
den, evenals dit bij sommige andere
takken van sport het geval is.
B. en W. achten dit advies van zoo
veel beteekenis, dat zij voorstellen
voortaan motorraces op het gemeente
lijke sportpark toe te laten.
WERKLOOZEN WEIGEREN
RAADHUIS T"E VERLATEN.
Aangezien de objecten, waaraan de
werkloozen uit de gemeente Kapelle
waren te werk gesteld, gereed zijn ge
komen, is den arbeiders door den bur
gemeester medegedeeld, dat in de ver
gadering van B. en W. nader zal wor
den gesproken over de vraag, wat voor
de werkloozen in genoemde gemeente
nu kan worden gedaan. Een aantal
werkloozen heeft met deze toezegging
geen genoegen willen nemen en wilde
den gang van het gemeentehuis niet
verlaten. Toen het gemeentehuis moest
gesloten worden, heeft de gemeente
veldwachter het gebouw moeten ont
ruimen, hetgeen bij enkele werkloozen
verzet heeft uitgelokt, terwijl de burge
meester werd gemolesteerd.
ZIJDEBIJTER PLAATST DEN
BINNENVISSCHER VOOR GROOTE
MOEILIJKHEDEN.
Men schrijft uit Langend ijk
De binnenvisschers worden tegen
woordig bijna tot. wanhoop gebracht
door het optreden der z.g. zijdebijter.
De zijdebijter, in vakkringen ook wel
rietworm genoemd, is een diertje van
2-3 cm., lengte, wat zich op de bodem
der slooten ophoudt, met z'n scherpe
bek de zijde der fuiken en ander visch
tuig vernielt en daarmee het lichaam,
door middel van een kleverige huid,
bedekt
Alleen in het voorjaar en de herfst
berokkent dit gedierte het vischtuig
groote schade. Des winters wordt er
nagenoeg niet gevischt en omstreeks
de langste dag blijkt de zijdebijter in
een vlieg te metamorphoseeren, 't z.g.
blauwe spekmoofje.
Men meldt dat het tegenwoordig
geen bijzonderheid is als 40 - 50 zijde
bijters op een fuik worden aangetrof
fen. In enkele uren wordt het net zóó
toegetakeld dat de gevangen visch vol
op gelegenheid krijgt de fuik te ont
vluchten. Niet alleen heeft de visscher
man op deze wijze groote schade in
zijn vangst, maar ook aan zijn tuig.
Hoeveel tijd moet hij weer niet staan
boeten om de fuik behoorlijk hersteld
te krijgen
Het tot nog toe eenige bestrijdings
middel het tuig te carbolineeren kan,
vanwege een te groote schade aan
vxschstand en vangst, niet in toepas
sing gebracht worden. Zoo goed en zoo
kwaad het gaat probeert men de plaag,
nog zooveel mogelijk te ontloopen door
de avonds laat de fuiken te zetten en
des morgens om twee, drie uur weer
te lichten.
Steeds wel is deze plaag opgetreden,
echter bij lange na niet in de mate van
thans. Als oorzaak van deze uitbrei
ding wees men op het zoete" water.
Voor brak water neemt de zijdebijter
de wijk.
Het is te wenschen dat ten spoedig
ste middelen gevonden worden om de
zijdebijter in z'n vernielend werk tegen
te gaan, zoo mogelijk uit te roeien. De
visscherij heeft het tegenwoordig ze
ker al meer dan zwaar om ook dezen
grooten lastbezorger nog op de koop toe
te kunnen nemen.
STIJGENDE EIERPRIJZEN.
Gevolg van den oorlog in China
Op de Veluwsche eiermarkten zijn de
prijzen der eieren de laatste weken
vrij beduidend gestegen, wat gezien
moet worden als een gevolg, van het
Japansch-Chineesche conflict, waar
door de uitvoer van Chineesche eieren
wordt belemmerd.
Opmerkelijk is, dat de koelhuizen,
die anders om dezen tijd - na de hoog
ste productie - reeds geheel vol zijn, nu
nog leeg zijn. De hoogste productie was
dit jaar vroeger dan ooit, mede een
gevolg van de langdurige droogte. Het
opslaan in de koelhuizen heeft tot dus
ver gewacht op een sterke daling der
eierprijzen, welke uitbleef.
zuur in de thee had gedaan en dat het
dus als éen geluk mag worden be
schouwd, dat zij slechts weinig van
den inhoud van het kopje heeft ge
dronken. «r
Het staat vrijwel vast, dat deze zon
derlinge poging tot vergiftiging is ge
schiedt door de vrouw des huizes. Deze
schijnt den laatsten tijd niet geheel
normaal te zijn.
Omtrent de motieven, die de vrouw
hebben geleid tot -deze poging haar
dienstmeisje te vergiftigen, tast men
op het oogenblik nog volkomen in
het duister. Men houdt echter ernstig
rekening met de mogelijkheid dat de
vrouw gehandeld heeft in een vlaag
van verstandsverbijstering.
In verband met haar gezondheids
toestand is zij niet in verzekerde bewa.
ring gesteld, maar opgenomen in het
Ziekenhuis Bethesda.
SCHOOLJONGEN WILDE NAAR
RUSLAND.
Vrijheid was van korten duur.
Dinsdagmiddag heeft de Velsensche
scholier De R., die door den directeur
van zijn school voor den tijd van een
week van school gezonden was, een
avontuur beleefd, dat hem waarschijn
lijk nog lang zal heugen. Bevreesd om
met het nieuws van de over zijn schul
dig hoofd uitgesproken straf naar huis
te gaan, verborg hij zich aan boord van
de Russische houtboot „Postishev", die
voor de Papierfabrieken gemeerd lag.
doch even later vertrok met de bestem
ming Sunderland.
Toen het schip tien mijl uit de kust
was, werd de verstekeling evenwel ont
dekt, en hoewel de jongen vertelde,
dat hij mee naar Rusland wilde, be
greep de kapitein, dat aan den wal
ongeruste ouders zaten te wachten.
De kapitein stelde zich daarom draad
loos in verbinding met de kustwacht,
die hij verzocht om maatregelen te ne
men om den jongen buitengaats van
boord te halen. De „Postishev" was
daartoe genoodzaakt terug te stoomen,
tot zij de loodsboot ontmoette, die den
knaap overnam, om hem op haar beurt
aan een „„afhaler" mede te geven naar
den wal. Daar werd de avontuurlijke
jongen door de politie opgewacht,, die
hem naar zijn ouders terug bracht,
waar hem nu ongetwijfeld een dubbele
schrobbeering wachtte.
„DE NIEUW AMSTERDAM"
TE NEW YORK.
Vroolijk welkom in de haven
Maandagmiddag laat is het stoom
schip „Nieuw Amsterdam" op zijn eer
ste reis in de haven van New York aan
gekomen. De sirenes der schepen loei
FEUILLETON.
39.)
Het was Ida zonderling te moede. Dit was
haar kamer, haar ameublement, haar schil
derijen, ja zelfs haar kamenier en dat alles
ging door de kracht van het geld over op juf
frouw Kamper. Zij had moeite een gevoel van
wrevel tegen de laatste te onderdrukken en;
het speet haar zeer, dat zij genoodzaakt zou
zijn om kennis met haar te maken.
Annet had zich verwijderd. De ramen ston
den open en Ida had vandaar uit het heer
lijke gezicht op den tuin, waarin zij vroeger
steeds zoo'n genot geschept had. Leunende
op de vensterbank bleef zij in gedachten ver
zonken in het groen staren. Was het vreemd,
dat er een traan in haar oog opwelde Was
het ondankbaar, dat, niettegenstaande het
vele goede, dat zij nu had, zij toch eenigen
weemoed bij zich voelde opkomen, als ze
dacht aan de dagen, toen zij hier de dochter
des huizes was
„Ida, Ida," klonk onder aan de trap de
stem van George.
Fluks droogde zij hare tranen en vroeg wat
er was
„Je vader wacht ons om ons te spreken,"
zeide van Almen.
In het kleine salon stonden drie gemakke
lijke fauteuils in een kleinen kring op een
van deze zat de de heer Hartema. Toen Ge
orge en Ida bij hem plaats genomen hadden,
begon hij
..Het is mij een groot genoegen, Ida, dat ik
na den moeilijken tijd, die nog slechts zoo
korf geleden voor je geëindigd is: je ook eens
een aangename mededeeling kan doen. Ik
weet wel, dat je tegenwoordig van mij niet
meer het beste wachtik weet in wien je
geluk gelegen is en ik verblijd mij daar har
telijk in maar ik denk niet dat George mij
jaloersch zal vinden, als ik zeg, dat ik blij
ZOUTZUUR IN DE THEE.
Dezer dagen is te Tiel een zonderlin
ge poging tot vergiftiging geconsta
teerd, die echter voor het slachtoffer,1
Mej. Nijhof uit Tiel, goed afgeloopen is.'
°p ?.e» oogenblik merkte N.V. WACO AUTOBUSDIENSTEN
Mej. Nijhof, die als dienstmeisje in be
trekking is bij een Tielsche familie,
dat er iets met haar thee niet in orde
was.
Bij onderzoek bleek, dat men zout-
Vanaf 15 Mei geheel gewijzigde dienst en
tariefregeling. Vanaf Maandag 9 Mei a 5 ct.
j verkrijgbaar bij onze chauffeurs en aan onze
kantoren.
den ter verwelkoming van de nieuw
ste aanwinst der Holland-Amerikalijn,
die bijna een halven dag eerder dan
verwacht werd in een dok te Hoboken
werd opgenomen.
Muziekcorpsen speelden het Neder-
landsche volkslied, toen de „Nieuw
Amsterdam" aanlegde.
In de haven ging het vroolijk toe.
Deze vreugde werd overstraald door
schitterend zonnig weer.
Het schip heeft een gemiddelde uur
snelheid gemaakt van 21.7 knoopen.
Op een gedeelte van de reis bedroeg de
snelheid 23 knoop, hoewel de scheeps
bouwers waren overeengekomen, dat
slechts op een snelheid van 20mijl
kon worden gerekend.
Het weer was zeer goed. Op het eer-
[ste stuk der reis had men nogal wat
tegenwind, terwijl het, toen men Ame-
Irika naderde, mistig was.
De gezagvoerder van de „Nieuw Am-
1 sterdam", de heer Joliannes Bijl en de
directeur der Rotterdamsche Scheeps
bouw Maatschappij, de heer Dirk C.
E.ndert, spraken hun voldoening uit
over het feit, dat het schip, ondanks
zijn groote snelheid niet heeft getrild.
Ook Sir Wïlliam Isherwood„ een
'scheepsbouwkundig Ingenieur der
Britsche Marine, die de reis had mee
gemaakt, sprak zijn verwondering uit
over de „Nieuw Amsterdam."
De „Nieuw Amsterdam" heeft de
reis van Rotterdam naar New York ge
maakt in zes dagen, 5 uur en 30 min.
Tot nu toe heeft men daar 8 dagen
voor noodig ^ehad. Het andere record
betreft den afstand Isle of Wigt-licht-
schip Ambrose.
OUD-WETHOUDER VAN SCHAGEN
VEROORDEELD.
Tot 8 maanden gevangenisstraf.
De Rechtbank te Alkmaar veroor
deelde Dinsdag den accountant en
oud-wethouder der gemeente Schagen
wegens medeplichtigheid aan het in
dienen van een foute balans en het
doen van een te lage aangifte voor de
inkomstenbelasting, door een winke
lier, tot 8 maanden gevangenisstraf.
De Officier van Justitie had een jaar
gevangenisstraf geëischt.,
De winkelier tegen wien 6 maanden
gevangenisstraf werd geëischt, werd
tot 3 maanden gevangenisstraf veroor
deeld.
HEVIGE VECHTPARTIJ OP
OP ENGELSCH STOOMSCHIP
Politie te Rotterdam moest van
de revolvers gebruik maken.
Maandagmiddag te ongeveer 5 uur is
er aan boord van het Engelsche s.s.
„Aracataca" een hevige vechtpartij
ontstaan tusschen vijf agenten van
politie en een groot deel van de beman
ning van genoemd schip. Met groote
moeite slaagde de politie erin de orde
aan boord te herstellen.
Te omstreeks vijf uur had de kapi
tein van de „Aratacana" de hulp inge-
roepen van de rivierpolitie, omdat er
vier zeelieden in beschonken toestand
het schip hadden verlaten zonder zijn
toestemming.
Omdat hij vreesde dat de mannen
I niet op tijd zouden terugkeeren en
het sciiip om 6 uur moest vertrekken,
verzocht hij de politie de mannen aan
boord te brengen. Vijf agenten gingen
op onderzoek uit en weldra troffen zij
de beschonken zeelieden in een café m
de Rijnhaven aan. Het kostte de politie
i heel veel moeite de beschonkenen, die
Izich hevig verzetten, weer aan boord
te breijgem
Eenmaal aan boord van het schip
gingen zij de agenten met stokken en
staven te lijf, het werd een formeele
kloppartij, waarbij de agenten rake
klappen met den gummistok moesten
uitdeelen. Toen nu nog een aantal an
dere opvarenden van het stoomschip
partij kozen voor hun collega's en de
overmacht toch wel wat erg groot werd,
trokken de politiemannen hun revol
vers. Na eenige schoten in de lucht te
hebben gelost, koos de tegenpartij
eieren voor haar geld en de rust aan
boord was toen spoedig teruggekeerd.
De „Aracatana" is daarna naar Bremen
vertrokken. Aangezien de politieman
non heelhuids uit den strijd waren ge
komen, zijn er aan boord geen arresta
ties verricht.
BUITENLANSCH NIEUWS.
TRAGISCH INCIDENT AAN BOORD
VAN AMERIKAANSCH SCHIP.
Dinsdag is uit Baltimore (Engeland)
het Amerikaansche s.s. „City of Nor
folk" aangekomen. Aan boord van dit
schip heeft zich vorige week een tra
gisch incident afgespeeld. Eén der le
den van de bemanning viel een van
zijn kameraden aan, die aan de beko
men verwondingen bezweek. De aan
valler sprong; overboord en drie man,
die een boot hadden uitgezet om hem
te redden, verdronken als gevolg van
het feit, dat de zee tamelijk ruw was.
GEMEENTE WIERINGEN.
FILMBESPREKING.
Vrijdag, Zaterdag, Zondag en Zondag
I middag brengt Cinema de Haan weer
eens Sperfilm en wel
„HET LEVEN VAN EMILE ZOLA"
PAUL MUNI is Zola en men zag geen
rol van dezen fameuzen karakterspe
ler, die zoo ontroerend, zoo eenvoudig,
zoo ontdaan is van alle effect en toch
zoo volkomen de figuur weergeeft van
den schrijver. Men kent Zola van vele
'portretten - zijn ietwat slordige wijze
'van kleeden en nonchalante manier
van doen en men houdt den adem
in wanneer men deze gestalte ziet be
wegen achter zijn schrijftafel - hem
ziet bezinnen op een phrase.
De geheele film is trouwens 'n knap
stuk werk, waarmede een der grootste
ben, dat ik je nu toch een mededeeling kan
doen, die je naar ik vertrouw buitenge
meen véél genoegen zal doen."
..Vadertje," zoo begon Ida, „spreek zoo
nietu weet wel
..Mag ik je vriendelijk verzoeken mij eerst
te laten uitspreken, Ida Ik zal je daarna
ruimschoots de gelegenheid geven om je
bezwaren te opperen," zeide de heer Harte
ma op gemaakt ernstigen toon.
„Ik heb je namelijk nooit verteld, dat die
mijnheer Kamper, die mjjn huis in de stad
en hier Dalrust heeft gekocht, een buitenge
woon goede vriend van mij is hij was het
ook, Ida. dit mag ik nü wel vertellen, die mij
in de gelegenheid stelde verleden jaar dat
reisje met je in het Thüringerwald te doen.
Maar wat hij vandaag doet, dat overtreft alle
verwachtingen ik zal je namelijk vertellen,
dat hij niet meer terugkomt, maar dat hij
mij gevraagd heeft je mede te deelen welk
cadeau hij je geeft. Hij heeft van mij ge
hoord, dat je spoedig wenscht te trouwen en
hij begreep dat je dan een huis moest heb
ben. Daarom, Ida, doet hij je zijn huis in de
stad present, geheel gemeubileerd, zooals het
nu is."
„Wat riepen George en Ida gelijk uit.
„Ja, en wat nog mooier is, ik heb Dalrust
van hem cadeau gekregen, ook met den ge-
heelen inboedel zooals het reilt en zeilt."
„Wat zegt u daar Ik begrijp er totaal
niets van," zeide Ida op ongeloovigen toon.
..En aangezien Kamper zich piqueert een
verstandig man te wezen, begreep hij ook,
dat je in dat huis in de stad niet zoudt kun
nen leven zonder dat je een behoorlijk inko
men hebt. Nu had hij van zijn besten vriend
gehoord," hier zag de heer Hartema van
Almen aan, „dat je zaak met een stijve ton
kapitaal meer een buitengewone winst zou
kunnen afwerpen, en daarom schonk hij mijn
dochter een bruidschot van anderhalve ton,
met het doel, let wel van Almen, om die in je
zaak te gebruiken."
„Onmogelijk; riep van Almen uit.
„Nu zou het kunnen wezen, zei Kamper tot
mij," ging de heer Hartema op denzelfden
toon voort, „dat de zaak in den eersten tijd
nog niet genoeg opleverde, maar dit moest
geen bezwaar hebben, want "hij zou daarbij
een toelage geven, zoodat je niet ongerust
behoefde te zijn niet toe te komen."
George en Ida keken elkander zoo verbaasd
mogelijk aan. Zij wisten niet wat zij er van'
denken moesten. Als aardigheid zou het den
Heer Hartema onwaardig zijn dit gevoelden
beiden, maar wat moesten zij er dan van
denken
„Vadertje," zeide Ida, „wat vertelt u ons
daar toch
„Niets dan de waarheid, Ida. Dalrust be
hoort nu aan mij, en ik ben er wat mee in
mijn schik."
„Maar het is toch niet mogelijk, dat ie
mand, een 'vreemde, dat alles voor ons doet j
„Maar zou het wel een vreemde voor je
zijn, Ida Heb je dan nog niet begrepen wie
die Kamper is vroeg de heer Hartema, en
de aandoening deed zijn stem trillen. „Kom
hier, mijn eenige lieveling," en hij nam Ida I
in zijne armen, „en laat je eens door je oude j
vriend Kamper hartelijk kussen." En hij
overdekte haar lief gezichtje met kussen.
„Wat, u Is u Kamper
„Ja, of eigenlijk liever neen want ik heb
maar een naam aangenomen die Kamper is
maar een denkbeeldig persoonik geef je
het huis in de stad present en ik geef je den
bruidschat, die de zaak van je aanstaanden
man zal doen bloeien, en ik houd Dalrust
maar daar ben je altijd hartelijk welkom,
hoor Hoe meer je er komt, hoe liever."
In de eerste verbazing wisten George en
Ida niet wat zij er van denken moesten. Ge
orge dacht er een oogenblik aan, of het ook
mogelijk kon zijn, dat de oude heer in eene
hallucinatie verkeerde, maar Ida moest wel
gelooven, dat alles waar was, toen haar va
der het zoo vertelde.
„Maar vader," zeide zij, „u hebt immers
geen geld
..Jawel, kind. Ik ben niet arm geweest.
Luister, ik zal je alles uitleggen."
En met haar hand in de zijne, terwijl ze
hem in gespannen verwachting aankeek, ver
volgde hij met een stem, die nu en dan van
aandoening trilde
„Je weet, Ida, hoe je altijd mijn lieveling
en mfjn oogappel bent geweestje kunt mis
schien wel nagaan hoe ik steeds met vreugde
zag, hoe gunstig je naar lichaam en naar
geest ontwikkelde en hoe mijn eenig doel was
om je levensgenot te verschaffen. Zooals vele
menschen doen, dacht ook ik, dat in de eer
ste plaats rijkdom daarvoor noodig zou we
zen, en je weet, hoe volkomen mijn pogingen
om rijk te worden, zijn geslaagd. Het ontbrak
je letterlijk aan niets al waar je maar lust
in had, dat hadt je dadelijk, al je wenschen
werden onmiddellijk vervuld. Ik had er ech
ter niet aan gedacht, dat deze omstandigheid
op den duur invloed op je karakter moet uit
oefenen. Daarbij kwam dat je door je lief
uiterlijk en het innemende van je geheele
persoonlijkheid overal schitterde, zoodat je
algemeen gevleid en bewonderd werdt. Je
moest werkelijk al een zeer degelijk karakter
gehad hebben, om door die omstandigheden
nog niet meer bedorven te worden, dan je
toen waart.
„Een zekere lichtzinnigheid, gepaard aan
dartelheid, ja zelfs wuftheid, viel echter niet
bij je te miskennen en het speet mij zeer,
toen ik mij zeiven niet meer kon ontveinzen,
dat je met dat euvel behebt waart. Bovendien
was mij gebleken, dat je van de waarde van
het geld volstrekt geen begrip hadtje ging
er mee om, alsof niets Natuurlijker was, dan
dat je uit een onuitputtelijke bron te schep
pen hadt. In één woord, je kendet den ernst
van het leven niethet scheen je toe als
een onafgebroken rij van vermaken en een
onverdeeld genot. Wel verre van mij wist je
dit ook slechts in het minste euvel te duiden
het warén de omstandigheden, waarin je ver-
keerdet, die de schuld droegen zooals ik
reeds zeide, het was nog verwonderlijk, hoe
je onder al dien voorspoed, onder al de moei
te, die iéder zich gaf om je te bederven, nog
zoo eenvoudig bleeft.
„Ik was reeds eenigen tijd in mijn gedach
ten bezig naar middelen te zoeken, waardoor
ik die lichtzinnige neiging van je tegen kon
gaan, toen ik uit het verhaal dat je me deedt
van het gesprokene met mevrouw Donker-
huys, kort vóór het vertrek van van Almen,
bespeurde, dat hij er ernstig over dacht je
ten huwelijk te vragen. Daaraan had ik tot
op dat oogenblik nooit gedachthet gaf mfj
bepaald een schok, Ik kende van Almen toen
zeer weinig hij zal het mij dus niet kwalijk
nemen als ik zeg, dat ik toen voor het eerst
aan de mogelijkheid dacht, dat Ida niet al
leen om haar zelve, maar ook om haar for
tuin gevraagd zou kunnen worden. Dat denk
beeld deed mij een rilling door de leden va
ren mijne Ida, mijne eenige lieve dochter,
misschien geketend aan een man, die haar
niet, of niet genoeg beminde. Ik gevoelde het
moeielijke, dat er voor een jong meisje in
haar positie in gelegen is, om te weten of zij
om haar zelve, dan wel om andere reden er
wordt begeerd. Daar kwam nog iets bij. Ik
was toen zeer getroffen, dat van Almen reeds
zoo épris van je was, dat hij je tot zijn vrouw
begeerde, zonder dat ik ooit aan die mogelijk
heid had gedacht. Ik begreep toen, dat ik,
door mijne zaken, je te veel alleen moest la
ten en besloot, daarom de zaken aan kant te
doen. Ik had geld genoeg en wilde mij voort
aan geheel aan je wijden. Dagen en nachten
heb ik er over gepeinsd, wat ik wel zou kun
nen doen om te zorgen, dat je nooit een man
zoudt krijgen, die je niet alleen om je zelve
begeerde, en om tevens je eens met den ernst
des levens kennis te doen maken, hetgeen,
daarvan hield ik mij overtuigd, den gunstig-
sten invloed op je van nature zoo goed ka
rakter moest uitoefenen. Toen kwam langza
merhand het denkbeeld bij mij tot rijpheid,
dat ik later heb uitgevoerd.
(Wordt vervolgd.)
IN VIER BLADEN ADVERTEEREN VOOR
EENMAAL BETALEN
Wieringermeerbode.
Wieringer Courant.
De Polderbode.
Zijper Courant.