22e JAARGANG DONDERDAG iö MEI 1938. No. NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR WIERINGEN EN OMSTREKEN GELOUTERD. WIERINGER COURANT VERSCHIJNT ELKEN DINSDAG. DONDERDAG EN ZATERDAG ABONNEMENTSPRIJS per 3 maande® f 1.25. UITGEVER CORN. J. BOSKER WIERINGEN. BUREAU Hippolytushoef Wieringen Telef. Intercomm. No. 19. ADVERTENTIëN Iedere regel meer Van 1 5 regels f 0.10 f 0.50 BiNNfcNLANDSCH NIEUWS. MOTORWIELRIJDEN. Motorraces blijven te Almaar. Naar aanleiding van herbaalde op- merKingen in den Kaad. dat B. en W- het houden van motorraces op het ge meentelijke sportpark moesten verme den, met net oog op de talrijke ongeluk ken, welke op dezen grasnaan voorko men, hebben B. en W. diverse advie zen ingewonnen, welke den Raad nietj hebben bevredigd, aangezien men van i oordeel was, dat advies was gegeven; door belanghebbenden. Thans hebben B. en W. hun licht op gestoken hij den commandant van het korps Motordienst te Haarlem, die na onderzoek ter plaatse tijdens den laat sten wedstrijd, geconstateerd heeft, dat de baan geschikt is voor motorwedstrij den. De haan zelf - aldus dit advies - levert geen bijzonder gevaar op en heeft verschillende gunstige eigen schappen, o.a. goede grasmat, geen ge vaarlijke omrastering, goede plaatsing voor het publiek en gunstigen vorm. De ongevallen hielden dan ook geen verband met de baan, doch met de om standigheid, dat er aan de grasbaan- sport nu eenmaal risico's zijn verbon den, evenals dit bij sommige andere takken van sport het geval is. B. en W. achten dit advies van zoo veel beteekenis, dat zij voorstellen voortaan motorraces op het gemeente lijke sportpark toe te laten. WERKLOOZEN WEIGEREN RAADHUIS T"E VERLATEN. Aangezien de objecten, waaraan de werkloozen uit de gemeente Kapelle waren te werk gesteld, gereed zijn ge komen, is den arbeiders door den bur gemeester medegedeeld, dat in de ver gadering van B. en W. nader zal wor den gesproken over de vraag, wat voor de werkloozen in genoemde gemeente nu kan worden gedaan. Een aantal werkloozen heeft met deze toezegging geen genoegen willen nemen en wilde den gang van het gemeentehuis niet verlaten. Toen het gemeentehuis moest gesloten worden, heeft de gemeente veldwachter het gebouw moeten ont ruimen, hetgeen bij enkele werkloozen verzet heeft uitgelokt, terwijl de burge meester werd gemolesteerd. ZIJDEBIJTER PLAATST DEN BINNENVISSCHER VOOR GROOTE MOEILIJKHEDEN. Men schrijft uit Langend ijk De binnenvisschers worden tegen woordig bijna tot. wanhoop gebracht door het optreden der z.g. zijdebijter. De zijdebijter, in vakkringen ook wel rietworm genoemd, is een diertje van 2-3 cm., lengte, wat zich op de bodem der slooten ophoudt, met z'n scherpe bek de zijde der fuiken en ander visch tuig vernielt en daarmee het lichaam, door middel van een kleverige huid, bedekt Alleen in het voorjaar en de herfst berokkent dit gedierte het vischtuig groote schade. Des winters wordt er nagenoeg niet gevischt en omstreeks de langste dag blijkt de zijdebijter in een vlieg te metamorphoseeren, 't z.g. blauwe spekmoofje. Men meldt dat het tegenwoordig geen bijzonderheid is als 40 - 50 zijde bijters op een fuik worden aangetrof fen. In enkele uren wordt het net zóó toegetakeld dat de gevangen visch vol op gelegenheid krijgt de fuik te ont vluchten. Niet alleen heeft de visscher man op deze wijze groote schade in zijn vangst, maar ook aan zijn tuig. Hoeveel tijd moet hij weer niet staan boeten om de fuik behoorlijk hersteld te krijgen Het tot nog toe eenige bestrijdings middel het tuig te carbolineeren kan, vanwege een te groote schade aan vxschstand en vangst, niet in toepas sing gebracht worden. Zoo goed en zoo kwaad het gaat probeert men de plaag, nog zooveel mogelijk te ontloopen door de avonds laat de fuiken te zetten en des morgens om twee, drie uur weer te lichten. Steeds wel is deze plaag opgetreden, echter bij lange na niet in de mate van thans. Als oorzaak van deze uitbrei ding wees men op het zoete" water. Voor brak water neemt de zijdebijter de wijk. Het is te wenschen dat ten spoedig ste middelen gevonden worden om de zijdebijter in z'n vernielend werk tegen te gaan, zoo mogelijk uit te roeien. De visscherij heeft het tegenwoordig ze ker al meer dan zwaar om ook dezen grooten lastbezorger nog op de koop toe te kunnen nemen. STIJGENDE EIERPRIJZEN. Gevolg van den oorlog in China Op de Veluwsche eiermarkten zijn de prijzen der eieren de laatste weken vrij beduidend gestegen, wat gezien moet worden als een gevolg, van het Japansch-Chineesche conflict, waar door de uitvoer van Chineesche eieren wordt belemmerd. Opmerkelijk is, dat de koelhuizen, die anders om dezen tijd - na de hoog ste productie - reeds geheel vol zijn, nu nog leeg zijn. De hoogste productie was dit jaar vroeger dan ooit, mede een gevolg van de langdurige droogte. Het opslaan in de koelhuizen heeft tot dus ver gewacht op een sterke daling der eierprijzen, welke uitbleef. zuur in de thee had gedaan en dat het dus als éen geluk mag worden be schouwd, dat zij slechts weinig van den inhoud van het kopje heeft ge dronken. «r Het staat vrijwel vast, dat deze zon derlinge poging tot vergiftiging is ge schiedt door de vrouw des huizes. Deze schijnt den laatsten tijd niet geheel normaal te zijn. Omtrent de motieven, die de vrouw hebben geleid tot -deze poging haar dienstmeisje te vergiftigen, tast men op het oogenblik nog volkomen in het duister. Men houdt echter ernstig rekening met de mogelijkheid dat de vrouw gehandeld heeft in een vlaag van verstandsverbijstering. In verband met haar gezondheids toestand is zij niet in verzekerde bewa. ring gesteld, maar opgenomen in het Ziekenhuis Bethesda. SCHOOLJONGEN WILDE NAAR RUSLAND. Vrijheid was van korten duur. Dinsdagmiddag heeft de Velsensche scholier De R., die door den directeur van zijn school voor den tijd van een week van school gezonden was, een avontuur beleefd, dat hem waarschijn lijk nog lang zal heugen. Bevreesd om met het nieuws van de over zijn schul dig hoofd uitgesproken straf naar huis te gaan, verborg hij zich aan boord van de Russische houtboot „Postishev", die voor de Papierfabrieken gemeerd lag. doch even later vertrok met de bestem ming Sunderland. Toen het schip tien mijl uit de kust was, werd de verstekeling evenwel ont dekt, en hoewel de jongen vertelde, dat hij mee naar Rusland wilde, be greep de kapitein, dat aan den wal ongeruste ouders zaten te wachten. De kapitein stelde zich daarom draad loos in verbinding met de kustwacht, die hij verzocht om maatregelen te ne men om den jongen buitengaats van boord te halen. De „Postishev" was daartoe genoodzaakt terug te stoomen, tot zij de loodsboot ontmoette, die den knaap overnam, om hem op haar beurt aan een „„afhaler" mede te geven naar den wal. Daar werd de avontuurlijke jongen door de politie opgewacht,, die hem naar zijn ouders terug bracht, waar hem nu ongetwijfeld een dubbele schrobbeering wachtte. „DE NIEUW AMSTERDAM" TE NEW YORK. Vroolijk welkom in de haven Maandagmiddag laat is het stoom schip „Nieuw Amsterdam" op zijn eer ste reis in de haven van New York aan gekomen. De sirenes der schepen loei FEUILLETON. 39.) Het was Ida zonderling te moede. Dit was haar kamer, haar ameublement, haar schil derijen, ja zelfs haar kamenier en dat alles ging door de kracht van het geld over op juf frouw Kamper. Zij had moeite een gevoel van wrevel tegen de laatste te onderdrukken en; het speet haar zeer, dat zij genoodzaakt zou zijn om kennis met haar te maken. Annet had zich verwijderd. De ramen ston den open en Ida had vandaar uit het heer lijke gezicht op den tuin, waarin zij vroeger steeds zoo'n genot geschept had. Leunende op de vensterbank bleef zij in gedachten ver zonken in het groen staren. Was het vreemd, dat er een traan in haar oog opwelde Was het ondankbaar, dat, niettegenstaande het vele goede, dat zij nu had, zij toch eenigen weemoed bij zich voelde opkomen, als ze dacht aan de dagen, toen zij hier de dochter des huizes was „Ida, Ida," klonk onder aan de trap de stem van George. Fluks droogde zij hare tranen en vroeg wat er was „Je vader wacht ons om ons te spreken," zeide van Almen. In het kleine salon stonden drie gemakke lijke fauteuils in een kleinen kring op een van deze zat de de heer Hartema. Toen Ge orge en Ida bij hem plaats genomen hadden, begon hij ..Het is mij een groot genoegen, Ida, dat ik na den moeilijken tijd, die nog slechts zoo korf geleden voor je geëindigd is: je ook eens een aangename mededeeling kan doen. Ik weet wel, dat je tegenwoordig van mij niet meer het beste wachtik weet in wien je geluk gelegen is en ik verblijd mij daar har telijk in maar ik denk niet dat George mij jaloersch zal vinden, als ik zeg, dat ik blij ZOUTZUUR IN DE THEE. Dezer dagen is te Tiel een zonderlin ge poging tot vergiftiging geconsta teerd, die echter voor het slachtoffer,1 Mej. Nijhof uit Tiel, goed afgeloopen is.' °p ?.e» oogenblik merkte N.V. WACO AUTOBUSDIENSTEN Mej. Nijhof, die als dienstmeisje in be trekking is bij een Tielsche familie, dat er iets met haar thee niet in orde was. Bij onderzoek bleek, dat men zout- Vanaf 15 Mei geheel gewijzigde dienst en tariefregeling. Vanaf Maandag 9 Mei a 5 ct. j verkrijgbaar bij onze chauffeurs en aan onze kantoren. den ter verwelkoming van de nieuw ste aanwinst der Holland-Amerikalijn, die bijna een halven dag eerder dan verwacht werd in een dok te Hoboken werd opgenomen. Muziekcorpsen speelden het Neder- landsche volkslied, toen de „Nieuw Amsterdam" aanlegde. In de haven ging het vroolijk toe. Deze vreugde werd overstraald door schitterend zonnig weer. Het schip heeft een gemiddelde uur snelheid gemaakt van 21.7 knoopen. Op een gedeelte van de reis bedroeg de snelheid 23 knoop, hoewel de scheeps bouwers waren overeengekomen, dat slechts op een snelheid van 20mijl kon worden gerekend. Het weer was zeer goed. Op het eer- [ste stuk der reis had men nogal wat tegenwind, terwijl het, toen men Ame- Irika naderde, mistig was. De gezagvoerder van de „Nieuw Am- 1 sterdam", de heer Joliannes Bijl en de directeur der Rotterdamsche Scheeps bouw Maatschappij, de heer Dirk C. E.ndert, spraken hun voldoening uit over het feit, dat het schip, ondanks zijn groote snelheid niet heeft getrild. Ook Sir Wïlliam Isherwood„ een 'scheepsbouwkundig Ingenieur der Britsche Marine, die de reis had mee gemaakt, sprak zijn verwondering uit over de „Nieuw Amsterdam." De „Nieuw Amsterdam" heeft de reis van Rotterdam naar New York ge maakt in zes dagen, 5 uur en 30 min. Tot nu toe heeft men daar 8 dagen voor noodig ^ehad. Het andere record betreft den afstand Isle of Wigt-licht- schip Ambrose. OUD-WETHOUDER VAN SCHAGEN VEROORDEELD. Tot 8 maanden gevangenisstraf. De Rechtbank te Alkmaar veroor deelde Dinsdag den accountant en oud-wethouder der gemeente Schagen wegens medeplichtigheid aan het in dienen van een foute balans en het doen van een te lage aangifte voor de inkomstenbelasting, door een winke lier, tot 8 maanden gevangenisstraf. De Officier van Justitie had een jaar gevangenisstraf geëischt., De winkelier tegen wien 6 maanden gevangenisstraf werd geëischt, werd tot 3 maanden gevangenisstraf veroor deeld. HEVIGE VECHTPARTIJ OP OP ENGELSCH STOOMSCHIP Politie te Rotterdam moest van de revolvers gebruik maken. Maandagmiddag te ongeveer 5 uur is er aan boord van het Engelsche s.s. „Aracataca" een hevige vechtpartij ontstaan tusschen vijf agenten van politie en een groot deel van de beman ning van genoemd schip. Met groote moeite slaagde de politie erin de orde aan boord te herstellen. Te omstreeks vijf uur had de kapi tein van de „Aratacana" de hulp inge- roepen van de rivierpolitie, omdat er vier zeelieden in beschonken toestand het schip hadden verlaten zonder zijn toestemming. Omdat hij vreesde dat de mannen I niet op tijd zouden terugkeeren en het sciiip om 6 uur moest vertrekken, verzocht hij de politie de mannen aan boord te brengen. Vijf agenten gingen op onderzoek uit en weldra troffen zij de beschonken zeelieden in een café m de Rijnhaven aan. Het kostte de politie i heel veel moeite de beschonkenen, die Izich hevig verzetten, weer aan boord te breijgem Eenmaal aan boord van het schip gingen zij de agenten met stokken en staven te lijf, het werd een formeele kloppartij, waarbij de agenten rake klappen met den gummistok moesten uitdeelen. Toen nu nog een aantal an dere opvarenden van het stoomschip partij kozen voor hun collega's en de overmacht toch wel wat erg groot werd, trokken de politiemannen hun revol vers. Na eenige schoten in de lucht te hebben gelost, koos de tegenpartij eieren voor haar geld en de rust aan boord was toen spoedig teruggekeerd. De „Aracatana" is daarna naar Bremen vertrokken. Aangezien de politieman non heelhuids uit den strijd waren ge komen, zijn er aan boord geen arresta ties verricht. BUITENLANSCH NIEUWS. TRAGISCH INCIDENT AAN BOORD VAN AMERIKAANSCH SCHIP. Dinsdag is uit Baltimore (Engeland) het Amerikaansche s.s. „City of Nor folk" aangekomen. Aan boord van dit schip heeft zich vorige week een tra gisch incident afgespeeld. Eén der le den van de bemanning viel een van zijn kameraden aan, die aan de beko men verwondingen bezweek. De aan valler sprong; overboord en drie man, die een boot hadden uitgezet om hem te redden, verdronken als gevolg van het feit, dat de zee tamelijk ruw was. GEMEENTE WIERINGEN. FILMBESPREKING. Vrijdag, Zaterdag, Zondag en Zondag I middag brengt Cinema de Haan weer eens Sperfilm en wel „HET LEVEN VAN EMILE ZOLA" PAUL MUNI is Zola en men zag geen rol van dezen fameuzen karakterspe ler, die zoo ontroerend, zoo eenvoudig, zoo ontdaan is van alle effect en toch zoo volkomen de figuur weergeeft van den schrijver. Men kent Zola van vele 'portretten - zijn ietwat slordige wijze 'van kleeden en nonchalante manier van doen en men houdt den adem in wanneer men deze gestalte ziet be wegen achter zijn schrijftafel - hem ziet bezinnen op een phrase. De geheele film is trouwens 'n knap stuk werk, waarmede een der grootste ben, dat ik je nu toch een mededeeling kan doen, die je naar ik vertrouw buitenge meen véél genoegen zal doen." ..Vadertje," zoo begon Ida, „spreek zoo nietu weet wel ..Mag ik je vriendelijk verzoeken mij eerst te laten uitspreken, Ida Ik zal je daarna ruimschoots de gelegenheid geven om je bezwaren te opperen," zeide de heer Harte ma op gemaakt ernstigen toon. „Ik heb je namelijk nooit verteld, dat die mijnheer Kamper, die mjjn huis in de stad en hier Dalrust heeft gekocht, een buitenge woon goede vriend van mij is hij was het ook, Ida. dit mag ik nü wel vertellen, die mij in de gelegenheid stelde verleden jaar dat reisje met je in het Thüringerwald te doen. Maar wat hij vandaag doet, dat overtreft alle verwachtingen ik zal je namelijk vertellen, dat hij niet meer terugkomt, maar dat hij mij gevraagd heeft je mede te deelen welk cadeau hij je geeft. Hij heeft van mij ge hoord, dat je spoedig wenscht te trouwen en hij begreep dat je dan een huis moest heb ben. Daarom, Ida, doet hij je zijn huis in de stad present, geheel gemeubileerd, zooals het nu is." „Wat riepen George en Ida gelijk uit. „Ja, en wat nog mooier is, ik heb Dalrust van hem cadeau gekregen, ook met den ge- heelen inboedel zooals het reilt en zeilt." „Wat zegt u daar Ik begrijp er totaal niets van," zeide Ida op ongeloovigen toon. ..En aangezien Kamper zich piqueert een verstandig man te wezen, begreep hij ook, dat je in dat huis in de stad niet zoudt kun nen leven zonder dat je een behoorlijk inko men hebt. Nu had hij van zijn besten vriend gehoord," hier zag de heer Hartema van Almen aan, „dat je zaak met een stijve ton kapitaal meer een buitengewone winst zou kunnen afwerpen, en daarom schonk hij mijn dochter een bruidschot van anderhalve ton, met het doel, let wel van Almen, om die in je zaak te gebruiken." „Onmogelijk; riep van Almen uit. „Nu zou het kunnen wezen, zei Kamper tot mij," ging de heer Hartema op denzelfden toon voort, „dat de zaak in den eersten tijd nog niet genoeg opleverde, maar dit moest geen bezwaar hebben, want "hij zou daarbij een toelage geven, zoodat je niet ongerust behoefde te zijn niet toe te komen." George en Ida keken elkander zoo verbaasd mogelijk aan. Zij wisten niet wat zij er van' denken moesten. Als aardigheid zou het den Heer Hartema onwaardig zijn dit gevoelden beiden, maar wat moesten zij er dan van denken „Vadertje," zeide Ida, „wat vertelt u ons daar toch „Niets dan de waarheid, Ida. Dalrust be hoort nu aan mij, en ik ben er wat mee in mijn schik." „Maar het is toch niet mogelijk, dat ie mand, een 'vreemde, dat alles voor ons doet j „Maar zou het wel een vreemde voor je zijn, Ida Heb je dan nog niet begrepen wie die Kamper is vroeg de heer Hartema, en de aandoening deed zijn stem trillen. „Kom hier, mijn eenige lieveling," en hij nam Ida I in zijne armen, „en laat je eens door je oude j vriend Kamper hartelijk kussen." En hij overdekte haar lief gezichtje met kussen. „Wat, u Is u Kamper „Ja, of eigenlijk liever neen want ik heb maar een naam aangenomen die Kamper is maar een denkbeeldig persoonik geef je het huis in de stad present en ik geef je den bruidschat, die de zaak van je aanstaanden man zal doen bloeien, en ik houd Dalrust maar daar ben je altijd hartelijk welkom, hoor Hoe meer je er komt, hoe liever." In de eerste verbazing wisten George en Ida niet wat zij er van denken moesten. Ge orge dacht er een oogenblik aan, of het ook mogelijk kon zijn, dat de oude heer in eene hallucinatie verkeerde, maar Ida moest wel gelooven, dat alles waar was, toen haar va der het zoo vertelde. „Maar vader," zeide zij, „u hebt immers geen geld ..Jawel, kind. Ik ben niet arm geweest. Luister, ik zal je alles uitleggen." En met haar hand in de zijne, terwijl ze hem in gespannen verwachting aankeek, ver volgde hij met een stem, die nu en dan van aandoening trilde „Je weet, Ida, hoe je altijd mijn lieveling en mfjn oogappel bent geweestje kunt mis schien wel nagaan hoe ik steeds met vreugde zag, hoe gunstig je naar lichaam en naar geest ontwikkelde en hoe mijn eenig doel was om je levensgenot te verschaffen. Zooals vele menschen doen, dacht ook ik, dat in de eer ste plaats rijkdom daarvoor noodig zou we zen, en je weet, hoe volkomen mijn pogingen om rijk te worden, zijn geslaagd. Het ontbrak je letterlijk aan niets al waar je maar lust in had, dat hadt je dadelijk, al je wenschen werden onmiddellijk vervuld. Ik had er ech ter niet aan gedacht, dat deze omstandigheid op den duur invloed op je karakter moet uit oefenen. Daarbij kwam dat je door je lief uiterlijk en het innemende van je geheele persoonlijkheid overal schitterde, zoodat je algemeen gevleid en bewonderd werdt. Je moest werkelijk al een zeer degelijk karakter gehad hebben, om door die omstandigheden nog niet meer bedorven te worden, dan je toen waart. „Een zekere lichtzinnigheid, gepaard aan dartelheid, ja zelfs wuftheid, viel echter niet bij je te miskennen en het speet mij zeer, toen ik mij zeiven niet meer kon ontveinzen, dat je met dat euvel behebt waart. Bovendien was mij gebleken, dat je van de waarde van het geld volstrekt geen begrip hadtje ging er mee om, alsof niets Natuurlijker was, dan dat je uit een onuitputtelijke bron te schep pen hadt. In één woord, je kendet den ernst van het leven niethet scheen je toe als een onafgebroken rij van vermaken en een onverdeeld genot. Wel verre van mij wist je dit ook slechts in het minste euvel te duiden het warén de omstandigheden, waarin je ver- keerdet, die de schuld droegen zooals ik reeds zeide, het was nog verwonderlijk, hoe je onder al dien voorspoed, onder al de moei te, die iéder zich gaf om je te bederven, nog zoo eenvoudig bleeft. „Ik was reeds eenigen tijd in mijn gedach ten bezig naar middelen te zoeken, waardoor ik die lichtzinnige neiging van je tegen kon gaan, toen ik uit het verhaal dat je me deedt van het gesprokene met mevrouw Donker- huys, kort vóór het vertrek van van Almen, bespeurde, dat hij er ernstig over dacht je ten huwelijk te vragen. Daaraan had ik tot op dat oogenblik nooit gedachthet gaf mfj bepaald een schok, Ik kende van Almen toen zeer weinig hij zal het mij dus niet kwalijk nemen als ik zeg, dat ik toen voor het eerst aan de mogelijkheid dacht, dat Ida niet al leen om haar zelve, maar ook om haar for tuin gevraagd zou kunnen worden. Dat denk beeld deed mij een rilling door de leden va ren mijne Ida, mijne eenige lieve dochter, misschien geketend aan een man, die haar niet, of niet genoeg beminde. Ik gevoelde het moeielijke, dat er voor een jong meisje in haar positie in gelegen is, om te weten of zij om haar zelve, dan wel om andere reden er wordt begeerd. Daar kwam nog iets bij. Ik was toen zeer getroffen, dat van Almen reeds zoo épris van je was, dat hij je tot zijn vrouw begeerde, zonder dat ik ooit aan die mogelijk heid had gedacht. Ik begreep toen, dat ik, door mijne zaken, je te veel alleen moest la ten en besloot, daarom de zaken aan kant te doen. Ik had geld genoeg en wilde mij voort aan geheel aan je wijden. Dagen en nachten heb ik er over gepeinsd, wat ik wel zou kun nen doen om te zorgen, dat je nooit een man zoudt krijgen, die je niet alleen om je zelve begeerde, en om tevens je eens met den ernst des levens kennis te doen maken, hetgeen, daarvan hield ik mij overtuigd, den gunstig- sten invloed op je van nature zoo goed ka rakter moest uitoefenen. Toen kwam langza merhand het denkbeeld bij mij tot rijpheid, dat ik later heb uitgevoerd. (Wordt vervolgd.) IN VIER BLADEN ADVERTEEREN VOOR EENMAAL BETALEN Wieringermeerbode. Wieringer Courant. De Polderbode. Zijper Courant.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Wieringer courant | 1938 | | pagina 1