VOOR ROZEN en
VRUOHTBOOMEN
29e JAARGANG
DINSDAG 8 NOVEMBER 1938
No. !30
NIEUWS* EN ADVERTENTIEBLAD VOOR
WIERINGEN EN OMSTREKEN
V
G. A. VAM ROSSEM M.V.
MAARDEN
C. ZEEMAN - WIERINGERW AARD -Tel. 21.
ERWTENSOEP
HÖTEL SMIT - SL00TD0RP.
WIERINGER COURANT
VERSCHIJNT ELK1N
BUREAU
ADVERTENTIèN
DINSDAG. DONDERDAG EN ZATERDAG
UITGEVER
Hlppelytushoef Wieringen
Van 1 5 regels
f 0.50
ABONNEMENTSPRIJS
CORN. J. BOSKER WIERINGEN.
i
Telef. intercomm. No. 19.
Iedere regel meer
I QJQ
per 3 maanden f 1.25.
l
VRAGE MEN CATALOGUS AAN
(Hofleveranciers)
ONZE KWEEKER1JEN ZIJN DE GROOTSTE EN MEEST
BEKENDE OP DIT GEBIED.
Agent voor de Wieringermeer
MET WORST KLUIF.
een-er overheids-instelling den eer
bied voor het gezag te moeten afdwin
gen door redelooze en zedelooze ver
nietiging van deugdelijke producten
te eischen.
Dit strekke tot waarschuwing. Want
altijd heeft het den ondergang van 'n
staat beduid, wanneer de takken
van dienst de takken van bedrijf gin
gen te overwoekeren. Aldus het „Agra
risch Nieuwsblad."
BINNENLANDSCH NIEUWS.
BUREAUCRATISCH
VANDALISME.
Eenige weken geleden had zich
voor den kantonrechter te Alphen a.d.
Rijn een kweeker te verantwoorden
terzake van het feit, dat hij zijn be
drijf zou hebben voortgezet, nadat hem
wegens het niet nakomen van zijn fi-
nancieele verplichtingen aan de Sier
teelt Centrale zijn teeltvergunning ont
nomen was, zoo schrijft het „Agra
risch Nieuwsblad."
Weliswaar had de kweeker na de
intrekking van zijn teeltvergunning
niets anders gedaan dan zijn gewas
laten groeien, doch ook dit was naar
het oordeel van den als g,etuige-des-
kundige voorgeroepen afdeelingschcf
der Sierteelt Centrale een vergrijp te
gen de wet, omdat verdachte de reeds
door hem gepote planten, heesters en
boomen had behooren te verbranden
of om te hakken.
Hier openbaart zich in zijn afschrik
wekkendste gedaante een geest, die
bezig is van onze volksgemeenschap
een goddeloozen ambtenarenstaat in-
plaats van een organisch geleide Chris
telijke samenleving te maken. Een in
stelling, in het leven geroepen om ziel)
aan de beoordeeling van de gezond
heid van een vaderlandschen bedrijfs
tak dienstbaar te maken, groeit hier
uit tot een parasiet, welke slechts ei
gen instandhouding als doel kent.
Zoozeer ging te Alphen de ambtena
rij in zichzelve op, da.t zij om haar au
toriteit te handhaven, op kosten der
gemeenschap vernietiging van sier
teeltproducten eischte, welke zij iri
dienst der gemeenschap geroepen was
te beschermen.
Deze mentaliteit kwam bij de behan
deling der zaak van den Alphenschen
FEUILLETON.
kweeker voor het
eens in een schril licht te staan. De
kweeker, die reeds enkele dagen na
ontvangst van de kennisgeving van
zijn teeltvergunning verbaliseerd was
wegens ongeoorloofde voortzetting van
zijn bedrijf, heeft toen later aange
boden, zijn boomen en planten aan de
Sierteelt Centrale in eigendom over te
dragen en ze te haren behoeve af te
kweeken, waarna dan uit de opbrengst
die reeds gebleken is grooter te zijn
dan de vordering dei- Centrale, zijn
schuld voldaan kon worden.
Ondanks het accoord echter heeft
de Centrale onbekommerd de zaak
doen vervolgen.
Ambtenarij.
Ziehier nu de ambtenarij tot in het
ongerijmde gedreven, meent het „Agra
risch Nieuwsblad." Had de ambte
naar zijn zin gekregen, dan zou ter
wille van een twijfelachtige uitlegging
der wet de gemeenschap bruikbaar
gewas armer geworden zijn. Nu de te
ler van dit gewas, zijn gezond ver
stand volgend, de gemeenschap voor
die schade gespaard heeft, krijgt hij
zich tegenover die gemeenschap te ver
antwoorden. Was er naar den eisch
van de Centrale gehandeld, zij zou 'n
oninbare vordering behouden hebben.
Nu haar de inning van haar vordering
mogelijk is gemaakt, toont zij zich on
bevredigd. Het „flat justitia pereat
mundus" - de gerechtigheid leve, ook
al zou de wereld er om vergaan -
voert hier met bureaucratische bot
-leid zichzelf tot volslagen zinledig
heid in een letterknechterij volgens
het beginsel „de wereld sneve, als de
letter maar leve."
De kantonrechter heeft den kweeker
vrijgesproken. Maar daarmee is het
kwaad nog niet ori'gedaan gemaakt.
Het is in Nederland anno 1938 moge
lijk gebleken, dat de afdeelingschef
STROOPER LOSTE SCHOTEN
OP RIJKSVELDWACHTER.
Politiehond gedood. Eén arres
tatie.
In den nacht van Vrijdag op Zater
dag zijn de brigadier der Rijksveld-
wacht Parlevliet uit Berchem en de
kantongerecht nog' Rijksveldwachter Akkermans uit
DE WRAAK
EENER VROUW.
12.)
„Ge siddert, mijne lelie zeide hij vrien
delijk, terwijl hij haar bij de hand greep,
„de angst heeft u doen ontstellen. Denkt ge
dan, Wilfride, dat de Noorman ondankbaar
zal zijn ten opzichte van haar, die hem het
leven redde Wee hem, die mijne lelie aan
raakt En nu," vervolgde hij, terwijl zijn
gelaat eene onheilspellende uitdrukking aan
nam, „velen der onzen zijn omgekomen door
de hardnekkige weigering dezer ellendigen:
die geen medelijden met onze ramp hadden.
Ik verpandde mijn woord, dat niemand ee-
nig leed geschieden zou, maar men geloofd©
mij niettoen heb ik bij Odin gezworen, dat
ik het bloed van eiken Noorman zou wreken,
dat gij, Zeeuwen, daarvoor betalen zoudt met
uw bloed en het bloed uwer vrouwen en kin
deren. Een eed is mij heilig, en niemands
mond heeft ooit gezegd, dat Rollo zijn eens
gegeven woord heeft verbroken ge hebt
uw eigen ongeluk gewild. Mannen wreekt
den dood uwer broeders en landgenooten op
allen, behalve op hen, die ik onder mijne
bescherming genomen heb."
Een luid gebrul ging uit het midden der
Noormannen op, gelijk aan dat, hetwelk de
wilde dieren doen hooren, als hun hunne
prooi wordt voorgehouden.
„Dappere Rollo sprak Horik, zich zoo
diep buigende, dat zijn hoofd bijna den
grond aanraakte, waardoor hij den Noorman
onwillekeurig een glimlach afperste, „dap
pere Rollo ge hebt bescherming beloofd aan
allen, die ge onder Sedericks gastvrij dak
hebt aangetroffen ge zult u herinneren,
dat het daar was, waar ik mij met u aan
hetzelfde vuur verkwikte, en waar uwe stem
de mijne beantwoordde."
De Noorman scheen door de zonderlinge
vertooning, die Horik maakte, gunstig voor
den dwerg gestemd te zijn, toen een der
Schaik, ternauwernood aan een doode
lijk stroopersschot ontsnapt.
Beide dienstmannen waren, elk met
een politiehond bij zich, op weg om
stroopers op te sporen. Onder Schaik
gekomen, namen zij op het grondge
bied van Reek een lichtbak waar. Ter
stond zetten zij met de grootste om
zichtigheid koers in de richting van
het licht en weldra waren zij de stroo
pers op een paar honderd meter gena
derd. Op dit punt besloten zij hun
komst af te wachten. De mannen met
den lichtbak waren de mannen van
de wet nagenoeg genaderd, toen een
der politiehonden begon te grommen,
waardoor de aanwezigheid der veld
wachters werd verraden. De stroopers
sloegen meteen op de vlucht. Rijks-!
veldwachter Akkermans sprong on
middellijk over een afrastering en zet
te de achtervolging in. Bijna tegelij
kertijd vloog hem een kogel langs het
hoofd, welke den hond doodelijk trof.
Een der stroopers, die zich plotse
ling geplaatst zag tegenover den in
middels toegesnelden brigadier Parle
vliet, loste op dezen een schot, dat hem
als een vuurstraal langs het hoofd
ging. Parlevliet wist zijn tegenstander
echter te overmeesteren, waarbij Ak
kermans hulp verleende. De strooper,
een ruim 40-jarige man uit Herpen
werd naar Schaik overgebracht en al
daar voorloopig opgesloten.
Hij weigert den naam van zijn ge-
vluchten maat te noemen. Inmiddels
was de Rijksveldwachter Van de Vij
ver uit Heesch, met zijn bekenden
speurhond gewaarschuwd. Nog des
nachts kwam hij op de plaats van het
gebeurde aan en onverwijld werd het
spoor van den gevluchten strooper
gevolgd. Op den hoofdweg te Herpen
gekomen, verloor de hond het spoor,
dat door de talrijke voertuigen en rij
wielen, welke van dezen weg gebruik
hadden gemaakt, was uitgewischt.
Het onderzoek wordt inmiddels met
kracht voortgezet.
VEEL TE WARM VOOR NOVEMBER
Nachtelijk minimum een re
cord van warmte.
Nadat wij een kleine veertien dagen
geleden bij Oostenwind feitelijk win
terweer hebben gehad (de zon kon de
temperatuur overdak niet boven nor
maal krijgen - en 's nachts vroor het),
wordt nu door de Westenwind 'n abnor
maal hooge temperatuur teweeg ge
bracht. Een groote strook van (West
en Midden-Europa is overstroomd met
zeer warme en vochtige lucht, afkom
stig van meer Zuidelijke gedeelten
van den Atlantischen Oceaan.
De minimum-temperatuur is niet al
leen bijna 10 gr. C. boven normaal,
maar tevens hooger dan sinds 1914 (het
jaar waarin de maandoverzichten be
gonnen) ooit. is waargenomen. Slechts
uiterst zelden heeft De Bilt in Novem
ber minimum boven 10 gr., en voor
zoover wij kunnen nagaan, is 12 gr.
als minimum in November in deze 35
jaar ook nooit overschreden.
Wanneer wij de gemiddelde tempe
ratuur van het geheele etmaal van Za
terdag voor De Bilt op 14 gr. aannc
men, dan beteekent dat een overeen
komst met het normale van midden
September. Geen wonder dus dat onze
huizen slechts weinig warmte aan de
buitenlucht kunnen afstaan, zoodat de
temperatuur in vertrekken waar ka
chels branden, al spoedig te hoog
wordt.
Een ander begeleidend verschijnsel
van den warmen luchtstroom zijn de
natte straten, ook als het niet regent
De grond is namelijk nog koud door
de vorige weerperiode en als nu de
warme lucht er mee in aanraking
komt, koelt zij af en daarbij slaat er
een laagje water op den grond neer.
Dit is dus een soort van dauw, doch bij
betrokken hemel.
Daar de hooge temperaturen nog
ver naar het Westen voorkomen,
wordt er nog geen spoedige verande
ring verwacht.
NAAR AMSTERDAM.
dan alleen per
W. A. C. O. AUTOBUSDIENSTEN.
Snelste en voordeligste autobusverbinding.
Vraagt onze win terdienstregeling, verkrijg
baar bij de chauffeurs en onze kantoren.
Noormannen te voorschijn trad en, op Horik
wijzende, zeide „Deze was het, die het volk
opruide zonder hem zouden wij zeker in
vrede geland zijn. Kent ge mij," vervolgde hij:
zich tot Horik wendende, „of herinnert ge u
niet mijne aanspraak, toen ik u tevergeefs
trachtte te bewegen, ons de landing toe te
staan
Horik verbleekte, daar hij in den spreker
den afgezant herkende, van wien wij vroeger
reeds melding maakten.
„Ik zal u zeggen, mijn vriend, en ook u,
machtige en grootmoedige Rollo, wiens
roem begon Horik.
„Zwijg." viel de Noorman hem in de rede,
„ik beschouwde u als een gek, en daarom wil
de ik u genadig zijn, thans verneem ik,
dat ge een adder zijt, welker scherpe angel
ons kwaad berokkende. Men hange den el
lendeling aan den mast van het eerste het
beste schip op, dan zal hij voor eeuwig ver-
leeren, aan het woord van een Noorman te
twijfelen. En gij," bij deze woorden vestigde
zijn blik zich onheilspellend op den reus, „gij
zult de laatste zijn, die door het zwaard van
een Noorman vallen zaleerst moet ge zien,
hoe wij ons wreken, en daarna zult ge zelf
sterven."
Als versteend bleef Halpdam staan, ter
wijl Horik zich als eene slang voor de voe
ten van den Noorman kronkelde en hem op
de ellendigste wijze om levensbehoud smeek
te. Dit tooneel scheen den bevelhebber te
walgen. „Maak een einde hieraan," beval hij
aan een zijner krijgslieden, „en voer den laf
aard weg
Een paar gespierde armen grepen den
dwerg, die luid gillende zich aan de sterke
vuisten van den Noorschen krijger trachtte te
ontworstelen.
„Machtige heer schenk hem genade," riep
Wilfride, door den angst van den dwerg be
wogen en zich aan de voeten van den Noor
man werpende, „schenk hem genade hij is
immers uwe wraak niet waardig."
„Ge hebt uw leven aan haar te danken,"
sprak Rollo. „Laat af van hem beval hij,
en met eene onbeschrijfelijke bevalligheid
BUITENLANDSCH NIEUWS.
ROOSEVELT WENSCHT 7000 a 10.000
VLIEGTUIGEN.
Uitbreiding van staande le
ger tot tenminste 400.000 man
Reuter meldt uit Washington
Naar Zaterdag in Regeeringskringen
werd vernomen, heeft president Roose-
velt thans definitief het voornemen
opgevat om het Congres goedkeuring
te vragen voor een luchtvloot van tus-
schen de 7000 en 10.000 toestellen.
Uit gezaghebbende bron verluidt ver
der, dat de president in zijn vérstrek
kende plannen voor de versterking
der bewapening ook het volledig uit
rusten van een kern leger van 400.000
man zal vragen.
De credieten, die het programma
voor 1939 zal eischen, overtreffen de
totale militaire begrooting (met inbe-
;rip van de vlootbegrooting) van dit
jaar met naar schatting 300 millioen
dollar. Men zegt, dat Roosevelt over
weegt een afzonderlijke buitengewone
begrooting voor het bewapenings
programma op te stellen.
SPAANSCH VRACHTSCHIP OP DE
NOORDZEE GENOMEN.
Door oorlogsbodem van Fran
co's vloot. - Linksche bemanning
door rechtsche vervangen.
Prijsgemaakt schip bunkert
te Embden.
Het D. N. B. meldt uit Emden
De rechtsche Spaansche hulpkruiser
„Ciudad de Alicante" heeft op de
Noordzee het onder linksche vlag va
rende Spaansche vrachtschip „Rio-
mira" genomen en de bemanning ge
vangen gezet. Een prijsbemanning
werd hiervoor in de plaats gesteld,
en Vrijdagmiddag is het schip de ha
ven van Emden binnengeloopen om
te bunkeren. De „Riomira" kwam van
een Engelsclie haven, en was ongela
den.
ENGELSCHEN ONDER TUCHT.
Goede raad van „dean Inge."
Di'. Inge, vroeger deken van de Sint
Paul's Cathedraal, thans rustend bur
ger, maar nog altijd de zwartgalligste
wijsgeer van zijn tijd in Engeland,
schrijft in een artikel in de „Evening
Standard", dat de Britten er zich niet
over moeten verbazen, dat buitenlan
ders hen ervan verdenken, dat zij in
Munchen alleen zoo'n laag toontje heb
ben gezongen, omdat zij niet gereed
waren voor den oorlog en dat zij voor
nemens zijn het volgend jaar er wel
voor gereed te zijn.
Dr. Inge hoopt dat deze verdenking
niet overeenkomt met de ware gevoe
lens van het Engelsche volk. Hij pre
dikt, dat geweld geweld ontmoet en dat
millioenen onschuldige menschen er
door in het ongeluk worden gestort.
Hij betreurde het, dat de wereld haar
welvaartsbronnen misbruikt in voor
bereiding voor den volgenden oorlog.
Zijn hoop is, dat de groote ramp zal
worden vermeden door reactie in
Duitschland, waar het volk degelijk en
fatsoenlijk is, als de meeste andere vol
ken, maar waar de regeering slecht is.
De Duitschers zullen wellicht ontdek
ken, dat boter beter is dan kanonnen
en dat er nog andere dingen zijn, die
Wilfride opheffende, vervolgde hij „Zijt ge
nu voldaan, mijne lelie Ge ziet, dat elke
van uwe wenschen voor mij een bevel is
Niet aan mijne voeten is uwe plaats, koningin
der schoonheid
Met belachelijke vreugde huppelde Horik
rond en dankte in een vloed van woorden
zijne bevallige voorspraak.
„Nog ééne bede," sprak Wilfride, „ook ge
nade voor hem, voor Halpdam, mijn verloof
de!
Rollo's voorhoofd werd bewolkt, en minder
vriendelijk staarden zijne oogen de schoone
smeekster aan.
„Hij had zijne strijdbijl boven mijn hoofd
opgeheven, toen ik, ongewapend mij veilig
wanende, onder het dak van uw vader sliep
zou ik de levenslamp van hem laten branden,
die de mijne dreigde uit te blusschen Hij
zal sterven, want de sluipmoordenaar is het
leven onwaardig."
„Rollo hernam Wilfride met vrijmoedig
heid, „Rollo, voegt de wraak den dappere
wel en bezoedelt de wraakzucht niet den roem
van een held
Rollo staarde in Wilfridus oogen, die zich
in zijn kloek, manlijk gelaat weerkaatsten.
Na eenige oogenblikken gezwegen te hebben,
zeide hij „Halpdam zal leven om uwent
wilmaar.... Wilfride! uwe bede zij u
toegestaan."
„En nu, heer riep Wilfride, „voltooi uw
begonnen werk, heb medelijden met mijne
arme landgenooten, erbarming, heer spaar
onschuldig bloed, en wees barmhartig jegens
hen, dne ik mijne landgenooten noem."
Rollo scheen in tweestrijd te zijn, toen een
luid gemor zich onder de Noormannen deed
hooren. „Het bloed onzer broeders moet ge
wroken worden," was hun kreet.
„Ge hoort het, Wilfride fluisterde de
Noorman haar toe. „Niet altijd is het aan
een bevelhebber mogelijk, de inspraak van
zijn hart of zijn eigen wil te volgen hun
eisch is rechtvaardig. Bloed om bloed. De
zonen van het Noorden worden niet onge
straft gehoond."
„O, geef hun geen gehoorsmeekte Wil
fride, „zij, die wreede mannen, kennen niets
dan wraak, bloed en verwoesting maar gij,
gij zijt goed enmedelijdend verhoor mijne
bede, en uwe Goden zullen u gunstig zijn."
„Ge eischt het onmogelijke, Wilfride Zie
die woeste gelaatstrekken, die oogen, vlam
mende van bloeddorst en zucht tot moord en
verwoesting, die brandende van ongeduld op
een teeken van mij wachten, om hunne
woede te koelen in het bloed van hen, welké
die woede deden ontstaan. Ik mag dat tee
ken niet terughouden."
„Maar zijt ge dan niet bevelhebber, hun
heer Vplgen zij uwe stem niet, en gehoor
zamen zij neit aan uwe bevelen Ge zijt im
mers de machtige gebieder dier woeste man
nen Kunt ge ze tot den krijg aanvoeren,
leer hun dan ook barmhartigheid en mede
lijden."
„Onschuldig, lief, bekoorlijk meisje nu en
dan moet de gebieder wel gehoor geven aan
de stem van het volk, opdat het den teugel
niet moede worde, die het leidt en bestuurt.
Weerhoud de zonen van het Noorden niet,
als zij hunne gevallen makkers willen wre
ken."
„O,, laat mij dan tot hen spreken," riep Wil
fride uit„mijne tranen, mijne gebeden zul
len bij hen niet vruchteloos zijn, ofschoon zij
op u-niets vermochten."
Het dof gemompel ontaardde van lieverlede
in een luid gemor, en eene stem uit het mid
den der woeste Noormannen vroeg gebie
dend „Zullen wij dan den dood onzer broe
ders niet wreken, omdat een schoone mond
van den wolf een lam wil maken
„Alles, wat ik doen kan, wil ik doen," zeide
Rollo zacht tot Wilfride. „Mannen riep hij,
zich tot de wraakzuchtige bende wendende,
„mannen wreekt den dood uwer broeders,
maar spaart het bloed van grijsaards, vrou
wen en kinderen, opdat de onschuldigen niet
met de schuldigen omkomen."
Toen rees er een verschrikkelijke kreet uit
den mond der Noormannen op, een kreet, die
door de echo's der duinen duizendvoudig
weerkaatst werd het was eene stem, die
om wraak schreeuwde.Toen zij, de schoone
lelie van Walcheren, dien kreet hoofde, zonk
zij machteloos in de armen van Rollo den
Noorman neder.
Daarop stoof de bloeddorstige bende uiteen
en verspreidde zich over het eiland met de
woede van een bergstroom, alles vernielende,
wat haar in hare vaart stuitte, alles verplet
terende, wat haar tegenstond, en haar spoor
met bloed teekenende.
Geene pen is in staat, naar waarheid de
verwoesting te schetsen, welke de Noorman
nen op het eiland Walcheren aanrichtten
niets vond bij hen verschooningdezelfde
hand, die den man aan de zijde zijner gade
ombracht, die den zoon in het gezicht zijns
vaders vermoordde, stak ook den brand in
de voorraadschuren, vernielde baldadig de
rijke kudden het door arbeid en zweet bij
eengebrachte deel van den arme en de mis
schien met woeker bijeengeschraapte over
vloed van den rijke, werden beide eene prooi
der verwoesting. De vurige vlammentong,
lekte zoowel aan den trotschen gevel van het
steenen gebouw, als aan het rieten dak van
de schamele hut, en toen de Noormannen,
afgemat van plundering, roof en moord, ein
delijk him vloekwaardig vernielingswerk
staakten, toen vertoonde het stand van Wal
cheren niets dan een rookenden puinhoop en
wees smeulende asch de plaats aan, waar
eenmaal woningen hadden gestaan. De min
nende vrouw dwaalde rond om het lijk van
haar echtgenoot te zoeken. De grijsaard dolf
in de met bloed en tranen doorweekte aarde
een graf voor zijn zoon, en menig wraakge-
bed steeg ten hemel en menige vloek werd
over de Noormannen uitgebraakt, die zooveel
geluk verwoest en aan zoovelen ontnomen
hadden, wat geen sterveling kan teruggeven.
(Wordt vervolgd.)
IN VIER BLADEN ADVERTEEREN
EENMAAL BETALEN
Wieringermeerbode.
Wierlnger Courant.
De Polderbode.
Zij per Courant.