L 30e JAARGANG DINSDAG 29 AUGUSTUS 1939 No. 100 NIEUWS* EN ADVERTENTIEBLAD VOOR WIERINGEN EN OMSTREKEN NEUTRALITEIT IN DE LUCHT. ALS HET GEWETEN SPREEKT. MET UW VACANTIE UIT WIERINGER COURANT VERSCHIJNT ELKEN DINSDAG, DONDERDAG EN ZATERDAG ABONNEMENTSPRIJS per 3 maanden f 1.25. UITGEVER CORN. J. BOSKER WIERINGEN. BUREAU Hlppolytushoef Wielingen Telefoon Intercomm. No. 19. ADVERTENTIëN Iedere regel me^r fo.JO Van 1—5 regels fo.50 Onbeperkt of tot 3000 M. Sinds den wereldoorlog neemt men vrij algemeen aan dat een staat de souvereiniteit over de lucht boven zijn grondgebied bezit tot onbebeperk- te hoogte,, een standpunt waarop ook de Nederlandsche Regeering zich heeft gesteld. Een studiekring uit de groep Ne derland van de Vereeniging van Toe hoorders en Oud-toehoorders van de Academie voor Internationaal Recht is echter van meening, dat Neder land vooj- buitenlandsclie vliegtuigen een volledige vrijheid van de lucht moet toestaan boven de 3000 M., om dat een klein land onmogelijk kan verhinderen, dat vliegtuigen boven die hoogte ons land passeeren en de neu traliteit daar dus niet is te handha ven. Hot Handelsblad acht die stelling in haar algemeenheid onjuist. Zij moge voor een klein land, in zekere mate althans, opgaan, zij geldt niet voor groote staten. Deze zullen volkomen bij machte zijn het overvliegen van gebied, voorzoover niet in de onmid dellijke nabijheid van de grens gelegen, tegen te gaan. Het is ondenkbaar, dat deze groote staten de theorie van de vrijheid van de lucht zullen aanvaar den. Kan men zich ook maar één oogen blik indenken, dat Staten als Frank rijk of Duitschland, zoolang zij slechts niet in oorlog zijn,, het rustig zouden aanzien, dat elkanders lucht-eskaders in de vrije lucht boven Parijs en Ber lijn zouden opereeren En is liet nog wel zoo zeker, dat de kleine staten tegenover het overvlie gen van hun gebied zoo volkomen machteloos staan De ontwikkeling van de afweertechniek is nog in haar opkomst, maar zij maakt 'n snellen groei door het zou niet verstandig zijn, een theorie- omtrent het regiem van de lucht uitsluitend op de huidige phase in de techniek te grondvesten. Bovendien de onzijdige beschikt, voor zijn neutraliteitshandhaving in de lucht volstrekt niet alleen over afweer geschut en luchteskaders hij heeft nog een ander wapen, indien zijn neu traliteit niet wordt geëerbiedigd het opgeven van zijn neutraliteit, en het partij kiezen in den strijd tegenover dengeen, die de onzijdigheid schendt. In ieder geval komt bij het huidige regiem het odium van de neutraliteits- schending te rusten hij den overvlie ger - iets wat zeker niet van belang ontbloot is. Men versta ons wel. Wij zien niet voorbij dat een regiem, waarbij neu- FEUILLETON Historische roman. 3) „Ik wil de thans met hem aangeknoopte kennismaking verder voortzetten en zal hem daarom, als hij naar Leiden terugrijdt, op Valkenstein uitnoodigen." „Ik twijfel zeer, of hij uwe uitnoodiging wel zal aannemen, zeide Frederik „hij is zich te zeer van het groote onderscheid bewust, dat er tusschen uw en zijn maatschappelijken rang en stand bestaat, en hij is te hooghar tig, om zich ergens in te dringen, waar hij weet, de minste te zijn." „Voor den duivel riep de Overste, „de jongeling moet mij dan al weinig kennen, als hij denkt, dat eene uitnoodiging op Valken stein het bewijs van eene bijzondere veree ring is. Ik ben, Goddank zoo kwaad niet als mijn broeder, die niemand anders dan adel lijken om zich heen wil zien. Kort en goed, hij bevalt mij, en daarom moet hij mij op Valkenstein eens komen bezoeken. Maar stil daar komt hij terug nu, Walraven zult ge eens zien, hoe slim de oude Van Reigenhorst het weet aan te leggen." „Het is nu meer dan tijd geworden om mij ne reis voort te zetten," zeide Frans, binnen tredende. „Nog één beker tot afscheid riep de overste hem toe. „En om u tevens voor de eer te bedanken, welke mij door uw gezelschap te beurt geval len is." Het drietal klonk. „Joosten vroeg Frans, „hoeveel ben ik u schuldig Volgens gewoonte antwoordde Joosten niet terstond, maar dacht eerst rijpelijk over de vraag na. traliteitsverplichtingen worden opge legd, die voor een kleinen staat zoo. las tig te vervullen zijn als die van een doortochtsverbod door de lucht, groote bezwaren heeft. Maar er is geen alternatief, want het geen men ons ervoor in de plaats biedt, is nog veel minder aanlokkelijk. Wij hebben nu nog niet eens gesproken over de verdere bezwaren, die de stu diegroep zonder succes tracht te ver kleinen of weg te praten. Nauwelijks au sérieuz te nemen is toch de weer legging van den studiekring in zijn rapport, dat ter zake van schade, door luchtgevechten boven het gebied aan den grondstaat toegebracht, schade vergoeding niet uitgesloten is" dat een overval uit de lucht „óók bij de luclitkolom-theorie mogelijk is", of dat spionnage „óók in vredestijd wel zal geschieden." Nog andere argumenten, als de groote moeilijkheid, van den grond af uit te.maken of de vliegtui gen zich binnen of buiten de verboden zóne bevinden, en de noodzakelijke con sequentie, dat in het systeem der stu diegroep, de verplichtingen van den onzijdige in de nationale zóne onver mijdelijk worden verscherpt - hetgeen voor een kleinen staat óók reeds, zeer bezwaarlijk kan zijn - Iaat de studie groep geheel ter zijde. Onze conclusie kan geen andere zijn, aldus het Hbld., dan dat men vasthoude aan het begrip van souve reiniteit in de lucht tot onbeperkte hoogte, en dat de onzijdige Staat ook in deze luchtruimte zijn neutraliteit handhaaft met de middelen, waarover hij beschikt. Hij zal verstandig doen met te zorgen, dat deze middelen zoo krachtig mogelijk worden opgevoerd, hetgeen 'n heilzame preventieve wer king zal hebben. antwoord geven. „Voor beide opvattingen - aldus verklaarde minister Fatijn - is wat te zeggen men komt in strijd met de eenzijdigheid, wanneer wij gaan mede deelen aan een ander land, dat een vijandelijk vliegtuig in aantocht is. Men kan ook het standpunt inne men, dat België huldigt, dat zoodra een vliegtuig hoven het gebied komt, de onzijdigheid aangerand is en wij gerechtigd zijn dat vérder dooi' te ge ven en dat wij geen verplichting heb ben tegenover dengene, die gepoogd heeft ons gebied te schenden." Tenslotte gaf de minister op enkele opmerkingen betreffende de practi- sche mogelijkheid van het handhaven der neutraliteit in de lucht, dit ant woord „Wanneer men'doet wat. men kan ten aanzien van de onzijdigheid, dan voldoet men aan zijn verplichtingen." RINNENLANDSCH NIEUWS. HET REGEERINGSSTANDPUNT Minister Patijn heeft destijds de op vatting der Regeering als volgt ver tolkt j, „Wat doet Nederland in geval van een oorlog ten aanzien van de verdedi ging van de lucht Het antwoord is, dat wij hetzelfde standpunt zouden in nemen, dat wij ook bij den vorigen ooi- log hebben ingenomen, namelijk, dat de geheele luchtkolom, die zich boven ons gebied bevindt, Nederlandsch ge bied is en dat wij dus iedere schending van de Nederlandsche lucht - als ik het zoo mag zeggen - zullen afweren.. Wanneer een militair vliegtuig hier zou landen, zouden wij de bemanning moeten interneeren." Op de vraag, of Nederland in geval van het overvliegen van zijn gebied door vliegtuigen eener oorlogvoerende mogehdheid zich al dan niet verplicht zou achten, zulk een feit aan de daar door bedreigde wederpartij te signalee ren, kon de Minister geen bepaald „Niets, zeg ik, Joosten Ik breek u hals en beenen", riep Van Reigenhorst, „als ge een duit van dien heer aanneemtge zij t gewaar schuwd „Twee gulden en negen stuivers zeide Joosten. „Ik ben niet gewoon, dat een ander mijne verteringen betaalt," gaf Frans den Overste ten antwoord. „Maar dit maakt hier eene uitzondering," zei deze, terwijl hij Walraven onder de tafel door een paar wel toegediende schoppen op 'de groote slimheid, die hij in het werk zou stellen, opmerkzaam maken wilde. „Dat maakt heden een groot onderscheid want vandaag is het mijn verjaardag, en daarom noodigde ik Frederik uit, hier met mij een kan wijn te gaan drinken. Als vriend van Walraven verzocht ik om de eer, u aan onzen disch te zien plaats nemen, en bijgevolg duld ik niet, dat ge een enkelen penning betaalt." en zich daarop tot den kastelein wendende, vroeg hij „Niet waar, Joosten is het heden mijn geboortedag niet Joosten gaf al wéder antwoord op de voor gaande vraag en zeide „Neen, volstrekt niet Zonder op dit antwoord acht te slaan, be gon de Overste zijne voeten manoeuvre on der de tafel te hernieuwen, ten einde Jonker Walraven bijtijds te waarschuwen, dat er nu weder iets bijzonder slims volgen zou. „Maar, Mijnheer de student begon hij, „wanneer denkt ge naar Leiden terug te keeren „Morgen," zeide Frans. „En zoudt ge mij wel een dienst willen bewijzen „Van harte gaarne." „Welnu de zadelmaker Vermeer, in Den Haag, zal u wellicht bekend zijn „Hij woont dicht bij het Binnenhof, als ik mij niet vergis," gaf Frans ten antwoord. „Juist," vervolgde Van Reigenhorst, „hij heeft een nieuw zadel voor mij te maken, en tevens een Engelschen stangik heb hem wel beduid, hoe deze wezen moet, maar ik vrees, dat hij die niet naar mijn wensch ge ZELFSTANDIGE NEUTRAILITEITS- POLITIEK Onze zelfstandige neutraliteitspoli tiek stelt aan het Nederlandsche volk eischen van groote zelfbeheerscliing en groote waakzaamheid. In oordeel en daden zal voor allen, die de verant woordelijkheid van deze landspolitiek heseffen, een koel hoofd noodig zijn. naast rustig vertrouwen in eigen kracht en eigen wil. Ons volk heeft in zijn wordingsgeschiedenis meer dan eens voor zeer heetc vuren gestaan, en steeds weer den moed en de taaie ener gie gevonden om er bovenuit te rijzen. Het zal ook nu de toekomst met vast beradenheid in het oog zien. En mét het geweer aan den voet. De veelgeprezen, en soms ook veel gesmade Nederlandsche nuchterheid, komt ons nu te stade. In de wereld om ons heen is veel verwarring. Ideologi sche afscheidingen worden er radicaal doorsneden door politieke opportunis- men en voor velen gaat elk houvast ontbreken. Maar voor den Nederlan der, die uit zijn eigen historie geleerd heeft, dat het met de groote heeren kwaad kersen eten is, en die zijn land daarom - los van zijn particuliere sympathieën - nooit met deze of gene groep heeft willen vereenzelvigen, maar rustig zijn eigen weg liet gaan. komt dit niet als 'n verpletterende ver rassing. Hij had al vroeg geleerd om Dan mede met een WACO binnen- ol buitenlandse autotocht. VRAAGT GRATIS ONS REISPROGRAMMA. Reisbureau WACO, Breed 35, Tel. 184, HOORN. in het algemeen eenigszins wantrou wend te zijn, en in hoofdzaak op zich zelf te vertrouwen. Het behoedt hem voor al te grove teleurstellingen. En zoo zal hij ook nu weer rustig doen wat zijn land van hem verwacht: scherp waken en gul helpen waar het noodig is, met terzijdestelling van de twisten van gisteren. In de hoop, dat de wereld alsnog het bankroet van het menschelijk vernuft zal willen en weten af te wenden ten aanzien van het probleem een vreedzame en be hoorlijke internationale samenleving. VEILING ZONDER KOQPERS De Langedijker Groenien Centrale te Broek op Langendijk hield Vrijdag morgen de vijfde droge bloembollenvei ling in dit seizoen. J De belangstelling voor deze veiling ,was zeer gering. Ivoopers waren niet {in liet gebouw aanwezig. Er werd dan ook geen enkele van de 219 aangebo den partijen verkocht. Alles draaide door. „GOUDEN" RAADSLEDEN. In de gemeente Eede, in het westelijk deel van Zeeuwsch Vlaanderen, viert men eenige merkwaardige jubilea twee raadsleden, die langer dan een halve eeuw de gemeentebelan gen hebben gediend. Toen de vijftig jaren vol waren, heeft men aan dit feit niet veel aandacht geschonken. Maar nu de nestors van den gemeenteraad zich uit het college-van zeven terugtrekken om een welverdiende rust te genieten, heeft burgemeester Bryyaert toch even de loop baan van de heeren E. Buzeijn en A. Rodts recht laten wedervaren. De heer Buzeijn heeft gedurende twee-en- vijftig-en-een-half jaar de belangen van zijn woonplaats als burgemeester, wethouder of ïaadslid gediend, de heer Rodts achtte thans den tijd van heengaan gekomen nu hij ruim een-en-vijf tig- jaar deel van den gemeente raad uitmaakte. Het getuigt ongetwijfeld van een sterken gemeenschapszin en van de groo te toewijding, als men zijn functie in de ma gistratuur zoo langen tijd met eere weet te vervullen. De burgemeester heeft, nu de tijd van scheiden was aangebroken, op het bij zondere van deze jubilea het voile licht laten vallen. DR. EUWE WINT SCHAAKTOERNOOI TE BOURNEMOUTH. Laatste partij met Landau in enkel zetten remise. Snelle aftocht der deelnemers. Doordat dr. Euwe met Landau remise speelde, bezette dr. Euwe met de fraaie score van 9 uur 11 de eerste plaats. Flohr en Klein deelen samen de tweede plaats. Het internationaal schaaktoernooi heeft door de politieke situatie een wel zeer over haast einde gekregen. Waren Speyer en Da- men Vrijdag reeds uit de Engelsche badplaats vertrokken, in den loop van Zaterdagmorgen pakten Euwe en Landau ijlings hun koffers om via Londen de nachtboot naar Nederland te halen, ten einde zoo spoedig mogelijk naar ons land terug te keeren. Ook enkele andere deelnemers reisden snel af, zoodat de slot- ronde van dit toernooi een zeer onregelmatig verloop had. CONSTERNATIE TE VALKENBURG. Verkeerd signaal geblazen. Ten gevolge van het feit, dat een hoornbla zer een opdracht voor het alarmsignaal blijk baar verkeerd had begrepen, is er Vrijdag avond laat een geweldige consternatie ont slaan te Valkenburg (L.) te ongeveer elf uur. Toen de terrassen van de hotels nog vol za ten met gasten, werd een militair alarm dooi de plaats geblazen, waarbij de hoornblazer evenwel den mondelingen commentaar gaf „algeheele mobilisatie, iedereen opkomen, te lefonisch bericht ontvangen." Tengevolge van een ander zijn honderden pensiongasten in allerhaast uit Valkenburg gevlucht. Toen eenigen tijd later de zaak op gehelderd was, waren de gasten reeds weg. TWEE KINDEREN IN DE WAAL VERDRONKEN. Door stroom meegesleurd. Zaterdagmiddag zijn bij het zwemmen in de Waal onder Loenen (gem. Valburg) verdron ken het veertienjarig zoontje Hendrik van den heer P. Daams en het twaalfjarig doch tertje Nellie van den heer Th. Schaars, bei den te Andelst. De kinderen hadden zich te water begeven op een plaats waar indertijd een zwembad werd geëxploiteerd, dat door gebrek aan belangstelling was opgeheven. Door den sterken stroom zijn de kinderen di rect meegesleurd en in de diepte verdwenen. Het lijk van het meisje is even later opge haald. Naar het tweede slachtoffertje wordt nog steeds gedregd. MAATREGEL TE ROTTERDAM. De politie te Rotterdam heeft een verzoek aan het publiek gericht om klachten over prijsopdrijving van eerste levensbehoeften te harer kennis te brengen. De politie zal dan daartegen optreden, evenals tegen een geval dat Zich heeft voorgedaan, n.1. dat een firma geweigerd heeft een bankbiljet van tien gul den in betaling aan te nemen. Het is de be doeling, in dergelijke gevallen de namen te publieeeren van hen, die zich daaraan schul dig maken. maakt zal hebben. Zoudt gij nu zoo goed wil len zijn, hiernaar eens te gaan zien, en mij dan te zeggen, hoe ge het een en ander ge vonden hebt Geloof mij, ge zult mij onein dig verplichten door mij morgen op Valken stein, mijne buitenplaats, een half uurtje van hier verwijderd, met een bezoek te vereeren, ten einde mij mondeling van het uwe bevin ding verslag te doen." „Volgaarne, Baron gaf Frans ten ant woord, „ge kunt er verzekerd van zijn, dat ik morgen op Valkenstein zijn zal." „Tot zoolang dan riep de Baron, %roette, evenals Jonker Walraven, den student har telijk, die daarop te paard steeg en zijne reis vervolgde. „Dat paard hinkt als een ezel," riep de Baron, Frans nastarende, „dunkt u dat ook niet, Joosten „En hoe vindt ge, dat ik het overlegd heb. om hem morgen bij mij te krijgen, Walra ven slim of niet Toen eerst antwoordde Joosten „Ja, als een ezel." „Ik kan echter maar niet begrijpen, Ba ron sprak de Luitenant, „wat u zoo dade lijk voor mijn jongen vriend inneemthet is anders uwe gewoonte niet, zoo spoedig met iemand op een vertrouwelijken voet te zijn." „Ik weet het zelf niet, Frederik maar die jongeling heeft iets, dat mij boeitwaarin het bestaat, mag de duivel weten maar als ik hem zie, herinner ik mij nu reeds lang ver vlogen tijden, o, gelukkige tijden! toen.... Maar vul de bekers nog eens, laat ons daar over niet verder spreken het is dwaas, dat ik er nog aan denk." In tusschen vervolgde Frans zijn weg. De maaltijd had hem verkwikt en versterkt te vens, terwijl de wijn den nevel der sombere gedachten, welke hem dien morgen bezigge houden hadden, eenigszins had doen verdwij nen. Ook het paard scheen moediger en vlug ger dan gewoonlijk te zijn, en het draafde, hoewel niet snel, dan toch gestadig door, zoodat het den ruiter warm in den zadel werd. Reeds vertoonden zich de torenspitsen van het oude 's-Gravenhage door den dikken ne- BUITENIANDSCH NIEUWS. HESS DOET EEN HEFTIGEN AANVAL OP ENGELAND. Rijksminister Hudolf Hess heeft in zijn openingsrede van het 7de congres van „Auslanddeutsche" een lieftigen aanval op Engeland gedaan, dat, vol gens spreker, „voortgaat een blanco cheque te geven aan hen, die in het buitenland wonende Duitschers mis handelen. Na 'n hevigen aanval op de Joden vervolgde de plaatsvervanger van Hit- Ier „Indien het Duitschland van vandaag zich verplicht acht zijn vvape nen tc gebruiken, zal het dat doen vol gens het Engelsche principe; van lord Fisher „Tijdens een oorlog is gema tigdheid dwaasheid. Als je slaat, sla dan hard waar je kunt." Voorts zeide Hess, dat men er aan moet denken, dat het nieuwe Duitsch land zich niet zal inlaten met halve maatregelen. „Hoe harder de slagen vel heen aan het oog van onzen reiziger, toen een doordringend gegil zijne ooren trof en hij dadelijk daarop een koets, met twee paar den bespannen, in vollen galop op hem zag aanrennen. De koetsier scheen de teugels verloren te hebben en schermde al schreeuwende met zijne lange zweep door de lucht. Halverwege uit het portier lag eene vrouw, wier jammerkreten de lucht vervulden, ter wijl een heer, wiens kleederen verrieden, dat hij tot den aanzienlijksten stand behoorden, het rijtuig van verre achterna snelde, zonder het evenwel te kunnen inhalen. Wie het lompe gevaarte, zoo geheel van onze hedendaagsche rijtuigen verschillende, aldus had zien voortrollen, had ongetwijfeld niet kunnen begrijpen, hoe het mogelijk was, dat twee paarden kracht genoeg bezaten om het met zulk eene vaart voort te sleepen. Het was een koets op hooge wielen haar vorm verschilde niet veel van onze heden daagsche lijkkoetsen, alleen met dit onder scheid, dat zij aan alle kanten, met uitzonde ring van de portieren aan weerszijden, dicht was, waar gordijntjes de plaats van glasrui ten vervulden ook was de zitplaats van den voerman niet, zooals jaren later, boven het tijtuig verheven, maar vóóraan de koets j geplaatst, terwijl alles rijkelijk met lof- en beeldwerk versierd was, hetgeen de rijtuigen uit die dagen zoo ontzaglijk duur maakte. Nauwelijks werd de student het rijtuig ge waar, of hij sprong ter zijde van den weg en hief zijne rijzweep op, cm in die houding de nadering daarvan af te wachten. Niet zoodra waren de hollende paarden bin nen zijn bereik, of hij bracht, terwijl hij zich hoog in den zadel oprichtte, aan de beide paarden zulk een hevigen slag voor den kop toe, dat zij als door een electrieken schok ge troffen, eenige schreden achteruitsprongen. Frans maakte van dit oogenblik van stilstand gebruik en sprong uit den zadelen, de paar den bij den toom grijpende, dwong hij ze tot staan. De koetsier sprong thans mede van zijne zitplaats op, en nadat Frans dezen de teu gels overgegeven had, snelde hij naar het rijtuig, rukte het portier open, en,eene jonge dame, schoon als de dageraad, viel on der den uitroep„Mijn redderbewuste loos in zijne armen," is voorzeker de eenige gedachte mijner lezers, die er ongetwijfeld nog bij denken Nu zal het wezen „Frans wordt op die dame verliefd, en ook is zij hem niet ongenegen beiden beminnen elkander, en zweren elkander eeuwige trouw maar een gestrenge voogd of trotsche vader staat hun ne wederzij dsche liefde in den weg en wil de schoone dwingen, hare hand aan een anderen minnaar, die natuurlijk oud, mis maakt en door en door slecht is, te schen ken onze minnenden echter blijven elkan der getrouw, en na nog vele andere hartroe rende lotgevallen worden zij met elkander vereenigd en daarmede is de geschiedenis uit." Aan de lezers, die zóó denken, moet ik zeg gen, dat zij zich deerlijk vergist hebben want toen onze student het portier openrukte, zag hij eene oude dame, met een terugstui tend voorkomen, bewusteloos op de lage bank liggen aan hare zijde zat een klein hondje, dat onze held, waarschijnlijk uit dankbaar heid voor de bewezen hulp, woedend aan blafte. Op hetzelfde oogenblik bereikte de lieer, van wiens proeve van vlugheid wij reeds vroeger melding maakten, het rijtuig en sta melde, bijna ademloos, een vloed van dank betuigingen, waarna hij de hand van den student hartelijk drukte. Terstond sprong hij'in het rijtuig en haalde uit een kastje een fleschje met geestrijk vocht te voorschijn, waarmede hij, door Frans bij gestaan, de oude dame uit hare bezwijming trachtte te doen ontwaken. (Wordt vervolgd.) IN VIER BLADEN AD VERTEEREN VOOR EENMAAL BETALEN Wieringermeerbode. Wieringer Courant. De Polderbode. Zij per Courant.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Wieringer courant | 1939 | | pagina 1