TRIUMPH
VOOR SLECHTS
I CENT
'n SIGARET
VAN KLASSE EN
'n TRIUMPH
VAN SMAAK
DE BESTE
c SIGARET
30e JAARGANG
ZATERDAG 14 OCTOBER 1939
No. 120
NIEUWS» EN ADVERTENTIEBLAD VOOR
WIERINGEN EN OMSTREKEN
ALS HET GEWETEN
SPREEKT.
N.V. WACO - AUTOBUSDIENSTEN
WIERINGER COURANT
VERSCHIJNT ELKEN
DINSDAG. DONDERDAG EN ZATERDAG
ABONNEMENTSPRIJS
per 3 maanden f 1.25.
BUREAU
ADVERTENTIëN
UITGEVER
^*J
Hlppolytushoef Wielingen
Van 1 5 regels
10.50
CORN. J. BOSKER WIERINGEN
Telefoon Intercomm. No. 19.
Iedere regel meer
fO.iO
CHAMBERLAIN IN HET LAGERHUIS.
„GEEN VREDE MOGELIJK
OP GRONDSLAG VAN
HITLERS REDE."
Tijdens zijn verklaring in het Lagerhuis
heeft minister-president Chamberlain gespro
ken over de vredesvoorstellen van Hitier. Hij
zeide hierover
„Het zou onmogelijk zijn voor. Groot-Brit-
tannië, een dergelijken grondslag te aanvaar
den, zonder te kort te doen aan zijn eer en
zijn eisch op te geven, dat internationale ge
schillen moeten worden geregeld door bespre
kingen en niet door geweld."
De geallieerden willen niet een
onzekeren wapenstilstand.
De voorstellen zijn besproken in overleg met
de Dominions en Frankrijk. De minister
president voegde hieraan toe, dat de voorstel
len, welke de Duitsche kanselier geopperd
heeft om, wat hij noemt „de Europeesche vei
ligheid te verzekeren," gebaseerd zijn op de
erkenning van zijn veroveringen en van zijn
recht met de overwonnenen te doen wat hij
wil.
Vervolgens zeide de minister-president, dat
het gemakkelijk zou zijn de passages uit de
redevoeringen van Hitier in 1935, 1936 en 1938
te herhalen, waarin hij in besliste bewoor
dingen zijn vasten wil te kennen geeft Oos
tenrijk en Tsjecho-Slowakije niet te annexee-
ren, of geen territoriale eischen te stellen,
nadat de kwestie der Sudeten zou zijn gere
geld.
„Wij kunnen niet vergeten, dat Hitier is
afgeweken van zijn langen tijd beleden poli
tieke beginselen. Hitiers herhaalde woord
breuk en de plotselinge wendingen in zijn
politiek zijn de oorzaak, dat het voor mij zeer
moeilijk is te spreken over de verdere voor
stellen in de rede van den rijkskanselier", zoo
vervolgde Chamberlain.
„De waarheid is, dat na onze ondervinding
in het verleden, het niet langer mogelijk is
te vertrouwen op het woord van de huidige
Duitsche regeering. Het ligt niet in de lijn
van onze politiek om een Duitschland, dat in
vriendschap wil leven met andere landen, uit
te sluiten van de plaats in Europa, waarop
het recht heeft.
Integendeel, wij gelooven dat er geen ge
neesmiddel voor de nooden der wereld te
vinden is, als niet rekening wordt gehouden
met de rechtvaardige eischen en behoeften
van alle landen en als de tijd komt om de
richtlijnen voor een nieuwen vrede uit te
stippelen, zal de regeering van Zijne Majesteit
als haar oordeel te kennen geven, dat de
toekomst weinig hoopgevend zou zijn als niet
een regeling kan worden getroffen langs den
weg van onderhandelen en overleg.
Wij zijn niet ten strijden getrokken met een
wraakgierig doel, doch alleen tot verdediging
van de vrijheid. Niet alleen de vrijheid van
de kleine mogendheden staat op het spel, ook
het wreedzame bestaan van Groot Brittan -
nië, de Dominions, Indië en de rest van het
Eritsche imperium, Frankrijk en in het alge
meen alle vrijheidlievende landen, is er bij
betrokken.
Wat ook de uitslag van den huidigen strijd
moge zijn, op welke wijze deze strijd ten ein
de wordt gebracht, de wereld zal niet gelijk
zijn aan die welke wij tevoren kenden.
De Britsche regeering weet maar al te
goed, dat in een modernen oorlog tusschen
groote mogendheden, de overwinnaar en de
overwonnene beide gruwelijke verliezen lij
den. Doch buigen voor onrecht zou het einde
beteekenen van alle hoop, en vernietiging van
die levenswaarden, welke eeuwen door het
kenmerk en de bezieling geweest zijn van den
menschelijken vooruitgang.
Ik ben er zeker van, dat alle volken van
Europa, het Duitsche volk incluis, verlangen
naar vrede. Wij zijn niet alleen uit op de over
winning, wij willen verder zien en er naar
streven den grondslag te leggen voor een be
ter internationaal stelsel, waarbij oorlog niet
het lot behoeft te zijn van elke komende ge
neratie.
Wij zoeken geen materieel voordeel voor
ons zelf, wij verlangen van het Duitsche volk
niets dat zijn zelfrespect zou kunnen kwetsen.
De vrede, welken wij besloten hebben
tot stand te brengen, moet een waar-
lijke en stevig gegrondveste vrede zijn
en niet een onzekere wapenstilstand,
telkens onderbroken door onrust en
herhaalde bedreiging. Wat staat een
dergelijke vrede in den weg Dat is de
Duitsche regeering en de Duitsche re
geering alleen.
Ik ben verheugd te weten, dat er volledig!
overeenstemming bestaat tusschen de inzich
ten van Zijne Majesteits regeering en die van
de Fransche regeering."
De minister-president voegde hieraan toe
dat Engeland en de Poolsche regeering ook
tot de conclusie zijn gekomen, dat een volle
dige overeenstemming bestaat tusschen hun
inzichten.
Chamberlain herhaalde, dat vredesvoor
waarden, welke beginnen met het goedpraten
van den aanval, niet aanvaardbaar zijn.
De voorstellen, die de rijkskanselier deed in
zijn rede zijn vaag en onzeker. Zij bevatten
geen aanduidingen omtrent herstel van het
kwaad, dat Tsjechoslowakije en Polen is aan
gedaan. Zelfs wanneer voorstellen daartoe
zouden zijn gedaan, dan moet men nog vra
gen, door welke practische middelen de Duit
sche regeering de wereld wil overtuigen, dat
FEUILLETON
Historische roman.
23.)
„Wij moeten thans ons plan beramen om
aan mijn vader de toestemming af te persen,
dat hij u vergunne, aan de reiger jacht deel
te nemen," zei de student, „en hierin reken
ik op uw medewerking. Ge weet, Julia hoe
gaarne hij ziet, dat er tusschen ons eene goe
de verstandhouding besta", vervolgde de stu
dent, „en dat hij de hoop geenszins opgege
ven heeft, ons door een huwelijk met elkan
der te vereenigen. Ik zal hem smeeken, dat
hij zijn best doe, u over te halen om morgen
naar Valkenstein te rijden hij zal dan onge
twijfeld bij u aandringen, ge weigert in het
eerst, maar eindelijk laat ge u overreden."
„Ik mag eigenlijk in dit bedrog geen werk
dadig aandeel nemen," zeide Julia maar toen
zij de smeekende blikken zag, die de jonge
krijgsman op haar sloeg, veranderde zij van
toon, en een glimlach van genoegen en hoop
zweefde er op haar bekoorlijk gelaat.
de agressie zal worden gestaakt en dat zij
haar beloften zal nakomen.
Na hetgeen is geschied kan geen vertrouwen
worden gehecht aan de verzekeringen van de
huidige Duitsche regeering.
Derhalve moeten er daden en niet alleen
woorden komen, alvorens wij, het Britsche
volk en Frankrijk, gerechtigd zouden zijn op
te houden met oorlogvoeren met inspanning
van al onze krachten. Pas wanneer het ver
trouwen der wereld hersteld is, zal het moge
lijk zijn oplossingen te vinden voor de kwes
ties welke de wereld verontrusten, de ontwa
pening in den weg staan, het herstel van den
handel verhinderen en de verhooging van de
welvaart der volkeren onmogelijk maken.
Er moet dus voldaan worden aan een
primaire voorwaarde en alleen de Duit
sche regeering kan hieraan voldoen.
Indien zij niet wil, kan er voorloopig
geen nieuwe of betere wereldorde ko
men van het soort als waarnaar alle
landen verlangend uitzien.
Het ligt dus voor de hand ofwel de
Duitsche regeering moet een overtui
gend bewijs geven van haar Verlangen
naar vrede door ondubbelzinnige da
den en door het verschaffen van doel
treffende waarborgen voor haar voor
nemen haar verplichtingen na te ko-
men, ofwel wij moeten in onze taak
volharden tot het einde.
De keuze is aan Duitschland.
BERLIJN ACHT OORLOG
IN SCHERPSTEN VORM
ONVERMIJDELIJK.
De Berl. correspondent van het Han-
delsbl. schrijft
Adolf Hitier heeft Donderdagavond,
zoodra de woordelijke tekst der rede
van Chamberlain in Berlijn ontvangen
was, zijn voornaamste medewerkers
in de Rijkskanselarij om zich ver-
eenigd.
Ofschoon in de latere avonduren
nog geen officieel commentaar van
Duitsche zijde bekend was gewordeu,
kan toch reeds worden gezegd, dat in de
Wilhelmstrasse de opvatting heerscht
dat aan een vredelievende oplossing
van het conflict niet meer mag worden
gedacht. Dus een oplossing door wa
pengeweld de eenig denkbare is.
Men neemt aan dat Berlijn nu met
Moskou en Rome zal confereeren.
Maar afgezien daarvan acht men in
bevoegde Duitsche kringen den oorlog
in den scherpsten vorm heden reeds
onvermijdelijk.
De rede van Chamberlain heeft in
de Wilhelmstrasse een verpletteren
den indruk gemaakt. Ook zij, die nog
gehoopt hadden, dat de vredeskansen
niet geheel behoefden te worden opge
geven, zijn thans ervan overtuigd dat
Engeland de vernietiging van het
Duitsche Rijk wil, en voor geen enkel
vredesvoorstel hoe concreet ook ge
steld, ;te vinden zou zijn geweest. Hit-
Ier ziet daarom nog slechts één moge
lijkheid strijd tot het bittere einde.
Men is er in Berlijnsche politieke
kringen bovendien van overtuigd dat
de toestand, zooals deze zich thans ont
wikkeld heeft, voor de Westelijke neu
trale sitaten bijzonder critiek is ge
worden.
GEEN VREDESSTAP VAN ITALIË
Overleg met Duitschland en
Rusland niet waarschijnlijk.
United Press meldt uit Rome
Van gezaghebbende zijde worden de
Britsche berichten, volgens welke de
pas-benoemde Italiaansche ambassa
deur Bastianini een vredesmemoran-
dum of een Italiaansch voorstel tot
Ingaande 15 October gewijzigde
dienstregeling.
Dienstregeling verkrijgbaar a ct. bij de
chauffeurs en aan onze kantoren.
het bijeenroepen van 'n internationale
conferentie, zou medebrengen, ont
kend. Er wordt aan herinnerd, dat
Italië pas de vorige week officieel
heeft aangekondigd onder de huidige
omstandigheden een dergelijk initia
tief niet te zullen nemen, welk stand
punt hier niet als gewijzigd wordt be
schouwd.
Voorts meldt Reuter, dat de berich
ten, welke naar men zegt, uit Berlijn
afkomstig zijn en volgens welke bin
nenkort overleg tusschen Duitschland,
Rusland en Italië zou worden gepleegd
te Rome geen geloof vinden. In gezag
hebbende kringen zegt men dat er tus
schen Rusland en Italië geen verdrag
bestaat, dat in overleg voorziet, naar
het voorbeeld van de verdragen tus
schen Italië en Duitschland en tus-
sche»n Rusland en Duitschland.
Een gedachtewisseling met de Sow-
jet-Unie zou waarschijnlijk langs den
gewonen diplomatieken weg worden
ge'yoercU
Het was een schoone morgen in de maand
Augustus de brandende zomerhitte was
voorbij, de herfst stond voor de deur en tem
perde den gloed der zonnestralen. Een ver
kwikkende regen was dien nacht op het dors
tend aardrijk neergevallen maar de eerste
groet der zon had den grauwen waternevel
verjaagd helder en onbewolkt was nu de
blauwe hemel. Ofschoon de dag ternauwer
nood aangebroken was, heerschte er evenwel
reeds eene buitengewone bedrijvigheid op
Valkenstein de stalknechts waren ijverig
bezig, de fraaie paarden te roskammen en op
te toornen, terwijl eenige Valkeniers, kenbaar
aan hunne groene livrei en den grooten
handschoen aan hunne rechterhand, hunne
valken, die ieder afzonderlijk in groote kooi
en opgesloten waren, met vleesch voederden.
Naarmate het later werd, nam ook het ge
woel toe eene menigte gasten, grootendeels
te paard of in logge rijtuigen gezeten, reden
de breede eikenlaan van Valkenstein op en
werden daar hartelijk welkom geheeten.
In de groote zaal stond een smakelijk ont
bijt, uit koud wilbraad, ham, kruidkoek ei
geconfijte vruchten bestaande, gereed groo
te zilveren kannen, met Spaansche en Fran
sche wijnen gevuld, stonden in verkoelbak
ken van hetzelfde metaal. De ramen waren
geopend, zoodat de liefelijke morgenkoelte
door het vertrek woeialles lachte en schet
ste, en zelfs de douairière Van Harmeien was
dezen morgen minder koel dan gewoonlijk ten
opzichte van den student, hetgeen grooten
deels daaraan moest worden toegeschreven,
dat hij Zaïde, die zich door zijne nieuwsgie
righeid had laten verleiden, te ver uit het
raam te zien, en op het punt stond om naar
I beneden te vallen, door een greep met de
I hand van een wissen dood redde.
Baron Lodewijk zou naar de kleeding te
oordeelen, welke hij droeg, aan de jachtpartij
deel nemen. Hij was gekleed in een groenen
rok, waarvan de panden omgeslagen en van
'achteren met een knoop bevestigd waren. De
kraag en de naden waren rijk met goud ge
stikt. en hooge laarzen, met nederhangende
kappen en van groote zilveren sporen voor
zien, maakten het benedengedeelte zijner
kleeding uit.
„Wie is de jonkvrouw, met wie ge hier ge-
1 komen zijt vroeg hij den student, terwijl
j zijne oogen op Julia gevestigd waren.
„Jonkvrouw Julia Van Wassendonk
Frans ten antwoord.
„Een schoon meisje zei de Baron
meen wel eens gehoord te hebben, dat
vader haar voogd is
„Zoo is het ook," zei de student.
„En is zij een goede rijdster vroeg de
Overste. I
„Dat zou ik u niet met zekerheid weten te
zeggen."
..Welnu ik heb Ida's kleine bruin voor
haar laten zadelen, en voor u heb ik ook ge
zorgd gij zult Belona berijden, een paard
gaf
„ik
uw
als een weerlicht
„Inderdaad, ik ben u zeer erkentelijk. Denkt
ge, dat wij eene goede jacht zullen hebben
„Ik heb alle reden om dat te gelooven de
trek der reigers is zeer groot, en sedert een
geruimen tijd hebben wij hier niet gejaagd.
Zijn uwe valken al aangekomen
„Zooeven," gaf de Jonker ten antwoord,
en ik geloof, dat ge er weinige gezien zult
hebben,, die schooner dan de mijne zijn."
„Ieder meent zijn uil een valk te zijn," riep
Walraven schertsend uit, „en daar ik geen
valken zal oplaten, wil ik mij met het ambt
van rechter belasten, en mijne uitspraken
zullen rechtvaardig zijn."
„Heb ik u gisteren niet bij mijn vader ge
zien, Baron vroeg Frans aan Lodewijk Van
Reigenhorst.
„Ik heb uw vader over een kwaal geraad
pleegd, waarmee ik sinds jaren behept ben,"
gaf de Baron ten antwoord. „Uw vader is een
kundig man."
„Jammer, dat hij zich niet beter weet voor
te doen," zeide Frans, „en dat is hoofdzake
lijk aan de onbeschaafde gezelschappen, waar
in hij verkeert, toe te te schrijven," en den
Baron sterk aanziende, vervolgde hij „Mijn
vader komt veel in Het Brandewijnvat, in
Den Haag, en daar toch is het geen plaats
voor een fatsoenlijk man."
De Baron, die zeer goed wist, dat Frans hem
onlangs uit Het Brandewijnvat had zien ko
men, bloosde onwillekeurig, maar verloor
zijne gewone bedaardheid niet.
„Ge kent de spreuk," zeide hij „Corrum-
punt mores bonos collequia prava (Kwade
samensprekingen bederven goede zeden) en
zonder het gesprek verder voort te zetten,
verliet hij den student.
Frans vergenoegde zich nu met uit het
venster te kijken naar het drukke gewoel,
dat er op het voorplein heerschte, en was
daarin zoozeer verdiept, dat hij de jonge
dame, die aan zijne zijde stond en insgelijks
uit het venster keek, niet eer gewaar werd,
voordat zij, door even te lachen, hare tegen
woordigheid verried.
Op dit gerucht keek Frans om, en op het
zelfde oogenblik, waarop hij het schoone jon
ge meisje opmerkte, liet zij de dunne rijzweep,
SCANDINAVISCHE LANDEN
RICHTEN VERTOOG TOT
SOWJET-UNIE.
United Press meldt uit Kopenhagen:
Het Deensche Ministerie van Buiten-
landsche Zaken maakt bekend, dat de
gezanten van Denemarken, Zweden
en Noorwegen Donderdag afzonderlijk
ingevolge de instructies van hunne
regeeringen tot de regeering der Sow-
jet-Unie het volgende vertoog hebben
gericht „Alle Scandinavische regee
ringen volgen met bezorgdheid de on
derhandelingen tusschen de Sowjet-
Unie en Finland. Zij verwachten, dat'
FMiJand voil komen onafhankelijk
zijn neutrale positie kan handhaven,
welke dit land tot nu toe in nauwe
samenwerking met de andere Scandi
navische staten heeft ingenomeai en
zij spreken den wensch uit, dat de
Finsch-Russischie onderhandelingen
de vriendschappelijke betrekkingen
tusschen Finland en de Sowjet-Unie
mogen bevestigen."
UIT HELSINKI ZIJN 120.000 MENSCHEN
GEëVACUEERD.
Havas meldt uit Stockholm Volgens be
richten uit Finland is de evacuatie van Hel
sinki Donderdag geëindigd 120.000 menschen
hebben de stad verlaten en geen enkel kind
bevindt zich daar meer. Alle scholen hebben
de deuren gesloten, nadat de kinderen het
volkslied hadden gezongen.
De regeering heeft de havens van Helsinki,
Borgo, Viborg en Kotha gesloten, Finsche
schepen moeten zich naar Abo begeven.
Niettegenstaande de maatregelen van de
regeering toont de bevolking zich optimis
tisch en men verwacht, dat de Sowjet-Unie
geen onaanvaardbare voorstellen zal doen.
Men acht de keuze van Paasikivi als onder
handelaar zeer gelukkig, hij is een oude be
kende voor vele Sowjet-Russische lijders. De
ontvangst van Paasikivi te Moskou is zeer
hartelijk geweest.
PALESTINA.
STROOM VAN VRIJWILLIGERS MELDT
ZICH AAN.
De „Times" meldt uit Jeruzalem
De aanmelding voor den dienst, die hier
onlangs begonnen is, heeft uitmuntende re
sultaten gehad. Het aantal vrijwilligers, dat
zich heeft opgegeven, is veel grooter dan de
ïegeering kan gebruiken. De recruteering is
voorloopig tot tweeduizend man beperkt. De
verlangde leeftijden zijn tusschen de 20 en 25
jaar, met uitzondering van hen, die geschoold
zijn voor speciaal militair werk. Voor hen is
de leeftijdsgrens 40 jaar. De vrijwilligers moe
ten bereid zijn te dienen in alle garnizoenen
en op alle oorlogsterreinen, waar de Britsche
strijdkrachten opereeren, voor den duur van
die zij in de hand hield, uit het venster val
len, waarop de student terstond de zaal ver
liet en weinige oogenblikken daarna met het
rijzweepje terugkwam, dat hij nu met eene
bevallige buiging aan het schoone meisje
aanbood.
„Waarlijk, Mijnheer ge hebt u te veel
moeite gegeven," zei de jonge dame, het rij
zweepje weder aannemende, „ook u scheen
hetzelfde gewoel bezig te houden, dat mij
belette, acht te slaan op hetgeen ik deed,,'
zeide zij, een gesprek met den student aan-
knoopende.
Wij hebben haar reeds een schoon meisje
genoemdvergun ons thans, lezers eenige
oogenblikken bij Amalia Van Naaldwijk stil
te staan, daar zij eene niet geheel onbelang
rijke rol in ons verhaal zal vervullen.
Amalia was vier en twintig jaren oud, rij
zig, met iets mannelijks in hare houding, het
geen echter in den volsten zin des woords
schoon genoemd kon worden. Hare handen
en voeten misten wel dien teederen, kleinen
vorm, dien wij bij het schoone geslacht be
wonderen maar daar zij aan hare overige
ledematen geëvenredigd waren, viel de groot
te niet al te zeer in het oog. Haar gelaat was
schoon, hare trekken waren sprekend en vol
uitdrukking, hare groote zwarte oogen, door
als gepenseelde wenkbrauwen overschaduwd,
hadden iets gebiedends in hun blik en dron
gen als het ware tot in het hart van hem
door, op wien ze geslagen weraen. De kleine
mond prijkte met twee rijen hagelwitte tan
den, die zichtbaar werden, zoo dikwijls een
glimlach de trotsch gevormde bovenlip deed
krullen. Blanker en edeler gewelfd voorhoofd
dan Amalia bezat, kon men voorzeker nooit
aangetroffen hebben maar bij de minste on
aangename aandoening, die er er hare ziel
oprees, werd dat schoone voorhoofd door rim
pels ontsierd, die aan haar gelaat eene al te
strenge uitdrukking voor een meisje gaven.
Indien men tusschen haar en Ida eene ver
gelijking moest maken, dan zou men Amalia
het best bij de heldhaftige Judith kunnen
vergelijken en Ida bij de teedere blonde min
godin der Romeinsche fabelleer.
„Zult ge vandaag ook aan de jachtpartij
deelnemen vroeg Amalia, terwijl zij de
zwarte haarlokken van haar voorhoofd weg
streek.
„Dat wil zeggen, dat ik slechts toeschou
wer zal zijn, schoone jonkvrouw want ik
bezit geen valk," gaf de student ten antwoord.
„Ge kwaamt hier met Jonkvrouw Van Was
sendonk," vervolgde de schoone spreekster,
die het gesprek scheen te willen voortzetten.
„Zijt ge een harer bloedverwanten
Op dit oogenblik kwam de Jonker Van
Naaldwijk naar zijne zuster toe en fluisterde
haar iets in het oor. Een diepe rimpel ver
toonde zich daarop op het schoon gewelfde
voorhoofd van het meisje, en terwijl zij haar
broeder met hare doordringende oogen on
vergenoegd aankeek, zeide zij
„Zijt ge mijn heer en meester geworden,
Adolf
Het luid geschetter der jachthorens gaf nu
het sein om te vertrekken, en weldra weid
de het oog over een heerlijk schouwspel in
de breede, statige eikenlaan van het kasteel.
Eene menigte heeren en jonkvrouwen, al
len te paard gezeten, reden langzaam de
laan af de dames bevonden zich in hun
midden en waren allen, op weinige uitzon
deringen na, eveneens gekleed zij droegen
een groen fluweelen nauwsluitend kleed, rijk
met gouden borduursels belegd en veel over
eenkomst hebbende met een spencer, en
een langen rok, tot over de voeten hangende
en bedekt door een lang kleed met gouden
franje, waarop ieders stamwapen prachtig en
kunstig geborduurd was. Op het voorhoofd
rustte met zekeren zwier een kleine breedge
rande hoed, waarvan de rand ter linkerzijde
opgetoomd was en door een met edelgesteen
ten bezetten gesp opgehouden werd, terwijl
over dat geheele hooddeksel een pluim van
veelkleurige vederen wapperde.
(Wordt vervolgd.)
IN VIER BLADEN AD VERTEEREN VOOR
EENMAAL BETALEN
Wieringermeerbode.
Wieringer Courant.
De Polderbode.
Zij per Courant.