30e JAARGANG DINSDAG 7 NOVEMBER 1939 NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR WIERINGEN EN OMSTREKEN No. 130 ALS HET GEWETEN SPREEKT. WIERINGER COURANT VERSCHIJNT ELKEN UITGEVER J BUREAU ADVERTENTIëN DINSDAG, DONDERDAG EN ZATERDAG Hlppolytushoef Wlerlngen Van 1 5 regels 10.50 ABONNEMENTSPRIJS CORN. J. BOSKER WIERINGEN. q]v Telefoon' Intercomm. No. 19. Iedere regel meer fO.IO per 3 maanden f 1.25. „UITDUNNING" VAN DEN VEESTAPEL. Aanmerkelijke prijsstijging niet te wachten. Schrijvende over het uit de markt nemen door de regeering van oude en dunne koeien, schrijft de „Vee- en Vleeschhandel" o.m. „Daar we reeds zoo lang hebben aange drongen dezen noodmaatregel te nemen, in het belang van alle groepen bij de veehou derij betrokken en zeker ook in het belang van de vorming van voedsel-reserve, maken we met instemming van dit regeeringsbesluit gewag. Men begrijpe ons goed, alleen onder de huidige, voor de veehouderij uiterst moei lijke, omstandigheden hebben we de afslach ting van een belangrijk aantal z.g. blikkoei- en voorgestaan. Was er genoeg veevoeder voorhanden, we zouden er niet aan denken om deze „uitdunning" van den veestapel te propageeren. Men heeft echter den tegenwoordigen nood toestand te aanvaarden en het beste er van te maken. En dan is zeker van algemeen en groot belang, dat de Regeering besloot in gaande Maandag 6 November vee uit de markt te nemen. „Velen met ons zullen zeggen, die overne ming had éérder moeten beginnen, maar be ter is te concludeeren, gelukkig, dat nu die steun aan de ontredderde veemarkt wordt gegeven. We zitten nog volop in de najaarsmarkten en deze vertoonden een droevig beeld van den noodtoestaand, ontstaan door een groot aan bod van oncourant vee en van opzetvee voor de mesterij, zonder dat er de gewone najaars aankoop was door mesters, omdat die zonder voer zitten. Nu moet men het besluit der regeering niet zien als maatregel tot afslachting van een bepaald percentage van den veestapel. Het besluit heeft ten doel, de veemarkt voor al- geheele instorting, dus voor een débacle té vrijwaren, derhalve de veeprijzen eenigermate op peil te brengen. Men weet in Den Haag nog niet hoeveel koeien er zullen worden aangekocht. Men denkt voorshands aan 10.000 stuks, doch het kunnen er misschien ook 20.000 zijn, mogelijk nog wel meer. Het hangt af van de ontwikkeling van den loop der dingen. De Veehouderij centrale laat dan ook op de veemarkten koopen, voor zoo ver er overschot is en de slagers behoe ven niet te vreezen, dat de regeering als groote concurrent op de markt zal op treden. Het gaat hier om den aankoop van z.g, dunne koeien om besten op te ruimen, die toch voor aanhouden bij de huidige voeder- schaarschte en -duurte verlies zouden ople veren eri daarbij de productieve veehouderij nl. fokkerij, melkerij en mesterij maar in den weg zouden staan. Beoogd wordt dus niet teeltbeperking en afslachting van dragend vee, maar louter het uit de markt nemen van overtollig en niet productief vee. Wie van dezen regeerings-aankoop een aanmerkelijke prijsstijging verwacht, komt bedrogen uit. BOERDERIJ. Deze vee-overneming is geen doel, maar een middel, nl. tot steunverleening aan de veehouderij. I Waneer de marktpositie bevredigend zal I zijn, wordt het overnemen stop gezet. Verstan dig zal het zijn, de eerste weken niet direct alle overtollige koeien op hoop van overne- overvoerde markten, dat de Veehouderij cen trale wellicht toch niet het surplus uit de markt kan opvangen. Daarom is te hopen, dat November niet te veel regen brengt er deze koeien nog wat buiten kunnen blijven. Een meer geleidelijk aanbod zal de overne ming en ook het marktverloop ten goede Ko men. Maar ja, het kan zijn dat de weersgesteld heid en hooischaarschte dwingen tot oprui men, dus tot groot aanbod op de markt en dan is het maar te wenschen, dat de fabrie ken in korten tijd een belangrijk quantum zullen kunnen verwerken. De 35 fabrieken zullen de dieren verwerken zonder bijmenging, dus tot kort vleesch eigen jus. BINNENLANDSCH NIEUWS. FEUILLETON. Historische roman. 34.) Evenmin als ik Frans Tigchelaars teleur stelling wilde schetsen, evenmin zal ik hier uitweiden over de listen en de kunstgrepen, die Amalia in het werk stelde om zich de genegenheid van den jongen student te ver werven. Het is stuitend voor het gevoel, als wij een meisje met hartstocht een jongeling zien beminnen, die haar geene wederliefde toedraagt, en als wij de kunstgrepen waarne men, waarvan zij zich bedient om deze ge- wenschte liefde en genegenheid te bemachti gen. En toch handelen wij zeer onrechtvaar dig, als wij om die reden een meisje veroor- deelen of laken. Heeft de natuur de zwakke vrouw niet in dezelfde mate met hartstoch ten begiftigd als den sterkeren man Han delen wij dus niet dwaas en onbillijk, als wij bij het meisje laken, wat wij bij den jonge ling veroorlooven Ja, prijzen wij het zelfs niet en juichen wij het niet toe, als een jon geling alles aanwendt, wat in zijn vermogen is, om zich de liefde en de genegenheid van een meisje, ondanks haar tegenzin, te ver werven En waarom moet het meisje daaren tegen, wil zij den naam van welopgevoed te zijn behouden, wil zij zich niet zien laken en bespotten, eiken hartstocht in haar eigen hart versmoren, zich koel en onverschillig veinzen, alsof koelheid en onverschilligheid een sieraad der vrouwen was Na deze kleine uitweiding vatten wij den draad van ons verhaal weder op, door ons te verplaatsen in de woning van den heelmees ter Tigchelaar, waar wij Julia in een gesprek met haar voogd aantreffen, dat, te oordeelen DISTRIBUTIE ERWTEN BEGINT 11 DEZER Van heden af tot en met 10 November geen erwten verkrijgbaar. De Minister van Economische Zaken deelt mede, da't met ingang van 11 No vember met de distributie van erwten een begin zal worden gemaakt. De distributie zal zich voorshands beper ken tot groene erwten en spliterwten. Van genoemden datum af zal men in den winkel slechts erwten kunnen koopen tegen inlevering van een nader aan te wijzen bon der distributiekaart. Het rantsoen, dat men op dien bon, die geldig is van 11 Nov. tot en met 8 December kan verkrijgen, bedraagt een half Kg. erwten. De bon is het geheele land door gel dig men kan dus koopen in welke plaats en bij welken winkelier men wil. Een goed verloop van de distributie kan eerst dan geschieden wanneer men de zekerheid heeft, dat de winkels bij den aanvang over voldoende voor raad beschikken. De eenige mogelijk heid om deze zekerheid te verschaf fen, is het invoeren van een verkoop verbod voor den winkelier gedurende enkele dagen voorafgaande aan de distributie. Deze voor het publiek min of meer onaangename maatregel is destijds bij de suiker genomen moeten worden en is ook nu onvermijdelijk. De verkoop van erwten is aan de winkeliers verboden vanaf 5 Nov. tot en met Vrijdag 10 Nov. a.s., teneinde te voldoen aan vele verlangens is er zorg voor gedragen, dak de Zaterdag niet onder den „spertijd" valt. naar de heftigheid, waarmede het gevoerd werd; iets belangrijks ten onderwerp scheen te hebben, „Ik acht het mijn plicht, Jonkvrouw riep de barbier, terwijl hij met geweld op de ta fel sloeg, „om voor uw welzijn te waken en uw geluk te bevorderen. Dat heb ik uw sterven den vader beloofd, en ik ben gewoon, mijne beloften getrouw na te komen." „En ge noemt het waken voor mijn welzijn en bevorderen van mijn geluk, als ge mij aan uw zoon verbindt, dien ik wel is waar hoog acht als èen broeder, maar nimiher beminnen kan als een echtgenoot." Tigchelaar liep met onstuimige schreden de kamer op en neer, en zich eensklaps tot Julia wendende, riep hij met eene donderende stem, die Julia met schrik van haar stoel deed opspringen „Ge kunt weigeren, met mijn zoon te trou wen maar ik heb ook de macht, uw huwe lijk met Jonker Walraven tegen te gaan." „Inderdaad, daartoe bezit ge de macht," zeide Julia, die zich geenszins door het onbe schofte gedrag van den barbier liet afschrik ken, „maar zoo goed als ik weet gij, Mijn-| heer Tigchelaar! dat, zoodra ik meerderjarig' geworden ben, uwe macht over mij ophoudt, I en dat ik dan zelf de vrije beschikking over mijne hand heb." „Ge zult dan tot zoolang wachten," riep Tigchelaar uit, „en ik zweer het u, Jonker j Walraven zal. zoolang ge onder mijne voogdij schap staat, geen enkelen voetstap meer over den drempel van dit huis zetten, en ge zult( slechts onder mijn geleide deze woning ver-' Ook nu wordt het publiek met aan drang verzocht om op Zaterdag a.s. niet dadelijk ALLE bons tegen erwten in te willen wisselen, daar vanzelf sprekend de in de winkels beschikbare voorraad niet voldoende kan zijn om in de eerste dagen reeds het geheele Nederlandsche volk van de toegewe zen 4.5 mill. Kg. erwten te voorzien. Evenals bij de suiker wordt er dus op aangedrongen het koopen van erwten zooveel mogelijk over de geheele dis tributie periode te verdeelen. Men kan er zeker van zijn, dat dat iedereen in den loop van deze periode de toegewe zen hoeveelheid erwten zal kunnen verkrijgen. De distributie van erwten geschiedt immers niet omdat er erwtengebrek is in Nederland, maar alleen om te zor gen, dat iedere Nederlander een gelij ke hoeveelheid erwten zal kunnen krij gen en 't hamsteren wordt voorkomen. STIJGING DER KOSTEN VAN LEVENSONDERHOUD. Kruidenierswaren sedert eind .Juli 13 pCt. duurder. Uit de gegevens, die van 20 coöpera ties binnenkwamen bij het Economisch Bureau van den Centralen Bond, blijkt, dat de prijsverhooging, die de Mninster van Ec. Zaken invoerde voor boter en margarine in de week van 23-28 October j.1. vrijwel gehéél in de kleinhandelsprijzen was verrekend. Voornamelijk tengevolge hiervan steeg het indexcijfer van de prijzen der voedingsmiddelen, die men bij den kruidenier pleegt te koopen, van 100 in de week van 24-29 Juli, tot 112.9 in de nu behandelde week van 22-27 Oct. (week tevoren 109.7.) Voor de afzonderlijke artikelen kun nen de volgende prijsstijgingen ver meld worden havermout pl.m. 10 pCt. kaas pl.m. 50 pCt. eieren 33.3 pCt. boter 20,6 pCt. margarine 7,6 pCt. slaolie 7,3 pC't bak- en braadvet 10,6 pCt. zachte zeep 32,8 pCt. kaar sen 5,9 pCt. thee 8 pCt. lucifers 13,3 pCt. abricozen 9 2 pCt. appelen gedroogd pl.m. 5 pC't. pruimen 15 a 20 pCt. en rozijnen 9 pCt. Bij de overige artikelen zijn de prijs stijgingen sinds de week van 24-29 Juli nog steeds onbelangrijk. GOEDE VANGSTEN DER HARNGVISSCHERS In de afgeloopen week zijn de vang sten der haringsschepen belangrijk minder geweest dan in de week daar aan voorafgaand. Toch zijn volgens de ingekomen berichten Vrijdag nog scho ten gedaan van honderd kantjes en meer. De eerste berichten waren niet slecht. Er werden vangsten gemeld jvan 35 en 50 kantjes uit de halve j vleet. De groote vangsten brengen ech ter niet altijd voordeel. De netten kunnen, doordat er te veel haring in gezwommen is, in den grond loopen, vooral wanneer door onstuimig weer jniet gehaald kan worden en er steeds meer visch bijzwemt. Tevens kan bij ruw weer een groote vangst niet zoo goed worden waargenomen. Van Scheveningen uit zijn nu ruim 40 schepen ter haringvaaigs't en ver moedelijk zullen nog enkele volgen. De prijzen van versche haring wa ren oploopend en er werd deze week reeus ongeveer 10 gulden per kist nc- taald. IN DORSCHMACHINE BEKNELD GERAAKT Zaterdagmorgen omstreeks zeven uur klom een 49-jarig arbeider te Eist op een in werking zijnde dorschma- chine. Hij gleed uit en raakte met zijn beenen tusschen de walspersen be kneld één zijner voeten werd bij den enkel afgerukt. Nadat een dokter de eerste hulp had verleend, is het zwaar gewonde slachtoffer naar het Sint Elisabethsgasthuis te Arnhem overge bracht. REIST PER W.A.C.O. - AUTOBUSDIENST, DOOR GEHEEL WEST-FRIESLAND, NAAR AMSTERDAM en DEN HELDER. VLUG VEILIG VOORDELIG. BUITENLANDSCH NIEUWS. LIJKEN AANGESPOELD VAN DUIKBOOTBEMANNING Reuter meldt uit Londen Aan de kust van Kent zijn de lijken van vijf opvarenden van een Duitsche duik boot aangespoeld, die naar bleek, nog niet lang in zee hadden gelegen. De omgekomenen droegen allen het Da- vistoestel, dat gebruikt wordt om uit gezonken duikbooten te ontsnappen. Plaatselijke bewoners, die de getij- stroomingen goed kennen, hechten geen waarde aan de berichten, vol gens welke de lijken afkomstig zou den zijn van de Duitsche duikboot, die onlangs op de gronden van Goodwïn is aangespoeld. PILOOT MELDT GESLAAGDEN AANVAL OP DUIKBOOT Juist tijdens bezoek ministers der Dominions aan hoofdkwar tier luchtmacht. Reuter meldt uit Londen De Minis ters van de Dominions en van Britsch lndië, die op het oogenblik in Enge land verblijven, hebben Zaterdagmor gen een bezoek gebracht aan het hoofd laten, ten einde u alle gelegenheid te bene men om hem te spreken of te zien Dat alles zult ge slechts aan uwe weigering te danken hebben." „Ge schijnt mij te willen bedreigen, meester Tigchelaar hernam Julia met de haar aan- geborene fierheid, die haar zoo wél stond, „maar ik zou u aanraden, uw toon wat te matigen, daar het slechts aan mij ligt, die voogdijschap van korteren duur te doen zijn, als het namelijk bewezen wordt, dat ge inder daad schuldig zijn aan de misdaad, die men u ten laste legten of het u dan wel gele gen zou komen, dadelijk rekening en verant woording te doen," ging Julia voort, hare blikken strak op Tigchelaar vestigende, „van het vermogen, dat ge van mij als voogd on der uwe berusting hebt, laat ik aan u zelf ter beoordeeling over." Tigchelaar werd bleek als een doode, en zijne dunnen lippen trokken zich krampach tig te zamen hij sloeg een blik, waarin haat en woede te lezen stonden, op Julia en ver liet het vertrek. In zijne kamer teruggekomen, viel op een leuningstoel neer en gaf den vrijen loop aan zijne woede. ,Zij is slimmer dan ik dacht," zeide hij bij zich zelf, „mijn plan om haar met Frans te laten trouwen, ligt nu geheel in duigen, en, bij den satan het was een goed plan want ds schoondochter zou haar schoonvader niet( vervolgen, omdat deze haar vermogen niet in de beste orde gehouden had. Maar nu is dat schoone plan, dat mij zoo menigen slapeloozen nacht gekost heeft, geheel en al vernietigd. Tigchelaar Tigchelaar uw val is nabij. Maar," ging hij na eenige oogenblikken voort, „alles is nog niet verloren binnen weinig- tij ds moet ik voor de rechtbank verschijnen, de bewijzen zijn maar al te klaar en te me nigvuldigWas het één, danmaar zevenneen, dat is onmogelijk Ik weet, dat ik van de misdaad overtuigd zal worden, dat men mij zal veroordeelen, en ik ken Ju lia maar al te goed, om niet te weten, dat zij van die gelegenheid gebruik zal maken om zich van mijne voogdijschap te ontslaan dan zou ik rekening en verantwoording moe ten doen, en wat dan Maar er is nog één middel, een middel, dat mij redden kan, dat mij kan vrijwaren om voor de rechtbank te verschijnen. Ik zal van dat middel gebruik maken. Nog heden wil ik Baron Lodewijk spre ken, hij moet mij het geld verschaffen, dat Frans noodig heeft om den nietsbeduidenden titel van Mr. vóór zijn naam te schrijven, dan ben ik tenminste van dezen ontslagen Wel zal het mij moeite kosten, den Baron, die mij reeds twee malen het geld tot dat zelfde doel gegeven heeft, hiertoe over te halen, maar ik bezit, den hemel zij dank kwartier van de gevechtsvliegtuigen der Biitsche luchtmacht „ergens in En geland", tevens centrum der luchtver dediging. Men toonde hun o.a. de wer king van de controle op het verdedi gingsstelsel. Tijdens hun bezoek kwamen juist be richten binnen van een piloot der Royal Air Force, die in de Noordelijke wate ren een aanval deed op een Duitsche onderzeeboot. Na het „Vlieg boven vij andelijke duikboot" volgden de tele grammen elkaar snel op „Onderzeeër duikt", „Heb aangevallen", „Vermoe delijk treffer." Later kwam een gedetailleerder be richt binnen. De piloot vertelde, hoe hij eerst een aantal bommen had laten vallen, die op ongeveer 50 M. afstand vóór de onderzeeboot terecht kwamen. Nadat hij was gezwenkt volgde een nieuwe bommenregen, Een der bom men scheen juist op de plaats van den toren uiteen te spatten. Daarna werd geen spoor meer van de onderzeeboot gezien. GIFT VAN 45.000 DOLLAR VOOR JOODSCHE VLUCHTELINGEN. Het American Joint Distibution Com mittee, de groote Amerikaansch-Jood- sche Hulporganisatie, heeft voor het groote transport Duitsche Joodsche vluchtelingen van ongeveer 200 perso nen van Rotterdam per Batavier III via Cadiz per Orazio naar Valparaiso in Chili, een bedrag van 45.000 dollar overgemaakt aan het Joodsche Vluch telingencomité te Amsterdam. DE OORLOGSORDERS VOOR DE VEREEN. STATEN Levering van 15000 auto's aan Frankrijk. United Press meldt uit New York In Wallstreet wordt vernomen, dat de geallieerden ruime voorschotten hebben verstrekt tot het uitvoeren van vliegtuig-contracten, waardoor zij het mogelijk maken, dat nieuwe.fabrieken wofden opgericht en bestaande fabrie ken uitgebreid. Zij hebben hiertoe besloten, opdat de levering zal worden bespoedigd en te voorkomen, dat hun opdrachten samen vallen met de zeer groote orders der Amerikaansclie Regeering. Ook omtrent de levering van ander oorlogsmateriaal worden onderhande lingen gevoerd Frankrijk zou voor 100 mill. dollar kleine wapenen, am munitie en ontplofbare stoffen willen koopen, verder 600 vrachtauto's in De- cembeiMe leveren, als eerste deel van een order van totaal 15 000 auto's. Voorts verwacht men, dat de Vereen. Staten nog geneesmiddelen, kleeding, wagons, geweren, revolvers enz. zullen leveren. KLEINE OMZET VAN GASMASKERS AAN DE POSTKANTOREN De bestellingen van gasmaskers aan nog eenige kleine middeltjes om hem te dwin gen Hij haalde eenige brieven uit een zak, die tusschen de voering van zijn versleten rok verborgen was, te voorschijn en begon met aandacht te lezen. „Het moet," zeide hij eindelijk; „mij blijft geene andere keuze over het zal bloed kos- ten, en dat wel," voegde hij er zachter bij,' „onschuldig bloed." XVI. Er waren bijna twee maanden verloopen, teen Frans Tigchelaar tot doctor in de rech ten bevorderd werd. De vreugde, die hij ge voelde, eindelijk zijn doel bereikt te hebben, v/erd echter aanmerkelijk getemperd door de onzekerheid, waarin hij zich omtrent het lot zijner Ida bevond, wier verblijfplaats hij nog niet had weten op te sporen. Alle moeite, die hij hiertoe aangewend had, was vruchteloos geweesten om haar doel des te beter te be reiken, had Amalia, die hij nu en dan be zocht om iets van zijne Ida te vernemen, hem in den waan gebracht, dat zij zich in Brabant bevond. Nauwelijks was Frans tot advocaat bevor derd, of hij reed van Leiden naar Den Haag om zijne bevordering aan Jonker Walraven bekend te maken, die toen als luitenant dien de bij de ruiterij, welke te 's Gravenhage, on der bevel van den ritmeester Steenhuizen, Heer Van Malden, in garnizoen lag. Hartelijk was de ontmoeting tusschen de beide vrienden. Walraven verhaalde Frans met al het vuur van een gelukkigen minnaar, dat hij den vorigen dag een brief van Julia ontvangen had, en na menigen beker gele digd te hebben, nam Frans van den luitenant afscheid, niet voordat deze beloofd had, den jeugdigen rechtsgeleerde den volgenden dag nog eens te zullen bezoeken in de welbekende herberg „Het Brandewijnvat", de plaats, waar de vader van Frans hem, naar oude gewoonte, bescheiden had. Terwijl hij zich dus, omstreeks het midder nachtelijke uur, naar zijn logement spoedde en zijn weg langs het Binnenhof nam, zag hij een viertal mannen, die in een fluisterend gesprek gewikkeld waren, van tijd tot tijd naar dat gedeelte van het gebouw wijzen, waar de vergadering der Staten van Holland gehouden werd. Het licht schemerde nog door de hooge, van kleine, in lood gezette ruiten voorziene vensters een bewijs, dat er zich nog iemand in de zaal bevond, hoewel dan ook de tijd om raadsvergadering te houden reeds_ lang verstreken was. Terwijl Frans Tigchelaar dit viertal, dat zich als het ware onder een der bogen van het hof verschool, voorbijliep, hoorde hij een der mannen, wiens kleeding verried, dat hij, evenals zijne makkers, ten minste voor zooverre Frans dit in de duisternis bespeuren kon, tot de eerste rangen der maatschappij behoorde, tot een van de anderen zeggen „Zie, Borrebach de landsverrader is daar nog, de kans staat thans schoon om het Vaderland van die pest te bevrijden binnen weinige oogenblik ken zal hij het Hof verlaten en hierlangs ko men, om zich naar zijn woning te begeven ongetwijfeld is hij van niemand vergezeld, of hoogstens van zijn ouden bediende, die bij den eersten schijn van gevaar wel het ha zenpad zal kiezen." Door deze woorden opmerkzaam geworden, verborg de jonge rechtsgeleerde zich achter een der pilaren, die de bogen ondersteunden, en hoorde toen ongezien het volgende ge sprek „Maar," zeide een' ander, zouden wij lie ver niet eene andere gelegenheid afwachten Want ik moet u openhartig verklaren, dat de oude raadsheer mij wat te dikwerf heeft in geschonken, dan dat ik in staat zou zijn, een goeden stoot te kunnen doen." (Wordt vervolgd.) IN VIER BLADEN ADVERTEEREN VOOR EENMAAL BETALEN Wieringermeerbode. Wieringer Courant. De Polderbode. Zij per Courant.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Wieringer courant | 1939 | | pagina 1