30e JAARGANG
DINSDAG 5 DECEMBER 1939
No. 142
NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR
WIERINGEN EN
ALS HET GEWETEN
SPREEKT.
1
lJ
WIERINGER COURANT
VERSCHIJNT ELKEN
DINSDAG, DONDERDAG EN ZATERDAG
ABONNEMENTSPRIJS
per 3 maanden f 1.25.
uitgever:
CORN. J. BOSKER WIERINGEN.
BUREAU
Hippolytushoef Wielingen
Telefoon Intercomm. No. 19.
ADVERTENTIëN
Van 1 5 regels f0.50
Iedere regel meer f 0.10
SlNitRKLAAS - AVOND.
Van avond zal daar weer zijn liet
feesi van aen heiligen man uic Spanje
dat in normale tijaen ais het ware ae
mieiaing, en welk een inleiding, vormt
van de gezellige Decembermaand,
welke ons via de wijding en üe vreug
de der Kerstdagen èn van Silvester
brengt naar den mijlpaal van het nieu
we jaar. Maar ligt het aan ons, dat wij
ditmaal meer nog dan andere jaren
door een blik op den kalender en door
de étalages met speciale geschenken
werden verrast, omdat het alweer zoo
ver was en nog slechts weinige ©ogen
blikken ons scneidden van het heerlij
ke avondje Neen, de omstandighe
den zijn er helaas ditmaal niet naar
om ons lang tevoren en met onbe
zwaard gemoed over te geven aan de
gewichtige taken, welke St. Nicolaas
ons pleegt op te leggen, om vrij van
nevengedachten te genieten van een
voudige genoegens en feestelijke
vreugden aan onzen eigen haard of on
der vr. iden. De donkere dagen zijn
op koiL doch zij zijn ditmaal donker
der in tweeërlei zin en wie de wreede
dingen dezer tijden niet onberoerd la
ten, zullen hoop, vertrouwen en een
hoogere soort van blijmoedigheid noo-
dig hebben om toch nog licht te zien.
Luchthartigheid en uitbundigheid pas
sen slecht bij wat ons nu omringt.
Doch laat ons bedenken, dat ook zón
der deze de feestelijke en wijdingsvolle
dagen, welke ons wachten, nog genoeg
zuivere vreugde kunnen geven. En la
ten wij die vreugde ook niet uitban
nen, zoowel om ons zelf, wijl de menscb
geen kracht kan putten utt sombere
gedachten en vrees voor wat komen
kan, en óók om onze kinderen, die het
niet helpen kunnen, dat hun jeugd
viel in een zwarten tijd.
VAREN IN
KIELWATERLINIE.
Convooivaren eischt groote
oplettendheid en goed sturen.
Sinds verleden week heeft de sleepboot
Zwarte Zee van L. Smit ën Co.'s Internatio
nale Sleepdienst twee reizen naar de Downs
gemaakt en in dien tijd vier maal een con-
vooi Nederlandsche koopvaardijschepen veilig
door het gevaarlijke mijnengebied gebracht.
Met paravanes stoomden de sleepboot voor.
De schepen volgden in kielwaterlinie. Twee
maal leverde kapitein T. Vet een convooi in
de Downs af en twee maal bracht hij sche
pen veilig onder de Nederlandsche kust. Een
belangrijk werk wordt hiermede verricht, be
langrijk maar allerminst ongevaarlijk. En het
verft veel van het uithoudingsvermogen van
de opvarenden.
Kapitein Vet heeft een resumé gegeven
van deze week convooidienst, het systeem dat
hierbij wordt gevolgd en de ervaring welke
men ermee heeft opgedaan.
CONVOOI-TECHNIEK.
Interessante bijzonderheden vertelde kapi
tein Vet van de convooi-techniek. Het con
vooivaren is allesbehalve gemakkelijk. De op
stelling is altijd in kielwaterlinie, d.w.z. dat
de schepen achter elkaar in het kielzog van
de Zwarte Zee varen. De sleepboot gaat voor
op en heeft de paravanes uitstaan. Schepen
die minder dan 10 mijl per uur loopen, kun
nen aan het convooi niet deelnemen. De pa
ravanes hebben n.1. een snelheid van het
schip van minimum 9'A mijl noodig om doel
treffend te kunnen zijn. Een mindere snel
heid doet de paravanes minder spreiden, zoo
dat bij het knippen van een mijn het oor
logstuig te dicht bij het schip zou opduiken
en het achterschip zou kunnen raken. Hoe
grooter de snelheid, hoe doeltreffender het
vegen.
De Zwarte Zee veegt een pad van ongeveer
60 meter breedte, Blijven de achterkomende
schepen nauwkeurig sturen dan zijn zij
veilig. Nauwkeurig sturen en goed afstand
bewaren is een eerst vereischte. De onderlin
ge afstand moet steeds 600 meter van steven
tot steven bedragen. Vooral dit laatste is een
lastig werkje. De snelheid van 't convooi wordt
geregeld naar het langzaamste schip. Be
draagt de snelheid van dit schip b.v. 11 mijl
dan moeten de andere schepen ook deze
snelheid gaan stoomen. Met motorschepen
gaat dat vrij gemakkelijk, maar met stoom
schepen is het niet altijd even gemakkelijk
§en zeker aantal schroefomwentelingen per
minuut te bewerkstelligen.
Op de schepen kan de controle van den
afstand geschieden door middel van een
sextant.
Weet men de hoogte van den mast van den
voorganger, dan weet men, dat voor een af
stand van 600 meter de hoek gevormd tus-
schen masttop, oog en zeeoppervlakte bij het
voorgaande schip een zeker aantal graden
zal zijn. Verandert deze hoek, dan is de on
derlinge afstand niet meer juist.
GOEDE SEINGEVING.
Ons werk is niet alleen het mijnenvegen
op de route, aldus kapitein Vet, maar ook
het waarschuwen voor drijvende mijnen, die
wij, als voorvaarder, natuurlijk het eerst
waarnemen.
Het knippen van een mijn of het waarne
men van een mijn wordt direct aangegeven
met de stoomfluit. Een lange en twee korte
stooten wil zeggen, dat wij aan bakboord een
'mijn hebben gezien en dat de achterkomende
schepen naar stuurboord moeten uitwijken.
Een lange stoot en een korte beteekent het
zelfde, maar dan voor stuurboord, zoodat de
schepen dan bakboord moeten uitwijken.
Draadloos geven wij deze waarschuwing dan
nog aan het achterste schip, omdat dit moei
lijker onze seinen kan hooren.
Twee man hebben wij geregeld op uitkijk
naar mijnen. Zoowel aan stuurboord als aan
bakboord staan zij met witte vlaggen klaar
om voor drijvende mijnen te waarschuwen.
De oudste, kapitein van het convooi is de
commandant.
Het hijschen van een zwarte bal aan onze
voorra beteekent „Volle kracht vooruit." Dit
sein wordt naar de achterkomende schepen
doorgegeven.
Hebt u nog mijnen geknipt of gezien
Geknipt voor zoover wij hebben kunnen
constateeren niet. Gezien wel. Gistermiddag
nog één, die op 25 meter afstand passeerde.
Wij konden de schepen tijdig waarschuwen.
Wij ontwijken een mijn gemakkelijker dan de
veel grootere schepen. Tijdig waarschuwen is
voor hen dus van groot belang.
Overigens hebben we deze week geen drij
vende mijnen gezien. Twee weken geleden
met de Seine kwam ik er tusschen Duinker
ken en Thorntonbank niet minder dan twaalf
tegen.
Het convooivaren is inspannend, besloot
kapitein Vet zijn verhaal. Veel uit de kleeren
kom je niet.
CONVOOISTELSEL VOOR
NEDERLANDSCHE SCHEPEN
ONMOGELIJK
In de- Standaard betoogt dr. Colijtt,
dat een convooistelsel voor Nederland
sclie koopvaardijschepen niet moge
lijk is.
Gisteren is het Engelsche Koninklijk
Besluit in werking getreden, waarhij
ook rontrole op de.ii Duitschen export
via neutrale havens zal worden toege
past. Als een middel om het groote on
gerief, dat uit deze Engelsche maatre
gel voor de Nederlandsche scheep
vaart voortvloeit, te ontwijken, is het
z.g. convooistelsel aanbevolen. Men
zou dan o.nze handelschepen willen
doen uitvaren onder geleide van een
oorlogsschip. Dat oorlogsschip zou
dan eventueel moeten verhinderen,
dat onze handelsschepen door de Engel
schen worden aangehouden en onder
zocht. Onze oorlogsvaartuigen zouden
aldus aan de handelsmarine een vrije
vaart moeten verzekeren.
We waarschuwen tegen het onderne
men van zoodanige plannen. De uitvoe
ring van zulk een denkbeeld, levert,
gelijk in 1918 gebleken is, direct oor
logsgevaar op. Maar het heele plan is
ook practisch volstrekt onuitvoerbaar
Frankrijk en Engeland beheerschen
de wereld-oceane.il en onze vlag ver
toont zich op al die zeeën. Gesteld nu
eens een oogenblik, dat eenige han
delsvaartuigen uit de Nederlandsche
havens vertrekken, geconvoieerd door
een Nederlandsch oorlogsschip ge
steld verder, dat rond de Engelsche
kusten deze schepen, vanwege het ge
leide, niet gemolesteerd zouden wor
den, wat dan verder
Een deel der handelsschepen is be
stemd voor Amerikaansche havens, 'n
ander deel stoomt naar Azië, wat
moet het begeleidend oorlogsschip nu
doen Het kan maar één richting uit
en moet dus een deel va.n de gecon-
voieerde vloot aan zichzelf overlaten.
Meent men dan, dat dit deel verder on
gestoord zijn weg vervolgen kan En
zegt men dan moet er voor elke af
zonderlijke bestemming een oorlogs
schip mee, dat de heele reis heen en
terug met de handelsschepen mee
maakt, dan rijst de wedervraag: waar
moet dat groote aantal oorlogsvaartui
gen vandaan komen Wij hebben ze
niet. E.n zelfs een vloot als de Engel
sche zou die taak niet kunnen volbren
gen, indien een ander land de wereld
zeeën overheerschte.
Men heeft hier, zoo op het eerste ge
hoor, te doen met een aantrekkelijke
gedachte, doch tevens een, die, om
practische redenen, volstrekt onuit
voerbaar is en bovendien, naar men
met zekerheid kan aannemen, óf voor
onze Marine tot blamage leidt, óf ons
in den oorlog betrekt.
De betere weg is, zoo mogelijk in sa
menwerking met andere neutralen, te
blijven pleite.ii voor ons goede recht en
gedaan zien te krijgen, dat de over
last tot de geringst mogelijke afmetin
gen wordt teruggebracht.
Wie geen hand heeft, kan nu een
maal geen vuist maken.
BINNENLANDSCH NIEUWS.
FEUILLETON.
Historische roman
46.)
Wij willen hier in geene vermoedens treden,
op wiens geweten de gruwelijke moord der
onschuldige broeders zwaar druktdoch
waar is het, dat, indien Willem in zich
krachtdadiger van de hem verleende macht
bediend had, het nooit met de beide broe
ders zoo verre gekomen zou zijn. Het gedrag
van den Prins van Oranje ten opzichte van de
gebroeders De Witt is geenszins van flauw
heid, om geen ander woord te bezigen, vrij
te pleiten in plaats van als verdediger op
te treden voor mannen, waaraan hij zooveel
verplichting had, vergenoegde hij zich daar,
waar hij gedwongen werd zijn gevoelen over
de De Witten te uiten, hen op een flauwe wij
ze voor onschuldig te* verklaren. De waarheid
dezer bewering zou duidelijk bewezen kunnen
worden uit het antwoord van den Prins op
den brief van Johan De Witt, waarin deze
zich verdedigt tegen hetgeen hem in het
reeds vroeger genoemde werkje „Waarschou
wing, enz." werd ten laste gelegd, welk ant
woord gedrukt openbaar gemaakt werd,
maar dat, omdat, zooals Wagenaar te recht
aanmerkt, gemeld antwoord zoo flauw sprak,
De Witt meer kwaad dan goed deed, ten an
dere uit 's Prinsen gedrag te Dordrecht, den
29sten Juli 1672 en ten laatste, om niet al
VEEL WILD VERDRONKEN
Het IJsselwater, dat in den nacht op
Zaterdag nog 4 cm. steeg, bereikte Zo.n
dagmorgen hij Doesburg een stand
van 10 M. plus N.A.P., weliswaar het
record van 1926 (10.57 m plus N.A.P.)
nog niet brekende, maar waardoor het
toch noodig werd, op de tientallen
boerderijen, gelegen midden io de uitge
strekte watervlakte tusschen Wester
voort, Doesburg en Zutfen, nieuwe
voorzorgsmaatregelen te nemen, ter
beveiliging van vee, have en goed.
Van Doesburg ziet men in de rich
ting Westervoort, Steenderen en Zut
fen één groote watervlakte, waarbo
ven als eilandjes de hooggelegen boer
derijen uitkomen, terwijl troosteloos de
koppen van vrucht- en wilgeboomen
zich in het water weerspiegelen. Het
water heeft de vruchtbare wei- en
bouwlanden voor de zooveelste maal
heroverd. Zoo drijft aan den smallen
dijk, welke de verbinding tusschen
Doesburg en Dieren nog mogelijk
maakt, veel los hout aan. Op enkele
plaatsen staat het water slechts eenige
centimeters beneden dezen dijk, en
de krachtige wind maakt golven, die
het water op het wegoppervlak doen
spatten.
In de afgeloopen dagen zijn talloozc
hazen en konijnen door het water ver
rast, en verdronken.
Slechts een klein gedeelte van het
wild schuilt nog bijeen hij de hoogge
legen hofsteden, waar men het van
voedsel voorziet, opdat niet de geheele
wildstand door het water zal omko-
VOOR ZAKEN OF FAMILIEBEZOEK
NAAR AMSTERDAM?
WACO AUTOBUSDIENST is dan Uw aange-
wezen vervoermiddel.
RETOUR WIERINGEN - AMSTERDAM
14 DAGEN GELDIG fl. 2.50.
te veel te noemen, uit hetgeen Willem in den
afgevaardigde der Staten van Holland, den
Heer van Maasdam, ten antwoord gaf, toen
deze na den moord der gebroeders De Witt,
vroeg, welke middelen men tegen de moorde
naars in het werk moest stellen en uit den
raad, dien hij gaf, om de moordenaars on
gestraft te laten, terwijl het pensioen, dat
Tigchelaar jaarlijks van den Prins ontving en
dat hem nog na de verheffing van den Prins
tot Koning van Groot-Brittannië geregeld
werd uitbetaald, mede blijk geeft, hoe gunstig
de Prins dacht over een man, die zulk een
groot deel aan den moord der beide broeders
had gehad, die het nageslacht te recht als
martelaren der vrijheid, als slachtoffers van
hun Vaderland beschouwt.
Nadat het opgehitste gemeen zijn bloeddorst
had gestild nadat de beide edele broeders
schandelijk en laaghartig vermoord waren, en
Tigchelaar zijn ellendig doel bereikt had,
stroomden eenigen der heethoofdigsten naar
de woning van den ongelukkigen Johan, om
daar verder hun moordlust bot te vieren.
Frans Tigchelaar, die van dit bloedig tooneel
getuige geweest was, hoorde niet zoodra het
voornemen van den woesten hoop, of hij
snelde naar het huis van den martelaar voor
Vaderland en vrijheid.
De mare van hetgeen er op het Groene
Zootje (de plaats, waar de gebroeders Dt
Witt waren vermoord geworden) voorgevallen
was, had de woning, werwaarts Frans Tig
chelaar zich begaf, reeds in diepen rouw ge
dompeld.
De vader van het ongelukkig broederpaar
had de vlucht genomen, terwijl zijne kinde
ren eene veilige schuilplaats bij de Doopsge
zinde zusters Koster op de Lange Gracht
vonden.
Toen Frans de woning van den gewezen
Raad-pensionaris bereikte, vond hij zijne Ida
in tranen wegsmeltende.
„Bij den hemel, Ida f verwijder u van de
ze noodlottige plaats," riep Frans, „elk oo
genblik, dat ge hier langer vertoeft, kan
noodlottig, ja doodelijk voor u zijn."
„Waarheen zal ik dan vluchten riep het
verschrikte meisje uit.
„Kom met mij, Ida ik zal u naar Valken-
stein geleidèn spoedig, de oogenblikken zijn
kostbaar. Volg mij
Reeds hoorde men in de verte de kreten van
het naderend grauw, en voorzeker zou de wo
ning van Johan De Witt door het gespuis ge
plunderd zijn, indien Verhoeff dit niet had
belet.
„Hoor, de tijgers hebben bloed gedronken en
zijn nog niet verzadigd," riep Frans Tigche
laar, terwijl hij met Ida de woning verliet.
Eenige oogenblikken later had Ida een
paard bestegen en reed in een gestrekten
draf, aan de zijde van Frans Tigchelaar, naar
Valkenstein.
XXII.
Met wankelende schreden stapte Baron Lo-
dewijk door zijn slaapvertrek.
„Hij heeft woord gehouden," zeide hij, aan
dachtig een poedertje bekijkende, dat hij in
de hand hield. „Hij heeft woord gehouden.
Zonderling! zoo weinig is in staat om het
leven van een mensch te vernietigen. God
groote Godriep hij uit, zich woest voor
het voorhoofd slaande, „waartoe heeft de
eerste misstap mij gebracht Stil Ik hoor
haar komen. Neen het is de wind, die door
hel geboomte ruischt. Verschrikkelijk denk
beeld Zij, die tot mij spreken zal, die thans
nog in het bezit van kracht en gezondheid is,
zal weldra niet anders dan een lijk zijn, zal
SLOEP VAN DE BOLIVAR
IN HET MARSDIEP
Zaterdagmorgen zag de kustwacht te
Den Helder een sloep in het Marsdiep
drijven. De sleepboot Hector werd op
onderzoek uitgezonden e>n bracht om
12 uur een sloep binnen, waarop de
naam Simon Bolivar geschilderd was.
Van de witte kleur van de sloep was
door een dikke olielaag zoo goed als
niets meer te zien. Twee weken heeft
de boot dus rondgedreven om ten
slotte toch nog in het vaderland terug
te keeren.helaas zonder inzittenden
DOOR KORTSLUITING GEWOND
TE GRONINGEN.
Zaterdagmorgen te kwart voor elf
waren drie werklieden van het Gem.
Electrisch Bedrijf bezig met de verbin
ding van 'n nieuwen meter aan de
schakelkast, waarbij de stroom niet
ko.n worden uitgeschakeld. Er ont
stond kortsluiting, met het gevolg
dat een 48-jarige werkman ernstig aan
gezicht en handen en een 33-jarige
I man ernstig aan het gelaat werden ge
wond. De derde, een 43-jarige schakel-
'bordwaehter, werd licht gewond. Zij
'zij.n allen per ziekenauto naar het Aca
demisch Ziekenhuis vervoerd, waai
de laatste patiënt, na te zijn verbon
den, huiswaarts kon keeren. De heide
andere patiënten zijn in het Zieken
huis gebleven.
MOBLISATIE KOST f 1.700.000
PER DAG.
In zijn Mem. van Antwoord aan de
Tweede Kamer over het buitengewone
Defensiecrediet van f 100.000.000, zegt
de Minister van Defensie, dat de kos
ten van de mobiltsatie voor zoover be
treft de regelmatig terugkeerende uit
gaven globaal kunnen wordeai ge
schat op f 1.700.000 per dag.
EEN DORP GE-ISOLEERD
Het dorp Bergen aan de Maas (L.)
is sinds een paar dagen door het.
Maaswater ingesloten en ge-isoleerd.
Met behulp van een door het gemeente
bestuur in het leven geroepen boot-
dienst, wordt de communicatie onder
houden tusschen de thans op het ei
landje staande R.K. Kerk en Raadhuis
en het overige deel van de gemeente.
Ook te Heijen, in het Noorde.ii van de
uitgestrekte gemeente, heeft het wa
ter groote stukken land overstroomd.
Alle weilanden staan blank en wekken
bij de bewoners van dezen Noordelij
ken hoek van Limburg, herinneringen
op aan de rampspoeden van '20 en 1926
De stand van de Maas is op het oogen
blik zoo hoog, dat het .water den beton
nen ringmuur om het stadje Gennep
heeft bereikt.
VERHOOGING VAN DE
CRISIS-SUIKERHEFFING
Suiker 1 cent per pond duurder
De Minister va.n Economische Zaken
heeft besloten, de crisisheffing op sui
ker met ingang van 4 Dec. 1939 te ver-
hoogen met 10 pCt. van de lioofdssom
van den ingevolge de Suikerwet 1924
geheven accijns op suiker. Dit zal tot
gevolg hebben, dat de suikerprijs met
1 cent per pond zal worden verhoogd.
Deze maatregel is genomen ter bestrij
ding van de kosten, verbonden aan de
distributie, welke, naar hekend is, be
halve uit algemeene onkosten, be
staan in de vergoeding aan de ge
meentebesturen van 85 pCt. van de
werkelijk gemaakte distributiekosten.
Het ligt in het voornemen, ook bij
verdere distributie de kosten op te
distribueeren artikelen te verhalen.
Het spreekt evenwel vanzelf, dat
deze lager kunnen zijn, daar dan van
een reeds bestaand distributie-appa
raat gebruik kan worden gemaakt.
MIJN DOBBERDE TEXELS
HAVEN BINNEN
Om zes uur kwam Zaterdagmorgen
te Oude Schild een mijn dicht bij de
haven op den dijk af. Onmiddellijk wer
den alle toegangswegen tot het water
afgesloten. De wind streek langs den
dijk, maar de zee was ruw. De kans op
een ontploffing was groot.
binnen slechts weinige uren zielloos neder-
liggen. Neen nu bedrieg ik mij niet, ik hoor
gerucht op de trap. Het is Lena," en met deze
woorden wierp hij het vergif in een zilveren
beker, die benevens een anderen en eene
schenkkan van hetzelfde metaal op de tafel
stond.
Er werd aan de kleine verborgen deur ge
klopt, de Baron spoedde zich om deze open
te doen.
„Ha, Lena riep hij, „ge hebt op uw tijd
gepasttreed binnen, de weg zal u gewis
vermoeid hebben."
„Ja, de weg is mij lang gevallen, Baron
Dat gaat zoo, als men oud begin te worden,"
en Lena zette zich zonder verdere plichtple
gingen op een stoel neder.
„Ik wilde u over hem spreken," begon zij
eindelijk, terwijl de Baron gedachteloos voor
zich heen staarde.
„Ja, over hem, hij moet geholpen worden
maar komaan, Lena een glas wijn kan u
niet ongevallig wezen, het zal u versterken."
„Welnu, ja, Baron als men vermoeid is,
smaakt de wijn altijd goed," zeide Lena, „en
na een teug spreekt men altijd beter dan
vóór dezen."
Met bevende handen schonk de Baron de
bekers vol, en gaf dien, waarin het vergif
zich bevond, aan Lena.
„Ik wilde dan over hem spreken," begon
Lena, „hij bemint Ida," en terwijl zij dit
zeide, stiet zij, als bij toeval, een boek van
de tafel af, waarin de Baron vóór hare komst
gelezen had.
Terwijl deze bukte om het gevallene op te
rapen, verwisselde zij met de snelheid des
bliksems de bekers en vervolgde toen, als
ware er niets voorgevallen, haar gesprek
„Hij bemint Jongvrouw Ida, en ge weet,
dat hij harer waardig is."
„Ik ben volkomen van uw gevoelen," zei de
Baron, „en ik beloof u, dat Ida de zijne zal
zijn Op hunne gelukkige echtverbintenis
en hij nam zijn beker en dronk eene goede
teug, welk voorbeeld door Lena gevolgd werd.
„Ik verheug mij, Baron dat wij niet van
gevoelen verschillen," zeide Lena. „Inderdaad,
uw wijn is smakelijk, recht smakelijkmij
dunkt, er is een buitengewone geur aan."
„Die wijn is oud, ouder dan gij zijt, en dan
ik ben," zeide Baron Lodewijk, „maar kom
aan, Lena ledig uw beker dan, als de wijn
u zoo goed smaakt."
„Van harte gaarne," hernam de waardin
uit Het Brandewijnvat. „Op uwe gezondheid,
Baron en beiden ledigden hunne bekers.
„Zij is verloren mompelde de Baron,
teen hij zag, dat Lena haar beker geledigd
had. „Dat zij zich nu verwijdere een uur na
het gebruik zou het vergif zijne werking
doen het wordt nu tijd, dat zij heengaat,"
en zich daarop weder tot Lena wendende, ging
hij met verheffing van stem voort„Ida zal
de zijne worden, hiervan kunt ge verzekerd
zijn. Nog hedenavond zal hij weten, dat er
niets is, dat hem weerhoudt, Ida de zijne te
noemen thans zijt ge voldaan, en mocht het
zijn, dat ik onwaarheid sprak, dan geeft ik u
vrijheid, Lena morgen ons geheim bekend
te maken. Thans heb ik bezigheden. Vaarwel,
Lena tot wederziens
(Wordt vervolgd.)
IN VIER BLADEN ADVERTEEREN VOOR
EENMAAL BETALEN
Wieringermeerbode.
Wieringer Courant.
De Polderbode.
Zij per Courant.