30e JAARGANG DINSDAG 5 DECEMBER 1939 No. 142 NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR WIERINGEN EN ALS HET GEWETEN SPREEKT. 1 lJ WIERINGER COURANT VERSCHIJNT ELKEN DINSDAG, DONDERDAG EN ZATERDAG ABONNEMENTSPRIJS per 3 maanden f 1.25. uitgever: CORN. J. BOSKER WIERINGEN. BUREAU Hippolytushoef Wielingen Telefoon Intercomm. No. 19. ADVERTENTIëN Van 1 5 regels f0.50 Iedere regel meer f 0.10 SlNitRKLAAS - AVOND. Van avond zal daar weer zijn liet feesi van aen heiligen man uic Spanje dat in normale tijaen ais het ware ae mieiaing, en welk een inleiding, vormt van de gezellige Decembermaand, welke ons via de wijding en üe vreug de der Kerstdagen èn van Silvester brengt naar den mijlpaal van het nieu we jaar. Maar ligt het aan ons, dat wij ditmaal meer nog dan andere jaren door een blik op den kalender en door de étalages met speciale geschenken werden verrast, omdat het alweer zoo ver was en nog slechts weinige ©ogen blikken ons scneidden van het heerlij ke avondje Neen, de omstandighe den zijn er helaas ditmaal niet naar om ons lang tevoren en met onbe zwaard gemoed over te geven aan de gewichtige taken, welke St. Nicolaas ons pleegt op te leggen, om vrij van nevengedachten te genieten van een voudige genoegens en feestelijke vreugden aan onzen eigen haard of on der vr. iden. De donkere dagen zijn op koiL doch zij zijn ditmaal donker der in tweeërlei zin en wie de wreede dingen dezer tijden niet onberoerd la ten, zullen hoop, vertrouwen en een hoogere soort van blijmoedigheid noo- dig hebben om toch nog licht te zien. Luchthartigheid en uitbundigheid pas sen slecht bij wat ons nu omringt. Doch laat ons bedenken, dat ook zón der deze de feestelijke en wijdingsvolle dagen, welke ons wachten, nog genoeg zuivere vreugde kunnen geven. En la ten wij die vreugde ook niet uitban nen, zoowel om ons zelf, wijl de menscb geen kracht kan putten utt sombere gedachten en vrees voor wat komen kan, en óók om onze kinderen, die het niet helpen kunnen, dat hun jeugd viel in een zwarten tijd. VAREN IN KIELWATERLINIE. Convooivaren eischt groote oplettendheid en goed sturen. Sinds verleden week heeft de sleepboot Zwarte Zee van L. Smit ën Co.'s Internatio nale Sleepdienst twee reizen naar de Downs gemaakt en in dien tijd vier maal een con- vooi Nederlandsche koopvaardijschepen veilig door het gevaarlijke mijnengebied gebracht. Met paravanes stoomden de sleepboot voor. De schepen volgden in kielwaterlinie. Twee maal leverde kapitein T. Vet een convooi in de Downs af en twee maal bracht hij sche pen veilig onder de Nederlandsche kust. Een belangrijk werk wordt hiermede verricht, be langrijk maar allerminst ongevaarlijk. En het verft veel van het uithoudingsvermogen van de opvarenden. Kapitein Vet heeft een resumé gegeven van deze week convooidienst, het systeem dat hierbij wordt gevolgd en de ervaring welke men ermee heeft opgedaan. CONVOOI-TECHNIEK. Interessante bijzonderheden vertelde kapi tein Vet van de convooi-techniek. Het con vooivaren is allesbehalve gemakkelijk. De op stelling is altijd in kielwaterlinie, d.w.z. dat de schepen achter elkaar in het kielzog van de Zwarte Zee varen. De sleepboot gaat voor op en heeft de paravanes uitstaan. Schepen die minder dan 10 mijl per uur loopen, kun nen aan het convooi niet deelnemen. De pa ravanes hebben n.1. een snelheid van het schip van minimum 9'A mijl noodig om doel treffend te kunnen zijn. Een mindere snel heid doet de paravanes minder spreiden, zoo dat bij het knippen van een mijn het oor logstuig te dicht bij het schip zou opduiken en het achterschip zou kunnen raken. Hoe grooter de snelheid, hoe doeltreffender het vegen. De Zwarte Zee veegt een pad van ongeveer 60 meter breedte, Blijven de achterkomende schepen nauwkeurig sturen dan zijn zij veilig. Nauwkeurig sturen en goed afstand bewaren is een eerst vereischte. De onderlin ge afstand moet steeds 600 meter van steven tot steven bedragen. Vooral dit laatste is een lastig werkje. De snelheid van 't convooi wordt geregeld naar het langzaamste schip. Be draagt de snelheid van dit schip b.v. 11 mijl dan moeten de andere schepen ook deze snelheid gaan stoomen. Met motorschepen gaat dat vrij gemakkelijk, maar met stoom schepen is het niet altijd even gemakkelijk §en zeker aantal schroefomwentelingen per minuut te bewerkstelligen. Op de schepen kan de controle van den afstand geschieden door middel van een sextant. Weet men de hoogte van den mast van den voorganger, dan weet men, dat voor een af stand van 600 meter de hoek gevormd tus- schen masttop, oog en zeeoppervlakte bij het voorgaande schip een zeker aantal graden zal zijn. Verandert deze hoek, dan is de on derlinge afstand niet meer juist. GOEDE SEINGEVING. Ons werk is niet alleen het mijnenvegen op de route, aldus kapitein Vet, maar ook het waarschuwen voor drijvende mijnen, die wij, als voorvaarder, natuurlijk het eerst waarnemen. Het knippen van een mijn of het waarne men van een mijn wordt direct aangegeven met de stoomfluit. Een lange en twee korte stooten wil zeggen, dat wij aan bakboord een 'mijn hebben gezien en dat de achterkomende schepen naar stuurboord moeten uitwijken. Een lange stoot en een korte beteekent het zelfde, maar dan voor stuurboord, zoodat de schepen dan bakboord moeten uitwijken. Draadloos geven wij deze waarschuwing dan nog aan het achterste schip, omdat dit moei lijker onze seinen kan hooren. Twee man hebben wij geregeld op uitkijk naar mijnen. Zoowel aan stuurboord als aan bakboord staan zij met witte vlaggen klaar om voor drijvende mijnen te waarschuwen. De oudste, kapitein van het convooi is de commandant. Het hijschen van een zwarte bal aan onze voorra beteekent „Volle kracht vooruit." Dit sein wordt naar de achterkomende schepen doorgegeven. Hebt u nog mijnen geknipt of gezien Geknipt voor zoover wij hebben kunnen constateeren niet. Gezien wel. Gistermiddag nog één, die op 25 meter afstand passeerde. Wij konden de schepen tijdig waarschuwen. Wij ontwijken een mijn gemakkelijker dan de veel grootere schepen. Tijdig waarschuwen is voor hen dus van groot belang. Overigens hebben we deze week geen drij vende mijnen gezien. Twee weken geleden met de Seine kwam ik er tusschen Duinker ken en Thorntonbank niet minder dan twaalf tegen. Het convooivaren is inspannend, besloot kapitein Vet zijn verhaal. Veel uit de kleeren kom je niet. CONVOOISTELSEL VOOR NEDERLANDSCHE SCHEPEN ONMOGELIJK In de- Standaard betoogt dr. Colijtt, dat een convooistelsel voor Nederland sclie koopvaardijschepen niet moge lijk is. Gisteren is het Engelsche Koninklijk Besluit in werking getreden, waarhij ook rontrole op de.ii Duitschen export via neutrale havens zal worden toege past. Als een middel om het groote on gerief, dat uit deze Engelsche maatre gel voor de Nederlandsche scheep vaart voortvloeit, te ontwijken, is het z.g. convooistelsel aanbevolen. Men zou dan o.nze handelschepen willen doen uitvaren onder geleide van een oorlogsschip. Dat oorlogsschip zou dan eventueel moeten verhinderen, dat onze handelsschepen door de Engel schen worden aangehouden en onder zocht. Onze oorlogsvaartuigen zouden aldus aan de handelsmarine een vrije vaart moeten verzekeren. We waarschuwen tegen het onderne men van zoodanige plannen. De uitvoe ring van zulk een denkbeeld, levert, gelijk in 1918 gebleken is, direct oor logsgevaar op. Maar het heele plan is ook practisch volstrekt onuitvoerbaar Frankrijk en Engeland beheerschen de wereld-oceane.il en onze vlag ver toont zich op al die zeeën. Gesteld nu eens een oogenblik, dat eenige han delsvaartuigen uit de Nederlandsche havens vertrekken, geconvoieerd door een Nederlandsch oorlogsschip ge steld verder, dat rond de Engelsche kusten deze schepen, vanwege het ge leide, niet gemolesteerd zouden wor den, wat dan verder Een deel der handelsschepen is be stemd voor Amerikaansche havens, 'n ander deel stoomt naar Azië, wat moet het begeleidend oorlogsschip nu doen Het kan maar één richting uit en moet dus een deel va.n de gecon- voieerde vloot aan zichzelf overlaten. Meent men dan, dat dit deel verder on gestoord zijn weg vervolgen kan En zegt men dan moet er voor elke af zonderlijke bestemming een oorlogs schip mee, dat de heele reis heen en terug met de handelsschepen mee maakt, dan rijst de wedervraag: waar moet dat groote aantal oorlogsvaartui gen vandaan komen Wij hebben ze niet. E.n zelfs een vloot als de Engel sche zou die taak niet kunnen volbren gen, indien een ander land de wereld zeeën overheerschte. Men heeft hier, zoo op het eerste ge hoor, te doen met een aantrekkelijke gedachte, doch tevens een, die, om practische redenen, volstrekt onuit voerbaar is en bovendien, naar men met zekerheid kan aannemen, óf voor onze Marine tot blamage leidt, óf ons in den oorlog betrekt. De betere weg is, zoo mogelijk in sa menwerking met andere neutralen, te blijven pleite.ii voor ons goede recht en gedaan zien te krijgen, dat de over last tot de geringst mogelijke afmetin gen wordt teruggebracht. Wie geen hand heeft, kan nu een maal geen vuist maken. BINNENLANDSCH NIEUWS. FEUILLETON. Historische roman 46.) Wij willen hier in geene vermoedens treden, op wiens geweten de gruwelijke moord der onschuldige broeders zwaar druktdoch waar is het, dat, indien Willem in zich krachtdadiger van de hem verleende macht bediend had, het nooit met de beide broe ders zoo verre gekomen zou zijn. Het gedrag van den Prins van Oranje ten opzichte van de gebroeders De Witt is geenszins van flauw heid, om geen ander woord te bezigen, vrij te pleiten in plaats van als verdediger op te treden voor mannen, waaraan hij zooveel verplichting had, vergenoegde hij zich daar, waar hij gedwongen werd zijn gevoelen over de De Witten te uiten, hen op een flauwe wij ze voor onschuldig te* verklaren. De waarheid dezer bewering zou duidelijk bewezen kunnen worden uit het antwoord van den Prins op den brief van Johan De Witt, waarin deze zich verdedigt tegen hetgeen hem in het reeds vroeger genoemde werkje „Waarschou wing, enz." werd ten laste gelegd, welk ant woord gedrukt openbaar gemaakt werd, maar dat, omdat, zooals Wagenaar te recht aanmerkt, gemeld antwoord zoo flauw sprak, De Witt meer kwaad dan goed deed, ten an dere uit 's Prinsen gedrag te Dordrecht, den 29sten Juli 1672 en ten laatste, om niet al VEEL WILD VERDRONKEN Het IJsselwater, dat in den nacht op Zaterdag nog 4 cm. steeg, bereikte Zo.n dagmorgen hij Doesburg een stand van 10 M. plus N.A.P., weliswaar het record van 1926 (10.57 m plus N.A.P.) nog niet brekende, maar waardoor het toch noodig werd, op de tientallen boerderijen, gelegen midden io de uitge strekte watervlakte tusschen Wester voort, Doesburg en Zutfen, nieuwe voorzorgsmaatregelen te nemen, ter beveiliging van vee, have en goed. Van Doesburg ziet men in de rich ting Westervoort, Steenderen en Zut fen één groote watervlakte, waarbo ven als eilandjes de hooggelegen boer derijen uitkomen, terwijl troosteloos de koppen van vrucht- en wilgeboomen zich in het water weerspiegelen. Het water heeft de vruchtbare wei- en bouwlanden voor de zooveelste maal heroverd. Zoo drijft aan den smallen dijk, welke de verbinding tusschen Doesburg en Dieren nog mogelijk maakt, veel los hout aan. Op enkele plaatsen staat het water slechts eenige centimeters beneden dezen dijk, en de krachtige wind maakt golven, die het water op het wegoppervlak doen spatten. In de afgeloopen dagen zijn talloozc hazen en konijnen door het water ver rast, en verdronken. Slechts een klein gedeelte van het wild schuilt nog bijeen hij de hoogge legen hofsteden, waar men het van voedsel voorziet, opdat niet de geheele wildstand door het water zal omko- VOOR ZAKEN OF FAMILIEBEZOEK NAAR AMSTERDAM? WACO AUTOBUSDIENST is dan Uw aange- wezen vervoermiddel. RETOUR WIERINGEN - AMSTERDAM 14 DAGEN GELDIG fl. 2.50. te veel te noemen, uit hetgeen Willem in den afgevaardigde der Staten van Holland, den Heer van Maasdam, ten antwoord gaf, toen deze na den moord der gebroeders De Witt, vroeg, welke middelen men tegen de moorde naars in het werk moest stellen en uit den raad, dien hij gaf, om de moordenaars on gestraft te laten, terwijl het pensioen, dat Tigchelaar jaarlijks van den Prins ontving en dat hem nog na de verheffing van den Prins tot Koning van Groot-Brittannië geregeld werd uitbetaald, mede blijk geeft, hoe gunstig de Prins dacht over een man, die zulk een groot deel aan den moord der beide broeders had gehad, die het nageslacht te recht als martelaren der vrijheid, als slachtoffers van hun Vaderland beschouwt. Nadat het opgehitste gemeen zijn bloeddorst had gestild nadat de beide edele broeders schandelijk en laaghartig vermoord waren, en Tigchelaar zijn ellendig doel bereikt had, stroomden eenigen der heethoofdigsten naar de woning van den ongelukkigen Johan, om daar verder hun moordlust bot te vieren. Frans Tigchelaar, die van dit bloedig tooneel getuige geweest was, hoorde niet zoodra het voornemen van den woesten hoop, of hij snelde naar het huis van den martelaar voor Vaderland en vrijheid. De mare van hetgeen er op het Groene Zootje (de plaats, waar de gebroeders Dt Witt waren vermoord geworden) voorgevallen was, had de woning, werwaarts Frans Tig chelaar zich begaf, reeds in diepen rouw ge dompeld. De vader van het ongelukkig broederpaar had de vlucht genomen, terwijl zijne kinde ren eene veilige schuilplaats bij de Doopsge zinde zusters Koster op de Lange Gracht vonden. Toen Frans de woning van den gewezen Raad-pensionaris bereikte, vond hij zijne Ida in tranen wegsmeltende. „Bij den hemel, Ida f verwijder u van de ze noodlottige plaats," riep Frans, „elk oo genblik, dat ge hier langer vertoeft, kan noodlottig, ja doodelijk voor u zijn." „Waarheen zal ik dan vluchten riep het verschrikte meisje uit. „Kom met mij, Ida ik zal u naar Valken- stein geleidèn spoedig, de oogenblikken zijn kostbaar. Volg mij Reeds hoorde men in de verte de kreten van het naderend grauw, en voorzeker zou de wo ning van Johan De Witt door het gespuis ge plunderd zijn, indien Verhoeff dit niet had belet. „Hoor, de tijgers hebben bloed gedronken en zijn nog niet verzadigd," riep Frans Tigche laar, terwijl hij met Ida de woning verliet. Eenige oogenblikken later had Ida een paard bestegen en reed in een gestrekten draf, aan de zijde van Frans Tigchelaar, naar Valkenstein. XXII. Met wankelende schreden stapte Baron Lo- dewijk door zijn slaapvertrek. „Hij heeft woord gehouden," zeide hij, aan dachtig een poedertje bekijkende, dat hij in de hand hield. „Hij heeft woord gehouden. Zonderling! zoo weinig is in staat om het leven van een mensch te vernietigen. God groote Godriep hij uit, zich woest voor het voorhoofd slaande, „waartoe heeft de eerste misstap mij gebracht Stil Ik hoor haar komen. Neen het is de wind, die door hel geboomte ruischt. Verschrikkelijk denk beeld Zij, die tot mij spreken zal, die thans nog in het bezit van kracht en gezondheid is, zal weldra niet anders dan een lijk zijn, zal SLOEP VAN DE BOLIVAR IN HET MARSDIEP Zaterdagmorgen zag de kustwacht te Den Helder een sloep in het Marsdiep drijven. De sleepboot Hector werd op onderzoek uitgezonden e>n bracht om 12 uur een sloep binnen, waarop de naam Simon Bolivar geschilderd was. Van de witte kleur van de sloep was door een dikke olielaag zoo goed als niets meer te zien. Twee weken heeft de boot dus rondgedreven om ten slotte toch nog in het vaderland terug te keeren.helaas zonder inzittenden DOOR KORTSLUITING GEWOND TE GRONINGEN. Zaterdagmorgen te kwart voor elf waren drie werklieden van het Gem. Electrisch Bedrijf bezig met de verbin ding van 'n nieuwen meter aan de schakelkast, waarbij de stroom niet ko.n worden uitgeschakeld. Er ont stond kortsluiting, met het gevolg dat een 48-jarige werkman ernstig aan gezicht en handen en een 33-jarige I man ernstig aan het gelaat werden ge wond. De derde, een 43-jarige schakel- 'bordwaehter, werd licht gewond. Zij 'zij.n allen per ziekenauto naar het Aca demisch Ziekenhuis vervoerd, waai de laatste patiënt, na te zijn verbon den, huiswaarts kon keeren. De heide andere patiënten zijn in het Zieken huis gebleven. MOBLISATIE KOST f 1.700.000 PER DAG. In zijn Mem. van Antwoord aan de Tweede Kamer over het buitengewone Defensiecrediet van f 100.000.000, zegt de Minister van Defensie, dat de kos ten van de mobiltsatie voor zoover be treft de regelmatig terugkeerende uit gaven globaal kunnen wordeai ge schat op f 1.700.000 per dag. EEN DORP GE-ISOLEERD Het dorp Bergen aan de Maas (L.) is sinds een paar dagen door het. Maaswater ingesloten en ge-isoleerd. Met behulp van een door het gemeente bestuur in het leven geroepen boot- dienst, wordt de communicatie onder houden tusschen de thans op het ei landje staande R.K. Kerk en Raadhuis en het overige deel van de gemeente. Ook te Heijen, in het Noorde.ii van de uitgestrekte gemeente, heeft het wa ter groote stukken land overstroomd. Alle weilanden staan blank en wekken bij de bewoners van dezen Noordelij ken hoek van Limburg, herinneringen op aan de rampspoeden van '20 en 1926 De stand van de Maas is op het oogen blik zoo hoog, dat het .water den beton nen ringmuur om het stadje Gennep heeft bereikt. VERHOOGING VAN DE CRISIS-SUIKERHEFFING Suiker 1 cent per pond duurder De Minister va.n Economische Zaken heeft besloten, de crisisheffing op sui ker met ingang van 4 Dec. 1939 te ver- hoogen met 10 pCt. van de lioofdssom van den ingevolge de Suikerwet 1924 geheven accijns op suiker. Dit zal tot gevolg hebben, dat de suikerprijs met 1 cent per pond zal worden verhoogd. Deze maatregel is genomen ter bestrij ding van de kosten, verbonden aan de distributie, welke, naar hekend is, be halve uit algemeene onkosten, be staan in de vergoeding aan de ge meentebesturen van 85 pCt. van de werkelijk gemaakte distributiekosten. Het ligt in het voornemen, ook bij verdere distributie de kosten op te distribueeren artikelen te verhalen. Het spreekt evenwel vanzelf, dat deze lager kunnen zijn, daar dan van een reeds bestaand distributie-appa raat gebruik kan worden gemaakt. MIJN DOBBERDE TEXELS HAVEN BINNEN Om zes uur kwam Zaterdagmorgen te Oude Schild een mijn dicht bij de haven op den dijk af. Onmiddellijk wer den alle toegangswegen tot het water afgesloten. De wind streek langs den dijk, maar de zee was ruw. De kans op een ontploffing was groot. binnen slechts weinige uren zielloos neder- liggen. Neen nu bedrieg ik mij niet, ik hoor gerucht op de trap. Het is Lena," en met deze woorden wierp hij het vergif in een zilveren beker, die benevens een anderen en eene schenkkan van hetzelfde metaal op de tafel stond. Er werd aan de kleine verborgen deur ge klopt, de Baron spoedde zich om deze open te doen. „Ha, Lena riep hij, „ge hebt op uw tijd gepasttreed binnen, de weg zal u gewis vermoeid hebben." „Ja, de weg is mij lang gevallen, Baron Dat gaat zoo, als men oud begin te worden," en Lena zette zich zonder verdere plichtple gingen op een stoel neder. „Ik wilde u over hem spreken," begon zij eindelijk, terwijl de Baron gedachteloos voor zich heen staarde. „Ja, over hem, hij moet geholpen worden maar komaan, Lena een glas wijn kan u niet ongevallig wezen, het zal u versterken." „Welnu, ja, Baron als men vermoeid is, smaakt de wijn altijd goed," zeide Lena, „en na een teug spreekt men altijd beter dan vóór dezen." Met bevende handen schonk de Baron de bekers vol, en gaf dien, waarin het vergif zich bevond, aan Lena. „Ik wilde dan over hem spreken," begon Lena, „hij bemint Ida," en terwijl zij dit zeide, stiet zij, als bij toeval, een boek van de tafel af, waarin de Baron vóór hare komst gelezen had. Terwijl deze bukte om het gevallene op te rapen, verwisselde zij met de snelheid des bliksems de bekers en vervolgde toen, als ware er niets voorgevallen, haar gesprek „Hij bemint Jongvrouw Ida, en ge weet, dat hij harer waardig is." „Ik ben volkomen van uw gevoelen," zei de Baron, „en ik beloof u, dat Ida de zijne zal zijn Op hunne gelukkige echtverbintenis en hij nam zijn beker en dronk eene goede teug, welk voorbeeld door Lena gevolgd werd. „Ik verheug mij, Baron dat wij niet van gevoelen verschillen," zeide Lena. „Inderdaad, uw wijn is smakelijk, recht smakelijkmij dunkt, er is een buitengewone geur aan." „Die wijn is oud, ouder dan gij zijt, en dan ik ben," zeide Baron Lodewijk, „maar kom aan, Lena ledig uw beker dan, als de wijn u zoo goed smaakt." „Van harte gaarne," hernam de waardin uit Het Brandewijnvat. „Op uwe gezondheid, Baron en beiden ledigden hunne bekers. „Zij is verloren mompelde de Baron, teen hij zag, dat Lena haar beker geledigd had. „Dat zij zich nu verwijdere een uur na het gebruik zou het vergif zijne werking doen het wordt nu tijd, dat zij heengaat," en zich daarop weder tot Lena wendende, ging hij met verheffing van stem voort„Ida zal de zijne worden, hiervan kunt ge verzekerd zijn. Nog hedenavond zal hij weten, dat er niets is, dat hem weerhoudt, Ida de zijne te noemen thans zijt ge voldaan, en mocht het zijn, dat ik onwaarheid sprak, dan geeft ik u vrijheid, Lena morgen ons geheim bekend te maken. Thans heb ik bezigheden. Vaarwel, Lena tot wederziens (Wordt vervolgd.) IN VIER BLADEN ADVERTEEREN VOOR EENMAAL BETALEN Wieringermeerbode. Wieringer Courant. De Polderbode. Zij per Courant.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Wieringer courant | 1939 | | pagina 1