31e JAARGANG
DONDERDAG 18 JULI 1940
No. 82
NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR
WIERINGEN EN OMSTREKEN
WIERINGER COURANT
VERSCHIJNT ELKEN
DINSDAG, DONDERDAG EN ZATERDAG
ABONNEMENTSPRIJS
per 3 maanden f 1.25.
UITGEVER
CORN. J. BOSKER WIERINGEN.
BUREAU
Hippolytushoef Wieringen
Telefoon Intercomm. No. 19
ADVERTENTIëN
Van 1 5 regels f 0.50
Iedere regel meer f 0.10
ZWITSERLAND PAST ZICH AAN.
Op zoek naar arbeid voer hondex-ddui-
zenden werkkrachten, die bij de
demobilisatie vrij komen.
Moeilijkheden voor de exportindnstrie.
Landbouwsituatie vrij gunstig.
Het stopzetten der vijandelijkheden aan de
Zwitsersche grenzen heeft hier ontegenzeg-1
gelijk een zekere ontspanning gebracht. Men
is dankbaar, dat aan dood en vernieting in
een nabuurstaat een einde gekomen is, men
is blij, dat spoedig een begin gemaakt zal
worden met de geleidelijke demobilisatie van
het 500.000 man sterke Zwitsersche leger, dat
nu 10 maanden paraat heeft gestaan. Men
verheugt zich dat vaders, zonen en arbeids
krachten weldra naar huis zullen terugkeeren.
Iedereen weet echter tevens, dat al is het
risico, dat Zwitsei-land nog in den oorlog be
trokken zal worden, miniem geworden, de
strijd om het bestaan van het land eigenlijk
eerst thans met recht begint. Een groot deel
der landen, waarmee Zwitserland tot nu toe
en zelfs gedurende den oorlog handel dreef,
zijn nu gesloten, het toerisme kwijnthon
derdduizenden arbeidskrachten komen vrij
uit den militairen dienst en vragen om brood
en werk. Het zoo karig met natuurlijke rijk
dommen bedeelde landje, onder de inkrimping
van zijn buitenlandsche inkomsten en onder
de lasten van de 10 maanden lange militaire
paraatheid, bereidt zich voor op een toekomst
van werk en ontbering.
In haar verklaring onlangs aan het Zwit
sersche volk heeft de regeering er den nadruk
cp gelegd, dat voortaan niet meer sprake zal
kunnen zijn van het geven van kleine aalmoe
zen aan minder goed bedeelden, maar dat
het volk in zijn geheel zich zal moeten
inkrimpen, dat men „de rijkdommen, die tot
nu toe beschouwd werden als het strikt nood
zakelijke, zal moeten deelen."
Wanneer echter geen merkbare verande
ring intreedt, zal Zwitserland door de ver
scherpte blokkade, wederzijds door den oorlog
in de Middellandsche Zee, en door de moei
lijke verbindingen, 60% van zijn invoerhan-
del van 1939 en 67% van zijn utvoerhandel
van 1939 verliezen. Een zware industrie pro
ductiecrisis staat voor de deur. aangezien
Zwitserland voor zijn veredelings-industrie
koloniale producten, metalen en overzeesche
grondstoffen noodig heeft, die het voorloopig
niet zal kunnen bereiken.
Een lichtpunt in de situatie van Zwitserland
is de landbouwproductie. In dezen tak van
het economische leven staat Zwitserland er
heel wat beter voor dan in 1914. Groenten,
vruchten, aardappelen, melk, boter, en kaas
brengt Zwitserland thans voldoende voort om
irw eigen behoeften te kunnen voorzien en wat
de kaas betreft houdt het land nog voldoende
over om dit in het buitenland geliefde Zwit
sersche product tegen b.v. steenkool te rui
len. De veestapel is eveneens meer dan vol
doende voor de behoeften van het land, terwijl
de voorraden veevoedsel en de buitengewoon
belangrijke aardappeloogst niet de minste
zorgen behoeven te wekken wat de handha
ving van den veestapel betreft. Graan produ
ceert Zwitserland thans grootendeels voldoen
de en bovendien heeft de regeering zulke
belangrijke voorraden laten aanleggen, dat
men verzekert, dat er zelfs onder de ongunstig
ste omstandigheden voor meer dan 1 jaar
voldoende is voor de broodvoorziening.
Wat het lichamelijk welzijn betreft is men
hier in Zwitserland dus voorloopig nog wel
verzorgd. De vraag is echter of er arbeid en
dus brood voor iedereen in de naaste toekomst
zal zijn.
Met het oog op de dreigende werkloosheid
heeft generaal Guisan reeds aangekondigd,
dat hij gelijktijdig met de gedeeltelijke demo
bilisatie (alleen de oudere klassen) een „vrij
willige legerdienst" zal instellen, waarin zij
die in het burgerleven thans werkloos zijn,
aan de voltooiing van de steeds meer uitge
breide defensie kunnen werken. De regeering
heeft nog de beschikking over de fr. 400 mil-
lioen van het werkverschaffingsprogram, dat
reeds verleden jaar werd goedgekeurd, maar
waarmee door den oorlog niet begonnen is
het program is in alle details uitgewerkt,
waardoor ook een groot aantal arbeidskrach
ten nuttig, zij het voorloopig inproductief,
aan het werk gesteld kan worden.
Dit alles kost geld en het geheele volk zal
zich hiervoor nog zwaardere financieele of
fers moeten getroosten dan die, waaronder
het thans reeds gebukt gaat. De oorlog heeft
zijn invloed ook op het gespaarde Zwitsersche
volk geoefend en de atmosfeer van bezadigde
laksheid heeft plaats gemaakt voor een grim
mige vastberadenheid. Aan het gezeur over
kleinigheden is als bij tooverslag een einde
gekomen. „Laten we niet spreken van offers,"
schreef het „Journal de Genève" onlangs.
.Frankrijk, Duitschland, België, Nederland en
Noorwegen hebben offers gebracht. Het zou
een beleediging zijn voor het Zwitsersche volk
te denken, dat het niet de beperkingen, die
de omstandigheden het opleggen, zal aanvaar
den."
TEGEN DE WERKLOOSHEID.
WERK WERK
De roep en de smeeking en de schrei om
werk zijn in ons land al jaren oud. De gees
telijke, sociale en moreele gevolgen van het
gedwongen niets-doen zijn in redevoeringen
en geschriften roerend en tot in den treure
geschetst en de leiders van ons politieke, eco
nomische, sociale en geestelijke leven hebben
hun hersens gepijnigd met de vraag, hoe een
einde te maken ware aan de sociale
wantoestand, dat gemiddeld enkele honderd
duizenden in ons land vergeefs vroegen om
loonende arbeid, teneinde in hun onderhoud
en dat van hun gezinnen te voorzien.
Onze overheid had het bij alle goede wil
en alle kunde niet in de hand om aan het
euvel der werkloosheid 'n einde te maken.
De internationale toestand legde daar een
rem op men denke maar eens aan het stre-
•ven naar economische zelfvoorziening, dat
velerwege werd doorgevoerd met als gevolg
't vermoorden van de vrijhandel, aan de
belemmering van onze scheepvaart en aan
het opdrogen van de welvaartsbron, die ons
in Indië altijd geweest was.
Daarbij kwam dat een deel van onze volks
vertegenwoordigers niet mee te krijgen was
met maatregelen, die veel geld kosten. Men
schermde in die hoek maar steeds met het
gevaar voor ons staatscrediet, al bewezen de
enorme uitgaven voor de landsverdediging,
BINNENLANDSCH NIEUWS.
RUST EN ORDE ZIJN GEWAARBORGD
Dixitsche autoriteiten zullen geen
ordeverstoringen in ons land dulden.
In de afgeloopen dagen zijn uit Den Haag
maar ook uit andere plaatsen in ons land,
gevallen gemeld van geweldpleging en be
dreiging met geweld tegen bepaalde personen
of bedrijven, die niet getolereerd kunnen wor
den. Ook al betreft het hier niet veel meer
dan incidenten van geringen omvang, zooals
het inwerpen van de ruiten van een bepaald
bedrijf, of holle bedreigingen, dat ook verder
met geweld tegen dit bedrijf zal worden op
getreden door bepaalde groepen, toch is dit
natuurlijk ten eenen male onvereenigbaar
met het verlangen naar rust en orde, dat de
Nederlandsche en de Duitsche autoriteiten
gelijkelijk bezielt.
Van Duitsche zijde is in alle voorgekomen
gevallen reeds een onderzoek ingesteld om
uit te maken waar de verantwoordelijken voor
dit euvel bedrijf te zoeken zijn. Helaas heeft
men dit niet in alle gevallen kunnen vast
stellen, maar zoo verklaart men van offi-
cieele zijde het staat bij de Duitsche auto
riteiten vast, dat krachtige maatregelen geno
men moeten en zullen worden om een her
haling van dergelijke ordeverstoringen te
voorkomen, van welke zijde deze verstoringen
ook komen.
UITREIKING BOTER- EN VETKAARTEN.
Kunnen ter plaatse, waar men verblijft,
worden afgehaald.
Indien men ten tijde van de aangekondigde
uitreiking van boter- of vetkaarten niet in
de plaats zijner inwoning verblijft, kan men
deze kaarten tegen overlegging van formulier
en op vertoon van distributiestamkaart afha
len bij het distributiekantoor in de gemeen
te. waar men zich bevindt. Het betreft weder
om een landelijke regeling, waarmee dus
vooral vacantiegangers zijn gediend. Zij die
nen er dan wel voor te zorgen, dat zij de
vereischte bescheiden kunnen overleggen en
vertoonen
GEEN ENGELSCHE EN FRANSCIIE
FILMS MEER,
Naar het Handelsblad meldt zullen met
ingang van 26 Juli a.s. geen Engelsche en
Fransche films in de bioscoop-theaters meer
mogen worden vertoond.
Daarentegen mogen wel Amerikaansche
films in Nederland worden gedraaid, doch
dan uitsluitend die, welke ook in Duitschland
zijn vertoond. Zoo worden bijvoorbeeld de
Fox-films, de films van Warner Brothers van
vertooning uitgesloten, terwijl van de Para-
mount enkele films in de theaters zuilen mo
gen worden vertoond.
VISSCHERS NAMEN HET ZOO NAUW NIET.
Zooals wij kort geleden hebben bericht,
heeft het verbod om met de z.g. „kuil" te vis-
schen binnen een denkbeeldige lijn van Har
derwijk naar Marken, de IJsselmeervisschers
voor groote moeilijkheden gesteld. Deze moei
lijkheden hebben er toe geleid, dat velen hun
ner het verbod overtreden, waarbij zij er op
rekenden, dat de autoriteiten dit wel door de
vingers zouden zien. De vangst was goed en
de kwaliteit van de visch, in het bijzonder
van de paling, was aanmerkelijk beter dan
elders. Aan hun optimisme is thans echter de
bodem ingeslagen tengevolge van een mede-
deeling van den commandant van de Duit
sche weermacht van Urk, waarbij het vis-
schen binnen de verboden gebieden ten
strengste verboden wordt. Bij overtreding kan
de visschersver gunning onmiddellijk inge
trokken en het visschersvaartuig in beslag
genomen worden. Deze bekendmaking treedt
onmiddellijk in werking.
RIETSNIJDER GEDOOD
Magnetische mijn de oorzaak?
Dinsdagmorgen omstreeks half tien
was de landarbeider L. Neels te Oolt-
gensplaat bezig met het rietsnijden
aan den SÜjgcrdijk, toen hij vermoede
lijk op een magnetische mijn s'ootte,
welke tot ontploffing kwam. De man
was onmiddellijk dood. Hij was '29 jaar
oud en laat zeven kinderen achter.
FELLE BRAND TE BERKHOUT
Te Berkhout is brand ontstaan in de
schuur, gelegen achter de kapitale
boerderij van den heer G. Nierop Nz.
Het vuur greep snel om zich heen en
sloeg weldra over op de boerderij, die
spoedig in lichter laaie stond. De brand
weer van Berkhout zoowel die van Bo
beldijk, waren spoedig ter plaatse,
doch zij vermochten tegen het vuur
weinig uit te richten. Boerderij en
schuur brandden tot den grond toe af,
waarb een groote voorraad hooi, wel
ke juist was ingehaald, verloren ging.
De schade wordt door verzekering
gedekt.
gesteld overtreding wordt zwaar gestraft. i
Per maand ontvangt ieder dertig zegels
voor brood, elk recht gevende op 225 gram.
De maaltijden mogen slechts bestaan uit
soep, aardappelen, twee groenten met naarj
keuze vleesch, visch, gevogelte of wild, en een'
nagerecht (fruit, kaas, e.d.)
Per dag krijgt men een bon voor 120 gram
vleesch, dat 20% been mag bevatten.
Hamsteren van eetwaren is ten strengste
verboden.
Om de bediening in hotels en restaurants te
vergemakkelijken, heeft men de Nationale
Federatie van Hotelhouders het recht gegeven
wisselzegels uit te geven. Bestelt men b.v. een
kop koffie, dan geeft men een zegel voor tien
koppen en men ontvangt negen bons terug,
elk recht gevende op kop, en geldig voor elk
ander restaurant.
BUITENLANDSCH NIEUWS.
GROOTHERTOGELIJKE FAMILIE OP
WEG NAAR AMERIKA.
Washington, 16 Juli (D.N.B.) Het departe
ment van buitenlandsche zaken maakt be-.
kend, dat het gezin der groothertogin van
Luxemburg, n.1. de prins-gemaal Felix en zes
kinderen, zich aan boord van den kruiser
„Trenton" op weg naar de Ver. Staten be
vindt. De regeering heeft hiertoe haar toe
stemming verleend na ontvangst van een des
betreffend verzoek van de groothertogin, die
zelf nog te Lissabon vertoeft.
VOEDSELRANTSOENERING BIJ ONZE
ZUIDERBUREN.
Zegeltjes voor alles wat men eet.
In tegenstelling met Nederland, waar men
in de restaurants vrij kan gaan middagmalen,
moet men in België voor elk stukje, dat men
eet, een zegeltje verstrekken.
Op de spijskaart staat naast de prijzen het
nummer vermeld van het zegeltje, dat men
moet afgeven.
De voornaamste oorzaak van dezen maat
regel is wel, dat er in België geen groote le-
vensmiddelenvoorraden waren gevormd.
Beschuit, bonbons en gebakjes mogen voor
loopig niet meer worden vervaardigd. Voor
alle levensmiddelen zijn maximumprijzen vast-
dat er met staatscrediet geen vuiltje aan de
lucht was.
Dat was mede een oorzaak dat de werk
loosheid wel werd aangepakt, maar dat t
kwaad niet met wortel en tak werd uitge
roeid.
Thans wil de overheid het euvel met kracht
aanpakken en zij kan er van overtuigd zijn,
dat zij daarbij op de sympathie en de steun
van heel weldenkend Nederland kan rekenen.
Tot de belangrijkste maatregel behoort op
het oogenblik wel de tewerkstelling van werk-
loozen in Duitschland, nu het eigen bedrijfs
leven met de beste wil der wereld niet meer
werkers kan opnemen in verband met ont
wrichting van handel en verkeer, welke ho
pelijk spoedig voor betere toestanden plaats
zullen maken.
Een andere belangrijke maatregel is 't be
nutten van de nog niet gedemobiliseerde jon
gemannen bij de opbouw vair ons land.
Bij dit opbouwwerk zullen ongeveer
60.000 jongemannen worden betrok
ken.
Majoor Breunese, de leider van dit op
bouwwerk, gaf 't doel van deze opbouwdienst
aldus aan
„Zestig duizend Nederlandsche jongeman
nen, die onder de wapenen waren, te
beschermen tegen de werkloosheid, die hen
tot slachtoffer zou maken, als zij in de bur
germaatschappij zouden terugkeeren. (Alleen
reeds in de grafische bedrijven zijn 17.000 van
|de 20.000 werknemers geheel of gedeeltelijk
werkloos, volgens het Drukkersweekblad van
6 Juli.) De opbouwdienst zal hun geest en hun
lichaam krachtig houden. Wij zullen de eer
bied voor de arbeid bij hen aankweeken, ge
leidelijk. door middel van eenvoudige werk-
cbjecten, maar daarnaast, aangezien het ide-
aal is „Een gezonde ziel in een gezond li
chaam", zullen wij hen lichamelijk oefenen en
hen in staat stellen tot sport."
Deze 60.000 zijn echter werkloozen, die geen
piaats kunnen vinden in het productieproces.
Majoor Breunese zeide hen te willen ophef
fen, hun levensvreugde te willen bij brengen
en hen te willen maken tot degelijke Neder
landers met een warm hart voor ons vader
land en voor onze volksaard.
Dit werk is van hcoge waarde voor ons
nationaal voortbestaan. Wij moeten, kun
nen en zullen aldus Majoor Breunese,
een eensgezinde natie worden. Maar daar
voor moet heel hard worden gewerkt. Wij
zullen dit doen onder de zinspreuk Arbeid
Adelt. Wij moeten bij de mensclien aan
kweeken waardeerïng voor de arbeid,
gehoorzaamheid, zin voor orde en netheid,
in één woord tucht.
Wij kunnen niet anders dan onze beste
wenschen uitspreken voor dit nuttige en op
voedende werk en hopen dat allen, die er aan
deelnemen, via dit opbouwwerk weer een
plaats veroveren in de maatschappij.
Nu hechte eenheid.
Sommigen, die blijkbaar niets geleerd heb
ben door de vijf dagen oorlog, die we achter
de rug hebben en die meenen, dat het gewo
ne spelletje van vóór 10 Mei zijn voortgang
LANDBOUW.
VOORUITZICHTEN VOOR HET VLAS
Ir. L. J. A. dc Jonge, Rijkslandbouw-
consulent voor vlasteelt en vlasindu
strie, geeft in het weekblad „De Boer
derij" een overzicht van de oogstvoor-
uitzichten voor het vlasgewas in 1940,
waaraan wij het volgende ontleenen
Het weer is dit jaar voor vlas niet
erg gunstig geweest. Door de gesteld
heid van den grond werd het meeste
vlas vrij laat gezaaid, waarop een
droogte-periode volgde, waardoor
streeksgewijze nogal twecwassigheid
optrad en de ontwikkeling traag ver
liep. Ook tijdens den verderen groei
viel er te weinig regen. De beruch'e
plaag der kwade koppen heeft in Ir t
Zuidwesten des lands catastrophale
afmetingen aangenomen.
Groningen bezit een prima vlasoogst
van voldoende lengte. De vele vrij zwa
re perceelen zullen geen zware regens
meer kunnen verdragen. Ook in Fries
land staat de oogst er goed voor. Lang
vlas en goede opbrengsten mogen wor
den verwacht.
In de Wieringermecr heeft het vlas
aanvankelijk van de droogte geleden,
maar dit heeft zich geheel hersteld
door latere regens, vooral die van 13-15
Juni. Enkele perceelen geluk'en min
der, vanwege minder goed zaaizaad,
dat werd gebruikt. Het vlas is voldoen
de lang en juist zwaar genoeg. Helaas
trad in de allerlaatste dagen in zeer
vele perceelen vlasroest op, veelal in
erge mate. Daardoor zal de kwaliteit
achteruitgaan vanwege de schade, die
de roest veroorzaakt aan het lint.
In de Haarlemmermeer is het vlas
vrij goed gegroeid, voldoende lang en
gezond. Wel zijn de gewassen wat
slap en vertoonen de zwaardere pcrcee
len soms vrij erge legering, wat de
kwaliteit benadeelt.
In ZuidHolland is de vlasoogst over
het geheel tamelijk ver beneden nor
maal. het gewas bleef deels kort en er
is veel thrips-schade. Het overgroote
deel der vlasakkers heeft een zeer ma
tigen stand. Het eiland Voorne is goed
te noemen.
De Brabantsche vlasoogst mag vrij
wel een mislukking worden genoemd.
kan hebben, beginnen weer met het streelen
van politieke tegenstellingen en onderlinge
verdeeldheid en verscheurdheid.
Dat spelletje moet men nu maar voor goed
van de baan schuiven. Er is beter en ernstiger
werk te doen.
Ons volk moet zich nu vinden in een
hechte eenheid, op de grondslag van goed
en onverdacht vaderlaxxderschap.
Een journalist, die aan het front dc
oorlog meemaakte, schetst de ware, zelf
verloochenende, allesdeelende kameraad
schap en zegt o.m.
De geest van moedig tezamen dragen en
dulden met de gestadige kans vlak voor oo-
gen elk oogenblik te kunnen worden geroepen
voor het hoogste offer, die geest van hooge
en geestelijke kameraadschap zonder vertoon
en mooie woorden, hebben wij uit het stin
kende vuil van de oorlog als een zeldzame
edelsteen opgeraapt.
Laat het onze zaak zijn deze kameraad
schap door ons leven te dragen als een
schat, welke met het bloed, de eliende, d:
martelingen van ons eigen, goede, vredige
volk is gekocht.
Vijf dagen kunnen veel leeren, ze kunnen
een mensch van de grond af aan vei-anderen,
wanneer hij ontvankelijk is. De oorlog was
een ramp voor ons kleine dicht bevolkte land,
maar laten wij tenminste datgene gebruiken,
uitbuiten en uitdelven wat die ramp ons heeft
geschonken het diepe, door veel smart ge
wijde besef van onze saamhoorigheid, de ster
ke aaneenhechting van onze kameraadschap
De bestrijding der kwade koppen met
derris kwam door den oorlog niet tot
haar recht door het gebrekkige ver
voer was de aanvoer van bestrijdings
middelen zeer onvoldoende.
Algemeen is de verwoesting zeer ern
stig, b.v. in het belangrijke Standaar-
buitcn. Het vlas van 20-50 pCt. der
perceelen is niet geschikt om getrok
ken te worden. Afmaaien en dauvvro-
ten om tot afval te worden verwerkt
,is het eenige wat overblijft. In het
Land van Altena is 30 pCt. mislukt, in
den Biesbosch 20 pCt. Half gelukte
perceelen met ongeveer 50 cm. lengte
en lage opbrengsten vormen vrijwel
de helft van het totale areaal. Niet
meer dan gemiddeld 20 pCk der per
ceelen is goed, 60-80 cm. lang en van
goede kwaliteit. Hoe dichter de pol
ders aan zee liggen, hoe minder kwa
de koppen voorkomen.
Zeeland, de provincie met de groot
ste vlascultuur (1939 10,341 ha., 1940
naar schatting 6-7000 ha.,) heeft even
eens met een zeer ongunstig zaaisei-
zoen te kampen gehad. Veelal is op on
bekwamen grond 'gezaaid, terwijl
daarna een langdurige droogteperiode
volgde met als gevolg ongelijkmatige
opkomst en tweewassigheid.
Schouwen en Duivcland is matig
tot vrij goed, 40 pCt. is goed tot zeer
goed, 15 pCt. mislukt. Tliolen is voor
bijna de helft matig tot slecht of mis
lukt. Noord Beveland is voor 13 mis
lukt, 13 half gelukt op enkele zeer
vroeg gezaaide perceelen en aan den
Noordelijken zeedijk is het vlas goed.
Zuid Beveland is weinig heter 2.3
der perceelen is half mislukt.
Het Oostelijk gedeelte is nog slechter
dan het Westeinde. In de ge-inundeer
den polder Kruiningen blijken stukken
vlas, die bleven staan maar rondom in
't water hebben gelegen, vrij te zijn
van thripsaantasting. Walcheren heeft
ook een zeer slecht gewas dat slechts
voor een derde goed is. Oostelijk
Zeeuw sch-Ylaanderen is de helft mis
lukt, de rest matig. Een zeer zware
thrips-aantasting heeft den vlasoogst
hier waardeloos gemaakt.
Samenvattende kan worden gezegd,
dat in het Noorden des lands Noorde
lijk Groningen, Friesland, Wieringer
mecr en Haarlemmermeer waar het
vlas voldoende tot goed is, terwijl al
daar veel kwaliteitsvlas wordt gevon
den. Het geheele Zuid-Westen des
lands heeft een half mislukten oogst,
door het hevige optreden der kwade
koppen als gevolg van de intensieve
vlascultuur, de ongunstige weersom
standigheden en het noodgedwongen
achterwege laten van een krachtige be
strijding met derris.
Vlaanderen heeft een matigen, oogst,
over Wallonië ontbreken de gegevens,
de berichten uit Noordelijk Frankrijk
zijn bemoedigend. De materieele scha
de aan de vlasfabrieken in Kort rijk
België) valt mee overal kan men
weer over drijfkracht beschikken en
op vele plaatsen heeft men reeds weer
den arbeid hervat. Er «wordt geraamd
dat 35 pCt. der vlasvoorraden in Kort-
rijk in vlammen is opgegaan.
als mannen en vrouwen van één volk.
Thans moeten er snel concrete dingen ge
beuren. Ons hernieuwd levensgevoel als sterk
aaneengesloten volk van Nederland ontbeert
een duidelijke uiterlijke vorm. Tegenover de
overrompeling der nieuwe omstandigheden is
:de aarzeling van heden zeer begrijpelijk. Maar
deze mag tot schade van ons nationaal pres
tige niet lang meer duren. Algemeen wordt
verlangd naar een nationale samenbinding in
de een of andere vorm onder een sterk cen
traal gezag. Ons aanzien kan slechts letsel op-
loopen, wanneer wij nu op dit beslissende
oogenblik voortgaan elkaar weg te stooten.
Zij, die geen waarlijke bouwstof zijn voor de
ze nieuwe gemeenschap, hebben zichzelf reeds
uitgestooten in de vijf ontmaskerende oor
logsdagen individuen, die van onze eigen
soldaten geld eischten voor een glas water, zij,
die in hulpvaardigheid tekort schoten en zelfs
misbruik maakten van andermans ellende
e.a. Het eenige criterium mag slechts zijn
goéd en onverdacht vaderlanderschap.
De frontgeest van de ware kameraadschap
moet overheerschen dan zijn we een hechte
eenheid, die ongeschonden door de donkere
tunnel van de huidige overgangstoestand de
lichtende vlakte der vrijheid tegemoet gaat,
die ons volk zich verwerven kan door zich op
zijn best te toonen en door de roeping te ver
vullen. welke het thans heeft tegenover zijn
'eigen land, Europa en de heele wereld.
Moge dat door een ieder worden ingezien.