31e JAARGANG
ZATERDAG 14 DECEMBER 1940
No. 146
NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR
WIERINGEN EN OMSTREKEN
L. GO Y ARTS.
WIERINGER COURANT
VERSCHIJNT ELKEN
DINSDAG, DONDERDAG EN ZATERDAG
ABONNEMENTSPRIJS
per 3 maanden f 1.25.
UITGEVER
CORN J. BOSKER
W1ERPJGÉN.
BUREAU
Hippolytushoef Wieringen
Telefoon Intercomm. No. 19.
AD VERTENTIêN
Van 1 5 regels
Iedere regel meer
f 0.50
f 0.10
TANDHEELKUNDIGE
HIPPOLYTUSHOEF
SPREEKUREN
IEDEREN le en 3e DINSDAG DER
MAAND
Café N. KOK, Nieuwstr. H.-hoet.
VAN 10.30 4 UUR.
GEHEEL GEBIT VANAF 35 GULDEN.
WE MOETEN ELKAAR
VINDEN.
Er zijn woorden en namen die wij
in deze dagen telkens door velen hooren
uitspreken, met vele en zeer verschil
lende bedoelingen. Men bekogelt elkaar
met begrippen als socialisme, corpora
ties, autoritaire en totalitaire gedach
ten men noemt zich nationaal en so
cialistisch en nationaal-socialistisch,
zonder elkaar te kunnen vinden.
Het is waarlijk niet te verwonderen,
dat onder deze omstandigheden, vooral
in de bijzondere positie van bezet ge
bied waarin wij in Nederland thans le
ven, velen elkander niet begrijpen of
langs elkaar heenpraten.
Men zou wenschen dat in een tijd als
die, welken wij thans beleven, een volk
in nood zich zou losmaken van de na
men en de etiketten, en in verstandig
beraad zou zoeken naar het gemeen
schappelijke in opvattingen en metho
den. „Bij rustig en onbevooroordeeld
overleg, zonder woordenzifterij zou kun
nen blijken" „dat men elkander in
menig opzicht nader staat in deze din
gen dan nu veelal het geval lijkt."
Het sociale denken is thans in menig
opzicht rijp voor nieuwe toepassingen,
ook in Nederland. Naast beginselopvat
tingen dwingt de practijk daartoe. De
algemeene verarming waartoe de oorlog,
volgend op een economische crisis, lei
den moet, de concentratie van economi
sche krachten in vele landen om ons
heen, waarmede wij rekening moeten
houden, zullen ook ons tot sterkere bin
dingen, tot meer gesloten „fronten" in
het belang van onze eigen volksgemeen
schap nopen.
Wij zullen daartoe meer leiding be
hoeven dan tevoren, alsook een bestuurs
apparaat dat snel en vaardig kan wer
ken. De soms trage en niet steeds vol
doende deskundige parlementaire ma
chine van weleer zal in e 1 k geval her
ziening behoeven. Een bevoegd gezag
dat snelle en goed verantwoorde leiding-
zal moeten geven, zal bevrijd moeten
worden van vele beslommeringen en on
zekerheden waardoor het vroeger werd
belemmerd. Het accent dat vroeger veel
te sterk kwam te liggen op de als het
ware georganiseerde verdeeldheid zal
om versnippering van volkskracht te
voorkomen, veel krachtiger moeten val
len op gemeenschappelijke waarden en
belangen. Wij allen willen een gezonde,
welvarende volksgemeenschap, onder
deskundige en vertrouwde leiding, waar
in de bekwaamsten aan wetgeving en
bestuur zullen medewerken, en waarin
de arbeidskracht van allen voor het
welzijn van het geheel tot haar volle
recht zal komen.
Maar bij het zoeken naar de beste
methoden daarvoor raken velen verward
in namen en leuzen en in de omstandig
heden van het oogenblik. Wij zijn thans
j bezet gebied, waar de bezetter feitelijk
regeert. Wij verkeeren nog in een oor
logsperiode waarin aan ons bijzondere.
Jen uit den aard der zaak abnormale ei-
j schcn worden gesteld. Tijdens die pe
riode zullen bestuursvormen en metho
den anders zijn dan straks, wanneer de
vrede zal zijn hersteld, en de ontwikke
ling" van dit alles zich op vredesverhou-
dingen en op een vreedzame internatio-
nela samenwerking zal kunnen instel
len. Ook in Duïtschland, in Italië, zijn
de nieuwe systemen niet in oorlogstijd,
en zeker niet onder vreemde bezetting,
opgebouwd. De politieke wilsvorming van
een volk heeft immers vrijheid noodig
om zich onbevangen te consolideer en.
In een periode van beperkte vrijheid kan
men het terrein slechts voorbereiden en
bruikbare oplossingen bestudeeren. Een
eervolle politieke strijd tusschen Neder-
landsche staatkundige meeningen, moet,
wil hij fair zijn. zich op een vrij staat
kundig arbeidsveld aan het vertrouwen
des volks toetsen nu de omstandighe
den dit niet toelaten zou men, in rusti
ge overleg, wellicht iets van elkander
kunnen leeren.
WIJZIGING VAN DE REGELING
INZAKE RUNDVEELEVERING.
Het Rijkbureau voor de Voed
selvoorziening in Oorlogstijd
maakt het volgende bekend
Binnenkort zal in de bestaande
regeling inzake de levering van
voor slachting bestemd rundvee
aan de Nederlandsche Veehoude
rij Centrale een wijziging worden
gebracht. Opgaven tot levering
kunnen tot 23 December a.s. met
gebruikmaking van de daarvoor
bestemde opgavo-kaarten gedaan
worden door ieder, die op een be
paalde markt vee wenscht te le
veren. Met ingang van 30 Dcem-
ber zullen alleen diegenen voor
[levering in aanmerking komen,
die door de Ned. Veehouderij
'Centrale als markthandelaren
zijn erkend. Voor erkenning als
zoodanig komen in aanmerking
handelaren, die zich verplichten
'per week 5 of meer runderen (of
jlO of meer nuchtere kalveren) op
een bepaalde markt aan te voe
den. Zij dienen een aanvraag als
erkenning zoo spoedig mogelijk
te richten tot de Ned. Veehouderij
Centrale, Laan van Meerder-
voort 84 's Gravenhage, onder op
gave van het aantal stuks vee of
nuchtere kalveren, dat zij per
week wenschen tc leveren. Deze
aantallen moeten, voor wat de
runderen aangaat, 5 stuks, 10
stuks of veelvouden van 10 stuks
zijn en voor wat de nuchtere kal
veren betreft 10 stuks of veelvou
den van 10 stuks. Iedere erkende
markthandelaar zal daarop dooi
de Ned. Veehouderij Centrale in
oen klasse worden ingedeeld. Hij
is verplicht, wekelijks het aantal
stuks vee te leveren dat voor de
klasse, waarin hij is ingedeeld, is
vastgesteld. De levering in de
week van 16-21 December is be
slissend voor het aantal, waar
voor hij in de toekomst als markt
handelaar wordt toegelaten.
De erkende marktveehandela-
ren zijn verplicht, wanneer zulks
door veehouders gowenscht
wordt, het door hen aan te bieden
vee op commissie-basis van de
veehouders aan de Ned. Veehou
derij Centrale te' leveren. Om-
t.1 ent de voorwaarden, waarop
zulks dient te geschieden, zullen
nog nadere voorschriften worden
gegeven.
MONSTERING VAN PAARDEN
Het Rijksbureau voor de Voed
selvoorziening in Oorlogstijd
maakt in aansluiting op- hetgeen
inzake de voormonstciing van
paarden reeds werd medege
deeld, bekend, dal een ieder, die
houder of bezitter van een of
meer paarden is, verplicht is,
met zijn paarden ter voormons'-e
ring of eventueel ook ter monste
ring tc verschijnen. Slechts mare
chaussee, bereden politie en op-
bouwdienst zijn van deze ver
plichting vrijgesteld.
Vrijstellingen voor het verschij
nen op deze voormonstering of
monstering kunnen onder geen
enkele omstandigheid worden ver
GEVECHTEN MET DE
REUZENV1SSCHEN DER
TROPISCHE ZEEËN.
„Het was op een morgen in Januari
van het jaar 1922. Ik was reeds eenigen
tijd op Jamaica geweest, waarvan de
met mangroven begroeide kust iemand
als ik, die zoo graag de geheimen van
de zee wil ontsluieren, in geestdrift
brengt. Ik lag met mijn cano een heel
eind buiten den mond van de Black Ri-j
ver en wachtte op geluk. Maar de dag!
liet zich niet gunstig aanzien. Ik had
sterke snoeren en groote haken aan'
stokken en het aas was versch en ver-1
lokkend maar alleen de kleine visschen
wilden bijten. Voorloopig had ik niets
anders te doen dan met mijn inland-
schen helper Griffith te praten.
„Een half uur nog, maar geen mi
nuut langer," zeide ik, toen ik het aas
voor de zevende maal vernieuwd had.
„Wanneer ik in dien tijd niets gevan
gen heb. laten wij de plek aan de vis-'
schen over."
Ik ging op mijn gemak in de boot
zitten, stopte mijn pijp en haalde luci-j
fers te voorschijn, maar nog had ik geen
vuur gemaakt, of het vischluig kreeg
een ruk, terwijl de lijn met razende
vaart begon af te rollen. Ik wierp mijn
pijp weg en greep de stang om te rem-,
men, maar ik had even goed kunnen
probeeren een slagschip in volle vaart
tegen te houden. Hoewel ik zoo hard
hard mogelijk remde, bleef de lijn uit-
loopen en reeds begon ik te gelooven,
dat ik haar zou verliezen, toen de visch
plotseling ophield. Daarop volgde een
plotselinge en geweldige ruk. die mij
bijna van mijn plaats deed tuimelen en
het was een wonder dat de cano niet
omsloeg.
„Haal om 's hemels wil het anker op,
Griffith." riep ik, „het is zeker een reu-
zenhaai."
Niet zoodra was het anker los van den
bodem of de cano schoot met snellen
vaart vooruit. Het monster in de diep
te sleepte ons mee. Deze manoeuvre
leerde mij spoedig, dat het geen haai
was van één ding was ik zeker het
was een reuzen visch van een of andere
soort, en wij zouden veel tijd en geduld
moeten hebben om hem te overwinnen
en ik bereidde mij dus voor op een lang-
durigen strijd. Het dier trok ons mee,
het zette koers naar de open zee. maar
in rechte lijn ik behoefde slechts één
ding te doen, de lijn strak te houden en
bereidde mij voor op een mogelijke wen
ding en op de honderd vijftig bijzonde
re manouvres, die een gevangen visch
kan ondernemen.
Eindelijk waren wij meer dan drie
zeemijlen van de kust verwijderd. Het
begon er gevaarlijk uit te zien want als
wij buiten het kalme water in de bran
ding zouden komen, zou de kans om
het dier aan land te krijgen, praktisch
nihil zijn. Wij slaakten daarom een
zucht van verlichting toen de visch
langzaam een halven cirkel beschreef
en weer koers zette naar het land.
Op die manier waren er gaandeweg
een paar uren voorbijgegaan. Griffith
bevrijdde mij van den lederen gordel
met den sterken lederen zak, waarin
het eind van den stok was aangebracht,
en deed dien zelf om, waarop ik de
lichtere taak op mij nam de cano te
sturen in het zog van het oogenschijn-
lijk onvermoeibare dier.
Na den wilden tocht naar zee was het
dier er nu toe overgegaan met geringe
re snelheid langs den bodem te zwem
men hetgeen een haai nooit zou doen
en het begon mij nu duidelijk te wor
den wat voor buit ik aan den haak had
gekregen.
„Ik denk, dat het een reuzenrog is,"
zeide ik.
„Dat zou ik ook denken, Bachia, het
is zoo'n vervloekte duivel," antwoordde
de zweetende Griffith.
Wij hadden nu al meer dan vier uren
strijd met het dier gevoerd en wij wa
ren erg moe geworden. Maar het bleeK
spoedig, dat niet wij alleen door den
wilden wedloop uitgeput raakten, maar
ook het dier vertoonde daarvan de tee
kenen. Iedere dertig of veertig meter
j hield het op en bleef eenige oogenblik-
ken op den bodem rusten. Eindelijk
slaagden wij er in zoo ver te komen, dat
1 wij slechts een paar meter water onder
de kiel hadden. Zestig meter verder
kwam het water plotseling heftig in
oeroering en bergen van schuim werden
in de hoogte geworpen. Midden in de
zen heksenketel kregen wij een dunnen
[zwarten staart te zien. die krampachtig
heen en weer sloeg.
„Ja waarachtig Griffith, of het een
leend. Alle personen, die in het
bezit zijn van een of andere
schriftelijke of mondelinge vrij
stelling, worden er dc-rhalve op
gewezen, dat deze vrijstellingen
nier van kracht zijn, onverschil
lig of deze door een Duitsche dan
wol door een Nederlandsche in
stantie zijn afgegeven en dat dus
deze vrijstelling hen van de ge
noemde monstering niet ontheft.
Rij niet verschijnen ter vóór-
mons'ering of monstering stelt:
men zich bloot aan strafvervol
ging. waarbij tot inbeslagneming
der paarden kan worden overge
gaan.
DE WAARDEBONNEN VAN DE
WINTERHULP.
Het A.X.P. meldt
De Winterhulp Nederland heeft
het op prijs gesteld, den steun,
die uit haar fondsen wordt ver
leend, aan de geholpenen te doen
toekomen in natura, in den vorm
van nuttige goederen dus.
Om hij dezen vorm van liulp-
vcrleening niettemin den detail
handel volledig en volwaardig te
kunnen inschakelen, heeft de
Winterhulp den vorm gekozen
van waardebonnen, welke aan de
achterzijde op naam van de be
treffende gesteunden worden ge
steld.
De Nederlandsche Midden
stands-Centrale, die uiteraard
met den aldus gekozen vorm der
hulpverleening haar volle in
stemming kon betuigen, ves
tigt er in het bijzonder de aan
dacht van den winkelstand op,
dat de waardebonnen onmiddel
lijk en tot het volle bedrag te
verzilveren zullen zijn bij het
bankwezen, met name ook bij al
le kantoren van de Nederland
sche Middenstandsbank. De bons
kunnen dus voor den aankoop
van levensmiddelen, kleeding of
brandstof zonder meer dooi- alle
winkeliers en kleinhandelaren in
betaling worden genomen.
De waardebons worden uitgegc
ven in coupures van f 0 50, f 1 en
f 2,50. Zij mogen slechts in beta
ling worden aangenomen hij leve
ring van levensmiddelen, klee
ding of brandstoffen.
Zij dienen voorts tot hun volle
waarde door den detailhande
laar in betaling te worden aange
nomen. Geheele of gedeeltelijke
inwisseling tegen contant geld
mag niet geschieden.
PERSOONSBEWIJZEN EN
VINGERAFDRUKKEN
Op de persoonsbewijzen, waar
van iedere Nederlander binnen
kort in het bezit zal moeten zijn,
dient ook een vingerafdruk van
den eigenaar van het identifica
tiebewijs geplaatst te worden, -
de eerste algemeene toepassing
der dactyloscopie hier te lande.
In verband met de invoering
dezer persoonsbewijzen, heeft nu
de heer J. van de Losse, inspec
teur van politie le kl. te 's Gra
venhage, een „Beknopte handlei
ding voor- het vervaardigen en
identificeeren van vingerafdruk
ken" bij de uitgevers Van Gor-
cum en Comp. te Assen het licht
doen zien.
In dit zeer beknopte werk
wordt, met de noodige illustra
ties, den leek voor het bekende
doel juist voldoende inzicht gege
ven in het wezen en de practi-
sche toepassing der dactylosco
pie geen twee menschen op aai
de hebben precies dezelfde vin
gerafdrukken en het beeld dezer
afdrukken blijft gedurende het ge
lieele leven gelijk. Hoe men de
lijnen der vingertoppen onder
scheidt. registreert en vergelijkt,
zet de schrijver kort en duidelijk
uiteen en even uitvoeriger be
handelt hij het systeem van het
nemen van vingerafdrukken.
Wie meer van het onderwerp
dactyloscopie wil te- weten ko
men, kan de literatuurlijst raad
plegen, welke de heer Van de
Vosse achterin zijn boekje heeft
opgenomen - met de samenstel
ling van zijn handleiding heeft
de auteur in deze dagen zeker
nuttig werk gedaan.
reuzenrog is Hoe voor den duivel zul
len wij dien aan land krijgen
„Aan land zal hij," antwoordde de
opgewonden Griffith. „Al moesten wij
er tot morgen ochtend mee vechten."
De visch was weer ondergedoken
maar zijn groote staart kwam af en
toe boven water uit en steeds kwamen
wij dichter bij het strand. Eindelijk lag
hij geheel uitgeput in heel ondiep wa
ter. Wij pasten wel op er niet dicht bij
te komen, want een slag van zijn langen,
zweepachtigen staart met de groote,
giftige stekels zou de treurigste gevolgen
voor ons leven en onze lichamen heb
ben gehad. Ik schoot alle zes kogels uit
mijn revolver in zijn kop en toen pas
was het geraden hem van dichtbij te
gaan bekijken.
Het was een geweldig dier van het
geslacht luipaardrog. Hij behoorde tot
de stekelroggen, want op den ongeveer
drie meter langen staart zaten een of
twee groote stekels met weerhaken. Dit
zijn de verdedigingswapens van den
visch, die gevaarlijke wonden kunnen
veroorzaken, welke hevige pijnen en
krampaanvallen tengevolge hebben, en
wanneer men zoo ongelukkig is, dat de
stekels afbreken en in de wonde blijven
zitten, is het alleen mogelijk door uit
snijden te verwijderen, daar de weer
haken beletten ze eruit te trekken. Het
exemplaar, dat wij gevangen hadden,
was van den Snuit tot den staartwortel
meer dan twee meter lang. en zijn plat,
vierkant lichaam was meer dan een hal
meter breed. De visch woog ongeveer
200 K.G.
Den volgenden dag waren mijn lede -
WINKELSLUITING IN DE
KERSTPERIODE.
Voor winkels in het algemeen
Van 18 tot en met 24 December mo
gen alle winkels tot 10 uur n.m. geopend
zijn, behalve op Zondag 22 December
behoudens hiema te noemen uitzonde
ringen, moeten op dien datum alle win
kels gesloten zijn.
De Kerstdagen vallen dit jaar op
Woensdag en Donderdag, zoodat alle
winkels dan gedurende den geheelen
dag tot 8 uur nam. geopend mo
gen zijn.
Voor bepaalde branches
Op Zondag 22 December gelden de
gewone uitzonderingsbepalingen voor
den Zondag.
maten zoo stijf, dat de geringste bewe
ging mij pijn deed. Ik was dus genood
zaakt door den zuren appel heen te bij
ten en mij goed te houden. De plaats,
waar ik den buit, die tot nu toe mijn
grootste was. gevangen had, oefende
natuurlijk een ongewone aantrekkings
kracht op mij uit en den daarop volgen
den dag waren Griffith en ik daar weer
op de vangst van groote visschen. Dien
dag was het weer niets gedaan, de groo
te visschen waren klaarblijkelijk verza
digd en beten niet al te levendig in mijn
groote haken. Griffith had meer geluk
met de kleintjes een makreel van on
geveer een half pond was springlevend,
toen hij van den haak afgehaald werd
en dien koos ik dus als aas voor mijn
groote haak. Een paar minuten latei-
kwam de ruk aan den stok, dien ik den
geheelen voormiddag verwacht had, en
de lijn begon snel te loopen. Het was
een groote visch. Uit zijn bewegingen
onder water, kon ik met zekerheid op
maken. dat hij den kop schudde als een
bulhond daarop kwam hij aan de op
pervlakte en behoefde ik er dus niet
meer naar te raden, wat ik aan den
haak had gekregen, want men vergist
zich niet zoo licht met een barrakude,
wanneer men er eenmaal mede te maken
heeft gehad. Wij waren dicht bij de
kust en wij konden de boot terugroeien
en het beest ophalen de visch streed
dapper voor het leven en het duurde
wel een half uur. voordat wij er mede
klaar waren. Hij was 1 3 4 meter lang
en woog 33 K.G.
(Wordt vervolgd.)